Middenstand verlangt geordende vrijheid
Internationale autoriteit voor de Ruhr
Benelux 1 Januari 1950 voltooid
DWAZEANNE
Het zakenlevenmoet zoveel zijn eigen
belangen be
Zaak voor welvaart en veiligheia bouwen Franknjk m Benelux
van grootste gewicht
Hoe zal de Economische Unie
er uit gaan zien
Huidige politieke samenwerking is ook
in het belong van de middenstand
De tong
'n Dure soldaat
Verschillen
NIEUW NQORDHOLLANDS DACBLAD - Dinsdag 22 juni 1948
PAG. 3
1
Bachg is de kundige behar-
tiger der middenstandsbe-
langen, daarnaast brengen
wij met hem echter ook
een typisch vooruitstre-
vende figuur in de Kamer,
een spontane voortrekker
bij de opmars naar een
nieuwe tijd.
PRINS BERNHARD
opende luchtvaart-
tentoonstelling
Fotograferen onder water
Mr. Bachg geeft in het vervolg
onzer interview-reeks zijn visie
op de verhouding tussen de
belangen van de Middenstand
en de huidige politieke
samenwerking.
Duifjeszegels
1 Juli ongeldig
Ambtenaren verzekerd
tegen vliegrisico's
Oud-directeur Residentie-
bode houdt zijn straf
Gebouwen van de
R.K. Universiteit door
Mgr. Hansen ingewijd
De aankomst van enkele leden van de greep der „Negen-man-
nen", die de Rijksconferentie moeten voorbereiden, op het vlieg
veld van Batavia. Zij brengen een bezoek aan Indonesia op
uitnodiging van de Nederlandse regering, speciaal met de be-
doeling als waarnemers op te treden bij de Federale Conference
van Bandoeng. Van rechts naar links: mr. E. M. J. A. Sassen,
P. A. Kerstens, mr. A. J. Joekes, prof. Logemann en prof. Romme,
die al eerder in Indie aankwam en de heren verwelkomde.
FEU ILLETON
DOOR A. DUNCAN
(Eigen reportage)
DE MIDDENSTAND roept om vrijheid. Een man als mi. Bachg,
algemeen secretaris van de Nederlandse Katholieke Mid-
denstandsbond, verstaat deze roep als geen ander. Ook hij be-
geert de vrijheid, die de middenstand zal verlossen van de amb-
telijk geadministreerde schaarste-economie. Naarmate de mate-
riaal- en goederenvoorziening beter wordt, moeten ook de be-
perkende maatregelen in hetzelfde tempo verdwijnen. De rege-
ring schafie af, zodra er afgeschaft kan worden. Mr. Bachg acht
het in dit verband ook wenselijk, dat de overheid geregeld me-
dedelingen doet over de stand van de inperking.
Dat geeft de burger moed. Naast
deze terecht begeerde vrijheid is er
echter nog een ander soort vrijheid,
die wij niet terug moeten verlangen,
ook de middenstand niet. Dat is de
vrijheid van het „ieder-voor-zich-
en-God-voor-ons-allen", een vrij
heid, die in de voor-oorlogse jaren
vele middenstandsbedrijven naar de
afgrond voerde of naar de rand
hiefvan en die hen om beschermen-
de wetten deed roepen. Mr. Bachg
verheelt ons zijn bezorgdheid niet
ever het feit, dat deze twee soorten
vrijheid niet altijd juist uit elkaar
worden gehouden. Wat wij voor-
staan is niet de bandeloze, maar de
geordende vrijheid, met name de
publiekrechtelijke bedrijfsorganisa-
tie, waarin het bedrijfsleven in
iedere branche zijn eigen zaken kan
beredderen in de eigen bestuurs-
organen, gevormd en bezield door
de vrije organisaties.
Bedrjjfsbrganlsatle
Voor de opbouw van deze be-
drijfschappen zal ook aan onder-.
nemerszijde een net van vrije vak-
organisaties noodzakelijk zijn, sa-
mengevat in de middenstandsbon-
den. De bedrijfschappen in de sec-
toren van detailhandel en ambach-
ten zullen horizontaal moeten wor
den overkoepeld door een lichaam,
dat de huidige Middenstandsraad
zal kunnen vervangen en waarin de
middenstandsbonden hun publiek-
rechtelijk aangrijpingspunt zullen
moeten vinden. In deze Srdening
ligt voorlopig een der voornaamste
doelen van een positieve midden-
standspolitiek. Daarnaast staat mr.
Bachg een planmatige voorlichting
voor op bedrijfstechnisch en be-
drijfseconomisch gebied.
Evenals de overheid erkent, dat
het een algemeen belang Is de
laridbouw door een dergelijke
voorlichting omhoog te brengen
en zij hieraan ook beduidende
bedragen ten koste legt, kan met
eenzelfde recht ook voor de mid-
"denstand een dergelijke dienst ge-
vraagd worden. Deze voorlichting
van ambachten en detailhandel
zal bezield en gedragen moeten
worden door de vrije organisaties
en de bedrijfsorganen, terwijl
Rijksnijverjieidsdienst en Econo-
misch Instituut hun ervaring kun
nen inbrengen.
Ogenblikkelijke zorgen
Voor de oorlog was een overwoe.
kerd worden door het grootbedrijf
de vrees van de middenstand. Mr.
Bachg wijst er ons echter op, dat
de Vestigingswet ongetwijfeld gun-
stige resultaten heeft afgeworpen.
Voorts heeft tijdens de oorlog het
grootbedrijf een stuk van zijn ter-
rein verloren. Mr. Bachg acht het
begrijpelijk, dat men thans pogin-
gen doet om dat terrein te herwin-
nen; het is echter te wensen, dat
men in de keuze der middelen kies-
keurig blijft. Ook de samenwerking
in de organisatie-Woltersom moet
op de verhouding groot- en klein-
bedrijf een gunstige uitwerking
hebben gehad. *De stand analyse-
rend constateert mr. Bachg, dat de
grotere middenbedrijven in de de
tailhandel zich volkomen kunnen
handhaven uit eigen kracht. De
normale middenstands- en kleinbe-
drijven hebben niets te vrezeh. als
zij hun positie versterken door doel-
matige samenwerking op het gebied
van in- of verkoop, zoals reeds met
zoveel succes gedaan wordt in de
textielbranche en in het levensmid-
delenbedrijf.
Een nieuw middenstandsgeslacht,
dat het ontwikkelingspeil van de
vestigingseisen als uitgangspunt
heeft, zal door verdere ontwikke-
lingsarbeid in de middenstands-
organisatie, door bedrijfsrationali-
satie en commerciele samenwerking
zich afdoende kunnen beveiligen.
Op het punt der belasting van 't
bedrijfsleven in het algemeen en
van de middenstand in het bijzon-
der is ongetwijfeld de uiterste grens
bereikt. Gaat men verder, zegt ons
mr. -Bachg, dan slacht men niet al-
leen de kip waarvan de gouden
eieren molten komen, maar dan ver-
ALLEEN een mens kan spre-
ken, een dier kap, enkel
maar bepaalde geluiden uitsto-
ten'of klanken nabootsen. Maar
de mens spreekt, omdat hij al-
leen kan denken. Wat er van
binnen bij hem omgaat, uit hij
naar buiten. Goed en kwaad,
mooi en lelijk. De menselijke
tong is een waardevol iets. Maar
zij kan ook verderfelijk wezen.
Zij kan ontstellend, onherstel-
baar kwaad doen. Zij is een ge-
vaaxlijk wapen. Wie dat mis~
bruikt, begaat ongelukken.
Daarom moeten wij letten op
onze tong, op vHat wij zeggen, op
onze woorden. Wij moeten er
voor waken, dat wij met onze
tong niet kapot maken, niet af-
breken, niet neerhalen. Wie het
leven ioil liefhebben en goede
dagen wil zien, wierhoude zijn
tong van het kwaad en dat zijn
lippen geen bedrog spreken,
etond er Zondag in het Epistel.
MARCUS
nietigt men ook het sociale goed'
van het persoonlijk ondernemer-
schap en het zelfstandig bedrijf dat
maatschappelijk gesproken de kern
liitmaakt van onze Europese levens-
vorm. Minister Lieftinck zal hier-
mede rekening moeten houden, niet
alleen bij de financieringspolitiek
voor grote en kleine bedrijven, maar
daarv66r bij de fiscale politiek. Hij
zal dit kunnen tonen bij de behan-
deling der dekkingsvoorstellen voor
uitkeringen aan de landbouw, waar-
bij, zoals bekend, de minister de
ondernemingsbelasting nog meer
wil verzwaren. Hij zal dit vooral
kunnen tonen door te zorgen, dat
bij de oplegging en invordering der
velerlei vertraagde belasting-aansla-
gen rekening wordt gehouden met
de reele betalingsmogelijkheid der
bona-fide ondernemers.
Sociale zekerheid.
Sociale zekerheid, ook voor de
middenstand. Urgent is zeker de
opname in de Kinderbijslagverzeke-
ring. Dat de zelfstandigen ook bij
de Ouderdomsvoorziening behoren
te worden ingeschakeld, is in prin-
cipe bij de noodwet-Ouderdoms-
voorziening reeds erkend. Aldus
mag met vertrouwen verwacht wor
den, dat ook de middenstand de
vruchten zal plukken van het hui
dige progressieve bewind, dat mr.
Bachg met voile politieke overtui-
ging steunt.
De samenwerking tuisen K.V.P
en P.v.d.A., aldus mr. Bachg,
wordt bepaald door de geestelijke
en maatschappelijke ontwikjceling
waarlijk niet alleen in Nederland,
maar in alle landen van West-
Europa. Zij is in dit tijdsgewricht
even noodzakelijk als een halve
eeuw geleden de coalitie der con-
fessionele partijen. Dat de mid
denstand het slachtoffer van een
dergelijke samenwerking zou zijn,
is ten enenmale onjuist.
De ontwikkeling der economisch-
sociale hervorming hier te lande
wordt beheerst niet door de begsip-
pen van een verouderd socialisme,
maar door de beginselen van onze
maatschappijbeschouwing: Bedrijfs-
organisatie, ondernemingshervor,-
ming en bezitsspreiding. Men ont-
houde echter dit: Hoe sterker de
K.V.P. in deze samenwerking, hoe
beter!
Z. K. H. Prins Bernhard heeft
Zaterdagmiddag de luchtstrijd-
krachtententoonstelling, die tot en
met 4 Juli a.s. op net vliegveld
Ypenburg zal worden gehouden, ge-
opend. Z.K.H. arriveerde in een een.
motorig sporttoestel, dat door hem-
zelf werd bevlogen, waarna de be-
groeting volgde door hoge officie-
ren der luchtstrijdkrachten. Hij be.
gaf zich naar het restaurant; op weg
daarheen kwam de minister van
Overzeese Gebiedsdelen mr. J. A.
Jonkman de Prins tegemoet.
In het restaurant waren o.m. aan-
wezig kapitein-vlieger R. J. E. M.
van Zinnicq Bergmann adjudant
van H. M. de Koningin, de burge-
meester van 's-Gravenhage Mr. W.
A. J. Visser, de burgemeester van
Rijswijk de heer Th. P. J. Elsen en
opperofficieren van land-, lucht- en
zeemacht.
De commandant legerluchtmacht
Nederland kolonel i.a. Aler sprak
er een kort welkomstwoord.
Het gezelschap begaf zich 4ver-
volgens naar de grote hangar van de
N.V. Frits van Diepen Vliegtuigen,
waar het niet vliegende gedeelte
der tentoonstelling is ondergebracht.
De Prins knipte een lint door en
daarmede was de tentoonstelling
geopend.
Enige tijd geleden vestigde de
heer P..Windmeyer pit Delft de aan-
dacht van biologen uit binnen- en
buitenland op zich, door zijn resul-
taten op het gebied van de onder-
i waterfotografie.
Veel van hetgeen tot nog toe on-
bekend was werd er door ongehel-
derd. Na zijn terugkeer stelde hij
zijn bevindingen dan ook geheel ter
beSchikking van de Nederlandse bio-
logie. Hij is er nu in geslaagd een
filmcamera te ontwerpen voor on-
derwaterfotografie. Half Juli ver-
trekt hij met de heer J. Renaud. een
medisch student, die veel belangstel-
ling heeft voor'de biologie en even-
eens uit Delft, naar le Lavandou,
een vissersdorp in Zuid-Frankrijk.
om daar een onderwaterfilm te ma
ken van het leven van de vissen in
de Middellandse Zee.
Voorts zal hij per muilezel een
reis van tien dagen over het eiland
Corsica maken en enige films maken
van het leven boven het wateropper-
vlak en naar het staatje Andorra in
de Fyreneeen.
De IJveraar van het Thuisfront
vertelde ook van een mis in de
Kerstnacht, die officieel niet door
kon gaan, omdat de aalmoezenier
niet kon verschijnen. Toen had een
lid van de KJV. op zijn manier ge-
preekt. Sen fijn puntje, gaf-ie, met
soldatenkost. Kun je eigenlijk niet
in de krant zetten. Wellicht zou een
aalmoezenier het anders hebben
gezegd. Maar misschien ook niet.
Reken maar, dat er een stelletje
prachtkerels zit daar. In elk geval
is het geen wissewasje, zulk een
aalmoezenier uit te zenden. Z'n
hele uitrusting moeten we zelf be-
kostigen. En dat komt ons maar
even op veertienhonderd gulden!"
Oel, veertienhonderd gulden voor
een aalmoezenier. We hebben er
167, reken maar uit. Bijna "n kwart
millioen gulden, alleen al om dal-
moezeniers aan hun uitrusting te
helpen. Ook 'n aalmoezenier is 'n
soldaat. Terwijl echter de gewone
soldaat z'n Lee-Enfield 7,7 noncha
lant over de schouder slingert en
z'n plunjezak volpropt met rijks-
goed-gratis-voor-niets, moet 'n aal-
moezehier al de spullen, die hij
nodig heeft om de Nederlandse en
Nederlands-Indische soldaat bij te
staan, met veel ritselende papiertjes
zelf kopen.
En nog altijd zijn er te weinig;
aalmoezeniers menen we. Pa-
piertjM trouwens ook maar d&ar
zorgt w toch voor?
Nogmaals wordt er aan herin-
nerd, dat op 1 Juli a.s. de frankeer-
zegels van het type Lebeau (de z.g.
duifjeszegels) ongeldig worden en
niet meer voor frankering mogen
worden gebruikt.
mw m vajrende Ruhr-industrie mee op te
(Van onze bijaondere medewerker)
DE BESPREKINGEN te London over Duitsland tussen Amerika,
Engeland, Frankrilk en d% Benelux-landen hebben tot een
accoord geleid. Dat wil zeggen, dat de onderhandelaars voor die
res landen aan hun regeringen gelijkluidende maatregelen zul
len aanbevelen. De Britse regering heeft die aanbevelingen goed-
gekeurd. Marshall heeft ook Amerika's instemming betuigd. In
Frankrilk heeft de regering er zich met veel pijn mede kunnen
verenigen, evenals de commissie-voor buitenlcmdse zaken van
de Kamer met de hakken over de sloot: er was een meerder-
heid van pjecies een stem. Op het moment, waarop wij dit schrij-
ven, is dus nog niet met zekerheid te zeggen, wat Franknjk en
de Benelux-landen zullen doen. De Gaulle heeft er zwaar alarm
tegen geblazen en zeker is, dat Frankrijk de aanbevelingen niet
zonder voorbehouden zal aanvaarden.
Hebben die voorbehouden zin
zal zal men vragen en zo ja,
heeft zo'n aanvaarding dan zin?
Wij menen, dat en zulke voorbe
houden en zo'n aanvaarding on
der voorbehoud inderdaad zin
heeft. Immers, dit accoord behelst
naar het zelf zegt niet meer
dan een uiteenzetting van begin
selen, die op hun beurt weer de
gTondslag vormen voor een meer
in bijzonderheden tredende over-
eenkomst tot vestlging van Sen
Internationale Autoriteit .voor de
Ruhr._
j Stuurman aan de wal.
De Gaulle acht die beginselen
onaanvaardbaar en een gevaar voor
(Van onze bijzondere medewerker)
EEN NIET OVERDUIDELIIKE een meer korte dan heldere
mededeling iss gedaan over de besluiten der Benelux-minis
ters, begin Juni genomen in het Chateau d Ardennes, in de Belgi-
sche Ardennen. Het enige, wat daarin eigenlijk houvast bood
was de aankondiging, dat de economische unie tussen de drie
lage landen op 1 Januari 1950 dus over ongeveer anderhalf
jaar al een feit zou moeten zijn. Zelfs zo, dat ook de Neder
landse gulden en de Belgische en Luxemburgse franc omtrent
die tijd op een vast plan vrij onderling om- en inwisselbaar zou-
den moetert worden. Op zichzelf is het uiterst verheugend, dat
met de uitbouw en de voltooi'ing der Benelux zoveel ernst en
zoveel spoed wordt betracht Want wij geloven nog steeds, dat
voor de aldus in een economische unie verbonden drie landen
een grote toekomst kan zijn weggelegd. Niet enkel tot hun eigen
welzijn. maar ook tot dat van Europa en zelfs tot heil van de
wereldvrede.
Wij leven tenslotte nog van in-
voer en moeten dfe zoveel mogelijk
door uitvoer zien te betalen. Tot nu
toe kwamen wij daar toch al een
dikke twee milliard gulden per jaar"
aan te kort. Zouden wij, door veel
duurdere prijzen, minder kunnen
gaan uitvoeren, dan zouden wij nog
meer „op de pof" moeten gaan le
ven. Dat kan men alleen volhouden,
als men rijk is, maar het na-oorlog-
se Nederland is niet meer rijk. Het
is integendeel zeer arm. Wij zijn dus
wel buitengewoon benieuwd, eens
wat meer te horen over de grond-
slag, waarop men zich die economi
sche unie denkt. Tot nu toe ver-
namen wij, dat Nederland vrien-
delijk werd aangemaand, zijn peil
wat te verhogen, maar het is even
interessant te vernemen, of Belgie
en Luxemburg het hunne wat wil-
len matigen en in hoeverre.
Maar als men over DE economi
sche unie tussen de Lage Lan
den spreekt, moet men toch met
verge ten, dat die er zus of z6 uit
kan zien en dat het dus eigenlijk
juister is oven een, dan over de
economische unie tussen Neder
land, Belgie en Luxemburg te spre
ken. Hoe zal zij er in feite uitzien?
Wel niemand heeft ooit geloofd,
dat zij zal worden opgebouwd op
de grondslag alleen van het Neder
landse economische bestel. Want
dat vertoont grote, zeer grote ver
schillen met b.v. het Belgische. Bij
ons zijn de prijzen en vooral de
lonen aanzienlijk lager dan by onze
Zuiderburen. Dat maakt bij ons
loon- en prijsbeheersing uit een oog
punt van rechtvaardige verdeling
der nationale armoede veel nood-
zakelijker dan in Belgie. Van natio
nale armoede kan men in Belgie
trouwens moeilijk spreken. Dat
land leed veel minder van de oor
log dan het onze. Onze ook eco
nomische betrekkingen met In
donesia bleven na het einde der
vijandelijkheden niet weinig ge-
stoord. Tussen Belgie en de Congo
was dat allemaal niet het geval.
Belgie zit dan ook ruim in zijn
dollars en bij ons is alleen het te-
kort aan dollars „ftijpend" ruim. In
Belgie is veel vrijheid. Bij ons is
veel reglemerUering. Toch moet
men niet denken, dat er alleen by
ons spanningen zijn tussen lonen
en prijzen. Al zijn bij onze Zuider
buren de lonen hoger dan bij ons,
de vrije prijsvorming heeft er tot
zulke grote prijsstijgingen geleid,
dat het leven er voor brede groepen
der bevolking ondraaglijk' duur is
geworden. Tussen Nederland en
Belgie is nog een ander beduidend
onderscheid.
Belgie financiert zjjn staathuis-
houding voor het overgfote deel
uit indirecte heffingen, zodat de
directe belastingen er niet talrijk
en niet erg hoog zijn. Bij ons is
dat juist andersom. En omdat di
recte belastingen beter geheven
kunnen worden naar draagkracht
en dus rechtvaardiger drukken
dan de indirecte (dat zijn b.v.
accijnzen op suiker, of omzetbe-
lastin'g) vinden w(j ons systeem
eigenlijk beter dan het Belgische.
Wat niet wegneemt, dat het Bel
gische technisch wel gemakkelij-
ker is voor de schatkist en dat de
directe belastingen bij ons wel
buitensporig hoog zijn gestegen,
door de nood, waarin wjj ons be-
vinden.
Gelijkheid op sociaal
terrein vereist
EEN economische 'unie nu vereist
eenheid van loon-, prijs- en be-
lastingpeil en eenheid van loon-,
prijs- en belastingpolitiek. En om
dat een scheiding tussen economi
sche- en sociale maatregelen in de
praktijk nu eenmaal niet te maken
valt zij hebben over en weer hun
terugslag. op elkaar zal een eco
nomische unie ook een zekere ge
lijkheid eisen op sociaal terrein.
Op welk peil dat dat alles in
Benelux-verband komt? Wij ho-
pen op een peil, dat ongeveer ligt
tuss het Nederlandse en het Bel
gische. Wij begrijpen, dat het on-
doenlijk zou zijn voor de Belgen,
hun hogere plan tot het onze ge
heel te verlagen. Maar het zou
voor Onze zo hoog nodige uitvoer
anderzijds een buitengewoon ern-
stig nadeel zijn, zo wij helemaal
tot het Belgische peil zouden moe
ten opklimmen.
Benelux en geleide economie
t
NOG om een andere reden, zijn
wij verlangend meer te weten
over DE economische unie. In Bel
gie moet men van geleide economie
niet veel hebben. Een publiekrech
telijke bedrijfsorganisatie die niet
enkel een sociaal kalmeringsmiddel
mag zijn, maar de bekroning moet
vormen van een nieuw, rechtvaar-
dig en menswaardig economisch
herstel veronderstelt echter een
planmatige en dus ook een tot op
zekere hoogte geleide economie. Zal
de Benelux daaraan, ja dan neen,
recht doen wedervaren?
De (Nederlandse) Secretaris-
Generaal der Benelux, die hoe-
wel veel bekwaamheden hetobende
toch geen vakeconoom is en daar
om misschien de ware betekenis
ener publiekrechtelijke bedrijfs
organisatie nog niet geheel door-
peild heeft, schijnt hier en daar
als zijn menlng te geven, dat „ge-
lefde economie" voor Benelux wel
niet is weggelegd, omdat men daar
in Belgie nu eennlaal zaeht ge
zegd geen voorliefde voor
heeft. Met alle respect voor die
menlng, maar voor ons is op 't
voetspoor der Pauselijke Ency-
clieken een economisch bestel,
gegrondvest op- en bekroond door
publiekrechtelijke bedrijfsorgani
satie, een zaak van hoog beglnsel.
Zonder dat, achten wij een nieuw,
rechtvaardig, menswaardig, wel-
vaart-bevorderend en christelijk
maatschappelijk bestel niet te ver-
wezenlijken.
Zonder dat, zal EEN economische
unie tussen de Drie Lage Landen
nooit DE economische unie van Be
nelux kunnen zijn. En wij, katho
lieke Nederlanders, hopen daartn
niet alleen te staan. Want o°k in
Belgie en Luxemburg zijn de chris-
telijk-sociale zusterpartijen de sterk-
sten in hun landen. Wij willen ook
Benelux zien als een waarborg en
een nieuw instrument voor een
nieuw maatschappelijk bestel in ka
tholieke geest.
Een Kon. Besluit van 15 Juni re-
gelt de verzekering van ambtenaren
bij het reizen per vliegtuig. De ver
zekering betreft, indien belangheb-
bende gehuwd of kostwinner zijn,
de risico's van overlijden, blijvende
algehele of gedeeltelijke invalidi-
teit en de kosten van geneeskundi-
ge behandeling, indien zij ongehuwd
niet kostwinner zijn die van blijven
de algehele of gedeeltelijke invali-
diteit en de kostgn van geneeskun-
dige behandeling.
De verzekerde som beloopt ten
hoogste:
f 100.000 voor hen, wier bezoldl-
ging, loon of vergoeding 12.000 of
meer 's jaars bedraagt, alsmede
voor hen, die niet-rechtstreeks of
zijdelings in 's Rijks dienst zijn;
f 75.000 voor hen, wier bezoldiging
loon of vergoeding f 7.000 of meer,
doch minder dan f 12,000 's jaars
bedraagt;
f 50.000 voor hen. wier bezoldi
ging, loon of vergoeding minder
dan 7.000 's jaars bedraagt.
De Bijz. Raad van Cassatie heeft
het beroep van Jhr. Mr. C. H. M. J.
J. van Nispen tot Sevenaer, die we-
jgens hulpverlening aan de vijand
(het drukken van propagandamate-
riaal) als directeur van de N.V.
Residentiebode tot 2'/i jaar gevange-
nisstraf was veroordeeld door't Bijz.
Gerechtshof te Den Haag, verworpen
De Raad stelde als bijkomende
straffen: uitsluiting uit de kiesrech-
ten, het recht ambten te bekleden
en uitoefening van enig beroep, ver
band houdend met drukkerij en
uitgeverij, voor de tijd van 10 jaar
vast. Op journalistiek terrein liet de
raad uitspraak over aan de Raad
van beroep voor de perszuivering.
de Franse en Europese veiligheid.
Maar De Gaulle is stuurman _aan de
wal, zicji bij herhaling minzaam
aanbevelend om weer Kapitein op
de brug te mogen worden. Wij zou
den het wat voorbarig vinden, zo
men nu' al dit brpze accoord aan
scherven sloeg. Als Frankrijk dus
voorbehouden maakt wat het
zeker doet, zo tenminste de Kamer
niet bij verrassing en dit accoord en
de Regering in de grond boort,
want dat zou in dit geval sarmpn-
gaan dan lijkt het 6hs raadzaam
dat ook de Benelux-landen dit doen
En wel op twee zeer wezenlijke
punten: de stemmenverhouding IN
en de bevoegdheden VAN deze
Internationale Autoriteit voor de
Ruhr.
Zoals de zaak nu staat, zullen
daarin 15 stemmen worden uitge-
bracht: 3 door Amerika. 3 door En
geland, 3 door Frankrijk, 3 door de
Duitsers zelf en 1- door elk der
Benelux-landen. Dat betekent, dat
Amerika, Engeland en Duitsland
gemakkelijk een meerderheid kun
nen vormen tegen Frankrijk en de
Benelux. Kunnen, maar zullen zij
het ook?
Wij menen, dat dit gevaar zeer
groot is. Immers Engeland en
Amerika hebben geen kolen, co
kes en siaal uit de Ruhr nodig;
Frankrijk en de Benelux wel; en
Duit^pnd houdt die natuurlijk
llever zelf. Immers, hoe minder
kolen uitgevoerd worden, hoe
meer staal er kan worden voort-
gebracht. En hoe minder staal als
grondstof behoeft te worden ge-
exporteerd, des te meer kan wor
den aangewendter productle van
hoogwaardige lialffabrikaten of
eindproducten.
Amerika en Engeland hebben veel
dollars en ponden in hun bezettings-
zdnes gepompt en willen er dus wel
eens wat van terugizen. Veel be
lang bij aanzienlijk? uitvoer van
kolen en staal, als grondstoffen,
hebben zij dus zeker niet. En de
Duitsers zelf hebben er allicht ook
groot belang bij, zoveel mogelijk
van deze goederen thuis te houden,
om er weer een machtige en wel
zijn daartegen dus bepaald ernstig
in het nadeel. En de Gaulle wiens
argumenten in deze juister zijn dan
zijn gevolgtrekkingen zegt dan
ook terecht, dat bij deze stemmen
verhouding de Duitsers als schelds-
lieden zullen optreden tussen de
Amerikanen en Engelsen aan de
eene kant en hun Westelijke buren
aan de andere. Anders zou dat zijn,
als Frankrijk, Engeland en AmerjUia
ieder drie stemmen hadden, Duits
land, Nederland, BelgiS en Luxem
burg elk twee. Ofwel als men een
Benelux-Franse meerderheid niet
zou w'illen aanvaarden dan aou
men de drie. Benelux-landen samen
5, Amerika, Engeland en Frankrijk
ieder 3 en Duitsland 2 stemmen
kunnen geven. Dan ware het ten
minste niet mogelijk, Frankrijk,
Belgie. Nedefland en het Groot-
hertogdom met behulp der Duitsers
te overstemmen. Deze zaak is voor
de welvaart, maar ook voor de vei
ligheid van Europa natuurlijk van
het allergrootste gewicht.
Een tweede voorbehoud zoo Be
nelux oi.. moeten overwegen in-
zake de bevoegdheden van de
Internationale Autoriteit voor de
Ruhr. Deze kan nu wel op papier
verdelen hoeveel staal, kolen en
cokes bestemd zal worden voor
export en hoeveel voor gebrnik
in Duitsland, maar de milttaire
gouverneurs zullen die verdeltngi-
plannen al of niet moeten
uitvoeren. Dat verdelingsplan lelf
moet kloppen met het program
der Marshall-hnlp.
Al met al hebben wij nog niet
de indruk, dat de Fransen in Lon-
den heel scherp onderhandeld heb
ben. ,De Benelux-delegatie was er
in zoverre in het nadeel, dat zij geen
feitelijke Duitse troeven in handen
had; alleen maar morele. Maar die
zijn helaas op diplpmatieke confe-
renties n.iet veel waard!
Mgr. Dr. J. Hansen, coadiutor van
het Bisdom Roermond heeft te Nij-
megen het psychologisch laborato-
rium van de R. K. Universiteit in
gewijd. De voorzitter van het cu-
ratorium Dr. W. A. Boekelman be-
groette de Coadjutor met een rede,
waarin hij er op wees, dat de ze-
gen van de Kerk grote betekenis
had voor deze wetenschappelijke
afdeling, waarin op bijzondere wijze
de peesteliik" belangen van de lii-
dende mensheid wordt behartigd,
daar de katholieke geest van we-
tenschap en naastenliefde hier hand
aan hand gaan. In zijn wederwoord
zeide Mgr. Hansen, dat de weten-
schap der zielkunde in nauw ver
band staat met de theologie en dat
de priesters, belast met de zielszorg
zorg ook lering kunnen putten uit
de wetenschappelijke toegepaste
psychologies Hiervan werden de
verschillende studiezalen en leer-
kamers gezegend.
Anne liep opgelucht bij mevr. Pri-
tere vandaan naar huis. Morgen-
ochtend kreeg ze drieduizend francs
en Pierre kon het geld terugbren-
gen en zou dan gered zijn. Misschien
was dit alles wel voor zijn bestwil
.zo gelopen, want nu zou hij wel
"nooit meer gokken. Zodra ze in huis
was, sloop ze naar Pierre's slaap-
kamertje. Hij lag op haar te wach-
ten.
„En?" vroeg hij angstig be
nieuwd.
Anne's ogen straalden. Ze ging
vlug naar hem toe en sloeg haar
armen om zijn hals.
„Het is in orde, Pierre! Ik heb
het voor elkaar gekregen!" riep ze
opgetogen.
Pierre sperde zijn ogen van ver-
bazing wijd open.
„Hoe heb je dat in vredesnaam
klaar gespeeld?"
Anne vertelde hem alles en hij
staarde bezorgd voor zich uit.
„Ik denk wel, dat het in orde is,"
zei hij. „Maar toch heb ik die mevr.
Pritdre nooit helemaal vertrouwd."
Anne streek hem door zijn haren.
„Ga nu maar slapen! Je bent
doodop!" Ze kuste hem hartelijk.
„Morgen begin je een nieuw leven,
waarin niet meer gegokt wordt."
Hij lachte en hield haar hand te
gen zijn wang aan.
„Je bent ee fidele meid, zus!" zei
hij en hij volgde haar met zijn
ogen, toen zij het kamertje verliet.
Beneden hoorde Anne stemmen
en ze veronderstelde, dat haar va-
der en stiefmoeder nog niet naar
bed waren. Ze aarzelde. Zou ze
recht naar haar kamer gaan, of
eerst goedennacht wensen?
Ze kwam vlug tot een besluit. Ze
was nog nooit naar bed gegaan,
zonder haar vader goedennacht te
zeggen. Ze zou het vanavond ook
niet nalaten. Ze gi,ng naar de deur
van de huiskamer. Een zware stem,
niet die van haar vader, trof haar
oor. Ze begreep er niets van en
draaide de deurknop om.
„Ah, daar is ze!"
Het was de stem van haar stief
moeder, maar ze klonk heel, anders
dan gewoonlijk. Ze klonk nu warm
en hartelijk en werd vergezeld van
een glimlachje. Anne keek naar de
man, die naast de stoel van haar
vader bij de haard stond. Hij was
George Callon, de zoon van een oud
vriend van haar vader. Hij was
verscheidene jaren in het buiten
land geweest, had daar fortuin ge-
maakt en woonde nu sedert een
half jaar aan de andere zijde der
stad, waar hij zijn geld in verschil
lende zaken gestoken had.
Hij was bijna terstond de oude
vriend van zijn vader komen op-
zoeken en daarna verschillende
malen bij de H6blers op be
zoek geweest. Juffrouw Hebler was
alFijd blij met zijn komst, want al
was hij groot en grof, al zaten zijn
kleren hem slordig om het lijf en
al waren zijn trekken lelijk, hij
was rijk en dat was in haar ogen
een excuus voor dat alles. Anne
mocht hem ook graag, al had ze
hem de laatste tijd ontweken, om
dat ze vermoedde, dat zijn bezoe-
ken meer haar dan haar vader en
stiefmoeder golden.
En omdat ze Arthur liefhad, voel-
de Anne weinig voor een man, die
tien jaar ouder was dan zij, hoe
aardig en vriendelijk hij dan ook
zijn mocht. Toch, toen ze hem daar
zag staan, en zijn bruine ogen ver*
legen op zich gericht voelde, besefte
ze opeens, hoe gemakkelijk ze aan
hem dat geld voor Pierre had kun
nen vragen. En toch was het ook
weer natuurlijker geweest, dat ze
naar de man was gegaan, dien ze
lief had en met wien ze dacht te
gaan trouwen.
„Goeden avond, mijnheer Callon",
zei ze en hij kwam naar haar toe
en liet haar hajidje in zijn grove
hand geheel verdwijnen.
„Nu je er ook bent, is het zeker
een goede avond", zei Callon met
een brede glimlach, waardoor zijn
witte tanden geheel zichtbaar wer
den.
„Wil je nog wat te eten hebben,
schat?" vroeg juffrouw Hebler lief-
jes. maar Anne schudde ontken-
nend het hoofd.
„Neen, dank u". antwoordde ze,
naar haar vader kijkend, die genoot
van de fijne sigaar, horn door Cal
lon aangeboden.
„Ik vind het toch maar fideel van
je, George, dat je nog altijd in ons
eenvoudige huisje blijft komen",
verklaarde hij, „iemand van jouw
positie hoort toch in de hogere krin-
gen thuis."
Callon kreeg een kleur en keek
naar Anne.
„Ik heb hier in de buurt niet veel
vrienden", zei hij* „en ik kom hier
graag. Ik ben hier in de buurt op-
gegroeid. En u bent mijn beste
vrienden."
Hij bleef niet lang meer en Anne
Het hem uit. In de donkere gang
keek hij op haar neer, want hij was
een heel stuk groter dan zij en zei
gejaagd: „Anneik zou wel eens
willen weten, of je soms zin hebt....
een keer met me uit te gaan? Och,
ik weet wel, dat je me een verve-
lende vent zult vinden, maar toch..."
„Het spijt me, George, maar
ehik heb het in de laatste tijd
erg druk."
Hij glimlbchte terug en opende de
voordeur. ..Dat had ik al gedacht",
zei hij. „Wie het dan ook is, het is
een geluksvogel, die vent."
Hij liep de straat op en Anne
staarde hem na, zich afvragend, hoe
hij zo geraden had, dat ze iemand
anders liefhad.
HOOFDSTUK T.
Het verraad van mevrouw Pritire.
Met een liAit hart begaf Anne
zich enkele minuten, voordat de
wTnkel voor het publiek geopend
werd, naar het prive-kantoor vdn
mevrouw Pritfere.
..Binnen", riep deze en Anne vol-
deed aan deze uitnodiging.
(wordt vervolgd)