De Twee Kleinzoons.
Voorstel B. en W. tot het vaststellen van een
verordening tot afwijking van bepalingen der win
kelsluitingswet in verband met den zomertijd.
Voorzitter zegt dat een verzoek is ingekomen van
de Mlddenstandsvereeniging, Kappers en L. W. N.
V. V. allen van dezelfde strekking om in verband
met den zomertijd het sluitingsuur met een uur té
verlengen.
B. en W. hebben geconfereerd met een commissie
uit adressanten en zijn van meening hieraan tege
moet te komen.
De heer v. d. Molen zegt zich er niet tegen te
zullen verzetten, maar vindt het toch jammer
dat het voorstel is gekomen. We hebben een wet
telijke tijd en de regeering stelt er prijs op dat deze
uitgevoerd wordt. Het geeft verwarring op het plat
teland, temeer daar het nog gesanctioneerd wordt
door B. en W.
Spr. had liever gehad dat B. ne W. de menschen
opwekte om aan den wettelijken tijd te voldoen.
Wethouder Ooijevaar zegt dat het op het plat
teland praktische bezwaren ontmoet.
Voorzitter zegt den zomertijd te willen uitscha
kelen. We hebben een wettelijke tijd, maar de prac-
tljk ter plaatse is anders. Wanneer de menschen
's zomers 7 uur wettelijke tijd thuis komen van het
werk en men moet nadien dan nog dringende bood
schappen doen of naar den barbier, dan is het
van belang dat het met een uur verlengd wordt.
Door de commissie waren dan ook verschillende
aannemelijke motievenl aangevoerd. We kunnen
daar verschillend over oordeelen, maar we hebben
toch mei
houden.
in dat dit door Jiun gesanctioneerd wordt en
wenscht dat geheel uit te schakelen, maar we wen-
schen alleen onze menschen ter wille te zijn.
Aldus besloten.
Voorstel van B. en W. tot het vaststellen van ver
ordeningen op de heffing en op de invordering van
vergunningsrecht.
Medegedeeld werd dat'het maximum vergunnings
recht wordt verhoogd van f25.— op f40.—. 2 Ver
gunninghouders betalen nu f 37.50 en f 50— het
welk zoo blijft.
Aldus besloten.
Voorstel B. en W. tot het vaststellen van veror
deningen op de heffing en op de invordering van
verlofsrecht.
Het verlofsrecht A is zwak hiervoor moet f25.—
betaald worden. De verloven moeten onderscheiden
worden in A en B.
B. Behoeft niet voor betaalt te worden, daar in
die verloven geen alcoholhoudende dranken ver
kocht worden.
Aldus besloten.
Voorstel B. en W. tot het vaststellen van een
verordening op de verdeeling van de gemeente in
stern-districten.
De stemdistricten worden nu als volgt verdeeld:
stemdistrict 1 in plaats van tot de veilingbrug wordt
de grens getrokken tot het raadhuis ten zuiden en
stemdistrict 2 vanaf het raadhuis ten Noorden.
Aldus vastgesteld.
Voorstel B. en W. tot het vaststellen van ver
ordeningen op de heffing en op de invordering
van 40 opcenten op de gemeentefondsbelasting on
der intrekking van de in de vorige vergadering vast
gestelde verordeningen op de heffing en invor
dering van 80 opcenten op genoemde belasting.
Voorzitter zegt dat in verband met het paralel
loopen van verschillende belastingen wij te laat
waren met onze wijziging, zoodat deze niet is goed
gekeurd en weer een besluit genomen moet worden
van 40 opcenten.
Aldus besloten.
Voorstel B. en W. tot wijziging van de gemeente-
begrooting dienst 1932. welke met een bedrag moet
worden verhoogd van f 4921.42.
Aldus besloten.
;J TT Rondvraag.
De heer v. d. Molen zou gaarne zien dat in ver
band met het adres ten opzichte der werkverschaf
fing het sportterrein in een beteren staat werd ge
bracht, daar dit bij een slechte dag weer er treurig
uitziet. Spr. ziet hierin een object voor werkver
schaffing. Verder werd door spr. gevraagd of ee in
verband met de circulaire van den minister in deze
gemeente nog arbeiders in aanmerking komen voor
huurtoeslag.
Voorzitter zegt betreffende het terrein, dat in
deze met den gemeente-opzichter daarover gespro
ken is, welke de meening was toegedaan dat de
FEUILLETON
17)
De oude Gravin was nog niet aanwezig,
ais Rosamunde de eetsalon binnentrad. Na
een algemeene begroeting, wendde zij zich tot
haren neef.
Zij had het gevoel, alsof zij voorheen in het
park te onvriendelijk, tegen hem was geweest
en hem thans een bemoedigend woord moest
zeggen.
Graaf Roderich scheen geheel verdiept in
het bezichtigen der afbeeldingen in het album
Had hij haar niet hooren aankomen? Eerst
toen zij vlak bij hem stond keek hij op.
„Hoe vindt udie fotografieën" vroeg zij..
„Ik voel niet veel voor archeologische overs
blijfselen", antwoordde hij, en bladerde vers
der.
„Voor mij heeft het een groote belangstel*
ling", voer zij voort, „de overblijselen van
verheven kunst te aanschouwen, overblijfse*
len, die nog aanwezig zijn en aanwezig waren
als een deel van een geheel, toen de Grie*
ken en Romeinen de wereld beheerschten en
een hoogtepunt van geestelijk scheppingsver*
mogen hadden bereikt, zooals daarna geen
enkele natie heeft kunnen bereiken.
„U spreekt zoo geleerd als een boek", zeide
Roderich eenisgzins spottend.
„Dan had u misschien liever, dat ik met u
over paarden, sport en dergelijke onderwer*
pen sprak?"
„O, neen!"
„In zekeren zin was zij het toch wel eenigs*
zins. Zij wist zeer goed, dat men haar neef
niet met geleerde dingen moest aankomen;
het was reeds eerder voorgekomen, dat zij een
dergelijk onderhoud met hem had gehad en
dat hij gelijksoortige opmerkingen had ge*
maakt. Zij had hem dan geplaagd over zijn
ontbrekende kennis, doch dit was haar ver*
der niet onaangenaam geweest. Heden echter
was haar deze mindere belangstelling eenigs*
slechte toestand van het terrein hoofdzakelijk te
wijten zou zijn dat er te vroeg gebruik van gemaakt
is, zoodat het dicht is geloopen. Voorzitter wil het
nog wel eens onder de oogen zien om te verbeteren.
Maar met het oog op de finantiën en het opnieuw
vaststellen der begrooting en het niet verkrijgen der
40 opcenten is de zoo grootst mogelijke zuinigheid
geboden. Wanneer het veel geld moet kosten is
voorzitter er voor om het een jaar te laten wachten
Wat de vraag betreft aangaande den huurtoeslag,
werd medegedeeld dat er op het moment geen
steuntrekkende arbeiders zijn welke daarvoor in
aanmerking komen, daar zij niet boven het huur
bedrag komen door den minister vastgesteld.
Hierna sluiting.
Vergadering van den Raad dezer gemeente op
Donderdag 21 April 1932, des avonds half acht ten
raadbuize onder voorzitterschap van den Edelacht-
baren heer A. J. Wijnveldt, burgemeester.
Aanwezig allen.
De voorzitter opent de vergadering met een woord
van welkom aan leden en pers en deelt mede, dat
B. en W. zich genoodzaakt hebben gezien, ondanks
op 6 April j.l. is vergaderd, thans weer den Raad
bijeen te roepen tengevolge van een voorstel van
B. en W. inzake steunregeling.
Z. E. A. hoopt,-dat de besprekingen van vrede-
lievenden aard zullen zijn.
Blijkens het getrokken stemmingscijfer, zullen
de stemmingen aanvangen bij den heer Zaagman.
Notulen.
De notulen der laatste vergadering d.d. 6 April
1932 worden zonder op- of aanmerkingen ongewij
zigd goedgekeurd 'en vastgesteld.
Mededeelingen.
Voorzitter deelt mede, dat:
a. volgens mededeeling van den Minister van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen de ver
schuldigde bijdrage in de kosten der R. H. S. School
te Alkmaar voor het jaar 1931 bedraagt f 648.84.
Waar het vorige jaar f4.78 door de gemeente
te veel is betaald, wordt dit bedrag in mindering
gebracht en bedraagt het totale bedrag f643.96.
b. Volgens mededeeling van den Directeur van
den Rijksdienst der werkloosheidsverzekering en
arbeidsbemiddeling over het 2e kwartaal 1931 als
extra subsidie in de crisisregeling, ten behoeve van
de werkloozenkassen is verschuldigd f72.44.
Het totale bedrag over het 2e kwartaal bedraagt
f 109.11.
c. Gedeputeerde Staten dezer provincie deelen
mede, dat de Minister van Binnenlandsche Zaken
en Landbouw bezwaar blijft maken tegen loontoe-
slagen bij plaatsing van werkloozen bij land- en
tuinbouwers, met steun- uit de gemeentekas.
d. Kerkvoogden der Ned. Herv. gemeente be
richten, dat het college van Notabelen zich heeft
vereenigd met het voorstel inzake de voorwaarden
waarmede aan de gemeente recht van overpad naar
de algemeene begraafplaats wordt verleend.
Ingekomen stukken.
a. Verslag betreffende verbetering van de Volks
huisvesting over 1931. Blijft ter inzage voor de leden.
b. Brief van den Minister van Binnenlandsche
Zaken en Landbouw inzake het subsidieeren van
werkverschaffingen.
De voorzitter deelt mede, dat de Minister bezwaar
heeft tegen het verleenen eener subsidie, op grond
van het feit, dat de werkzaamheden zijn begonnen
alvorens een verzoek om subsidie tot den Minister
was gericht. Door Z. E. A. zijn terzijnertijd bepalin
gen omtrent loonen etc. vastgesteld, indien eene
subsidie werd verleend.
B. en W. hebben den inhoud van dit schrijven
overwogen en zijn van meening, gezien het bedrag
ad f2500— wat reeds is uitbetaald, dat dit niet
zonder meer voor kennisgeving moet worden aan-
zins stuitend. Zij zette het gesprek hierover
dan ook niet verder voort en zeide terloops:
„Waar blijft dan toch Albert?"
„Het aangenaam gezelschap van zijn die*
naar houdt hem wellicht nog wat terug."
„Zoo, is de nieuwe dienaar aangekomen?"
„Ja, en Albert moet zeer met hem ingeno*
men zijn.
„Ik wil slechts wenschen, dat hij niet zoo
ongeschikt is als Frits."
„O, deze schijnt mij toe als de reinste pron*
ker", hoonde graaf Roderich, „trots zijn een*
voudige kleeding, ziet hij er uit als een bui*
tensporig opgedirkte dandy uit de residentie.
Ik zou een dergelijke trohie niet om mij heen
kunnen hebben en ik voorspel u, dat hij niet
zal blijven, Zijn eenvoudige trekken
verbergen een stille aanmatiging. Die zal nog
eischen stellen."
Op dit oogenblik werden de vleugeldeuren
geopend die naar Alberts kamer voerden.
Gelijk daarop duwde Heinrich Schwarz den
wagen over den drempel.
„Daar kan u reeds kennis met den nieuwen
bediende rpaken", zeide Roderich.
Rosamunde wendde zich om, maar nauwe*
lijks had zij een blik op den binnenkomenden
ziekenwagen en zijn bestuurder geslagen, of
zij ontstelde in hevige mate alsof plotseling
een geest*, een spookverschijning uit den
grond was opgerezen; een siddering doorliep
haar geheele lichaam, het werd haar zwart
voor de oogen, over haar gelaat kwam een
vale bleekheid, haar bloedlooze lippen ver*
trokken zich stuipachtig en de half bewuste*
looze zou zijn neergestort, indien Roderich
niet was toegesprongen en haar in zijn armen
had opgevangen.
Maar deze handeling gaf haar de bezinning
terug. Zij richtte zich weder op en zeide op
min of meer geërgerden, eigenaardig dofklin*
kenden toon:
„Laat mij slechts, het gaat reeds weer over"
Alles kwam in beweging, men naderde haar
en vroeg wat haar scheelde.
Rosmaunde had haar volle zelfbeheersching
genomen. Als wij nagaan, dat het loon, wat hier
wordt uitbetaald hetzelfde bedraagt als" bij het
Staatsboschbeheer te Schoorl met rijkssubsidie
eveneens onder voorwaarden van den Minister, dan
Is er geen verschil. Ook hier wordt 8 uren per dag
gewerkt tegen een loon van f15.— per week. Voor
het platteland blijft het altijd moeilijk om tijdig
subsidie aan te vragen, omdat hieo; het werk moet
worden gezocht, hetgeen anders is met de groote
steden, die voldoende werk hebben. B. en W. zijn er
in geslaagd om productief werk te kunnen ver
schaffen.
B. en W. stellen den Raad voor, dit college te
machtigen om nogmaals' een verzoek te richten
tot den Minister om alsnog eene subsidie toe te
kennen.
Aldus wordt besloten.
Nog is ingekomen van Ged. Staten de begrooting
over 1932, waarbij is verzocht eenige administra
tieve wijziging aan te brengen.
B. en W. stellen voor aan dit verzoek te voldoen.
Aldus besloten.
Voorstellen van B. en W. betreffende:
1. Steunverleening werklooze arbeiders in het
land- en tuinbouwbedrijf.
De voorzitter deelt mede, dat dit het punt is,
waarvoor de Raad nu weer bijeengekomen is. B.
en W. zien den tijd naderen, dat het productieve
werk opraakt. Aangezien door den Minister eene
steunregeling in het leven is geroepen, die reeds in
de gemeenten Zuidscharwoude en Broek op Lan-
gendijk wordt toegepast, stellen B. en W. voor ook
deze in het leven te roepen voor deze gemeente.
(Voor deze regeling verwijzen wij naar de raads-
verslagen van bovengenoemde gemeenten).
Het ligt in de bedoeling van B. en W. deze te
doen ingaan op 25 April a.s. De werkloozen moeten
tweemaal per dag ten raadhuize komen stempelen
en wel des morgens om 10 uur en des middags om
half 3.
Z.E.A. dringt er ten sterkste op aan, dat de werk
loozen zich toch vooral organiseeren, daar er slechts
enkelen zijn die van de werkloozenkassen der or
ganisaties profiteeren. In Zuidscharwoude zijn er
zelfs ruim 100 georganiseerd en dat kan ook hier.
Aangifte moet geschieden voor 1 Juni, daar de
wachttijd is gesteld op 6 maanden. De uitkeeringen
vangen aan met 1 Dec. a.s. Zij behoeven dus geen
mensch „dank je" te zeggen en trekken 13 weken
lang en is het een steun van rechtswege. Nog merkt
Z.E.A. op, dat de steunregeling omvat alle land- en
tuinbouwers.
Wethouder Bakker deelt mede, zich te hebben
vereenigd met deze steunregeling, hoewel hem deze
als sociaal-democraat allerminst bevredigd, want
het is er mee als schraalhans keukenmeester. Spr.
is van gedachte, dat als de wereld van producten
is overstelpt, zulks niet noodig is. Wij zitten, aldus
spr., midden in het kapitalisme en dat eischt
„schraalhans." Om eventueel een hooge uitkeering
tevragen, zal niet baten, daar de minister dit
toch nog niet goedkeurd. Spr. wijdt zulks aan het
feit, dat de minister geen verstand heeft van land-
tuinbouw.
Hierna- wordt overeenkomstig het voorstel beslo
ten.
2. Het verleenen van een crediet voor het aan
schaffen van een nieuwe schrijfmachine.
B. en W. vragen een crediet van f 400.alhoe
wel het benoodigde bedrag wel iets lager zal zijn.
Mr. Eecen vraagt of de oude machine wordt in
geruild, waarop de voorzitter antwoordt, dat deze
in gebruik zal blijven voor zoover zulks noodig is,
daar er voor verkoop weinig animo bestaat.
Overeenkomstig het voorstel wordt" besloten.
Rondvraag.
De heer Bommer vraagt, of degenen die crediet
ontvangen ook nog steun krijgen. Spr. zegt, dat
deze vraag reeds eerder aan B. en W. is gericht,
doch dat hierop nog geen antwoordt is ontvangen.
De voorzitter antwoordt hierop, dat er door de
commissie een onderhoud was verzocht en is aan
den heer Kaan als eerste onderteekenaar den dag-
volgende op het onderhoud bericht gezonden. Na
afloop van deze raadsvergadering zal echter nog
nadere besprekingen gehouden worden.
Z. E. A. merkt op, dat de heer Kaan zijn men
schen slecht heeft ingelicht en neemt spr. steeds
de burgerlijke beleefdheid in acht door het tijdig
zenden van bericht. De heer Kaan heeft in deze niet
voldaan aan zijne verplichtingen.
Niets meer aan de orde zijnde,, sluit de voorzit
ter de vergadering.
terug gekregen.
„Een lichte aanval", zeide zij, „het was zeer
warm in het park, ik heb tamelijk hard ge*
loopen, ik heb in den laatsten tijd die aan*
vallen meer gehad."
Zij lachte plotseling vrij luid, maar het was
een gedwongen, onnatuurlijk lachen en zij
ging daarop voort:
„U ziet, dames en heeren, dat u zich over
mij niet ongerust behoeft te maken. Ik ver*
zoek u zich niet verder door mij te laten
storen."
„Je hebt ons allen werkelijk doen schrik*
ken", zeide graaf Stephan.
„Ik moet u duizendmaal om vergiffenis
vragen, lieve papa", antwoordde nog steeds
lachend de gravin.
Men was nu werkelijk weder gerustgesteld.
Geen van allen had gedurende dit voorval
acht geslagen op Heinrich Schwarz. Ook deze
was bij het zien van Rosamunde een hoog
rood naar de wangen gestegen van schrik
en verbazing. Het was echter graaf Roderich
wien het wel was opgevallen, toen ook Rosa*
munde haar hoofd had omgewend.
De ontsteltenis zijner nicht, had een oo*
genblik zijn gedachten afgeleid, maar bepaal*
den zich nu meer op dit bijzondere voorval.
„Wat kan dit zijn? Wat heeft dat te bedui*
den?" waren vragen, die over zijn lippen
zweefden. „Is het mogelijk, dat er iets be*
staat tusschen gravin Breitenbach en den be*
diende van haar broeder? Hier bestaat een
geheim, dat ik moet trachten te ontraad*
selen."
Albert was door Heinrich naar zijn plaats
gebracht. Zijn „allen goeden dag?" stierf op
zijn lippen, toen hij zijn zuster zag wankelen.
„Zijt ge nu weer heelemaal beter, Rosamun
de?" vroeg hij thans.
„Geheel en al" antwoordde zij.
Heinrich Schwarz stond nog achter den
wagen, bescheidenheidshalve de oogen naar
den grond gericht.
„Heeft u nog bevelen voor mij, mijnheer de
Graaf?" vroeg hij zacht.
„Nog één minuut verzoek ik u te wachten,"
antwoordde Albert, en zeide met luider stem
Plaatselijk
Nieuws
Oudkarspel.
Het Circus „Olympiad
Hoe of het ook gaat in de wereld, hoe de toe
standen ook zijn, een circus trekt altijd, groote
belangstelling. De aankomst van de groote wa
gens, het opbouwen van de groote tent en de stal
len is voor velen alreeds een zekere attractie.
Vol spanning wacht men den avond, waarop
de openingsvoorstelling zal plaats hebben. Hen-
ben wij reeds eerder de komst van het circus
Olympia aangekondigd, het was gisteravond, dat-
wijuitgenoodigd waren de eerste voorstelling bij
te wonen.
Op het terrein van den heer O. Wagenaar staat
de mooie en geriefelijke groote tweemastertent,
waarachter de stallen on het wagenpark zich
bevinden. Voor de hel verlichte entree ontbrak
het niet aan de noodige belangstelling vanj kij
kers en nieuwsgierigen. Op hoffelijke wijze door
dee Directie ontvangen, wordt ons een uitnemen
de pla ats aangewezen en hebben wij een. oogen-
blikje gelegenheid het interieur eenigszins nauw
keuriger op te hemen en is onze indruk van een
zeer gunstigen aard. Van alle plaatsen, het zijn
er maar eventjes 2500, heeft men een uitstekend
gezicht op de groote arena. Weldra klinken de
vroolijke tonen van dé circuskapcl, de groote lam
pen worden ontstoken en het sein weerklinkt
voor het eerste nummer en zijn het. de clowns,
die hun entree maken, op een wijze, die de lach
lust der toeschouwers in hooge mate opwekken
Dan komen ,,The Copera's" die ongeloofbare
jongleurkunst ten beste geven.
De voltige a la Richard, gereden door Fraulein
Winter, is een aaneenschakeling van halsbrekende
toeren op den-, rug van een forsche viervoeter
Dan is het de directeur in eigen persoon, de
heer iMaxx Winter, die eenige zijner mooie paar
den in vrijheidsdressuur de arena binnen brengt.
Hier zien wij nog de zoo mooie- dressnurkunst,
die van groot geduld van den directeur getuigt'.
Wederom klinkt de bel en verschijnt de lief-
tallgie Fraulein Meta, die ons laat sidderen met
hare verrichtingen als koorddanseres, evoluties
die wij nog nimmer hebben aanschouwd.
De gebrs. Jerom treden hierna op in een dub
bele cowboyvoltige en in vliegende vaart gaat
het paard op paard af
Hoe Fraulein Irma zich op den rug van ros-
sinante |n)thuis gevoelt, toont zij door zeer ge
durfde staaltjes van jongleeren.
De heer E. H. Williams komt dan met zijn vier
prachtige viervoeters en ook nu viert de dres-
suurkunst weer hoogtij.
Dan is het pauze en gaan wij een kijkje nemen
ir. de marschstal en kunnen wij niet nalaten1 onze
bewondering te uiten over de mooie collectie paar
den en poney's, wier aanblik getuigt van een uit
stekende verzorging.
Na de pauze zien wij de verrichtingen van den
sterksten man van Europa, Heinz Marko. Ge
weldig is de kracht die hij ontplooit. Noemen
wij slechts, dat hij twee wielen, verbonden door
een as, een gewicht hebbende van 140; pond, in
„Ik wil mij verooorloven, geachte dames en
heeren, mijn privaat secretaris, mijnheer
Schwarz voor te stellen."
„U laat uw bediende wel spoedig carrière
maken", zeide met eenigszins spottende stem
graaf Roderich.
„Ik denk", antwoordde Albert op zekeren
toon, dien hij uitsluitend aannam, wanneer
hij met zijn neef sprak, „dat dit geheel mijn
zaak is en gaat derhalve niemand aan.'
„Nu, nu Albert, niet onmiddellijk zoo
norsch!" In gedachten voegde Roderich er aan
toe: „vervloekte nijdigaard."
„Ik behoef uw hulp thans niet meer", zoo
wendde de zieke zich tot zijn secretaris. „U
wil wel zoo goed zijn tegen den tijd van het
diner, ongeveer om vijf uur, weder bij mij
te zijn. Adieu, tot straks mijnheer Schwarz."
„Jij bent wel zeer beleefd, tegen je bedien*
de", nam Rodeerich weder het woord, nadat
de secretaris zich had verwijderd.
„Je hebt reeds gehoord," sprak op denzelf*
den toon als tevoren de jonge graaf, waarbij
duidelijk bleek dat de aderen op zijn voor*
hoofd zwollen, „dat ik mijnheer Schwarz tot
mijn privaat*secretaris heb aangesteld, en dat
je dus weet, dat hij niet meer mijn bediende
is. Overigens bezit de jonge man zooveel ken*
nis, dat, wanneer hij jou daarvan een vierde
deel kon afstaan, er meer licht van je zou
uitstralen dan thans het geval is."
Albert was een geheel ander mensch, wan*
neer hij lieden tegenover zich had, die hem
minder sympathiek waren en die hij niet lij*
den mocht. Dan was hij licht geraakt, afge*
trokken, sarcastisch, graf soms en onbeleefd.
Dan openbaarden zich de gevolgen eener ver
wende opvoeding, tengevolge zijner ziekte en
bleek uit zijn lichtgeraaktheid hoe zeer hij
was vertroeteld.
Roderich had echter geen tijd meer op deze
grofheid te antwoorden, want de vleugeldeu*
ren werden op dit oogenblik door den kamer*
dienaar geruischloos geopend en de oude
Gravin, gevolgd door freule von Richthofen
trad de kamer binnen.
(Wordt vervolgd.)