Een harae es Het witte doek Indie's achteruitgang en Nederland Burgerlijke Stand IN GEKLEURDE HOEDEN ZIJN WIJ SPECIALITEIT ALSOOK ZIJN WIJ IN GROOTE MATEN RUIM GESORTEERD MAISON TRUUS KOSTERS ALKMAAR Ons Weekpraatje Tegenwoordig vieren we op den 4en October, sterfdag van Franciscus van Assisi, den internatio nalen Dierendag, en wel, omdat deze Franciscus „een groot deel van zijn leven besteedde om den tijdgenoot te leeren, hoe men tot eigen voldoening en tot voldoening van het dier, daarmee moet om gaan." Heelemaal juist is deze kenschetsing van de opvattingen van Franciscus van Assisi niet. De ge noemde heeft zich meer beteekenis verworven als heilig-verklaarde der Roomsche Kerk, het con tact met de dierenwereld zocht hij als vertroosting, omdat de menschen niet naar hem wilden luisteren. Het belang van menschen en zielen ging bij hem vóór alles. Men meene overigens niet, dat we iets tegen Die rendag hebben. We zijn er inderdaad van overtuigd, dat een mensch als zoodanig niet goed en edel kan zijn, zonder dat hij respect zou hebben voor de belangen der dieren en evenzeer gelooven we, dat een slecht mensch beter kan worden, door hem liefde in te prenten bij het beest. Dierenbescherming op zich zelf is een prachtig werk, maar ze wordt o.i. in vele gevallen geschaad door valsche sentimenten. Veel dierenbescherming is niet anders dan mensche- lijke zelfkoestering. Omdat we van hond, kat, paard enz. de trouw en aanhankelijkheid kennen, ja, om dat we van den roep en oogopslag, In het algemeen van de reacties, dier beesten iets verstaan of meenen te verstaan, daarom verdragen we het niet, als ze slecht worden behandeld. Als de huisdieren worden gekweld, dan wordt ons gemoed geweld aangedaan en vooral dat laatste kunnen we heel moeilijk on dergaan. Daarom werpen velen zich voor Dieren bescherming op. We onderscheiden dieren en dieren. Dagelijks lig gen millioenen garnalen, schollen, botten en andere visschen levend op wagens en in manden te spar telen in een doodstrijd van uren; aal wordt levend gestroopt, mosselen komen levend op het vuur. Edele herten worden geschoten, prachtig gevogelte wordt met moordend lood omlaag gehaald. Koningen van de woestijn worden levenslang in ellendige dierentuin-hokken opgesloten. We zeggen niet, dat dierenbeschermers dat alle maal goedkeuren, integendeel. Maar hun pro testen gaan in het algemeen te eenzijdig uit naar ce mishandeling of verkeerde behandeling van huis dieren, terwijl over het lot van andere nuttige bees ten te weinig wordt gedacht en gesproken. Toch zijn het geen dieren van den tweeden rang; haar noodlot echter deert minder ons gemoed. Onbewust beschermen de menschen meer hun eigen gevoel dan het welzijn der dieren. Zooals er onderscheid wordt gemaakt tusschcn dieren en dieren, zoo kent onze beschaving ook menschen van den eersten en van den tweeden rang, blanken b.v. en negers. Wat een onduld baar vergrijp zou zijn tegenover de eersten, kan een wetenschappelijke verdienste worden worden tegenover laatstgenoemden. Als een neger zich interesseert voor het onder scheid tusschen het bloed van hem en van een blanke, zou men het dan van hem dulden, dat hij neergestreken b.v. in Den Haag een aantal Haagsche inboorlingen met geweld en tegen dezer zin wat bloed ging aftappen? We zouden dien neger wel eventjes beschaafde mores leeren! Maar nu omgekeerd. In Utrecht woont een mijnheer, die luister naar den naam van Drs. Paul Julien. Hij heeft zich, ofschoon hij nog maar doctorandus is en zijn academischen titel nog niet heeft gehaald, reeds in de gelederen der beoefenaren van wetenschap ge drongen. Hij meent anthropoloog te zijn en trok naar de Afrikaansche republiek Liberia om er an- thropologische onderzoekingen te doen. Bij zijn terugkeer had hij zich te onderwerpen aan een interview van een Telegraaf-medewerker, waarvan het relaas te vinden is in het avondblad van ge noemde krant, d.d. 29 Sept. Onze aankomende anthropoloog deelde allereerst mede, dat hij grooten dank verschuldigd was aan het Rijks Serologisch Instituut te Utrecht, dat hem sera ter beschikking stelde. Ook Dr. Pondsman en prof. v. d. Broeke hadden hem him waardevolle medewerking verleend. In Liberia had onze Utrechtsche onderzoeker veel bloedanalyses gedaan. Hij vertelt er van: „Eerlijk gezegd was dwang de eenige manier „om ze (de negerbevolking van Liberia) een „druppeltje bloed, wat ik noodig had, af te „tappen door een speldeprik. We omsingelden „het dorp en op die wijze wist ik het dan klaar, „te spelen. Het schedelmeten ging eenvoudiger, „maar bij den speldeprik gingen ze tekeer als „kinderen." En verder: „Ik hebduizend bloedanalyses gemaakt. ,„Ja, soms was het heel moeilijk. Als we bij een „dorp kwamen, waren de bewoners spoorloos „verdwenen." Een prettige kennismaking beleefden die men- „schen met onze beschaving!" In plaats van te trachten hun vertrouwen te win nen, gaan onze half-gestudeerde onderzoekers ze met gehuurde krachten bijeen drijven en ze onder klagend gehuil stuk voor stuk wat bloed aftappen. Mannen en vaders moeten het toezien, dat zóó hun vrouwen en kinderen door den blanke worden over weldigd! En het nut? „Over het resultaat van zijn onderzoekingen „kon de heer Julien zich uit den aard der zaak „nog niet uitlaten. Drs. Julien hoopt binnen kort op verschillende plaatsen in het land le ningen te houden over zijn interessante expe ditie." Resultaat? Nou ja, dat is bijzaak. Maar de onder zoeker houdt in ieder geval lezingen over zijn tocht, want wat hém en zijn hoorders tenslotte slechts interesseert, dat is het moppige van het geval, het bijetndrijven van angstige menschen, het huilen en schreeuwen van die zwarte wezens, als de blanke onderzoeker ze wat bloed aftapt. We steden voor om jaarlijks ook een Menschen- dag te houden, waarop de blanke verwaat'nen zich dienen te herinneren, dat ook zijn bruine en zwarte broeder ie geschapen naar het beeld des Scheppers en aat in het lichaam van een zwarte een ziel huist als in het onze, enkel een beetje blanker misschien. Amerika's nijverheid en samenhangend zaken leven hebben ondanks alle hevige schokken dit volk een groote positie doen innemen. De aard van de massa-productie en gestandariseerde behoeften hebben de belangen van kapitaal en arbeid op belangwekkende wijze vermengd. De kapitalist en industrieleider weet, dat zijn vermogen afhankelijk is van de verbruikscapaciteit der groote massa. De individueele .kooper ziet de vele dingen die hij begeert, in goedkooper en voortreffelijker overvloed aangeboden. Deze samenhang tusschen nijverheid en gestan dariseerde consumptie had het kon niet anders aanleiding gegeven tot verschillende verkeerde denkbeelden. Een dezer was de z.g.n. theorie van de consumptieve kracht van de arbeidende bevol king. De arbeider, zoo redeneerden velen, waaronder tal van grootindustrieelen (Ford) moet zoo kort mogelijk werken en zooveel mogelijk verdienen; werkt hij lang, dan heeft hij geen gelegenheid om zijn loon behoorlijk te verteren, en verdient hij te weinig, dan is zijn consumptief vermogen vanzelf al niet groot. Dus: veel verdienen en veel vrijaf, met de consequentie: betaal de hoogst mogelijke loonen bij den kortst mogelijken arbeidstijd, want de wel vaart hangt ten nauwste samen met een ruimen loonstandaaard. De geweldige instorting op de Amerikaansche beurs, de depressie in het zaken- en bedrijfsleven hebben op pijnlijke wijze het bewijs van het tegen deel geleverd. De onjuistheid van de theorie van de consumptieve kracht van de arbeidende bevolking ligt voor de hand. De industrieele welvaart in Ame rika was geen gevolg van de hooge loonen, doch omgekeerd konden deze hooge loonen betaald wor den doordat de industrie een reeks van goede jaren achter den rug had. En bovendien, hooge arbeids- loonen in eenige takken van nijverheid waar overigens het arbeidsloon nog een relatief geringe rol speelt zeggen niets voor de algemeene wel vaart. Wat heeft b.v. de landbouw in het Westen van Amerika aan hooge loonen in de staalindustrie? Zullen de arbeiders in deze industrie meer brood gaan eten, wanneer zij meer verdienen? De feitelijke toestand in Amerika was zoo, dat een betrekkelijk gering aantal werknemers een abnormaal hoog loon verdienden; dat slechts een tiende deel der arbeiders door hooge loonen een extra-koopkracht hadden. En dit geringe deel kon natuurlijk niet het geheele arbeidsproduct van de rest consumeeren. De prijs- stijgende invloed was dan ook naar rato niet groot; wel echter dwongen de industrieele vakarbeiders de rest om hooge prijzen voor hun arbeidsproduct te betalen. Het uiteindelijk resultaat was derhalve een onevenredige verdeeling van welvaart, die door sommigen voor algemeen werd aangezien. Het hooge loon van de industrieele arbeiders kon echter alleen betaald worden, doordat de rest van de be volking hun product tegen hooge prijzen moest koopen. De crisis, vooral in den landbouw, heeft geleerd, hoe onjuist het is te meenen, dat de geste gen koopkracht van een gering deel der bevolking een prijsstijgenden invloed over de geheele linie ten gevolge zou kunnen hebben. De theorie van de consumptieve kracht der ar beidende bevolking is een frase geblekenmen heeft voor algemeene welvaart aangezien wat slechts een schijnbeeld daarvan was. De theorie van de hooge loonen is op harde wijze door de nuchtere werke lijkheid achterhaald. Toen bij het begin van de ineenstorting cle kreet geslaakt werdhoud tot eiken prijs de loonen op peil, was dit een instinctief gebaar. Men was nu eenmaaal vertrouwd gerakt met de gedachte: als wij de loonen niet op peil houden, kunnen de arbeiders de goederen niet meer koopen en is het gedaan. De praktijk heeft anders geleerd; de leuze: als de loonen maar ge- haandhaafd blijven., doet de rest er niet toe, en komt alles weer in orde, bleek een fictie. Elke crisis heeft haar onvermijdelijke slachtoffers, maar bevat tevens leering voor de toekomst. Het was een harde les moge zij daarom des te beter worden verstaan en begrepen! ZOEKT UW HOED ZORGVULDIG UIT EEN IEDER KIJKT ER NAAR OOK UW ADRES DAARVOOR IS MAISON TRUUS KOSTERS ALKMAAR Was het bijkans ondoenlijk om den totaal-invloed, economisch en sociaal gesproken, die er van de cultures voor Indië zelf uitging, vast te stellen nog moeilijker was dit ten aanzien van Nederland, want hier steunde men op meer directe dan indi recte gegevens. Het is de crisis, die ook Indië zoo fel striemt, welke ons pas goed doet beseffen, wat Indië tot dusver voor Nederland beteekend heeft. Nu uit dit land zoo wei nig inkomsten naar Nederland vloeien, maar wél ontslagen personeel wordt teruggezonden, begrijpen wij pas goed, hoe de toestand in ons land zou zijn, indien de koloniën blijvend uitgeschakeld waren. Zou b.v. de beteekenis van ons bankwezen niet aanmerkelijk verminderen, wanneer men de Indi sche ondernemingen, onder welke de suiker een zoo belangrijke plaats inneemt, voor een groot deel uitschakelde? En men denke ook eens aan de uit gaven, die de tal van particulieren, die zich na een welbesteed leven in de cultures op een der hoofd plaatsen in Nederland terugtrekken, zich veroor loven. Maar er zijn ook directe posten aan te wijzen. Daar is in de eerste plaats het aantal jongelieden dat, hetzij opgeleid te Wageningen of te Deventer, hetzij opgeleid aan een der middelbaar technische scholen, hetzij opgeleid aan de Technische Hooge- school te Delft, emplooi vinden in de cultures. Daar zijn ook de belangrijke inkomsten, die de Neder- landsche stoomvaartmaatschappijen trokken uit de cultuurprodudcten, zoowel in den vorm van vrach ten als van passagegelden. Voorts zij gewezen po de machinefabrieken, de fabrieken van electrische apparaten en van locomotieven, in Nederland ge vestigd. Deze groote ondernemingen zouden een geheel anderen omvang hebben gehad, wanneer zij Indië niet als afnemer hadden gehad. Meer dan ooit heeft deze crisis ons geleerd, dat onder de direct belanghebbenden bij de Indische winsten ook te rangschikken zijn de duizenden Nederlandsche arbeiders en middenstanders, die hun bestaan voor een groot deel aan de Indische win sten en de werkzaamheid van het grootkapitaal in Indië hebben te danken. Zonder de Indische bedrij ven en cultures zou het loonpeil in Nederland be langrijk lager zijn geweest; zou van een sociale wet geving geen sprake kunnen zijn geweest, en zou pauperisme in breede lagen in Nederland zijn in trede hebben gedaan. Het voordeel ligt volstrekt niet alleen bij „de menschen met de aandeelen", maar schier bij elke maatschappelijke groep. Vele jaren hebben er in breede kringen in Neder land „smalle" opvattingen bestaan inzake de Indi sche belangen. Maar nu de Indische bedrijven geen winsten meer afwerpen, waarvan alle groepen in Nederland de gevolgen ondervinden, is Holland in last, en begint men heel anders te denken over de beteekenis van Indië voor Nederland. Wanneer d°ze verandering in de gedachten blijvend zal zijn, heeft deze ellendige crisis tenminste nog één lichtpuntje opgeleverd. PiaeatseSijfe Wigwws NOORDSCHARWOUDE. Bridge-wedstrij d. Maandagavond werd in de groote zaal van „Con cordia", alhier, een bridgewedstrijd gehouden, waar voor zeer veel belangstelling bestond. Niet minder dan 88 personen namen er aan deel, van Langen- dijk en omgeving, Alkmaar en zelfs uit Beverwijk. Voor enkele jaren was het bridgen nog niet zoo bekend op het platteland, doch het begint hoe lan ger hoe meer populair te worden en telt thans BIJ ONZE INKOOP IS ONZE AANDACHT STEEDS GEVESTIGD OP MODEL KLEUR KWALITEIT PRIJS MAISON TRUUS KOSTERS ALKMAAR reeds zoo veel beoefenaars, dat met succes wedstrij den kunnen worden gehouden. Voor dezen wedstrijd waren de voorbereidende werkzaamheden, zooals de invulling van lijsten enz. en den aankoop van prijzen door den heer JDeute- kom verricht, die tevens de leiding der wedstrijd in handen had. De heer Mallekote verzorgde de score- lijst. Er werd in drie groepen gespeeld, in groep A met 16 paren en in de groepen B en C ieder 14 paren. e ongeveer half negen, toen alle deelnemers waren gezeten, werd door den heer G. C. van Gulik van Alkmaar een woord van welkom gesproken. Spr. bracht hulde aan de bridge liefhebbers van Noord- scharwoude, die een bridge-avond hebben georga- seerd in samenwerking met de heeren van War- menhuizen. Spr. wees op de groote animo, welke voor het bridgen bestaat, wat de groote opkomst van deelnemers wel bewijst. Spr. hoopte, dat een echt gezellige en sportieve partij bridge zou worden ge speeld en maakte den heer Deutekom zijn com pliment voor de goede voorbereiding, welke zeer veel arbeid vereischt. Hierna werd met den wedstrijd aangevangen en al spoedig zat de gang er goed in. Alles had een vlot verloop en het was bijna 1 uur, toen de uitsla gen door den heer Van der Gulik konden worden bekend gemaakt. Spr. bracht den heer Deutekom nog een hartelijk woord van dank voor de regeling van dezen uitstekend geslaagden avond, waarmee de aanwezigen door luid applaus instemden. De prijzen, bestaande uit kunstvoorwerpen, vielen zeer in den smaak. De uitslag was als volgt: Groep A., oneven nummers. Eerste prijs de heeren G. Sevenhuijzen en L. Kalverdijk te Warmenhuizen met 2445 punten plus. Tweede prijs de dames Mevr. Van der Gulik en Mevr. De Vries te Alkmaar met 2015 punten plus. No. 3. De heeren G. C. van der Gulik en J. Voort te Alkmaar met 1685 punten plus. Groep Aevennummers. Eerste prijs de heeren A. Kroon en P. Slot te Warmenhuizen met 1640 punten plus. Tweede prijs de heeren P. J. Pronk en K. Wit te Warmenhuizen met 335 punten min. No. 3 de heeren Mr. Boelemans ter Spil en Vrijdag te Alkmaar met 545 punten min. Groep B. even nummers: Eerste prijs de heeren J. van Kuijk en J. Rus, Alkmaar met 2150 punten PlTweede prijs de heer en mevrouw Van Driel te Alkmaar met 1720 punten plus. No. 3. de heeren Jb. Swan en J. Vlam te Warmenhuizen met 1650 punten plus. Groep B., oneven nummers: Eerste prijs: de hee ren Blechrode en Langend,k te Beverwek met 135 punten plus. Tweede prijs de heeren A. de Groot en H. G. Rijs te Warmenhuizen met 75 punten min. No. 3 Mej. Cretl en de heer Bettink te Alkmaar met 90 punten min. Groep C., even nummers: Eerste prijs de heeren K. Molenaar en A. Jongejan te Warmenhuizen met 2515 punten plus. Tweede prijs de heeren A. en P. Slijkerman te Warmenhuizen met 2390 punten plus. No. 3 de heer en mevr. Schoen te Alkmaar met 245 punten plus. Groep C., oneven nummers: SerSte prijs de heeren U. Slot en A. Barten te Warmenhuizen metl625 p. plus. Tweede prijs de heeren W. Jongejan en C. Bas te Warmenhuizen met 1140 punten plus. No. 3. de heeren C. Koeman Tz. te Noordscharwoude en C. de Boer Wz. te Zuidscharwoude met 895 punten plus. BROEK OP LANGENDIJK. Woensdag 5 October 1932, 's avonds 7 uur, trad alhier in de Geref. Kerk op, voor het comité van Winterlezingen, de heer Arie Post, declamator, te Scheveningen. Ds. Donner opende met psalmgezang en gebed en gaf, na het doen van eenige mededeelingen, het woord aan den heer Post, welke voor de pauze een episode had gekozen uit het boek van wijlen Mej. Engelberts, genaamd „Silouetten" met als onder werp „Zijne belofte", hetwelk ons te zien gaf een beeld van liefde, aanhankelijkheid en trouw tot m den dood, terwijl na de pauze een fragment werd weergegeven genaamd „Kinderleven in Rusland in 1930, waarin beluisterd werd een waarschuwende stem voor ons en onze kinderen welke tragiek er schuilt in de macht van de ontwrichting van het gezinsleven. Met stillen aandacht werden de beide fragmenten aangehoord, waarin de heer Post bewezen heeft door zijn mooie en ontróerenden voordracht zijn ge hoor steeds weer aan zich te binden. Door Ds. van Baaien werd op de gebruikelijke wijze gesloten. BROEK OP LANGENDIJK. Burgerlijke Stand over de Maand September. Geboren: Bieuwertje, dochter van C. Kooij en van C. G. Wiering. Bijtske Geertje, dochter van J. Kouwen en van A. Tromp. Jacob, zoon van C. Kruk en van M. Balder. Overleden: Dirk Leijen, 81 jaar, wedn. van Neeltje Hoornsman, wonende te Koedijk. Jan van der Gragt, 55 jaren, echtgenoot van N. de Boer. Ingekomen personen: J. Apekrom, bakkersknecht van Haarlem. N. Bruin, arbeider, van Haren karspel. C. Slot, hulp in de huishouding van Harenkarspel. M. Kaas en gezin van Oudkarspel. Vertrokken personen: A. Steensma, zonder beroep naar Eindhoven. M. Meijer, dienstbode naar Alkmaar. M. Hage, schippersknecht naar Bar- singerhorn J. Dijkstra, schippersknecht naar Workum. H. G. Verdonk, Student,, naar Amster- KOEDIJK. Burgerlijke Stand ovesr de Maand September. Ingekomen personen: J. C. Zabel van Ned.-Indie. P. Groenenberg van Den Helder. Vertrokken personen: A. v. d. Struys naar Am sterdam. D. Leyen naar Baarn. H. Rosthofer naar Leiden. A. Koopman naar Schoorl. J. Hart naar Schorl. A. Dost naar Zoutkamp (gem. Ulrum)N. Kindt naar Alkmaar. A. Bijpost naar Soesterberg (gem. Soest). Overleden: Dirk Leijen, oud 81 jaar. Klaas Madderom oud 56 jaar. Simon Rens oud 70 jaar. Willem Heerding oud 80 jaar. SINT MAARTEN. Burgerlijke Stand over de maand September. Geboren: Aagje, dochter van Dirk Sijswerda en Aagje Wiering. Iebeltje, dochter van Abe Veenstra en Albertje Betje v. Buuren. Agatha Cornelia, dochter van Gerardus heodorus v. d. Vliet en Jo hanna Christina Cornelia Kooijman. Maria Adina dochter van Petrus Hendricus Spaans en Cornelia Brigitta van Duin. Overleden: Pieter romp, oud 70 jaar, echtgenoot van Johanna van de Pest Johanna van de Pest, oud 70 jaar, weduwe van Pieter romp. Zooals men reeds van de groote biljetten zal hebben gelezen, opent de Noordhollandsche C|i- nema Zondag aanstaande in de tooneelzaal van de Boode Leeuw te Zuidscharwoude haar win terseizoen. Wij behoeven den trouwe bezoekers van het vorig jaar nfcet te ver tellen hoe superieur het materiaal was> dat de Directie van bovengenoemde Cinema het vorig jaar bracht. Zij toch deed al het mogelijke het mooiste en het beste te vertoonen, dat door de filmindustrie werd voortgebracht. Maar wij willen dit nog eens naar voren bren gen voor hen, die aanstonds in de gelederen van die trouwe bezoekers zullen worden opgenomen. Een goede film geeft altijd een genieting, wan neer men zich inleeft in het scenario. Nu opent de Noordhollandsche Cinema Zondag a.s. het winterseizoen, tevens tegelijk het bewijs leverende dat het haar ernst is met haar voorne men, haar traditie eer aan te doen, en alleen dat gene op filmgebied te brengen, dat goed is en gezien mag worden. Zij opent met de film Vadertje Langbeen" bewerkt naar Baddy Long legs" van Jean Web ster, bij velen misschien meer bekend onder den naam van ,,John Grier Home.' Zij die het boek hebben gelezen, en het tooneiel- stuk hebben gezien, dat in dezelfde zaal is ge geven, zullen zeker ook de film willen zien, - zij toch weten bij voorbaat dat er intens genoten kan en zal worden. Daarom mieenden wij hierop de aandacht te moeten vestigen, wetende dat velen zullen opgaan naar deze openingsvoorstelling, die een bezoek dubbel en dwars waard is. Vertellen wij nog dat deze film nog maar een paar maanden geleden in het theater Tuschinski te Amsterdam met overweldigend succes heeft geloopen. Na nog te willen wijzen op de advertentie in dit nummer voorkomende, waarin men nadere bijzonderheden kan lezen, laten we hier de film beschrijving volgen: De Fox Film Corporation heeft de eer u voor te stellen: Janet Gaynor en Warner Baxter in „VADERTJE LANGBEEN" (Daddy Long Legs). Het John Grier Vondelingengesticht. Een kille, dioevige inrichting waar de vondelingen 'n „tehuis" hebben gevonden Het is Woensdag. „Lamme Woensdag" noemt Judy Abbott dien dag, die eens in de maand voorkomt en waarop regenten en regentessen van het gesticht d,e inrichting bezoeken en vergaderen over het wel en wee van de hun toevertrouwde kinderen. Judy Abbott is de oudste van het huis. Gewoon lijk worden de meisjes boven de zestien, na den schooltijd aan een betrekking geholpen, de Judy is een te nuttige, onbetaalde assistente, die men slechts noode zou kunnen missen bij de verpleeging der kinderen. Jervis Pendleton is regent van het gesticht ge worden en brengt op dien Woensdag zijn eerste be zoek met de andere regenten. Een der andere dames van het bestuur, zijn tante, mevrouw Pritchard, heeft Judy al die jaren gadegeslagen en zou haar zoo gaarne een goede opleiding gunnen, waarom zq Pendleton verzoekt, eenige stappen in die richting teHjj8weigert, daar hij het meisje niet kent, doch wordt getroffen door haar verstandige antwoorden, wanneer men haar, in zijn tegenwoordigheid, haar ondankbaarheid tegenover de inrichting verwijt. Hij besluit, het meisje naaar de universiteit te sturen, doch onder voorwarde, dat zij nooit te we ten zal komen, wie haar onbekende weldoener is. Zij mag nooit te weten komen, wie haar onbekende weldoener is. Zij mag hem onder den naam van mr. John Smith, iedere maand over haar vorderin gen schrijven. Mevrouw Pritchard brengt het meisje de geluk kige tijding, doch meet haar belofte houden. Het eenige wat zij doen kan, op Judy's nieuwsgierige vragen, is, haar de uitgerekte schaduw van haar weldoener op den wand toonen. Vanaf dat oogen- blik geeft Judy haar voogd den naam „Vadertje Langbeen". Pendleton zorgt ervoor, dat Judy in kennis met zijn nichtje Gloria en met Sally Macbride, haar vriendin en in hetzelfde huis haar kamers krijgt, als deze twee jonge meisjes. Op deze wijze kan hij fcijn pupil in het oog houden. Judy's brieven zijn een lieve gewoonte voor Pend leton geworden. Zij zijn vol geest en humor en Jervis gaat onbewust hoe langer hoe meer van het meisje houden. Ook zij komt onder de bekoring van den iewat ouderen, vriendelijken man, maar zij begrijpt, dat een meisje zonder naam of bloedverwant niet in aanmerking komt, om met een „Pendleton" te trouwen. Des zomers mag Judy haar vacantie op een boer derij, die bewoond wordt door Jervis' kindermeid, doorbrengen. Zij is daar volmaakt gelukkig, vooral als Pendleton belooft, eenige dagen buiten te komen doorbrengen. Sally MacBride's broer, Jimmy, een voortvarend jongeling, is verliefd on Judy en doet alle mogelijke moeite, om genegenheid bij het jonge meisje op te wekken. Hij gaat zelfs zóó ver, aan Pendleton, die tijdens Judv's afwezigheid komt, te zeggen, dat zij met hem gaat trouwen. De teleurgestelde man vcdwtint, maakt een reis naar Eurona en ziet Judv efvst, weer op den promo- tiefiag. waaron zii de afscheidsrede moet houden. HU hoort, dat Judv Jimmv's liefde nooit beant woord heeft en als het eindigt, zooals het eindigen moet: In „the haonv end". Er zijn onvergetelijke momenten in deze film: Janet Gavnor, de sloof van het vondelingenge sticht. een kleine filosoof, met een gezonde levens- opvat'ng, een rebel, die strijd voor wat meer voedsel voor hare beschermelingen. Als ze plotseling uit haar hoekje wordt gelokt, en geweien wordt 00 haar plicht van dankbaarheid, dan breekt een stroom van lang bedwongen bitter heid los endie zoogenaamde brutaliteit bezorgt haar een zorgzame voogd en een opleiding aan de universiteit. Warner Baxter's enthousiast voetbalspel met de jongens van het gesticht en de onvriendelijke be handeling die hem van juffrouw Lippett ten deel Janet Gavnor's gevoelvolle arscheidsrede op den promotiedag temidden harer vriendinnen. Het alleraardigste ongewone einde van dit verhaal, vol wormte en teederheid Millioenen hebben gelachen en geweend over „Vadertje Langbeen" als boek, als tooneelstuk en als Jean Webster's alleraardigste verhaal heeft zijn hoogtepunt bereikt in deze uitmuntende Fox-film, met Janet Gavnor en Warner Baxter in de hoofd rollen. „Vadertje Langbeen" is voor onze rumoerigen, veelbewogen tijd een vriendelijk rustpunt, een film, die wat anders brengt, nl, herinneringen aan een vroolijken geznden tijd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1932 | | pagina 4