1 4 li '32 URGENTE KWESTIE De autotocht van de Ouden van Dap West-Friesche gedachten in het West-Friesch dialect Beperking dier Werkioosheid door verkorfing van den Arbeidsduur Plaatselijk Nieuws We zien het allen nu zoo zachtjes aan wel, dat er groote veranderingen in ons economisch leven plaats hebben. Het begint aan vele zijden en op vele plaatsen te kraken, de inkomsten vair het gezin, van publieke lichamen, van de over.groote meerderheid der be drijven dalen en de uitgaven gaan in dezelfde mate niet omlaag. Dat zal tot groote moeilijkheden lei den, nog grooter dan we nu al doormaken, zoo niet intijds wordt ingegrepen. Het blijkt o zoo moeilijk in tijden van bittere noodzaak het geheele leven anders in te richten zich enkele soms noodgewdon- gen, vele zaken te ontzeggen.. Zoo spoedig toch meenen we, dat hetgeen we tot heden in den vorm van betere voeding, kleeding, woning en matige luxe ons konden veroorloven, 'tot de noodzakelijke levensvoorwaarden moet wor den gerekend En moeten we dan onze uitgaven bekrimpen, en veel aangenaams en nuttigs ontbe ren, dan is er al heel weinig noodig, of we meenen in alles tekort te schieten. Natuurlijk is hier niet gedoeld op de jammer genoeg reeds breede categorie die practisch in een jaar, soms twee jaren geen in komen uit hun bedrijven genoten en nu teren op crediet, reserve of ten koste van ouders of vrienden leven. Daar wordt een kommer- en zorgenvol le ven geleid, de voorbeelden zijn er maar al te veel op het platteland. Er worden nu. pogingen aangewend, om het be drijfsleven in onze streek voor inzinking te behoe den. Zijn we goed ingelicht, dan zal de steun, tot heden vgn een individueel karakter, op andere wijze worden geboden. Men zint op het garandeeren van garantieprijzen, waardoor heht geheele be drijfsleven gesteund wordt. Daarnaast zijn er nog andere mogelijkheden, waaraan wel meer, dan tot -heden is geschied, de aandacht mag worden geschonken. Gaan we na, dat tal van artikelen met 20 tot 30 procent soms zelfs nog beduidend meer, in prijs zijn gedaald, en vergelijken we daarmee de daling van het in dexcijfer, dan valt het op, dat het laatste cijfer hij lange na niet zoo gedaald i.s De index van het levensonderhoud is slechts met 10—15 procent gedaald. Hoe dat komt? Omdat op ons levensonderhoud nog andere fac toren inwerken, dan die van voeding en kleeding. En op die andere factoren oefenen de officieele of semi-officieele bedrijven zoo'n grooten invloed uit. En de prijzen der goederen en diensten, door deze lichamen berekend, dalen weinig of - niet. Wordt het reizen per trein noemenswaardig goedkooper? Hoe staat het met de tarieven van het P.E.N.? van de waterleiding, van het gas, van de autobusdiensten? Worden de markt-, brug-, ha vengelden verlaagd? Dalen de huren in evenredigheid? Ook die van woningen, door gemeenten met Rijkssteun ge bouwd? Immers neen. En dfi.ar is de oorzaak te zoeken, dat het indexcijfer in totaal niet zoo daalt als met het oog op de levensmiddelenprijzen wel wordt aangenomen. Het is noodig dat ook in dat opzicht verandering kome. Het is de dure plicht van de overheid, dit ,in den ruimsten zin genomen, aan de verlaging van ihet prijspeil mede te werken. Het blijkt wel, dat 'men dien kant opgaat. De ibezuinigingscommissie Weiter stelt ean bezuini ging van 120 millioen voor op de Staatsuitgaven. (Waar met de Staatsuitgaven ruim 700 millioen gepaard gaan, beteekent dit bij aanvaarding een (bezuiniging van ruim 17 procent. Het is de vraag of dit zelfs voldoende zal zijn. Men komt er zeker niet, als men met kleine middelen werkt als 3 procent op de salarissen, men zal tot beduidende inkrimping van het overheids apparaat, waar even mogelijk, dienen over te gaan. A. T. Begunstigd door uitgezocht weer, had 2 Juni de autotocht plaats. Een fille van 37 luxe auto s met een wagen, die benoodigde „vivres" meevoerde, bleek noodig de genoodigden met begeleiders te kunnen plaatsen. Mooi op tijd kon, dank zij de uitstekende regeling, des morgens worden vertrokken. Langs de dorpen uiteeraard veel publiek, dat de passa giers vriendelijk toewuifde, een bewijs dat de au totocht populair is geworden Geen wonder wie gunt onze ouden zoo'n heerlijken dag En dra ging het in matig vaartje op Avenhorn aan, de Beemster door, over Purmerend, naar de Hoofdstad, waar in het vanouds vermaarde Tol huis de auto's een bij uitstek gunstige parkereplaats vonden en de passagiers in den tuin, vlak voor het Y, ,een kop koff.ie gebruikten. ,Intusschen werd de reederij Bergman opgebeld, en spoedig arriveer de voor het Tolhuis een viertal watertaxi s die het ge zelschap opnam. En toen gin® het langs de Am- sterdamsche grachten, een orach Amsterdam laat zien op een wijze die bepaald prach tig is Wat zijn de Amsterdamsche grachten mooi. Bekende pleinen, de oude torens, ze werden door meerdere bejaarden als oude bekenden begroet. Daarop naar het Y, langs de mastbosch van wim pels, van jammer genoeg veelal sche oen van de binnenvaart. Even het Noordzeekanaal op ter bezichtfging van nabij van scheepswerven Een tweetal stoomschepen waren in aanbouw een derde helling lag leeg. De oogen werden d.cnt geknepen in de buurt van devuilverbrandmg^wa een stofdeeltjes in de lucht daar m de En daarop ging het de Amsterdamsche haven door, rechts en links lagen er schepen in lading te lossen en ook weer velen opgelegd. Met bewonderende belangstelling werd de F c. Hooft" van de Mij. Nederland bekeken het motor passagierschip van slanke lijn, prachtige, vormen, en schitterende schoonheid Daarachter lag he motor-vrachtschip de Poeloe-Laat van dezelfd h net type van de snelvarende moderne vrachtsche pen met beperkte passagiers-accomodatie Rechts lag de groote Orania van de Kon. Holl. Lloya, gelukkig in lading om binnen enkele da0e reis naar Zuid Amerika aan te vangen Dan onder den Verbindingsdam door, korneri^^ op het territoir van de KoninklijkeS 1 Mij. met zijn vele schepen en vele ijnen. Er agen in ladin« voor de havens aan de Middel- ïandsche zee, voor Scandinavië en Frankrijk, „„„i varen ,om en zien het droeve beeld van vele opgelegde schepen. Elf groote stoomers. de meeste van de Mij. Ntderland liggen daar met de bekend „hoed op de pijpen. Somber en triest beeld van de malaise in deze voorname tak van bedrijf. En even verder een nog grooter aantal, de booten met zwarte pijpen en witte rand, allen van ,de Koninklij ke, zooals de Amsterdamemrs plegen te zeggen. Daar ligt de „Crynosen" te laden, die waarschijn lijk nog deze week naar West Indie gaat. ,E!yeV:.verd,er liggen de schepen van de Holland- 9lnkalijn en dan komen we weer tegenover de terreinen van de„Nederlan,d." Aan deze zijde arri- veeren de Indie-booten, vaak ziet men hier de schit terende zusterschepen de „Johan van Oldenbarne- veld" en de „Marnix van St. Aldegonde" die de trots zijn van de Amsterdamsche haven. De „Prins der Nederlanden", die we voorbij va ren, voor even 20 jaren een super-moderne boot, nu ouderwetsch en geheel uit den tijd, Ugt te wach ten op een kooper met „de hoed" op. We zien enkele schepen in dok. Werklieden loo- pen onder de kolossen van ijzer door, een mooi gezicht. We naderen het Tolhuis, uiterst voldaan begeeft het gezelschap zich anaar den utin, waar een kop koffie wordt gedronken een boterham gegeten. Niemand behoefde uit te rusten, van vermoeie nis was geen sprake, alleen misschien waren de oogen wat vermoeid en konden, de vele, vele in drukken niet allen worden verwerkt. Dat watertochtje was bepaald schitterend. Dra was het tijd om weer in te stappen en ging het door Amsterdam Centrum via West, Sloterdijk, Halfweg. Haarlem naar Velserbeek, waar men een verevrsching gebruikte. In kalm tempo werd gelijk trouwens den geheelen dag, de „Heimat" weer opgezocht. De rit door de Langedijker dorpen geleek een blijde intocht, schier heel Langedijk liep uit om de lange fille auto's te zien en de oudjes vriendelijk toe te wuiven. De muziek vereeniging van Zuid- scharwoude zorgde voor vroolijke muziek. En zoo m;ag het comité met dankbaarheid terug zien op een welgeslaagden dag, en is erkentelijk aan allen die het mogelijk maakten, dezen mooien tocht te organiseeren. (Nadruk verboden.) Wat ben je toch onwaize laat, zaide Meraitje teugen men. En niet ien keer, maar wel tien keer. Nou, 'k deid eerst maar of 'k et niet hoorde, maar zokke waive wulle altaid alles wete vanzelf. Deerom hew ek 't maar zaid. Dat komt nerregens aars van, zaide ek, as dat ek as de dood ben voor de pelisu-. Weerom, zaide Meraitje, je hewwe toch zaid, dat je gien dobbers meer in de Achtergeist legge zeile en skiete doen je ok niet meer. Nei, ik skiet niet meer opheden, zaide ek, maar de eplisies doene zoo raar. Nou ja, wat den zaide Meraitje, maak ers wat of, je gane zoo bai Maai en Memelik om. t Duurt ure. Kaik, zaide ek, die pelisies hewwe alle gaar temet een groot pestool in der diesek. En das heel gevaarlijk laikt et, want je leze niet aars as „Wielrijder, vader van zeven kinderen doodge schoten." „Veldwachter steekt een visscher met sabel in zijn buik" enzoovoort. As 't nou allegaar noodig was, omdatte de arrestante zei ek maar zeg ge zoo gevaarlijk benne. maar dat laikt gieniensen zoo. 't Laikt soms wel of ze 't er om doene, van preamntigaid. Nou ja, maar ons pelisie zei ok wel niet doen, zaide Meraitje, die kaikt naga! goedig. Dat ken wel weze, zaide ek, maar as ek gladde knoupe zien, den loup ik een aar padje, 'k Meet niet hewwe. Azze ze jou skote, as je niks dein had- de, zaide Meraitje, ek denk dat ek heurlie ok skiete zou Met zout. Nou afain, toen ben we maar an 't eten gaan, want de witte boone wazze meer as gaar 'k Heb 't aars dxok had, van de week, want ek hew main piepers spoten, voor de Phytoftera. 't Heb wel weer puur kost, maar de kost gaat voor de baat uit, moet je maar rekene. Zou et nag wat worre met de vroege eerepele? In Duisland hewwe die Italiaansche piepers nag elf mark opbrocht zaide epn koupman teugen men, en de ouwe nag twei mark de vaiftig kilo. Die man was er weest in Duisland. 't Was deer ok huile met de lamp an, zaide ie. En 't had er nag zoo'n weer weest ok. Bai ien boer temet drieduizend rame stikhageld. En re- gene Temet net zoo hard as men groovader ders meemaakt heb. Die had een akker deer bai et Waardje en hai kwam ers met men vader in 't skuitje deervandaan. M'n vader zat vooran en de oud was an 't kloeten. En toen begon 't ok zoo onwais hard te regenen, 't zag er wit van. Ze blvo maar stil draive, want ze konnen heerder nag veer der En die bui was ieniensen weer ofloupen ok Maar nou 't mooie, m'n vader was klisdeurnat, maar m'n groovader had gien spatje voelt, 't End van de bui viel net in de middend van 't skuitje. 't Is echt beurt, en wie 't 't lest verteld heb, leeft nag Met m'n spinazie is 't aars sluuf ofloupen. 'k Had tadig zaid, om vroeg in de vangst te wezen, maar t is allegaar skoten door die warreme dagen, t Gaat airs nag al, wat de boel angaat. De vlooie leite ons na gal met rust. An de aare kant hew ik aars in ir»*n levensdage zoo'n onwaize friKkcndille zood niet meemaakt, 't Tweide meljoen is er nag niet En ze hewwe nagal skreven zoo. De otobusse raio ok zoo best niet meer. Azze ze der praize ers wat minezeerde? Die broer van de bhkmanes- verkoupei van de sluis is nou ok een otobus begon nen Nou rneskien wul die ok wel prais geve, azze de ouwe var. dage vitgane. Konkerensie is m zoo n geval gien neideel. Dat komt wel goed. 't Zou mam verlegen begrootte as die ouwe menskes ok nag voor die krisistroep der uitje misse moste. Niks hoor as er gien cer.te genog benne, den maar wat minder, maar uit zelle ze. Ja, nou die brieve die ek kregen heb. Der vraagt hier ien, wat nou ai- gerlijk dat kartje van Volkers de radioman van Sir.teoanl.eris voor een ding is, een vilesepee of ceii hondewagen, of gien van baien. Iemesciage hewwe "'olkers en Jan Jonker de slager et deer nag tiai over had. Een fietS is het niet, want et heb giro plaats en een hondekar is 't ok niet, want Volkers heb gien raibewais. 't Is zoo'n kartje op fietswiele en deer lcrpt een hond heel pittig achter te dou wen Vollers heb et zelf uitvonden, maar ha: ken 't ding gien naam geve. Ze hewwe der Vanderberg ok nas bai haald, die ouwe pelisie van. Noordsker- wcu met c-ic groote snorre. Nou die snorre gonge recht r.Vr end staan van 't prakkezeeren, maar hai wist et ok niet. Nou we hewwe alles neistruund, maar hier skiet ok ons waishaid tekort. Maar ek weet wel een reidje as 'je 't wete wulle. Den moet Vollekers net zoo lang. op een fietspad raie gaan dat ie een prinsesverbaal kraigt. En den moet ie bai de regter zegge, dat hai et as een fiets be- skouwt, en dat ie wel op een fietspad raie mag. Den zelle de houge heere 't wel uitzoeke. 't Ken em vaiftig cente koste, as 't den gien fiets i s, want et is een principieele zaak, zooazze dat noeme en den zelle Jonker en Vanderberg deer ok wel voor betale Main juridisch advies kost niks. Een aar vraagt hoe of ik over ons parlement denk. Nou. kaik ers. Men neef de kantoorskraiver zait, dat parle komt van parler, das Frans en dat beteekent prate, en ment komt van mentir en beteektn liege. Dus wat doene ze nou in 't parlement? Net, goed reiden. M'n neef heb dat ok niet van z'n aigen, maar dat heb Domela Nieuwenhuis ers zaid, je wete wel, die vraie. Den hew ek er nag ien, die vraagt main mien'ing over de verhouding van kapitaal en arbeid Ja m'n knecht, as je 't main vrage, vind ik kapitaal en arrebaid net twei kwaje honde voor een hon dewagen. Ze blaffe mekaar en ze baite mekaar, maar ze moete och samen de wagen thudsbrenge, as vt goed is. Ik heb nag meer brieve, maar die komme een are keer wel. M'n pepkr is vol en Piet pakker is al sloten, want 't is over achten. BedtaiJ. De groete, ok van Meraitje, Sintebankeris. ZUIDSCHARWOUDE. De ouden van dagen van Zuidscharwoude en Br. op Langendijk hebben onder begunstiging van praCh tig zomerweer andermaal hun jaralijksche auto tocht gehad, daartoe in staat gesteld door de offervaardigheid der burgers Voor het vertrek ston den hier en daar groepjs menschen en juichten de blijde oudjes een .goede reis toe. De tocht ging door den Beemster naar het welbekende Tolhuis nabij Amsterdam. Hier werd eenigen tijd gepau zeerd en natuurlijk iets genuttigd om daarna in 4 motorbootjes een watertocht te maken door de Amsterdamsche binnenwateren, welke tocht onge veer twee uur duurde. Bijzonderheden welke gedu rende dit watertochtje konden worden opgemerkt, werden den oudjes duidelijk gemaakt, om daarna weer naar het punt van afvaart terug te keeren Om 3 uur werd de outorit weer nervat. en ging men over Haarlem naar Velserbeek, waar even eens eenige gezellige oogenblikken werden doorge bracht en de inwendige mensch versterkt. Nu gin gen de auto's over Alkmaar en door de Heerhugo- waard naar den Langendijk. In Noordscharwoude stond een uit het fanfarecorps „Kunst na Arbeid" samengesteld muziek-ensemble het gezelschap van ruim 100 oudjes op te wachten. Met deze muziek voorop werd nu weldra Zuidscharwoude en Broek op Langendijk bereikt. Echter ging men door naar Sint Pancras, om de Witte Kerk heen, w.at voor de keering der auto's noodzakelijk was. Hoogst vol daan en dankbaar kwamen de oudjes in hun woon plaats terug, verwelkomt door talrijke groepjes menschen. Vermelden wij ook nog, dat de firma Faust te Andijk voor deze gelegenheid 9 bussen koek be schikbaar stelde. Natuurlijk werden deze door de commissie dankbaar aanvaard en door de oudjes met genoegen verorberd. Voor de offervaardigheid der burgers is deze blij de dag der oudjes natuurlijk een groote voldoening. Op onze beurt zeggen wij het commissielid J. de. Ruiter dank die zoo welwillend was, ons de noodige inlichtingen over dezen autotocht te verstrekken. ZUIDSCHARWOUDE. Crisis Comité. Waar het dikwijls voorkomt, dat aanvragen om steun bij het Crisis Comité, uit den aard der zaak niet altijd voor inwilliging vatbaar zijn, deelen wij mede, dat bij de beoordeeling der aanvragen over het algemeen het volgende wordt aangenomen. Personen, die in eenigerlei vorm toeslag of uit- keering van de gemeente of werkloozenkas ontvan gen, kunnen niet voor steun in aanmerking ko men (zeer bijzondere gevallen uitgezonderd) daar toe zijn de middelen ten eenenmale ontoereikend. Aan werkloozen kan geen anderen steun worden verleend dan aanvullenden steun in den vorm van levensmiddelen, en dan nog alleen van die, welke zonder bezwaar van de kas ter beschikking van het comité zijn gesteld. Armlastige personen, geen crisis-slachtoffer zijn de, behooren zich te wenden tot de kerkelijke diaco- niën of tot het Burgerlijk Armbestuur. ZUIDSCHARWOUDE. De uitslag van den gehouden kolfwedstrijd, waar aan door een groot aantal kolvers uit Noord-Holland werd deelgenomen en die gehouden werd in de kolf baan van De Vier Eenen te Spanbroek, had den volgenden uitslag. Eerste klasse: le prijs K. Quant te Warmenhuizen 526 punten; 2e pr. P. Molenaar te Zuidscharwoude 509 punten; 3e pr. J. Klapper te Enkhuizen 503 p.; Serieprijs T. Roosjes, Grootebroek 107 p. Tweede klasse: le prijs G. Hop, Noordscharwoude 501 p.; 2e prijs C. Goet, Nieuwe Niedorp 494 p.; 3e prijs J. Buis, Grootebroek 477 p.; Serieprijs L. Voorn, Opmeer 108 punten. Derde klasse: le prijs Sj. Maakal, Broek op Lan gendijk 421 p.; 2e prijs P. Duif, Spanbroek, 403 p.; 3e prijs J. Kramer, Zuidscharwoude 402 p.; Serie prijs J. Koelemeij Spanbroek 94 punten. LANGENDIJK. De uitslag van den tweedaagschen 15-slagen-wed- strijd van den Noordhollandschen Kolfbond, waar van door een groot aantal kolvers werd deelgeno men is de volgende: Eere-afdeeling: le pr. A. Berkhout te Zuidschar woude 161 punten, 2e pr. P. Molenaar te Zuidschar woude 150 p. Eerste klasse: le pr. J. Knel te Venhuizen en J. Hagenaar te Alkmaar, 152 p., 2e pr. C. Goet te N. Niedorp 147 p. Serieprijs J. Leguit, Krommenie 107 punten. Tweede Klasse: le prijs K. Dekker, Venhuizen, 154 p.; W. Gorter, Krommenie 153 p.; 3e pr. P. Quant Warmenhuizen, 149 p. Door J. MEYER Azn. Directeur van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financieele Adviezen der Vereeniging van Nederiandsche Gemeenten. De Koopvaardij. Sedert 1921 lijdt de geheele wereldvloot aan de gevolgen van de wanverhouding tusschen scheeps- ruimte en hoeveelheid lading en passagiers. Die wanverhouding Is voornamelijk te wijten aan de vertraging in de ontwikkeling van het verkeer door allerlei belemmeringen van protectionistischen en .politischen aard. De verergering van den toestand sedert 1929 heeft rampzalige gevolgen. Menige ree derij heeft haar bestaansmogelijkheid reeds totaal verloren. Van onze vloot was eind December .1931 opgelegd 33.8 peet., het meest van de algemeene vrachtvaart, n.l. 72.2 pet., doch ook reeds 29.9 pet. van de groote lijnreederijen en 43.3 pet. van de gemengde reederijen. En wat nog vaart, dekt zijn ^kosten nauwelijks of niet, vooral sedert den val van het Pond en de Kronen. Pijnlijk is het om te zien, aldus de Directeur Ge neraal, dat, door den nood gedwongen, Nederiand sche schepen verkocht worden aan het buitenland en dan onder vreemde vlag, met veel lager exploi tatiekosten onze scheepvaart beconcurreeren. Bij de oorzaken van dien noodlottigen achter uitgang bekleedt de algemeene depressie in het bedrijfsleven in Ne.derlandsch Oost-Indië een be langrijke plaats. Het havenbedrijf. Nauw verbonden met de zeevaart is het haven bedrijf. De langdurige slapte in het havenbedrijf neemt gestadig toe. In Rotterdam verminderde het aantal taken (halve dagen) der losse arbtiders sedert 1929 van ruim ,2 millioen op anderhalf millioen in 1930 één-een-vierde millioen in 1931. •In Amsterdam van ruim 1 millioen in 1929 tot half millioen in 1931. Binnenvaart. Zoowel in de Rijnvaart als in vaart op onze bin nenwateren liggen honderden schepen maandan- lang zonder emplooi. Overal, vooral in het Noorden, liggen de havens vol met werklooze schepen. Die rampzalige toestand is niet alleen aan de crisis toe te schrijven, doch ook een gevolg van de voor velerlei vervoer beter geschikte vrachtauto. Dit bedrijf zal dus na een eventueel economisch her stel zijn oude plaats niet meer kunnen innemen, al bieden de in aanleg zijtje kanalen eenig nieuw gebied. Spoor- en tramwegen. De exploitatie der spoor- en tramwegen lijdt ook in hevige mate door de vervoersvermindering. Het gebruik van den motorwagen doet daarbij nog zijn nadeeligen invloed gelden. Staatsbedrijf (der Posterijen, Telegrafie ien Telefonie. In de eerste 2 maanden van dit jaar zijn de ontvangsten ruim 5 .ton beneden de raming ge bleven. Noordzee visscherij. De waarde der aangevoerde visch was in 1931 zeven millioen gulden minder dan. in 1933, in hoofd zaak een gevolg van de lags prijzm in het vertier .rrarmemie Duitschland en van den val van het pond en de Noorsche Kroon. Steenkolenmijnen. In de sne o ontwikkeling van de mijnindustrie kwam veruaging door de conhngenteningsmaatre- gtien in w exportlanden Goedxoope Engelsmt ko len en afnemend v-rbruik werken sauiir. den afzet te ermindere en den prus te verlagen. Groote bëlrijfsverllcmn worden onvermijdelijk ge acht. Veendijren. hebben in 1931 nauwelijks op halve productie ge werkt en kunnen thans bijna geen afzet meer vin den. Bouwbedrijven In de grootste organisatie bedroeg de werkloosheid in December ongevre 30 procent voor de schilders 45 procent. Sedert dien steeg dit nog. Vergeleken met een jaar tevoren steeg het percentage met pl. minus 10 procent. Nu het woningtekort is ingehaald is onafhankelijk van de crisis een aanmerkelijke teruggang in de komende jaren te wachten. Een groote vermindering merkbaar in den bouw van fabrieken, grooite kantoorgebouwen, bioscopen, vil la's. Ook moeten sommige gemeenten den bouw van groote openbaer gebouwen uitstellen. Hoewel de toestand lang niet zoo ernstig is als in vele bedrijven die op uitvoer harer producten zijn aangewezen, is het werkloozencijfer toch zeer hoog. De industrie. De directeur-generaal van den Arbeid heeft, na een omvangrijk onderzoek, den toestand van de eigenlijke industrie neergelegd in een rapport, dat als bijvoegsel van het Maandschrift van het Cen traal Bureau voor de Statistiek is verschenen. Door allerlei gebeurtenissen in het buitenland: de val van het Pond en de Kronen, contingenteerings- maatregelen, betalingsbelemmeringen door deviezen verordeningen,, verhoogde invoerrechten, vooral in Engeland, Is aan menig bedrijf nog de laatste kans ontnomen, om voor.t te werken, zij het ook met afzien van elle winst. Op 1 October 1931 was in de onderzochte bedrijven in 2 jaar tijds het aantal arbeiders geslonken van 602 op 509 duizend en hiervan werkten er nog 87 duizend geen volle weken. Het zwaarst getroffen van de grootste groepen was die der metaalindustrie waarin van de 159.000 arbeiders en employé's van 1929 er nog 106.000 over waren, van wie er 30.000 een verkorten werk tijd hadden. De scheepsbouw liep terug van 40 tot 19 duizend arbeiders. Zij is sedert dien niet alleen nog verder achteruitgegaan, doch ziet zich bijna geheel van nieuwe orders ver stoken. Op 31 December 1931 waren nog 26 schepen metende 67.866 ton in aanbouw, tegen ruim 160 000 ton in de jaren 1928, 1929, en 1930. De machineindustrie werd behalve door slapte in den scheepsbouw zwaar getroffen door ontzettende inzinking, in de Indi sche cultures en petroleumindustrie. Van 28.000 in 1929 liep het aantal arbeiders terug tot 20.000

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1932 | | pagina 3