M
L
U
Kinderrubriek
Waar vrouwen graag van lezen.
Weet U dat
Ze hewwe zaid
dat Kees Layen te vraien gon
Rob de Avonturier
m
lGi
!hi
m
iG
Vc
I
D
Kai
der
hoo
van
1921
was
aut
ven
wor
vra-
zegl
dell
peri
den
vine
voei
cijf<
wee
Holl
Z.
m >t
G)
te h
forn
de
tege
gebi
scho
sproi
nendt
Een g
dat P.
voet r
om zi<
voet l
tie-oi
M.
uit r
gebl(
houc
den
0
alhii
were
delsi
ik je
iallee
word
deel
U
eein
er g.
kwai
zitte
A]
houd
en h:
duist
de zi
tharu
Dang
of h
naar
zwak
hoe k
J*
meed
stand
zaam
zij is
verlo
miets
gedai
slech
2ij
Pi<
luid
had I
een r
zich
schen
in - ei
stilte
de te]
uiten
Ah
niet
hoek
zichtj
meer
gin ri
zen v
EEN EIGENAARDIG VERJAARDAGSGESCHENK
HOE KOKKIE RAAD WIST.
(VERVOLG III).
Den volgenden morgen was het heerlijk zonnig.
De vogels kwinkeleerden vroolijk in de boomen en
„Rust en Vrede" deed haar naam alle eer aan. In
het park werkten de tuinlieden met hun groote
stioohoeden aan de bloeiende rozenstruiken en in de
keukens klonk het vroolijke gekletter van de ko
peren pannen en de fornuizen, die gepoetst werden.
De kamermeisjes klopten op de binnenplaats de
kleeden uit de paardenstallen waren vol bedrijvig-
hed, de hondenhokken, waarin de schitterende haze
winden, patrijshonden en Iersche setters van Amou-
retta geborgen waren, weerklonken van het geblaf,
waarmede de viervoeters de zonnestralen begroet
ten.
Aangelokt door dien mooien dag, stond Amouretta
reeds vroeg op. Ze liet zich kleeden want prin
sesjes kleeden zichzelf niet en begon haastig te
ontbijteneen zacht gekookt eitje, in een gouden
eierdopje, zilveren bordjes, vorken en messen, heer
lijk versch brood, met lekkere roomboter, en een fijn
schoteltje, kortom een heerlijk ontbijt! Toen
belde ze om den kamerdienaar en beval hem de
hofdame te waarschuwen, dat zij in het park
wenschte te wandelen. De hofdame van dienst kwam
slaperig binnen, want ze had den geheelen nacht
gewaakt; dat moeten de hofdames om de beurt
doen, om als de prinses 's nachts iets mocht
wenschen steeds gereed te zijn. De prinses zette
haar hoedje op en ging met haar naar buiten. Heer
lijk geurde het park. Eerbiedig bogen de tuinlieden,
maar in hun oogenschool een guitig lachje. Ze
wisten wat er ging gebeuren en verheugdeh zich
oprecht voor hun prinsesje! De prinses wandelde de
lange rozengang door, een gang van ijzerdraad, die
heelemaal begroeid was met de prachtigste donker-
roode en witte rozen. Bij den uitgang stond Paters,
de oppertuinman, die een diepe buiging, maakte
De prinses Sprak eenige vriendelijke woorden, die
hij ernstig beantwoordde. De hofdame, die steeds
drie Meter achter de prinses moest blijven wandelen
wachtte intusschen in de rozengang en kortte zich
den tijd met het ruiken aan de rozen. Eindelijk
stapte Amourette weer verdermaar de hof
dame zag het niet direct en bleef nog even staan.
Van dat oogenblik maakte Peters gebruik om snel
nader te treden. In zijn hand verborgen had hij
een groote, griezelige oorwurm!
„Vindt U niet, mevrouw," zei hij beleefd, „dat deze
rozen overheerlijk ruiken? Jammer dat er zooveel
oorwormen in zitten!" „Wat?" gilde de hofdame
„oorwormen? Ajakkes!" En ze deed een stap achter
uit. Maar de tuinman had zonder dat ze het
bemerkte het beestje, dat hij in zijn hand had ge
had, op haar mouw gezet en met een quasi-ver-
schrikt gezicht wees hij erop. Met een geweldige
snelheid tippelde de oorworm met zijn vele pooten
naar den mouwomslag van de hofdame en ver
dween in den mouw. De hofdame gilde den heelen
tuin bij elkaar. Alle bedienden kwamen aanloopen
en dansende en springende nam zij de vlucht naar
het buitenverblijf!De tuinlieden lachten zich
krom om de welgeslaagde list van meester Peters.
Intusschen had natuurlijk Amouretta het gegil van
de hofdame gehoord en hoewel zij vreeselijk blij was,
van haar verlost te zijn, kwam haar goede hart
toch in opstand tegen het feit, dat de hofdame
misschien pijn had, dat zij zoo hard gilde. Daarom
wilde zij terug gaan. Maar voordat zij een paar
meter was teruggeloopen, stond Kokkie voor haar.
Hij maakte een eerbiedige buiging.„Koninklijke
Hoogheid", zei hij, „ik verzoek U vriendelijk hier
te blijven. De hofdame güt alleen, omdat er een
oorworm in haar mouw is gekropen. En als U mei
mij meegaat, zal ik U bij drie aardige meisjer
brengen, die zoo graag eens met U zouden spelen
Wilt U dat misschien?"....
„Graag!" riep Amouretta uit, „maar laten we
dan gauw hier weggaan, anders zoeken zij mij
hier en moet ik binnenkomen."
„Volgt U mij maar, Koninklijke Hoogheid," zei
Kokkie beleefd en ging haar voor. „Ach Kokkie,"
zei Amourette," zoo heet U toch immers? Noemt
mij maar gewoon Amouretta, dat vind ik veel plei-
sieriger, dan al dat stijve gedoe."
„Prachtig!" vond Kokkie, en hij tilde Amouretta
op zijn sterke arm; dan draagt Kokkie de kleine
Amouretta op zijn arm naar het speelterrein, dan
zijn we er vlugger. „En. weldra waren zij bij de
molen aangekomen, het erf van baas Akelaar, dat
in een verscholen hoekje van het park lag en zoo'n
'fijn grasveld bezat. Daar waren Annetje, Dolly en
Betty al aan het spelen met hun poppen en Koakie
had voor Amouretta een fijn steEetje poppen ge
kocht met een aardig ledikantje en een echt steeltje
Betty had een mooie popenwagen. Dolly had een
echt poppenservies en Annetje had voor thee, sui
ker en melk gezorgd. En zoo dronken zij me& hun
viertjes want Amouretta was al heel gauw de
dikste vriendinnetjes met de aardige meisjes uit
de poppenkopjes échte thee en ze amuseerden zich
kostelijk.
(Wordt vervolgd).
Ons wekelijksch knippatroon.
Wij brengen ditmaal weer eens een paar keurige
wandel japonnetjes, die speciaal voor gezette figu
ren berekend zijn. Juist voor de zwaardere figuren
geldt de spreuk: .Eenvoud is het kenmerk van het
ware," zooveel te meer. Wij hebben bij het ontwer
pen van deze toiletjes daar sterk rekening mee ge
houden.
Beide jurkjes maken een zeer gedistingeerden
indruk.
No 144: moderne wandeljapon met ajourwerk en
knoopen garneering. Het model van de japon leent
zich het beste voor wollen stof.
Benoodigd materiaal:
3.25 meter van 130 c.M. breedte.
No. 142: elegante japon, vervaardigd van zwarte
zijde, met kantgarneering in een lichtere kleur.
Benoodigd:
4 Meter zijde van 90 c.M. breedte; 11/4 Meter kant
eveneens van 90 c.M. breedte.
Beide patronen zijn in aUe maten a 50 ets. per
stuk, te verkrijgen bij de Afd. Knippatronen", van
de Uitgeversmaatschappij „De Mijlpaal", postbox
175, Amsterdam. Het bedrag kan worden voldaan
per postwissel in postzegels of wel per postgiro
41632.
De lezeressen worden vriendelijk verzocht, bij be-
itelling niet aUeen het nummer van het patroon,
maar ook de verlangde maat (borst-, heup- en tail
lewijdte) op te geven.
Gelieve verder naam en adres duidelijk te vermel
den; men voorkomt daardoor vertraging in de toe
zending.
MUSSOLINI HOUDT NEET VAN SLANKE DAMES.
Italiës mode.
De slanke lijn, die Parijs al jaren lang propa
geert, en die sindsdien hoogtij viert, geldt voor de
dames van alle beschaafde landen" als „ideaal".
In Italië is sedert kort een sterke reactie tegen
deze „hongerlijn" ingetreden. De Italiaahsche „Bond
vand ames-kleermakers" predikt met alle middelen
der propaganda den afkeer van de slanke lijn. Deze
bond wil een zelfstandige Italiaansche mode; en
laat dan ook niets onbeproefd de Parijsche dictatuur
op medegebied te breken. De Italiaansche pers heeft
zich bereidwiUig in dienst van deze beweging ge
steld.
In de bladen verschijnen regelmatig caricaturen,
waarin de onwaarschijnlijk magere dames, gekleed
naar de laatste Parijsche mode, bespot Worden. „Dat
zijn verfranschte Italiaansche vrouwen!", en derge
lijke dingen staan er dan in den bij behoorenden
tekst. Daarnaast worden de modellen afgebeeld, die
ontworpen zijn door de Italiaansche mode-huizen
En tevens staat er dan bij, waarom men de voor
keur moet geven aan deze laatste.
„De natuurlijke vorm van de vrouw is gevulder"
is het motief, dat telkens terugkeert. Het beste pro-
paganda-middel heeft de Bond in het zoogenaamde
.Modepaleis" in Turijn. In dit huis worden de
laatste modellen van de Italiaansche mode-kun
stenaars tentoongesteld. Aan bezoeksters zal het
niet ontbreken.
Men vraagt zich alleen af, of de Italiaansche
dames, hun lijn, die ze met veel moeite en vasten
eindelijk verkregen hebben, zoo maar plotseling op
zullen geven
Het verpotten van Kamerplanten.
Iedere plant verbruikt in den loop van het jaar
de voedingsstoffen, dfe het beetje aarde bevat,
waarin zij wortelt. Het voor jaar is het juiste oogen
blik voor het verpotten-fen in nieuwe aarde zetten;
men moet hierbij heel voorzichtig te werk gaan,
opdat de plant niet beschadigd wordt.
Men haalt de plant uit den pot en klopt de aarde
met een houtje van de wortels af. Zijn de wortels
echter nog omgeven met kluitjes aarde, dan kun
nen deze er aan blijven, want het bewijst ons, dat
er zich nog voedingsstoffen in de aarde bevinden.
Hoe gauwer de aarde uit elkaar valt, des te minder
voedingswaarde heeft ze.
De nieuwe potenmogen niet te groot zijn. De
juiste maat is, als er tusschen de plant en den
rand van den pot nog ongeveer twee centimeter
speling is. Op den bodem van den pot komen een
paar scherven; deze zorgen er voor, dat de water
afvoer niet te snel gaat en verhinderen, dot de
aarde er door valt. Daarover komt een laagje zand,
en dan eerst komt een laag versche aarde. Nu zet
men de plant er in gooit er dan weer aarde bij en
onderzoekt met de vingers, of de aarde wel stevig
genoeg is, en of er geentus schenruimten zijn. Van
boven blijft men twee centimeter onder den rand
om ruimte te hebben voor het begieten.
melkkoffievlekken gemakkelijk te verwijde
ren zijn door het volgende te doen!? Met glycerine
dipt U de vlek af en wascht ze daarna met lauw-
warm water na.
2oolang de vlekken nog vochtig zijn, strijkt mei
ze aan den verkeerden kant op. Zelfs de teerste
weefsels worden hierdoor niet aangetast.
er een eenvoudig middel bestaat tegen slap*,
loosheid!? Een koud compres in den hals en wei
zoo, dat de helft van het achterhoofd bedekt is,
Ook een omslag om het lichaam is dikwijls een
goed middel.
Overdag moeten de personen, dit aan slapeloos
heid lijden veel wandelen, en een zoodanige bezig,
heid kiezen, dat de geest voortdurend bezig gehou
den vordt.
als U visch van te voren in de melk weekt,
veel bruiner en zachter wordt!
U gemakkelijk de vischlucht van Uw couverts
kunt krijgen, als U ze met kolenasch afwrijft
daarna in sodawater naspoelt!?
de vischlucht uit pannen te verdrijven is,
door ze met gebruikte theebladen uit te koken!?
U met verdund wijnsteenzuur inktvlekken uit
leder kunt halen!? De vlek moet dan met schoon
water nagespoeld en is volkomen verdwenen.
Ze hewwe van de week hillegaar niks zaid, wan
hadde 't veuls te drok met stemmen vanzelf.
GRIETJE:
Nou, nou, drukke nering maid.
TRAINT JE:
Brief voor vader, van de kunstmis zekerken
me niks skelenag een briefok wel zok
of zain denk.
GRIETJE:
Voor wie is die ansicht?
TRAINT JE:
Voor main laikt et wel?
GRIETJE
Nou maid, van wie?
TRAINT JE:
Vanvan(iniensen begint ze te gieren van
de leut)van Kees Laienmoet je verheel
de van Kees Laien.
GRIETJE:
Kees Laienwie is nou Kees Laien.... toe!
niet die malle Kees Laien uit et bloote bieneland
TRAINT JE:
(nag gierend van et lachen). Ja. netvan
Kees is et
GRIETJE:
Weet ie den niet dat je met Preek verkeere?
TRAINT JE:
Nei vanzelf nietvader en moedei wote ei
amper, dat hewwe ik en Preek toch ofsproken?
GRIETJE:
Maar weerom stuurt ie jou den een anzicht?
TRAINT JE:
Nouik denk, omdat ek em lesten ders bai
Peet Griet zien heb, toen ik en moeder der
de thee wazze.
Are week komt er weer wat van.
40. Hij riep verscheiden malen, maar zonder resul
taat. „Ik ben bang, dat we het voor vandaag op
moeten geven," zei hij eindelijk. „De vogels maken
te veel lawaai in het woud beneden, dat de inlan
ders m'n stem kunnen hooren. De avond begint te
vallen en we moeten naar het strand teruggaan
voor het donker wordt. Morgen kunnen we naar de
holen gaan en de hulp van die menschen inroepen,"
4i. Vlug aaaiden ze de met gras begroeide neuvel
af en haastten zich naar hun oude plekje onder de
palmboomen. Onderweg hielden ze halt bij de beek
en verfrischten zich aan het heerlijke koele water.
„Daar knap je van op," hijgde Rob. „Als we nu nog
wat voedsel konden vinden. Ik sterf bijna van hon
ger
42. Ze zochten tusschen de boomen naar noten of
vruchten, maar vonden niets. Eindelijk moesten ze
naar het strand terugkeeren. „Ik ben bang, dat we
de holbewoners om voedsel hebben te vragen, of we
moeten morgen wat vinden. Het is jammer, dat we;
heelemaal geen vuurwapenen bij ons hebben, daar
schijnen ze veel vermaak in te scheppen."
43. De nacht viel en nauwelijks lagen Rob en Das
onder de palmboomen, of ze vielen in slaap, zc
moed waren ze. De maan scheen en werp een helde
lcht over de zee, toen om de rotsen heen een b#
geruischloos dichterbij kwam. Aan de voorsteve
stond een meisje, dat scherp voor zich uit tuurde o!
het strand en wenkte de man, die aan het stu"1
stond te landen.
ghe
S Bi
$hi
$N<
ffi
;AAN
Zuid:
Opge
dran
•Inte
verei
H
scha