Pluimveeteelt onze Lezeressen Sproeten komen vroeg in het voorjaar, koop tijdig een pot Sprutol Bij alle Drogisten. DE OUDSTE BOOM TER WERELD, De oudste boom ter wereld staat bij het Mexi- I cansche dorp Santa Marta de Tula. Zijn leef tijd wordt geschat op 6000 jaar! De takken zijn nog krachtig en frisch. Reeds Ferdinand Cortez, de veroveraar van Mexico, maakte er in zijn geschrif- i ten melding van, terwijl in 1803 Alexander von Humboldt hem eveneens beschreef en zich over i zijn omtrek van 36 M. verbaasde. lucht, maar ook de eigenaardige reactfe te voor schijn roept. VOORDEELIG VOEREN. Door een langdurige voorlichting zijn we in ons land met de pluimveeteelt gekomen tot betere fok- methoden, doelmatiger huisvesting en rationeele voedering. Vooral dat laatste heeft veel moeite ge kost. De boeren waren sinds jaer en eeuwe gewoon om de kippen haar eigen kostje te laten opschar relen; 's avonds kregen ze wat mais en de eitjes, nu ja, daar bemoeide de boer zich niet mee. De eieren waren voor de boering, de opbrengst was haar „eiergeld". Eindelijk is de boer het gaan mer ken, dat anderen met hun kippetjes méér wisten te winnen dan hij; hij ging zich voor de zaak in teresseeren en ondervond, dat hij inderdaad, als hij de nieuw-modische methoden toepaste, zich be langrijke voordeelen bezorgde. Zoo werd de pluim veeteelt het voornaamste nevenbedrijf van den landbouw. Dat de boer tenslotte moderne hoenderstallen heeft aangeschat, de broedeieren of kuikens van goede fokkerijen liet kaomen en dat hij zijn bees ten meelvoer is gaan verstrekken, zegt ons duidelijk dat de nieuwe methoden goed en voordeelig waren. Als de boer dat voordeel, om het zoo eens te zeggen niet met zijn klomp kan voelen, dan prakkezeert hij niet over verandering. Met den kunstmest was het eenzelfde geval. De boer stond er aanvankelijk ongeloovig, spottend tegenover, maar naarmate hij de voordeelen van kunstmest op de proefvelden kon zien, aanvaardde hij de nieuwe profijten, welke de wetenschap hem bood. Jammer dat een boer zich door tijdelijken tegen slag weer zoo gauw uit het veld laat slaan. H- be- jok nu niet, dat een kip een goed meelvoer behoeft om een behoorlijke productie te kunnen geven, maar hij redeneert: de eieren brengen veel te weinig op, dus moet ik mijn voordeel niet in wat meer eieren zoeken, maar in een vermindering van mijn kosten. Op het oogenblik meelvoer te verstrek ken aan de kippen, zoo denkt hij, dat is goed geld naar kwaad geld gooien. Niet alleen uit hetgeen we zoo hier en daar lazen, weten we het, dat de meeste boeren weer tot de aartsvaderlijke voedermethode van het pluimvee zijn teruggekeerd, maar dat bleek ons ook uit persoonlijke ondervinding, opgedaan in vele gesprekken met landbouwers. Ze laten de bees ten weer naar hartelust scharrelen, wat altijd goed is geweest, maar stellen naast hetgeen de dieren zelf weten te vinden, nog slechts goedkoope mais ter beschikking. Natuurlijk ziet de boer het verschil in opbrengst wel, maar hij redeneert: bij de eiren, daar moet toch geld bij. Dat is op zich zelf waar, maar men mag niet vergeten, dat de toeslag per ei des te aanzienlijker zal worden, naarmate de pro ductie minder is. Bezuiniging op het voer brengt veel minder voordeel, dan de teruggang in productie de nboer kost. We zullen dat verduidelijken met een persoonlijke orïdervinding, welke we dezer dagen op deden. Om een der huisgenooten een plezier te doen kochten we van een gebuur 4 eenden, heelmaal geen bijzondere dieren, een gekruist stelletje. Bij den gebuur liepen ze vrij in een wei, maar een hok voor den nacht hadden ze niet en het voeder bestond uitsluitend uit mais. Meer was ook niet noodig, ver zekerde onze gebuur, want de eieren brengen toch te weinig op en de eendjes waren best content met de mais. De productie dieren was: soms 1, soms geen ei per dag, een enkelen keer 2 eieren en één keer, zoo verzekerde onze gebuur met nadruk, had hij op één dag 3 eieren geraapt. We timmerden i een nachtverblijf je af in den stal, gaven den een den buiten een loopje van circa 6 M2., omdat we momenteel niet meer grond te missen hadden en plaatsten er een teil met water in. Maar: ze kregen van den eersten dag af, behalve haar mais in den namiddag, een behoorlijke portie meelvoer in den ochtend. In de eerste week legden, als gevolg van de overplaatsing, 3 eieren totaal. Op den achtsten dag begon het echter anders: 2 eieren. Daags er na: 3, toen vier, nog eens vier, dan weer 3, maar nooit minder. We rapen regelmatig 4, 5 a 6 dagen ach tereen 4 eieren, dan één dag 3. Onze gebuur ge loofde er niets van, tot we hem meesleepten naar den stal, waar het eierlijstje hing, naast het een den-nachtverblijf. Toen moest hij toch wel aan nemen, dat we niet dag-in en dag-uit ons zelve door die notities zouden bedotten. We rapen van die 4 eenden nu gemiddeld 2 eieren per dag méér dan onze gebuur dat deed en we hebben het hem voorgerekend, dat ons voer aan die 4 eenden nog geen 2 cent per dag méér kost, dan hij besteedde. Voor nog geen 2 cent hebben we 2 eieren méér. Al zouden we op onze eendjes dus niet kunnen ver dienen, er gaat toch minder geld bij dan wanneer we ze onverstandiglijk „voordeelig" zouden voede ren. Wees niet bekrompen, boeren-kippenhouders! Re ken het met een potlood in de hands eens na, wat een rationeele voedermethode u per dag méér kost dan een eenzijdige maisvoedering en reken óók uit, welke het verschil in opbrengst is! Het meelvoer is bovendien niet duur meer. De fabrikanten voeren op het moment in den strijd om het bestaan een bijna doodelijke concurrentie met elkaar. EEN MEER MET DRIEëRLEI SOORT WATER. Ten Noorden van Bergen in Noorrwegen vindt men bij het plaatsje Mo, de Mo-Fjord, die uit loopt in een klein meertje. In het meertje vloeit een bergstroom, die het zoetwater brengt; door den vloed komt er zout zeewater in, dat er bij eb weer ten deele uitgespoeld wordt en dan vindt men in het meertje nog een tamelijke hoeveelheid zwavel houdend water. Lang heeft men er naar gezocht, hoe het water er in kwam, totdat men eindelijk de oplossing daarvan heeft gevonden. Het door de beek aangevoerde zoetwater drijft boven, terwijl het door den vloed aangevoerde zoutwater, omdat het soortelijk gewicht zwaarder is, op den bodem blijft. In het zoute water leven vele bacterieën, die weer de afval uit de zoetwaterregione, waar visschen en andere dieren leven, omzetten in zwavelhoudende stoffen, die op hun beurt weer zwavelwaterstof doen ontstaan, dat niet alleen de eigenaardige OEFENING BAART KUNST; BEGIN DUS VROEG. De~~waarheid van bovenstaande regel staat als een paal boven water. Vele beroemde mannen en vrouwen hebben zich in hun jeugd reeds geoefend in datgene, waarin ze later een groote rol zouden spelen, waartoe zij zich aangetrokken gevoelden. Door enkele voorbeelden is het bovenstaande ge makkelijk toe te lichten. De bekende Engelsche natuurkundige James Watt construeerde op 24-ja- rigen leeftijd zijn eerste stoommachine, nadat hij zich in zijn jeugd jarenlang daarop toegelegd had; ja men vertelt van hem, dat het als jongen van 10 jaar reeds begon, toen hij aan tafel zittend, de deksel van de theestoof door den stoom zag optil len. Edison bracht reeds op 14-jarigen leeftijd ver beteringen aan aan een telegrafietoestel. Maar vooral schilders en beeldhouwers zijn reeds vroeg begonnen. We weten van Giotti, dat hij a,ls herders knaap zijn schapen op steenen teekende, waardoor de aandacht op hem viel. Eveneens was het Michel Angelo, die op zeer jeugdigen leeftijd teekende en boetseerde. Albrecht Dürer maakte op 13-jarigen leeftijd zijn eigen portret. Om in ons land te blij ven, weet ik, dat Toorop en Prikker als jongens heel goed teekenden en zoo bestaat er b.v. een etsje van Charlie Toorop, dat zij op 7-jarigen leeftijd gemaakt heeft en een goed beeld geeft van haren vader. ONZE KEUKEN. t WAT ETEN WE DEZE WEEK? ZONDAG. Eierragout in schelpen kalfsoesters— doperw ten aardappelen aamndelpudding met vruch tensaus of biscuits. MAANDAG. Varkenslapjes gedroogde appeltjes aardappe len rijst met boter en suiker. WOENSDAG. Spinazie met eieren aardappelen gebraden boter wentelteefjes. DONDERDAG. Runder ribstuk raapstelen aardappelen —gries meelpudding met pruimen VRIJDAG I. Schelvisch met aardappelen peterseliesaus worteltjes bessensapvla met rozijnen. VRIJDAG II. Roereieren wortelen met groene erwten aard appelpuree bessensapvla met rozijnen. ZATERDAG. Koud vleesch roode kool aardappelen kar nemelk met havermout. Amandelpudding met vruchtensaus. 200 gram amandelen, driekwartliter melk, kwart liter room, 150 gram suiker, 10 blaadjes witte gela tine, een flesch vruchtensaus. De amandelen worden in heet water gebroeid, waarna de huidjes gemakkelijk verwijderd kunnen worden. De gepelde amndelen worden met de drie kwart liter melk op een lage pit gezet en gedu rende een half uur getrokken, niet gekookt. De ge latine zetten wij zoolang in water te weeken. Heeft de melk lang genoeg getrokken, met de amandelen, dan worden de amandelen uitgeschept en fijngehakt, de melk aan de kook gebracht, de suiker erdoorheen geroerd evenals de gehakte aman delen en als de pan van het vuur is ook de goed uit geknepen gelatine. De massa moet nu afkoelen, doch wij vergeten niet er va ntijd tot tijd 'n te roeren, om te voorkomen, dat de gelatine en aman delen zakken. Begint de pudding drillerig te wor- deij, dan wordt de inmiddels stijf geklopte room er bij gevoegd en de massa in een omgespoelden vorm overgebracht om geheel en al stijf te worden. De pudding kan met vruchtensaus opgediend worden maar ook met zachte biscuits. Even wil ik er nog aan herinneren, dat gelatine- pudding zeker 6 tot 8 uur noodig heeft, om geheel en al stijf te worden dus dat men het beste doet deze, vooral des zomers, daags van te voren klaar te maken. De groentesoep hebben wij bereid van alle mo gelijke voorjaarsgroenten, die we konden krijgen en selderij, kervel, peterselie en prei, hebben deze goed gewasschen en fijngehakt en daarna opgezet meta water en zout en voor elke kwart liter een maggi bouillon blokje gerekend. Gekruide rijst. De winteraardappelen beginnen over het algemeen genomen slecht te worden en wij zullen dus goed doen deze te vervangen door rijst, macaroni of, zooals onze Duitsche buren dit meestal doen .door noedelen of splëtzle. Is men eenmaal aan den smaak die toch neutraal is, gewend, dan vindt men het niet alleen smakelijk maar zeker ook voedzaam. Rijst en macaroni of spaghetti zijn in verhouding zeker goedkooper dan aardappelen, waarvan op het oogenblik veel afvalt. Ook hebben genoemde meelspijzen dit voor, dat zij, na even doorgekookt te hebben in hooikist of couranten weggezet kun nen worden en pas te voorschijn worden gehaald als men aan tafel gaat. Niet alleen bespaart men gas, maar ook tijd, die anders voor het schillen van aaradppelen noodig is. Een uitkomst dus ook voor drukke dagen, vooral nu de schoonmaak nog niet achter den rug is. Bij deze gerechten is het ook niet noodig vleesch te gebruiken, hierbij smaken kruidenommelet, roereie ren en nog op andere manieren bereide eieren uitstekend. Hel goedkoop komt ook Rijst met lever (rund of varkenslever) waarvoor we rekenen: 500 gram rijst, 1 ui, 100 gram boter, 500 gram lever, zout. De rijst wordt op de gewone wijze gaargekookt. eW rekenen in de hooikist of in couranten, dat we tweemaal zooveel water als rijst noodig heb ben. We brengen het water met wat zout aan de kook en voegen er de goed gewasschen rijst bij. waarna we alles nog 5 minuten op een lage pit (met de deksel op de pan) laten staan en in de hooikist overbrengen. De uit wordt in de boter gaar gesmoord en de le ver, die slechts weinig gezouten is, wordt erbij gevoegd en (vooral niet hard) bruin gebraden, daar na aan kleine stukjes gehakt. Even voordat de rijst opegdiend wordt, halen wij deze uit de hooikistpan en werken de lever en uien erdoorheen,zoodat weeen smakelijke niet te vaste massa krijgen. Spatzle. 250 gram bloem, ruim 1 dl. melk, zout, 2 eieren, 50 gram boter. Het meel wordt meta de eieren vermengd, daarna wordt de melk erbij gevoegd en zoolang geklopt, totdat c-en gelijk, stevig beslag is gemaakt, dat niet uitvloeit, doch ook weer niet te bast mag zijn. We orengen een pan met water en zout aan de kook en leggen het beslag bv. op de onderzijde van de broodplank die wij een weinig schuin boven de pan houden en snijden nu van dit beslag telkens dunne smalle reepjes, die wij in het kokende water iaten glijden. Na een paar minuten komen de spatzle weer boven drijven en worden met een frituuriepel of schuimspaan uitgeschept en op een warme schaal (die bv. op een pan heet water staat) ovei gebracht. We gaan zoo verder totdat al ons deeg verwerkt is, maar doen niet teveel reepjes, deeg teg^ijk in het kokende water. Als de spatz e klaar zijn, wordt EG g:am boter lichtbruin gemaakt en er overheen gegoten evenals wat geraspte beschuit. Men kan er sla bij geven en ook wel gedroogde EEN DRAMA IN DE LUCHT. Het was tijdens den jongsten rondvlucht van d# Nederlandsche luchtvloot,^ dat het gesprek van een aantal gasten in de Roode Leeuw te Zaanhuizen over het vliegen ging. Vliegen was een koud kunstje tegenwoordig, zoo heette het, gevaar was er vol strekt niet meer aan verbonden en ieder mensch. die zich zelf respecteerde, moest de sensatie van den luchtdoop hebben beloofd. Jij al gevloegen, Jansen? voo vroeg een der gasten. Ik heb met vliegen méér meegemaakt, dan jullie tesamen nog ooit beleven zult zei Jansen met afgrijzen. Ene mij krijgen ze nooit meer de lucht. Na zoo'n inleiding kwam Jansen er natuurlijk niet meer van af om zijn avontuur in kleuren en geuren te vertellen. Hij liet zich niet lang veizoe- ken. Het was in het vorig jaar zomer, zoo begon hij. Ik was met vacantie in Parijs, bezocht er ook het vliegveld La Bourget en net als nu kwam onder de leden van het gezelschap het gesprek op het maken van rondvluchten. Ze waren allemaal al eens in de lucht geweest, ik nog niet. En ik had er geen zin in ook. Ik werd geplaagd en op niet on duidelijke wijze werd me mijn gemis aan durf ver weten. Enfin, jullie begrijpt, ik liet het er niet bij zitten. Vóór we het vliegveld verlieten, had ik een ticket gekocht voor een rondvlucht op den vol genden morgen. Voor dien dag was er geen gele genheid meer en, eerlijk gezegd, ik was daar vol strekt niet rouwig om. Ik was me nooit van bang heid bewust geweest, maar op vliegen had ik het nu eenmaal niet begrepen. Als je in een ruitig zit, kan het paard op hol slaan; een trein kan ontsporen, maar in al zulke gevallen kun je tenslotte nog iets doen om je te redden. Maar wat rest je, als daar boven in de lucht de piloot een toeval krijgt of een beroerte? Ja. lach nu niet, zoo'n kerel is toch óók maar een msch! Enfin, aan zulke mogelijkheden dacht ik, toen ik 's avondsMaar laat ik kort zijn Den volgenden morgen stapte ik met heel het gezelschap het vliegveld op; een machine stond reeds klaar. Enkele dames en heeren zag ik in de kajuit kruipen; de piloot wierp het restje van zijn sigaret weg en ikhield mijn pas een beetje in, hopende voor dezen tocht te laat te komen. Mijn gezelschap echter zette me tot spoed aan, ik draafde met ingehouden pas op het toestel toe en natuur lijk was ik nog juist op tijdNóg hoor ik den slag achter me van de kajuistdeur; We taxieden over den grondenfin, jullie hebt dat allemaal meegemaakt; Op enorme hoogte waagde ik het er eindelijk op om naar beneden te zien om te genie ten van den aanblik van bosch en veld, en van rivieren, welke als lintenJe kent dat alles óók, nietwaar, uit' eigen waarneming en de mooie be schrijvingen in de kranten. Ik kneep mijn oogen weer aanstonds dicht. Ineens hoorde ik een stem.. Duizend meter! hoorde ik gillen. Ik keek op, het was de piloot, die met een vreeselijken grijns naar ons omzag en ons de hoogte der machine had toegeroepen. Maar je kunt in een vliegtuig de stem van een piloot toch niet verstaan. Dat dacht ik óók! Maar ik hoorde de stem en ik zagzijn lach van waanzin. Ik kneep in de leuning van mijn stoel en wij, passagiers, we ke ken elkaar allen aan, ik angstig, de anderen met een vragende uitdrukking. De stommelingen, ze begrepen nog niet, dat de piloot krankzinnig was geworden. Deux kilomètres; schreeuwde de kerel ons weer toe. Twee duizend meter! Ik greep naar alles wat ik vast kon houden, want de machine werd bijna loodrecht omhoog getrokken. Nu begonnen ook de andere passagiers te gillen. Een paar dames tuimelden van haar zitplaatsen en rolden omlaag, naar de staart van de machine Trois kilomètres! Wéér klonk die waanzin- roep. Meteen liet de kerel zijn handles los. Hij stond appelen. Pruimen abrikozen en;. Ook smaakt een zoete tamatensaus hier heel goed bij. Deze mankt men van driekwart liter water, 1 klein busje puree. 60 gram bloem, 50 gram boter, 60 gram suiker, 2 theelepels kaneel. Boter en bloem verwarmen, tomatenpuree erbij voegen, suiker en kaneel en tenslotte het water onder voortdurend roeren erbij schnkn, waarna de saus nog 10 minuten moet doorkoken en warm worden opgediend. Vragen deze rubriek betreffende worden gaarne be antwoord door de redactrice „Onze Keuken" Hof- zichtlaan 4, den Haag. (Nadruk verboden.) GEZELLIGHEID IN HUIS. Opbouwend werken der huisvrouw. In deze sombere-tijden zijn het de vrouwen, die er toe bij kunnen dragen de omgeving wat zonniger te maken. Een eerste vereischte is ee n goede gelijkmatige stemming. Nu is niets moeilijker dan dit, dat weten wij wel, maaf toch is niets onaangenamer voor onze om geving da n wanneer wij alles even zwaar opnemen en altijd maar klagen. Komen we er iets mee vooruit? Neen, integendeel. Niet alleen het humeur der huisvrouw is veel waard, maar ook haar gave om het huis gezellig te maken, Hiertoe kunnen tal van kleinigheden meewerken, wij zouden haast zeggen alles, wat niet slechts in de eerste plaats op practische doeleinden is ingericht. Hoe goed doet het niet aan, als wij enkele mooie din gen die inderdaad niet de pretentie van kostbaar te zijn behoeven te hebben in onze omgeving hebben, een mooie aardeewerk vaas of een glazen schaal, die door hun harmonischen vorm en kleur hetoog boeien Wie wordt niet aangenaam ver rast door een bos mooie slanke tulpen of andere voorjaarsbloemen, waardoor wij het nieuwe leven in huis brengen? Bloemen en planten, ze brengen zoo'n sfeer van gezelligheid met zich mede. Een tafel, gedekt met een vroolijk gekleurd aar dewerk servies, een paar bloemen in het midden, vallen de binnenkomenden dadelijk op. Er gaat iets uit van al deze kleine dingen en geven een sfeer van gezelligheid die de zorgende hand van 'n vrouw zonder veel kosten kan brengen. Wanneer een vrouw tegen de moeite opziet, door eigen initiatief, door kleine opofferingen het leven van anderen mooier te maken, dan moet zij begin nen zichzelf voorbij te zien. Men moet slechts de oogen openhouden en alle zinnen gspannen dan gevoelt men zelf, hoe mén in eigen omgeving een gezellige sfeer ka nscheppen. De vrouw, die in allerlei kleine dingen om zich heen het goede en mooie weet te zien en te waar- deeren, die vrouw is ook in staat het leven in haar omgeving mooier te maken. HUISHOUDELIJKE WENKEN. Nieuwe aardappelen. Hoewel het nog niet zoover is dat wij reeds over het gebruik hiervan denken, willen wij hier bij voorbaat al een wenk geven, hoe te voorkomen is dat zij zoo waterig smaken. De aardappelen worden geschrapt, vlug gewas schen en in een vergiet goed uitgelekt. De aard appelen moeten nu gaar gestoomd worden, waartoe wij de vergiet met aardappelen in een breede pan hangen en hier zóóveel water in doen, dat dit de aardappelen niet raakt. Een weinig zout wordt over de aardappelen gestrooid; pan en vergiet worden afgesloten met een deksel, waarover een meermalen opgevouwen keukendoek komt, opdat alle stoom ip de pan blijft en de aardappelen gaan stoomen. Zij worden, op deze wijze bereid, kruimelig en smaken goed. SCHOONMAKEN VAN SPORTSCHOENEN. Bij tennissen, zeilen, roeien, gymnastiek en andere sport zijn speciale, voor deze doeleinden gemaakte schoenen, veelal met gummizolen onmisbaar. Heel veel worden witte schoenen gekozen en deze moeten regelmatig schoon gemaakt worden, willen zij geen te groote tegenstelling vormen met de lichte sportkleeding. Heel goed kan men dit doen, door de schoenen af te wrijven met een brei van magnesia en een weinig benzine, maar ongevaarlijk is deze behandeling niet en zij moet ook absoluut buitenshuis plaats vinden. Men kan in den handel, ook speciale steenen koopen voor het reinigen van deze schoenen. Deze hebben echter het nadeel, dat de witte krijtachtige massa gauw loslaat en overal strepen en vlekken geeft. Een ander heel eenvoudig middel is, om de schoenen eerst goed schoon te borstelen, ze daarne in warm zeepwater te leggen, met lauw sodawater naspoelene n in de schaduw laten drogen, nadat men de schoenen eerst stevig met papier of andere lappen heeft opgevuld, opdat zij in den vorm blij ven, door te snel drogen in de zon zou de bovenstof licht krimpen. Zijn de schoenen droog, dan worden ze met gips of fijn krijt bestrooid, dat voor het aantrekken met een zachten borstel wordt afge veegd. op van zijn plaats enals maar lachende en grijnzende kwam hij de kajuit binnen geklauterd. Meteen duikelde het toestel. Wat onder was, kwam boven en omgekeerd. Passagiers en piloot, ze rol den allen door en over elkaar, zelf was ik óók van mijn zetel afgegleden. Toen ik opkeek, zag ik den waanzinnig lachenden bestuurder naast me liggen. Met één vuistslag sloeg ik hem bewusteloos. De adem werd me schier benomen, zóó duize lingwekkend was de vaart naar omlaag. Ik behield al mijn tegenwoordiggheid van geest echter en kroop naar den stuurstoel. Ik greep een willekeurige handle ende machine begon te stijgeren. Ik greep een andere handle en het vliegtuig duikelde nu óók om de vleugels. Ik greep nóg een handle en we daalden, vielen sneller, met steeds toenemende vaart! Ik zag den grond op ons afkomen, nog één secondeik kneep mijn oogen dichtnog één moment Ik was wakker!In mijn bed, hotel La Bonne Espérance, RueduNord, Ze hebben me uitgelachen, als ik nooit uitgela chen ben. Ik heb niet gevlogen. Mijn vrouw heefc gebruik gemaakt van mijn ticket en het was zóó heerlijk geweest, zei ze, dat ze met den piloot wel eeuwig door het leven had willen varen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1932 | | pagina 6