Kameroverzicht
miJlHAREST'S KINDERZALF
Birnenlandsch Overzicht
Buitenlandse!*
Overzicht
OnsGourantenverhaal
Ons Weekpraatje
Zelf zijn we, helaas, nog nimmer in Indie ge
weest, het wonderland in het Oosten, dat zoo
veel geheimen en onbegrijpelijke zaken in den
schoot verborgen houdt. Gelijk andere 'Neder! an
ders echter hebben we in ons schoone Insulinde
familie en kennissen, die er leven en werken, het
vaderland ter eere en zich zelve ten voordeele. -
Aan een onzer Indische vrienden hebben we van
de week een briefje, van beneden 5 .gram, met het
volgende daarin vervatte verzoek, gezonden:
Naar zoo nu en dan tot hier doordringt, komt
er in jullie contreien een bijzonder soort we
zens voor, welke men bestuursambtenaren
heet. Het schijnt niet volkomen vast ié staan
of die wezens tot het menschenras kunnen
worden gerekend, dan wel als een wreed soort
apen moeten worden beschouwd. Hier in Ne
derland is een algemeene belangstelling voor
de definitieve oplossing van dit vraagstuk.
Doe me dus het genoegen en schiet vandaag
of morgen eens zoo'n individu, liefst een
mannetje, neer. Je zoudt er de wetenschap
zeer mee gerieven. Als het wat moeilijk
mocht zijn om je jachtbuit te prepareeren en
te conserveeren, stroop dan maar alleen het,
huidje af en stuur me dat toe met het ge
raamte. Laat zoo mogelijk, nog een paar
tanden zitten in den mond van het te schie-
ten exemplaar.
En nu leven we in afwachting van een tele
gram, hetwelk de volkomen bevrediging van on
ze wetenschappelijke verlangens in uitzicht stelt
Laten we om elk misverstand uit te sluiten
het is zoo'n rare tijd tegenwoordige - aan
stonds nadrukkelijk verklaren, dat het boven
staande slechts een sinister grapje van ons; is,
en we een Vergelijken brief heusch niet heblben
verzonden. Alle verontwaardiging, welke we ge
wekte ouden hebben, indien we ons inderdaad
zoo zouden hebben vergeten, kan worden overge
dragen op enkele Indische bestuursambtenaren
die inderdaad een moordpartij hebben georgani
seerd van ongeveer gelijken aard, als door ons in
bovenstaanden brief werd gefantaseerd. Ergens
in het oerwoud van Sumatra schijnen zich wezens
op te houden, die erg schuw zijnj en met onze
beschaving liever niet in aanraking wenschen te
komen. Het zijn beslist menschen, zoo lazen
we van de week pog in een artikel van een ge
wezen Indischen ambtenaar. Hij had er, naar zijn
beweren al eens een ontmoet. Het ,is zelfs een
heel goedig soort volk, vertelde de schrijver
alleen wat klein en fijn van? bouw, en een,
taaltje, brabbelend onder elkaar, hetwelk we niet
verstaan. Dat laatste is toch waarschijnlijk niets
bijzonders. Zulke taaltjes hebben zelfs meerma
len in sommige uithoeken van ons land kunnen
opvangen, zonder dat we ooit in de verleiding
kwamen om te schieten ,op de menschen, die er
zich van bedienden.
Hoe het zij, omdat die Indische wezens zich
zoo afzijdig houden, hebben pe veler nieuwsgie
righeid en de belangstelling van de wetenschap
opgewekt. Alle verschijningen, welke slechts
vluchtig opdoemden, worden met veel fantasie
omweven. Een bok, die in een donkerenl avond
een mensch schichtig voorbijschiet, wordt in
diens verbeelding gewis een baarlijke duivel. Zoo
werd het schuwe Indische wezen, dat zichi met
zooveel zorg aan de waarneming der wetenschap
onttrokken hield, een Orang Pendek geheeten, d.i.
een schepsel, dat tusschen mensch en aap zou
staan, een wezen dus, dat uit de apenlaarzen ont
wassen moet zijn, maar nog niet in menschen-
schoenen is gestapt. Om een en ander nu precies
te kunnen vaststellen, heeft een Indische be
stuursambtenaar aan alle jagers in zijn gebied
doen weten, dat hij de toezending vaij een ge
schoten exemplaar van den Orang Pendek zeer
op prijs zou stellen. De wetenschap kan dan uit
maken of men hier met een mensch te doen
heeft, dan wel met een aap. Aan zijn verlangen
is prompt voldaan, de bestuursambtenaar heeft
reeds de huid van een vrouwelijk jong{ op zijn
kantoor liggen, alsmede het geraamte van het
neergeschoten wezen, dat bij de achtervolging
en de moordpartij zelfs nog een paar tanden in
den mond heeft kunnen houden. De jacht op
andere, gevleuhte exemplaren wordt intusschen
voortgezet.
Als de Dajakkers op Borneo een jaar of wat
geleden een blanke oppeuzelden, dan tuurde
ons gouvernement een strafexpeditie. Waarom
deed ons Indisch bestuur dat eigenlijk? Als on
ze bestuursambtenaren willen weten, of zij in
een bepaald geval met menschen te doen hebben
die mogelijk in aanmerking zouden kunnen ko
men om ze belasting te laten betalen, dan wel
met apen, dan laten ze een paar exemplaren schie.
ten en dezer huid afstroopen voor wetenschap
pelijk onderzoek. We kunnen ons voorstellen,
dat ook de Diajakkers bij het zien| van blanke
wezens benieuwd waren te weten, met wat,
voor soort schepselen ze te doen hadden. Hun
methoden van wetenschappelijk onderzoek zijn
alleen een beetje anders. Ze roosteren het gevan
gen wezen en proeven dan aan den, smaak, wat
het is.
Als onze regeering consequent wil blijven, -
moet ze ook een strafexpeditie uitsturen ttegen
degenen, die de jacht op den Orang Pendek heb
ben ontketend zonder te weten, of het mensehen
of dieren waren, waarop ze lieten jagen en
schieten.
Wc hopen dat ze het doet.
EERSTE KAMER.
Het osntwerpEbels aangenomen.
De Zuivelwet.
TWEEDE KAMER.
Het Clearing-ontwerp aanvaard.
Wijnkoop als wetgever. De Kamer
in een royale bui.
De Eerste Kamer heeft zoowaar zonder al te
veel tegenstribbelen het wetsontwerp-Ebels (Pacht-
commissies in den geest der vroegere Huurcommis-
sies) aangenomen. Een poosje geleden had men nog
aan een dergelijk resltaat kunnen twijfelen, maar
er zijn Eerste Kamerleden, die intusschen ervaren
hebben, dat noch boer, noch publieke opinie zich
gemakkelijk meer in een hoek laten drukken. Ook
Ir. Koster (V. B.) was vóór het ontwerp. Hjj had er
zelfs iets moois in ontdekt: de productiekosten zou
den er door worden verminderd. Nu hoopte hij
maar, dat de regeering óók maatregelen zou nemen
om elders eveneens tot zoodanige vermindering te
geraken. Hij doelde natuurlijk op loonsverlaging,
endaarom kreeg hij den heer Rugge (S. D.i
weer tegen zich. Zoo hebben we tegenwoordig alle
maal ons eigen heilig huisje!
De Crisis-Zuivelwet kwam op Woensdag van deze
week in de Eerste Kamer aan de orde. Dezelfde
bezwaren klonken hier op als aan de overzijde van
het Binnenhof waren gehoord; de goede naam van
onze natuurboter zou iin gevaar komen; de mar-
garne (melange) zou te duur worden voor de vele
armen van dezen tijd enz. Maar ook de Eerste
Kamer zal het lot der wet laten bepalen door de
grootere voordeelen. En door de omstandigheid, dat
de boeren niet langer wachten kunnen op wat an
ders en beters. Geen stelsel van steun is trouwens te
bedenken, dat geen bezwarennaast voordeelen zou
brengen.
Het Clearing-ontwerp van minister Verschuur is
door de Tweede Kamer aangenomen met 772 stem
men der communisten. Het is een ontwerp, dat aan
de regeering groote bevoegdheden toekent voor wat
de deviezenregeling betreft. De minister beloofde
van de wet geen gebruik te zullen maken voor een
protectionistische politiek, dus niet om den invoer
er mee te regelen, wat Dr. Kortenhorst (R.K.) graag
gewild had. Het doel van het ontwerp is uitsluitend,
zoo betoogde de minister, om den-gulden op peil te
houden. Dr. van der Waerden (S. D.) geloofde dat
gaarne, maar hij was er toch wel een beetje huive
rig voor om zulke groote bevoegdheden af te staan.
Hij vroeg de samenstelling van een vaste commissie
voor crisiszaken, met welke commissie, uit Kamer
leden bestaande, de regeering regelmatig overleg
zou kunnen plegen. „Met genoegen", zei Minister
Verschuur. De commissie zal dezer dagen het le
venslicht aanschouwen.
Toen kregen we het optreden van den heer
Wijnkoop (Comm.) als wetgever. Hij had een initia-
tiefontwerp ingediend ter bestrijding van de nadee-
lige gevolgen der crisis voor de arbeidersklasse,
iedere werklooze zou volgens dit ontwerp een uit-
keering krijgen, gelijk aan het voorheen verdiende
volle loon. Wie, vóór deze zegening wet werd, ten
minste drie maanden werkloos was, kreeg bovendien
kleeding en schoeisel voor zich en zijng ezin. De
kosten van een en ander? Leger- en vloot zou wor
den afgeschaft en wat we dan nog te kort kwamen,
zouden we verhalen door een nieuwe belasting op
de vermogens. Kupers (S. D.) noemde het heele
geval onzin, en zóó duur, dat ze over zulke regelin
gen ook in Rusland niet prakkezeeren. Het eèrste
artikel van de wet viel met 61—2 stemmen, toen
trok Wijnkoop zijn wetsontwerp in.
De heer Duys (S.D.) heeft zijn motie verdedigd
om werkgevers met inkomens beneden 1500 gld. per
jaar vrij te stellen van de lasten der sociale verze
keringen. De beloeling was werkelijk mooi, ook
de minister gaf het toe. Maar, zei deze, het kost
11V2 millioen en ik weet er het geld niet voor te
vinden. Zoo'n motie heeft een verre strekking, be-
taogde hij. Rijke textielfabriekanten b.v. werken op
het oogenblik met verlies en hebben dus in het
geheel geen inkomsten, al wil dat niet zeggen, dat
ze ook financieelen weerstand meer hebben. Vol
gens de motie-Duys zouden ze van het betalen van
premiën moeten worden vrijgesteld. De heer Ver
schuur, vond, dat er geen reden was voor een royale
bevlieging; de heeren zouden straks schrikken, als
ze de nieuwe begrooting onder de oogen kregen.
De motie-Duys werd verworpen met 5626 stem
men. Moties van ongeveer gelijke of iets verder
gaande strekking der heeren Braat, Ds. Kersten en
Weitkamp, ondergingen eenzelfde lot.
Uit de debatten kwam nog een motie-Wijnkoop
voort, waarin onverwijlde maatregelen der regeering
worden verlangd voor de instelling van een alge
meen staatspensioen op 60-jarigen leeftijd. Deze
motie zal „op nader te bepalen dag" worden be
handeld, zoo werd besloten.
Na de revolutie! riep de heer Duys den Com
munist toe.
geneest het huidje van Uw kindje. Doos 25, Tube 40 ct. Bij Uw* Drogist
Zal de negeering tot drastische bezuini
gingen moeten overgaan? Socialis
tische gemeente-politiek in de hoofd
stad. Josephine Baker en haar
hondjes. Allerlei.
Ofschoon de Kamers nog maar sinds kort gereed
zijn gekomen met de behandeling van de begrooting
1931-'32, is de regeering al weer druk doende met de
voorbereiding van de nieuwe begrooting, van welke
minister Verschuur ons op Dinsdag j.l. een onaan
gename bijzonderheid verklapte. Bij de behandeling
n.l. in de Kamer van de moties, welke ontlasting
van kotten der sociale verzekering beoogden, waar
schuwde de minister tegen goedgeefschheid. Als
men de nieuwe begrooting onder de oogen krijgt,
zoo deelde de heer Verschuur mede, zal men zien,
dat er „een kloof te overbruggen valt, waarvan de
haren te berge zullen rijzen. Op de meest dras
tische wijze zjil op alle gebied moeten worden be
zuinigd." In dit verband memoreerde de minister
ook het ïanport van de Bezuinigingscommissie-
Weiter, dal weldra aan de Kamer zal worden over
gelegd. Op het oogenblik is dat rapport nog steeds
geheim, maar wel circuleeren hardnekkige geruch
ten, dat bedoelde commissie tot zeer ingrijpende
bezuinigingen zou hebben geadviseerd, o.a. aanmer
kelijke ..a'aviskörtingen, opheffing van het militair
beroepskader, millioenen-besparing op Onderwijs
door hst :laatsen van hulponderwijzers voor de
laagste klassen enz.
Het stemmen vóór de loonkorting der gemeente
arbeiders te Amsterdam, heeft voor de drie betrok
ken socialistische raadsleden, Mr. van de Bergh,
Ossendorp en Dr. Polak, tot gevolg gehad, dat ze
hun ontslag moesten nemen uit den raad. De Am-
sterdamsche Federatie der S.D.A.P. heeft dat althans
van ze verlangd en de gevonnisten hebben dee
moedig het hoofd op het politieke schavot gelegd.
Het is hier niet de plaats om die Amsterdamsche
aangelegenheden te beoordeelen, maar de zaak heeft
beroering genoeg gewekt om eene belichting van
het drama te rechtvaardigen. Buiten kringen der
S. D. A. P. wordt het ten zeerste afgekeurd, dat de
Amsterdamsche Federatie de socialistische raads
leden blijkbaar als lasthebbers beschouwt, die hun
congé verdienen, als ze hun boodschap verkeerd
overbrengen. Het is een klaar recht van elke poli
tieke partij, dat ze haar vertegenwoordigers tot af
treden beweegt, zoo gauw deze van het beginselpro
gram afwijken, waarop ze zijn gekozen. Dat de
bedoeld# raadsleden echter niet tegen het beginsel
program hebben gezondigd, blijkt wel overduidelijk
uit de omstandigheid, dat een hunner nag zijn
gedwongen aftreden als raadslid door de partij
candidaat werd gesteld voor het lidmaatschap der
Eerste Kamer (de heer Ossendorp), terwijl een an
dere afgetredene, Mr. Van de Bergh, zijn mandaat
in de Tweede Kamer door zijn partij ongemoeid
kanb lijven vervullen. De beginselvastheid der ge-
vonnisten is dus blijkbaar niet in het geding. Be
halve van buiten den kring der S. D. A. P. vinden
de afgetredenen, die geen conflict wenschten met
hun geweten, noch met de partij, óók sympathie
van leidende figuren uit de socialistische beweging,
als van Albarda, Wibaut en Henri Polak. De katho
lieken in den Amsterdamschen raad schijnen niet
van zins te zijn om met den gang van zaken ge
noegen te nemen. Zij hadden zich met de socialis
ten en de vrijz. democraten tot een z.g. werkmeer-
1 derheid verbonden, maar Mr. Romme, leider der
katholieke fractie, dringt nu op meerdere klaar
heid aan „omwille van de zuiverheid der politieke
j verhoudingen."
1 Josephine Baker, de koffie-bruine danseres, die
j tegenwoordig ook een liedje moet kunnen zingen,
in in de hoofdstad feestelijk ingehaald door een
1 verdwaasde menigte. Men wordt wee bij het lezen
der velerlei interviews met haar, in sommige groote
bladen weergegeven. Het gaat allemaal over Jose-
phientje en haarhondjes; hoe ze ze aait en
j knuffelt en vertroetelt. Waar Josephientje is, daar
zijn haar hondjes en.... de Amsterdammers. De
i gemeenschap ligt geslagen in crisis-ellende; de
schouwburgen zijn leeg; onze kunstenaars zijn broo
deloos. Maar heel Amsterdam vergaapt zich aan de
koffie-bruine negerin, van wie men niets méér
weet, dan dat ze eens danste met slechts een gordel
van bananen als kleed. Avond aan avond is de
groote zaal van Carré tot in de hanenbalken opge
propt met bezoekersDe Amsterdammers loopen
achter Josephientje aan, juist gelijk deze hondjes!
Tenslotte eenig gemengd. De organisaties van
spoorwegpersoneel hebben van de week ook het
jongste voorstel der 'directie tot loonkorting afge
wezen. Het beoogde een 5 pct.-korting toe te passen
op 1 Juli, waarna men tegen 1 Jan. a.s. weer verder
zou zien. Thans zullen weer nieuwe besprekingen
worden ingeleid van den Personeelraad met de
directie. Dr. Posthuma is door Minister Verschuur
naar Parijs afgevaardigd voor .onderhandelingen met
de Fransche regeering, welke nieuwe moeilijkheden
voor onzen zuivel-export uitbroedt. En de Justitie
deed van de week een poging om eindelijk eens paal
en perk te stellen aan de straffelooze en ongemoti
veerde beleedigingen, welke „De Tribune" regel
matig in haar kolommen tot geestelijke en burger
lijke overheidspersonen richt, terwijl de bedrijvers
zich met alerlei trucjes aan hun verantwoordelijk
heid pogen te onttrekken.
Bestelt uw -
drukwerk aan
Drukkerij te
föoorefssharwoude.
BUITENLAND.
Het kabinet-Herriot presenteert zich.
De Duitsche politieke crisis. I
Staatsgreep in Chili.
Het kabinet-Herriot is op Dinsdag j.l. voor de
Kamer getreden. Men weet, dat de socialisten voor
deelname aan de kabinetsvorming onaanvaardbare
eischen hadden gesteld, zoodat Herriot tenslotte
een kabinet van uitsluitend radicalen formeerde,
plus een gewezen socialist, Paul Boncour,, die oor
log kreeg toebedeeld. Het kabinet werd vertegen
woordigt dus slechts een minderheid, maar rekent
op oen weiwillenden steun van de middengroepen.
Of zulks den premier tot zoo'n gematigde houding
heeft geïnspireerd, óf dat de heer Herriot mét de
jaren wat van zijn radicale veeren aan het verliezen
is, valt niet te zeggen, maar wie van hem avontuur
verwachtte of zelfs maar een enthousiast vertoon
van toenaderingsgezindheid tot de vroegere vijan
den, dan wel een toeschietelijke houding ten op
zichte van het ontwapeningsvraagstuk, die schijnt
bedrogen te zullen uitkomen. Vóór Herriot het
woord nam, werd een verklaring voorgelezen van
Lebrun, den nieuwen president der republiek, waarin
o.a. voorkwam: „Frankrijk zal zich beijveren de
groote beginselen van het eerbiedigen der onder-
teekende verdragen en van het gegeven woord te
handhaven, wantenz." Dat wil zeggen: géén
herziening van het verdrag van Versailles en geen
kwijtschelding van schulden. Op precies denzelfden
toonaard was de rede van den nieuwen radicalen
premier afgestemd. „Wt de reparatie betreft zoo
sprak hij kan Frankrijk niet de rechten laten
betwisten, die voortvloeien uit de verdragen, welke
door de eer der onderteekening zijn beschermd."
Ons dunkt: Tardieu had op deze woorden kunnen
applaudiseeren! In zake ontwapening was Herriot
rnede zeer gereserveerd.
Frankrijk, zoo heette het, wil met alle goede
plannen te Genève accoord gaan, maar de ontwa
pening moet vooral „voorzichtig" gaan, in „etap
pes', gelijktijdig en geleidelijk, ende nationale
veiligheid dat rekbaar begrip mag er niet door
in gevaar worden gebracht, ook van Herriot ve-
wachten we weinig voor Genève.
Wat de binnenlandsche politiek betreft, deze zal
vooral op een snel financieel herstel gericht wezen,
kondigt de nieuwe regeering aan. Werkloozensteun
zal worden uitgebreid en openbare werken zullen
worden ondernomen om de werkloosheid te ver
minderen. Het middelbaar onderwijs zal kosteloos
te volgen*worden gesteld.
Dat is het voornaamste uit Herriot's program.
Het kabinet kreeg een vertrouwensvotum met 384
115 stemmen.
Minder spoed dan met de ontbinding van den
Rijksdag, had Von Papen, de nieuwe Duitsche rijks
kanselier, met het uitschrijven der noodig geworden
verkiezingen, waarvoor de 31 Juli is vastgesteld. De
wet liet hem voor die verkiezingen een termijn van
90 dagen na de rijksdagontbinding; tot bijna den
laatsten dag heeft Von PajJen voor uitstel benut.
Het blijkt thans, dat de nieuwe bewindvoerders
zich vooraf met de Nazzi's hebben verstaan, die het
kabinetVon Papen zullen dulden, maar voor zich
de regeering in Pruisen schijnen te hebben opge-
ëischt. Het kabinetBraun doet daar de zaken voor-
loopig nog af, omdat in Pruisen zoo moeilijk een
nieuwe regeering kan worden gevormd. Nazzi's en
Duitsch Nationalen hebben verklaard slechts op
een volgeling van Hitier te zullen stemmen als toe
komstig minister-president, maar beide partijen
blijven tesamen nog enkele stemmen van de ver-
eischte meerderheid verwijderd. Uit het tegenge
stelde kamp echter kan, als gevolg van de groote
onderlinge tegenstellingen, heelemaal geen serieuze
candidaat naar voren treden. Onder die omstandig
heden was de Pruisische Landdag tot den 22 Juni
verdaagd, maar thans heeft Von Papen te kennen
gegeven, dat hij op een bespoedigde bijeenroeping
van den Pruisischen Landdag en de samenstelling
van een nieuwe verantwoordelijke regeering prijs
stelt, daar de rijksregeering met Pruisen belang
rijke zaken heeft te regelen.
Eenvoudiger is de situatie in Mecklenburg Schwe-
rin, waar Hitier Zondag j.l. zoo'n eclantante over
winning behaalde. Aanvankelijk, werd zelfs bericht
dat de Nazi's er de meerderheid in den Landdag
hadden veroverd, maar een hertelling der stemmen
zoo 44 méé voor de communisten hebben opgele
verd en ook een zetel meer voor dezen. Het resultaat
zou daarmee geworden zijn: 30 Nazi's tegenover
30 leden van andere partijen. De Duitsch Nationalen
beschikken echter ook over 5 zetels, zoodat de Nazi's
met dezen over een regeeringsmeerderheid beschik
ken.
Het schijnt, dat de fascistisch-socialistisch-com-
munistische regeering, welke in den Zuid-Ameri-
kaanschen staat Chili door een omwenteling aan het
bewind kwam, moeite heeft om de geesten te be
zweren, welke ze door de zeer radicale uitingen na
het gelukken van staatsgreep zelve opriep. De
nieuwe regeering heeft zich gehaast om het buiten
land en ook de burgers in eigen land gerust te stel
len omtrent haar bedoelingen, maar drommen werk-
loozen eischen thans van de regeering opvoering
van het radicale avontuur, dat hun in uitzicht werd
gesteld.
IN BESLAG GENOMEN.
De heer Blommerse van Meerhoven, adjunct
commies aan het departement van financiën in Den
Haag, was een deftige en gewichtige persoonlijkheid
d.w.z. zijn vrouw en beide dochters waren daarvan
ten volle overtuigd, tot leedwezen overigens van
den heer Blommerse van Meerhoven, die zich be
wust was, dat hij aan de uitvinding van het bus
kruit dood-onschuldig was geweest en die niets an
ders verlangde dan het rustig en gemakkelijk le
ventje, dat hem in zijn arbeidsuren tot deel was, ook
in zijn vrijen tijd te kunnen voortzetten. Daarvan
was echter geen sprake. Als de heer Blommerse
ergens op het Plein in Den Haag na afloop van
werk een biertje had genomen, of een apperitif
gebruikt, dan haalden vrouw en dochters bij zijn
thuiskomst hóóg haar dèftige neusjes op en ver
kondden ze met afgrijzen, dat het in huis naar
bóótwarkers rook. Dan werd de heer Blommerse
naar de keuken gestuurd om er aan de meid een
paar koffieboonen te vragen, die hij zóó lang moest
kauwen, dat alle genever- of bierluchtjes in het
koffie-aroma waren opgelost.
De dames Blommerse van Meerhoven hielden van
paradeeren. Des zomers kon men ze op een bepaald
uur in den vroegen vooravond ter Scheveningsche
Piere bewonderen, mama, geflankeerd door haar
beide dochters, vóórop, de heer Blommerse een
halve pas schuins-links-achterwaarts. Bij deze en
dergelijke zeer regelmatige uitstapjes had de heer
Blommerse, die er noch het nut noch het vermaak
van kon inzien, zich gkarne verschoond, maar
mama, stónd er op, dat papa meeging, eerstens
omdat het goed staat, als een vrouw zich door haar
man laat vergezellen, tweedens omdat het impo
neert, wanneer een vrouw haar man gedwee een
halve pas schuins-rechts-achterwaarts kan laten
marcheeren. Er was overigens nooit eenig mee-
ningsverschil in de familie, want de heer Blom
merse van Meerhoven was zéér duldzaam
Maar met Juni, als het vischseizoen was geopend,
was de heer Blommerse van Meerhoven niet te
houden. Visschen was nu eenmaal „zijn" sport, zijn
eenige liefhebberij, zijn hartstocht, waarvan hij
nooit of te nimmer was af te brengen geweest.
Toen hij pas getrouwd was, ging hij nog wel op
ongeregelde tijden uit visschen, maar zóóver had
mevrouw haar man tenminste toch gekregen, dat
hij zich aan dat „ordinaire volksvermèk" nog maar
drie maal per seizoen te buiten mocht gaan. Zijn
sportkameraad was de. heer Crombeck van Hoog,
óók ten departemente werkzaam.
Een dezer dagen was de vischexpeditie nog eens
georganiseerd en uitgetrokken. Ze waren met hun
auto naar „De Vink" bij Leiden gereden en hadden
aan die uitspanning hun wagen gestald. Daar was
water, er waren bootjes, er was bier en er was een
borrel te krijgen; de omgeving was er wonder
schoon en de meisjes hadden er allemaal schik in
de kale hoofden der bijna oude heertjes, die de
bekoorlijke lachjes der Wassenaarsche schoonen op
een voor hen vlijende wijze uitlegden. De heeren
Bommerse en Crombeck hadden heel hun vischuit-
rusting in den auto laten liggen zooals ze dat
trouwens altijd gewoon waren geweest te doen
en ze gingen zich uitgelaten te buiten aan gastro
nomisch genot en vermeiden zich in de denkbeel
dige adoratie van het schoonste deel van het Was
senaarsche geslacht. Aan visschen echter zoo'n
vieze geschiedenis met wormpjes en gekneed brood
dachten ze volstrekt niet.
In vrij opgewekte stemming keerde het tweetal
des avonds huiswaarts. Alleen maakte de heer
Blommerse zich wat ongerust over zijn hengel
stokken, welke met foudraal en al uit den auto ge
stolen bleken, maar och, zijn vrouw zou er toch geen
erg in hebben, dat hij zonder stukken terugkwam-
Het noodlot echter wilde anders. Toen de heer
Biommerse door de voordeur binnenstapte, stond
zijn ega in haar volle waardigheid in de gang.
En? vroeg ze koeltjes.
Niets gevangen! antwoordde de heer Blom
merse mat.
En waar zijn je hengelstokken?
Henhenhengelstokken? Ja, zie je.
diezijn in beslag genomen. Zoo'n stomme veld
wachter beweerdezie jedat ik in verbo
den water vischte en
Of mijnheer Blommerse van Meerhoven 200
sprak mevrouw heel uit de hoogte in verboden
water heeft gevischt, weet ik niet, maar dat van
dien veldwachter isverzonnen. Ik ben het, die
je hengels in beslag heeft genomen. Kijk, die heb
je vergeten mee te nemen!
Mevrouw haalde de hengelstokken, keurig in fou
draal, van achter haar rug te voorschijn en toonde
ze den heer Blommerse, die plots sterretjes voor de
oogen kreeg en een flauwte nabij was
Je zult zeker wel begrijpen vervolgde me
vrouw dat dit je laatste vischpartijtje is geweest