De nood in den Tuinbouw OUD NIEUWS. Onschuldig verbannen. Actie der Middenstanders Donkere vooruitzichten in Indië der bevolking in over 1931 wenden, opdat men gezamenlijk zijn schouders er onder kan zetten. De heer DE GEUS vraagt of er reeds gegadigden voor het slikken zijn. De heer SWAGER vraagt of men dan van allen steun uitgesloten is. De heer DE GEUS deelt mede dat men aan den gang kan wanneer men hoogstens 100 snees be bouwd. Men zal niet in conflict komen met den tuinbouwsteun. Hierna sluiting. De besturen der 50 West- Friesche gemeenten hielden een vergadering in de Parkzaal te Hoorn, onder voorzitterschap van burgemeester Groot (,Burgemeester Dekker heeft zich om gezond heidsredenen tijdelijk teruggetrokken.) Na een reeks van mededeelingen over de be reikte resultaten en loopende onderhandelingen met regeering, provincie en organisaties, werd o a. besproken het wenschenprogram van den Neutralen Bond van Boeren Land en [Tuinbou wers. Omtrent de punten 1 en 2 (uitbetaling richt- prenzij en steunverleening tot dien datum) werd geen discussie gevoerd, nadat was) medegedeeld, dat al het mogelijke door de veilingsorganisaties en de commissie van vijf hierin reeds is gedaan en uitbetaling voor de deur staat. Wat betreft 9 e punten 3r en 4 (garantie voor ploegloon en aankoop van meststoffen) hierover kwam de vergadering tot overeenstemming dat nu de tuinbouw via het product geholpen wordt en de commissie bovendien niet om bijdrage in de productiekosten kan gaan bedelen. Dit zou ernstige krachtsverspilling beteekenen. Het te .verwachten feit dat de 5 millioen ontoereikend zijn zal de commissie zeer zeker er toe zetten1 om te trachten onverkorte uitbetaling der richt prijzen tot. stand te krijgen. Voor dit doel zijn de veilingsorganisaties met de commissie van 5 steeds op de bres geweest en zullen daar blijven ook. Tot uiting kwam nog een ernstige klacht dat onze plattelands gemeentebesturen, die bijna zon der uitzondering noodlijdend raken voor een groot deel slachtoffer zijn van de finantieele ver houding .tusschen Eijk en gemeenten. Deze gemeenten hebben te zuinig geleefd, de steden profiteeren het meest van de uitkeering gemeentefonds. Lit vraagstuk wordt algemeen als zeer urgent aangevoeld, doch wordt beschouwd als be hoor en de tot de competentie van de vereeniging van Na- derlandsche gemeenten. Nog werd beraadslaagd over de vraag hoe de gedupeerde tuinders die niet of niet voldoende zullen blijken te profiteeren vaii de Tuinbouw- steunwet zullen moeten worden geholpen tot den .nieuwen oogst. Aan de commissie werd opgedragen hiervoor een steunplan te ontwerpen. FEUILLETON 17). „Lieve vader, ik moet U alles mededeelen. Sedert den avond dat U aan lord Kingscourt hebt gezegd, dat een vloek op mij drukte, heb ik nagedacht en de waarheid geraden. Ik herinnerde mij, dat U nooit van mijn moeder gesproken hebt, dat ik niet weet wie zij is, ja niet eens of zij tot de levenden of tot de dooden behoort. „Alexa, je bedriegt je. Je moeder was een van de reinste en trouwste vrouwen, zelfs niet in staat iets onreins te denken. Uw moeder! O zij was zoo rein als goud als een engel uit den hemel! Een ander geheim drukt op U en mij. Vraag niet ver der, ik kan het je niet zeggen!" Alexa zag haar vader verward aan. Dan was ik op een verkeerd spoor," zeide zij na een kort stilzwijgen, haar oogen vol dankbaarheid opheffende. „O vader, ik heb gevreesd, getwijfeld, geleden! Vertel mij iets van mijn moeder, lieve papa, wanneeir stierf zij?" Mr Strange stond op en ging naar het venster. Een 'machtig verlangen om zijn dochter alles te zeggen, maakte zich van hem meester. Hij begeerde haar deelneming, welke voor hem balsem zou zijn op de bloedende wonde van zijn hart. „Ik kan je niets van haar vertellen mijn kmd," antwoordde hij eindelijk, „zonder je het gcheele geheim bloot te leggen. Hoe kan ik je deze vreeselijke geschiedenis mededeelen? Hoe kan ik je ophelderen waarom je uit de samenleving bent uitgesloten en veroordeeld tot een leven van eenzaamheid? Dit drama is niet geschikt voor je rein gemoed." „Verhaal het mij niet, als U gelooft, dat het beter voor mij is het niet te kennen," zeide Alexa „maar als ik niet huwen mag, moet ik ten minste weten waarom; ik moet weten, welke soort vloek op mij rust." „Neen, neen! Dat zou een groot ongeluk voor je zijn en toch wordt ik gedrongen je alles te ver tellen, Alexa. Sedert lord Kingscourt ons verlaten heeft, heb ik er meermalen aan gedacht, U de ge- heele waarheid te onthullen, opdat U zoudt erken nen hoe ongelukkig en medelijdenswaardig ik ben. Ik heb verlangd naar het oude, lieve Engeland. Ik zou vroolijk sterven wanneer Ik de vroegere plek ken nog eens terug kon zien, die ik zoo lief heb ge- „Kunnen wij daar niet heen gaan, vader? Ook ik verlang naar Engeland!" riep Alexa vol geestdrift uit. „Zou U in Londen niet zeker zijn? Lieve papa, ik heb gelezen dat Londen met een wildernis gelijk staat; zouden wij ons daar niet beter kunnen ver bergen dan in de woestijn of in de steppen?" Een donkere blos kwam over het gelaat van Mr Strange; de sterkte van zijn helmwee was m zijn Plaatsten wij in ons vorig nummer de plannen tot actie, ontworpen door de plaatselijke midden stand svereenigingen'en die van Sint Pancras, wij laten hier volgen het adres, als gevolg van de te "Warmenhuizen gehouden middenstands ver gade- ring, aan den Minister van Economische Zaken en .Arbeid verzonden. Warmenhuizen, 2 Januari 1933.. Aan Zijne Excellentie den Minister van Economische Zaken en Arbeid, te 's-Gravenhage. Excellentie, Die Besturen van de Alkmaarsche Vereeniging van den Handeldrij venden en Industrieelen Mid- denstand, ,de Langedijker Winkeliers-, Nering- en Vakvereeniging, de Middenstandsvereeniging „Samenwerking" te Warmenhuizen en de Han deldrijvende en Industrieele Mididenstandsvereeni ging te Anna Paulowna, ten deze domicilie kie zend aan het secretariaat van de voorlaatst ge noemde vereeniging, Dorpstraat 63 te Warmen huizen, veroorlooft zich in opdra,cht van een op 28 December jl. in laatstgenoemde gemeente eghonden gemeenschappelijke vergadering, het navolgende onder uw aandacht te brengen. Door den nood in de tuinbouwstreken en in de gebieden van de bloembollencultuur in Noord Holland is de positie van den handeldrijveniden en industrieelen middenstand gaandeweg slechter geword enJDie koopkracht is sterk verminderd, terwijl aanzienlijke bedragen, waarvoor volgens van oudsher bestaande gewoonte op crediet aan de bevolking is geleverd, niet meer binnen komen. Voor vele kleine middenstanders beteekent dit een dreigenden ondergang, aangezien zij niet al- leen hun bedrijfskapitaal en hun credietwaardig- i heid, doch ook hun debiet allengs verliezen. De .toestand van de ambachtspatroons is veelal nog slechter, aangezien zij bijna geen opdrach ten tot het uitvoeren van werkzaamheden meer ontvangen, doordien particulieren, bedrijven, in- stellingen en gemeenten in deze streek geen geld meer hebben en derhalve niet tot uitvoering daarvan kunnen besluiten. Deze patroons kunnen daarvoor hun verplich tingen tegenover de leveranciers van 'grondstof fen en andere benoodigdheden niet meer nako men en evenmin personeel in dienst houden. Hun inkomsten zullen weldra geheel ten einde zijn, zoodat, waar de crisiseomite's in deze streek evea min over geldmiddelen beschikken, zij overgele verd zullen zijn aan de weldadigheid van mede- j burgers of van het Burgerlijk Armbestuur, het- geen voor deze uijveren een onwaardigen toer stand is.. De praktijk heeft uitgewezen, dat de steunï maartegelen voo rden tuinbouw geen merkbaré verbeteringen voor de middenstands bedrijven ten. gevolge hebben, aangezien het daarvoor uitge trokken bedrag ontoereikend is en de uitkeer ringen meestal moeten dienen voor aanschaffing* van bedrijfsbenoodigdheden, betaling van huur, aflossing en rente e.d., van afbetaling op schul- oogen te lezen. „In achttien jaren tijds moet Ik veel veranderd zijn," zeide hij nadenkend. „Wie van hen, onder wie ik toen verkeerde, zullen mij herkennen? Maar het is onmogelijk, ik durf het niet te wagen. Wil kunnen niet gaan.Alexa, een wonderlijke aandrang drijft mij U de geschiedeins te verhalen. Wil j? haar hooren?" Alexa boog zacht het hoofd. „Maak de deur toe!" zeide hij. Alexa sloot de deur. .Draai de lamp neder!" De lamp werd neergedraald, zoodat slechts een zwakke schemering In de kamer heerschte. „Wend je gezicht af," beval de vader met een holle, gebroken stem. „Zie mij niet zoo aan, mijn. kind Ik kan het niet verdragen je blik te ontmoe ten, 'totdat ik met mijn verhaal begonnen ben.. En ik hoop, dat je dan de oogen nog tot mij moge op heffen, beminnend en vertrouwend als altijd. Ben je gereed?" „Ja, vader!" klonk het zachte antwoord. „Nu dan zal ik de geschiedenis van den vloek verhalen, die zoawel op jou als op mij rust. Ik zal je mededee len, waaarom je uit de samenleving bent gestooten, waarom zelfs de armste bedelaar in Engeland met verachting op je neer zal zien. den wegens geleverde eerste levensbehoeften is meestal geen sprake. Van niet minder belang hierbij"*Is de positie van de grossiers en fabrikanten, die aan mid denstanders in deze streken leveren, Gebleken is dat ook zij de nadeelige gevolgen van de ver stoorde verhoudingen ondervinden, zoodat ook de centraal gelegen grootere gemeenten veel be lang hebben bij pogingen tot verbetering van den toestand. Die besturen van voornoemde vereenigingen vertrouwen, dat uwe Excellentie maatregelen zal willen nemen om met bekwamen spoed in dezen noodtoestand te voorzien, waarbij zij zich ten vol le aansluiten bij het adres, dat de Koninklijke Ne- derlandsche Middenstandsbond d.d. 8 December jl. aan de Tweede Kamer der Staten Generaal heeft gericht. Met verschuldigde gevoelens, Namens de Besturen van; (Volgt onderteekeuing.) UIT ONS NR VAN 15 JANUARI 1893. Ontstellend zijn de berichten omtrent den toe stand in Indie. Men komt onder een diepen indruk wanneer men de maatregelen verneemt, die geno men moeten worden om een totale ineenstorting te voorkomen. In het „Handeslblad" lezen wij omternt de te nemen maatregelen het volgende: Het verslag van de Tweede Begrootingscommissie is aan den Volksraad overgelegd. In dit verslag wordt betoogd, dat zoo met niet zou mogen rekenen op een krachtige opleving een ineenstorting van de bestaande landshuishouding niet zal zijn te voor- Het is onafwijsbaar dat de taak van den Staat an ders, met name minder zal moeten worden vervuld. Inzake aflossing van de Indische schuld acht de commissie conversie noodzakelijk en mogelijk. De commissie acht het ook geboden in 1934 in de salarissen der ambtenaren nog dieper in te grij pen. De commissie beveelt aan over te gaan tot intrekking van alle ambtstoelagen, intrekking van de doktorentoelagen, staking van de extra-uitkee- ringen aan het weduwen- en weezenfonds, storting van 2 procent pensioenbijdragen ook door landsdie naren met minder dan ƒ50 per maand, herziening van de pensioenbijdragen van militairen, instelling van een centraal comptabiliteitskantoor voor West Java, samensmelting van kleine gemeenten met re gentschappen, vermindering uitkesringen aan locale ressorten en zelfbesturen, overdracht van volkson derwijs, ziekenzorg, enz. aan de locale ressorten, verdere verlaging van de pensioenen, wijziging van het tarief der Inkomstenheffing, heffing van suiker accijns, weeldebelasting, zwaardere belasting van de mijnbedrijven, welke een oliebelasting impliceert, zoomede nog enkele andere maatregelen. DRAISfflAvANmKENBUR •iLtV LEEUWARDEN- TIENDE HOOFDSTUK. Alexa wachtte in bange spanning en met een kloppend hart de mededeelingen van haar vader af, die nog altijd aan het venster stond, uitziende in den donkeren nacht. De drang, om zijn dochter alles te vertellen, was zeer groot in hem, maar hij wist toch niet hoe hij beginnen zou. De gebeurte nissen van het verledene dwarrelden hem door .het hoofd. Zonder vaderland stond hij daar een vreemdeling in het verre oord een vluchteling die niet wist waarheen hij zijn voet zou richten Se dert maanden had een onbeschrijfelijk heimwee zich van hem meester gemaakt; sinds hij lord Kingscourt voor de eerste maal gezien had, was de oude liefde voor zijn vaderland met onwaar- staanbare hevigheid in hem ontwaakt. Hij had zijn last jaren lang gedragen, nu echter werd deze hem te zwaar en het verlangen naar menschelijke deel neming grooter en grooter. Hij ging van het venster af en met gezonken hoofd en over de borst gekruiste armen doorliep hij de kamer. Hij scheen vergeten te hebben, dat hij zijn dochter zijn levensgeschiedenis zou verhalen. Lang heerschte er een diep stilzwijgen, dat einde lijk door de zachte stem van Alexa werd verbro- „Vader", zeide zij lieftallig, „het zal u te moeilijk vallen mij uw geheim mede te deelen. Ik wil er niet op aandringen het te hooren." Mr. Strange ontwaakte als uit een droom en zag het meisje met droevige oogen aan. „Je hebt er recht op het te kennen," zeide hij. „De hemel vergeve mij als ik je een te grooten last opleg mijn kind. Ik had gehoopt, je de verschrik kelijke waarheid te kunnen verbergen, steeds alles voor je te zijn Ik had gedacht, dat je in de ver latenheid van ons Grieksch tehuis, waarheen in zestien jaren tijds geen vreemdeling is gekomen, een langdurig wreedzaam leven zou hebben, geen andere liefde leeren kennen dan die voor je vader; het noodlot heeft anders gewild. De liefde heeft den weg tot je hart gevonden zelfs in ons eenzaam dal, waar wij als kluizenaars leefden." Een diepe zucht ontsnapte zijn borst. „Er staat geschreven, dat de zonden der voor vaderen gewroken zullen worden aan de nakome lingen," zeide hij verder, „en wij mogen er wel bijvoegen dat het ongeluk der ouders ook op de kinderen drukt. De vloek, die je onschuldig hoofd treft, Alexa, Is dezelfde, die op mij viel. Je bent door de wereld vervloekt door mij." „Vader!" „Gaarne zou ik gsteorven zijn, indien ik je had kunnen besparen, wat je nu reeds geleden hebt," zeide mr. Strange met een treurigheid, die zijn dochter innig het hart bewoog, als een uitbarsting van vertwijfeling. Ware Lord Kingscourt niet naar Griekenland gekomen, dan konden wij misschien heden nog tevreden in ons huis leven. Zijn tegen woordigheid heeft al deze rampen over ons ge bracht." Hij heeft ons geen leed willen aandoen. Papa Hij was het onschuldige en onbewuste werktuig der voorzienigheid." ^Mr. Strange boog het hoofd. „Laat mij dan mijn geschiedenis vertellen, aleer ik aan het wankelen wordt gebracht," hernam hij na een kort stilzwijgen. „Achttien jaren geleden, Alexa, weerklonk een verschrikkelijke tijding door geheel Engeland, die iedereen deed rillen; de cou ranten waren er mede gevuld; er werd daarover in de salons gefluisterd, in de nederigste hutten ge sproken. Het geheele beschaafde Europa was daar over ln ontzetting. Het was een vreeselijk duister feit het groote familiedrama van Montheron!" Hij sprak de laatste woorden schor fluisterend. Alexa, stil en bleek, luisterde ademloos toe. „Tot op dezen dag wordt de moord te Montheron met afgrijzen genoemd," aldus voer Mr. Strange voort. „Ook lord Kingscourt zinspeelde er op, den morgen van zijn afreis Het verhaal gaat over van geslacht tot geslacht. 'Zulke gruweldaden sterven nooit uit in de herinnering. De geschiedenis van de misdaad is in een dik boek openbaar gemaakt als een gewichtig feit voor de verzameling van zeld zame afschuwelijkheden en dit boek werd in vele talen omgezet; jaren geleden heb Ik zelf een uit treksel daarvon in de Atheensche couranten gelezen. ,De moord te Montheron!" herhaalde Alexa zacht, als wilde zij den naam in haar geheugen prenten „Een en twintig jaar geleden," aldus ging mr. Strange voort, „waren de Montherons een van de fierste en aanzienlijkste geslachten van Groov Brittanje; hun stamboom reikt in den nacht der OP SCHAATSEN NAAR MARKEN. Zooals wel te verwachten was, stroomden Zondag van verschillende kanten de liefhebbers van een tochtje op schaatsen naar Marken toe. Evenals voor twee jaar dit eiland een overval heeft moeten doorstaan, was dit ook nu weer het geval. Evenals toen waren ln den namiddag te Monnikendam en Marken alle eetwaren opgebruikt en moest men zich met roggebrood tevreden stellen. TWEE WONDEREN. Het eerste is, dat voor het huls van den burge meester te Zutphen een manifestatie heeft plaats gehad van werklieden, die al zingende een paar maal aan de bel trokken en op de vraag der politie antwoordden, dat zij den burgemeester kwamen be danken, omdat hij hun werk had verschaft. Toen de burgemeester aan de deur kwam, drukten zij hem de hand en riepen: „Lang zal hij leven!" Het tweede wonder is het feit, dat in het laatste jaar door denzelfden curator ln twee failissementen in en nabij Dinxperlo, de volle 100 pet. aan de cre diteuren Is uitbetaald. In genoemd nr. komt de volgende advertentie voor: „Wil je hartelijk lachen? Ga dan naar de paling- rij derij op 't Waardje, te Oudkarspel, op Woensdag 18 Januari 1893, des 's middags 1 uur IJs en weer dienende. Het Bestuur. 8.061.571 INWONERS. GUNSTIG STERFTECIJFER Aan de statistiek van den loop der bevolking in Nederland over 1931, welke door het Centraal Bu reau voor de Statistiek Is uitgegeven, wordt het ijavolgende ontleend: Op het eind van 1931 telde ons land 8.061.571 inwoners, nl. 4.006.359 manenn en 4.055.212 vrou wen. Het aantal mannen op 100 inwoners bedroeg 49.7C, het aantal vrouwen 50.30, terwijl op elke 1000 mannen 1012 vrouwen werden aangetroffen. In 1830 kwamen op 1000 mannen 1045 vrouwen voor, in 1880 1023, in 1909 1021 en hl 1920 1013, waaruit een langzamerhand gelijk worden der aan taJlen mannen en vrouwen valt waar te nemen. Van 1930 op 1931 nam de bevolking met 1.59 middeleeuwen. Hun grootste trots bestond daarin, dat niet de geringste schaduw van oneer of scnande ooit den beroemden naam bevlekt had. De mannen waren dapper op het slagveld geweest, wijs in den raad van het volk, geacht en bevoorrecht bij de heerschers. De vrouwen waren spreekwoordelijk schoon, zacht, beminnenswaardig en kuisch. Maar het lot wilde, dat de trotsche naam met smaad werd bedekt; een vreeselijk ongeluk boog den hoogmoed der Montherons tot in het stof!" Alexa luisterde met ademlooze inspanning; zij waagde het niet zich te bewegen, slechts haar oogen wierpen een zijdelingen blik op haar vader, wiens schreden en woorden immer sneller werden. „De Markies van Montheron", aldus voer Mr. Strange voort, „was toen, een en twintig jaar ge leden, een ongehuwd man op bijna 40-jarlgen leeftijd en ongeneeslijk lam. Zeer gevoelig voor zijn kwaal, vermeed hij het gezelschap en had gezwo ren nooit te zullen trouwen. Hij was in zijn jeugd verloofd geweest met een dame, die hem misleid en een zijner vrienden, een rijken jongen man gehuwu had. Hierdoor was niet alleen zijn hart maar ook zijn eergevoel zoodanig gewond, dat hij nooit meer trouwen wilde. Hij had een broeder die zestien jaren jonger was' dan hij, Lord Stratford Heron, voor wien hij zich een teedere leidsman en vriend toonde. Daar hij niet wilde trouwen, be noemde hij zijn jongeren broeder tot erfgenaam van zijn titels en goederen en zoo werd deze overai als de toekomstige markies van Montheron begroet. Met het oog daarop deed lord Stratford Heron een schit terende partij. Hij huwde de dochter van een her tog den hertog van Cliffebourne wiens fier heid die der Montherons nog overtrof en die zelfs zijn dochter een koning niet zou gegeven hebben, wanneer aan de waardigheid van dien koning iets zou zijn af te dingen geweest. Lady Wolga, de gade van Heron, was een zeld zaam wezen, onvergelijkelijk schoon, maar koud als ijs en niet minder trotsch dan haar vader. Haar jonge man vergoodde haar en zij beminde hem. Hy bracht haar mede naar Mont Heron, het stamslot zijn vaders, de woning zijns broeders, die hem met open armen ontving en haar als heerscheres van het slot huldigde. Hij zeide haar, dat zij hier eens de werkelijke, rechtmatige meesteres als Markiezm van Montheron zou zijn. Te Montheron werd een jaar later lord StraUord Herons eenig kind, een meisje geboren. Onbeschrijf lijke vreugde heerschte in het slot. De klokken luid den, de pachters brandden vreugdevuren en een grcot feestmaal werd gehouden, want, wanneer geen zoon op dit meisje zou volgen, dan zou zij eens markiezin van Montheron, erfgename van ae titels en goederen worden. De markies, de menschen- schuwe oudere broeder, deelde in de vreugde der anderen Hij gaf haar den naam van Constance. Deze was een oude familienaam, dien de oudste dochter sinds eeuwen gedragen had." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1933 | | pagina 4