Kameroverzicht
Binnenlandsch Overzicht
Buitenland
INGEZONDEN
Naispel vam (de Indische muiterij.
In Eerste en Tweede Kamer is van de week
druk nagepraat over de gebeurtenissen met de
Zeven Provinciën, waarbij wel bleek, dat het
krachtige optreden van de overheid tegen de
muiters, de instemming van alle niet-socialis-
tisehe partijen had, terwijl bij vele sociaal demo
craten grooter bezinning blijkt te zijn ingetreden,
dan hun heftige reacties op de jongste vlootge-
beurtenissen hebben doen vermoeden. Daartoe zal
niet weinig hebben bijgedragen, dat uit de behan
deling der muiterij in den Tndischen Volksraad
eindelijk meer bijzonderheden zijn bekend gewor
den, welke een fel licht werpen op Ren zeer
slechten geest van het vlootpersoneel in Indi^
en tevens deden uitkomen, dat de overheid groo
ter lankmoedigheid heeft betracht dan haar eerst
was toebedeeld. De bom immers, welke zoo'n
bloedig effect had, is niet geworpen geworlen,
om de muiters te vernietigen, maar om ze "te
waarschuwen, dat geen geweldmiddelen zouden
worden ontzien om ze tot onderwerping te bren
gén;. Dat de bom doel trof op het (Schip, was
als een kwaad te aanvaarden risico, dus als een
mogelijkheid voorzien geworden, maar bedoeld
was dat geenszins.
Zoowel in Indie als hier, hebben de mededee
lingen omtrent de gevallen van dienstweigering
op de vloot, voor de muiterij op de Z|. P., sensa
tie gewekt. Het bleek, dat reeds meer dan 400
schepelingen wegens dienstweigering in arrest
zaten. Er stijgt nu van alle kanten een roep pp
tot „zuivering' van de vloot. Op een vloot, be
stemd om orde en gezag te handhaven zoo oor
deelt men kan geen revolutionair personeel
worden geduld. Prof. de Savornin Lohman con
stateerde dat van de week in de Eerste Kamer
zeer nadrukkelijk. Zoolang de S.D.A.P. een re
volutionair standpunt inneemt, is er op de vloot
geen plaats voor socialistische schepelingen1. Be
ter geen vloot dan een roode vloot." .Verscheide
ne leden vielen hem bij. Ook in Indie schijnt)inen
er zoo over te denken. Het zal vermoedelijk tot
«en selectie komen en blijkens mededeelingen v.
den Volksraad wordt de instelling van een poli
tieke recherche op de vloot overwogen.
Degenen, die de muiters in bescherming namen
wekten daarmede een heftige reactie, waarvan
de gevolgen nog niet zijn te overzien, pr. Co-
lijn, de leider der a.r. partij, hield in Botterdam
een opmerkelijke rede ter inleiding van de ver
kiezingsactie. Hij betoogde de noodzaak, dat
we een krachtige regeering kregen, welke een
zelfbewuste politiek voert, zelfs, als het niet
anders kan.... zonder de medewerking van 'de
volksvertegenwoordiging. Vier jaar geleden had
Mussolini hem eens de maatschappelijke chaos
geschilderd, Welke het fascisme ter renovatie
van den staat noodzakelijk maakte. ,,Over 25
jaar, zei de Italiaansche dictator, zal het bij u
juist zoo ziju." Dr. Colijn glimlachte ongelpovig
maar nu zoo constateerde hij doen allerlei
teekenen me zien, dat indien in ons land geein
ingrijpende verandering in den geestestoestand
komt, ook hier verandering zou moeten worden
gebracht in de overigens zoo hoog gewaardeerde
verhouding tusschen overheid en volk.
Sneevliet geamesteeod,,
Sommige autoriteiten treden reeds gestrenger
op tegeli de heftige demagogie van zekere volks
leiders. Thans is ook de leider van het N. 'A. S.
de heer Sneevliet gearresteerd geworden wegens
aanzetting tot dienstweigering. Wegens het uit
geven van opruiende geschriften zijn in den laat-
sten tijd trouwens reeds meerdere personen aan
gehouden geworden, o.a. de Rottere! amSche raaJs
leden Beuderink en Menist.
Nieuw hawlels- en schcepvaartverdiag
tusschen Nederland, België en Luxemi-
bnrg.
Te Geneve is tusschen Nederland, België en
Luxemburg een nieuw handels- en scheepvaart
verdrag afgesloten en onderteekend, ter ver
vanging van dat van 1863. Hierbij heeft niet
verlaging van tarieven voorgezeten, maar men
heeft elkaar onbeperkte meestbegunstigings-voor
deelen verleend. D.w.z. dat de overeenkomende
partijen hebben besloten om elkaar te doen doo
ien in alle voordeelen, welke in eenig handels
verdrag, met welke mogendheid ook, zullen war
den vastgelegd. Voorts is tusschen België en
Nederland een vestigings- en arbeidersconventie
geteekend alsmede een conventie ter vermijding
van dubbele belasting. Vooral de arbeiderscon-
ve/ntie is van belang, omdat daarmede aan de
arbeiders van 'het een of andere land, werkende
in den vreemde, gelijke rechten als aan landge-
nooten worden verleend, wat betreft uitkeerin-
gén uit werkloozenkassen, steun of werkver
schaffing. Ook met Luxemburg zullen binnenkort
geiijke overeenkomsten worden gesloten.
Allerlei
Al weer heeft van de week een treinbotsing
in ons land plaats gehad en weer was (het bij-
Hedel. Nu werden een 20-tal wagons vernield,
terwijl ook drie personen werden gewond. Zal
men nu eens een onderzoek naar de veelvuldige
treinbotsingen van den laatsten tiid gaan instel
len?
Er werden een paar geruchtmakende straf
zaken behandeld van de week, o.a. inzake den
moord op den Haagschen millionair Eschauzier
De eisch tot vrijspraak in de strafzaak tegen
den jachtopziener uit Egmond, die een betrap
ten strooper doodschoot, met een schot, dat hem
van achteren trof, heeft sensatie gewekt. De
oneerlijke penningmeester van het Isr. Weeshuis
te Leiden, die ruim een ton verduisterde werd
tot 2 jaar veroordeeld. De eisch was 3 jaar
geweest.
TWEEDE KAMER.
Over de Kamerontbinding Inter
pellatie-aanvragen in zake het gebeurde
met de Z. P. Mr. Kortenhorst wil
over de nieuwe Duitsch tarieven inter-
pelleeren. De Surinaamsche begroo
ting aangenomen.
De interpellatie-Knottenbelt (Lib.) op Maandag
jd. gehouden, heeft tot een heel tam, staatsrechter
lijk debat geleid. Het leek tenslotte, dat de liberalen
er maar weinig verheugd over waren, dat de aan
neming van de motie-Boon (Lib.) tot een vroeg
tijdige kamerontbinding heeft geleid. Met het zit
tende kabinet had de heer Knottenbelt overigens
geen consideratie. Het werd tijd, meende hij, dat
het plaats maakte voor een ministerie van „sterke
mannen". Waar waren die in uw kring zoo vroeg
minister Ruys in den jare 1918?
Al bestond dit kabinet, naar de meening van den
heer Knottenbelt, niet uit krachtige persoonlijk
heden, toch trachtte het dictoriaal op te treden,
getuige het ontbindingsbesluit, dat tegen de grond
wet indruischte, omdat de ontbinding „op termijn"
was afgekondigd. Dat laatste vond Ir. Albarda (S.
D.) niet erg, al had hij voor zich het een meer
juiste oplossing gevonden, wanneer het kabinet al
leen den minister van justitie, den heer Donner,
had laten vallen. Dat vond Mr. Marchant (V. D.)
weer niet juist, die het eens was met minister
Ruys, dat in een kabinet over belangrijke 2aken,
als de bezuiniging, homogeniteit moet bestaan, zeker
wanneer het voor de moeilijke opgave staat om een
begrootingstekort van 150 millioen te dekken. Mr.
Marchant scheen een directe ontbinding te hebben
geprefereerd, opdat de kiezers zich over het beleid
van deze regeering hadden kunnen uitspreken. Zulke
uitspraak echter zoekt deze regeering, die zich zelf
door een parlementair kabinet wenscht te zien op
gevolgd, blijkbaar niet. De komende verkiezingen
gaan langs dit ministerie heen.
Minister Ruys heeft de noodzaak uiteen gezet,
zooals hij die zag, om aan de Koningin tot Kamer
ontbinding op termijn te adviseeren, toen bleek, dat
de Kamer onvoldoende meewerkte om het bezuini
gingsprogram der regeering te ondersteunen. Het
ontbinden op termijn was noodig in verband met
de ernstige omstandigheden, welke het tot eisch
stellen, dat de regeering op elk tijdstip overleg kan
plegen met de Volksvertegenwoordiging. Het ge
beurde met de „Z. P." was voorts een beletsel, dat
de regeering zelve aanstonds heenging.
De houding der regeering werd uit de Kamer
voorts nog verdedigd door Mr. Aalberse (R.K.).
Voorzitter van Schaik deelde mede, dat de regee
ring over het gebeurde met de Z. P. een Witboek
zou doen verschijnen en dat het daarom beter was
om de door den heer Albarda (S. D.) aangevraagde
interpellatie eerst op een nader te bepalen dag te
doen houden; vele bijzonderheden zijn thans nog
niet bekend. Het voorstel van den voorzitter werd
aangenomen met de roode stemmen tegen. De inter-
pellatie-aanvrage-De Visser over hetzelfde onder
werp werd afgewezen, óók door de socialisten.
Mr. Kortenhorst (R.K.) krijgt gelegenheid om de
regeering te lnterpelleeren over het onheil, dat ons
boven het hoofd hangt, als gevolg van de met in
gang van 1 Maart a.s. verhoogde Duitsche invoer
rechten. De interpellatie zal op een nader te be
palen dag worden gehouden.
Op Dinsdag werd de Surinaamsche begrooting
aangenomen met alleen de stem van den heer
Wijnkoop tegen. Er was weinig belangstelling voor
het geval. De meeste interesse der Kamer scheen
nog uit te gaan naar de relletjes op 7 Februari te
Paramaribo, als gevolg van de arrestatie van den
communist De Kom, maar regeering en Kamer
raakten het er tenslotte over eens, dat de tot nu
toe ontvangen berichten te vaag waren om zich
een oordeel over de gebeurtenissen te vormen. Ook
kwam een protest ter sprake van den Katholieken
Volksbond te Paramaribo inzake de strenge be
straffing van lagere ambtenaren wegens vergrij
pen tegen de goede zeden, terwijl die zeden door
het hoogere personeel heel wat erger zouden worden
geschonden. De minister zei, zich niet te kunnen
indenken, dat een man als gouverneur Mr. Rutgers,
niet onpartijdig tegenover maatschappelijke en
ambtelijke klasseverhoudingen zou staan. Het geldt
hier optreden tegen oude wantoestanden, welke
moeilijk zijn uit te roeien. Er zal aandacht worden
besteed, zoo beloofde de minister, aan de geuife
klachten.
De heer Feber (R.K.) verwierf de toezegging, dat
een nieuw onderzoek zal worden ingesteld naar den
goudhoudenden aard van den Surinaamschen bo
dem.
De heer Wijnkoop (Com.) diende drie moties in,
betreffende opheffing der militaire bezetting, vrij
lating van politieke gevangenen en opheffng der
poenale sancte. Geen der moties werd gesteund.
EERSTE KAMER.
Van Oud tot Nieuw-Kabinet. De In
dische muiterij.
Een bijna voltallig kabinet woonde in de Eerste
Kamer de opening bij der Algemeene Beschouwin
gen op de Rijksbegrooting, welke natuurlijk werden
ingezet met een bespreking van het ontbindings
besluit betreffende de Tweede Kamer en van de
muiterij op de Z. P. Omtrent het ontbindingsbesluit
konden de heeren Van Emden (V.D.) en Mendels
na het verhandelde in de Tweede Kamer weinig
nieuwe gezichtspunten naar voren brengen. De heer
Van Embden tokkelde wat op zijn bekende ontwa-
penings-cither, maar liet toch ook uitkomen, dat
hij voor handhaving van een politieleger is, zoodat
hij den weg open liet tot overeenstemming met de
partijen, met welke de V. D. na de verkiezingen een
„nationaalkabinet" schijnen te willen vormen. Des
wege misschien fulmineerde de professor sterk te
gen de sociaal-democraten en keurde hij scherp de
Indische muiterij af. De socialisten, zei hij, hebben
zich onwaardig gedragen, door de muiterij niet dui
delijk en scherp af te keuren en het jongste num
mer van „De Notenkraker", waarin minister Ruys
met een van bloeddruipende vingers is afgebeeld,
noemde hij „weerzinwekkend."
Mr. Mendels (S.D.) verkondde, dat zijn partij
voorloopig nog geen zin had om aan de regeering
deel te nemen en hij critiseerde alvast het door
den heer Van Embden gewenschte nationale kabi
net. Tegen de crisis deed de regeering naar Mr. Men
dels oordeel te weinig. De muiterij keurde hij niet
goed, maar we begrijpelijk van deze jongens en voor
Indië, dat geen democratisch gezag kent. „Wij heb
ben de menschen niet altijd in de hand,", zei hij, én
„er kunnen nu eenmaal zulke spanningen ko
men, dat de democratische weg niet langer kan
worden bewandeld." Waarmee te kennen werd ge
geven, dat ook de S. D.A.P. zelve een avontuur bui
ten den wettelijken weg niet zal smeden, als dat
voordeel kon opleveren. In zoo'n geval werpt ze de
democratie over boord, of zal ze, naar Mr. Troel
stra's woorden, haar „stemmen niet meer tellen
doch wegen"!
2500 Antirevolutionairen te Alkmaar bijeen.
In dichte drommen was men Zaterdag opgekomen
naar de Graanbeurs in Alkmaar om naar de rede
van Dr. Colijn te luisteren. Er was geen plaats in
het groote gebouw onbezet en man had zelfs de
plaatsruimte moeten uitbreiden, door planken over
stoelen te leggen. Den beminden leider werd het
Wilhelmus toegezongen.
Opening.
De Voorzitter van de A. R. Kamercentrale Den
Helder, de heer L. Harms van Zaandam liet zingen
Ps. 89 8, las voor Openbaringen 5 en ging voor in
gebed. Daarop hield hij een korte openingsrede,
waarin hij den hoop uitsprak, dat Colijn, die ons
volk dienen en regeeren kan, weer spoedig onze
kapitein mocht zijn.
Rede Dr. Colijn.
Dr. Colijn bespreekt eerst den algemeenen toe
stand en noemt de Kamerontbinding en vervroegde
verkiezingen een landsbelang. De redenen liggen
veel dieper en het gaat natuurlijk niet om de
ontbinding van enkele rechtbanken.
De taak van de nieuwe Kamer moet zijn herstel
van het evenwicht tiisschen volksinkomen, dat met
40 pet. gedaald is en staatsuitgaven. Voor 1934 moet
weer op een tekort van 120 millioen worden gere
kend, ondanks het tekort van 150 millioen in 1932
nog niet is weggewerkt. Vervolgens behandelde Dr.
Colijn het economische probleem dat hij wel het
allerbelangrijkste achtte. Nu de grenzen overal ge
sloten zijn moeten wij bedacht zijn onze economi
sche structuur te veranderen. Wij hebben steeds
geprofiteerd van de industrieele ontwikkeling van
West-Europa, en waren eigenlijk steeds hun grooten
tuin. Nu de industrie achteruit gaat leggen de om
liggende landen zich steeds meer toe op bodem
cultuur. Daardoor heeft vanzelfsprekend onze pro
ductie enorm geleden en zijn ook aan scheepvaart
en binnenvaart enorme slagen toegebracht, om van
de spoorwegen maar niet eens te spreken. Voorop
staat daarom in het A. R. Verkiezingsmanifest: be
vrijding van internationaal ruilverkeer, steun tot
behoud van de noodzakelijke bronnen van velks-
bestaan, en geleidelijke omzetting van onze pro
ductie. Hieromtrent een bepaalde lijn aangeven is
moeilijk. Dan besprak de Heer Colijn het probleem
der werkloosheid, werkloozen en armenzorg kosten
300 millioen per jaar. De groote loonsverlaging die
de arbeiders kan treffen is werkloosheid, en is een
matige loonsdaling die werkloosheid voorkomt, beter
dan werkloosheid. Spreker kon zich echter voorstel
len, dat de arbeiders bevreesd zijn hun moeizaam
verworven rechten door loonsverlagingen te moeten
prijsgeven, en daarom zijn de werkgevers moreel
verplicht, niet te commandeeren, maar het hun
menschen duidelijk te maken, waarom het gaat. In
de eerste jaren zal het zaak zijn, nog naar produc
tieve werkverschaffing te zoeken, die, wanneer ze
gereed zijn, weer nieuwe werkzaamheden met zich
brengen. In dit verband noemde de heer Colijn de
Wieringermeer. De A. R. partij komt niet met be
loften, hoeft dat niet te doen, en kan vragen: zie
op ons verleden, on onze crisispolitiek die vanaf
1922 steeds in overstemming was met de omstan
digheden. Spreker becritiseerde na de z.g. belangen
partij tjes, socialisatie, planwirtschaft enz. en ging
daarna over tot behandeling van enkele geestelijke
vragen, die achter en om de crisis leven. De wereld
wordt geregeerd niet door stelsels maar door be
ginselen, en komen wij dan allereerst bij het fun
dament, het gezag. In dit verband stipte spreker de
Indische gebeurtenissen aan en achtte het noodig
dat er schoonmaak gehouden wordt, niet alleen
onder de muiters, maar ook onder hen, die de
muiterij niet hebben voorkomen en misschien onder
hen, die haar niet hebben bedwongen. De geestelijke
oorzaken zijn nog voornamer, verzoek om stilte
voor het gebed werd beantwoord met het zingen
van de Internationale. De regeering heeft zei
de heer Colijn, nu overgaande tot de genomen
maatregelen gehandeld zoo zij moest handelen.
Geweld moest met geweld bedwongen worden. Over
den Commandant wil de heer Colijn liever niet
spreken,, maar een Overheid die haar taak tot hand
having van het gezag niet voldoende vervult verliest
haar reden van bestaan. Echter niet alleen met
geweld kan men gezag handhaven, er moet een
zedelijke grond zijn en daarom moeten naar de
Staten-Generaal menschen worden gezonden, die
uit Christelijk Nationale beginselen leven. Ook in
1573 is in een zwarten tijd victorie begonnen, efn
herinnerde spreker aan het woord van Willem van
Oranje tot de wanhopige burgers: Ik sloot een
verbond met den Potentaat der Potentaten. Daarom,
men moet op God vertrouwen en den last der tijden
in ootmoed aan Hem opdragen, aan wien geschon
ken is alle macht in hemel en op aarde. Hierna
volgde sluiting op de gebruikelijke wijze.
Weer eetn mislukte aanslag op Roosevelt.
Volgens een bericht van het blad „Washington
Post" is een tweede aanslag op president Roose
velt aan het licht gekomen door de ontdekking
van een bom in een pakket dat aan Boosevelt
was geadresseerd. JJe ontdekking dat in het pak
ket een bom zat werd door postambtenaren ge
daan. Nader wordt gemeld, dat die bom bestond
uit een bus, gevuld met buskruit en strak om
wonden met verroest ij'zerdraad.
Hoewel de bom niet gemakkelijk ontplofte,
zou ze toch veel kwaad hebben kunnen doen,
indien ze verkeerd werd gehanteerd.
De advocaten van Zangara hebben beslloten
niet in hooger beroep te gaan.
Na langdurige besprekingen tusschen de
vertegenwoordigers van het Huis van Afgevaar
digden en den Senaat heeft het Congres besloten
aan president Boosevelt zoogenaamde dictatoria
le volmachten te verleenen voor het vaststellen
der begrooting en het reorganiseeren van het
bondsbestuur.
(Buiten verantwoording der Redactie.)
Oudkarspel, Eebruari 1933.
Aan de Redactie van de „Nieuwe Lan-
gedijker Courant."
Beleefd verzoeken wij eenige plaatsruim
te voor het volgende:
Als Wijnkoop spreekt.
Overheerschend is in het nummer van 21 de
zer van uw blad de Wijnkoopavond. Het is naar
aanleiding van een paar stukjes, dat wij het vol-
gmede wenschen op te merken. In beide stuk
jes een soort hetze tegen de menschen, die 'de
ze vergadering belegden. Het woord „partijlooze"
wordt in smalenden zin gebruikt. De heer Kaan
gaf daar op de vergadering van Zaterdagavond
al blijk van. Wij vragen: wat willen die men-
schem toch van ons. Moeten wij liegen en zeg
gen: wij zijn communisten. Communisten zijn er
in dezen omtrek niet. Wil een communist b.v.
Wijnkoop, komen spreken, in het boerenland,
dan is het toch noodig, dat hij door de een of
ander wordt geïntroduceerd? Zoo is het hier
gegaan anders niet. De klacht van sommigen
dat er geen gelegenheid genoeg was voor de
bat, deze klacht is ongegrond. Wat de heer
Hoogland betreft, deze heer praat zichzelf ge
weldig vast. In een vergadering van den Neu
tralen Bond te Hoorn, blies hij geweldig van den
toren, tegen het kapitalisme. Nu gaat hij Wijn
koop te lijf, die toch ook een strijder tegen het
kapitalisme is. De heer Hoogland is toch niet
van plan een fraseur te worden?
Verder willen wij op deze kwestie niet ingaan.
De avond bij Vis heeft veel menschen een ande
ren kijk op de dingen gegeven. De menschen die
niet debatteeren, de menschen die niet in een
krant schrijven, hebben soms een verrassend zui
ver oordeel. Dit oordeel luidt:
Wijnkoop heeft onzen gezichtskring verruimd
en verbreed.
Dit is meer als voldoende voor
DiE PARTIJLOOZE BOEREN.
Wij hebben het woord „partijlooze" in ironi-
schen zin gebruikt, omdat het er bij ons niet in
wil, dat men communistische elementen gaat „in-
troduceeren" wanneer men niet hetzelfde be
ginsel is toegedaan,, geestverwant" is om niet
te spreken van aangesloten lid bij de O. P. |H.
En wanneer men dan Wijnkoop laat komen,
dan moet men niet aan misleiding doen, door een
onderwerp te lanceeren, dat niet eens behandeld
is geworden en er een rede is gehouden over het
communistische beginsel en regime.
Aan het slot van zijn ingezonden stuk zegt
de schrijver, dat er menschen zijn, die verklaarden
„dat hun blik verruimd en verbreed was ge
worden" door het woord van Wijnkoop.
Wij feliciteeren de „partijlooze" boeren met
deze aanwinst en bevordering van ontwikke
ling, maar wij willen vooralsnog aan deze uit
spraak een andere beteekenis toekennen, en
wel, dat zij thans dezen indruk hebben gekregen
„dat het geweld slechts ten verderve voert',."
,J;. R.t
Aan de Bedactie der „Nieuwe Lange -
dijker Courant" te Noordscharwoude.
Gaarne opname van het volgende. Bij voor
baat dank.
Langs de straat.
Dinsdagavond, klokslag 9 uur, aan den publie-
ken weg, op een oppervlakte van een groot ta
fellaken, vijf katten.
'k Dacht zoo, wat een, vooruitstrevend goedje,
't Is nog een week voor M'aart en 't spul be
gint reeds(. 't Was mij een beeld van het politieke
gebeuren en zag ip diti dierenspel een vrijvee-
trouw beeld van de gedragingen, der commünisten
en soci's. Ook zij. zijm zóó vooruitstrevend, dat
ze ternauwernood hun tijd kunnen afwachten,
en bij ontmoetingen doen zij als Maartsche kat
ten in Februari. Zij blazen elkander toe en als
met rede begaafde menschen schelden ze elkaar
de huid vol, totdat het gezamenlijk moment aan
breekt en ze elkander vinden op het terrein van
geestelijk sexueele gemeenschap, namelijk zoo
dra het gaat om de finale omverwerping van het
wettelijk gezag en vernietiging van het zoozeer
gesmade anderer kapitalisme en anderer militai
risme. De wederzijdsche bevruchtende kennisma
king geeft bij poesen als regel jonge poesjes,
bij hen „muiters." En gelijk men nu bij .men-
sche-poesen niet aan hun poese-kol
deren mag komen, zoo mag men jqk
aan hun muiterkinderen of wilt ge
„kindermuiters" niet raken. Ze zijn daarvoor
veel te onschuldig en te ontoerekenbaar!. Dte
jonge poesekinderen hebben wel nagels, doch de
ze gebruiken ze immers nog niet. En al wat 'zij
doen is toch bij wijze van instinct en van voor
beeld, behalve dat ze op het stuk van bevuiling
nog niet zoo'n fijn onderscheid hebben als hun
vaders en moeders.
Dioch daarvoor zijn ze immers dan ook nog
maar kinderen. Men heeft het slechts op te
ruimen, zoo men tenminste het vuile goedje niet
wil laten ophoopen.
Het zou toch al te idioot zijn, het laatste te
willen. L'och dat is waar ook, er schijnen er zoo
te zijn. Beeds eerder vernamen we uit de mon
den' van vooraanstaande personen, dat de wereld
veel weg krijgt van een groot gekkenhuis en
nog zoo pas eindigt een so«. professor zijn
vernietigend oordeel over de democratie der volks
democraten met het keurmerk „idiotisme."
Katten kunnen gek doen, menschen niet min
der. Ze zijn daarbij echter veel gevaarlijker.
Regeering, let op nw saeefe.
opmerker.
Geachte Bedactie,
Gaarne zag ik deze enkele regels in uw blad
van Donderdag geplaatst. Bij voorbaat dank.
Toen ik uw blad Dinsdagavond inzag, en de
vergadering van Zaterdagavond las, kwam ik
tot de ontdekking, dat uw verslaggever mij be
paald niet goed had begrepen (ik hoop .tenmin
ste bij het overige publiek een anderen indruk
gewekt te hebben), mijn woorden tegen den heer
Wijnkoop waren uitdrukkelijk, dat
ik de daad van de muiterij heelemaal niet op
hoog peil stelde, wanneer diezelfde menschen voor
een beetje hooger loon wel dat werk willen op
knappen en dat ik dan meer hulde breng aan de
dienstweigeraars, die in Veenhuizen zitten op
gesloten en uit principe weigeren hun opleiding
te krijgen om hun medemenschen te dooden.
Uw abonné, H;. GERRITSEN.
Sint Pancras.
Pic heer Gerritsen begaf zich niet, als de an
dere debaters naar het podium, maar sprak uit
het midden der zaal. Het was wegens het late
uur al wat rumoerig, en blijkt nu, dat wij den
heer Gerritsen, die ver van ons af zat, niet goed
verstaan hebben. Verslaggever.