Vreemde eenheid in Roemeense
communistische partij
De Katholieke Kerk
Koninklijke schilderijen in't Mauritshuis
Katholieke Kerk op een lijn
met de Getuigen van Jehovah
Vordering van woonruimte
en
het Indonesisch Nationalisme
De successiewet wordt gewijzigd
DERODEPAARDEN
Wat zegt de wet over deze kwestie
HOLLAND OP ZIJN BEST
Een kleinevoortreffelijke verzamelinfy
Over het algemeen zijn de bedragen
der vrijstellingen verhoogd
N1EUW NOORDHOLLANDS DAGBLAD - Dinsdag 10 Augustus 1948
PAG. 3
Nieuwe paspoorten in
Joego-Slavie
KATHOLIEK
WERELDNIEUWS
BOMAANSLAG OP EEN
ITALIAANSE
PROCESSIE
De zaak wordt voor het
parlement gebracht
Een typische Amerikaanse
verlanglijst!
Szakasits, voorzitter van de
Hongaarse Arbeiderspartij, die
door het Hongaarse parlement
tot president van de Hongaarse
republiek werd gekozen.
DE SINT PIETER IS VOL
Geen plaats meer voor
beelden. van Heiligen en
Pausen
FEUILLETON
FAMILIEROMAN VAN MORTEN KOCH
Uit het Deens vertaald
(Speciale correspondence)
BOEKAREST (K.N.P.) Een heitige verklaring, onlangs gepubli-
ceerd door de Communistische Arbeiderspartij van Roemenie,
noemt in een adem: de „reactionnaire" Katholieke Kerk, de Ge
tuigen van Jehovah, ,,de nationalistisch-reactionnaire elementen
der Joodse bevolking", en de aanhangers van Lucretiu Pa-
trasceanu, een communistisch leider, die buiten het parlement
werd gesloten!
De' verklaring onderstreepte de
noodzakelijkheid, de partijleden met
de nodige voorzichtigheid aan te
werven. „Elementen, vreemd aan de
arbeidersklasse, zijn binnengedron-
gen in de rangen der werklieden-
partij, en hebben er veel invloeden
van hun bourgeois-geest, alsmede
hun opportunisme meegebracht".
Bovendien laakt de motie „het
gemis aan politieke rijpheid der le-
den, hun geringe belangstelling
voor de Marxistische en Lenimsti-
sche studies, en hun luiheid wat
betreft de practische activiteiten
Deze verklaring wordt beschouwd
als het bewijs en dit ingevolge
de bekentenis der Communistische
leiders zelf dat alles ver van
volmaakt is in de Roemeense
„voIksdemocratie", en dat er zich
onder het mom van de „eenheid
geweldige twisten hebben afge-
speeld en nog afspelen in de partij
zelf en tegelijkertijd ook tussen deze
en haar bondgenoten.
Ze geeft ook enkele ophelderin-
gen omtrent de uitsluiting en ar-
restatie van Patrasceanu, vo6r
korte tijd nog een der meest in
vloedrijke leiders der Roemeense
Communisten: „De organisaties
der nationale minderheden wer-
den eveneens meegesleurd in deze
strijd voor het .Communisme,
vooral nadat de anti-marxistische
en chauvinistische houding van
Patrasceanu was gebleken". Dit
bevestigt de vroegere berichten,
volgens welke Patrasceanu, even-
als Emile Bodnaras, Communis
tisch Minister van Oorlog, be-
schuldigd werden van anti-semi-
tisme door de algemene leidster
van de Communistische partij,
Anna Pauker, Minister van Bui-
tenlandse Zaken van Roemenie.
De voornaamste nationale min
derheden in Roemenie zijn de
Hongaren en de Joden. Van de
twee meest invloedrijke leiders
der Roemeense Communistische
partij is de ene, Laszlo Lukas, een
Hongaarse Jood en de andere,
Anna Pauker, een Russische Jo-
din, die het ook al niet eens zijn.
Het is trouwens opvallend, dat
behalve Patrasceanu en Bodnaras
alle ..Roemeense" ministers Joden
van buitenlandse afkomst zijn.
Hierdoor is de gehele communis
tische beweging in Roemenie nog
meer gebrandmerkt in de ogen
van het volk, dat het eigen va-
derland en de eigen leiders bo-
venal op prijs stilt.
De ..chauvinistische houding van
Patrasceanu is slechts een der be-
schuidigingen, die in deze verkla
ring van de Arbeiderspartij tegen
hem worden geuit. Zijn grootste
fout is klaarblijkelijk. dat hij de
Communistische verklaringen over
het „eenheidsfront", over de „sa-
menwerking" met de niet-commu-
nisten enz. te letterlijk heeft opge-
volgd. „Een typisch voorbeeld van
verzaking aan de klassenstrijd en
van collaborate met de uitbuiters,
is de houding van Patrasceanu.
Voer Maart 1945 raadde hij de col
laboratie aan met de bourgoisie of
tenminste toch met een groot deel
van deze klasse. In 1946 prees hij
de alliantie met de ganse landbou-
wersstand. met inbegrip van de
uitbuitende elementen, die in deze
klasse voorkomen en die vijandig
staan tegenover de arbeidersmassa
De verklaring vervolgt:
Hij weigerde te erkennen, dat de
he'iangrijkste taak door het proleta-
riaat vervuld wordt. Hij volgde een
politifek van verzoentng tegenover
de burgerij. predikte de liberale
leer van de vrije economie, kwam
op tegen de munthervorming. Pa
trasceanu werd aldus in de rangen
onzer partij de vertegenwoordiger
van de bourgeois-ideologie, en het
feit dat zijn theoneen met tijdig
werden ontmaskerd, rnnet als een
vergissing worden beschouwd
- Vor 9 Augustus uitgegeven Jiego-
slavische paspoorten zijn plotselmg
ongeldig verklaard. Wie naar het
buitenland wil, miet „ip de gebrui-
kelijke wijze", aldus de ministeries
van binnen- en buitenlandse zaken,
een nieuw paspoort aanvragen.
Volgens de verklaring, geschiedt
de evolutie van Roemenie naar
het Socialisme, door middel van
een klassenstrijd. Een der voor
naamste hinderpalen hierbij is
de Katholieke Kerk, waartoe on-
geveer 14 pet. der bevolking be-
hoort. Terrorisme, afleidingsma-
noeuvres en sabotage worden aan-
gewend dooor de bourgeoisie, die
daarbij gebruik maakt van de
actieve steun van' buitenlandse
imperialisten. De Katholieke
Kerk, evenals andere sekten als
bijvoorbeeld de Getuigen van
Jehovah, staat insgelijks in dienst
van de reactie. De vijanden van
de klassenstrijd zijn binnenge-
drongen in de massa-organisatie
en tot in de partij zelf. Elemen
ten, aangesloten bij het kapita-
lisme, hebben zich ingewerkt in
net raderwerk van de Staat; zij
maken van hun positie gebruik
om de politiek van de regering in
gevaar te brengen".
Tenslotte klaagt de verklaring de
„ijdelheid en de bureaucratische
geest" aan, die heersen in de schoot
der partij. Zij beveelt dan ook de
traditioneie „zelfcritiek" aan. „Spe-
ciale aandacht moet worden be-
steed aan de intensifiering van de
klassenstrijd bij de landbouwers.
Een dieper onderzoek van de sociaie
structuur dringt zich op, opdat de
leden zouden weten wie de vnen-
den en wie de vijanden van de ar
beidersklasse zijn
De traagheid in de organisatie
van het landbouwproletariaat, is
een der grootste zwakheden in de
organisatie van onze partij aldus
dit document, dat een toppunt van
verdraaiing en laster is.
MGR. SIEGMUND Mihailovitsj, lei
der van de Hongaarse Katholieke
Actie, is erin geslaagd zijn land te
ontvluchten en Rome te bereiken,
waar hij op 3 Aug. zijn intrek heeft
genomen in de Villa San Francesco
Zoals wij reeds mededeelden, werd
hij door een Volksrechtbank te Boe-
dapest bij verstek veroordeeld tot
tien jaar en verbeurdverklaring van
al zijn goederen.
NA EEN VERBLIJF van 4 dagen
te Castel Gandolfo heeft de H. Va-
der thans zijn dagindeling vastge-
steld. Te 8 uur begint Hij zijn dage-
lijks werk in Zijn studeervertrek.
Te 10 uur beginnen de audienties,
welke duren tot het middaguur; als
eerste zal steeds ontvangen worden
een der leiders van het Pauselijk
Staatssecretariaat. Te 12 uur begeeft
de H Vader zich naar het open-
luchtpaviljoen en werkt er tot half
twee. Dan trekt hij zich terug in
zijn particuliere vertrekken eh
maakt om 4 uur een wandeling op
het grote terras van het buitenver-
blijf, zodat hij 5 km heeft afgelegd
bij de terugkomst in de particuliere
vertrekken te 5 uur. Gezien de zo-
mertemperaturen verlaat Z.H. zijn
vertrekken dan niet meer.
TIJDENS een bezoek aan Enge-
land heeft de Nederlander Mgr.
Cobben, Apostolisch Vicaris in Fin
land, "n verklaring die rampzalig-
heid onderstreept van de priester-
nood in dit land.
MGR BERNARDINI, Apostolisch
Nuntius in Zwitserland, zal de H.
Stoel vertegenwoordigen op de 17e
conferentie van het Rode Kruis te
Stockholm, van 20 Aug. tot 2 Sept.
Een ohverlaat heeft een hand-
granaat geworpen in een processie
te San Martino Bareggio in Noord
Italie. Dit feit heeft grote opschud-
ding verwekt in het betrokken dio-
cees. Onder de twintig gewonden is
een vrouw aan het oog getroffen en
een meisje in de rug.
De „Osservatore Romano" schrijft,
dat het hier een ommegang met het
beeld van de H. Maagd betrof. De
dader heeft niet gewacht tot de wa-
gen met dit beeld voorbij was, zodat
het aan de linker zijde beschadigd
werd en de koetsier alsmede de paar-
den bebloed neervieleh. Zolang het
onderzoek voortduurt, valt niets na-
ders te berichten.
Alhoewel ter handhaving van de
openbare orde de Processie onder-
broken werd, stroomde de bevol
king ook uit de omliggende dorpen
naar de parochiekerk om eerherstel
te brengen. Onder hen bevonden
zich de gewonden, die nog konden
lopen.
De „Osservatore" zegt in zijn com-
mentaar, dat iets dergelijks tot dus-
verre niet was voorgekomen, on-
danks de hevigheid der anti-gods-
dienstige aanvallen in sommige de-
len van Italie. ,,De kalmste naturen
raken buiten zichzelf, voornamelijk
nu tijdens de laatste dagen de aan-
vallers zich als aangevallenen voor-
stellen". Enige afgevaardigden heb
ben reeds een motie in het Parle
ment ingediend.
In
DE DRIE BISSCHOPPEN van
Hessen hebben een gemeenschappe-
lijk schrijven doen voorlezen in de
Diocesen Mainz, Limburg en Fulda:
„Wij moeten besluiten om eenvou-
dig en spaarzaam te leven. Het zou
ten opzichte van God en de samen-
leving onverantwoordelijk zijn, in-
dien het gebrek aan consumptiegoe-
deren uitgebuit zou worden, door-
dat de producenten teveel ervoor
vragen en de verbruikers teveel er
voor bieden. De zwarte handel moet
verdwijnen!" Voorts vroegen deze
Bisschoppen, als „Vaders der ar-
men", om blijvende steun voor de
kerkelijke liefdadigheidsinstellin-
gen.
De zalig- of heiligverklaring van
116 missionarissen, die bij de ker-
stealing van Noord-Amerika de
marteldood stierven, dit zal Mgr.
John Gannon, Bisschop van Erie
(V.S.) in September zelf aan de H.
Vader vragen.
Onder leiding van de Bisschop
werkt sinds 1939 een bijzondere
commissie aan de opstelling van de
desbetreffende petitie aan de H.
Congregatie der Riten. Onder de
martelaren bevinden zich 74 Fran-
ciscanen, 25 Jezuieten, 7 Dominica-
nen, 1 Capucijn, 1 Missionaris van
St. Sulpice, !4 wereldgeestelijken, 1
bisschop, 6 Indianen en 7 Franse
officieren.
In dit verband zij er aan henn-
nerd, dat Leo XII in 1900 op een
dag 77 missionarissen in Indo-China
gemarteld, zalig verklaarde. In 1929
canoniseerde Pius XI 136 Engelse
martelaren uit het tijdperk v£n
1541 tot 1680.
de eerste jaren der bezetting
verschenen de verschillende rege-
len .die een verbod inhielden om
enige woonruimte aan haar bestem-
ming te onttrekken. huurders in
bescnerming namen en een vesti-
gingsbesluit 1940 kwam eveneens
tot stand en bleef na de oorlog ge-
handhaafd. Diverse aanvullmgen en
wijzigingen, speciaal die van na de
bevrijding, waren de voorposten
van een geheel nieuwe regeling, die
met de Woonruimtewet 1947 op 1
October j.l. is ingegaan. De stof, die
in de vroegere besluiten was opge-
nomen, treft men min of meer ge-
wijzigd in de nieuwe wet aan.
Hoewel de uiteindelijke opl°s-
sing van het nijpende woningtekort
ligt in de vergroting der woonruim
te bleek het niet mogelijk het be-
grote bouwvolume zelfs overal te
benutten.
Nadat in de Kamer enkele dis-
cussies gevoerd waren, besloot de
Minister de thans geldende rege
ling handhaving der bestaande
regeling en enkele ,wjiz|§j.nge!}QX"
te doen ingaan op 1 October 1947.
De doelstelling is echter met: doel-
matige verdeling van woonruimte
doch meer beperkt: bevordenng
daarvan.
De uitvoering der Woonruimte
wet werd in handen van B. en W.
eelegd in tegenstelling met het vor-
deringbesluit, hetwelk door de bur-
gemeester werd gehanteerd. Art. 1
der wet verbiedt om woonruimte
in gebruik te geven of te nemen
zonder schriftelijke vergunning
daartoe door, B. en W. afgegeven.
De tekst der wet maakt nog enkele
malen een eind aan de gerezen be
zwaren die konden ontstaan door
dat de op grond van het besluit
bevolkingsboekhouding (S. 1936 nr.
3421 tot stand gekomen opnemingen
in het bev. register aan de clandes-
tiene vestigingen een schijn van
legaliteit verleenden. Nu van een
vestigingsver gunning sprake is,
wordt het duidelijk, dat dergelijke
vestiging geen vergunningswaarde
bezit.
heid is gebleken, om op basis van
vrijwilligheid een oplossing van de
huisvestigingsmoeilijkheid te berei
ken. Een zeer vergaande bepaling
in genoemd amendement is, dat bij
de toewijzing van het gevorderde
zoveel mogelijk rekening zal wor
den gehouden met de voorkeur van
degene, tot wie de vordering is ge-
richt.
Er kan thans dus geen sprake
meer zijn van twee criteria in het
vorderingsproces (..vordering en
„toewijzing")deze dienen noodza-
kelijkerwijze samen te gaan. Voorts
dient vordering van een woningge-
deelte (gedwongen samenwoning)
ten behoeve van a-sociale personen
achterwege te blijven. De gevallen,
waarin niet of onvoldoende met de
voorkeursrechten van de eigenaar
rekening werd gehouden, stelden
menig gemeentebestuur voor het
feit, dat G. S.- een beroep ontvan
kelijk verklaarden en het betref-
fende vorderingsbesluit nietig ver-
verklaarden.
De vorderende autoriteit is be-
voegd zbdanige voorzieningen aan
het gevorderde uit te voeren, als zij
noodzakelijk acht voor het gebruik,
waartoe de vordering geschiedde.
De kosten van deze voorzieningen
kunnen op de eigenaar worden ver-
haald voor het deel, waarmee deze
door de voorzieningen is gebaat.
Diverse strafbepalingen en daar-
mede verband houdende regelen,
welke als overtredingen zijn aange-
merkt, vormen de gebruikelijke
stok achter de ffeur en schenken
o.m. bevoegdheden als ontruiming
van in strijd met de bepalingen der
wet in gebruik genomen ruimten
en zulks zo nodig met behulp van
de'sterke arm op kosten van de na-
latige Het niet voldoen aan een
vordering- wordt aangemerkt als
miadrijf en draagt alle daaruit
voortvloeiende nadelen met zich.
In de slot- en overgangsbepalin-
gen der wet is voorzien in het ge-
val, dat een eigenaar op wettige
gronden ontruiming van het gevor
derde eist ten behoeve van eigen
dringend gebruik ener woongele-
genheid. Zodanige vordering tot
ontruiming geschiedt steeds onder
de in het vonnis op te nemen bepa
ling dat de ontruiming moet Pla*s
vinden binnen een door B. en W.
vast te stellen termijn. Deze termijn
zal niet langer zijn dan 180 dagen
na de betekening van het vonnis.
ii.
Het Mauritshuis is aanvankelijk
niet voor een museum bestemd
geweest en het is ook geen mu
seum het is een schilderljenkabi-
net. Het heeft de intimiteit daar
van maar ook de nadelen, mees-
terwerken hangen dicht op elkaar
en we herinneren ons dat w(j op
een regenachtige dag een prach-
tige Antonio Mor helemaal met
konden zien. Om dit eigenaardige
karakter worden er ook geen gro
te tentoonstellingen gehouden als
in het Rijksmuseum maar dit ju-
bileumjaar wiide men althans een
kleine houden en men wendde
zich tot de Engelse Honing, die
een van de weinige grote vorste-
lijke verzamelingen bezit die er
nog bestaan, al heeft Cromwell er
destUds wel wat uit weggenomen.
Uit sympathie voor H. M. Konin-
gin Wilhelmina heeft Honing
George tien schilderijen en ver-
schillende tekeningen en aquarel-
len van Hendrick Avercamp in
bruikleen afgestaan, schilderijen,
die slechts een keer te Londen en
verder nooit z(jn tentoongesteld,
Acht keer vloog de K.L.M. koste-
loos heen en weer om een schil-
derij te halen, terwijl de twee
grootste door het ooriogsschip de
„Heemskerck", eveneens belange-
loos, werden overgebracht.
In overleg met de Surveyor van
de King's Pictures, Prof. Anthony
Blunt, werd een keuze gedaan
deze keuze is voortreffelijk.
Rembrandt en Vermeer,
Er zijn niet minder dan drie Rem-
brandts; de pas gerestaureerde
Scheepsbouwer met zijn vrouw uit
1633 een jaar na de Anatomische
Les'van het Mauritshuis gemaakt,
met diezelfde levendigheid, de ba-
rokke zwier en het ten toon staan
van de figuren. Van een grotere be-
zonkenheid en. lijnheid getuigt bet
ongerestaureerde Portret van een
dame met waaier uit 1641, een mees-
terwerk van karakterstudie, dat
enige overeenkomst vertoont met
he damesportret uit het Rijksmu-
*seum. De Hovenier, de ontmoetmg
van Maria Magdalena met de ver-
rezen Christus, eveneens zorgvuldig
gerestaureerd, is een van die roman-
tische werken van de meester van
een grote, beheerste bewogenheid,
inniger dan bij de Scheepsbouwer
met zijn vrouw, gebaad in het mys-
terie van het licht van de dageraad.-
Johannes Vermeer js er vertegen-
woordigd door de beroemde Heer
en Dame bij VIrginaal, De ruimte
hier is werkelijk prachtig gegeven,
de lichtinval op de vrouwefiguur is
volkomen Vermeers, evdnals het
stilleven op de voorgrond, maar de
Lauren staan er nog iets popachti-
ger dan bij deze schilder vaak hef
geval is. De mooiste van de veertig
bekende stukken is het zeker niet-
Genre schilders.
Er is echter een grootheid in dit
schilderij, dat men bij De Brief van
Gerard Ter Borgh mist, maar weik
een voortreffelijke Ter Borgh is dit
oveigens, zeker een der beste schil-
deijen, die hij ooit maakte. Het is
altijd absoluut genre, absoluut ver-
tellende kunst, maar hoe geestig is
de vertelling, hoe mooi is de opstel*
ling der figuren, de harmonie der
kleuren, de fijne stofuitdrukking. En
hetzelfde kan men opmerken bij de
precieus geschilderde Jan Steen, een
portret, waarschijnlijk van zijn
vrouw, bezig lisar kouson «um to
trekken bij het ochtendtoilet.
Ook Gabriel Metsu's de Cellospe-
ler hoort hierbij, zeer goed gegroe-
peerd, iets warmer, met meer rood
in de kleurschakering, de figuren als
gewoonlijk een beetjfe poserend,
maar het geheel ook weer een van
de kostelijkste Metsu's, die we ken-
nen.
Pieter de Hoogh's Kaartspelers is
voor deze schilder behoorlijk repre-
sentatief, iets minder is de Binnen-
plaats te Delft, hoewel het staand
figuurje in houding en afwerking
zonder twijfel bekoorlijk is.
Het grote schilderij van Albeft
Cuyp, de schilder, die in Engeland
zozeer is geliefd, zodat vrijwel alle
grotere schilderijen van hem naar
Engeland verdwenen, is minder op
vallend dan de kleinere stukken,
die we ook hier hebben, en die
Cuyp's talent, vooral in diens licht-
werking, beter laten zien. JEn ten
slotte hangen er het twintigtal te
keningen van Hendrick Avercamp;
met vlotte hand werden ze uitge-
voerd; de kleur is vaak geestig toe-
gepast en ze zijn alleraardigst.
Men kan in het Mauritshuis dus
Holland op zijn best bewonderen,
liier hangt de glorie van onze natie,
deze geheel eigen kunst, nergens
anders ter wereld zo geschapen,
groots soms, doorgaans intiem, met
een speciale humor en vertedering
en met een aandacht en liefde voor
het schone van het gewone; dat een
van de aantrekkelijkste eigenschap-
pen is van ons yolk.
Deze kunst werd wisselend ge-
waardeerd door de loop der tijden
heen, het schilderij van Vermeer,
dat in 1696 op de veiling te Amster
dam de somma van f95.— haalde,
is nu voor anderhalf millioen ver-
zekerd. Waaraan men zien kan, dat
de waardering er niet op is achter-
ultgegaan en dat een groot bezoek
van deze, tentoonstelling wel verze-
kerd is.
"Het woongelegenheidsbegrip vihdt
in deze wet een vrij nauwkeunge
omschrijving en brengt o.m. woon-
wagens diet onder de controle van
de burgemeester.
Met uitsluiting van anderen zijn
B en W met inachtneming van de
ter zake'door de Minister van Bi
nenlandse Zaken te geven yoor-
schriften bevoegd het gebruik te
vorderen in woningen of gedeelten
daarvan. De eerder bestaande be-
voegdheid om eveneens meubilair
te vorderen is vervallen; vordering
van stoffering is mogelijk gebleven.
Van de genoemde bevoegdheden
maken B. en W. geen gebruik, voor-
dat zij een daartoe volgens de ncht-
lijnen van de minister door de raad
benoemde commissie hebben ge-
raadpleegd Deze commissie bestaat
normaal uit vijf leden en brengt
haar advies uit, nadat zij de per-
soon, tot wie de vordering was ge-
richt in de gelegenheid heeft ge-
steld zijn bezwaren persoonlijk of
bij gemachtigde mondeling in de
vergadering der commissie kenbaar
te maken. Degene, tot wie de vor
dering wordt gencht, kan daarte
gen verzet doen bij Gedeputeerde
Staten binnen 10 dagen, nadat hem
een lastgeving is verstrekt, mits de
vordering niet overeenkomstig het
eenstemmig advies van ge?oe™ „e
commissie geschiedde. By de vor-
dering die wel in overeenstemming
is met het eenstemmig advies cier
commissie, uitgebracht m een ver
gadering. waarop ten hoogste een
lid niet aanwezig was, staat geen
b0HetPamendement van 30 Augustus
1947 gaf een aanvulling op de be
voegdheden van B. en.W. en hield
tevens een beperkmg in Daardoor
zal geen gebruik van het recht tot
vordering worden gemaakt, dan na
dat redelijkerwijze de onmogelijk-
van
cul-
De minister van Financien heeft
een geheel nieuw ontwerp Sucessie-
wet ingediend, hetgeen hem de ge
legenheid heeft gegeven de bepa
lingen zodanig te redigeren en in
hoofdstukken te rangschikken, dat
dit onderdeel van de belastingwet-
geving beter geformuleerd en ge-
makkelijker toegankelijk zal zijn
dan tot dusverre het geval was.
Het ontwerp van wet zoekt noch
verhoging, noch een vermindering
in de opbrengst dezer belasting te
verwezenlijken. In zoverre dient
dus verband te worden gelegd tus
sen de bepalingen, welke verriu-
ming in vrijstellingen ten, doel heb
ben en andere, welke de strekking
hebben de positie van de fiscus in
enig opzicht te verbeteren.
De voornaamste wijziging van
algemeen belang betreft de mate -
rie van vrijstellingen voor wedu-
wen en minderjarige kinderen
van de erflater.
Met handhaving van het basis-
bedrag van f 1.000.tot hetwelk de
kinderen van successierechten zijn
vrijgesteld, wordt in het wetsont-
werp voorgestefd, om de vrijstel-
ling te doen opklimmen met f 400
in plaats van met f 300.— voor ieder
jaar dat het kind jonger is dan 21
jaar De bepaling, dat deze vnjstel-
ling' teloor gaat, indien de totaal-
verkrijging het tienvoudige van het
bedrag der vrijstelling te boven
gaat, is in verband hiermede even-
wel gewijzigd in die zin, dat de
grens gesteld is op het achtvoudige
van het bedrag der vrijstelling.
Voor de positie van de weduwe (die
volgens de geldende wet met het
jongste uit het huwelijk geboren
kind gelijk staat) wordt voorts nog
een verbeterlng voorgesteld, door-
dat het basisbedrag van de vrijstel
ling van f 1000.— op f 2000.— wordt
gebracht. Voorts is een voorziemng
opgenomen. krachtens welke meer-
derjarige s'tuderende kinderen, als
mede meerderjarige kinderen, die
door lichaams- of zielsgebreken
voorshands geen of nagenoeg geen
eigen middelen van bestaan zuilen
hebben, eveneens enigermate wor
den tegemoetgekomen.
Hiernaast wordt verder een wijzi-
ging voorgesteld ten aanzien van
de vrijstellingen voor verkrijgmgen
krachtens levensverzekermg, indien
een of meer lijfrenten worden ver-
kregen. Hierbij blijft de limite van
een totaal-bedrag van 130.— per
week voor de weduwe gehandhaald.
Het ligt in de bedoeling de maxima
voor kinderen van f3.per week
tot het achttiende jaar te verhogen
tot f 5.en voor het geval het kind
wees is van f 5.— tot f 7.50 p. week.
Indien meer wordt verkregen dan
het ten hoogste vrijgestelde bedrag,
zal volgens het ontwerp het recht
slechts over het meerdere verschul-
digd zijn. Dit is een afwijkmg van
de thans geldende regeling. krach
tens welke in dergelijke gevallen
de verkrijging in beginsel geheel
belast wordt.
Een andere wijziging betreft die
ten aanzien van de kinderaftrek.
In het wetsontwerp is voor de be-
oordeling van de vraag of een kind
in aanmerking komt bij de bepa
ling van de kinderaftrek aanslui-
ting gezocht bij de regeling dien-
aangaande in de wet op de vermo-
gensbelasting 1892.
Nu in de St. Rieter te Rome het
14 ton wegende beeld van de
nieuwe heilige Grignon de Montfort
is geplaatst, zal er nog slechts
plaats overblijven voor de stand-
beelden van de H. Lucia Filipmi,
St Louise de Marillac en Johanna
de Lestonnac, dfie tijdens het H.
Jaar gecanoniseerd zal worden.
Wegens plaatsgebrek is Pius XI de
laatste der Pausen, die een stand-
beeld in de St. Pieter knjgt. Zo-
doende moet dte kerkfabriek van
St. Pieter elders naar ruimte om-
zien voor standbeelden van de
stichters van geestelijke genoot-
schappep en de oveneden Pausen.
Waarschijnlijk zuilen de onder-
aardse ruimten onder het Vaticaan,
die veranderd zijn in een Pauselijk
Mausoleum, hier voor in aanmer
king komen. In plaats van electri-
sche schijnwerpers zuilen, voor het
eerst na tien jaar, de koepel en
voorgevel van de St. Pieter weer
met duizenden fakkels verlicht
worden Dit geschiedde op verzoek
van de leiding der Italiaanse Katho
lieke Actie, naar aanleiding van
haar massale jeugd-demonstraties
in begin September.
In tegenstelling tot het Congres
van verleden jaar was de belang-
stelling uit het buitenland gering.
De aard van het onderwerp droeg
ongetwijfeld het zijne hiertoe bij.
Het onderwerp van vorig jaar
was: de taak van de leek in de
Missie. t
Nu waren er evenwel een groot
aantal Chinezen en Indonesiers
aanwezig. Een hiervan n.l. Anak
Agoeng Madd Djelantik, arts, sprak
over de: Ontwikkelingsmogelijkhe-
den van het Indonesisch Nationalis
me De strijd voor de politieke on-
afhankelijkheid brengt met zich
mee een herorientering naar buiten,
zich uitend in een revolutie tegen
het koloniale systeem en een tegen
oude, versleten. eigen mstelllngen
met als doel: het vinden van een
eigen levensstijl.
Niet alleen in cultureel en sociaal
opzicht maar ook in politiek opzicht
is Indonesie sterk aan haar Oost-
Aziatische omgeving gebonden. lot
nog toe was er meer sprake
cultuur-nabootsing dan van
tuur-assimilatie.
Het eigene moet tot ontploqiing
gebracht worden en het goede van
het Westen moet daarin verwerkt
en opgenomen worden. Grote aan'
dacht moet besteed worden aan het
individualiseringsproces: de opvoe-
ding van de menselijke persoonlijk-
heid. De massa behoort zich te ont-
wikkelen tot zelfdenkende mdivi-
duen met verantwoordelijkheidsge
voel. Een bijzondere taak is hier
voor weggelegd voor het onderwijs,
de kunst en de wetenschap. Dit is
bij uitstek een Nederlandse taak.
Aldus het slotwoord van de Bali-
nese prins.
De zonnige en verdiepende Con-
gresdagen werden, wat het offici-
ele gedeelte betreft, besloten met
een plechtige vergadering, waar
allereerst het woor4 gevoerd werd
door de heer J. C. Verkade over:
Doel en werkwijze van het R. K.
Indisch Studiefonds. Wil Indonesie
uitgroeien tot een Katholieke natie,
dan heeft het, naast een inheemse
clerus, eigen invloedrijke Katholie
ke leiders op sociaal, cultureel en
politiek terrein nodig. Als medehel-
per van de priester zal de inlandse
intellectueel op het terrein van de
Katholieke Actie kunnen medehel-
pen aan de kerstening van de be
volking. Het Studiefonds, in 1919
reeds te Amsterdam opgericht, liet
op zijn kosten talrijke Katholieke
Inlanders en Chinezen studeren
aan een Nederlandse of Indonesi-
sche universiteit. Sinds kort is het
fonds landelijk georganiseerd en
werkt het onder de goedkeurmg
van het Nederlandse Episcopaat.
Katholiek Nederland behoort dit
Fonds rijkelijk te steunen. wanneer
het zijn verantwoordelijkheid goed
beDe''feestrede: De taak van Katho
liek Nederland t.o.v. Indonesie
werd uitgesproken door Dr. Anna
M. de Waal, die Indonesie uit erva-
ring goed kent.
Het komt heel dikwijls voor, dat
men in de missiegebieden de Kerk
vereenzelvigt met haar leden. En
aangezien die Kerk aanvankelijk
voor het grootste gedeelte uit West
Europeanen bestond, beschouwde
men haar leden als de dragers van
de Westerse cultuur. Geen wonder
dat de inheemse bevolking, die jam
mer genoeg maar al te vaak alleen
de ongunstigste uitingen van de
„zogenaamde" Westerse cultuur
heeft gezien, een zeer vijandige
hoading aanneemt tegenover alles
wat uit het Westen komt en dus ook
tegenover de Kerk.
De sociaie rechtvaardigheid en de
naastenliefde, beide uitingen van
de moederliefde van de H. Kerk en
gevolg van het H. Evangelie, moe
ten het terrein effenen voor de
missie. Deze beide deugden kan de
Kerk voor de vestiging en voor de
instandhouding zeker niet missen.
De katholieke intellectueel, zowel
in het missiegebied als in het moe-
derland, heeft tot taak te leven tot
Gods meerd'f-e eer en glorie". Hij
moet dus streven naar persoonlijke
vervolmaking en vervolmaking van
de gehele schepping.
Natuurlijk is de practische mis-
sietaak voor ieder geheel verschil-
lend, afhankelijk van individuele
capaciteiten, maatschappelijke po
sitie etc.
Behoort men tot het z.g. ..Thuis-
front", dan heeft men als eerste
plicht eigen wetenschappelijk werk,
het zich verdiepen in alles wat
missie betreft, het geven van de
vereiste voorlichting aan jonge men-
sen, die metterdaad willen gaan
helpen bij de uitbreiding van Gods
Rijk, en dan is er nog de propa-
gandaplicht. Men moet zo doordron-
gen zijn van de missieplicht, dat
men onbewust en onnadrukkelijk
een vanzelfsprekende belangstelling
wekt voor de missie en haar pro-
blemen bij heel zijn omgeving. Als
we aan onze scholen onderwijzend
personeel hebben met grote inte-
resse voor de missie, als onze jeur-
nalisten mi^ie-enthousiasten zijn,
als in ons parlement vertegen-
woordigers, bezield met missie-ijver,
zitting hebben, dan pas hebben we
een bloeiend Thuisfront, waar de
missie op kan steunen.
De eigenlijke taak van de katho
lieke intellectueel in Indonesie zelf
valt, zoals reeds gezegd is, wat het
principe betreft samen met die van
de katholiek in Nederland. Maar
hij werkt in een gebied, dat ge-
kerstend moet worden en onder-
vindt daar zeer veel tegenwerking,
ook welbewuste tegenwerking van
de Europese zijde. Daarom is een
goede geestelijke vorming voor zijn
vertrek naar het missiegebied een
dringende eis. De grootste steun
voor de missie is een katholieke
inheemse intellectuele stand. Spreek-
ster wees dan ook op het belang
van het Studiefonds, dat jonge In
donesiers in staat stelt in Neder
land een graad te behalen.
Ook de invloed van de vrouw,
zowel van de getrouwde vrouw als
van het meisje dat in Indonesie
werkzaam is als verpleegster, maat-
schappelijk werkster, onderwijzeres
etc. is enorm groot Zij moet als
gelijke contact zoeken met de in
heemse vrouw en kan door haar
omgang met de bevolking veel voor.
oordelen uit de weg ruimen.
Zo heeft de feestrede van dr.
Anna M. de Waal alle aanwezigen
hun missieplicht nog weer eens
duidelijk gemaakt.
Na de officiele siuiting van het
congres stond een Aziatische avond
op het program. Een kleine groep
Indonesische studenten zong kront-
jongliederen en voerde dansen uit.
zoals ze gedanst worden in allerlei
delen van de Archipel, o.a. de zeer
mooie- rijstdans.
De Oekrainse seminaristen, die
hun priesterstudien voltooien in het
gebouw van de Paters Augustijnen
te Culemborg, verhoogden de stem
ming door het zingen van Oekrainse
liederen, nadat zij reeds in de och-
tenduren hun muzikale medewer-
king hadden verleend bij het op-
dragen van het H. Misoffer volgens
de ritus van de H. Johannes Chrisos-'
tomus. V.
l)
HOOFDSTUK I
.Dan ga ik nu maar", knikte de
jonge Ludvig Holm, eerste bedien-
de in de zaak van Hans Offer. Naast
de deur hing een spiegel, gevat in
een reclame van chocolade; in het
voorbijgaan bekeek Ludvig Holm
zijn eigen beeltenis vol waardering,
waarbij hij even glimlachte. Hij had
een knap gezicht en droeg een keu-
rig verzorgd snorretje, zijn haar
krulde licht. Hij was heel tevreden
over zichzelf
In gedachten verdiept staarde
Hans Offer hem na en liep daarop
iangzaam zijrj grote winkel door.
Als altijd, wanneer de zaak gesloten
werd, was alles piekfijn in orde. Al
le vakken waren gevulG. De toon-
bank glansde blank geschuurd, de
vioer was met zand bestrooid.
De kruidenlucht, waar Hans Offer
zoveel van hield, was sterker dan
gewoonlijk, maar dat mefkte de
koopman niet. Er brandde slechts
een enkel licht, de grote ruimte lag
in het halfdonker, de vele in de
vakken geboren en aan de muren
opgehangeit artikelen maakten een
spookachtige indruk. Het was o£ de
oude winkel een eigen leven leidde
en hem fluisterend allerlei gehei-
men toevertrouwde.
In de doorgang tussen winkel en
achterkamer stonden een lage tafel
en een stoel; hier zat Hans_Offer bij
voorkeur en hier ging hij ook nu
zitten In deze zaak had hij nu bij-
na vi'er en kwintig jaar gestreden;
hij had ze lief, eigenlijk was ze voor
liem zijn thuis. Hier had hij zijn
vreugden en zijn zorgen beleefd,
hier zat hij graag alleen met zijn'
gedachten.
Hij was een lange, forse man, met
een groot, hoekig hoofd, een grijze
kort geknipte voile baard en rus-
tige grijze ogen. In de regel was
hij ernstig en zelfs als hij 'glim
lachte, lag er iets weemoedigs in
zijn glimlach. Dikwijls leek het of
hij luisterde naar iets in zijn ziel,
dat niemand kende.
Hij had er zich goed door weten
te slaan en was een algemeen ge-
acht man; maar toch was hij nooit
gelukkig geweest. Hij had zijn
vrouw liefgehad, doch ondanks dat
was ze geheel van hem weggegle-
den. De laatste vier jaar had ze- ver
van hem verwijderd gewoond op de
hoeve van haar broer, Kirstine-
bjerg Dikwijls had hij gewenst, dat
hij haar in vertrouwen had geno
men, maar nu was het te laat, nu
was ze dood.
En bij zijn twee kinderen hadhij
evenmin de genegenheid gevonden
waarnaar hij zo verlangde. Zijn
dochter, de kleine, knappe Sara,
was koud en hard en dacht het
meest aan zichzelf, en zijn zoon,
Ole, die hij meer dan iemand an
ders op de wereld had liefgehad,
had de partij van zijn moeder ge
kozen. Toch hield hij van zijn va
der en was hij een goed zoon, maar
nu werd zijn liefde op een zware
proef gesteld.
Offer streek zich zuchtend over
het voorhoofd; de zware zonde van
zijn jeugd had steeds een schaduw
over zijn leven geworpen. Geduren-
de vele jaren had hij het geheim
steeds angstvallig bewaard en nu,
nu hij bijna een oud man was, kwam
het aan het licht en moest hij be-
talen met het beste, wat hij bezat.
Daar klonken voetstappen in de
gang van het huis; Mikkel Pind
kwam binnen. Mikkel was de eer
ste knecht in het magazijn en pak
huis en tegelijk de vertrouwde en
goede vriend van de koopman_ Zijn
giadgeschoren gezicht was buiten-
gewoon bewegelijk, de brede mond
toonde duidelijk de onregelmatige,
grote tanden. Hij had weerbarstig,
roodbruin haar en een tamelijk gro
te neus. Mikkel had geen last van
zijn knapheid, hij was geen Adonis;
maar zijn ogen keken verstandig de
wereld in en er lag iets vroPjks in
zijn levendige trekken, dat ieder
voor hem innam.
„Heb je met hem gesproken?"
vroeg de koopman, Mikkel ver-
wachtingsvol aanziend.
,Ja, ik heb langer dan een uur
met hem zitten praten", antwoordde
Mikkel.
,En heb je hem alles verteld?"
vroeg Hans Offer, nog steeds in
even grote spanning.
,Ik heb alles verteld zoals we af-
gesproken hadden Hans."
De koopman knikte; hij wist, 'dat
Mikkel de waarheid sprak Ondanks
zijn ruwe uiterlijk was Mikkel zeer
gevoelig van aard en hij hield van
Ole of deze zijn eigen zoon was.
„Hij is een straatje om gaan lo
pen, Hans, hij zal aanstonds wel ko
men. Ole is een goed zoon. Hij lijkt
op zijn moeder."
De laatste woorden sprak Mik
kel met een eigenaardige nadruk
uit.
„Het is het ergste voor Froken
Brink, als ik maar wist hoe het
tussen haar en Ole staat," zei Offer.
„Ik wil de jongen niet graag onge1
lukkig maken."
„Als ik mag zeggen, hoe ik er
over denk, dan is ze niet half goed
genoeg voor onze Ole" antwoordde
Mikkel. „Eeuwig en altijd is ze op
stap met die luitenant Dons, er is
vast iets tussen die twee."
(wordt vervolgd)