MEER LICHT.
(Nieuwsblad v. Holl. Noorderkwartier
No 6
ZATERDAG 14 JA NU A Hl 19*3
Oilmi: Firma I. II. HEM - Meten I. H. IEIZEB. -SSJral Wiiwodi.
De Veertiprige Werkweek
De onveiligheid
ten Plattelande
Instelling van een bewakingsdienst
noodzakelijk.
Eerste Hulp
TELEFOON INTERCOMMUNAAL NC. 52
42e Jaargang
NIEUWE n
LAMfiEDIJOR mum
DEZE COURANT VERSCHIJNT j
DINSDAG DONDERDAG
en ZATERDAG.
Abonnmentsprljs:
per S maanden LIS. -
Van 1—5 regels 75 cent;
elke regel meer 15 cent
GROOTE LETTERS
NAAR PLAATSRUIMTE.
Ook het allervroegste voorjaar is een
mooie tijd. De korte dagen van December
kunnen ons drukken, maar de vroege don*
kerte van Januari hindert ons weinig meer,
omdat we weten, dat we winnen op de duis;
ternis, eiken dag slechts een paar minuten,
maar gestadig aan. Het is de nieuwe hoop,
welke ons doet leven; de wetenschap, dat
alles in de natuur mooier en beter zal
worden. Als we in December een stralenden
zonne;dag hebben, dan zeggen we tegen
elkaar: mooi weer. Maar verder praten we
er niet over, Als in Januari het zonnetje
even om een hoekje gluurt, dan wrijven we
ons verheugd in de handen en verklaren
elkaar heel optimistisch: je kunt wel zien,
dat het voorjaar wordt.
Als we het maar gelooven, of nog beter:
als we het weten, dat een betere toekomst
naakt, dan kunnen we veel verdragen en zijn
we al gauw verblijd.
Wat zou een winter bar zijn, als we niet
wisten, dat hij door een voorjaar en zomer
zou worden gevolgd. Maatschappelijk leven
thans vele menschen in zoo'n winter. De
omstandigheden zijn slecht, heel slecht en
velen wanhopen, dat het nog eens anders en
beter zal worden. Dat is héél erg voor dege;
nen, die aldus denken. Die menschen moeten
we uit hun ellende halen, allereerst uit de
ellende, waarin ze zich zelf hebben gestort,
de wanhoopsellende, het niet meer gelooven
aan een beteren tijd. En dat doen we vaak
niet. De wereld is vol van pessimisten en als
die hun klaagliederen verheffen, dan sombe;
ren we mee. Dikwijls minder uit overtuiging,
dan uit gewoonte. Waaróm toch laten we
onze medemenschen in den donkeren winter
van vertwijfeling?
De aarde draait millioenen jaren en de
menschen, die er op leven hebben haar be;
arbeid in voor; en tegenspoed, in ellende en
rijkdom. Plagen van allerlei aard hebben de
wereld geteisterd, schoonheden en heerlijk;
heden van ongedachte pracht en schittering
hebben de menschheid bekoord. Gelijk er
altijd nog winters zijn geweest en zomers,
zoo is dan eens rampspoed ons deel geweest
op de aarde, dan weer welvaart. Een paar
jaar maken we nu veel maatschappelijke na;
righeid door en wij, kortzichtige menschen,
we meenen nu, dat deze bezoeking het einde
van alles zou moeten wezen? Een paar jaar,
het is niet meer dan een zucht van de
eeuwigheid.
Wie de wereldgeschiedenis wil beoordee;
len en de mogelijkheden van de toekomst wil
afmeten, moet voor het maken van zijn be;
schouwingen op een breeder platform gaan
staan dan dat van zijn eigen levensbasis. Om;
dat we maar zoo kort op de wereld vertoeven,
lijkt alle goeds zoo ijlend te verschieten en
alle kwaads zoo beangstigend traag te pas;
seeren.
Er zal echter zeer zeker een betere tijd
weerkeeren. Of het gebouw van het maat;
schappelijk bestel er wat anders zal gaan
uitzien, dat doet er niet toe, als het geluk er
maar mede woont.
In de natuur kunnen we het voorjaar niet
forceeren, maar het komt optijd. Ook in het
maatschappelijk leven kunnen we geen wel;
vaart brengen, als de omstandigheden ongun;
stig zijn, maar wèl kunnen we aan het weder;
keeren van betere tijden iets medewerken
door een blij vertrouwen en sterkend opti;
misme, gelijk we dien weerkeer ook kunnen
vertragen door een wanhoopstemming en
vertwijfeling of somber pessimisme te kwee;
ken of te onderhouden.
Betere tijden zullen komen. Laten we die
komst verhaasten door geloof en moed. Niet
pessimistisch meezeuren met elkaar, maar
vertrouwen zaaien, blijheid toonen, desnoods
blijheid forceeren, dat kweekt de stemming,
welke energie staalt en prikkelt. Als we ver;
trouwen wekken op een betere toekomst, dan
zal er reeds iets gaan stralen van het volle
licht, dat we wenschen of verwachten.
Roepen we in het nieuwe, blijde voorjaar
ook in onze geesten weer eens iets op van de
oude vreugde, welke welvaart ons bracht, en
die toch ook ééns wederom ons deel zal zijn.
Het voor en tegen wordt in Geneve wel over
wogen.
Hieromtrent lezen wij in het ochtendblad van
heden van het ^Handelsblad" het volgende:
„Een krachtig pleidooi van onzen, landgenoot
Serrarens voor de invoering."
Bij de voortzetting der algemeene beschou
wingen heeft vanmiddag de Nederlandsche» arbei
dersgedelegeerde, het lid der Eerste Kamer Ser
rarens het woord gevoerd.
De heer Serrarens sprak eerst over de eco
nomische zijde van het vraagstuk en bestreed
daarbij het dezer dagen gehouden betoog van
enkele werkgevers, als zou de toeneming van de
economische productie als gevolg van de invoe
ring van nieuwe machines, of van reorganisatie
van den arbeid niet zoo belangrijk geweest zijn
als in het Witboek van het Internationaal Ar
beidsbureau en de redevoering van Jouhaux was
voorgesteld.
Men zegt dikwijls dat de rationalisatie de
werkloosheid heeft veroorzaakt. Serrarens be
twijfelt echter of men hier wel van rationalisatie
spreken kan wanneer men zich er toe bepaalt den
arrbeid te mechaniseeren zonder rekening te hou
den met d emoeilijkheid van het vinden van af
zetgebied, zonder rationalisatie der verdeeling
van de goederen en zonder vermeerdering van
de koopkracht der massa doch hoe het zij, er is
een enorme toeneming der productie, meer pro
ductie dan met de tegenwoordige koopkracht der
bevolking in overeenstemming is. Tienzij men de
geschiedenis weer aehteruit zou laten draaien
en de nieuwe machines eenvoudig vernietigen,
niet anders over dan de vermeerdering der koop
kracht.
Men heeft in verband hiermede reeds interes
sante voorstellen gedaan over de uitbreiding der
markten in het verre oosten en Oost Europa.
Dieze voorstellen zijn echter slechts voor een
latere toenomst van practische beteebenis
Het eenige middel dat terstond zal kunnen
werken is, vermeerdering van de koopkracht van
de bevolking der industrieele landen. i
Die werkloosheid heeft vooral de koopkracht
der werkloozen voor industrieele producten ver
minderd. De werkloozen kunnen met de ontvan
gen uitkeering nauwelijks de strikt noodzake
lijke landbouwproducten die voor hun bestaan
onontbeerlijk zijn, aanschaffen. Men moet de
werkloozen dus weer in het industrieele leven
doen binnentreden en zulks zonder dat zij daar
door de koopkracht der thans niet arbeidenden
verzwakken. De totaalsom der loonen zal dus
hooger moeten worden dan datgene wat de ar
beid thans aan loon ontvangt plus de uitkeering
aan de werkloozen).
De invoering van de veertigurige arbeids
week zal dus den levensstandaard der arbeiders
niet mogen verlagen.
Serrarens wendde zich hierna tot hen, die
tegen de veertigurige arbeidsweek zijn, omdat
dit tot een vermeerdering der .productiekosten
kan leiden. Dit zou naar veler meening voor de
tegenwoordige industrie ondragelijk zijn. Ook de
Engelsche regeering schijnt dit standpunt in te'
nemen. Serrarens wees er op dat de Engelsche
deskundige in de voorbereidingscommissie Trp
steeds voor een verhooging van het prijspeil ge
streden heeft. Merkwaardigerwijze neemt ook de
Fransche regeeringsgedelegeerde in de conferentie
een ander standpunt in met, betrekking tot .dit
onderwerp dat de Fransche deskundige in de
commissie Trip.
Serraerns meent dat het wenschelijk is om
naar een stijging van het wereldpeil der prijzen
te streven, en dat de vermeerdering der productie
kosten door de handhaving van het tegenwoordige
peil der werkloonen niets afschrikwekkends heeft
Wat verder vermoedelijk te wachten
staat.
Vcor het overige hebben vanmiddag nog de
werkgeversvertegenwoordigers van België,
Frankrijk, Luxemburg,'Oostenrijk, Poen en Zwit
sol and de bekende argumenten tegen de veertig
urige arbeidsweek herhaald, terwrijl de arbeiders-
gedelegeerden uit Engeland, Italië en Zwitser
land het sluiten eener conventie opnieuw be
pleitten.
A an het slot der beschouwingen van vandaag
void de voorzitter, professor Mahaim, het nool
zaeklijk de verschillende sprekers, die morgen
nog volgen, uit te noodigen korter te zijn en
niet meer in herhalingen te treden. Morgen of
uiterlijk Maandag zullen de algemeene beschou
wingen worden gesloten.
Dfc arbeidersgroep heeft reeds een resolutie in
gediend waarin verklaard wordt dat de bespre
kingen van het ontwerp conventie op den grond
slag zal moeten geschieden dat de week- en maand
loonen der arbeiders niet zullen worden vermin
derd tengevolge van een verkorting van den ar
beidstijd. De regeerings gedelegeerden van
Buitseliland, Frankrijk en Italië zullen waar
schijnlijk een gemeenschappelijke, in algemeene
bevcordingen opgestelde resolutie indienen,
waarin erkend zal worden dat het invoeren der
veertigurige arbeidsweek tot vermindering der
werkloosheid zal kunnen leiden mits daardoor
1 et levenspeil klasse niet zal worde nverlaagd.
Tn de resolutie zal de conferentie tevens worden
uitgenoodigd de technische zijde van het vraag
stuk verder in behandeling te nemen.
Het begint er met de veiligheid ten plattelande
steeds ernstiger uit te zien, het wordt met den
dag onveiliger.
En er wordt niets gedaan.
Wij bedoelen niet dat er door de politie niets
gedaan wordt, o, neen.
Meermalen zijn wij in de gelegenheid te consta-
teeren dat deze politiemannen wel degelijk hun
nachtdiensten verrichten, maar zij kunnen niet
alles.
Maar voor de veiligheid zijn er te weinig poli
tiedienaren aanwezig.
Wanneer zij zich op het zuideinde van de gemeen
te bevinden, slaan de lichtschuwen hun slag op het
noordeinde van de gemeente en omgekeerd.
De bewaking kan op deze wijze niet in orde zijn
en niet volkomen tot haar recht komen.
Nu pas hebben wij gelezen en gehoord van de
roofoverval in 't Veld, en nog wel in het begin van
den avond, waarbij een boekhouder van een zuivel
fabriek werd aangevallen, gewond, en van een tasch
met geld werd beroofd.
Zeer kortelings werden er aan den Langendijk
diefstallen gepleegd, en constateerde men dat
verdachten om de woning van een onzer burgers
slopen, daarmede onrust en vrees brengende,
terwijl het juist omgekeerd moest zijn: bij deze on
verlaten moest er zooveel vrees bestaan dat de bur
gers, onverschillig waar, rustig in hun woning kon
den vertoeven.
En van deze vrees en angstige onzekerheid wordt
door hen, die op roof uit zijn, geprofiteerd.
Heusch, het zijn geen praatjes, die wij hier lan-
ceeren, maar wel degelijk bewezen feiten.
Wij zijn nog maar aan het begin van den winter,
en we weten geen van allen, wat ons in deze be
narde omstandigheden nog staat te wachten.
En met dit te memoreeren, komen wij nog eens
terug op hetgeen wij reeds eerder schreven, over
eventueel te nemen maatregelen die de veiligheid
van de burgers in het algemeen kunnen bevorderen
De politiemacht is onvoldoende om een groot
gebied te bewaken, en daarom moet deze macht
worden uitgebreid door de burgers zelve.
Wij, als burgers onderling moeten een veiligheids
dienst instellen.
Wij stellen het ons aldus voor.
Vooraanstaanden onder de burgers, of nog liever
de burgemeesters der verschillende gemeenten ver
eenigen de mannen van hun gemeente tot één groot
geheel. De gemeente wordt in districten verdeeld,
terwijl deze districten door groepen van deze te-
zamengebrachte mannen worden bewaakt. De eene
avond deze groep de andere avond weer een andere
groep.
Om eens in militaire termen te spreken, er wor
den patrouilles samengesteld, die zoowel in de ge
meente zelve als in het veld haar bewakingsdiensten
verrichten.
Hieraan mogen geen kosten verbonden zijn, maar
moeten de menschen dit gratis doen, omdat het
gaat voor eigen en elkanders veiligheid.
Des avonds om zeven uur gaat men op patrouille
klopt zijn aantal diensturen, waarna de aflossing
opkomt, om het verdere gedeelte van de overblij
vende uren dienst te doen.
En wanneer men dan den winter achter den rug
heeft, zal men met groote voldoening kunnen con-
stateeren, dat er niets is voorgevallen, hetgeen te
danken zal zijn aan de eigen bewakingsdienst.
Uit den aard der zaak dient de burgemeester het
hoofd te zijn, omdat aan hem rapport zal moeten
worden uitgebracht over dingen die men gezien en
ondervonden heeft.
Tevens worden aan deze bewakingsdiensten uit
gebreide bevoegdheden gegeven, om wanneer dit
noodig is handelend te kunnen optreden
Aan de hand van de voorgevallen feiten meenen
wij dat met de organisatie hiervan niet langer ge
wacht mag worden.
Nu is het nog tijd, dat er vrees wordt ingeboezemd
bij hen, die vrees moeten koesteren voor alles wat
mede wenscht te werken aan de veiligheid, rust en
orde in eigen gemeente en omgeving.
Plaatselijk
Nieuws
NOORDSCHARWOUDE.
j Met een enkel woord kondigden wij reeds de
vorige week aan, dat er op Zondag 22 Januari in
„Concordia" zou woruen opgevoerd het tooneelstuk
„De Matrozen van Cattaro."
Wij komen hier thans nog eens even op terug,
om onze lezers nog eenige Dij zonderheden te ver-
scnaifen over dit zeer bizonaere stuk.
Dit stuk wordt opgevoerd door het gezelschap
„De Jonge Spelers", onder leiding van Ben Gioene-
veid. Hoewei de leden van dit gezelschap geen oude
spelers zijn, kan er evenmin gesproken worden van
jonge speiers in de zin van onervaren spelers, daar
zij immers allen reeds hun sporen heDben ver-
d-end op het gebied van tooneelspel. Maar het ken-
meritenae van dit gezelscnap is wel in hoofdzaak,
dat zij niet alleen spelen om het spel of om den
broode maar uitsluitend met dat soort stukken voor
het voetlicht komen, welke, behalve kunst, ook van
bizondere opvoedende waarde zijn. Van daar, dat
het zoo sterk anti-militairistische stuk „De matro
zen van Cattaro", dat een zeer suggesstief karakter
Om in het gezin aan groot en klein, dadelijk
hulp te kunnen verleenen bij Brandwonden en
Snij wonden en alle andere Huidverwondingen,
is het zoo veilig thuis altijd bij de hand te
hebben een doos of tube
PUROL
draagt, in vele plaatsen verboden werd. Dit nam
echter niet weg dat, ondanks het doodzwijgen van
dit stuk, in de groote, z.g. burgerlijke, bladen, dit
gezelschap met de opvoering van „De Matrozen van
Cattaro" een ware zegetocht beleeft
De rol verdeeling is als volgt:
Frans Rasch, bootsman; Joh. Fiolet; Jerko Sis-
goric, stukscommandant; Jan Lemaire; Kuddel
Huck, stoker; Jan Seves; Sepp Kxiz, Arie Das;
Mate Bernicevic, stukscommandant van de „Gaea",
G. Lindenberg; Stanawski, vliegenier, marconist,
Ben Groeneveld; Luitenant, Ferry Erfman; Com
mandant, Lucas Wensing.
Haast en spoed...^
Toen vanmorgen de autobus, die tegen negen
uur uit Alkmaar vertrekt, ongeveer bij de
Krommebrug te Zuidscharwoude was aangekomen
werd zij bij het passeer en van een auto, die met
het oog op den smallen weg aldaar, terwijl ook
nog een paar handkarren daar stonden, te snel
reed, van achteren tamelijk sterk aangereden. Ete
autc bleek te behooren aan een Tilburgsche fir
ma, die geinteresseerd is bij het werk van de
schooluitbreiding der r.k. school.
Door den chauffeur der autobus, die onmid
dellijk stopte, werd het geval' opgeschreven en
werden hem de noodige inlichtingen door den
chauffeur der auto, aan wien deze aanrijding te
vijlen was verstrekt.
De autobus was slechts licht beschadigd.
Nieuwstijdingen
Uit Munster in Westfalen wordt gemeld:
Vrijdag is tusschen Rinkerode en Drensteinfurt
een Nederlandsche personenauto, afkomstig uit
Hengelo, welke met vijf inzittenden op den terug
weg van de te Dortmund gehouden „Zesdaagsche"
was, in botsing gekomen met een uit de richting
Munstdn komende autobus, waarin zich twintig
leerlingen van de landbouwschool uit Epe bevonden.
De vijf inzitteren van den Nederlandschen wagen
en een leerling van de landbouwschool werden ge
wond. De overige leerlingen werden door de glas
scherven licht gewoond.
Omtrent dit ongeluk wordt nader uit Hengelo
(O.) gemeld, dat het hier betreft een wagen, toebe-
hoorende aan de taxi-onderneming van G. J. Nieuw-
land, aldaar. De auto zal van achteren door de
autobus zijn aangereden.
De inzittenden waren de heeren Wegink, Schou-
wink, Ter Welle en Wilmink, allen uit Hengelo en
een inzittende van Enschede. Kun verwondingen
blijken niet zwaar te zijn. Zij konden allen, na ter
plaatse te zijn verbonden, naax huis terugkeeren.
De auot is geheel vernield.
(Handelsblad)