1892 - 1932
1892
1932
heer P. G. Duker, Notaris te Zuidschar*
woude. Als belooning voor zijn ijveren en
streven tot het verkrijgen van een teletoon*
verbinding aan den Langendijk, welk pogen
met den besten uitslag wer d bekroond, werd
zijn telefoonnummer het eerste cijter van de
getallenreeks. Wij zien ons nog te midden
van de vele belangstellenden, die aan de
oproeping van den heer Duker hadden gev6lg
gegeven een bijeenkomst bij te wonen die
zou kunnen leiden tot een lokaal* en inter*
lokaal telefoonverkeer aan den Langendijk
In de annalen van de Langendijk zal de naam
van den heer P. G. Duker met eere worden
genoemd. Zijn nagedachtenis mogen wij bii
dezen eeren en huldigen.
De evenredige vertegenwoordiging he'eft in
ons kiesstelsel groote verandering gebracht
Wanneer voorheen de uitslag der Tweede
Kamer* of Prov. Statenverkiezing werd be*
kend gemaakt en de telegrammen kwamen
dan stond er voor het redactiebureau een zoo
groot aantal belangstellenden, dat het ver*
keer er meermalen door werd gestremd,
Zoo ook was 't toen de oorlog uitbrak in
1914. De oorlogskaarten van het Oostelijk en
Westerfront gaven met vlaggetjes de positie
der legers aan en met spanning volgde men
het beloop der strijdverrichtingen.
Een voorval dat ons steeds is bijgebleven
moeten wij eveneens nog vermelden. Er was
te Heerhugowaard een rumoerige tuinbouw*
vergadering, in welke de zelfbeheersching
van enkele bezoekers soms zoek was. De
voorzitter maande tot kalmte aan maar het
antwoord dat hij ontving bij wijze van een
geestige interruptie luidde: ,,'t Is alles maar
„labberdepoepie". Tumult en gelach volg*
de na dit steekhoudend argument.
Wij woonden persoonlijk de vergadering
bij en noteerden woordelijk deze „grove mis*
kenning" van 't voorzitters moraal. Wij krij*
gen een paar dagen later bezoek van dezen
strafprediker, die beweert zoo iets niet ge*
zegd te hebben enDat het zonder
klappen afliep is ons nu nog een wonder.
Bij het vluchtig doorbladeren onzer jaar*
gangen worden wij telkens en telkens weer
vastgehouden door hetgeen onze raadsver*
slagen vermelden. Wij raken de tel kwijt van
de vele vergaderingen, die wij hebben bijge*
woond en wereldkundig gemaakt. Dan
ontmoeten wij in den jaargang 1912 onze reis*
brieven toen wij voor onze zaak in Berlijn
vertoefden, dan weer lezen wij met aandacht
onze reisbeschrijving, toen wij opdracht ont*
vingen onze reis en ons verblijf te Weenen
in een geillustreerde uitgave vast te leggen.
Ongedacht is het feit, een gebeurtenis van
wellicht vérstrekkende beteekenis en gevol*
gen, dat H. M., onze geëerbiedigde Koningin,
in dezen voor onze streek zoo zware tijden
een bezoek bracht aan de gemeente Broek
op Langendijk om zien persoonlijk op de
hoogte te stellen van het bedrijfsleven. Een
Koninklijk slot willen wij het noemen waar*
mede wij onze meipoires besluiten.
Wij slaan nog even een blik op de jaar*
gangen onzer courant en denken aan de
jaren die achter ons liggen. Jaren van arbeid
van rusteloos werken. De "journalistiek is nu
eenmaal onmedoogenloos en eischt alle ener*
gie en inspanning.
Wij zijn dankbaar gestemd. Het volle leven
heeft zich aan ons geopenbaard met al zijn
lief en leed, zijn zorgen, zijn vreugde. Wij
danken allen, niet één uitgezonderd, voor
de medewerking en steun, die wij mochten
ontvangen, onze lezers, onze adverteerders,
onze medewerkeers, onze agenten, onze cou*
rantenbezorgers.
Maar dit woord van dank geldt niet het
minst de Hoofden der gemeeten, binnen
welke ons blad wordt gelezen.
Zij stonden ons vele malen met raad en
daad terzijde, en wij zijn hen zeer erkentelijk
voor die zoozeer gewaardeerde hulp.
Zeer erkentelijk zijn wij verder voor den
steun dien wij ontvingen van de vele ver*
eenigingen, die wij ook thans nog bedienen,
zij kunnen zich overtuigd houden, dat zij
wederkeerig op onzen steun kunnen blijven
rekenen.
Maar wij mogen niet nalaten een woord
van dank te brengen aan ons personeel.
Moeilijke tijden gaven soms moeilijke oogen*
blikken, maar wij willen hen gaarne om hun
werk en ijver in dit overzicht gedenken.
Hierbij meenen wij het te moeten laten.
Veertig jaren liggen achter ons. Wij mogen
even stilstaan, even rusten en een blik
achterwaarts slaan. En in dien terugblik za*
gen wij ons zelf terug als jongeman, als de
man van ervaring en ondervinding op rnid*
delbaren leeftijd, en wij zien ons thans in den
herfst van ons leven. In de eerste plaats
tasten wij in eigen boezem. Wij meenen de
algemeene belangen met ons orgaan te heb*
ben gediend, wij hopen, dat het oordeel over
onzen arbeid gunstig luidt. Maar, hoe ook,
wij zijn evenzeer overtuigd, dat wij in som*
mige stadia van ons leven hebben gefaald
bij het verrichten van onzen arbeid, dien wij
in alle opzichten hebben gemeend te ver*
richten om niet alleen onze belangen, maar
ook die van de geheele Streek te dienen.
Als een aaneenschakelingsstrook van opna*
men vertoonden wij de beelden op het doek
van het publiek oordeel, wij bieden wel
zeer onze verontschuldiging aan wanneer wij
ons vergist hebben.
In een bonte rij, zooals ons geestesoog het
zag, gaven wij in vogelvlucht onze indruk*
ken, werkzaamheden en gebeurtenissen weer,
aan uw oordeel-prijsgevende of wij onzen
Plicht hebben gedaan. Geweten en gevoel,
bewustzijn van een hooger doel en drang
naar beter dingen, zij beheerschten ons met
een innige overtuiging het goede te willen
dienen.
j Het is nu eenmaal niet genoeg, dat een
mensch werken kan en werken wil, hij moet
ook nog een markt zoeken voor zijn waren.
Vroeg op, in alles stipt, in niets te laat,
weinig behoeften, het hoofd koel en bij de
zaa,..\ £ecn vergissingen, geen opzien tegen
eerlijk werk al is het nederig en zwaar, trouw
ook in het geringste, ziedaar de zware
eischen die hei oordeel stelt. Dat er raad*
selen zijn in de wereld is voor twijfel niet
vatbaar! Van onverdiend leed zijn we iede*
ren dag getuige en van onbegrepen en onbe*
grijpelijke smarten is het leven vol. Van
niemand wordt het onmogelijke gevraagd
maar wie er prijs stelt waardig te leven en
rustig te kunnen sterven, die sta voor zijn
deel rein tegenover wat er komen zal na
hem.
L] Hit overdachten wij, nu onze maatschappij
blijkbaar is afgestemd op dat ééne accoord,
dat als een dissonant in alle toonaarden weer*
klinkt: „Wereldcrisis."
De nood der tijden treft ook ons in niet
geringe mate. Maar, jonge krachten namen
de onze over, de technische leiding berust in
handen van onzen zoon, wij vertrouwen en
gelooven!
Een Machtige steunt ons en schraagt ons,
Wij struik'len: Hii richt onzen voet,
Wij vreezen, wij vallen.... Hij draagt ons
Getrouw over bergen en vloed!
Moge het ons gegeven zijn nog langen tijd
met ons orgaan de belangen te dienen van
een streek, die ons zoo na aan het harte ligt,
en mede te werken, al is het met geringe
krachten, tot verbetering van den toestand,
die vooral onze omgeving zoo ernstig heeft
getroffen. Een streven, dat wij aanvoelen als
een plicht ons geboden.
Zoo zij het!
J. H. KEIZER.
Redacteur.
£S§ ïif
'J*
Het antwoord op de vraag of er aanleiding
bestaat zich te verheugen over het feit dat
men gedurende veertig jaren in de publieke
belangstelling gestaan heeft, zal wellicht niet
steeds bevestigend behoeven te luiden. Wan*
neer evenwel bevroed njag worden dat deze
belangstelling voortspruit uit waardeering
voor het dienen en bevorderen van de
publike zaak, dan zal men stilstaande bij
dezen mijlpaal zichzelven dankbaar mogen
bekennen dat er reden is tot verheugenis en
erkentelijkheid. Verheugenis om te bespeu*
ren dat niet tevergeefs gearbeid is en erken*
telijkheid voor ondervonden steun, medewer*
king en belangstelling.
De waarde dezer zelfbekentenis moge aan
onderstaande regelen getoest worden.
Heden, veertig jaar geleden, verscheen het
eerste nummer van „De Nieuwe Langedijker
Courant", Nieuwsblad voor den Langendijk.
Het weekblad verscheen eiken Zaterdag. Het
eerste blad werd als „proefnummer" aange*
kondigd en gedrukt in een eenvoudige kool*
dorsch. De uitgever sprak in zijn voorwoord
o.a. de hoop uit dat de uitgave niet alleen
nuttig voor hem, maar ook nuttig voor de
Langedijk zou zijn, zich voornemende den
bloei van de geheele streek te helpen bevor*
deren. Het kan niet ontkend worden dat het
verschijnen dezer courant voor den uitgever
een groot gevoel van verantwoordelijkheid
beteekende en oplegde. Veertig jaar geleden
waren nog niet allen gesteld op het bezit
eener courant, terwijl de communicatie*mid*
delen evenmin medewerkten om zich een
eigen en breeder gezichtskring te vormen
over allerlei maatschappelijke vraagstukken
en zich op de hoogte te stellen van het
wereldgebeuren. Evenmin was het maken
van reclame geheel tot den Middenstand
doorgedrongen, een factor van financieele be*
teekenis voor den uitgever, daar de hoofdin*
komsten van een blad uit advertentiën moeten
vloeien. Maar bovenal belaadde de uitgever
zich met groote verantwoordelijkheid omdat
de „vlag der hoofdredactie" zijn lading geheel
moest dekken. Immers, zij die verantwoor*
delijk zijn voor de voorlichting der openbare
meening, hebben zich voortdurend reken*
schap te geven dat uitgesproken en geschre*
ven gedachten de gemeenschap kunnen op*
bouwen of afbreken. Hetgeen gedurende
veertig jaar gegolden heeft, geldt ook thans
nog onverzwakt: veelal is eigen meening
vol gewicht ingegeven door het oordeel
van de courant. Het streven van den uitgever
was erop gericht met eerlijkheid en verdraag*
zaamheid de zaken van openbaar belang te
helpen bevorderen en een oordeel te vormen
en voor te leggen over belangrijke gebeur*
tenissen en vraagstukken.
Het eerste nummer van 2 April 1892 bleek
zijn proef glansrijk te hebben doorstaan, zoo*
dat de courant al vrij spoedig moest worden
uitgebreid tot twee bladen, terwijl na 13 jaren
overgegaan werd tot verspreiding twee maal
per week.
Bij het bereiken van eiken mijlpaal werd
niet stil gestaan om rekening te geven van
bereikte resultaten of verantwoording af te
leggen over ontvangen bewijzen van instem*
mmg en goedkeuring. Eerst 2 April 1917, bij
de 25*jarige herdenking van de oprichting
der Nieuwe Langedijker Courant werd op
ZCe j bescheiden wijze de balans opgemaakt
en dankbaar stilgestaan bij de groote steun,
medewerking en belangstelling, zoo ruim*
schoots ondervonden. Met gepast zelfver*
trouwen spreekt de Redactie uit het vaste
voornemen te hebben de verdere vooruitgang
en bloei van Langedijk te helpen bevorderen
In zekerheid omtrent den weg die de uitge*
ver ook verder zal bewandelen, moest deze
toezegging al was het in alle stilte
gewaardeerd worden, mede omdat levensei*
varing, zelfkennis en menschenkennis waar*
borgden dat deze belofte niet ijdel zou
blijken.
Hoewel toen niet gememoreerd, vraag ik
thans toch nog even aandacht en' herinnering
voor hetgeen de Nieuwe Langedijker Cou*
rant in de jaren 19141918 verricht heeft om
een iegelijk bij te brengen het weinige dat
geoorloofd was en het vele dat verboden
werd. De ontwrichting, ook in het volksleven,
verleende de inhoud van de N. L. Courant
een belangrijkheid als wellicht nimmer te
voren was betoond. Inderdaad, moeilijk valt
het in te denken hoe distributievoorschriften,
maximumprijzen, teeltregeling, lichtbeper*
king enz., enz. doorgedrongen zouden zijn
indien het plaatselijk orgaan daaraan geen
uitvoerige bekendheid en toelichting had ge*
geven.
Wij leven evenwel thans in vrede! En stil*
staande bij het huidig jubileum mogen wij
vastleggen dat ook de door den uitgever in
1917 hernieuwde toezegging van steun en me*
dewerking aan de bevordering van bloei en
groei der Langedijk, in vervulling is gegaan.
Ten bewijze daarvan sta ik slechts stil bij
het in woord en daad propageeren voor de
stichting der gemeenschappelijke U. L. O.
School, welker oprichting en groei zeer zeker
voor een belangrijk deel te danken is aan de
krachtige medewerking van den heer J. H.
Keizer.
Zijn groote belangstelling in de stichting
en uitbreidingen der gemeenschappelijke
lichtbedrijven kan bekend verondersteld
worden, waarbij even herinnerd mag worden
aan zijn overtuigend woord om geen acety*
leen* doch steenkoolgas te doen fabriceeren.
De belangen van het tuinbouwbedrijf zijn
door den uitgever steeds uitnemend verzorgd,
al ware het alleen maar door het uitvoerig
weergeven van de besprekingen in de tuin*
bouwvergaderingen en de verslagen van het
verhandelde in veilingsvereenigingen. Ook
deze actieve rol, gespeeld bij de opkomst en
groei van het tuinbouw*vereenigingsleven,
heeft bijgedragen tot meerdere samenwer*
king en intensiever organisatie.
Zoude het vereenigingsleven aan den Lan*
gedijk zulk een vlucht hebben genomen en
zich hebben kunnen opwerken en handhaven
op het peil, indien de prestatiën waren dood*
gezwegen? Ik betwijfel zulks, maar neem
gaarne aan dat de breedvoerige verslagen en
recencies van kunstuitvoeringen mede oor*
zaak zijn geweest van toenemende bloei en
groei van zoo menig gezelschap alhier. Veel,
zeer veel dank zijn deze vereenigingen aan
den heer J. H. Keizer verschuldigd!
Welk een gansch ander geheel biedt het
nummer van 1892 en dat van 1932. Toen een
weekblad voor Langedijk, van één pagina;
thans Nieuwsblad voor Hollands Noorder*
kwartier, verschijnende driemaal per week in
minstens twee bladen. De gezamentlijke jaar*
gangen zou men kunnen noemen de belang*
rijkste geschiedenisbron der verloopen 40
jaren aan de Langedijk.
Zij die de Middenstandstentoonstellingen
te Noordscharwoude bezochten zullen zich
de stands herinneren waar de machtige rota*
tiepersen stonden opgesteld en letterstaafjes,
regels, matrijzen, cliché's %nz. bewijs lever*
den dat de uitgever niets onbeproefd gelaten
heeft de nieuwste technische verbeteringen
aan te brengen ten behoeve van courent en j
lezers.
Werd het eerste nummer „proefnummer"
geheeten en mocht reeds gememoord wor*
den dat de proef doorstaan werd het num*
mer van heden zou ik „Bewijsnummer" wil* i
len noemen, daarmede uitdrukkende dat de
voornemens en beloften in 't voorwoord van i
1892 gedaan en in 1917 opnieuw bevestigd, i
zijn uitgevoerd en ingelost; dat de courant i
aan haar roepiing beantwoord heeft en dat
de uitgever medegewerkt heeft aan den groei,
bloei en welvaart van deze streek en haar
omgeving.
Met rechtmatigen trots kan de Heer J. H.
Keizer op de geschiedenis van zijn blad terug*
zien en met het volste verturowen voortgaan.
Naast de groote vreuy.de die ongetwijfeld
heden den Heer Keizer vervul!, past het we*
derkeerig ons hem onze erkentelijkheid te j
uiten voor zijn 40*jari;:'en stoeren arbeid en
krachtige medewerking in het belang van den
vooruitgang van Langedijk gegeven.
Loon naar verdienste! Met terzijdestelling
van elk parti*pris en uitschakeling van alle
„gekwetste majesteit" gebiedt een eerlijk,
onbevangen oordeel te erkennen dat de
„Nieuwe Langedijker Courant" anders
gezegd, de heer J. H. Keizer op verdienste
mag bogen en zegenrijken arbeid verricht
heeft.
Naast de vele heilwenschen, welke den ju*
bilaris op dezen dag zullen toevloeien, voeg
ik de mijne.
Het zij den Heer J. H. Keizer gegeven nog
vele jaren met dezelfde kracht en geestdrift,
zich te blijven wijden aan de welvaart en
voorspoed van Langendijk!
NOORDSCHARWOUDE, Maart 1932.
VAN SPENGLER,
Burgemeester van Zuid* en Noord*
Scharwoude.
•J$ !i*
a#
Hooggeachte Redactie,
Met belangstelling nam ik kennis van het
voor U zoo belangrijke en heugelijke feit,
dat het heden veertig jaren is geleden, dat
de „Nieuwe Langendijker Courant" voor de
eerste maal verscheen.
Belangrijk noem ik dit jubileum, omdat
het van beleid, energie en werklust getuigt
gedurende veertig jaren een courant voor
een beperkte omgeving, niet alleen te hand*
haven, maar in den loop der jaren te berei*
ken, dat deze thans driemaal per week ver*
schijnt; heugelijk voor U, omdat U door uw
werkkracht dit reseltaat heeft weten te be*
reiken.
Den tijd, dat ik hier als burgemeester werk*
zaam ben, nu ongeveer zes jaren, heb ik
steeds met belangstelling van uw courant
kennis genomen en laat ik mogen getuigen,
dat ze voor mij 'n trouwe gids is geweest bij 't
mij op de hoogte stellen van al datgene, wat
voor het hoofd eener gemeente van belang
kan worden geacht.
Met groote instemming heb ik mogen
constateeren, dat de verslagen van de ge*
meenteraadsvergaderingen steeds objectief
en juist worden weergegeven, zoodat de
abonné's een getrouw relaas krijgen van
's Raads handelingen.
Als burgemeester van Oudkarspel, deel
uitmakende van „de Langedijken", spreek ik
mijn voldoening uit, dat wij kunnen bogen
op een plaatselijk blad, dat driemaal per
week verschijnt.
Geachte Uitgever en Redacteur!
Ongetwijfeld zullen U heden in allerlei
vorm bewijzen van hulde en sympathie ten
deel vallen en ik wil dan bovenstaande rege*
len besluiten met den hartgrondigen wensch,
dat uw courant steeds in bloei moge toene*
men, zoodanig, dat U het oogenblik mag be*
leven, dat ze eiken dag verschijnt, hiermede
de kroon zettende op uw levenswerk.
OUDKARSPEL, 1 April 1932.
A. J. WIJNVELDT,
Burgemeester.
sap sflP ssP
BROEK OP LANGENDIJK, 1 April '32.
AAN DE REDACTIE EN DE
ADMINISTRATIE VAN
DE NIEUWE LANGE*
DIJKER COURANT,
NOORDSCHARWOUDE
Hooggeachte Redactie en Administratie.
Zeer gaarne voldoe ik aan uw vriendelijk
verzoek een enkel woord te plaatsen in uw
feestnummer.
Een lange reeks van veertig jaren hebt
gij publicatie gegeven aan alles wat daarvoor
in aanmerking kwam, misschien ook wel een
enkele keer aan iets wat die eer niet ver*
diende.
Gij hebt daarbij getracht zooveel mogelijk
zonder kleur te bekennen ieder naar beste
weten te dienen en ter wille te zijn. Dat dit
moeilijk is zult gij in de afgeloopen jaren
wel hebben ondervonden, en in hoeverre gij
daarin geslaagd zijt, waag ik thans niet op
dezen Uwen feestdag te beoordeelen.
Echter wil ik volgaarne U, Redactie en
Administratie van de Nieuwe Langedijker
Courant, mijne gelukwenschen aanbieden op
dezen gedenkwaardigen dag, daarbij voe*
gende den wensch, dat uwe courant ook in
de verdere jaren werkzaam moge zijn in het
belang van onze gemeente en van hare
omgeving.
P. SLOT,
Burgemeester van Broek op
Langendijk.
süf si* -*J$
SINT PANCRAS, 1 April 1932.
Geachte Redactie,
Met veel belangstelling heb ik kennis
genomen van het feit, dat U op dezen dag
viert het 40*jarig jubileum van het bestaan
Uwer courant.
Het zij mij vergund, U daarmede al dadelijk
mijne beste gelukwenschen aan te bieden!
Van een klein weekblad hebt U Uw blad
mogen zien uitgroeien tot een uitgave van
3 maal per week.
En dat is niet vanzelf gekomen!
Groote energie, omzichtigheid, bekwaam*
heid, volharding en opgewektheid zijn noodig
geweest, om Uwe courant een zoo groote
vlucht te doen nemen.
De oudste firmant heeft hierdoor bewezen,
al deze capaciteiten te bezitten en den juisten
kijk te hebben gehad op een zóódanige
inrichting van zijn orgaan, om tot het
bereikte doel te geraken.
De courant heeft bewezen, ook na de uit*
breiding der redactie en het deskundig per*
soneel, dat de zaak in goede handen berust!
Moge het U gegeven zijn, onder Gods
zegen, in gezondheid door te gaan op den
ingeslagen weg, opdat uw blad nog meer en
meer worde voor deze geheele streek een
product, dat door zijn objectieve en uitge*
breide verslagen onmisbaar is tot in verre
toekomst!
Met toewensching hiervoor van het beste
succes, verblijve,
Met de meeste Hoogachting,
De Burgemeester van Sint Pancras,
J. KROONENBURG.