Licht en Duisternis FEUILLETON Onschuldig verbannen. Langend ijk. poor den yoorziltei (au den Neutralen bond tevens lid van de commissie van advies voor de tuinbouwsteunwèt 1933, wordt een uiteenzetting gegeven over ,deze wet, waaruit wij kunnen op maken dat als de genoemde wet zal worden uit gevoerd zooals thans de plannen zijn er va'n een uitbetaling van den productieprijs der produc ten, welke voor regeeringssteun in aanmerking komen geen sprake kan zijn, terwijl het ook nog niet vaststaat, dat de voor 1933 vastgestelde garantieprijzen, welke twee derde van de pro ductieprijzen zouden uitmaken, worden uitbe taald, aangezien men gebonden is aan de limiet van 5 millioen. gulden. Welke producten voor steun in aanmerking komen zullen volgens de ze wet niet eerder dan na verloop van het jaar 1933 bekend zijn. Aangenomen wordt dat als de limiet blijft gehandhaafd, de steunuitkeering wel zeer gering zal zijn, berekend naar den steun van verleden jaar toen de volle 5 millioen gulden beschikbaar Was, terwijl nu ook nog .de minimumprijzen van (de producten moeten wor den betaald. 2,ij, die hopen op een .spoedig uit te betalen toeslag .zullen bedrogen uitkomen. Wel biedt de wet de mogelijkheid van voorschot ten ,maar de vooruitzichten hierop zijn wel ongunstig te noemen. Dat de minimumprijzen zoo laag zijn gesteld vindt zijn oorzaak in het feit, dat men de producten anders niet dacht te mogen vernietigen, terwijl de mogelijkheid om te kunnen .exporteeren ook als een absolute noodzakelijkheid werd .gezien. j gewas kan goed tot vrij goed genoemd worden. I De stand van kanariezaad, koolzaad en blauw- I maanzaad is sinds het vorige bericht aanmerkelijk I verbeterd. Deze gewassenvertoonen teen goeden stand. De karwij ondervindt nog de gevolgen van het I optreden van de rups en de karwij mot. De oogst van dit product is dientegevolge slechts vrij goed. Het mosterdzaad is eenigszins in stand achteruit- I gegaan; toch staat dit gewas, evenals spinazie- en suikerbietenzaad, goed. De consumptie-aardappelen staan goed tot zeer goed. Hetzelfde kan van de fabrieksaardappelen ge zegd worden. In het algemeen zijn de cijfers voor dit laatste gewas nog iets hooger dan voor het eerste. De suikerbieten en de voederbieten beloven even eens een goeden oogst. De uien staan in Zeeland eenigszins dun. In Noordholland hebben ze van de made van de uien- vlieg te lijden. De stand is vrij goed. Alles goed en wel. als ze maar een goeden prijs mogen opbrengen! füieMwstsjdÜËigeift HET GOUDSCHIP DE LUTINE. Men vordert, het mooie Zomerweer draagt daar toe bij. De bergingstoren, waarmede men wil trachten het goud uit de „Lutine" te halen, zal naar het wrak worden getransporteerd en danafwachten is de boodschap. Rijk of een strop twee kansen Gister tegen negen uur was alles voor het ver trek gereed en werd een begin gemaakt met de expeditie, die de millioenen boven water moet bren gen. Tegen half tien werd de bergingtoren door de sleepboot ..Holland" van de reederij Doeksen naar buiten gesleept en om kwart voor tien was men zon der ongelukken buiten de haven gekomen. Het tran sport staat onder leiding van den vertegenwoordiger van de firma Dros op Texel, den heer N. C. Tailor Kraay. De weersomstandigheden zijn buitengewoon gun stig. Tegen twee uur hedenmiddag bij laag water hoopt men den bergingstoren boven het wrak te kunnen laten zinken. De belangstelling voor het vertrek van den ber gingstoren van de zijde van het publiek was zeer groot. ALTIJD WAT NIEUWS. ZELDEN WAT GOEDS. Een arbeider, die te Wierum buiten den zeedijk eenige werkzaamheden verrichtte op een landings- hoofd, bemerkte aan het eind hiervan een hem on bekend dier, ter lengte van 60 a 70 c.m. Daar hij meende, dat het beest hem zou aanvallen, sloeg hij het dood met een stuk hout. Dierenkenners herkenden het beest als een wasch- beer. Hoe dit dier dat in Noord-Amerika leeft aan de kust der Waddenzee in het wild voorkomt is een raadsel. Binnenland Amendementen op de Landbouwcrisis wet Eenige leden van de Tweede Kamer hebben amendementen ingediend op het wetsontwerp tot wijziging van de Landbouwcrisiswet 1933, lat vandaag in openbare behandeling zal komen. (De heer Lovink c.s. heeft een amendement ingediend waarvan de bedoeling is vast te leg gen, dat de centrale commissie over alle maat regelen ter uitvoering van de 'bepalingen dezer wpt wordt, gehoord. Eten ander amendement wenscht de Kamer eventueel in de gelegenheid te stellen .voor .1935 deze wet te herzien. •De heer van den Heuvel heeft een amendement ingediend, waarvan de bedoeling is te voorkomen dat op een willekeurigen ondernemer korting kan worden toegepast. Slechts een objectieve voor alle in gelijke omstandigheden verkeerende ondernemingen maatstaf mag gelden. Voorts schijnt het gewenscht in een zoo belangrijke zaak het hooren van de commissie voor te schrijven. Een ander amendement heeft de bedoeling, het tweede lid van art. 10a alleen toepasselijk te verklaren op producten, die zoowel geïmporteerd worden als hier verbouwd. W.naneer een crisis product alleen maar geimporteerd wordt, is het moeilijk te spreken van een prijsverschil tus- schen binnen- en buitenland. Voorts heeft de heer van den Heuvel voorge steld om het in art. 1 onder VIII voorgestelde artikel 40 te lezen als volgt: „Zoodra de heer- schende buitengewone "tijdsomstandigheden heb ben opgehouden te bestaan, dóch uiterlijk 1 Januari 1936', zal aan de Staten Generaal een voorstel van wet worden gedaan, waarbij de in trekking van deze wet, zoomede de overgang tot den normalen toestand wordt geregeld." He heer Joekes heeft bij amendement voorge steld om na art. 35 een nieuw art. 35b in te voegen, luidende: ,,Na het vaststellen van een bepaling als bedoeld in art. 910— 10a of 10b wordt daarvan zoo spoedig mogelijk medeiee- ling gedaan aan de Staten Generaal, vergezeld yan een toelichting." (Driemaandelijks wordt door onzen minister aan de Staten Generaal verslag uitgebracht over de toepassing der krachtens de artikelen 910 —10aen 10b getroffen maatregelen." Handelsblad. I De veldboonen vertoonen een goeden stand. j In Groningen is de peuzetting op vele gronden j belemmerd door droogte en warmte in den voor- i zomer. Zooals ook reeds in het vorige oogstbericht werd medegedeeld, loopt de stand van de erwten vrij sterk uiteen. Het optreden van St. Jansziekte en knopmade was daarvan mede de oorzaak. In Zeeland worde nde schokkers vrij slecht genoemd. De bruine boonen hebben een goeden stand. In Groningen is het vlas te kort gebleven; in Zee- land werd de achterstand eenigszins ingehaald. Het Afgescheiden van de vraag, of hun lot er a! of niet door verbetert, valt het niet te ontkennen, dat de menschen veranderen met de opvattingen en denkbeelden, welke van overwegenden invloed op hun bestaan worden, tengevolge van, hetzij andere omstandigheden, uitvindingen of wetenschappelijke ontdekkingen. Als wij b.v. alleen maar eens na gaan, ,.Maar zij mag niet in het leven blijven" zeide de markies fet ruwe stem. „Zij is de rechtmatige eige nares mijner titels en goederen en kan er ieder uur bezit van nemen. Zij moet sterven. Nu wil ik haar dood." ,Ja, maar nu is er iets anders tusschen gekomen, zeide Pierre koel. ,Haar vader is hier, he houdt zich in de kapel verscholen." „Dood en duivel." ,En wat het slimtse is hij wordt door politieagen ten uit Londen vervolgd. Deze zijn thans in de kapel en wachten tot hij te voorschijn komt." De markies steunde ..Hij zal dezen nacht gevangen genomen worden" ging Renard voort, .alles wat je doen kunt, is je koelbloedigheid bewaren. Alvorens lady Wolga iets van zijn tegenwoordigheid alhier verneemt, zul je haar het woord afdwingen, dat zij je huwen zal. Ik raad je aan, van avond nog naar haar toe te gaan. Morgen verspreidt de telegraaf door geheel Engeland het bericht, der gevangenneming van lord Stratford Heron." De markies was onthutst. „Verzeker je van lady Wolga," drong Renard. „Laat na het dienr een rijtuig voorkomen en spoed je tot haar. Dat is de beste raad dien ik je geven kan. Ik zal er voor zorgen dat het meisje je niet lastig valt of afstand doet van het bezit van Montheron met zijn titels en goederen wel te verstaan, als je mij voor dien dienst betaalt wat ik daarvoor ver lang." Lord Montheron veegde zich het zewet van het voorhoofd. „Red mij van de dreigende kwaal der armoede en vertwijfeling. Renard" riep hij kermende. „Sta mij bij. Alles komt op jou aan Pierre. Slechts als je het meisje uit den weg ruimt, kan ik weder vrij ademen." „Welnu," zeide Pierre somber, „ik zal het uiter ste beproeven. Nog heden nacht zal zij of ik." ZES EN VIJFTIGSTE HOOFDSTUK. Toen lady Wolga Clyffe vergezeld van haar vrien din lady Madrkham en gevolgd door haar kamenier, Felice, en een bediende, voor Clyffebourne stilhield, stroomde uit elk venster een zee van licht, en de deuren waren ten teeken van welkom Wijd geopend. In de voorzaal tredende, zag zij naar Alexa rond. en haar niet bemerkende, vroeg zij, of miss Strange gekomen was. Men antwoordde har, dat de jonge dame zich naa rhaar kamer begeven had. „Meld haar mijn aankomst" zeide lady Wolga „en zeg haar dat ik haar hier verwacht." Zij ging naar haar kleedkamer. Haar koffers wa ren reeds voor haar aangekomen en Felice was bezig een daarvan uit te pakken, en legde een kleed voor haar meesteres gereed. Lady Wolga was ongeduldig Alexa te zien, trad juist in haar boudoir toen er aan de deur geklopt werd. De lady opende zelf en hét jonge meisje trad haar tegemoet. Zij groette haar hartelijk en omhels de haar. Alexa's hart klopte en de liefde perste haar de tranen in de oogen, toen haar hoofd aan de borst van haar moeder rustte. Zij omhelsde de lady zoo innig dat deze er door verrast werd. Naeen poos liet zij het meisje los, en zeide: „Ik kwam op je verzoek naar heir, Alexa, Je brief was vrij duister, en sedert het oogenblik dat ik hem ontving, gevoel ik mij zeer ongerust. Ik verbeeldde mij dat je schrijven op een of andere wijze in verband stond met je bezoek in Londen, en dat je nieuwe ontdekkingen gedaan had. Is dat zoo?' „Hetis zoo," antwoordde Alexa. ,Ik heb den ei- gennaar van den ketting opgespoord, waarvan ik u een paar schakels gegeven heb. Deze bevindt zich in het juweelenkistje van Pierre Renard." ,Van Pierre Renard", riep lady Wolga verrast uit. „Dan heb ik mij vergist." „Dacht u dat de ketting een ander dan Pierre Renard toebehoorde.?" „Ja, ik meende hem jaren geleden bij Roland Ingestre gezien te hebben. Alexa herhaalde haar bezoek op den molen en wat zij daar ontdekt had, haar onderhoud met mr. Dal ton en de aanwezigheid in het kasteel van een ge- de fiets In 't kort tijdsbestek, dat het tegenwoordig gesiacht nog heeft meegemaakt, ten opzichte van afgelegen plaar.ï.en al gedaan heeft, is deze ver andering belangrijk. Heele groepen dorpelingen, die vroeger door hun isolement onbekend met vreem delingen bleven, stonden daar vijandig tegenover •erwijl er nu tegemoetkoming en waardoering voo* in de plaats gekomen zijn. Menigeen dankt aan het gemakkelijk vervoermiddel zijn werk, meerdere ont wikkeling en welvaart. Dat de plaatselijke eigen aardigheden van taal en kleeding er te/ens door verdween is lammer, doch een bewijs te meer, dat verplaatsing en .indere opvatting de menscne i vi - andert en vervormt. Het visschersvolk, dat de ge varen der zee kent, heeft ontzag voor de Almacht en leert bidden. Bewoners van woestijngebieden, die een beschermend dak weten te waardeeren. zijn gastvrij voor den reiziger, doch het is voorzichtig, wat met grootstedelingen op te passen, omdat deze in 't algemeen uit zelfbehoud bij de hand en achter dochtig zijn. Dat een driftig persoon in tegenwoordigheid van zijn meerdere geen last van woedebuien heeft, Is bekend, eenvoudig omdat het geen pas geeft. Hij ziet tegen dengene die In zijn omgeving is op, doch niet zoodra verneemt hij dat deze meerdere niets te zeggen heeft, of het respect verdwijnt en meteen komen de gevaarlijke driftbuien weer terug. Een niet redeneerend dier houdt alles wat het waar neemt voor levende, bewust handelende wezens en ook volken, welke nog op lagen trap van ontwik keling staan, zien schaduwen, wolken en hemel lichamen voor beschermende of dreigende geesten aan. Naarmate zulke geesten of engelen zich lang zamerhand los maken van de voorwerpen of waar neembare kenteekenen, welke hen voorgesteld heb ben. nemen ook de mythen, waarvan zij de hoofd personen uitmaken, een vasteren vorm aan, waarin zij dan door de leden van een geheelen stam of door een volk kunnen worden vereerd en het zijn vooral de astronomische en astrologische denkbeel den, welke daarop invloed hebben gehad.. Dit ligt voor de hand, daar er in den tijd van him ont staan nog geen couranten en geregelde nieuwsbe richten uitkwamen, zoodat de veranderlijkheid der sterren met de oorzaak van alle gebeuren vereen zelvigd werd. Men moet dus niet meenen, dat onze vroegere voorouders, voor het begin onzer jaartelling dezelfde wereldbeschouwing hebben gehad, welke ons met behulp van verrekijkers, sextanten, photografie, drukpers en dergelijke hulpmiddelen, langzamerhand deelachtig geworden is. doch dat zij moeder Aarde als de voortbrengster van de hemellichamen be schouwden en het licht als den Vader. Er was nog geen sprake van één bovennatuurlijke Scheppende Macht, gelijk men tegenwoordig in de J>eschaafde landen aanneemt, doch de mannelijke en vrouwelijke principes, goed en slecht, actief en passief of de dualistische tegenstellingen welke men in 't algemeen door Licht en Duisternis kon symboliseeren, hebben de stof geleverd voor de denkbeelden der oudere wereldbeschouwing; waar- b.v. het Oude Testament nog wel eens een over blijfsel bevatten wil. Als men daarin soms onbegrij pelijke dingen leest, zoo moet dat ongetwijfeld in verband staan met ons gebrek aan kennis van de wereldbeschouwing der oude schrijvers. Het is hier de plaats natuurlijk niet om op theo logische onderwerpen in te gaan, doch wel om den lezer er opmerkzaam op te maken, dat de stand wetenschap slechts geleidelijk aanleiding heeft ge geven eerst tot de meening dat de Aarde net als een voortbrengend ei op den chaotischen oceaan rustte, toen dat zij een vlerkanten vorm had en pas later dat de Dierenriem zich ook tot onder haren horizon uitstrekte, zoodat de Aarde zich in het midjjen des Heelals bevindt. Wat volgens oude ver halen in den winter geschiedde, kon dus door het kwaad beinvloed gedacht zijn, zoodat daar niet bepaald iets satanisch mee bedoeld behoeft te zijn. gelijk wij dat tegenwoordig opvatten, want door de beproeving in dei oncjerwiereld ontdtond immers loutering. Voorstellingen betreffende windstreken, als het Z. O., van waar de zon schijnt op te komen als de voorjaarsonweders en -regens aan de orde zijn, zouden ook niet met Zeus of Jupiter vereen zelvigd zijn, als men geweten had, dat de zon niet helm politieagent, die daar als stoker werd aan- gSLady Wolga luisterde met groote belangstelling. Eindelijk verhaalde Alexa haar vroegere ontdek king der diamanten, die Renard in het graf onder de kapel verborgen had. „Jehebt goed gedaan mij te schrijven, Alexa zeide lady Wolga. „Ik zal mr. Dalton laten verzoeken met mij te komen spreken. Er moet tot lord Strat- ford-Herons rechtvaardiging en tot herstel zijner eer iets bepaalds ondernomen worden. Ik wenschte slechts, dat de arme onschuldig veroordeelde nog ito leven was" voegde zij er met een diepen zucht blLady Wolga schreef een brief aan mr. Dalton en verzond hem dadelijk. Daarna ging zij naar haar kleedkamer terug om haar toilet te maken voor het diner. Alexa begaf zich naar de gezelschapskamer, waar zij na eenigen tijd lady Markham ontmoette. Deze wierp haar een hoogmoedigen blik toe grotte haar met een trotsch hoofdknikje en trad naar den haard. Geen van beiden sprak een woord totdat lady Wolga verscheen. Na het diner keerden de dames naar de gezel schapskamer terug. Lady Markham had iets in haar kamer te doen. en Alexa maakte van haar afwezig heid gebruik, om lady Wolga de aanslagen van Pier re Renard op haar leven te verhalen. „ón heb je dit alles voor mij en mijn echtgenoot onderstaan?" riep de lady uit met tranen in haar donkere oogen. „God zegene je, mijn kind. Het was Zijn hand die je tot mij voerde. Ik zal je nooit van mij laten weggaan." Lady Markham's terugkomst belette haar te ant- Kort daarop hoorde men dat een rijtuig de laan opreed en voor den hoofdingang stilhield. Even daarna werd lord Montheron binnengelaten. Zijn komst op Clyffebourne na den geheelen dag in het gezelschap der lady te zdjn geweest, kwam lady Markham bijzonder gewichtig voor. Zij trok zich aan een venster terug, bezig met een handwerk. Het was bijna tien uur. Alexa sloop ongemerkt opkomt doch slechts dat effekt maakt, omdat de aarde om haar as draait; dat electriciteit den bliksem doet ontstaan en het geluid van den don der het gevolg is van luchtverplaatsing. In plaats van den toorn der goden te vreezen of huune gun sten te vragen, heeft Benjamin Franklin den blik sem echter al langs een metaaldraad naar beneden geleid, terwijl de moderne ijscoman Veraart zelf al regen tracht te verwekken! Naar gelang van de schijnbare veranderingen der zon, noemde men vroeger te windstreken van waar zij z.g. opkomt als er overvloedig licht en warmte is, goed en beschouwde die aan den duisteren kant. waar de zon onder gaat als de oorden der beproe ving. Aan de andere zijde van den Evenaar zou men dan moeten spreken van de eeuwige duis ternis van het Zuiden, terwijl over de geheele be schaafde wereld enkel van het donkere Noorden gesproken werd, omdat van dien kant de Zon nooit opkomt, doch dat komt doordat er op het zuidelijk wereldhalfrond nog geen noemenswaardige eigen cultuur bestond, ook al omdat daar meest water is, met weinig communicatie in die dagen. Zoo gol den algemeen de windstreekonderscheidingen voor de Oost- en Zuidzijden als de goede en die van het Z.W. tot aan het N. voor de dreigende zones. Over eenkomstig de gedragingen van de Zon, gedurende haren vermeenden j aarlij kschen rondgang, hadden alle acht windstreken, waarin men de Aarde ver deelde, hun waardebepaling volgens een karakte ristiek trigrammensysteem, in overeenstemming met de belichting der aardsche windstreken, hetwelk, tot een praktisch bruikbaar cijferschrift uitgewerkt pas in de tiende eeuw van uit het Oosten naar Europa doordrong, doch later weer vervangen is door het gemakkelijker tiendeelig systeem. Het aan het zonlicht jontleende tripleschrift bestond uit heldere cirkeltjes en donkere stippen, welke in waarde verdubbelden, naar welke zöj van af de licht zijden naar die der duisternis verplaatst werden. Dienovereenkomstig is de plaats van den Ooster- schen vorst nog altijd officieel in het N. omdat hij immers de moedige is en zich dus het verst in 't gevaar durft te begeven. Wij spreken dan ook nog wel van Orient en Occident als van het Oosten en Westen, omdat orire „leven wekker" beteekent en occidere „dooden". Voor gemakkelijk dagelijksch ge bruik. Ook door kooplieden, werd het cijferschrift horizontaal genoteerd van Oost naar West. oo®was b.v. 1; oio 2; 099 3; (2 1)900 4; 90090 18 (16 2);jo9o'o 42(32 8 2), 999 o®o 58 (32 16 8 2) enz.Men kan dit gemakkelijk afleiden uit de beteekenis welke men aan de windstreken gaf, in verband met de zich elk jaar herhalende „reis" van de zon. Pas na den kort- sten dag herboren, komt zij op in het Z.O. en ver plaatst zich dan wat de opkomst betreft al groeiend, in oostelijke richting. Dus kreeg "net Z.O. het begincijfer 1 00 Met Lentenacht evening wordt het O. bereikt, cijfer o 90 2 en niet Sint Jan, midden in den zomer, komt de Zon in het N.Ó. op, cijfer 099 3. Nu bedenkt de „reiziger" zich schijnbaar eenige dagen (zonnestilstand) doch daarna keeren de zonsopgangen naar hét O. en Z.O. terug. De consequentie van het reisplan deed de route echter overspringen van het N.O. naar het vlak daartegenover gelegen Z.W. waar de Zon on dergaat en dat het volgend cijfei 9 00 4 kreeg, waarop het W. volgde met 9 °9= 6 „Herfstnacht evening) en het N.W. met 99 0= 6, om te besluiten met het maximaal donker drietal 9** 7 als aan" duiding van het koude Noorden. Hier kon de Zon 's nacht, naar men meende, tot op het water afda len, waarop de aarde dreef en vandaar kon, met een opkronkelende slangvormige beweging, de verlos- singsweg uit de diepten der duisternis verder leiden naar het Zuiden, dat eigenlijk 't cijfer 9 000 8 verdiende, doch noodzakelijk tot 000 o gedegra deerd moest worden, opdat de jaarlijksche reis van voren af aan herhaald kon worden. In het belang van de regeneratie moest de oud geworden reiziger dus zijn hoofd verliezen (de 8 werd ook wel vertikaal geschreven als en de oude O zon stierf dus om, als verjongd, weer opnieuw van uit het Z.O. boven den horizon te kunnen verrijzen. De „wederopstanding" met als gevolg verjonging van de natuur en komst van de Lente. de kamer en het huis uit. Wellicht wachtte haar va der haar reeds. Zij liep snel over het terras naar de klippen. nacht was duister, de wind woei hevig een eigena .dig sissen en bruisen Kondigde een na derenden storm aan. Een volslagen uur liep Alexa on.astig heen en weder. Een ander rijtuig kwam den vrederechter brengen. Het was eindelijk elf uur geworden. Alexa's angst steeg met ieder minuut. Ik zal hier den geheelen nacht blijven, als hij niet komt" dacht zij. „Hebben zij hem gegrepen? O, vader, vader!" De angst vanhet meisje werd onuitstaanbaar. De duisternis nam steeds meer toe even als het loeien van den wind en het bruisen der zee. Wat was dat daar ginds. In de verte bewoog zich een donkere gedaante, en Alexa herkende haar vader. Hij hat het plateau bereikt en kwam op haar af. „Vater" riep het meisje zacht. „Alexa" antwoordde hij buiten adem. ,Ik word vervolgd. De politieagenten en Renard zijn dicht achter mij. Zij zijn mij van het kasteel af gevolgd. De terugweg is mij langs alle kanten afgesneden. Er blijft mij niets meer over dan de dood." Zijn vertwijfelde stem vervulde het meisje met weet niet wat u zegt." „Mijn arm kind ik ben in het nauw gebracht. Mijn vervolgers zitten mij op de hielen, t Is niet meer mogelijk te ontsnappen. Een smadelijke dood door beulshanden te vreijdelen, ziedaar het eenige wat ik voor oju en Wolga nog doen kan. God sta mij bij, daar zijn ze." Alexa hoorde in de n abijheid roepen en kon door de duisternis nauwelijks de verschillende gestalten onderscheiden. Plotseling viel haar iets in. „Zij zullen in het huis van uw gescheiden vrouw, niet naar n zoeken, vader." fluisterde zij. „Kom ,ik zal u daar verbergen, totdat de vervolgers verdwenen zijn."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1933 | | pagina 9