Binnenlandsch Overzicht Rubriek van tien irbeid Economie SPORT EN WEDSTRIJDEN Ons Gourantenverhaal Oud-ministers en minister Verschuur. Vischcontingenteering in België. De toe stand in de mijnindustrie. Allerlei. Aan minister Verschuur kan men de eer niet ontzeggen van een hard en vruchtbaar werker te zijn. Wat hij voor leniging van den crisisnood vooral op het platteland, in korten tijd heeft gewrocht, daarvoor moet men respect hebben. Men zegt ech ter wel van groote geesten dat ze ook slordige gees ten zijn. Ze zien de groote lijnen van hun taak, maar verwaarloozen schromelijk bijkomstigheden. Het schijnt ook een gebrek van minister Verschuur te zijn, dat hij zich niet meer kan bezig houden met de afwikkeling van zaken, tot in het vormelijke of behoorlijke, als die zaken hem niet meer van be lang of van nut voorkomen. Met den oud-minister van Binnenlandsche zaken, dr. Posthuma, leidde dat tot een conflict en met een anderen oud-mi nister aan hetzelfde departement, Staatsraad mr. Kan zijn gelijke moeilijkheden gerezen. Dr. Posthu ma beklaagde zich, dat hij na maanden maar geen antwoord kreeg op dringende betoogen. Mr. Kan uit dezelfde klacht. Hij heeft zich als bemiddelaar in het IJmuidensche visscherij conflict teruggetrok ken, omdat hij de houding van minister Verschuur te passief achtte. Te passief? vroeg minister Ver schuur aan een interviewer. Ik heb van mr. Kan alleen een vluchtig samengesteld rapportje gehad, dat geen nieuwe gezichtspunten opnede. De repliek van oud-minister Kan was: ik ben door minister Verschuur uitgenoodigd als bemiddelaar op te treden en mij werd het betrachten van spoed opgelegd. Dra bracht ik een voorloopig rapport uit, maar on danks velerlei aandrang hb ik na vier weken nog geen bericht of antwoord noch opmerking van den minister mogen hooren. Dat leek me passief. Ik wil aannemen, dat mijn rapport nietswaardig was maar dat had me dan tenminste gezegd of geschre ven kunnen worden en ik had het niet voor het eerst behoeven te vernemn uit een door den mi nister aan een journalist toegestaan interview. Zulke conflicten tusschen den minister en oud- ministers werken niet verheffend. Al zou het gelijk in feite aan den kant van minister Verschuur zijn deze heeft toch ongelijk in de wijze, waarop hij zich van de zaken, welke hij van geen belang meer acht, af maakt. Tot schade van belanghebbende derden. De visscherij beeft een kleine opbeuring hard van noode. Met België heeft ons land pas een nieuw behoorlijke overeenkomst gesloten welke nog niet is geratificeerd. Van die omstandigheid heeft de Belgische regeering gebruik gemaakt om aan onze visschers opnieuw een klap toe te brengen. Onze vischinvoer in België is voor platvisch (schol, bot e. d.)- gecontingenteerd op 25 procent van den in voer in 1931 en 90 procent voor de overige visch. Het is werkelijk een geduchte strop voor onze toch reeds zoo noodlijdende visscherij. In onze mijnindustrie gaat het ook zeer slecht. Aan de Oranje Nassaumijnen hebben tegen 1 Aug. naast 672 arbeiders 20 technische ambtenaren hun ontslag gekregen. Aan de staatsmijnen is tegen den zelfden datum aan 150 arbeiders het werk opgezegd De mijnwerkersarganisaties hebben zich telegrafisch tot den minister gewend om uitkomst in den benar den toestand te vragen. Zij dringen o.a. op contin- genteering aan. De vorige week Vrijdag kende de mijnstreek nog leed van tragischer aard. Bij een instorting in de mijn Maurits werden 3 arbeiders bedolven en ge dood. In het jongste week-end zijn heel wat menschen gevallen als offers van het moderne verkeer. Het wordt ondoenlijk om een juiste statistiek in dat op zicht bij te houden. Een jonge veel-belovende Nederlandsche tooneelspeelster, Cissie Kremer, zocht en vond den dood in de golven bij Scheveningen. Het was een tragisch verscheiden van een wan hopig uit het evenwicht geslagen menschen kind. - Amsterdam heeft op het einde der week een scheeps brand gekend van een ongekenden omvang. Een machtig, bij de Nederlandsche scheepsbouwmaat schappij in. aanbouw zijnd motorschip de „Moldan- ger" geraakte door onbekende oorzaak in vlammen. Het vuur woedde zoo geweldig, dat de Amsterdam- sche brandweer voor 30 uur achtereen van het dek van het schip werd teruggedreven, de schade be loopt vele tonnen. Droef nieuws op sportgebied. Onze boksglorie van Klaveren eens Olympisch kampioen en tot Zondag Europeesch kampioen lichtgewicht, verloor zijn ti tel aan den Italiaan Locatelli, die in Rotterdam op punten van den Nederlander won. We moeten het gelaten zien te dragen. De Nederlandsche midden gewicht kampioen van Vliet, die van de week in een straatgevecht te Overschie met com munistische vrienden tegen een troepje Nederland sche fascisten, bloedig werd verwond, bleef over winnaar en behield dus zijn titel in en strijd tegen Beb Donnars. Mevrouw Buma was ook zoo gelukkig om haar titel van nationaal golf-kam- pioene te behouden. Laga van Delft won den na- tionalen titel met de acht bij de gehouden roei- wedstrijden. Bij athletiekwedstrijden in Hilver sum werd een drietal Nederlandsche records verbe terd. Gelukkig Nederland.! in aanmerking te nemen. Het is duidelijk, dat men dan tot een veel grootere beteekenis van het arbeids loon voor de productiekosten komt, dan wanneer men alleen de directe loonkosten van de betrokken onderneming beschouwt. Er is echter nog een ander punt, dat velen bij dit vraagstuk meestal vergeten. Wanneer een on derneming loonsverlaging wil, geschiedt diti omdat de productiekosten te hoog zijn om te kunnen con- curreeren, daar de meeste industrieën voor hun grondstoffen en voor de verschillende diensten die zij moeten verrichten, ongeveer het zelfde moeten betalen. De concurrentie is vooral in dezen tijd zoo geweldig groot, dat het soms aan enkele procen ten kan liggen. Wanneer men dus alle andere mid delen om de productiekosten naar beneden te bren gen heeft uitgebuit, kan het soms juist dit enkele procent zijn, dat de concurrentie mogelijk blijft ma ken. Bij zeer groote projecten, die belangrijke werk gelegenheid geven, komt het soms op uiterst kleine verschillen aan en het is dan ook niet juist te denken, dat een loonsverlaging, ook al doet zij de productiekosten slechts met enkele procenten dalen toch niets geeft. In vele gevallen kan zij er toe lel den de werkgelegenheid te bevorderen en in deze gevallen is het door de verlaging veroorzaakte leed zeker niet te duur gekocht. LOONEN EN PRODUCTIEKOSTEN. In dezen tijd van belangrijke loonsverlaging in tal ven bedrijven, hoort men veelal de opmerking dat loonsverlaging zoo weinig geeft, omdat het loon toch maar een betrekkelijk gering deel uitmaakt van de productiekosten van het geproduceerde ar tikel, zoodat een verlaging van het loon van een aantal procenten, deze productiekosten slechts zeer weinig doet dalen. Degenen, die dit beweren, zien echter twee belang rijke punten over het hoofd. Inderdaad is het juist dat het directe loon in de meeste bedrijven niet zoo'n groot deel van de productiekosten uitmaakt Maar wanneer dit het geval is staan naast deze di recte loonkosten een aantal kosten, die de totale productiekosten mede bepalenen die op hun beurt wederom afhankelijk zijn van de loonen, die voor deze diensten betaald moeten worden. Nemen wij bv. het transportbedrijf. Verschillende ondernemin gen transporteeren hun eigen goederen en dus vormt hetloon van de chauffeurs voerlieden enz. een deel van hun productiekosten. Wanneer men nu echter het vervoer door een speciaal daarvoor op gerichte onderneming, bv. de Nederl. Spoorwegen laat verrichten, dan is het duidelijk, dat men wel iswaar geen directe loonkosten daarvoor in reke ning zal brengen, doch dat de loonen, die bij de Spoorwegen gelden, direct de kosten van het ver voer bepalen en dus indirect de productiekosten van de betrokken onderneming. Zoo zal door de steenkolen, die de onderneming gebruikt, electrici- teit, het gas, het water, kortom door alle mogelijke zaken die voor de productie niet gemist kunnen worden, een belangrijk deel van de kosten gevormd worden. Al deze factoren zijn zelf wederom afhankelijk van de betaalde loonen en zou men dus de betee kenis van de loonsverlaging willen nagaan, dan moet men niet alleen zien naar de directe loonkosten doch het is dan ook noodig, de indirecte loonkosten Nog heden, zoo goed als in den tijd van de klas sieke economie, is het de prijs, dien men voor de waren meent te zullen ontvangen, welke het hoe en wat der productie bepaalt. Wanneer een waar niet gevraagd wordt en bijgevolg haar doel gemist heeft, maakt men slechte prijzen voor die waar. Wanneer de ondernemer met juistheid heeft voorzien, wat de verbruiker noodig heeft, wordt hij beloond door goede prijzen. Elke buitensporige prijs draagt haar eigen correctief in zich, en als men ergens van economische harmonie kan spreken, is het wel hier. Want als de opbrengst onvoldoende is, wordt de productie verminderd, en degenen, die voortgaan met produceeren, zien hun positie in het vervolg er op verbeteren. Indien daarentegen de opbrengst goed is, komen nieuwe ondernemers erbij, het aan bod neemt toe en de extra winsten verdwijnen. De leider der onderneming is slechts in schijn afhan kelijk wanneer hij de behoeften met juistheid voör zien heeft en kapitaal en arbeid is goede verhou ding met elkander gecobineerd, behaalt winst. (Prof. Dr. Walter Sulzbach.) De tehorie der hooge loonen, die niet alleen verdedigd wordt door de vakvereenigingen van alle landen, maar ook door een geheele school van ondernemers in Amerika (met Henri Ford aan het hoofd) en die door President Hoover zoowel als de vroegere directeur van het Internationaal Arbeids bureau, wijlen Albert Thomas, als een element, van welvaart wordt beschouwd, heeft de proef van het leven niet kunnen doorstaan. Debeweging der prijs verlaging van den handenarbeid, waarmede tot nu toe als het ware aarzelend een begin gemaakt was en die zich meestal achter de vermindering van be paalden arbeidstijd verschool, neemt zoozeer in de Vereenigde Staten, als elders, een sneller tempo aan Men beschouwt het gewoonlijk als een paradoxaal feit, dat waren onverkocht blij ven .terwijl de men schen behoefte hebben aan die waren, en dat er werkloozen bestaan, terwijl er nog zooveel werk gedaan zou kunnen worden in de wereld. Maar dat komt, doordat die uitdrukkingen „onverkochte wa ren" „werkloozen" een verkeerd denkbeeld geven van den toestand, zooals hij in werkelijkheid is. De uitdrukking „onverkochte waren" wil niet zeggen, dat het om waren gaat, die in het aigemeen niet verkocht zouden kunnen worden, maar alleen, dat die waren niet verkocht kunnen worden tegen prijzen, die de kosten dekken. „Werkloosheid" wil niet zeggen, dat de arbeiders in het algemeen geen arbeid zouden kunnen vinden, maar alleen, dat zij voor den arbeid dien zij willen en kunnen verrichten, de loonen niet kunnen krijgen, welke zij vragen. Onrendabele ondernemingen, onverkoop bare waren en werklooze arbeiders zijn verschijnse len, veroorzaakt door de prijsbewegingen, en deze verschijnselen zijn het gevolg van het feit, dat de regelende functies der vrije markt gebonden worden door een reglementeering. (Prof. Ludwig Musis. Nieuwstijdingen REGENVAL VAN DE LAATSTE DAGEN. Heta Kon. Met. Inst. te De Bilt meldt: Na de zware plaatselijke regens welke in de laat ste dagen tijdens onweersbuien zijn gevallen, w.o. 41 mm. in ruim twee uur te Helmond op den 12» den Juli, 53 mm. te Hatert gedurende den namid dag en 26 mm. te Staphorst in den avond van den 12den, en van 13 op 14 Juli 63 mm. te Kapelle (Zuid Beveland) is van Zaterdag op Zondagnacht te Groningen 74 mm. gevallen, nadat Zaterdag namiddag 2 mm. regen was waargenomen. STRAATROOF TE AMSTERDAM. Zaterdag had een achttienjarig meisje voor het kantoor waar zij werkzaam was, op het Girokan toor ƒ600 in bankpapier gehaald. Zij had het geld in een tasch gedaan, welke zij op den bagagedrager van haar fiets had vastgebonden met een riempje. Op het Rokin vlak bij de Munt, reed een onbe kende man haar aan. De botsing was niet hevig, maar gaf toch even oponthoud. De onbekende reed dadelijk door, het meisje pakte haar fiets en zag, dat de tasch met geld weg was. Het riempje was blijkbaar doorgesneden. Het meisje ging naar den verkeersagent voor de Doelenbrug wien zij het gebeurde mededeelde. Van een vermoedelijken dader was niets meer te zien. De agent bracht haar naar het politiebureau Singel. Zij kon geen signalement van den onbekende opgeven. De politie hoopt dat zi ch alsnog getuigen zullen aanmelden, Het gebeurde te 9 uur 15 min. Het is mogelijk, dat kwaadwilligen het meisje van het girokantoor af waar zij hebben gezien, dat zij geld kreeg hebben gevolgd, dat een hun ner de botsing opzettelijk heeft veroorzaakt en dat de ander van de korte stagnatie heeft gebruik ge maakt om het riempje door te snijden en de tasch weg te pakken. (Handelsblad. HONDERDVIJFTIGARBE IDERS BIJ DE STAATS MIJNEN ONTSLAGEN. Officieel wordt medegedeeld, dat met ingang van 1 Augustus a.s. bij de verschillende staatsmijne.n 150 arbeiders voor het meerendeel buitenlanders, zullen worden ontslagen wegens den slechten gang van zaken in het bedrijf. De meeste mannen zijn ongehuwd. IN DE HAVEN CERDRONKEN. Een tienjarigjongetje, dat op de kade van de nieuwe binnenhaven te Scheveningen speelde, is daarvan afgevallen. Het was niet dadelijk mogelijk den drenkeling op den wal te trekken. Een burger slaagde erin na eenigen tijd met behulp van een OUDKARSPEL. ATHLETIEK. Vrijdag 15 Juli 1932 werd onder leiding van de hee ren Ootjers en Schrieken de oprichtingsvergadering van de Athletiekclub gehouden. Behalve deze heeren waren 9 leden aanwezig. Er werd besloten met het oog op de terreinhuur de vereeniging een onderafdeeling van D.T.S: te maken met een zelfstandig bestuur. De contributie werd vastgesteld op 15 cent per week voor leden van D.T.S. en op 20 cent per week voor niet-leden van D.T.S. De laatsten hebben dan vrijen toegang op het D.T.S -terrein. De heer Ootjers deelde mede, dat Hercules zoo wel willend geweest was de toestellen in bruikleen te geven, waarvoor we deze vereeniging langs dezen weg onzen hartelijken dank betuigen. Daarna werd besloten tot bestuursverkiezing over te gaan. De heeren Ootjers en Schrieken wenschten niet voor een bestuursfunctie in aanmerking te ko men. De heer Ootjers deed n uhet voorstel 3 bestuurs leden te kiezen, die dan de functie van voorzitter, secretaris en penningmeester onderling zouden kun nen verdeelen. Dit voorstel werd goedgekeurd waarna tot stem ming werd overgegaan. Na driemaal gestemd te hebben kwam men tot het resultaat, dat P. J. Schrieken, J. P. Schrieken en J. Jansen gekozen werden. De gekozenen namen hun benoeming aan. Verder werd besloten de minimumleeftijd op 15 jaar te stellen, waarop echter door het bestuur uitzon deringen gemaakt kunnen worden, en een vaste trai ningsavond te houden. Op andere avonden zal ech ter ook geoefend kunnen worden. P. Kramer was zoo welwillend de leiding van de vaste trainings avond op zich te nemen. Hierna sluiting. Het bestuur heeft de functiën als volgt verdeeld: J P. Schrieken, voorzitter, P. J. Schrieken Secretaris, J. Jansen penningmeester. De eerste trainings avond zal a.s. Donderdag gehouden worden. SINT PANCRAS. VOETBALMATCH. Zwaluwen IVronc Veteranen 56. Vrijdagavond 7 uur met frisch Juliweder speelde bovengenoemde elftallen een vriendschappelijken wedstrijd. Beide met onervaren keepers. (Waarom niet direct de keeper van het elftal Zwaluw in het doel? en Jb. Mantel op zijn plaats nl. links-buiten gezet. Dadelijk ontwikkelt zich een wild spel met wis selende kansen. Zwaluw ziet het eerst haar werk bekroond. Want vlak achter elkander maken de rechtshalf Debeien en de linksbuiten M. Visser voor Zwaluwen elk een goal. 20 in het voordeel v. Zwaluwen I. Direct breekt de jaloezie los in het hart der oude Vronespelere w.o. leden van Vrone I. en beginnen zeer ruw te spelen. Spoedig daarna schiet de spil H. Wiedijk Jz. uit de rechterhoek een pracht schot in het doel. 2—1. Even later verkrijgt Vrone Veteranenclub een penalty: Met de woorden, we zullen hem nemen, op de lippen, wordt deze door M. Kloosterboer Cz. in een doelpunt omgezet. 2—2 Het moge een wettige penalty zijn, toch met een vriendschappelijken wedstrijd behoort dit niet voor te vallen. Met een competitiewedstrijd mag en moet men elke kans benutten. Spil Wiedijk ziet weder een kans en leid met een hard schot 23. Dan neemt de middenvoor M. Kloosterboer Jz. het 4e punt voor zijn rekening. Metwelken stand rust komt. 2—4. in het voordeel van Vrone Veteranen elftal. Dit 4e doelpunt moest niet toegewezen zijn. Doordat de linksbuiten T. Bobeldijk van V.V.C. geheel afzijdig stond. Doch door even onoplettendheid van den scheidsrechter, die door het vlugge ruwe spel niet alles tegelijk kon zien, was er niets aan te doen. Na rust ontwikkelt zich dadelijk het vlugge en ruwe spel van voor de rust en beurtelings zijn de doelen in gevaar. Terwijl er verandering van kee pers plaats had, respectievelijk K. Ploeger (Zwalu wen)' K. de Geus (V.V.C.) Vele corners leveren niets op. Spoedig is het een twee drie 34, 44 gelijk spel. gezet door den middenvoor (Zwaluwen. W. Koornstra en D. Leien, rechshalf (Zwaluwen. Meer en meer komt V.V.C. opzetten, en ziet haar 5e kans benemen door M. Kloosterboer Cz. midden voor. 4—5. Maar vlak daarna verkrijgt de midden voor W. Koornstra voor Zwaluwen weder de gelijk maker 5—5. Gelijk spel was de algemeene verwach ting. Doch neen. Ongeveer twee minuten voor 't einde onderneemt de spil van V.V.C. H. Wiedijk een snelle ren passeert alles en daar de keeper door de ingevallen avondschemering de richting van den bal niet goed meer kan waarnemen, ontglipt hem de kans van redding, heeft het nakijken 56: in het voordeel van V.V.C. Daar de tijd ontbreekt om ge lijk spel te krijgen, wat verdiend was, komt met de zen stand het einde 56. De scheidsrechter leide verdienstelijk dezen moei lijken wedstrijd. Weest zelfstandig, Stoort u niet aan praajes van spelers of supporters. V.V.C schoten best, Speelden zeer ruw. M. Kooy Jz. en D. Bobeldijk Gz. zelfs j woest. M. Kloosterboer Cz. middenvoor en H. Wiedijk I spil, schitterend. Vooral laatstgenoemde. Doch h.h. speel voortaan om het spel voetbal. Niet ruw. No i woest. Met de woorden, zooals ze geuit zijn „we zul- len ze meppen" Het is gelukkig zonder ongelukken afgeloopen. Slachtoffers hadden er kunnen vallen. I Herinner slechts maar de vele duikelingen. Bode- graven indien u wenscht blijvend voetballer te zijn raden we u aan, niet uit critiek hoor, maar ten goede, gaat in behandeling bij masseur van Keu len en in training bij Hartland. Zwaluwen speelden goed. Doch niet zoo zeker als men wel kan. Reuter speelde geweldig. J. Groen yjz., linkshalf enorm. Dirk Leien rechtshalf wis selvallig. Tenslotte deze opmerking. Een van de V. V.C. met het verlaten van het terrein deelde mede, 5 centen betalen is niets. Dit moest men toch na laten, maar dat chr. jongens zeggen in de match ,,'t kan niks verdder maar op, dit past niet. Maar heeren van V.V.C., jullie mogen dit ook niet in praktijk brengen, zooals dien avond. An ders heeft men geen recht noch kracht van spreken TANTE EN OOM. door JAMES WHITE. Ik begrijp niet, dat Hugh er nog niet is, zei Felies zenuwachtig Haar tante Amaranthe glim lachte. Kind je bent nog echt in de wittebroodsweken. Omdat je mena een kwartiertje te laat is Een uur te laat, verbeterde Felice snibbig en maarzin, want ze had medelijden met tante, hoewel ze sinds lang den dag verwenschte, dat ze zich door dat medelijden had laten verleiden om tante te logeeren te vragen. Tante was zoo zielig alleen in haar groote huis in een provinciestad, voelde het gemis van een eigen huishoudenz oo, leed er zichtbaar onder, dat ze een oude vrijster werd, dat alles had Felice op een onzalig moment doen ver geten, dat zij en Hugh zoo gelukkig waren samen en dat bij zoo'n geluk geen derde hoort. En nu was tante er en bleef. Kookte lekkere puddin gen hielp in het huishouden, sloofde zich werkelijk uit.'... Maar wat gaf dat? Ze was de angel in het wittebi oodsgeluk en Hugh was langzamerhand op het kookpunt van woede gekomen. Hij was te goed hartig om het tante te laten merken, maar met Felice had hij er heel wat over afgekibbeld. Vandaar dat zij zich bepaald zenuwachtig maakte, nu hij zoo ongewoon laat was en een zucht van verlichting ontsnapte haar, toen hij eindelijk binnenkwam. Maar hij was niet alleen. Hij bracht met zich mee een vermoeid en neerslachtig uitziend man van middelbaren leeftijd, dien hij met een beminnelijken glimlach voorstelde: „mijn oom Jack." Felice staarde hem aan, begroette werktuigelijk den volkomen vreemde en mompelde: Heel aan genaam. ik wist het niet." Ik had je nooit over oom gesproken, maar vandaag kwam ik hem tegen, zeide Hugh, en vroeg hem te eten. Laten wij hopen, dat oom ons het genoegen doet te blijven logeeren. Felice voelde denvloer onder zich wankelen. Maarmaar we zijn zoo klein behuisd tante slaapt al in de eetkamer en.... Wel, dan kan oom hier in de woonkamer sla pen, vindt jeniet? Maar.... we hebben ook weinig kasten en zijn kleeren.? J Tante heeft haar kleeern in mijn kast, dan kan oom de zijne in jouw kast doen, vmdt je niet? Felice was sprakeloos. Als tante zich niet over den nieuwbakken oom ontfermd had, hem aan ta fel bediend en lange gesprekken met hem gehouden hadoverhet warme weer, warme puddingen en rheu- matiek dan zou er een zonderlinge stilte gheerscht hebben. Nauwelijks waren ze des avonds in de slaapkamer samen, of Felice barstte los: Hoe kon je.! Wat bedoel je?" vroeg Hugh lijzig. Het zal geen leven worden, hier in dit kleine huis. Felice huilde half. Natuurlijk, zei Hugh bedaard, in jonge huwe lijken hooren geen familieleden. Felice oogen begonnen gevaarlijk te schitteren. O, is dat het. Wou je mij sarren? Daarom sleep je een oom mee, dien je zelf vergeten had, die misschien wel het een of ander op zijn kerf stok heeft, dat je me nooit over hem gesproken hebt. Nu laat ik je dan een ding zeggen, als je soms dacht, dat ik tante nu zou wegsturen, dan heb je het mis. Dat was een oorlogsverklaring en sindsdien be gon de strijd. In het bijzijn van de gastne hielden Felice en Hugh zich goed, maar zoodra ze samen waren vertelden ze elkaar uitvoerig, wat ze van elkaar en elkanders familie dachten. Na een week waren ze beiden rijp voor een sanatorium. Hugh verwenschte zijn mislukte list en Felice schreide bittere tranen over hun bedorven geluk. Hoe gezel lig was het geweest in hun huisje, met zijn beidjes, hoe trotsch was ze op haar behaaglijk home Wat een vrij leventje hadden ze geleid.... Nu zwierven overal de eigendommen van oom en tante rond, aan tafel hadden die twee het hoogste woord en aten de lekkerste beetjes, tante was vol zorgen voor oom, die dik begon te worden, zooals Felice nijdig opmerk te, terwijl tante iets jongemeisjesachtigs coquets kreeg, volgens Hugh. En des Zondags moesten ze tochtjes verzinnen, waarop alleen tante en oom zich amuseerden. Toen kwam de crisis. Oo men tante waren samen uit. Felice zat met roodgschreide oogen aan een handwerkje, toen Hugh thuiskwam, Hij was m abominable stemming en begon dadelijk: Ik heb er genoeg van, ik heb vacantie genomen en ga naar mijn ouders. Felice zweeg. Ze tuurde strak op haar werk en haar lippen trilden. Hugh liep rnd, snuivend van kwaadheid, deels op haar, deels op zichzelf. Toen ratelde de telefoon. Felice luisterde. Na een oogenblik kreeg haar ge zicht een verbaasde toen eeno ntstelde uitdrukking, ze riep eensklaps: Hallo tante. Hallo! Er scheen geen antwoord meer te komen, want ze legde den hoorn neer en zeide in zichzelf: Neen, maar, schippershaak. Het jongetje bleek toen reeds te zijn nu ja, ik ben in de wittebroodsweken. overleden. Ze slikte het verdere van wat in haar opkwam, Hugh brandde van nieuwsgierigheid, was te koppig om iets te vragen. —Die tante.zei Felice in gedachten en begon voor het eerst sinds weken luid en oprecht te la chen Stel je voor, tante gaat trouwen met je oom. Ze reist met hem naar haar woonplaats, om hem aan haar kennissen voor te stellen en aan de familieIk denk dat ze zich wat geneerde voor ons en daarom zoo opeens Ze zweeg verschrikt, want Hugh had een ongear ticuleerd geluid gemaakt en eenige wilde gebaren. Eindelijk stamelde hij: Je tante mag niet onmogelijkis geen oom van mehijik liep te wandelen, kwam langs het werkhuis kreeg een ideezou iemand huren om voor oom te spelen. Juist kwam die man eruit, ik sprak hem aan, hij bleek zoo beschaafd.enwel de rest weet je. Er volgde een lange en veelzeggende stilte, waar in Hugh niet goed raad met zichzelf wist. Hij ver wachtte een welverdiende storm van verontwaar diging. Inplaats daarvan begon Felice te lachen, eerst zacht, toen steeds luider, totdat de tranen over haar wangen liepen. En toen lagen ze ineens elkanders armen en lachten beiden. O, Hugh, zeide Felice, toen ze weer praten k0n h- leek me toch wel fatsoenlijk, misschien door de crisistijden achteruit gegaan.... ik hoop maar, dat Er werd gebeld... Een jongen bracht een ruiker bloemen en een brief. Ze verslonden hem tezamen. Waarde aangenomen nicht en neef, stond erboven Amarandha en ik zijn afgereisd, als je dit leest. Amarandha was een beetje verlegen, daarom schik ken we het zoo, maar we hopen jullie op de bruiloft te zien. We passen prachtig bij elkander, zijn alle bei eenzame, huiselijke menschen, die behoefte heb ben aant eederheid. Ook de finantieele omstandig heden zijn zoo ongeveer gelijk. Zij is welgesteld en ik ben het ook. Dien middag bracht ik een bezoek aan een vroegeren tuinman van mijn vader, dien ik hulp beloofd had, omdat hij door omstandigheden zoo aan lager wal geraakt was, dat hij in het werk huis was terecht gekomen. Het leek me prappig, op de vergissing in te gaan, die ik best kon be grijpen want ik was altijd onverschillig voor klee ren en als je geen vrouw hebt, krijg je licht Iets verwaarloosds. Ik dank jullie een nooit gehoopt ge luk en Amarndha ook, daarom willen we jullie een aardig villatje geven, want dit huisje is erg klein als we soms nog eens komen logeeren en vooral ook met het oog op de a.s. gebeurtenis, die Felice aan tan te heeft verteld. Hugh liet den brief vallen. Felice stamelde hij. Felice kleurde. Ikja, ik wou het je tel kens zeggen,, maar je was zoo boos en O, ik ellendeling zei Hugh. Ik stomme idioot Enfin ons kind heeft alvast een peetvader en peetmoe. (Nadruk verboden.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1932 | | pagina 4