De Schermeer 1633 j_ 1933 Een voorproefje van de komende Feesten Buitenland Zelfkennis is wel de lastigste en moeilijkste en diepzinnigste van alle studiën, want de bibliotheek, waaruit wij te putten hebben, is, hoe portatief ook, zeer samengesteld en rijk, en wordt gedurig met zeldzame bijdragen aangevuld en uitgebreid. En zij is jJ. Maandag weder een nieuwe bijdrage rijker geworden. Wij tastten eens in eigen boezem en gingen ons zeiven eens bestudeeren in anderen, want, wij leeren eerst de menschen een weinig kennen, daarna den mensch en ten allerlaatste onszei ven. Dat zat zoo. Wij hadden een uitnoodiging ontvangen om eer.e persconferentie bij te wonen. Dat is eigenlijk een heel deftig woord, in verband met het feit, wat de samenkomst der pers in dezen beteekende en be doelde Geachte lezers, leest het opschrift boven dit artikel. Dan zult ge begrijpen, dat het doel, dat met die samenkomst werd beoogd, tweeleedig was, n.l.: De aandacht te vestigen op de komende feesten, die ter gelegenheid van het driehonderd-jarig be staan van den polder „Schermeer" zullen worden gehouden en de vertegenwoordigers der Pers een voorproefje te geven van de wijze waarop dit arie honderdjarig jubileum zal worden herdacht. En nu komen wij op onze zelfkennis neer ert te- schamend erkennen wij, dat wij van anderen neer iets hebben geleerd, tot iets zijn opgewekt, dat wij misschien als overdreven zouden hebben beschouwd, nu zelfs gaan aanbevelen. Want al die jubilea en herdenkingsdagen van het zooveel en zooveel jarig bestaan van steden vereenigingen stichtingen wij erkennen het eerlijk vonden wij overdreven en eigenlijk ongeoor loofd in een tijd, waarin alles roept om hulp en steun Wij mogen al niet heelemaal bekeerd zijn toch zien wij de dingen nu eenigszins anders, beter, zake lijker ook en bovendien in de lijst van den tijd, waarin wij leven. Er zijn ook dankbare menschen. Samenkomst station Alkmaar. Daar stonden dan de auto's, die ons naar de Schermeer zouden brengen, gevuld met persmuskieten het land van melk en honing, dat ons in al zijn grootheid, vrucht baarheid en gastvrijheid zou worden getoond. Ja, wij zijn het vlakke polderland wel gewend en kennen het, maar de Schermeer biedt ons toch Ver rassende vergezichten. Het is zoo moeilijk te be schrijven, wat eigenlijk het meest bekoort, de schit terende boomenrijen langs vaarten en dijken, de groene weilanden, doorgraven met slooten, die als zilver in het zonlicht schitterden, of de zwaarbelaste bouwakkers met het pas geoogste graan. Links en rechts, voor en achter, rondom wordt de blik nog geboeid door het Hollands Molen-schoon. De wel varende boerderijen, de rondom den polder liggende dorpen, wier kerktorens achter de dijken van het aan de baren ontwoekerde polderland uitspitsen, nogeens, die molenrijen, o zeker, vervangen door stoomgemalen, goed. maar de molens, die nog langs de dijken wieken, een kostelijk panorama van echt ouden oorsprong. 't Hoort bij Hollandsch blonde dreven, 't Hoort bij Hollandsch groene wei, ,t Geeft „karakter", „kleur" en „leven", 't Is van Holland 't hoort erbij! Molens tusschen 't groen verscholen Molens in het wijd verschiet 't Kan niet Holland zonder molen, 't Was ons eigen Holland niet! Wij zijn door den polder gereden, wij hebben hier en daar gepleisterd, 't allereerst bij den Zuiderdijk, waar een boerenplaats staat, genaamd „De Drie Koningshoofden", staande in den tuin van de ge lijknamige boerderij nabij Stompetoren, vermoe delijk afkomstig uit den gevel van een vroeger hier gestaan hebbend huis. Op den achtermuur van dit zelfde huis staan twee gevelsteenen, „David en Goliath" voorstellende. De hoofden, bestaande uit hardsteen, zijn heel goed geboetseerd. Zoo ging het verder en wij werden op de boerderij ontvangen van den heer Ms. Groot, waar wij niet alleen de boe renplaats in al zijn oudheid mochten aanschouwen, maar waar ons een heel vriendelijke en gastvrije ontvangst ten deel viel. Wij dankten den wethouder en toen weer instappen. Ons werden getoond de nieuwe R. K. Kerk, het daar tegenover staande zwarte kerkje, zooals het genoemd wordt, wij werden gewezen op verschillende bijzonderheden, en niet zoo lang duurde het toen ons in het Noorder Polderhuis de lunch werd aange boden, geserveerd door jongedames in oud-Holland- sche kleederdracht. Daar vergadert het polderbe stuur, daar staat in een kast, goed verzorgd, het glaswerk, van het fijnste kristal, dat wordt ge bruikt wanneer een nieuw gekozen Hoofdingeland zijn feestelijke entreé maakt. Daar hangt het wapen van de Schermeer, in tegeltjes aangebracht. Scher mers Beschermer staat er op en men ziet den molen, de beschermvrouwe met zwaard begrij pelijk! Hier nam de Dijkgraaf, de heer C. Kramer Glynis het woord. Een hartelijk welkom sprak hij uit, het doel van deze samenkomst zette hij uiteen, hij wees verder op de medewerking van de Pers, de onmisbare hulp in dezen. Met den wensch, dat deze dag de voorbode mocht zijn van een driedaagsch feest, waarop met vreugde mocht worden neerge zien, eindigde spr. De lunch begon goed. Hierop werd aan de vertegenwoordigers van de Pers het Gedenkboek uitgereikt, een cadeau, een stan daardwerk, dat ons archief op uitstekende wijze zal verrijken. Het is samengesteld in opdracht van Hoofdingelanden Van het Waterschap door den secretaris Mr. J. Belonje. Het is verlucht met ver schillende interessante foto's van vroegere bestuur ders, landschappen, boerderijen enz., veertien in ge tal. Wij mogen niet verder gaan voordat wij even een parenthése hebben gezegd, dat het comité ons alleen reeds door dit geschenk ten volle heeft gewonnen. Toen nam de heer D. A. Klomp het woord, aller geestigst op verschillende dingen wijzende, waarbij de Pers in dezen wel even werd gevleid. De heer Klomp, medewerker aan de „Alkm. Crt." is tevens comité-lid. De heer Ridderikhof, die een belangrijke régisseur- rol vervult bij 't vertoonen van de „Boerenbruiloft" op de herinneringsdagen, den 6, 7, 8 September, las daarop het in het West-Friesch geschreven brui loftsstukje voor. Hij oogstte hiermede een hartelijk applaus. Wij willen er nog even aan herinneren, dat ook nog andere persvertegenwoordigers het woord voer den, waarbij dank werd gebracht aan het comité, dat op zoo'n schitterende, eigenlijk geheel onge kende, wijze de journalisten had ontvangen waarbij de goede toon, de echter eenvoudige vertrouwelijk heid deze dag maakte tot een onvergetelijken dag. De Oud-Hollandsche jongedochters volgden ons op onzen tocht en wij verlieten het Polderhuis, na dat, nadat wij nog even den molen hadden gezien, waarin de oude molenaar en zijn vrouw woonden. Die kennen de „Schermer", dachten wij. Toen naar het stoomgemaal, drie machines, op een wijze onderhouden, zoo schitterend, dat wij niet kunnen nalaten hierop de aandacht te vestigen. De drie pompen worden genoemd „Emma," „Wilhei- mina", „Juliana", en het is een vorstelijke aan blik, wanneer men het gebouw binnentreedt. In het Gedenkboek lezen wij hieromtrent: „De oude tijd is met de molens aan 't verdwijnen en sierlijk landschapschoon van een typisch Hol landsch karakter is verloren gegaan. Strijders, waar onder vereenigingen, zijn opgestaan om de Scher mer kunstwerken van LEEGHWATER voor ons land te bewaren, maar het pleit moest door hun worden verloren. De molens waren dezelfde als uit de jaren van den Rijper, ingenieur reeds lang niet meer." En toen hebben wij de grootsche en groote zui velfabriek gezien, waarbij een paar honderd boeren zijn betrokken. Directeur is de heer H. Davelaar, die zeker geen geringe taak heeft die zaak te be hartigen. De zaak van een paar honderd boeren, de zaak van de zuivelfabriek zelf, die bij zoo'n groo- ten omzet moet voldoen (ook wat de exploitatie be treft) aan de hoogste eischen, die aan de bereiding van kaas, melkpoeder, enz. enz. en vooral van de hygiëne, worden gesteld, 't Is geen gemakkelijke taak een taak, waarbij kennis en inzicht een eerste ver- eischte zijn. Wij hebben nog een blik kunnen slaan in de microscoop, waar wij staafjesbacteriën hebben kun nen aanschouwen bij het bereiden van yoghurt, een licht verteerbaar zuur melkgerecht, ontstaan door gisting en na toevoeging van de giststof maya, die de kaasstof in reeds halfverteerden toestand brengt. Hoogst interessant is dit bezoek geweest, waarbij de directeur alle inlichtingen verstrekte. Toen nog een bezoek aan het heerenhuis van den Dijkgraaf, waar in den vriendelijken tuin door de beminnelijke gastvrouw met behulp van onze oud- Hollandsche meisjes, de thee werd geserveerd. Onder gezelligen kout bleef men daar nog eenigen tijd toeven, tot ja, tot het uur van scheiden was aangebroken. Weer stonden de auto's gereed ons naar Alkmaar te brengen, maar vooraf werd door den oudsten persvertegenwoordiger een woord van dank gebracht aan den Dijkgraaf, de comité leden en aan allen, die, zooals wij, allen overtuigd waren, een bij zonderen, buitengewonen dag, als nim mer genoten, hadden doorgebracht. Ook de jonge dames werden gehuldigd, die zeker niet in geringe mate deze „persconferentie" met haar gratie had den opgeluisterd. Wij verwijzen nu verder naar de beschrijving der historie van den polder „Schermeer", en het daarop volgende feestprogramma. De samenwerking onder de burgerij van de „Scher meer" is uitstekend, allen verlangen naar de jubi- leumdagen, en werken er eenigszins toe mee. deze, wanneer het weder wil medewerken, te doen sla gen. En waar wij ons wel eens minder gunstig over de verschillende jubilea, zooals in het begin reeds gemeld, hebben uitgelaten, als men het enthousiasme ziet dergenen, belast met de ontplooiing van de plannen, die voor de feesten worden ontwikkeld, die gegroeid zijn, uit den drang, dat een dankbaar na geslacht de stichters en voormannen heeft willen eeren, ja, dan zien wij in, als men den welvaren den polder overziet, in zijn hoogste groei en ontwik keling, dat wij ons vergissen, dat wij de feesten met vreugde tegemoet zien en met het ijverige comité en de burgerij wenschen, dat dit feest niet alleen mag slagen, maar dat ook het nageslacht in de oude oorkonden van dit herdenkingsfeest de be schrijving mag lezen van een schitterende herden king. Het was voor ons faire le lundi, in de goede beteekenis dan. Aan alle comitéleden, de H.H. P. Spaan, voorz.; J. Posch, secretaris; M. C. v. d. Laan, penningmees ter; J. Groot en D. A. Klomp, een woord van dank voor de uitnemende wijze waarop zij ons hebben rondgeleid. Vooraf iets over de geschiedenis. De Schermeer ontstond in de 13e eeuw en be hoorde tot de vele meren die in Noordholland om Alkmaar waren gelegen. Ondanks onze vaderen den geweldigen strijd tegen de Spaansche overheersching voerden, waren zij toch zoo energiek, dat door hen in de 17de eeuw verschillende mreen werden droog gelegd. Meren als de Wormer, de Beemster, de Pur- mer en de Heerhugowaard waren de Schermer voor afgegaan. Aangezien het water van de Schermeer de gron den van Alkmaar bedriegden. op sommige plaatsen was de Schermeer zeer diep, werden reeds in de Middeleeuwen plannen beraamd, om dit groote meer door bedijking droog te maken. Pas in 1631 gelukte het aan een door Alkmaarsche patriciërs gevormde combinatie van de Staten van Holland octrooi te verkrijgen voor de bedijking. De Amsterdamsche ge slachten bekend uit Amsterdam's bloeitijd, de fami lie Pauw, Cromhout en Oetgens, hebben met hun kapitalen op krachtige wijze het werk van de droog making gesteund en het is de bekende ingenieur Leeghwater, die ook het mooie raadhuis in de Rijp bouwde en de leiding heeft gehad van de droogma king van den Beemster, geweest, die ook de Scher meer heeft drooggelegd. Wanneer men bedenkt, dat onze voorouders, der gelijke groote werken (door het droogleggen van de Schermeer werden 44000 ha. vruchtbaren grond aan de baren ontwoekerd) met den kruiwagen en de schop moesten uitvoeren, dan wordt men onwille keurig met eerbiedige bewondering bezield voor de toen verrichten arbeid. Na de bedijking werd het water uitgemalen met behulp van een 36-tal molens, die van scheprade ren werden voorzien en later bleek het noodig op de diepere gedeelten voor de onderbemaling nog een 14-tal molens te plaatsen. Kwam het bij de droog legging van andere meren vaak voor, dat door dijk breuken de polders opnieuw onder water liepen, met de Schermeer is dit nimmer het geval geweest, zoo dat in 1633 de verkaveling van het land, ten over staan van het gerecht in het stadhuis te Alkmaar kon plaats hebben. De geschiedenis van de droogmaking van de Scher meer leert, dat heel wat moeilijkheden overwonnen moesten worden, alvorens men het werk heeft kun nen aanvangen. Hoewel de stad Alkmaar groote be langen bij de droogmaking had, legde de vroedschap van die stad aan de octrooianten toch allerlei be zwarende verplichtingen op en eischten zij o.m. voor de stad en ook voor zich persoonlijk verscheidene hectaren grond van den droog te maken polder op. Bovendien werd bepaald, dat de stad steeds 2 heem raden in het polderbestuur kon aanwijzen en dat de vergaderingen van het bestuur in Alkmaar moes ten worden gehouden. De stad Hoorn volgde dit voorbeeld van Alkmaar en eischte ten eeuwigen dage 1 zetel in het dage lij ksch bestuur en bovendien verscheidene hectaren grond in den polder. Ook de heer van Heiloo en Ter Coulster, die een octrooiaanvrage had ingediend voor de bedijking van de Zuid-Schermer eischte voor de intrekking van die aanvrage eveneens belangrijke persoonlijke voordeelen. De aangrenzende dorpen volgden het voorbeeld van de steden en voor de octrooianten was het dan ook een verademing toen de Staten van Holland een commissie instelden, met de bevoegdheid om alle geschillen over de bedijking te berechten. Tevens werd de bevoegdheid' verleend om alle voor het werk benoodigde gronden tegen een door neutrale personen vast te stellen prijs te onteigenen. Door deze bepaling werden tal van moeilijkheden opgeruimd en menig hooge eisch van aangrenzende naburen tot juister verhoudingen teruggebracht. Dat de droogmaking tot stand werd gebracht is niet alleen het gevolg van het feit, dat de onderne mers behoorden tot de meest kapitaalkrachtige mannen van Holland, maar vooral ook een gevolg hiervan, dat het ferme voor hun taak 'berekende personen waren, met kracht en vertrouwen bezield. Dat duizenden polderjongens bij dit vaderlandsche werk een flink stuk brood hebben verdiend men dacht er in die dagen niet aan om dergelijke werken in werkverschaffing uit te voeren leert de ge schiedenis eveneens. Niet onaardig is het te lezen dat er in den polder niet minder dan 44 keeten stonden, waar aan de polderjongens gelegenheid werd gegeven om hun dorstige kelen te laven. Het is ook bekend, dat velen, die bij de droogmaking van den polder als voorman van een troep polder jongens optraden, bij de droogmaking den grondslag hebben gelegd voor het kapitaal, dat later welva rende geslachten bracht. Na de verkaveling men kan dit thans ook in den Wieringermeerpolder waarnemen, doch de daar thans verrichte arbeid geschiedt geheel voor reke ning van den Nederlandschen Staat werd door de ondernemende boeren voor eigen rekening in toekomstvertrouwen geploegd, gezaaid en gebouwd en dit ondanks een spoedig resultaat van al dat werken uitbleef. Ook over de uitwatering rezen later talrijke rechts kwesties met het bestuur van de Uitwaterende Slui zen dat als voorwaarde voor de octrooiverleening de bepaling had gesteld, dat er bij Nauerna een behoorlijke afwatering tot stand kwam en ten Noor den bij de Zijpe een dito werd gemaakt. De octrooi anten waren ten aanzien van het laatste in gebreke gebleven met als gevolg, dat bij droge zomers de boerenbevolking ten Noorden van Alkmaar klaagde over onttrekking van water en de geschillen liepen zelfs zoo hoog. dat op 4 Juni 1648 twee Alkmaarsche burgemeesters in gezelschap van de stadsmajoor en eenige arbeiders zonder toestemming van dijkgraaf en heemraden de sluis bij Nauerna openden om het zeewater naar binnen te laten stroomen. De ge schiedenis leert zelfs, dat het college van de uitwa terende sluizen aan Alkmaar dat in naam het oc trooi had verkregen, sommeerde om binnen 24 uur er voor zorg te dragen, dat de Groote Sloot in de Zijpe behoorlijk werd uitgediept en dit onder bedrei ging met gijzeling. Het is wel grappig, als men leest dat dit geschil pas 150 jaar later tot een oplossing werd gebracht. De Fransche omwenteling die ook in ons land in vele bestuurscolleges verandering bracht, maakte in. 1857 ook een einde aan de privelegiën van Alkmaar en Hoorn. De ingelanden kregen meer wat men noemt zelfbestuur. Al spoedig kwam toen aan de orde de wenschelijkheid om de bemaling te verbete ren met het gevolg, dat de schepraderen in de molens door vijzels werden vervangen. Dat men hiermede nog niet ten volle tevreden was, blijkt uit het feit, dat in 1873 een commissie werd ingesteld, om een betere bemalingswij ze te bestudeeren. Deze commissie adviseerde tot stoombemaling over te gaan doch dit avoorstel werd bij meerderheid van stemmen verworpen en het duurde tot 1925 eer met de grootst mogelijke meerderheid besloten werd tot electrische bemaling over te gaan. Vele vrienden van de Hollandsche molen in het landschap namen met droefenis van dit besluit ken nis en stelden zelf bij Ged. Staten van Noordholland pogingen in het werk om dit besluit vernietigd te krijgen. Ged. Staten begrepen echter, dat de molens in den polder in de eerste plaats uit utiliteitsoverwe gingen zijn geplaatst en dat aan de ingelanden de middelen niet mochten worden onthouden, nu de veranderde conjunctuur dit noodzakelijk vorderde, om ten allen tijde de bemaling van den polder in de hand te hebben. Het besluit van het polderbestuur werd dan ook door Ged, Staten goedgekeurd en thans beschikt de Schermeer over een drietal gemalen, waarvan de laatste twee in 1930 in gebruik werden gesteld, waardoor de Schermeer in het bezit is van de sterkste bemaling, die wij thans kennen ;deze ge verzetting per minuut per 1000 H.A., een capaciteit malen bezitten een capaciteit van 100 kub. M. water waartoe zelfs de bemaling van den nieuwen Wierin- germeer niet in staat is. Helaas zullen de 52 molens in de toekomst hier door tot het verleden gaan behooren. De wereld markt eischte echter, vooral doordat de laatste jaren de cultuur in de Schermeer zich heeft ge wijzigd. ook het bouwbedrijf neemt in de Scher meer toe dat een andere bemaling werd ingei- voerd. Ook de Noord-Hollandsche boer krijgt voor zijn product in normalen tijd daarvoor den prijs die de wereldmarkt aangeeft. Over den huidigen prijs van de land- en tuinbouwproducten, voor een groot deel een gevolg van het feit, dat de omrin gende landen ons door tolmuren inmetselen, zullen wij niet uitweiden. Wij wenschen slechts aan te stippen, dat zoowel voor de landbouwproducten, als voor de zuivelproducten de thans te maken prijzen allerminst een loonend bedrijf toelaten. Dit heeft begrijpelijkerwijze een gedrukte stem ming onder de plattelandsbevolking tengevolge en deed het bestuur van den polder bésluiten van een feestelijke herdenking ter gelegenheid vaA het 300- jarig bestaan van den polder, af te zien. De feestelijkheden. Eenige ingelanden waren echter van oordeel, dat men in dankbaarheid voor het werk der vaderen tekort zou schieten, wanneer men het derde eeuw feest onopgemerkt voorbij zou laten gaan. Zij schre ven een vergadering van de polderbewoners uit en daar bleek al spoedig, dat men algemeen van oordeel was, waar men nog dagelijks in toekomstvertrouwep met de grootste nauwgezetheid, het land bewerkt, dat men niet bij de pakken mocht neer gaan zitten en ook aan de jeugd verplicht was, om het derde eeuwfeest te vieren. Een comité werd gevormd, dat zich aanstonds in de medewerking van alle in de Schermeer gevestigde vereenigingen mocht verheugen. Ondanks de tijdsomstandigheden werd er door een gehouden inzameling f 1500 bijeen gebracht, terwijl de gemeente Alkmaar, welks stadsbestuur steeds goede betrekkingen met het bestuur van de Scher meer heeft onderhouden, unaniem besloot voor f 1000 in het te vormen gerantiefonds deel te nemen; ook de gemeente Akersloot, Groot-Schermer en Graft teekenden voor kleinere bedragen in dit fonds Het enthousiasme in de Schermeer werd zoo groot, dat dit niet zonder invloed bleef op de stemming van het polderbestuur. In zijn Woensdag 23 Augustus gehouden vergadering besloot dit bestuur dan ook eveneens voor f 1000 in het garantiefonds te teeke nen. Hare Majesteit de Koningin toonde hare belang stelling door Voor de te houden Veetentoonstelling een groote zilveren medaille beschikbaar te stellen. .De Commissaris der Koningin in de Provincie Noord Holland deed insgelijks en ook de burger meesters van Alkmaar, Oterleek, Ursem, Akersloot volgden dit voorbeeld. In een schrijven, dat het comité tot den Commis saris der Koningin richtte werd een uiteenzetting gegeven van de plannen en Jhr. Roëll betuigde daarmede zijn instemming, verklaarde zich oogen- blikkelijk bereid het eerevoorzitterschap te aanvaar den en op 6 September des morgens 11 uur de Ten toonstelling officieel te openen. Hij schreef, dat ook naar zijn oordeel de tijdsomstandigheden voor den land- en tuinbouw moeilijk waren doch dat ook hij van meening was, dat die tijden niet rechtvaardigen, om het derde eeuwfeest onopgemerkt voorbij te laten gaan. De afdeeling Stompetoren van de Holl. Mij. van Landbouw nam de leiding voor de te houden vee tentoonstelling en op grond van de ingekomen in schrijvingen kan men reeds thans verzekerd zij, dat men op die tentoonstelling het beste zal vinden, wat Schemeer's bodem biedt. De tuinbouwtentoonstelling, waarvoor een speciale commissie werd ingesteld, onder leiding van den heer Burmann, zal eveneens zeer belangrijk worden. Deze zal worden ondergebracht in een tent van 20 bij 30 meter, terwijl de producten geëtaleerd zul len worden door den heer Velders te Den Haag, die ook de Tuinbouwtentoonstelling te Keulen verzorgde. Een opsomming van hetgeen u daar te zien zult krijgen zullen wij U besparen. Slechts willen wij op merken. dat honderden kilogrammen producten en honderden hectoliters zaden daar een plaatsje zul len vinden. Dit alles is slechts mogelijk doordat de bouwers daarvoor hun producten belangeloos af staan. De zoon van den Dijkgraaf, de heer D. Kramer Glynis, stond belangeloos het voor zijn huis gelegen land als feestterrein af. De heer de Boer uit Hens broek, exploitant van feestterreinen, zal op het terrein met een feesttent aanwezig zijn, plaats bie dende aan 1200 personen; hier zal men des avonds onder de tonen van een uitnemend orkest een dansje kunnen maken en van cabaret-voordrachtkunst kun nen genieten, verzorgd door Jan van Riemsdijk, Tholen en van Lier en Gebr. Kroon, terwijl een ar- tisten-danspaar voor afwisseling zorgt. De vereenigingen voor Floralia en Huisvlijt is op de tentoonstelling met een bijzondere expositie aan wezig. Onder leiding van mr. Belonje uit Alkmaar, zal een historische afdeeling te zien geven, wat er in den polder in het verleden heeft bestaan en aan zeden en gewoonten is verloren gegaan. Het comité heeft ook de kinderen niet vergeten. Deri'1 tweeden dag zullen er onder leidnig van het onderwijzend personeel, geassisteerd door verschil lende commissieleden, verschillende kinderfeesten plaats hebben, terwijl de luchtvaarder van Pottum met zijn ballon zal opstijgen. Het comité heeft gemeend, dat aan alle school kinderen een blijvende herinnering aan het derde eeuwfeest moet worden uitgereikt en vond den kunstschilder A. Colnot bereid, daarvoor een fraaie gedenkplaat te vervaardigen, die voor de overige inwonnden en belangstellenden tegen matigen prijs beschikbaar zal worden gesteld. De minister van justitie verleende zijn steun door toestemming te geven voor een te houden loterij met als hoofdprijs een auto en als tweede prijs twee vette koeien. Den derden dag wordt er een groote nationale prijzendraverij gehoudejn met prijzen van f 390', f 150. f 50 en f 25. De clou van de herdenkingsfeesten zal echter zijn de oud-Hollandsche boerenbruiloft, onder lei ding van den heer Ridderikhof uit Hoorn, waaraan door 50 paren uit de Schermeer zal worden deel genomen. Deze paren komen in Oud-Hollandsche sjeezen en boerenkarren op en het belangrijkste is, dat de kleeding van de dames in hoofdzaak uit fa miliebezit bijeen is gebracht. De bij de radio-luiste raars bekende West Friesch voordrachtkunstenares Ma Bierman, met haar partner uit de Hoornsche revues, treden bij de bruiloft als Peet Maart je en ceremoniemeester op. Het was een aardige gedachte van het comité, omdeze boerenbruiloft !te doen voorafgaan van de vertooning van het 17de eeuwsche operette-blijspel „De Vrijstermarkt in 1699, of Tetje- roen te Schermerhorn". Voor de vertooning van dit stuk wordt in speciale décors een plankier gebouwd met een amphithe- atersgewijze gebouwde tribune, plaats biedende aan 1500 personen. De Boerenbruiloft en het operette blijspel worden den eersten dag 's middags om 3 uur en 's avonds om 9 uur gegeven, terwijl 7 en 8 September ze alleen des avonds om 9 uur gespeeld zullen worden. Tetjeroen is een blijspel dat op historische gege vens berust. In het aan de Schermer grenzende vroe gere visschersdorp Schermerhorn, was het n.l. ge woonte, wanneer een jonge man lust tot trouwen gevoelde, dat hij de plaatselijke omroeper verzocht de vrijsters uit te noodigen voor de gemeentelijke herberg te komen. De andere trouwlustige jongemannen deden dan insgelijks en spoedig daarop vermaakte men zich dan in de herberg, waarvan de kastelein tevens de schout van de gemeente was, met drank en dans. Daarna plaatsen de vrijsters zich aan den eenen en de vrijers zich aan den anderen kant van de loca- liteit; een makelaar werd dan door den jongeling in het oor gefluisterd, welke vrijster hem het meest behaagde, waarna de makelaar zich tot de schoone wendde om de deugden van den a.s. echtgenoot te prijzen. Wanneer dan een verbintenis tot stand kwam, dan was de jongeman verplicht het gelag voor het geheele gezelschap te betalen, doch dan was ook vanaf dit oogenblik de bruid zijn vrouw. De historie vermeldt, dat een zekere Tetjeroen, een Amsterdamsche guit, die met zijn streken Czaar Peter de Groote dermate behaagde, dat deze hem uitnoodigde om zich in Rusland te vestigen, hetgeen door Tetjeroen werd afgewezen, deze vrijstermarkt te Schermerhorn heeft bezocht en daar op een aller - komische manier een gierige oude vrijer en een broodmagere oude vrijster heeft tusschen genomen. Deze geschiedenis is met spel en zang in het op te voeren stuk verwerkt en aangezien het door een 40-tal spelers in de costumes uit die dagen gespeeld zal worden, mag daarvoor terecht de belangstelling van velen verwacht worden en dit te meer, omdat door daarbij de oude boerendansen zullen worden uitgevoerd. Het comité voor de verlichting mocht de mede werking verkrijgen van het Prov. Elect. Net, waar door den zekerheid wordt verkrijgen, dat het feest terrein, waarop tal van vermakelijkheden een plaatsje zullen vinden, in een zee van licht zal baden. Het P. E. N. zal bovendien op d etentoonstelhng demonstreeren, welk nut men ten plattelande van de electriciteit zal kunnen trekken Zij doet dit in samenwerking met de directrice van de Alkmaarsche boerinnenschool, die den eersten dag met haar leerlingen in Hollandsch costume een Oud-Hollandsche koffietafel voor 200 genoodigden zal verzorgen. Het is niet onaardig hierbij te vermelden dat het brood en de tulband dat hierbij zal worden versterft belangeloos wordt gebakken door vrouwen uit de Schermeer en wel van graan in den polder geteeld. De melkfabriek Neerlandia verschaft gratis de boter en de kaas, terwijl de slagers ervoor zullen zorg dragen, dat de ham en de rollade prima is. Aan dezen disch zal de koffie geschonken worden uit de oud-vaderlandsche koffiekan met de kraan; na den maaltijd zullen de heeren een trekje doen uit de lange goudsche, terwijl de dames een oud-Holland- sche versnapering zal worden geboden. Vermelding dient nog, dat op den avond van den derdendag, dep 8sten September, de feestelijkheden besloten en dat de bruiloft van Tetjeroen in de openlucht zullen worden gespeeld, doch dat bij slecht weer dit spel ook voorgang kan hebben, omdat de mogelijkheid bestaat het feestterrein en de tribune tegen de ruwheden van het weer te beschutten. United Press bericht aan de Tel. dat nabij Dal- hart in Texas als gevolg van de overstroomingen weder een ernstig spoorwegongeluk is gebeurd, waar bij voor zoover bekend zes personen werden gedood en 45 reizigers gewond. De machinist wordt nog ver mist. OVER HET KANAAL GEZWOMMEN. Een 22-jarig Engelsch meisje, miss Sunny Lowry is de eerste, die er dit jaar in geslaagd is het Kanaal over te zwemmen. Zij ging des avonds te half zeven bij Kaap Gris Nez te water en des morgens te 10,10 uur bereikte zij de Engelsche kust te South Foreland ten oosten van Dover. Over den geheelen tocht heeft zij 15 uur en 45 minuten gedaan. N.R.Ct MERKWAARDIG TOEVAL Een mijnwerker in Suabury (Ontario) die ten gevolge eener ontploffing eenige jaren geleden blind geworden was, zat met eenige vrienden op een bal kom dat plotseling bezweek en op straat viel. Tot zijn groote vreugde constateerde hij zijn gezichts vermogen terug te hebben gekregen. Een groot geluk bij een ongeluk dus.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuwe Langedijker Courant | 1933 | | pagina 4