trzrrgtfiSMiSÏÏStXSgi ïr«2S&S~.r»
De helper in den nood
De vroolijke kant.
Waar vrouwen graag van lezen.
Wat niet iedereen weet
Uit ons nummer van 6 üug. 189
Rob die Avonturier
heel a
hij op
gebrai
In Be
ik hei
telde
ven ti
Mai
door
der c
of. m
in ell
gijzel
schar
brief
brugi
gewo
ziekt
kwijl
In d
gron
De
Om
naai
lieze
In
en i
a.
Moeder was al heel lang ziek. Vader werkte den
heelen dag van 's morgens vroeg tot 's avonds, maar-
ach, het hoognoodige zelfs ontbrak nog, want mo.e-
der had dure medicijnen noodig. Jan en Piet waren
nog te jong om mee te helpen verdienen, want als
je pas vijf en zies jaar bent, gaat dat niet zoo heel
gemakkelijk. Jan, de oudste, had er toch iets op
gevonden, om soms met een paar centen thuis te
komen, die hij dan met een stralend gezicht aan
moeder kon geven, want de buren, die zelf ook erg
arm waren, hadden toch erg te doen met het huis
gezin van de zieke buurvrouw en nu mocht Jan, die
zeer vlug en pienter wasf wel eens boodschappen
voor buurvrouw gaan doen, waarvoor hij dan een
paar centen kreeg.
Nu lag het dorp waar zij woonden aan den straat
weg naar de stad toe, doch dat was wel anderhalf
uur loopen en voor Jan duurde dat nog wel langer.
Eens moest buurvrouw beslist een boodschap ge
daan hebben in de stad, doch niemand was er, die
dat kon doen. Eindelijk besloot zij het maar even
aan Jan te vragen, doch hoewel hij nooit zoo ver
was geweest alleen, besloot hij, als Piet mee wilde,
dat het wel gaan zou. Nu, je begrijpt, Piet vond
het een buitenkansje en weldra gingen zij hand
aan hand den straatweg op naar stad. Buurvrouw
had gezegd, dat, als ze terugkwamen, Jan een héél
kwartje zou krijgen, een héél kwarje, dat beteekende
dat vader zooveel aardappelen kon koopen, dat ze
allemaal genoeg zouden kunnen eten. Vol moed
togen zij dan ook op weg.
Aan beide zijden van den weg was bosch en
natuurlijk was er in dat bosch wel heel erg veel
te zien, maar noch Jan noch Piet hadden ergens
anders gedachten voor, dan voor de boodschap in
dè stad. Na zeven kwartier kwamen zij dan ook
voorbij de eerste huizen en spoedig daarna zagen
zij den winkel, waar de boodschap gedaan moest
worden. Al heel gauw keerden zij nu terug.
Weer op den grooten weg gekomen, hoorden de
kinderen een oud vrouwtje heel erg hoesten aan
den kant van den weg en zij gingen er even heen,
o mte zien, of zij iets voor haar konden doen. doch
ze zei: „Neen, lievertjes, jullie kunnen niets voor
me doen, want wat ik noodig heb zijn kruiden, die
hier diep in het bosch groeien. Maar ik ben al zoo
oud en zoo zwak, dat ik bijna niet meer verder kan".
„Nou", zei Jan, „dan zullen we U wel helpen zoe
ken; zegt U maar, wat voor kruiden U hebben
moet."
De oude vrouw ging met hen mede en wees hun
welke plantjes ze moest hebben en plukte er één,
om het hun te laten zien. Jan en Piet gingen zamen
aan het zoeken, maaar hoe zij ook keken, nergens
zagen zij het plantje en raakten al verder en ver
der van den grooten weg af, tot zij Opeens bemerk
ten, dat ze ook het oude vrouwtje niet meer konden
vinden. Eerst besloten zij te roepen, maar dat gaf
niets. Piet begon te huilen en verlangde zoo naar
huis, naar moeder, dat Jan, hoewel de oudste en erg
flink, zijn tranen ook niet meer kon-inhouden. Hce
meer zij heen en weer liepen, hoe meer ze verdwaal
den en eindelijk gingen ze maar zitten en afwach
ten. Toen zij een tijdje gezeten hadden en flink
waren uitgerust, begonnen zij weer te zoeken en te
roepen.
Opeens kwam er een oude man te paard aan, die
hun vroeg, wat er aan scheelde. Heel angstig keken
zij naar dat groote paard en die man leek wel Sint
Nicolaas met zijn mooie witte baard.
Bijna durfde Jan niet te antwoorden, doch al zijn
moed verzamelde hij en zei: „Wij zochten kruiden
voor een oude vrouw, maar konden ze niet vinden
en nu zijn we den weg ook verloren. Moeder zal zoo
ongerust wezen en ze is zoo ziek; misschien moeten
wij wel iets voor haar doen en nu zijn wij hier".
De oude heer vroeg hun, wat moeder mankeerde.
„Ja", zei Jan, „ze hoest altijd zoo, vader geeft haar
dure dranken en het helpt heelemaal niets".
„Zoo," hernam de oude man. „Ik zie, dat jullie
een mandje bij je hebt. Welnu, volg me maar". Bij
een struik vol witte bloempjes gekomen, zei hij: Toezending zal geschieden na ontvangst van het
„Jongens, pluk nu gauw je mandje vol van deze bedrag, dat kan worden overgemaakt in postzegels,
witte bloempjes en als je nu thuis komt, moet je per postwissel of per postgiro 41632.
tegen vader zeggen, dat hij hiervan thee zet en het De lezeressen worden vriendelijk verzocht bij het
moeder moet laten drinken. En dan zul je eens wat nummer van het patroon ook de verlangde maat
zien". op te geven; d.w.z. boven-, taille- en heupwijdte.
Jan en Piet plukten en plukten, zoodat het mandje Gelieve verder naam en adres duidelijk te ver
in een ommezien boordevol was. „Zoo. gaan jullie melden. Toezending zal dan zoo spoedig mogelijk
nu maar weer mee, want ik weet wel, wie jullie geschieden,
bent. Ja, Jan is een flinke jongen, die altijd bood
schappen voor de menschen doet en de centjes aan
zijn moeder geeft en omdat jullie nu direct het oude
vrouwtje hebt willen helpen, zal ik jullie weer op
weg naar huis helpen".
De kleintjes liepen vlug voort en plotseling zagen
zij tusschen de boomen hun huisje staan.
Toen zij zich omdraaiden, om den ouden vrien
delijken man te bedanken, had hij zich reeds omge
keerd en galoppeerde weg. Eerst stonden ze even
beteuterd te kijken, maar de blijdschap van thuis
SmakeSijk eten
AARDAPPELBALLETJES.
Benoodigd: 1 dekschaal koude aardappelen, 1 stuk
boter ter grootte van een ei. 2 eieren, 2 groote be
schuiten, een friture.
Bereiding: Wijrf de aardappelen zeer fijn of doe
te zijn, deed hen naar huis rennen. Vader wasze een aardappelpers, roer de gesmolten boter
juist thuisgekomen en moest nu het heele verhaal en 2 eierdooiers er door, daarna even vóór het bak-
aanhooren. Onmiddellijk nam hij de witte bloempjes ken j^et tot schuim geklopt eiwit. Is het deeg te
uit het mandje en zette er thee van, die hij aan
moeder gaf. OnderwijL waren Jan en Piet de bood
schap bij buurvrouw gaan brengen en toen zij even
later met het kwartje stijf in de hand geklemd thuis
kwamen, zat moeder met een heel blij gezicht in
bed en zei, dat zij zich al heel veel beter voelde
droog, dan een scheutje melk er bijvoegen. Maak
van deze massa kleine, ronde balletjes, zoo groot als
een flinke knikker, haal deze door het eiwit, dat
even geklopt met een eetlepel koud water op een
diep bord klaar staat. Dan worden ze in de fijnge
stampte beschuit gerold en vlug in de goed heet
HUMOR.
Goed antwoord.
Een vroolijk gezelschap van handelsreizigers
in het rotel gezellig bijeen, toen een collega binnen,
trad: „k ben geweldig blij je te zien, menschen'
riep hij.
„Hetzelfde kunnen wij, tot onze spijt, niet van
eeggen."
„Och, dat zou je wel kunnen, als je even
liegen kon als ik", was het antwoord.
De Wekker.
„Wat is toch dat lange koord, dat daar boven
bed hangt?"
„Dat is mijn wekker. Als ik er hard aan trek, ben
ik in een handomdraaien wakker."
Den volgenden dag was moeder weer heelemaal gemafte friture lichtbruin gebakken. Haal ze met
hersteld, maar het oude vrouwtje en den ouden man
hebben Jan en Piet nooit meer terug gezien
ONS WEKELIJKSCH KNIPPATROON
Ditmaal weer een paar bijzonder charmante mo
delletjes voor de minder slanken onder onze leze-
ssen.
No. 148: keurig wandel japonnetje van grijze,
blauwe, beige of bruine stof. Eenvoudig, maar ge
distingeerd model. De eenige garneering bestaat uit
een smal, wit zijden randje langs de halsuitsnijding,
en een aardige knoop. De voorbaan van de rok is
heel apart, door de aan elkaar gestikte klokstukken
Benoodigd: 5 a 6 Meter stof, en voor het randje
25 c.M.
No. 153: aardig huisjaponnetje voor de warme
dagen van bedrukt katoen of mousseline. In ieder
geval is het aan te raden voor dit jurkje een goed
waschbaar stofje te kiezen.
een schuimspaan er uit, laat ze goed uitlekken en
leg ze op een vel grauw papier, waarin het ove:
tollige vet trekt. Daarna in een open dekschaal
ze in een matitgen over warm houden.
N.B. Een friture is een kleine, diepe pan,
gevuld met het gelijke gewichtaan gesmolten reuzel
en gesmoolten kalfsvet, f haalf gevuld met slaolie,
Om daarin iets te bakken, moet het vet zoo heet
gemaakt worden, tot er een blauwige walm afslaat.
De japon is afgebiesd met effen materiaal.
Door de schuine punten in het blousje en in den
rok maakt de japon zeer slank. Het mouwtje heeft
een grappig split, dat gesloten wordt met een strikje.
Benoodigd: 4.50 a 5 M. katoen of mousseline.
i
Beide patronen zijn tegen den prijs van 50 ets.
per stuk* te verkrijgen bij de „Afd. Knippatronen"
van de Uitgeversmaatschappij „De Mijlpaal", post
box 175 te Amsterdam.
Dezer dagen stierf een Iersche matroos, die hou
der van een eigenaardig record was: hij was name
lijk 1300 maal den Ahlantischen Oceaan over ge
weest.
Geregelde autobussen doen thans dienst op vaste
trajecten door de woestijn de Sahara.
Birmingham heeft gemiddeld een winkel op iedere
acht en veertig inwoners; er wordt gezegd, dat daar
in sommige wijken meer winkels dan klanten zijn.
Door middel van een nieuwe uitvinding kan de
patient thans de boor van den tandarts onmiddel
lijk tot stilstand brengen; hij houdt de „controle"
in de hand en met een druk op het knopje ïkan
hij den electrischen stroo mverbreken.
Onder Michael van Venetië werd in 1124 geld van
leder gemaakt uitgegeven. Ook in Rusland vervaar
digde men in 1290 geld van leder.
De Tartaren hadden in de Oudheid geld van
schelpes, boomschors en leder, waarop zich het zegel
van den Khan bevond.
In Santa Anna, Californië, woant een negerin, die
naar beweerd wordt, 170 jaar oud is.
Men heeft uitgerekend, dat een volwassen mensch
ongeveer 1355 pond per jaar eet.
De ergste aardbeving, die ooit heeft plaats gehad
was die van 1 September 1933 in Japan..
Francesco Petrarca, de grootste lyrische dichter
van Italië en de grootste geleerde van zijn tijd
(13041374) haa!tte den nachtegaal. Zijn lieve
lingsdier was de kikvorsch.
PUBLICATIE.
Burgemeester en Wethouders van Noordschar-
woude gelet op art. 16, alinea 2, der wet van
Juni 1875 (Staatsblad no. 95) brengen ter kennis
van belanghebbenden: Dat ter secretarie alhier
heden zijn ter visie gelegd het verzoek met daarbij
behoorende bijlagen van VOLKERT NIJMAN, brood
bakker te Oudkarspel, om vergunning tot het op
richten van een broodbakkersoven, in het perceel
te dezer gemeente, kadaster sectie C, 1501. Verder
de gelegenheid voor ieder bezwaren daartegen in
brengen. De burgemeester C. Kroon, de Wethouder,
K. Slotemaker.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Van de 162 kiesgerechtigden te Zuid schat-'
woude zijn bij de op 1 dezer gehouden herstemming
ter verkiezing van een lid voor den gemeente:
(vacature P. Berkhouwer) 122 opgekomen. Afia.ntaj
uitgebrachte geldige stemmen 121, waarvan op den
heer Klaas Cz. de Boer 88, en op den hefer Cornell:
Berkhouwer 339. Gekozen is alzoo de he'er Kraas Ci
de Boer.
De rekening over 1892 der ge>meente Zuid
scharwoude. den 28 Juli 1.1. den Rapid aangeboden
wijst in ontvang aan f 14144,75 in uatgaaf f 14112.1
batig saldo f 32.25. Zij werd commissoriaal gemaakt,
ter fine van onderzoek en rappwrt. Aan hoofde
lijken omslag werd ontvangen f 2376. nl, aan vergoe
ding onderwijs f 1134.08, en schoolge.hWie
daarentegen vorderde het onderwijs een pHrCgaaf
van f4966,56; het armwezen f684.10; rente en ai-
lossing van geldleening f 1848.75.
BERICHTEN.
Te Koog aan de Zaan is een kolf wedstrijd gehou
den, waaraan werd deelgenomen door 93 personen,
le serie W. Tensen, Schellinkwoude, 50 p.; A. Kist,
Zuidscharwoude 44 p.; P. Schenk, Wieringerwaard
45 punten.
Biljartwedstrijd: le prijs A. Kist, Zuidscharwoude:
2e prijs F. v. d. Deuer, Enkhuizen; 3e prijs A
Bronkhorst, Haarlem.
MARKTBERICHTEN
Noordscharwoude. Bloemkool f 3.00, 4.00, 5.00. 6.00
9.00, 10,00; Middelbare f 2,00, 3,00, 4,00. Uitschot 1.50
2,25. Roode kool f 6,00, 7.00. Witte kool f 8.00, 9.00,
Broek op Langendijk Aardappelen f0,751,00 per
mand. Bloemkool f 5.75, 7.00, 10.13.0C-. Lichte 280
4.00, 5,00, Roode kool f6,00—8,00; Wortelen 1,80-
3,00, 4,30 per 100 bos
96. „Ze hebben ons gezien, Rob!" schreeuwde hij en
volgde Rob zoo vlug hij kon. Maar het oogenblik op
onthoud bleek bijna noodlottig te zijn. Want voor hij
den overkant bereikte, kletterde het water weer neer
op den steen. Gelukkig zag Rob het gevaar en trok
hm spoedig in veiligheid.
97. „Dat was net op het kantje," hijgde Rob. „Maar
nu het water weer met volle kracht stroomt, zullen
de inlanders niet dadelijk over den steen kunnen
komen. We hebben dus in ieder geval een voor
sprong." Ademloos liepen ze door de tunnel tot ze op
het laatst de ingang tot de grot op de kust bereikten.
98. Ze klauterden langs den rotswand naar beneden
en Rob uitte een kreet van blijdschap, toen hij een
cano in het water zag liggen. Wetende, dat de inlan
ders ieder oogenblik konden komen, scheepten ze
zich zoo gauw mogelijk in en pagaaiden zeewaarts.
99. „Zelfs al zou het watervliegtuig het eiland ver
laten hebben, maken, we nog een mooie kans om te
ontvluchten," riep Rob onder het roeien uit. „Als de
zee maar kalm blijft, kunnen we best onze woon
plaats bereiken." En vol hoop pagaaiden ze voort,
zoo hard ze konden.
vorschen, terwijl zijn oogen zien Aan v,...,
den geringsten trek in het gelaat van den baron
niet te ontgaan.
,,In de pastorie is hij", riep Ruschbeck en hij
daar in de pastorie gelegen. IK/heb nooit met jou j uie I11J mc.pi weten wat hij keld. onder tienauizenaer. zou u vui.u
persoon is en een goed karakter heeft, maar hij wel, dat hij onafhankelijk van mij is, want hij ont
„Reik mij de hand, jonge vriend.'