Langs Dwaalwegen
gfêïeuwstijglasragemi
FEUILLETdil
Land- era Tuinbouw
Hef gebruik van sublimaat in den
Tuinbouw en de eventueeie
gevaren daaraan verbonden
Boekbespreking
o
VERKEERSONGEVALLEN
Onder een autobus.
Te TILBURG zijn twee op de fiets rijdende jon
gens onder een autobus geraakt. Een van hen de
17-jarige Spijkers wonende Rugdijk 27, werd op slag
gedoon .terwijl de ander He 15-jarige P. Maurik
wonende van Malsenhof 31 zoo deerlijk gekwetst
bleek, dat hij onmiddellijk naar het St. Elisabeths-
ziekenhuis te dezer stede vervoerd moest worden.
Er wordt enstig geveesd dat het ongeval ook dit
slachtoffer het leven zal kosten.
Door slaap overmand.
Wederom zijn twee ernstige ongevallen veroor
zaakt doordat autobestuurders te lang achter het
stuur hebben gezeten. Nabij OIRSCHOT is een
vrachtauto van de firma J. J. Kloos uit Rotterdam
met fruit geladen, van Maastricht onderweg naar
Rotterdam, tegen een boom gereden De twee in
zittenden zijn nogal ernstig gewond, van wie een
met een zware hersenschudding naar het ziekenhuis
alhier is overgebracht. Boven op den volgeladen
wagen zat een derde persoon, die een gebroken been
heeft. De wagen is geheel vernield. Het fruit lag
over den weg verspreid De autp is aan de linker
zijde van den weg tegen een boom gereden terwijl
de chauffeur, die goed bij kennis was, verklaarde,
dat hij niets behoefde te passeeren. doch meende,
dat een wiel van zijn wagen geloopen was. Dit is
echter niet het geval. Vermoedelijk is de chauffeur
door slaap overmand en heeft hij een oogenblik de
mcht over het stuur verloren.
I ,<v:
Onder UTRECHT is een vrachtauto beladen
met stukgoederen afkomstig uit Rotterdam en be
stemd voor Deventer, welke gisteravond ongeveer
halftien de brug over het Merwedekanaal passeer
de vermoedelijk tegnevolge van slaap of vermoeid
heid van den twee-en-itwintigjarigen bestuurder
in den Leidschen Rijn gereden.
De man benevens zijn medepassagier konden nog
gered worden.
Ben kunstwerk waarover al veel te doen is
geweest.
Er js wel geen schilderstuk, waarover zooveel
te ,doen is geweest als de beroemde „Mona Lisa"
van Leonarda da Vinci in het Louvre te Parijs.
Nu /weer is er een Emgelschman ,Lord Brownley
die ji ie rover sensatie heeft verwekt, omdat hij
het schilderstuk in het Louvre een oopie noemt
en beweert zelf het origineel te bezitten.
IV.
De baron en Plösznitz reden den volgenden mor
gen naar de stad. de verloving werd gevierd en de
apotheker was zoo trotsch en gelukkig, dat hij
gaarne zijn geheelen wijnkelder had leeggeschon
ken. Zijn wangen gloeiden en lachend, in opgewekte
vreugde, huppelde hij af en toe door de kamer,
streek zijn dochtr daarbij over de wangen, klopte
daarbij meermalen den baron op de schouders,
zoodat de kapitein hem tenslotte met geweld in de
zijkamer trok.
.Laat het paar toch een oogenblik den tijd zich
tegenover elkander uit te spreken," sprak hij
lachend. „U moest toch ook inzien, dat wij beiden
hier wel wat overtollig zijn. u als vader en ik als
vriend."
„Ja ja!" antwoordde Niemitz. „U kan zich niet
indenken hoe gelukkig ik ben! Ik kan beiden, hoe
ze daar hand in hand zitten, niet genoeg aanzien!"
„Goed, dan laat u beiden in deze houding foto
grafeeren en dan kan u de foto bekijken."
„Gelooft u, dat de baron dit zou willen?" vroeg
Niemitz, die de scherts als ernstig gemeend opnam.
„Waarom niet? Ik zou u echter op het oogenblik
wijjen raden hen heden niet te storen." gaf Plösz-
nits te kennen.
Eerst laat in den avond keerden Buschbeck en
zijn vriend naar huis terug, in de meest opgewekte
stemming de terugreis aanvaardende.
In het begin reed de baron iederen dag naar de
stad, later een paar maal per week, en noch sneeuw
noch storm waren in staat hem daarvan terug te
houden.
De verloving van den baron, welke op aandrang
van den apotheker spoedig openbaar werd gemaakt,
had tamelijk opzien gebaard, men haalde in de
adellijke kringen de schouders op over deze op-
zichtelijke verbintenis met een burgerdochter, maar
geen van de bekenden van Buschbeck had den
moed daarover een woord te zeggen.
De baron had zijne verloving aan zijn zoon mede-
hartelijke en oprechte wijze geluk wenschte. Even-
gedeeld en het deed hem goed, dat Horst hem op
eens had men ook in de pastorie de verloving gun
stig ontvangen, want onwillekeurig had men daar
uit willen afleiden, dat de baron nimmer het recht
Ernstig auto-ongeval bij MEPPEL
Donderdag zijn onder de gemeente STAPHORST
een auto en een wielrijder met elkaar in botsing
gekomen, waardoor een vijftal gewonden valt te
betreuren van wie een ernstig.
De oorzaak is dat een wielrijder plotseling den
weg overstak, waardoor de automobilist tegen een
boom reed.
In 's-Hertogenbosch is Donderdag brand ontstaan
in een opslagplaats van lijkkisten die geheel af
brandde. Eën aamgrenzend kaaspakhuis toekwam
veel waterschade.
Uit MEPPEL wordt bericht dat aldaar een
rijwielfabriek geheel is uitgebrand. De schade loopt
in de duizenden, terwijl het uit 20 man bestaande
personeel plotseling zonder werk is gekomen.
AISWAvanYMKENBURG-S^]
A ••'LEVERTRaaIn
LEEUwARDEM
Een van de lezers heeft mij verzocht eens iets
te willen schrijven over het eventueeie gevaar,
dat er verbonden is aan het veelvuldig gebruik
van sublimaat in den tuinbouw. Ik zal hier trach
ten aan dat verzoek te voldoen, doch zal ik
meer in het algemeen het gebruik behandelen
van „kwikzilververbindingen
Sublimaat nl. dat in de scheikunde voorgei
steld wordt door Hg Cl 2, is, evenals de meeste
zaadontsmetters, een verbinding van het gif
tige element kwikzilver of hydragyrum. Het
element zelf kent ieder omdat het gebruikt wordt
bij het cvrvaardigen van de gewone thermometers
Zooals gezegd, is het elementkwikzilver zelf
ook zeer giftig de dampen tenminste, die ver-
ei de eigenaardige verschijnselen bij men-
schillende eigenaardige verschijnselen bij men-
schen teweeg kunnen brengen.
Nu zijn ongeveer alle stoffen, die in den tuin
bouw gebruikt worden voor het ontsmetten van
zaden min of meer meestal zeer ingewik
kelde kwikzilververbindingen. Als zoodanig nee
men we Germisan Uspulun Ceresan Tiu-
tan enz. enz. Dit zijn meest stoffen, waar
van de samenstelling alleen den fabrikant be
kend is, doch het hoofdbestanddeel is in ieder
geval kwikzilver.
Het gevaar, verbonden aan het gebruik van
die stoffen is o.i. niet zoo bijster groot, omdat
in de eerste plaats die stoffen veelal een afstoo-
tende geur hebben en ook omdat ze, zoodra ze
in aanraking komen rnet water, een eigenaar
dige kleur vertoonen. Verder is de verpakking
zoodanig, dat direct te zien is, dat men met een
gif te doen heeft. De bekende doodskop ont
breekt zoo goéu a'ls nooit en tenslotte kan met
het inkoopen zelfs een afgesloten busje van 50
gram gekocht worden, zoodat men o'f niets over
houdt of men houdt het in ieder geval over in
zou hebben zich te verzetten tegen eene eventueeie
verbintenis van zijn zoon met Hedwig.
De liefde van den baron tot Dora was werkelijk
oprecht, zij had hem verjongd, maar toch was hij
innerlijk bezorgd. Hij verklaarde wel aan den kapi
tein, dat Dora steeds dezelfde tegenover hem was
als de eerste dagen der verloving, vrieïidelijk en
opmerkzaam, maar er was toch iets in haar hou
ding. in haar opgewektheid tegenover hem, dat
hem koud aandeed, zoodat hij werkelijk eraan be
gon te twijfelen of zij hem wel genegen was.
Plösznitz trachtte op allerlei wijze hem te doen
overtuigen, dat hij zich vergiste en hem van die
gedachten af te brengen.
Mijn waarde vriend, ik vind het heel natuurlijk,
dat zij tegenover u nog niet geheel onbevangen is!"
zeide hij. „Het is toch eigenlijk vanzelf sprekend,
dat haar liefde voor jou eigenlijk nog een tikje
respect toeteekent voor den ouderen man en den
baron en dit houdt een vertrouwelijke omgang wel
eenigszins tegen. Dat alles zal met den tijd wel
verdwijnen, wanneer zij maar eerst je vrouw is
geworden."
„En wanneer het niet verdwijnt?" zoo bemerkte
de baron op.
„Het zal verdwijnen," zoo verzekerde de kapitein
met alle beslistheid.
„Naar mijn overtuiging draagt Niemitz daarvan
de grootste schuld. Hij zal zijn dochter stellig eiken
dag vervelen met de verzekering, dat zij zich thans
in hooge mate gelukkig kan gevoelen, hoezeer zij
door allen zal worden beneid en het kan niet
anders dat moet haar tenslotte wel eenigszins
angsteig maken. Niemitz is ongetwijfeld een zeer
voortreffelijk man, maar wat overspannen, en het
vooruitzicht de schoonvader van een baron te wor
den, dat heeft hem totaal het hoofd op hol ge
bracht. Haha! Hij spreekt tegenover vreemden niet
mmeer van- „zijn dochter" maar van de „toekom
stige barones."
„Hij is een nar!" riep Buschbeck geërgerd uit.
want de overdreven teederheid tegenover zijn doch
ter had hem reeds lang tegengestaan.
„Laat gaan laat gaan!" zoo trachtte de kapi
tein zijn vriend te kalmeeren.
„Ik herhaal nog eenmmaal, wanneer Dora maar
eerst je vrouw is geworden, dan zal zich alles wel
wijzigen en anders doen aanzien, zij zal zich dan
ook hebben leeren voegen en er is slechts een kleine
wenk voor noodig om haar vader wat op een af
stand te houden."
Mocht het al zijn, dat er aan de woorden van
den kapitein weinig geloof viel te hechten, wat hij
over den apothener had medegedeeld was volko
men de waarheid. Niemitz voelde zich, zooals men
dat noemt, over het paard getild. Hij had het ge-
de bekende busjes, die goed afgesloten kunnen
worden. Iets anders is het met sublimaat.
In de eerste plaats is de giftigheid van dit
goedje allicht grooter dan van de fabrikaten en
dan is het een zeer groote bezwaar dat als re
gel de verpakking niet. kleiner is dan 1000 pas
tilles. Ook die pastillevorm kan nog wel wat
van gezegd worden. Ik voor mij vind een pastille
vorm voor kinderen altijd gevaarlijker dan een
stofvorm. Een pastillevorm oefent m.i. altijd
een aantrekkingskracht uit op de kinderen. Ze
zullen eer een pastille in den mond steken dan
dat ze een mondvol bv. van Germisan zullen
nemen. i
Voor het gebruik is de pastillevorm natuur
lik buitengewoon gemakkelijk.
Als men nu in aanmerking neemt, dat de maxi
male medicinale dosis van sublimaat 10 miligr.
per keer is en dat zulk een pastille bijna 1000
miligram sublimaat bevatten ban, dat is dus
plm. 100 maal zooveel, dan moet men er toch
wel van doordrongen zijn, dat een pastille in
staat kan zijn ettelijke kinderlevens te vernieti
gen. Hetzelfde geldt natuurlijk, hoewel allicht
in mindere mate voor huisdieren. Van de vol
wassenen neem ik aan, dat zè voorzichtig ge
noeg 'zullen zijn. Vooral het feit echter dat ieder
een ongelimiteerde hoeveelheid van deze stof
koopen kan, zelfs los in een zakje, doet ons wel
wat onverschillig met dit goedje omgaan.
Beter zou het zijn, indien men ertoe over ging
ook sublimaat verpakt te verkoopen en dan bv.
busjes, die goed afgesloten kunnen worden in-
inhoudende 50, 100, 500 pastilles. De gewone
gangbare verpakking van 1000 pastilles deugt
voor den tuinbouwer in ieder geval niet. Bij
na geen enkele tuinbouwer "heeft 1000 pastil
les noodig.
Bezien we nu echter de keerzijde van de me
daille, dan moeten we ook weer 'toegeven, dat
van vergiftigingen in de praktijk zeer weinig
vernomen wordt. Een hoogst enkele maal komt
het voor, dat iemand, die een gevoelige, of mis
schien beter, een overgevoelige huid heeft, ont
stekingen krijgt doordat hij met zijn handen
of voeten in een sublimaatoplossing geweest is
bij het ontsmetten van aardappelen. Ook
hiervan "hoort men echter gelukkig nog
maar zelden.
iWil men echter de put dempen voor het kalf
verrdronken is, dan dient het toch aanbeveling de
volgende wenken op te volgen: koop nooit meer
•sublimaat dan men denkt noodig te hebben;
sluit het eventueeie overschot, in een gesloten
bus, achter slot.
Laat geen minderjarigen met deze stof wer
ken houdt men vloeistof over, gooit die
dan niet in een sloot men zou de visschën kun
nen dooden, giet het liever in een kuil; bewaar
nooit sublimaat in een papieren zak of in een
kast, waarin ook levensmiddelen bewaard wor
den.
Overigens verwijs ik naar de mededeeling van
den Plantenziektenkirndigefn dienst no. 61 pr.
20 cent „vermeende en werkelijke gevaren,
verbonden aan het gebruik van giftige bestrij
dingsmiddelen in land en tuinbouw" in welk
boekje de slotsom luidt „dat niemand zich uit
vrees voor vergiftiging van menschen of dieren
behoeft te laten weerhouden van het gebruik
der tot nu toe bekende min of meer giftige
bestrijdingsmiddelen, mits hij daarbij met oor
deel des onderscheids te werk gaat en zich houdt
aan de gegeven voorschriften."
De ambtenaar bij den Plantenziekten-
kundigen Dienst,
VAN HERiWIJN/EN,
Sint Pancras.
voel, dat hij zelf een halve baron geworden was en
het was hem onaangenaam, wanneer hij aan zijn
beroep van apotheker werd herinnerd. Hij vond dit
beroep zelfs niet meer passend voor een toekomstige
schoonvader van een baron v. Buschbeck. En hij
was reeds in onderhandeling getreden met een
jongen man om zijn apotheek te verkoopen.
Reeds eenige weken lang was hij bezig een ge
dicht te maken, met hetwelk hij Buschbeck en zijn
dochter op den huwelijksdag wilde verrassen. Het
moest natuurlijk ook openbaar gemaakt worden,
want hij wilde tegelijkertijd der muze wijden, opdat
zijn naam als dichter in de hoogste kringen zou
bewaard blijven. Het eerste ontwerp van dit ge
dicht was zeer goed uitgevallen, maar hij besnoeide
veranderde en corrigeerde er zoo veel aan, dat er
tenslotte niets anders overbleef dan alleen hoog
dravende rhytmische en poëtische woorden.
In de stad lachte men over hem, want hij groette
zelfs zijn vrienden niet meer op de gewone har
telijke wijze, maar met een opvallend stijve hou
ding: hij vond het niet meer noodzakelijk zijn hoed
te lichten doch slechts met zijn rechterhand eene
beweging te maken, die wilde zeggen: „Ik ben wel
de toekomstige schoonvader van baron v. Busch
beck, maar ik ken u nog en wil u ook nog blijven
groeten doch een gemeenschappelijk verkeer kan
natuurlijk tusschen ons niet meer pplaats vinden."
Dat het getal zijner vrienden daardoor niet groo
ter werd. maar dat van de lieden, die hem bespot
ten, vermeerderde, mmost een ieder opvallen.
De baron had zijn huwelijk voor de maand Mei
vastgesteld. Voor de jonge vrouw weren meerdere
kamers op de meest smaakvolle wijze ingericht en
het practisch inzicht van den kapitein had daar
bij groote diensten bewezen. Horst had op verzoek
van zijn vader daartoe op de meest bereidwilige
wijze de middelen verschaft.
De lente kwam. In het park waren voor de eerste
maal sedert jaren een aantal arbeiders werkzaam
om de paden weder in orde te brengen, en het was
aan Plösznitz opgedragen die werkzaamheden te
leiden, omdat de baron, naar zijn inzicht, daarvoor
niet energiek genoeg optrad.
Dora kwam met haar vader op een der warme
en zonnige lentedagen op bezoek om de plaats,
waar zij in de toekomst zou wonen, te leeren ken
nen. Zij bleef ernstig en afgemeten, het geheel
maakte op haar weinig indruk, zij bleef stil en een
droevig waas lag over haar geheele verschijning.
Zij was met alles, wat Buschbeck haar toonde te
vreden. zij vond alles goed. zij had geen bijzondere
wenschen en slechts onder de oude hooge boomen
van het park scheen haar gemoed wat rustiger te
worden, ademde zij ruimer.
Niemmitz liep met korte passen in het huis en
Gedenkschriften va,n J. Hl. Schaper
Toen de gedenkschriften van mr. P. J. Troel-
strra verschenen, werd van verschillende zijden
de wensch uitgesproken, dat ook andere voor
mannen uit de Arbeidersbeweging hun herinne
ringen te boek zouden stellen.
Een van de oprichters van de'S.D.A.P. J. H.
Schaper heeft thans de pen ogevat om zijn er-
varigen te beschrijven. Van zijn 16e jaar tot he
den, dus gedurende ongeveer een halve eeuw,
heeft hij den grooten strijd van de arbeiders in
Nederland meegestreden. De eerste jaren in zijn
partij en in de vakbeweging, voorts bijna 40
jaar in de openbare besturen, 35 jaar in het
Parlement en ongeveer een kwart eeuw in het
Partijbestuur en in diverse instellingen van de
S.D.A.P.
Ondanks zijn temperament, dat hem zijn over
ringing nergens onder stoelen of banken liet
steken, koos de Tiweede Kamer hem gedurende
meer dan 15 jaar telkens tot haar eersten on-
derr-voorzitter, omdat men hem alom had lee
ren kennen als een eerlijk, waarheidslievend en
bekwaam man.
Van schildersgezel heeft, hij zich door eigen
kracht, gesteund door het vertrouwen der mo
derne arbeidersbeweging, 'tot een van de eerste
figuren in onze volksvertegenwoordiging ein in
het politieke leven in ons land opgewerkt. Hoe
hij heeft gewerkt en hoe de strijd der arbeiders
is geweest, kan men lezen in het boek, waar
van het eerste deel binnenkort bij J. B. WpL
ters te Groningenden Haag het licht zal zien.
Op menige bladzijde bespreekt Schaper ge
beurtenissen, waarvan het zeer de moeite waard
is de bijzonderheden te leeren kennen. Elerst de
„oude beweging" onder Domela Nieuwenhuis,
toen de scheuring onder leiding van Troelstra,
Vliegen, van der Goes, Schaper zelf, alles toege
licht met illustraties, facsimile's van brieven,
caricaturen. Daarna zijn werkzaamheid in den
gemeenteraad van Groningen, en in de1 Tweede
Kamer, waar hij aanvankelijk als jongste lid,
zich te meten had met ervaren parlementariërs
met den machtigen dr. Abraham Knijper, den
geharnasten mr. de Savornin Lohman, met den
scherpzinnigen mr. Loeff (Schapers maling aan
diens juristerij werd een gevleugeld woord) op
een wijze die de bewondering wekte van miede
en tegenstanders.
De schrijver geeft zijn herinneringen met zijn
bekende gevoel voor humor. Zijn geschiedschrij-
verij is verre van droog en saai', omdat hij zich bij
het schrijven telkens weer teruggedacht heeft in
het volle maatschappelijke leven, waarin hij ar
beidde. Zijn boek zal waardeering ondervinden
om de gropte onafhankelijkheid en openhartig
heid. Een openhartigheid, die niet alleen zijn per
soon en zijn levensomstandigheden, doch ook de
in herinnering gebrachte gebeurtenissen betreft
Daarbij is hij erin geslaagd zichzelf noch de
beweging zijn critiek te sparen. Reeds in het eer
ste deel komen de bekende NovembergebeurteJ-
missen van het jaar 1918 en zijn verhouding tot
Troelstra ter sprake. Het. tweede deel zal in
hoofdzaak de parlementaire werkzaamheid be
spreken. j
Het is een boek voor ieder die belang stelt
in het politieke leven van dezen tijd en zij,n wor
dingsgeschiedenis
in het park op en neer en vond alles verrukkelijk
en scheen in het trotsche uitzicht geheel op te gaan.
„Waarde vriend," sprak hij, toen hij Plösznitz op
zijn wandeling door het park ontmoette, „hier
voel Ik mij thuis, hier is het mij wel, hier hoop ik
vele gelukkige uren door te kunnen brengen. Onder
deze hooge. schaduwrijke boomen waait de wind
mij in poëtisch geruisch tegen, ik voel, dat ik hier
zal kunnen dichten."
„Dan vergeet u daarbij ook niet, er voor te
zorgen, dat de paden en de wegen hier in orde
worden gehouden," zeide de kapitein niet zonder
een boosaardigen en spottenden blik.
„Plösznitz, u heeft geen gevoel voor poëzie!" ant
woordde de apotheker verontwaardigd.
„Niet veel." gaf de kapitein openhartig ten ant
woord. „Althans niet meer dan noodzakelijk is. Ik
ben nu eenmaal geen dichter, zooals u, de natuur
heeft mij in dezen al heel slecht bedeeld, doch ik
heb nimmer aanleding gegeven uwe verontwaar
diging daarover uit te lokken."
„U is onverbeterlijk," antwoordde de apotheker.
„Niemitz. heeft u zich dan tot doel gesteld, mij
te verbeteren?" vroeg Plösznitz lachend. „Wij zijn
beiden te oud, om ons nog te veranderen, en ik zie
ook niet in, waarom wij het doen zouden, want wat
achter ons ligt, kunnen wij toch niet ongedaan
maken."
Niemitz had berouw den kapitein toegesproken
te hebben en haastte zich weder naar den baron
en zijn dochter.
Over de viering van het huwelijksfeest heerschte
tusschen den baron en den apotheker het grootste
verschil. De baron wenschte met haar, die hij wer
kelijk liefhad, in alle stilte verbonden te worden,
terwijl Niemitz den wensch koesterde, dat de trouw
plechtigheid en het huwelijksfeest op de meest
schitterende en glanzende wijze zou plaats hebben,
al was het alleen slechts om in het voorname ge
zelschap zich als schoonvader te kunnen toonen.
Hij had het liefst de geheele stad uitgenoodigd. Er
had namelijk eene verandering bij hem plaats
gevonden, die al zijn vroegere bekenden voor on
mogelijk hadden gehouden hij was in vele ge
vallen een verkwister geworden. Slechts zijn ijdel-
heid verleidde hem daartoe, want hij verbeeldde
zich thans verplicht te zijn den voornamen en no-
belen mensch te moeten spelen.
De baron verzocht Plösznitz den apotheker te
bewegen af te zien van zijn idee om het huwelijks
feest zoo glansrijk te vieren en gaarne belastte hij
zich daarmede, niet alleen om den baron een
dienst te bewijzen, maar ook omdat het hem genoe
gen deed den hoogmoed van den apotheker te kun
nen tegenwerken.
(Wordt vervolgd).