l* Buitenlandsch Overzicht Burgerlijke Stand Uit den Omtrek Nieuwstijdin gen Be oorlog in het Oosten. Het Japan- sche bloedbad in Shanghai. De an dere groote mogendheden zijn het ter gen van den vrede moe. Krachtig BritsehAmerikaansch optreden tegen Japan. De Ontwapeningsconefrentie is begonnen. De Engelsche regeering voor schrapping van alle herstel- en oor logsschulden. Heel de wereld voelt zich getergd door de hardnekkige en onmenschelijke wijze, waarop .'Ja pan haar actie in Manschoerijö en Cihina voortzet, zonder oorlogsverklaring, zonder aannemelijk mo tief... Eien Cjhineesche wereldstad, van internati onale beteekenis en met een internationale be volking is gebombardeerd geworden door lucht en zeevloot der Japanners en heele divisies troe pen zijn in de veroverde of haast veroverde stad ontscheept. H©t is er echter den Japanners niet meegevallen, want het radeloos gemaakte CiChinecsche volk heeft van zich afgebeten op een wijze, waarop we dat niet van haar kenden. Op de meest roekelooze wijze brengt Japan den vrede over de geheele wereld in gevaar, maar nu zal het spel misschien eindelijk uit moeten zijn. De groote mogendheden in Europa en de Ver. Staten zijn het schenden moe van allo Ja- pansehe beloften en toezeggingen en zij hebben Japan een overduidelijk „halt" toegeroepen. Dat woord was een opluchting voor de Ghineezen, ja,voor heel de menschheid. Spontaan hebben meerdere mogendheden zich bij de Britsche en Amcrikaansche actie aangesloten. Zóó dringend was het BiritschAmerikaansche initiatief, dat de officieele opening der ontwa- penngseonferentie een uur werd uitgesteld om aan de Engelsche regeering gelegenheid te geven om den Volkenbondsraad van de ondernomen stap pen mededeeling te laten doen. Het zijn wel droeve en weinig hoop gevennde omstandigheden, waaronder Henderson de zoo lang verbeide Ontwapeningsconferentie voor ge opend verklaarde. Aan het gebouw der natie te Genéve wapperen alle vlaggen der natie bijeen, waaronder de Japansche en Cihineesche. Als de- monstratie voor den Volkerenvrede. Laten wij echter niet te somber gestemd zijn nootschap van Kinderherstellings- en Vacantie- kolonies. Na vooraf een bestuursvergadering te heb ben gehouden welke nogal wat tijd in beslag nam werd de algemeene vergadering door den heer Speets als voorzitter der afdeeling geopend. Hierbij bracht hij dank aan de afgetreden bestuursleden voor het goede aan de afdeeling gedaan en in het bijzonder aan den heer De Vries, de afgetreden en vertrok ken voorzitter der afdeeling, welke heer de ziel der afdeeling was geweest en hiervoor zijn beste krachten had gegeven. Voorts deelde voorzitter mede dat geen rekening en verantwoording was te doen daar de kas nog niet was nagezien maar deelde mede dat pl.m. f 116.in kas was. De heeren P. Breed en J. Bijpost werden verzócht om ten huize van de penningmeesteresse de kas te willen nazien hetgeen toestemmend werd beant woord. Hierna volgde lezing en goedkeuring der notulen. Medegedeeld werd dat het kind van Zijdewind Uit Groenveld nog 1 termijn langer in de kolonie moet verblijven. Voorts dat het uitstrijken der kee- len bij het vinden van Difteritsch-bacillen, bij uit zending niet meer noodig is daar dit geen gevaar opleverde, wel wanneer al eerder Defetiritisch bij zoo'n dusdanig persoontje was geconstateerd. Hierna volgde jaarverslag, waarvoor de dank door voorzitter werd gebracht aan stelster. Bij de bestuursverkiezing werden de heeren C. de Geus en N. Wit, aftr. bij acclamatie herkozen en als nieuw bestuurslid, op deze wijze, de heer Wolters, Hoofd der school alhier, welke heeren dit allen aan vaardde. Daar de rondvraag niets opleverde dat vermei ding verdiend, sloot voorzitter in dank de vergade ring en de hoop hierbij uitsprekende dat 1932 een gunstig jaar voor de afdeeling moge zijn. DIENSTREGELING SPOORWEGEN. De Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Hollands Noorderkwartier bericht ons heden, dat de laatste besprekingen in den Spoorwegraad gehouden, het vermoeden wettigen, dat met ingang van de zomerdienstregeling eenige belangrijke verbeterin gen zullen worden ingevoerd, welke de Kamer bij vooortduring bepleitte. O.a. zullen dor versnelling van den treinenloop vanaf Amsterdam naar het zuiden en oosten, aldaar 26 betere aansluitingen in de verbinding naar Alkmaar worden verkregen. Bovendien zal naar alle waarschijnlijkheid op het baanvak AlkmaarHaarlem buurtverkoor worden ingevoerd. - - - Tot het invoeren van billijker en betere spoorweg- dan zou ze zeker tot mislukking gedoemd zijn boekjes, waarop de Kamer herhaaldelijk heeft aan- in de huidige omstandigheden, maar men rekent gedrongen wordt nog niet overgegaan, doch zal het er op, dat de gedelegeerden gedurende... heel |^ertype der &oedkoopere boekjes worden verbe- dit jaar bezig gehouden zullen worden Tegen tenslotte zal trein no. 2843, vertrek van Amster- raschen gaan ze voor een of twee maanden met dam 20.59, na 22 Mei op werkdagen doorloopen naar vocantie. Intusschen kunnen vele omstandighe- 1 Der. Helder. Vertrek Alkmaar 21.48, aankomst Den den een gunstiger aspect krijgen, ja, misschien 1 Helder 22.38. zal uit wat nu nu in het Oosten geschiedde en ;-°P.ket verkrjjgen_van buurtverkeer op het tra ject Alkmaar—Den Helder, hetgeen de Kamer even eens verzocht, bestaat nog geen uitzicht, doch de Kamer blijft terzake diligent. geschiedt, een nog groote afkeer voor den oorlog worden geboren. Een oplossing van de economische crisis kan door een succes van de ontwapeningsconferentie worden bevorderd. Als men eens rekent, dat op het oogenblik Henderson herinnerde er aan'in zijn openingswoord 61 landen per jaar gemid deld voor oorlogsdoeleinden bestemmen vier mlliard dit is vier duizend maal een millioen Dollars. Wat nuttigs zou voor zooveel geld tot stand kunnen komen. IMen kan er intusschen van op aan clat vele mogendheden het plan hebben om haar oorlogs- Geboren: „acoba, dochter van Jacob Boode en laud zoo duur mogelijk te verkoopen. Het be- van Johanna Elisabeth van der Wiel. Gerrit, zoon looft een uitruilen te worden tegen elkaar van van Klaas Kloosterboer en van Elizabeth Wi'edijk. machtsmiddelen die op 'het laatste oogenblik Overleden: Geene. SINT PANCRAS. Burgerlijke Stand over de maand Januari 1932. Huwelijken: Geene. Ingekomen personen: N. Otto, huishoudster van Warmenhuizen naar No. 296. P. Schouten, arbeider van Ursem naar Vertrokken personen: H. Koornstra, handelsreiziger van No. 313 naar Bazel. A. Post van No. 60b naar Den Helder. nog zoo krachtig mogelijk zijn versterkt. Op den dag van de openingszitting droeg de Itali- aansche regeering nog aan een maatschappij den bouw op van een kruiser, 170 meter lang,, kos- tende 80 millioen lire. Voor een oorlogsschuit. No- ^46. J- Heinis en gezin, arbeider van Koedijk Frankrijk kocht dezer dagen nog gauw het naar no' 110a patent voor een super-vliegtuig-bommenwerper. 1 België verschafte zich ©en nieuw patent op een geweerkogel ,die veel verder draagt en diepere wonden slaat. De regeering van de Vereenigde iSiaten publiceerde zeer onlangs een nieuw p"lan 1 voor vlootbouw. O, het is misschien alles niet zoo tragisch als het lijkt het zijn misschien meer conferentie dan oorlogswapenen. Maar moeilijk is de zaak voor den vrede zeer zeker. Voorloopig zal er niet veel te vermelden val- len uit Geneve, daar het eerste werk 'vaq oom- missorialen aard is. Naast de openhartige verklaring van Bïuning: Dutschland betaalt geen herstelschulden meer, j ook niet in de toekomst is deze week de eerste officieele bijvalsbetuiging gekomen uit het te- j gengestelde kamp. gekomen. De Engelsche mi nister van finantien Neville Chamberlain ver klaarde in het Lagerhuis, dat hij een volledige Ds. R. E. van Arkel in de» Geref. Kerk. schrapping van alle herstel- en oorlogsschulden Ter opening werd gezongen Ps. 25 de beste oplossing acht voor de wereld. spreker voor in gebed. Langzaam verhelderen zich de inzichten. spreker, U mee te^oereiPnaar8 een6'de°ralleroudste Etr is natuurlijk meer nieuws uit het buitenland christengemeenten. Hoewel er thans niet meer van te vermelden, maar de beteekenis van al die be- Winterlezingen te Broek op Langendijk „BILEA M" Lezing gehouden op Donderdag 7 Januari door 6 en ging richten valt in het niet bij de geweldige beteeke nis van de opening der ontwapeningsconferentie en de ontwikkeling van het ChineeschJapansche conflict. Wel moeten we even memoreeren de bijna ge- over is kan ik er toch nog wel eenige reisherinne ringen aan vastknoopen. Nu is haar woonplaats verouderd, maar in de le eeuw van onze jaar telling was het een bloeiende, trotsche stad, die mee kon doen met de andere steden die in dat deel van de wereld gevonden worden, welke wij Klein- Azië noemen. Als wij te Smyrna aan land gegaan zeer bloedige gevechten. h«l, verwoesting v» d, st,d stingo op Cjba «f gaS^T^'SrlS E'linK door een aardbeving, waarbij zeer vele menschen zichtbaar, overgoten met de stralen der gloriëerende om het leven schijnen te zijn gekomen. zon. In het hart dier stad rijst voor u op het Een nieuwe opstand in Equador leidde tot machtige tempelgebouw, waarvoor een reusachtig - - altaar staat opgericht. Zij die niet geheel onbekend zijn in deze streken zullen de stad reeds herkend hebben. Het is het Pergamus uit den Apostolischen tijd, thans nog de stad Pergama. Ze is een centrum van cultuur en beschaving. De kunst is er zeer ontwikkeld. Handel en verkeer wer ken mee aan den bloei en welvaart harer inwoners. In haar midden kunt u vinden als een bewijs van haar hoog opgevoerde beschaving, een gebouw waar in is ondergebracht de ontzaglijk uitgebreide boe kerij der stad, bestaande uit meer dan 200.000 boek- SINT MAARTEN. Maandag vergaderde in lokaal „Rust en Lust" alhier de afd. St. Maarten van het Centraal Ge- rollen. Ook is daar, wat ik al genoemd heb de tempel gewijd aan den Griekschen oppergod- ^Zeus. De stad is een centrum van beschaving maar ook een centrum van afgoderij. Doch niet dit is het wat we zoeken, en waarop we uw oog willen vestigen. We moeten meer heen naar de verder gelegen wieken der stad, en de steeds nauwer wordende straten\ Ons doel is een oud, verweerd huis, in oosterschen bouwtrant, 't Is avond stille gedaanten zijn ons in het donker voorbij ge- loopen, en we zien hen dat huis binnengaan, de oostersche buitentrap op. Als 'lye mee naar binnen gaan bemerken we dat een beduidend aantal men schen daar boven in de opperzaal-, zich verzameld hebben. De zaal is vaag verlicht maar toch zien we dat het gezelschap dat zich daar verzameld heeft, meest bestaat uit slaven en dagloonsrs. Ook zijn er vrouwen en kinderen bij. Zacht neuriënd wordt er een lied gezongen, behoedzaam ec\hter, opdat iemand buiten het hooren zal. Het blijkKeen gods dienstige hymne te zijn. Het is een lied uiïkde eerste eeuw, dat de Apostel Paulus ons nog bewaaty heeft. „Ontwaakt gij die slaapt, en sta op uit den d laat Christus lichten over u." Waar we ons bevin den? Het is op den dag des Heeren en we zij een samenkomst van de eerste Christengemeente^ Pergamus. Straks al de dag komt gaan ze weeij naar hun woningen, naar hun werk. Maar er is nu iets bijzonders gaande. Er is een gerucht rondge gaan onder de leden der gemeente. De een heeft het den ander in het oor gefluisterd. Een gerucht dat er een brief was gekomen voor de gemeente van den geliefden Apostel Johannes. En thans op deze samenkomst was er meer be- langstelling nog, omdat misschien de brief zou wor den voorgelezen. Als het lied uit is staat een oud, eerwaardig man op. Het is de Engel der gemeente, de voorganger Hij houdt een blad perkament in zijn hand. Het gerucht blijkt waarheid te zijn. Maar, beminde dis cipelen, het is geen brief van den Apostel, zegt de voorganger, maar van onzen Heiland, Jezus Christus zelf, door de hand van zijn dienstknecht Johannes. Hoort, wat de Heer ons schrijft. En de ellendigen, de paupers, de slaven van Pergamus, ze rekken zich uit, ze komen dichterbij, opdat hun toch geen woord ontgaat. Hoort, het zijn de ons bekende woorden: ,En schrijf aan den engel der gemeente die in Pergamus is: Dit zegt hij, die het tweesnijdend scherp zwaard heeft: „Ik weet uwe werken, en waar gij woont, namelijk daar de troon des Satans is." Ja, zoo was het. De stad hunner inwoning was de residentie des Satans. Daar woonden zij als 't ware aan den mond van de hel. Duizend verzoekin gen omringden hen dagelijks. „Doch g'dj houdt mijnen naam", vervolgde de voorganger, „en hebt mijn geloof niet verloochend." Hun Heiland wist dus, wist van hun strijd, hun lijden om des geloofs wille, en wist ook dat zij staan de bleven in hun strijd, dat zij hunne kroon be houden hadden. „Maar ik heb eenige weinige dingen tegen u." Wat, had Jezus een aanklacht tegen hen? „Dat gij daar hebt die den leer van Balaam hou den, die Balak leerde den kinderen Israëls eenen aanstoot voor te werpen, opdat zij zouden afgoden offer eten en hoereeren." Daar lag nu de beschuldiging, en men wist dat Christus gelijk had. Men wist dat hun Heiland de zonde die in hun midden was, hier met name ge noemd had. De slang van verleiding welke eens Bileam gedreven had zijn heilloozen invloed aan te wenden ten verderve van Gods Kerk onder het Oude Verbond, was ook in de Kerk van het Nieuwe Verbond ingeslopen. Het kwaad was dus vele eeuwen na Bileams tijd gen krachteloos geworden zijn? Als Jezus andermaal een brief zou schrijven aan Zijn Kerk in onze dagen, zou Hij dan niet precies hetzelfde schrijven. Het is mijn bedoeling met deze lezing u er van trachten te overtuigen dat, evenals het mogelijk was, dat de geest van Bileam in de jonge christenge meente kon doordringen, de mogelijkheid bestaat, ja dat die mogelijkheid, werkelijkheid zal worden in onzen tijd van oud geworden christendom, in ons in zoo velerlei opzicht gekerstende maatschappij, namelijk dat het kwaad, waar de gemeente van Per gamus voor wordt gewaarschuwd, juist de kerk van het heden zoo veelvuldig belaagd. Het is mijn bedoéling met dit oogpunt U Bileam nader te brengen. In de eerste plaats zal ik trachten de persoon van Bileam te ontleden, en vervolgens den invloed trach ten te bespreken welke er van dien persoon uitgaat. Dus de persoon, en de invloed van Bileam zijn onze twee hoofdpunten. Het is niet mijn plan om het leven van dezen man u in zijn bijzonderheden te schetsen. Het is bij U genoegzaam bekend. Ik ga dan ook van uwe kennis uit en wil dan daarop aanwijzen het typee- rende, het voor alle tijden geldende, ik zou haast zeggen, het klassieke van Bileam. Hij komt maar niet eens een enkele keer voor in de geschiedenis van de Kerk van Christus, maar veelvuldig, steeds onder dezelfde tijdsomstandigheden, in hetzelfde mileu en met dezelfde kenteekenen. Bileam is niet een individu maar een soort, een soort van vijand schap tegen Christus Kerk. Als we letten op den tijd waarin Bileam optrad dan voelen we direct iets merkwaardigs. Het was het laatste gedeelte van den tocht der kinderen Israels door de woestijn. Israel staat voor de poort van Kanaan. Het heeft zich gelegerd in de vlakke velden. Het heeft het wat gemakkelijker gekregen. De strijd en de vermoeiende woestijnreizen zijn voorbij. Het zwaard is opgestoken en het schild is aan de tentpaal gehangen. Ze nemen wat rust. En op dat tijdstip staat op de hoogten van Moab de dankere figuur van Bileam als een instrument in de hand van Satan om Gods volk te verderven. Met het zwaard, dat was duidelijk genoeg gebleken, kon dit volk geen letsel worden toegebracht. Daarom is Bileam geen krijgsman maar een profeet. Een profeet werkt immers op geestelijk gebied. Nu komt steeds op zulke tijden Bileam naar vo ren. Christus Kerk is steeds op woestijntocht. Met verdrukking, met zwaard of vervolging tracht de belager zooveel mogelijk te vernietigen. Maar als de poorten der hel ze niet kunnen overweldigen wordt de wereld wat welwillender tegenover haar. Ze heb ben eenige overwinningen te boeken. Ze kunnen rustig zijn. Ze komen in de vlakke velden. En in zulke jaren of eeuwen komt Bileam. Dan treedt hij op om zijn listen te brallen en zijn slangen vergif uit te storten over allen in wien hij zijn prooi ziet. Zulk een tijd is de echter Bileamstijd. Wie was deze Bileam. Zijn naam zegt al zeer veel en meer nog de naam van zijn vader, die steeds in samenvoeging met de zijne genoemd wordt. Bileam beteekend volksver- derver en die naam is hem misschien wel gegeven om zijn vervloekingen die Balak, de koning der Boabieten van hem verlangde. Beor, de naam van zijn vader, beteekend eigenlijk hetzelfde, iemand die verteerd wat hij treft met zijn banvloeken. Het was dus in zijn familie een opeen volging van dezelfde beroepswerken. Bileam stond niet op zichzelf maar zijn familie, het geslacht waar hij uit voortkwam had steeds een magische kunst en tooverij gedaan. Zijn voorgeslacht woonde in Petor aan de rivier, zooals we weten de Eufraat. Dus zij woonden in Ur der Chaldeën. Het land van de magiërs, de wijzen, van wien er later eenigen naar Bethlehem reisden om den koning der Joden te zoeken. Doch kwam hij uit Ur der Chaldeën, daar woonde Abrahams familie ook, en zoo zien we in hem een verwant van het volk Israels, omdat hij uit het Semitisch geslacht was. We zien in hem een eigenaardige mengeling van licht en van duister, van kennis van God en van heidendom. In Abrahamstijd was het in die land streek een groeien en steeds veld winnen van de afgoderij, zoo dat Abraham wordt weggezonden naar andere oorden, om hem te vrijwaren van die invloeden, die daar op een ieder zoo sterk inwerkten, en zijn nageslacht zuiver te houden van de duistere machten die daar hoe langer hoe meer veld wonnen. We zien Bileam zoi, als het ware op een voetstuk geplaatst, door de Heilige Schrift. Het voetstuk van de valsche vereeniging van Godsdienst en wereld- dienst. In zijn hart is als 't ware de kennis en het licht der waarheid gelijktijdig met het heidendom opgekropen en beheerscht zoo zijn denke nen han delen. Er is nog een eigenaardige trek merkbaar in de Schrift. Hem worden twee beroepsnamen, titels ge geven, welke rechtstreeks tegenover elkaar staan. Op de eene plaats wordt hij genoemd een voor zegger (Joz. 13 23) en op een andere plaats (2 Petr. 2 16) een profeet. En het is niet de mensch die hem naar eigen willekeur zoo noemt, maar de Heilige Geest duidt hem zoo aan in den Bijbel. Voor zegger wordt nooit gezegd van een profeet die in rechten dienst van Jehove stond, en hij wordt leen Profeet genoemd omdat hij toch is verlicht geweest met het licht dat alleen God zelf in zijn jhai't kon ontsteken. /Deze dubbelmensch ging dus tot de tooverij en, en «je ,jnagische kunst en tooverij wordt door God een gru'v iel genoemd genoemd. Dit„Js ook voor ons en in onze dagen een duide lijke vingerwijzing, want de mantiek, de magie van vroeeeii eeuwen ontwaakt weer. Het vragen der dooden (®n dergelijke duistere bedrijvigheden vragen veel en «'ringende belangstelling. En nu is het ge vaarlijke in is dlt> dat het niet geheel bedrog is. Velen die hitet eerst voor bedr°S en leugen hielden, zijn bij naüner inzien, toen ze bemerkten dat er wnnrhPiH in i!hg, er verder op ingegaan, en zoodoende S Cden van !«atan gevallen. De Christen dtëe erkend dat er bovenmenschelijke hemelsche krachten zijn, die erkend en herkend ook de helsche krachten die in deze wereld woeden, en weet zfch gewaarschuwd voor deze duivelsche in vloeden. i In de heidenwerelc^ van de oude en nieuwe tijd en ook in het moderner' heidendom komen deze wer ingen nog menfgvul diS voor- In onze veelzins ëe" kerstende mShapif« bet vrijwel teruggedron gen maar wie het Oossten kent> weet dat daar de mensch veelaf geplaag) d wordt door dergelijke dui velsche machten. ir. De schrift noemt <W,1Je dingen ook niet onwaar maar verbiedt en waarscl^wt °P dringende en ern stige. Men Z6&t wel eens om »o d&t het blijkt W3.3.r tc zijn, mogen we er aan meed'ePe?' maar dit is hiermee juist niet het geval, wantGbsod verbiedt het. Bileam is echter geen onge,adoovlJ><\> fmaa.L af?L van deze gevloekte zonde zij:en bedrij.f 8enjaakt. Bi leam is geknield voor de P00&Jto7.alVdfn. f£g ?°d ®n heeft Satan opgeroepen om faf "jet hem te ver dienen. Als de Bijbel hem e en £°?mt is dit niet anders dan een verv 'enschmg van God- (Wordt vervolgd). Rundvleeseh voor een prikje. In verband met de uiterst lag- prijzen van het slachtvee, hebben in Zeeuwse. Vlaanderen hier en daar de landbouwers bes] oten het uitslachten van hun vee over f £aan- Voor twee kwartjes per pond is de rum f en bief te koop. de mindere vleeschf- 500rtdn ze"s nog voor de helft lager. Uit den asl 'rd der zaak is er vlotte afname. Nationaal Cirisis-Comite. In de afgeloopen week is bij het Nai sis-Cpmite ontvangen 14.025.47. In totaal is thans ontvangen f 439.9? ^-05 ionaal Cri- Zwarte pokken in Zuid-Zweden. Aangezien het aantal gevallen van z\ varte pok' ken in Zuid Zweden de laatste dagen i: s toegenor- men, heerscht zoowel te Malmo als in omgi ving groote nervositeit., D'te medici ku voldoen aan den toeloop van patiënten, stond ingeënt willen worden. Gisteren groote opwinding te Malmo, doordat wachte zending van 50.000 ampullen va1 uitbleef. Tenslotte werd een groote hoe\ serum van Kopenhagen naar Malmo overg Terwijl te Malmo zelf sedert Zaterdag gee we ziektegevallen geconstateerd werden, zich te Christianstad oen nieuw geval voorg In geheel Zweden worden de strengste voo tigheidsmaatregelen toegepast. nnen niet die ter- ontstond een ver- ecinestof veelheid ©bracht n nieu- heeft >edaan rzich- Meisje met hagel beschoten. Toen Zondagavond een tweetal meisjes op Uiterdijk te P'ernis wandelde, liep aldaar een die in staat van dronkenschap verkeerde. rI de meisjes naar hem keken bleef hij staan en gon te schelden waarna de meisjes op de vb gingen. Zij liepen naar de ouderlijke woning daar er niemand thuis was, gingen zij bij' buren binnen. Toen zij later het huis van buren wilden verlaten om naar het ouderlii I huis te gaan, keek een 'der meisjes eerst in deur of zij den dronken man nog zag.. Op he zelfde oogen'olik werd in haar richting geschotf Het meisje bleef ongedeerd, doch de hagel drori op enkele plaatsen in de deur en het raamkoziji binnen. Bij onderzoek bleek dat het schot g< lost was door een dronjken man. De verdachti P. V. hereft een volledige bekentenis afgelegd Zijn dron'kenschap' was de oorzaak van zijn daad den Inan toen be nefit locli de de

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1932 | | pagina 6