Nieuw
Herstel en wederopbouw
vereischen deviezen
tegen
Vijf jaar geëischt
Arnold Meyer
Voor Alkmaar en omgeving
Bureaux:
Nog te weinig begrip bij bet publiek
Nederlandsche (roepen
nemen bezetting over
Twee liter petroleum
UMBERTO VERLAAT
TIJDELIJK ROME
(2a als le
nieuws
Chineezen bevrijd
Niet spotten
Lijst F 15 van het
Ro'ode Kruis
Hoofdredacteur: H. N.
Smits; rayon-redacteur
Fr. Otten; binnenland
P. SLgon.
Abonnementsprijs I 3.40
per kwartaal: 1.20 per
maand: Inclusief Incasso.
Advertentie-prijs: per
editie 13 et. p. m.m.;
minimum 2.50; in alle
edities 26 ct. p. m.m.;
minimum 4.—.
Fam. ber. 20 ct. p. m.m.;
in alle edities 30 ct.
Noordhollandsch Daqblad
Buiten God is '1
nergens veilig
(Vondel)
DONDERDAG 13 JUNI 1946
41e JAARGANG - NUMMER 10952
ALKMAAR: Langestraat
42A tel. 2046 (adm.);
2047 (redactie) K 2200
HOORN: Draafsingel 59
tel. 4243 (K 2290) 2 lijnen
DEN HELDER: West
straat 80; tel. K2230
SCHAGEN: Molenstraat
52 tel. 459 (K2240)
Bankrelatie:
Noorderbank
(Van onzen financieelen medewerker)
QE PERSCONFERENTIE, die door den nieuwen en nog jon-
gen President van de Nederlandsche Bank, Dr. M. W.
Holtrop, in het imposante bankgebouw aan het Rokin te
Amsterdam gisteren gehouden werd, was gewijd aan het zoo
belangrijke deviezenprobleem. Bit was de eerste persconfe
rentie in de geschiedenis van de Nederl. Bank, aldus de Pre
sident. Voor ons is dit al een uiting van den verjongden geest,
waarmee onze Circulatiebank bij het enorme werk van het
economisch herstel en de vernieuwing bezield moet zijn. De
President bleek groote waarde te hechten aan een nauw con
tact met de pers. Het deviezenprobleem behoort tot de vele
vraagstukken, waarmee de Ned. Bank zich intensief moet
bezig houden. De President ontkende, dat het deviezenpro
bleem een verfoeilijk product zou zijn van de geleide economie.
De kern van het deviezenprobleem, waarvoor ons land zich
gesteld ziet, bestaat uit het dóódsimpele feit, dat men, om in
het buitenland te kunnen koopen, de beschikking moet heb
ben over buitenlandsche betaalmiddelen, d.i. over deviezen en
dat wij daarover in onvoldoende mate beschikken.
dat wij over 1945 en 1946 reeds
2 milliard van het buitenland
hebben geleend. Aan het opnemen
van buitenlandsche credieten zijn
echter grenzen gesteld. Credieten
zijn moeilijk te krijgen Vele lan
den verkeeren in een soortgelijke
positie als wij. De President ge
waagde hier met erkentelijkheid
van de houding der Belgen, die
onlangs met ons een handelsver
drag hebben gesloten.
De bezetting van verschillende
plaatsen langs den weg Klender
naar Bekassi werd door Neder
landsche troepen overgenomen,
nadat Britsche eenheden van
Meester Cornells uit in oostelijke
richting waren opgerukt.
Op den duur kunnen deze
slechts verkregen worden door
aan het buitenland goederen te
verkoopen of diensten te verlee-
nen Blijkt het niet mogelijk, dat
in voldoende mate te doen, dan
is tijdelijk uitkomst te vinden
door öf in het buitenland devie
zen te leenen, d.w.z crediet op
te nemen, öf eventueel beschik
bare buitenlandsche bezittingen te
liquideerén, b.v dus door verkjop
van buitenlandsche effecten. Op
den duur zal men echter de tering
naar de nering moeten zetten en
zijn aankoop van goederen en ge
bruikmaking van diensten moeten
beperken tot het bedrag var; den
mogelijk gebleken verkoop van
goederen en der prestatie van
diensten
Vóór den oorlog konden wij
óns steeds de weelde van een
grootere import dan export van
goederen veroorloven, doordat het
tekort op de zgn. handelsbalans
kon worden goedgemaakt door een
overschot op de zgn. diensten
balans Thans is de toestand ge
heel anders.
Aangenomen wordt, dat in
1946 de invoer circa 2000 a
2300 millioen zal bedragen,
waartegenover een export zal
staan van vermoedelijk slechts
600 a 700 millioen. De export
zal den import derhalve
slechts voor circa 30 pet dek
ken. Ter dekking van dit
tekort staan ons ten dienste:
de uiterste zuinigheid bij den
import, de bevordering tot het
uiterste van den export, het
opnemen van buitenlandsche
credieten en tenslotte het ge
deeltelijk liquideeren van bui
tenlandsche beleggingen.
Bij de zuinigheid met den im
port is in de eerste plaats een taak
weggelegd voor de Overheid Z;i
dient namelijk zich af te vragen
waarvoor de deviezen dienen te
worden gebruikt. Maar ook het
bedrijfsleven heeft hierbij een
taak, welke vooral bestaat.in het
zoo zuinig mogelijk gebruik van
materialen en in het streven naar
zoo groot mogelijke efficiency.
De bevordering van den export
daarentegen is allereerst een zaak
van het bedrijfsleven door het
zoeken naar nieuwe markten, ter
wijl de overheid dit streven dient
steunen De President wees er op,
Gedurende het tijdvak van 16
Juni t.e.m. 13 Juli a.s, zal op ce
bonnen 334 en 834 algemeen 2
liter petroleum verkrijgbaar zijn.
In verband met de bevoorra
ding van den handel bestaat de
mogelijkheid, dat de petroleum
niet overal onmiddellijk te ver-
krijgen is. De bonnen mogen
evénwel niet te voren worden
ingeleverd.
Uit Indonesië. Kinderen, waarvan de ouders overleden of onvindbaar zijni
worden in weeshuizen te Batavia ondergebracht. De kleinen tijdens
het ontspanningsuur.
Uit Eome werd bericht, dat
Koning Umberto uit Rome
naar San Rossoro bij Pisa is
vertrokken, waar hjj tot 18
Juni zal verblijven.
Het Fransche Persbureau
meldt, dat markies Lucifero in
een brief aan den ministerraad
uitdrukking heeft gegeven aan
het plan van den koning, de de
finitieve uitslagen van het refe
rendum, die 18 Juni zullen wor
den bekend gemaakt, af te wach
ten. De ministerraad heeft hier
op geantwoord dat, gegeven de
uitslagen van het referendum en
overeenkomstig de wet. de be
voegdheden van het staatshoofd
voorloopig overgaan op den
voorzitter van den ministerraad.
Volgens Reuter dringen de
linksche partijen er bij den pre
mier de Gasperi op aan, dat hij
officieel zal aankondigen hoofd
van den staat te zijn. De links
georiënteerde avondbladen wil
len, dat Umberto buiten de wet
wordt geplaatst, indien hij na
een dergelijke aankondiging op
de souvereiniteit aanspraak zou
blijven maken.
De Moefti, die op zoo'n geheim
zinnige wijze uit Frankrijk is ver
dwenen, is weer terecht, ttjj is in
Syrië gesignaleerd
Er loopen geruchten, dat
Joegoslavië voornemens is, Triest
bjj verrassing aan te vallen.
In het Rotterdamscbe Sparta
stadion heeft het Uotterdamsche
/uecbaieiftal met niet minder dan
90 gewonnen van een vertegen
woordigende ploeg uit Huil.
Met overweldigende meerder
heid heeft het congres van de
Engelsche Labourparty zijn goed
keuring gehecht aan Bevin's bui
tenlandsche politiek
Wanneer Rusland blijft wei
geren medewerking te verleenen,
zou Bevin vast besloten zijn, zelf
.vredesverdragen met de almo
gendheden af te sluiten.
Behalve de 3000 Chineezen, die
op Maandag j.l. te Maoek zijn be
vrijd en die thans te Tangerang
verblijven, zijn nog 2000 Chinee
zen ten zuidwesten van Tange
rang bevrijd.
EENVOUDIGE brave men
schen kunnen soms be
straffend zeggen „Foei! Niet
spotten!" en „verlichte" mo
derne menschen glimlachen
dan, vinden dat „bekrompen".
Ook in katholiek gezelschap
wordt soms te gemoedelvk
gezwetst en gegrapt over het
Heilige. Van boosaardige spot
moet ons de vreeze des Hee-
ren reeds weerhouden, onze
godsvrucht verbiedt ons ook
goedkoope mopjes omtrent wat
heilig en gewijd is. Tot het
boosaardige behoort ook het
spoedig klaar staan met op
merkingen als: „hij is een
dweeper"; zij is een „kwezel";
een „pilaarbijter'; die „loopt
de kerk plat"; die maakt van
zijn huis een „beeldenwinkel'.
Heusch, het groote gebrek, het
ernstige gevaar, de schande
van de hedendaagsche Chris
tenheid is niet: overdreven
godsvrucht, maar minimum-
godsvrucht, gelegenheidsgods->
vrucht, water en melk gods
vrucht Spot niet met hen die
ijveriger zijn dan gij, want dan
spot gij met de tweede gave
van den H. Geest! Volg hen
liever na! En laat Onze Lieve
Heer maar over de „bedoelin
gen" oordeelen.
MARCUS
De lijst F 15 van het Nederl.
Roode Kruis, vermeldende de
namen van personen, die zich
buiten de geallieerde gebieden
op Java bevinden, ligt op onze
Bureaux voor een ieder ter
inzage.
WIJF JAREN GEVANGENISSTRAF zijn gisteren geëischt
tegen den voormalig leider van Nationaal Front, Arnold
Meyer. Felle woorden zijn er op deze zitting geuit door den
procureur fiscaal, vooral over het feit, dat zonder zijn voor
kennis en toestemming in zijn ambtsgebied van officieele zijde
maatregelen in de zaak Meyer zijn genomen. Felle woorden
anderzijds werden uitgesproken door den verdediger, wiens
pleidooi een kunstig mozaïk was van verdedigingswerk.
In de antwoorden op de
ondervraging van den President
betoogt Arnold Meyer vervolgens
dat het schrijven van zijn artike
len. niet alleen diende om zijn
volgelingen voor te lichten, doch
tevens om de Duitschers te be
wegen een voor ons land gunstige
politiek te voeren. Hij meende
zich verder steeds gehouden te
hebben aan de voorschriften van
de Nederlandsche regeering van
1939 en zou zelfs in den goeden
zin nog verder zijn gegaan.
President: Maar U ijverde toch
voor duurzame samenwerking met
Duitschland?
Meijer: Ik moest door vriende
lijke uitlatingen het den Duit
schers mogelijk maken op mijn
voorstellen in te gaan.
President: Was dat niet mislei
dend voor het publiek?
Meijer: Het publiek las over de
passages heen en wist precies wat
het serieus moest nemen.
Samenwerking had Meijer ech
ter steeds afhankelijk gesteld van
onafhankelijkheid „Ik zag het",
aldus M., „als mijn voornaamste
taak te verhinderen, dat Mussert
aan de macht kwam, want dat be-
teekende annexatie. Kort na de
capitulatie waren de Duitschers
bij hem geweest en hadden ge
zegd: Wij moeten van Mussert
niets hebben U bent onze man.
Daarop zou M. geantwoord heb
ben, dat eerst zou moeten blijken
dat onze wenschen ook geëerbie
digd worden.
President: Uw bedoeling was
misschien goed, maar gij 'nebt toch
ernstige fouten gemaakt
Meijer: Als ik nu lees, wat ik
in 1941 schreef, denk ik ook wel
eens, dat het fout, was, maar dat
kon ik toen niet weten. Ik was er
liever mee opgehouden, maar dan
was Mussert aan het bewind ge
komen. Daarom ook was het noo-
dig nu en dan een beetje stroop-
likkerij te bedrijven
Pres.: Uw fout was o.m. dat u
zelf hebt willen uitmaken wat
goed vaderlandsch was en wat
niet
Meijer: Inderdaad, als ik niets
gedaan had, had ik ook geen fou
ten kunnen maken.
Dan komt Meijer's oproep voor
het. anti-bolsjewistische legioen
ter sprake. Meijer ontkent, dat
Rusland ook bondgenoot was De
rede van de Koningin van 24 Juni
kende hij op dat moment niet.
Bovendien was de bedoeling van
den oproep juist de vorming van
een legioen te voorkomen door
voorwaarden te stellen die de
Duitschers zeker niet zouden in
willigen De plannen van Mussert
voor een SS-legioen werden den
NSB-leider daardoor uit de hand
geslagen.
Pres.: Voor uw volgelingen hebt
u in die dagen een rede gehouden,
waaruit blijkt dat u aan het Le
gioen zou hebben deelgenomen als
het zuiver Nederlandsch zou zijn
geworden in Nederlandsche uni
form en onder eigen officieren. De
oproep was geen oproep, doch
slechts bedoeld om de NSB dwars
te zitten en de Duitschers te
dwingen open kaart te spelen.
De getuige a decharge, de heer
Petillon, hierna gehoord, vertelde
dat het artikel was bedoeld als
tegenwerking van het legioen. Het
was een paardenmiddel.
De tweede getuige, Dr. v. Sehaik
legde dezelfde verklaringen af.
Na een fel requisitoir eischte de
procureur-fiscaal mr. Deelen te
gen Arnold Meijer vijf jaren ge
vangenisstraf, ontzetting uit de
kiesrechten en het verbod een
ambt uit te oefenen voor het ge-
heele leven.
De verdediger aan
het woord.
Vervolgens was het woord aan
den verdediger mr. J J. A, van
der Putten. „Er zou van dit plei
dooi alles te maken zijn", aldus
mr van der Putt, „zelfs een ro
man met een heuschen abt en een
broeder-portier, doch ik ben van
plan Koos Koos te laten. Or.der
het verzamelwoord Koos versta ik
dan alle menschen, die zich tijdens
de rel voor het vaderland ver
dienstelijk hebben gemaakt. Dat
de Procureur-fiscaal alles heeft
gedaan wat zijn plicht hem voor
schrijft, daarvan ben ik over
tuigd."
De behandeling, die Arnold
Meyer direct na de bevrijding
heeft moeten ondervinden noemde
pleiter klein en onwaardig en hij
verklaarde: Twintig dagen voor
de bezetting was Arnold Meyer
nog een fel vaderlander en e"en
fel anti-Duitsch. Vele volgelingen
van Meyer hebben zich goede
vaderlanders getoond. „Critiek",
zoo meende de verdediger, „is
door zoovelen in den bezettingstijd
geleverd Van Meyer was deze
nog meer begrijpelijk, omdat hij
reeds voor den oorlog hetzelfde
deed. Kunnen wij nu Meyer die
critiek kwalijk nemen, nu einde
lijk de provisiekast van de regee
ring schijnt open te gaan en naar
buiten blijkt hoe zwak onze Lon-
densche regeering was, hoe ver
deeld en defaitistisch?
Meyer zal misschien wel fouten
gemaakt hebben. Misschien zullen
wij over 5 of 10 jaren daar anders
over oordeelen Hoe zullen wij
dan Rusland beoordeelen?"
To; het Hof zeide pleiter: „U
moet niet denken dat ik dat alles
zeg om wille van Arnold Meyer.
Het gaat boven hem uit naar U
toe. De procureur heeft al een
kans gemist om M in vrijheid te
stellen. Hij krijgt die kans thans
nog eenmaal."
Arnold Meyer aan
het woord
Tot slot sprak Arnold Meyer.
Hij bekende gevaarlijk spel te
hebben gespeeld, doch dit als een
principieel aanhanger van het
vorstenhuis en als een man die
het vaderland liefheeft.
„Als gij vindt dat ik een land
verrader ben, dan verdien ik de
doodstraf
Ik was bezield of liever bezeten
van vaderlandsliefde en had
slechts een doel: „Nederland eft
Oranje te dienen."