Gemeenteraad Sint Pancras Oe nood in den Tuinbouw Een telegram aan den Minister. geblafkwispelstaartend trippelt een asth- matisch hondje een cabine binnen.twinke. .lend klinkt een vrouwenstem: Coucou, wees toch stil neen, niet zoo likken, dadelijk mag Coucou weer met vrouwtje mee."Geblaf en gejonk. Al spoedig blijkt waarom Coucou zoo ongelukkig is: men verft zijn haar. I) gelooft het niet? Waarachtig het is zoo. Coucou het asthmatisch Pekingeesje van een be kende Parijsche schoonheid wordt geverfd, krijgt dezelfde haartint als zijn meestresdrie man hebben er werk aan. Het kost 1000 francs100 gulden ongeveer. O, Slijk der aarde, O, crisis, O, werkloosheidhonderd gulden om een hondje te laten verven. Ik zie zelfs kans om heimelijk een blik te werpen in de cabine, waarin het slacht offertje behandeld wordt ik zie het bezorgde gezicht van de schoone meestres.ik zie drie wit- gejaste jonge mannen ijverig verzameld om een harig mormeltje, dat uitgestrekt litg op een zacht kussen een verwend hondje, dat naar lucht hapt, en dat men Litiaanblondverft. Een gezelschapsspelletje. Op denzelfden avond waren 46 gasten in de Rue de Bruxelles bij Miss Maxwell uitgenoodigd. Miss Maxwell is een met aardsche goederen rijkelijk ge zegende Amerikaansche, die zich te Parijs gevestigd heeft. Diner Heel deftig en gesoigneerd. En onder het diner worden lijsten uitgereikt, waarop de voorwerpen staan opgegeven, die men voor mid dernacht moet hebebn bijeengebracht. Wie het groot ste aantal van de opgesomde voorwerpen meebrengt, krijgt een bijzonder waardevol geschenk van de gastvrouwe Een blik op de lijst. Twee echte roode damesha ren. Een op dezen avond door de een of andere Koninklijke Hoogheid eigenhandig onderteekend portret. Een der zwanen uit het Bois de Boulogne. Een zakdoek van Maurice Rothschild. Een schoen van Mistinguette. Het een of andere levende dier, uitgezonderd honden of katten. De kwast.van een matrozenmuts Een wilde jacht begintDe gasten rennen naar hun auto'sin iedere auto twee gasten, Parijs wordt „genomen" om de exotische wenschen van de gastvrouwe te vervullen Men sleept een geit in de salons aan de Rue de BruxellesMet oneindig veel moeite en nog oneindig meer geld heeft men een Marineschild wacht, die voor het ministerie staat, een kwast af gebedeldMen heeft de prinses Margaretha van Griekenland een foto laten onderteekenen en in het Casino de Paris heeft men een schoen van Mistinguette uit haar garderobe bemachtigd, ge kocht door het kamermeisje.dat de schoen ge stolen heeft Men heeft alles bereiktop de zwaan na. De gastvrouw is tevreden, het soper neemt een aanvang, een aantal dwazen drinken champagne en danseneen matroos en een kamenier heb ben een aardig sommetje verdiend en men is tevre denhet is maar het Slijk der aarde Het kwartet dat te klein was. Natuurlijk zijn er ook andere dingen uit Parijs te berichten. De bouw van een arbeidsbeurs voor werkloozen, een plan ter uitbreiding en verfraaiing van Parijs waarva nhet eerste gedeelte slechts 14 milliard zal kosten. Er zouden honderden ernstige dingen te berich ten zijnMaar wie van de salongasten rept daarvan. Hen interesseert het meer, wat mevrouw Henessy deed, de echtgenoote van den man, die bijna president der republiek was geworden Groote avondpartij 300 gasten Een beroemd kwartet is uitgenoodigd het muzikale gedeelte te verzorgen De gastvrouw reikt de bekende musici ieder een couvert met inhoud toe Het is geen klein sommetje „opdat uw kwartet zich kan uit breiden, het is wat klein Wel veertig getuigen kan ik noemen, die beves tigen zullen, dat het haar op dat öogenblik hooge ernst was. Een schoorsteen zonder fabriek Onlangs is hier de heer Decauville gestorven. Hij is door een fabrieksschoorsteen beroemd geworden. Dat zat zoo. Tusschen Creil en Chantilly aan de oevers van de Oise, heeft een der baronnen Roth schild een kasteel. De streek daartegenover is het eigendom van den heer Decouvillemeneer De- couville had geld noodig en kwam op een denkbeeld Hij liet een leelijke groote fabrieksschoorsteen bou wen, een echte fabriekspuffer zonder fabriekpre cies tegenover het kasteel. Men kon vanuit de ven sters van het Rothschildkasteel de schitterende to rens van den kathedraal van St. Leu niet meer zien, want de schoorsteen van meneer Decouville stond er precies tusschein een roodsteenen mon ster. verdrongen door een groot verlangen om dit dier in mijn bezit te krijgen. Zoo snel als de gedachte zadelde ik een kameel en daalde naar het dal af. De jacht op een uipaard is heel gemakkelijk en bijna ongevaarlijk. Het dier is ontzaggelijk snel, maar mist alle uithoudingsvermogen. Het had mij nauwelijks in het oog gekregen. Of het maakte zich met lange sierlijke sprongen uit de voeten. Ik er achter aan. Doch de jacnt had nog maar kort ge duurd of de stofwolken, die het omhoog deed dwar relen, legden zich plotseling neer, waaruit ik con cludeerde dat het luipaard reeds moe was en nu adem trachtte te komen. Toen ik -dichterbij was gekomen, sprong het weer op en zette de vlucht voort. Dit geschiedde nog enkele malen doch steeds met geringe afstanden tusschen de rustplaatsen en tenlaatste lag het volkomen uitgeput, met den tong uit den bek en niet bij machte om nog een stap te doen op den grond. Het trachtte op den buik weg te kruipen toen ik naderbij trad en wendde blazend zijn kop, waarin de gele oogen vonken sloe gen, naar mij toe. Doch in dezen strijd was het laatste woord gesproken. Ik wierp het dier een zak over het lichaam en aanvaardde met deze nieuwe vangst den terugtocht. De onrust der kameelen. Toen de kleine boortoren werd opgesteld werd mijn tegenwoordigheid overbodig en ik begaf mij met den kluizenaar en zijn dieren wij hadden in middels twintig jakhalzen en twee hyena's gevangen huiswaarts. Op onze kameelen, die uitstekende loopers waren, vorderde de tocht snel. Wij waren ongeveer tien dagen onderweg toen ik plotseling een onrust bij mijn rijdier begon waar te nemen. Het legde de ooren plat in den nek en zette er een vaart in alsof hem de duivel op de hielen zat. Den volgenden morgen begreep ik de oorzaak van zijn angst. De horizon werd verduisterd door een gelen wand, die vand en hemel tot de aarde reikte. Achter ons, wie weet hoeveel honderden kilometers van ons ver wijderd, had een zandstorm (samum gewoed. Die gele wand bestond uit oneindig fijn verdeelde zand- stofjes die regelmatig na een woestijnstorm nog weken in de lucht rondzweven. Dit stuifmeel (als ik het even zoo mag noemen) is In het kasteel wachtte men op de fabriek, op het lawaai op de werklieden, op de gestoorde rust en vrede. Maar er kwam geen fabriek, er kwam slechts een bezorgde meneer Decouville, die ervan sprak, hoezeer het hem speet, de rust van den baron te moeten storen dat hij in het geheel niet vermoed had, dat het de beroemde bankier was, die dit kasteeltje bewoonde, dat hij den bouw nog kon stop zette,n dat het misschien niet noodig was. En Rothschild begreep de zaak. Hij beweerde, dat hij zich integendeel verheugde op een bteeje leven in de brouwerij dat hij het landschap al lang een beetje saai had gexonden. En de heer Decou ville schilderde de industrieele hel in al haar vree- selijkheden voor hem. Doch de baron deed of hij al niets hoorde en sprak slechts van zijn genoegen in de nieuwe fabriek. Hij kocht de schoorsteen niet, zooals de heer Decouville had gehoopt. De schoor steen staat er nog. Zonder fabriek, zonder nut, mid den in een weiland. De baron heeft niets anders gedaan dan zijn slaapkamer naar een anderen vleugel van* het kasteel te verplaatsen. Slechts de logeerkamers kijken op den eenzamen schoorsteen uit. 35 millioen werkloozen. Ik weet, dat deze korte geschiedenisjes die strikt waar zijn, ik herhaal het evengoed in New York zich hadden kunnen afspelen, misschien zelfsook in Berlijn, hoewel 1932 in den tijd van de 35 millioen werkloozen op aarde?! Misschien toch al leen maar in Parijs.? Daarom zijn al deze kleine stukjes geschiedenis zonder politiek Kleine onbelangrijkheden ver der niets. Onbelangrijkheden, die hier echter se rieus wordn opgevat. (Nadruk verboden.) De Raad dezer gemeente vergaderde in voltallige zitting op Donderdag 9 Juni, 's avonds 7.30 uur. Voorzitter de heer J. Kroonenburg, tevens se cretaris. INGEKOMEN STUKKEN. Ingekomen is het verslag over de gezondheids commissie te Schagen over 1921. Het jaarverslag van Ned. Gem. over 1931. Dewijziging op de begrooting in de vergadering van 11 April door den raad besloten. Goedgekeurd is door Gedep. Staten de geheele geldleening voor de 30 pet. uit te betalen tuinders- credieten. Uitbetaald is 50 pet., goedgekeurd het volle bedrag. De gemeentedienst over 1932 is op enkele kleine wijzigingen na goedgekeurd terug ontvangen. Van den directeur der directe belastingen dat de post kwade posten moet worden verhoogd met f 500. Van Ged. Staten en een bemerking binnen geko men op de geldbelegging door de gemeente bij de Boerenleenbank, dit moet worden gedaan bij de bank van Ned. Gem., echter de rente welke de boe renleenbank geeft is merkelijk hooger dan de bank van Ned. Gem. Dus zal die voor de gemeente eenig nadeel opleveren. De heer M. Duif stelt voor om den het geld in Staatsfondsen te beleggen, wij mogen het toch niet als kasgeld aanwenden, dus moeten wij het zoo voor- deelig mogelijk beleggen. Dit zal door den voorzitter worden geprobeerd. Van den Minister van Binnenlandsche Zaken is bericht ontvangen dat de vergoeding voor de ar beidsbemiddelaar is bepaald op f30.—. De steunregeling aan mandenmakers, metselaars enz. is door den minister verworpen, allen komen voor onze gemeente in aanmerking voor toeslag de tuinbouwarbelders. De toeslag op de werkloonen, ondersteuning door het rijk van 28 Febr. tot 30 April zal bedragen 25 pet. Met den Minister van Binnenlandsche Zaken is door voorzitter correspondentie gevoerd. De toeslag op de uitkeering echter zooals de raad dat heeft besloten is afgekeurd. Dit moet in overleg met den minister van Arbeid geschieden, de vraag gericht om toeslag op de loonen voor tuinbouw- arbeiders is verworpen op gronden dat andere be drijven, die ook in moeilijkheid verkeeren, ook zou den moeten worden gesteund. Aan Ged. Staten is een bericht gezonden om ver laging van tarief voor de kassenbouwers, zooals u bekend is hebben sommige kassenbouwers, omdat hun water (nortonwater) te zout was, zich nood gedwongen moeten aansluiten bij het Prov. Water bedrijf, de tarieven echter voor watergebruik zijn voor deze bedrijven veel te hoog, dus is bericht ge zonden naar Ged. Staten om wijziging in deze. zoo onwerkelijk fijn dat het door alles heen dringt. B.v. een kamer, in die kamer een gesloten koffer. In die koffer een gesloten door, in deze door een horloge. Het horloge staat stil. Onder het dichtge sloten horlogedeksel is zand, woestijnzand. Het scherpe instinct van mijn rijdier had dus reeds lang voor de menschen van den storm de lucht gekregen. Het gevaar was thans echter voor bij, waarom verder nog die onrust? Ik vroeg mijn begeleider of er wellicht nog gevaar kon dreigen en deze antwoordde dat wij voort moesten maken en trachten in de bewoonde streek te komen, want hij vreesde dat er een nieuwe storm op til was. Door de zware bepakkingen vorderden wij niet zoo snel als wij wel wenschten. Drie dagen later heerschte een broeiende hitte die het voortgaan bijna onmogelijk m^kte. Er was geen windzuchtje te bekennen en onze dieren sleep ten zich volkomen afgemat door het zware zand. Binnen twee dagen zouden wij een Arabisch dorp bereikt kunnen hebben. Kort voor het vallen van den nacht gingen de poppen aan het dansen. Den geheelen dag was het windstil geweest, doch plot seling streek er een krachtige windstoot langs ons heen, die wij met vreugde begroet zouden hebben, wanneer hij niet de voorbode was geweest van het vreeselijk onheil dat ons boven het hoofd hing. De eene stoot werd al spoedig gevolgd door een tweede; zij volgden elkander steeds sneller op en ten langen leste woedde er een gierende orkaan, die het zand tot torenhooge 'zuilen opzweepte. Reeds bij de eerste windstooten hadden de kamee len zich haastig op de knieën laten vallen, waarbij de kisten die aan weerszijden hingen open sprongen en de hyena's en jakhalzen de vrijheid herkregen. Tot onze groote verbazing schenen zij er niet aan te denken om te vluchten want zij drukten zich vlak bij ons tegen de kameelen aan, wier lichaam nog eenige beschutting boot. De toom der natuur had mensch en dier in het oogenblik van algemeen gevaar vereenigd en als een nietig hoopje in de onafzienbare vlakte hurkten wij bij elkaar, trach tend, onze.longen voor het moordend gevaar van het stuifzand met doeken te beschermen. Doch de zandregen, die steeds dichter werd en met steeds meer verwoede kracht op ons neerstoof, drong door alles heen en maakte de ademhaling moeilijk. Ik wond nog snel een paar doeken om het hoofd, sloeg Bericht is ontvangen dat hier niet op ingegaan wordt, de nood der tuinbouw is bij hun geen argu ment om voor deze groep watergebruikers te ver minderen, dan zouden andere bedrijven in dezelfde rechten moeten treden. De heer Snel vind dat de tarieven wel wat aardig zijn, er wordt door de heele gemeente in zijn gedachte te veel betaald, waarom geen meter, dan betaald ieder wat hij verbruikt, trots dat er door sommigen met water wordt gesmeten, kan het bedrijf er mee uit, wel een bewijs dat er te veel betaald wordt, indien per meter wordt hetaald zou er niet zoo met water worden geklad. De heer C. Duif is van oordeel dat toch met groo- tere afname rekening kon gehouden, zooals met electriciteit en gas b.v.. Al deze stukken voor kennisgeving aangenomen. WINKELSLUITING. Vaneen Minister van Economische Zaken is be richt ontvangen dat de winkelsluiting tijdens de wettelijke zomertijd een uur mag worden verlengd, of gedurende vier maanden. B. en W. stellen voor van de zomertijd te nemen overeenkomstig wordt besloten. AF- EN OVERSCHRIJVINGEN. Goedgekeurd is door Ged. 'Staten de af- en overschrijvingen welke hebben plaats gehad over 3 kwartalen, die heeft bedragen f 452.96, het 4e kwar taal moet echter nog binnen komen uit de gewone middelen. Dit heeft uit de gewone middelen nog plaats kun nen vinden, nu vraagt B. en W. aan den raad machtiging voor het 4e kwartaal, indien nog 14 dagen wordt gewacht, zal dit ook wel zijn afge komen. Goedgevonden. WERKLOOZEN STEUN Door den Minister was besloten om 11 Juni de werkloozensteun stop te zetten, echter is door B. en W. nogmaals op verlenging aangedrongen, ge zien de altijd nog heerschende werkloosheid. Bericht is hieromtrent ontvangen dat nog 1 week zou worden doorgegaan door den Minister. Door B. en W. was tot 25 Juni gevraagd. B. en W. meenden dat dan de aardappelcampagne zal zijn aangevangen, en hopen dat dan werk voor de arbeiders is te bekomen, het zou altijd nog kunnen worden geprobeerd om althans die week er nog bij te krijgen. De heer Lek. Wij weten natuurlijk niet of er na de 19e werkloozen zullen zijn, we zullen hopen van niet doch toch zullen die menschen dan iets moeten ontvangen, dan zouden ze naar het armbestuur moeten, reserves zijn bij him niet aanwezig, het zou misschien hoogstens op een paar arbeiders zitten. Indien de minister afwijzend beschikt zou ik door willSn gaan voor die eene week. De heer C. Duif. Het prijsverloop der aardappel campagne zal veel kunnen bijdragen, indien de prijzen redelijk zijn verwacht ik dat de 19e vrijwel alles aan het werk is, doch geen uitkeering zonder toezegging van den minister. Weth. Muurling. We zullen verzoeken om deze week te verlengen, doch indien afwijzend wordt be schikt dan stopzetten. De heer M. Duif sluit zich aan bij den heer Lek en wil doorgaan tot 25 Juni, al dan niet met toe zegging der Minister, maar dan ook onherroepelijk stopzetten. De heer Snel. De steun zal er moeten komen, doch als de minister geen toeslag meer geeft, moeten wij stoppen, het armbestuur stond voor de tuinders open, nu zal het voor de arbeiders ook open staan indien er na 19 Juni noch movhten zijn. Wethouder Van Kampen. De minister heeft zich uitgesproken dat aan niet tuinbouwers niet zal worden uitgekeerd door het rijk, de raad heeft toen besloten om dat in toepassing te brengen, en die menschen naar een andere steun te verwijzen als wij nu aan de tuinbouwarbelders wel zouden uit- .keeren zouden we niet gelijk blijven met het toen genomen besluit. Met 5—2 wordt besloten om tot 19 Juni door te gaan, en te verzoeken aan den minister om 1 week verlenging. De heeren Lek en M. Duif stemden voor 25 Juni. De heer Snel meent dit noch aan dit punt te moeten vastknoopen, hem zijn gevallen bekend, dat arbeiders, welke als werkloos stonden ingeschreven bij den arbeidsbemiddelaar, weigerden om te wer ken, kan hier niet iets tegen worden gedaan. Hoe is dit te regelen om dat te voorkomen, mijns inziens moesten zulke arbeiders van steun worden onttrokken. Voorzitter. Als een tuinder een arbeider noodig heeft moet hij deze gaan vragen bij Booy, deze gaat naar den door den tuinder uitgezochten arbeider toe en stelt deze bij den tuinder te werk, indien de arbeider weigert verliest hij recht op steun. De heer C. Duif zegt, dat dit toch wel wat ver gaat, Snel noemt hier feiten die gegrond zijn, kan U de namen noemen van de tuinders. de kap van mijn burnous om en wachtte. Geen Westérling, die dit nimmmer persoonlijk heeft meegemaakt kan zich een voorbeeld vormen van den angst die het lijdzame slachtoffer op der gelijke oogenblikken den keel dichtsnoert. Wanneer men tenminste maar iets kon doen tot tegenweer! Doch het eenige wat men zich kan veroorloven is gestadig in beweging te blijven, daar men anders het gevaar loopt onder het zand bedolven te worden. Doch voor de rest, wachten.... seconden, minuten die den omvang van uren hebben aangenomen. En langzaam bemerkt het slachtoffer dat het adem halen onder den doek steeds moeilijker wordt, dat het Bloed brandend in de slapen klopt* dat het speeksel in den mond verdroogt en datde ver stikkingsdood zich reeds op kleinen afstand heeft neergezet om toe te zien en te wachtenEn koortsachtig snel werken de gedachten, het slacht offer tracht den tijd te berekenen, die hij nog te leven heeft, denxt plotseling aan de verbleekte ge raamten die hij vaak op den tocht door de woestijn is tegengekomen en huivertTraag gaat de tijd en iedere minuut is een eeuwigheid Twee uur laang woedde de storm en toen week hij even snel als hij gekomen was. Het gieren was plotseling vervaagd in een suizelende stilte die als een lichte wolk op het oord van verschrikking neer daalde. Toen ik voorzichtig de doeken op zij schoof en diep ademhaalde, kreeg ik in plaats van een ge voel van opluchting, zoo'n hevige hoestaanval dat ik dacht dat mijn longen zouden scheuren. Ik had geen lucht, maar de oneindig fijn verdeelde zand- stofjes ingeademd en op dat oogenblik dacht ik dat ik stikken zou. Schrille kleuren dansten voor mijn oogen; ik opende mijn lippen, die hard en droog waren, doch het was mij niet mogelijk om een woord uit te brengen. Het speeksel in mijn mond was verdroogd. Plotseling maakte de schrille kleuren plaats voor het diepste'zwart en terwijl ik nog de tegenwoordigheid van geest had om een doek over mijn gelaat te werpen viel ik buiten bewustzijn op den grond. Toen ik voor den tweeden keer mijn oogen opende was het nacht om mij heen. Boven mij straalde de hemel in tropische sterrenpracht, mijn hoofd rustte op een verhooging die bij nadere beschouwing een schoft van een der kameelen bleek te zijn. Ik sloeg den doeg weg, ademde voorzichtig en toen opeens met volle teugen, want de atmos- De heer Snel. Kloosterboer en Hoogland hebben zooiets ondervonden. Weth. v. Kampen. De feiten zijn beslist waar, doch door deze heeren is den verkeerden weg be wandeld, wel is aan den bemiddelaar om een ar beider- gevraagd, dit moet ook de Arbeidsbemidde laar doen. De voorzitter zal verder deze zaak onderzoeken. Verzoek van de nieuw opgerichte Christelijke voetbalvereeniging „De Zwaluw" om het sportter rein te mogen huren gedurende de zomermaanden Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond. In verband hiermede meent voorzitter het vol gende verzoek te moeten vastknoopen. De Gymnastiekvereen. S. S. S. verzoekt het sport terrein te mogen huren gedurende de zomermaan den des Maandagsavonds voo r hun oefeningen. B. en W. hebben gemeend te moeten toestaan „De Zwaluwen" te verhuren Woensdag en Vrijdag voor f 25 per jaar en S. S. S. Maandagavond voor f 12.50 per jaar, de andere dagen zijn bezet door „Vrone". De heer Snel vraagt naar het onderhoud van het terrein, „Vrone" kan toch, indien meerdere vereenl- gingen komen, het onderhoud niet voor hem alleen nemen. Weth. v. Kampen. Het onderhoud is voor de gë- meente, dus hoeven we daar niet meer over te spreken. De heer C. Duif. De afscheiding en doelen zijn toch van „Vrone". Voorzitter. Dan zullen de desbetreffende vereeni- gingen overleg bij „Vrone" moeten plegen. Met algemeene stemmen aangenomen. Verzoek huren gebouw O. L. School door de op gerichte „Vrouwenclub". Een schrijven is ingekomen om 1 maal per week het vergaderlokaal der O. L. School te mogen hu ren om daarin te kunnen vergaderen of werken, zooals de dames dat wenschen, in het verzoek staat niet vermeld wat de vereeniging beoogt, doch dit zal wel zijn om te handwerken voor liefdadige doel einden of dergelijke. Besloten wordt om dit voorloopig toe te staan en de huur later te bepalen, in overleg met de schoolschoonmaker voor vergoeding enz. ook werd besloten om het contract met de zangvereeniging te herzien daar deze vereeniging niet aan zijn ver plichtingen is na gekomen, ten opzichte der school schoonmaker. Niets meer aan de orde zijnde sluit voorzitter de vergadering. In de algemeene vergadering van ^len Kring van Veilingsvereenigingen in West-Friesland, op 9 Juni te Hoorn gehouden, werd bij het bespre ken van den noodtoestand in den tuinbouw, verontwaardigd als men was over de beperkte en langzame wijze waarop de regeeringssteu.n af kwam, eenstemmig besloten het volgende tele gram te zenden aan den minister van landbouw. „De Algemeene vergadering van Veilings- reenigingen in Westfriesland, bijeen op 9 „Juni te Hoorn, waarop 12 groenteveilingen „uit dat deel van .Noordholland zijn vertegen- „woordigd, dankend voor de reeds verstrekte „steu haan het grove tuinbouwgebied van N.- „Holland, spreekt er haar diep leedwezen over „uit, dat deze slechts voor de -helft is ver strekt, niettegenstaande de aanvragen reeds „tot het uiterste waren beperkt' en verzoekt „Uwe: (Fjxcellentie met gepasten eerbied, doch „dringend, zoo spoedig mogelijk het resteerend „deel dezer aanvragen te verstrekken, om in „den allergrootsten nood dezer meest getrof- „fen tuinders te voorzien. MiJNHARDTUv LAX E ERTABL ETTEN regelen vlug zonder kramp of pijn. fff Doos60ct.BijApoth.en Drogisten. feer was thans rein en geurig als ademde ik de geuren in van een bloeienden tuin bij avond. Ik schudde het zand van mijn kleeren en stond moeizaam op. Ik keek verbaasd om mij heen; be halve de kameelen die nog op dezelfde plaats lagen als voor den storm, was er geen levend wezen in de nabijheid te bespeuren. Ik vroeg mij verwonderd af waar de kluizenaar kon zijn gebleven, de jakhal zen en hyena's, zouden natuurlijk, wanneer zij niet waren gestikt, wel de vlucht hebben genomen. Op eens stond ik roerloos stil en een huivering van schrik kroop langs mijn lichaam. Heel zwak was een kreet tot mij doorgedrongen, die klonk als het doodsgeschrei van een wezen dat in gevaar ver keert. Van een mensch, vanden kluizenaar? Het klonk opnieuw, doch thans wat duidelijker. Nu was geen vergissing mogelijk, ik had dè stem van den kluizenaar herkend. Doch van welke richting kwam het geluid? Het is onmogelijk' 's nachts in de woes tijn richting te bepalen; het geuid schijnt aan alle zijden door blinde muren te worden weerkaatst. Doch ik moest hem toch hulp verleenen. Door het hooge zand, dat zich op sommige plaatsen tot kleine heuvels had verzameld, strompelde ik voort, zoe kend, roepend Op eens hoorde ik dicht in mijn nabijheid een gekraak van beenderen. Ik greep mijn revolver, stond doodstil en wachtte. Het geluid verstomde en ik meende sluipende voetstappen te vernemen die zich van mij verwijderden. Na een oogenblik ge wacht te hebben, durfde ik in de richting van het geluid voortgaan en plotseling struikelde ik over een zacht voorwerp. Ik tastte met mijn hand om mij heen, voelde zacht warm menschenvleesch en deed plotseling een stap terug.In het zwakke licht van den nachthemel, zag ik nu duidelijk het mis vormde lichaam van den kluizenaar, die nog geen. minuut geleden gestorven moest zijn. Zijn kleeren waren van zijn lichaam gereten en ik behoefde mij niet te vragen welke strijd hier gestreden was. De hyena's en jakhalzen hadden den kluizenaar on herkenbaar verminkt enniet bij machte zijnde om hier nog iets te doen, aanvaardde ik snel den terugtocht. Nog dienzelfden nacht vluchtte ik uit het oord der verschrikking.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1932 | | pagina 4