DE MACHTIGE BIJEENKOMST VAN HETTWEEDE
K.V.P.-CONGRES HEDEN GEOPEND
De principiele betekenis van cultuur- en jeugdpolitiek
Industrialisatie, kernprobleem economische toekomst
Grenzen der staatsmacht in verhouding
tot individuen en maatschappij
Een litanie van actie-volle daden
K.V.P. gaat met vertrouwen
Diepgaande hervormingen met de arbeidende
mens als doel en middelpunt
De grote vraag: hoe ziet men
de staatsgemeenschap
de toekomst tegemoet
Onze actieve rol in de Europese
ontwikkeling
Het verslag van
de Partij-
secretaris
NIEUW NOORDHOLLANDS DAGBLAD - Zaterdag 11 December 1948
PAG. 3
De Congresvoorzitter constateerde, dat blijkens de grote deel-
name aan dit congres het overgrote deel van ons katholieke
volk welbewust en weloverwogen achter de K.V.P. staat en dat
in de partij zelf een opgewekt leven aanwezig is. Voorts her-
innerde spr. in zijn openingswoord aan de troonswisseling. Hij
sprak de wens uit, dat een nog lange, gezegende levensavond
het deel van Prinses Wilhelmina zou mogen zijn, en dat Konin-
gin Juliana, de voetsporen van Haar Koninklijke Moeder vol-
gend, onder Gods onmisbare zegen, haar hoogst verantwoorde-
lijke taak tot heil van de volkeren hier en overzee, kan vervul-
len. Daarnaast bracht spr. een woord van eerbiedige en op-
rechte hulde aan Z. Em. Kardinaal de Jong.
De administrateur van het Marshall-plan, Paul Hoffman, heeft
in Engeland besprekingen gevoerd over de kwesties van het
Ruhrgebied, het Europees herstel en over Anglo-Amerikaanse
problemen in het algemeen. Op een persconferentie heeft mr.
Hoffman (rechts) verklaringen afgelegd over de stand van zaken.
Naast hem de Amerikaanse ambassadeur in Engeland,
Mr. Lewis Douglas.
kunnen emanciperen, dan her-
inneren wij ons daarbij in grote
dankbaarheid wat er in de ach
ter ons liggende eeuw mede
door de staatkundige eenheid
van ons Katholiek volksdeel,
voor dat zelfde volksdeel is ver-
kregen. En als wij dan objectief
het wereldtoneel overzien, dan
welt ons de vraag naar de lip-
pen, hoe is de positie der ka
tholieken in die landen, waar
zij die eenheid niet hebben
kunnen of willen opbrengen?
Het antwoord moogt gij zelf ge
ven, voor mij is het veelzeg-
gend, ziet toch, hoe deze dingen
in werk^lijkheid zijn. Daar gaat
het in het reele leven om. Moge
dat ons onze verantwoordelijk-
heid doen beseffen, onze acti
viteit versterken, onze werk-
kracht vergroten.
Ziekenfondspremie
verlaagd
Kapperprijzen
Belastingheffing en
kindcirbijslag
Pater Joachim naar Rome
40.000 vaten haring naar
Duitsland
Vrije prijzen voor ijs en
dranken
En wanneer wij dan, zo be-
sloot Andriessen, nog niet lang
geleden het feit van de grond-
wetsherziening van 1848 heb
ben herdacht, een herziening
welke voor ons Katholieken de
mogelijkheid ontsloot ons te
"0Van onze eigen redacteuren)
ZALEN VAN „TIVOLI" in Utrecht bergen vandaag, Zaterdag, en morgen, Zondag, weer
honderden afgevaardigden van Partij-afdelingen van de Katholieke Volkspartij en andere
deelnemers aan het tweede Partijcongres, waarvoor zich ditmaal niet minder dan 1600 personen
hadden opgegeven. Zij, en de verschillende aanwezige autoriteiten, een bont gezelschap
uit alle windstreken van ons vaderland, waaronder wij vele K.V.P.'ers uit Noordholland opmerkten
werden heden, Zaterdagmorgen om elf uur verwelkomd door de Partijvoorzitter, de heer W. J.
Andnessen, die, nadat de secretaris, dr. L. A. H. Albering, zijn verslag had uitgebracht, in een
grote rede inging op verschillende actuele punten, waarbii hij een paar nuttige opmerkingen
plaatste over het doel en de taak van de Staat,, welke wij belangrijk genoeg vonden, er afzon-
derlijk op deze bladzijde ruimte aan te geven.
De voorzitter wees in zijn eigen-
lijke congresrede op de inhouds-
volle congresagenda: de te behan-
delen onderwerpen zijn in het bij-
zonder de nationale cultuurpolitiek,
actieve jeugdpolitiek en industria
lisatie. Voor wat de beide eerste
vraagstukken betreft, spreekt ook
de levensbeschouwing een hartig
woordje mee.
Nationale cultuur- en actieve
jeugdpolitiek
Bij de nationale cultuurpolitiek
gaat het om aard en wezen van
deze politiek. Dat wij als katholie-
ken bij de verwezenlijking van deze
cultuur een andere kijk hebben dan
vele anderen, kan kwalijk worden
ontkend, al willen wij daarmede
allerminst betogen, dat er geen groot
aantal aanrakingspunten zijn. De te
voeren cultuurpolitiek zal nationaal
moeten zijn en derhalve onze natio
nale cultuur rechtstreeks en direct
ten goede moeten komen. Doch met
inachtneming daarvan blijft een
belichting ervan, ook vanuit de
eigen beginselen, ten enenmale nood-
zakelijk.
Van niet minder belang is een
actieve jeugdpolitiek. De problemen
van de jeugd, vooral in onze na-
oorlogse tijd, zijn zeer belangrijk en
niet weinig in omvang. Bij de jeugd
zelf en in de jeugdorganisaties wordt
er intensief over gediscussieerd en
de partij laat niet na dit te bevor-
deren. Onze jongerenorganisatie is
terzake zeer actief en ontvangt
daarbij con amore van de partij de
nodige steun. Het gaat hier immers
om de jeugd zelf, om de belangen
van de jeugd en dus om de belan
gen van onze toekomst. Waar zo-
veel op het spel staat, waar nieuwe
wegen moeten getraceerd worden
om de doeleinden te bereiken, daar
is bezinning nodig en derhalve ook
voorlichting. En- het is wel zeer
verheugend, dat er voor de sectie-
vergadering, waar het onderwerp
wordt behandeld, zo grote belang-
stelling bestaat. Dit is geheel in
overeenstemming met wat de partij -
leiding beoogde.
De industrialisatie
En tenslotte het wel zeer belang-
rijke probleem van de industriali
satie.
Minister van den Brink beschouwt
het industrialisatievraagstuk als het
kernprobleem met betrekking tot
de economische toekomst van Ne-
derland. De bevolkingsontwikkeling
dwingt hem er toe dit met kracht
te poneren: het alternatief van
industrialisatie is emigratie.
Dit laatste vindt mede zijn grond
in het feit, dat het opnemingsver-
mogen der overige bedrijfstakken,
met name van handel en verkeer.
naar zijn wijze van zien, nauw met
de industriele ontwikkeling samen-
hangt.
Hier is geen woord Frans bij en
de mening van onze minister van
economische zaken dwingt wel tot
diep nadenken. Dit is temeer het
geval, wanneer men bedenkt, welke
belangrijke vraagstukken met de
industrialisatie samenhangen. Lands-
volks- en streekbelangen zijn er in
hoge mate bij betrokken.
De avond van heden zal zijn: een
Benelux-avond, waarbij tevens aan-
dacht zal worden geschonken aan
de West-Europese Unie. En hier-
mede, aldus de heer Andriessen,
staan wij midden in de nieuwe
Europese ontwikkeling
waaraan Nederland zich niet alleen
niet kan onttrekken, doch waarin
het zijn rol actief zal moeten spelen.
Meer dan een reden dwingt daar-
toe.
Op straffe van nalatig te zijn in
een der belangrijkste fasen van de
wereldgeschiedenis, op straffe van
te zullen verschrompelen en daar-
door met een belangrijk lager wel-
vaartsniveau genoegen te moeten
nemen, zal ook ons land zijn beste
krachten aan deze ontwikkeling
moeten geven.
Gelukkig begint ons volk dit meer
en meer in te zien. Doch dan is het
ook zaak, de consequenties daarvan
te overwegen en zich daarop te be-
zinnen. Vandaar deze avond, welke
de partij ook wil zien als een be-
kroning van haar intiatief. om met
onze zusterpartijen, in Belgie en
Luxemburg, in nauwe relaties te
treden om de opdoemende proble
men, welke met deze ontwikkeling
noodzakelijkerwijze gepaard gaan,
te bestuderen.
Na enkele opmerkingen over de
verkiezingsuitslag sprak de voor
zitter zijn vreugde uit over de ont
wikkeling van de Jongerenorgani
satie in de partij.
Het gaat er om een ideaal te rea-
liseren, een christelijke maatschap-
pij te grondvesten. Luisterend naar
het woord van de H. Vader, de
laatste tijd meer dan eens tot de
jeugd gericht. zullen zij daarin een
aansporing vinden niet te versagen.
Het communisme
Niet te versagen. Dit geldt voor
hen en voor ons alien in de strijd
tegen het communisme. Sinds het
vorig congres zijn wij daar nog weer
meer van doordrongen. Frankrijk,
Italie, Hongarije en dan andere
Oostelijke staten, hebben ons de
gevaren van het communisme dui
delijk doen inzien, en hebben ons
bewezen, waarheen wij gaan als dit
stelsel de overhand krijgt. De waar-
heid van 's Pausen encycliek „Di-
vini Redemptoris" is er door in een
steeds helderder licht gekomen en
wij worden met huivering vervuld.
wanneer wij ons op deze waarheid
bezinnen.
Tot afweer van dit godloze stel
sel zijn diepgaande hervormingen
nodig, hervormingen welke er op
gericht moeten zijn, de mens in het
middelpunt van onze activiteiten te
plaatsen. Doel en middelpunt tevens,
ook van onze economische en, staat-
kundige bemoeii'ng moet zijn de
arbeidende mens, die, naar het
woord van prof. Weve, in de rang-
orde van het door God geschapene,
vooraan moet staan.
Daarop moeten ook wij ons be
zinnen, opdat wij hem zien als de
centrale H^uur in Gods schep-
pingspingspian.
Doch daarnaast moeten wij het
bestrijden met geestelijke wapens.
Deze zijn en blijven no£ altijd supe-
rieur.
Spr. kan zich soms aan de indruk
niet onttrekken, dat natuurlijk on-
gewild, het communisme in zijn
organisatorische vormen, te zeer
wordt verheerlijkt. Verheerlijkt in
deze zin, dat het als een soort
wonderapparaat wordt voorgesteld,
dat eenvoudig niet en nooit kan
falen en dat steeds tot in de per-
fectie werkt. Dat leidt tot een soort
gevaarlijke intimidatie, tot een ge-
aachtengang, welke de leiders van
deze organisaties tot een soort won-
dermensen stempelt. Niets is na
tuurlijk minder waar en zo nu en
dan dringt ter bevestiging van de
interne ruzies wel eens iets naar
buiten.
Europese ontwikkeling
In samenhang met zijn opmerkin
gen over de staatstaak en 't staats-
do,el wijdde de voorzitter ook een
enkel woord aan de Europese ont
wikkeling. Deze is ook voor ons
land van de grootste betekenis en
het ligt ook op de weg van de
partij hieraan mede te werken.
Het partijbestuur is van de nood-
zakelijkheid daarvan overtuigd en
vandaar, dat contact met de zuster
partijen in Belgie en Luxemburg
werd opgenomen, om over de ge-
meenschappelijke problemen der
onde^scheidene landen van gedach-
ten te wisselen. Deze problemen
zijn vele en velerlei en al naarmate
de samenwerking tussen de Euro
pese landen groeit, zullen meerdere
vraagstukken aan de orde komen.
Reeds nu brengt de Benelux een
aantal daarvan op^de voorgrond.
De Benelux-overeenkomst vormt
een hecht bestanddeel van de Wes-
terse TJnie, welke eveneens duidt
op een groei naar grotere eenheid.
Deze eenheid is noodzakelijk om
meer dan een reden. Nog dezer
dagen sprak minister v. d. Brink
in de Tweede Kamer de veelzeg-
gende woorden, dat van de samen-'
werking met de andere Europese
landen en met name ook in de
Benelux, de toekomst van ons en
onze kinderen afhangt. Wij dienen
dit woord te verstaan en er naar
te handelen.
De Partij heeft terzake haar
standpunt duidelijk verklaard in
haar program en in de redevoerin-
gen in het parlement. De oude op-
vatting van de souvereine staat zal
moeten wijken voor die van inge-
bouwd te zijn in een groter geheel.
Dat betekent niet, dat de staten
moeten opgaan in elkaar en der
halve hun zelfstandigheid en eigen
zijn volledig zullen moeten prijs-
geven. Doch egoi'stisch nationalisme
zal moeten verdwijnen; dit past niet
meer in de nieuwe constellaties,
welke ook Nederland zal moeten
helpen verwezenlijken.
Crisis in de Partij
D<j voorzitter ontzenuwde de be-
wering, dat er een crisis in de partij
is, zoals het dagblad ,.Het Parool"
van 16 November jl. in een redac-
tioneel artikel meent te kunnen
constateren. Dat was een barre ver-
gissing, zoals spr. aantoonde. Laat
..Parool" objectief zijn, dan zal het
blad moeten beamen, dat het socia-
listisch denkend deel van West-
Europa zich groepeert. Dit ontgaat
ons niet en naast deze bundeling
van socialistische kracht. dient naar
ons oordeel te staan ook een bun-
deling van katholieke kracht. Er
zal immers wel niemand zijn, die
zal willen ontkennen, dat bij de
vestiging van een nieuw Europa de
levens- en wereldbeschouwingen een
belangrijke rol zullen spelen.
Het is verklaarbaar, dat van socia-
listisch-humanistische zijde een be
langrijke activiteit wordt ontwik-
keld, teneinde niet alleen de idee
van een nieuw Europa te steunen,
doch tevens om deze idee in socia-
listisch-humanistische zin te reali-
seren. Mede daarin mogen wij ook
als katholieken 'n aansporing vin
den volop actief te zijn, teneinde
Met ingang van 1 Januari 1949
wordt de premie voor, ingevoige't
Ziekenfondsbesluit, verplicht-ver-
zekerden verlaagd van 3.8 tot 3.6
pet.
Zoals bekend moet de werkgever
de helft van die premie op het loon
van de werknemer inhouden. Het
werknemersaandeel in de zieken
fondspremie wordt derhalve ver
laagd van 1.9 pet. op 1.8 pet. De
maximum-inhouding, die voorheen
f 4.96 (voor maandloon van f 260.
af) of 1.14 (voor weekloon van f 60
afl, of f 0.19 (voor dagloon van f 10
af) bedroeg, wordt in het komende
jaar resp. f 4.69, f 1.08 en f 0.18.
In een Prijzenbeschikking, die op
30 December a.s. van kracht wordt,
is aan alle kappers voorgeschreven,
dat de prijsaanduiding dient te ge-
schieden op een lijst, waarop in
zwarte letters en cijfers van een
hoogte van ten minste 1 cm de prij-
zen voor de verschillende behande-
lingen zijn vermeld.
Exemplaren van deze lijst moeten
op goed zichtbare wijze zijn aange-
bracht ter hoogte van 1.50 M. tegen
de ruit van de etalage, of bij ge-
breke daarvan, terzelfder hoogte bij
de toegangsdeur. Tevens moet de
lijst zijn aangebracht op de toilet-
of wastafel dan wel op de spiegel
tegenover iedere zitplaats in de
kapsalon, waarop clienten worden
behandeld.
Zoals bekend, is dezer dagen een
wetsontwerp ingediend tot verho-
ging van de kinderbijslag, te reke-
nen van het tweede kind, met terug-
werkende kracht tot 1 Oct. j.l.
Het Ministerie van Financien ves-
tigt er thans de aandacht op, dat de
werkgevers voor de heffing van de
loonbelasting tot nader order de
kinderbijslag kunnen blijven bere-
kenen als tot dusver. Met de voor-
genomen verhoging behoeft der
halve voor de berekening van de
loonbelasting vooralsnog geen reke-
ning te worden gehouden.
Over de loonbijslag van f 1.— per
week moet, zoals reeds eerder te
kennen werd gegeven, van de aan-
vang af loonbelasting en Vereve-
ningsheffing worden voldaan.
Pater Joachim der ongeschoeide
Carmelieten te Geleen is benoemd
tot Generaal-Archivaris van deze
Orde en zal begin Januari naar
Rome vertrekken.
Op een bespreking te Frankfort is
overeenstemming bereikt over de
levering van 40.000 vaten Neder-
landse haring aan de Britse en de
Amerikaanse zone in Duitsland. Het
contract zal binnenkort getekend
worden.
Nadat achtereenvolgens voor alle
bedrijven de prijsregeling voor en-
tree's, luxe dranken en wijnen wa-
ren ingetrokken, zijn thans voor
bars, dancings en cabarets ook de
prijzen van jenever en bier en an
dere dranken, evenals de ijsprijzen
vrijgegeven. Een en ander is moge-
lijk gebleken nu door de opheffing
van de rantsoenering van het gedis-
tilleerd de zwarte handel in jenever
is verdwenen en de prijsovertredin.
gen zeer sterk zijn teruggelopen.
Voor cafe's en restaurants blijft
de bestaande prijsregeling volledig
gehandhaafd.
De Congresvoorzitter
de invloed van het katholicisme op
de organisatie van Europa zo goed
mogelijk te realiseren.
Om onze invloed het best tot gel
ding te kunnen brengen, is ook
concentratie van eigen kracht no
dig. Concentratie in eigen land en
concentratie in internationaal ver-
band.
Alleen op deze wijze kunnen wij
ons in overeenstemming met onze
werkelijke kracht en op de juiste
wijze doen gelden. De voorzitter
sprak als zijn innige overtuiging uit,
dat deze staatkundige formaties van
katholieken, met een op de katho
lieke staats- en maatschappijleer
steunend program, de beste waar-
borgen bieden voor de bei'nvloe-
ding, in katholieke geest. van het
staatkundig en maatschappelijk le
ven en voor het verkrijgen van de
ons toekomende positie daarin.
In het barnen van deze tijd, nu
de beide grootmachten: Christendom
en Communisme om de eerste
plaats strijden, nu geldt de dwin-
gende eis: verzamelen blazen. Niet
van heterogene legerscharen, doch
van geestelijk gelijk gerichten. Dit
betekent niet het afstoten van gees
telijk anders georienteerde goed-
willenden. Integendeel.
In de grote legerplaats van hen,
die willen vechten voor het behoud
van een samenleving waarin de
elementaire menselijke waarden
veilig zijn, is plaats voor velen.
Doch laat ze dan opmarcheren in
geestelijk gelijk gerichte eenheden
om hartelijk samen te strijden en
samen te werken ter bereiking van
het grote doel.
KLAAR EN DUIDELIJK heeft
Partijvoorzitter Andriessen
op het heden te Utrecht begon-
nen K.V.P.-congres een en an
der in het licht gesteld, over
het zeer actuele probleem van
de taak en het doel van de
Staat.
Wanneer, zo zeide hij, dr. Angeli-
nus in zijn ..Wijsgerige gemeen-
schapsleer", stelt, dat de bestemming
van de mens tot gemeenschapsleven
uiteindelijk haar grond vindt in de
noodzakelijkheid van de gemeen-
schap voor de volledige verwerkelij-
king van de menselijke wezensvol-
maaktheid; dat dus tot de noodzake
lijkheid, ook van de Staatsgemeen
schap, moet worden besloten op
grond van de menselijke natuur,
alsmede uit het feit, dat de volledige
ontplooiing van de mens een derge-
lijke gemeenschap eist, dan volgen
daaruit belangrijke conclusies ten
aanzien van de grenzen der staats
macht en ten aanzien van het
staatsdoel.
Wanneer de Staat in laatste in-
stantie op de verstandelijke natuur
des mensen is gebaseerd en wij, uit
kracht der begrensdheid van onze
individuele vermogens, de bevredi-
ging onzer lichamelijke en geeste
lijke behoeften, de voorwaarden
ener hogere vooruitstrevende alzij-
dige ontwikkeling, de zekerstelling
der noodzakelijke grondslagen der
samenleving, slechts in de innige
aaneensluiting binnen de staat en in
wederkerige aanvulling en volma-
king door een groter aantal der in
hetzelfde groter verband met ons
verenigde staatsburgers vinden kun
nen, dan is ook juist, dat door die
natuurlijke grondslagen, door deze
natuurlijke doeleinden, de grenzen
der staatsmacht in hare verhouding
tot individuen en maatschappij zijn
aangewezen. In plaats dus in de
aanvulling en bevordering der indi
viduen en der lagere maatschappe-
lijke kringen door de macht en de
werkzaamheid van de Staat het na
tuurlijk staatsdoel te zien, heeft de
geschiedenis ons geleerd, dat er stel-
sels en stromlngen zijn geweest en
nog zijn, die stelden, dat de Staat
alle levensdoeleinden des mensen
aan zich ondergeschikt moet houden
en hunne verwezenlijking door de
eigen activiteit van de Staat niet
slechts moet voorbereiden, door
medewerking mogelijk moet maken
en beschermen, maar ook onmiddel-
lijk bewerken. Deze beginselen zijn,
het zal reeds duidelijk zijn, vals en
volkomen in strijd met het werke
lijke doel van de Staat,
Tot welke gruwelijke gevolgen
toepassing van deze beginselen leidt
heeft ons het nationaal-socialisme,
het fascisme en het communisme
duidelijk doen zien. De Staat is niet
het einddoel der mensen en daarom
kan ook het doel der mensen niet in
het doel van de Staat opgaan. Als
onsterfelijk wezen streeft de mens
met zijn doel over de grenzen van
de Staat en de staatsmacht heen.
Hij, de mens, heeft een hoger doel,
een hogere bestemming, die zich in
het heden van de Staat niet uitput-
ten kan. Het is. naar Aalberse zegt,
de verwezenlijking van die alge-
mene, zedelijke ordening, waarvan
kroon en sluitsteen het zaligend be-
zit van God vormen zal.
De Staat is er voor de verwezen
lijking en behartiging van het aard-
se algemeen welzijn.
Het absolute einddoel van alle
menselijke streven en alle mense
lijke instellingen concentreert zich
in het individu. Alleen hij heeft een
eeuwig leven, alleen hij kan het
bovenaardse einddoel bereiken, om
welks wil God niet slechts de we-
reld, de mensen geschapen, maar
ook in het bijzonder de sociale orga-
nismen, huisgezin en Staat, in het
leven geroepen heeft. Alle sociale
HET VERSLAG, dat heden op het K.V.P.-congTes te Utrechf
door de Partij-secretaris, dr. Albering is uitgebracht, mag
wel een litanie van actie-volle daden worden genoemd. De
verbeterde organisatie in het algemeen, de stichting van de
propagandaraad, de versteviging der geldmiddelen als gevolg
van een hoog, constant ledental, de verkiezingsactie het zijn
enige van de vele punten, welk in dit rijk-geschakeerde verslag
de aandacht vragen.
Wat de verkiezingen van 1948
betreft, zomin als de P.v.d.A. in
1946 de politieke eenheid der Neder-
landse Katholieken in enigszms
belangrijke mate kon schaden, zo
min gelukte dit aan de propaganda
van het Katholiek Comite van actie,
hoezeer het de wind in de zeilen
had.
Dit geeft moed voor de toekomst,
in het bijzonder voor het komend
jaar als de Gemeenteraden zullen
worden gekozen. Maar hierbij is
noodzakelijk een uiterst felle activi
teit der afdelingen, een opnieuw
gestage arbeid der propagandalel-
ders en hun medewerkers.
De Partijraad van 1949 zal het
program voor de gemeenteraadsver-
kiezingen vaststellen. Daarop base-
rend zullen de afdelingen het pro
gram van de eigen gemeente bou-
wen, zodat de Katholieken met bur-
gerzin straks opnieuw hun eenheid
zullen demonstreren bij de verkie-
zing hunner raadsleden, hunner
plaatselijke vertegenwoordigers.
De Opmars heeft qua uiterlijk en
inhoud de laatste maanden belang
rijke wijzigingen ondergaan.
In de afgelopen weken heeft een
Opmars-actie plaats gevonden, in
zeer vele afdelingen over heel het
land verspreid. De eerste resultaten
in de vorm van honderden nieuwe
abonne's zijn reeds ontvangen. Na-
dere gegevens zijn echter nog niet
beschikbaar,
Het Katholiek Staatkundig
Maandschrift, waarvan in Maart
1947 ^het eerste nummer verscheen,
zag zijn abonnementental sedert 1
Jan. met enkele honderdtallen stij-
gen.
De Gemeenteraad, maandblad
voor Katholieke Gemeenteraads-
leden en Gemeentebesturen, was
reeds in Juli 1946 weer verschenen.
In tegenstelling met de periode
voor 1940 is het aantal abonnemen-
ten zeer bevredigend.
De brochures der Partij, in 1947
uitgegeven, genoten dit jaar nog een
bevredigende aftrek, enkele ervan
zijn thans uitverkocht,
De Jongerenorganisatie der Ka
tholieke Volkspartij gaat voort met
haar opbouwende en organiserende
arbeid. Het jongerencommissanaat,
onderdeel van het algemeen secre-
tariaat der Partij, heeft hierbij een
leidende en stimulerende taak. Ook
dit jaar werd een cursus uitgege
ven, die de algemene staatkundige
ontwikkeling der jongeren wenst te
bevorderen: daarnaast werden lessen
over afzonderlijke vraagstukken
verspreid, terwijl nog andere cur-
sussen in be werking zijn. Aan deze
cursussen nemen ongeveer 800 jon
geren deel.
Het Adviesbureau voor Provin-
ciale en Gemeentepolitiek der
K.V.P., eveneens onderdeel van het
partijbureau, onder leiding van Dr.
v. Haren, verricht thans haar werk-
zaamheden, voor wat haar advie-
zen betreft, weer op vooroorlogse
voet.
De Documentatiedienst der K.V.P.
breidde zich in de loop van het jaar
r.aar tevredenheid uit, met als ge
volg dat deze dienst zijn interne
taak voor partij en fracties behoor-
lijk kan vervullen, terwijl hij ook
andere belangstellenden service kan
bieden.
In de loop van dit jaar waren en-
keie commissies, ingesteld door het
Partijbestuur werkzaam; de regle-
mentscommissie, de commissie her
ziening beginselprogram, de com
missie van buitenlandse zaken,
welke laatste commissie een perma
nent karakter heeft. Het contact
der Partij met geestverwante Par-
tijen cn groeperingen in het buiten-
land nam in het afgelopen jaar
sterk toe.
Een belangrijk initiatief, dat de
K.V.P. thans uitvoert en dat in dit
verslag zeker vermelding behoeft is
de meningspeiling in de partij. Zij
heeft ten doel:
le. de activering van de politieke
belangstelling van de leden en van
de Afdelingen der Partij;
2e. de bevordering van de Me-
ningsuiting en Meningsvorrning van
leden en Afdelingen;
3e. de informatie van de Partij-
leiding over de inzichten en menin-
gen, die in de Partij leven.
Een zeer belangrijk vraagstuk is
de voorbereiding van het College
van Beraad, waarover de jaarlijkse
Partijraadsvergadering van 1949 een
besluit zal nemen.
In een weekend op Drakenburgh
is op initiatief van dit Gemeen-
schapsoord het onderwerp met me
dewerking van de leiding der K.V.P.
uitvoerig besproken, terwijl het
Partijbestuur zich thans beraadt
over de vorm, waarin deze ver-
trouwvolle besprekingen zullen
kunnen plaats hebben. Een voorstel
hierover zal over enkele weken aan
de leden van de Partijraad worden
tcegezonden.
Door de mstelling van dit College
zal de mogelijkheid tot menings-
uiting en meningsvorrning zo ruim
mogelijk zijn.
Niet zozeer, omdat deze moge-
doeleinden zijn dientengevolge in
laatste instantie aan het hoogste in
dividuele einddoel, zoals Leo XIII
in zijn Encycliek „Sapientiae Chris-
tianae" zegt, het Opperste, laatste
sociale doel.
Zo is er de Staat om de mens en
niet de mens om de Staat, een
waarheid welke in onze tijd met
zijn socialisatie en nationalisatie-
strevingen wederom scherp moet
worden belicht en tevens van zo
grote betekenis voor de practiscbe
beoefening van de staatkunde is.
Uiteraard dienen deze beginselen
te worden toegepast met inachtne
ming van tijd en omstandigheden.
Ze golden toen „Rerum Novarum"
verscheen, maar ook toen „Quadra-
gesimo Anno" het licht zag. Was ten
tijde van de eerstgenoemde Ency
cliek op grond van het algemeen
welzijn sterk staatsingrijpen nodig,
omdat door toepassing van valse be
ginselen er gruwelijke wanverhou-
dingen waren ontstaan, in de Ency
cliek „Quadragesimo Anno" moet
van een overbelasting van de Staat
worden gesproken en is hervorming
van instellingen nodig, o.m. om de
juiste verhoudingen tussen Staat,
maatschappij en individu te bewerk.
stelligen. Dit louter als voorbeeld
om te doen zien, dat tijd en omstan
digheden van invloed zijn op de
toepassing van de hier verdedigde
beginselen.
Van groot belang is daarbij aller-
eerst hoe men de staatsgemeenschap
ziet Wanneer men deze ziet vanuit
de gezichtshoek der katholieke
levens- en wereldbeschouwing, dan
zal het bestuur er van geheel an
ders zijn, dan wanneer men libe-
rale, Marxistische. socialistische,
nationaal-socialistische of fascisti-
sche beginselen aanhangt.
Beschouwt men de Staat als een
samanvoeging van mensen, waarin
een ieder maar moet pogen zijn
eigen welzijn te behartigen en het
staatsgezag slechts de politie-agent
is om de orde te handhaven, dan
richt men het bestuur geheel an
ders, dan wij menen dat het moet.
Ziet men hem als doel in zich
zelf, zodat de mens in het staatsdoel
moet opgaan, dan heeft dit kren-
king en miskenning van de mens,
die nu eenmaal een eigen en dan
een eeuwige eindbestemming heeft,
tengevolge, met al de daaraan ver-
bonden gevolgen. Eist men een te
sterke inmenging van de Centrale
Overheid in verschillende sectoren
van het maatschappelijk leven, dan
dreigen gevaren voor de persoon-
lijkheid van de mens en uiteindelijk
voor onze geestelijke vrijheid.
Uit onze visie volgt, dat de
Staat de natuurlijke rechten van 't
individu en van alle neven- en on-
dergeordende maatschappijen heeft
te beschermen, ruimte tot zelf-
standige ontplooiing van hare
krachten en haar streven volgens de
rechtvaardige, individuele en maat-
schappelijke doeleinden heeft te
waarborgen. uiteraard met volle
dige inachtneming van het alge
meen welzijn.
Dit laatste sluit staatsingrijpen,
wanneer dit nodig is, allerminst
uit en de mate van dit ingrijpen is
wederom afhankelijk van concrete
omstandigheden.
Evenmin volgt er uit, dat alge
mene leiding van de Centrale
Overheid in de daarvoor geeigende
sectoren van het maatschappelijk
leven moet worden afgewezen.
lijkheid thans niet binnen de Partij
aanwezig zou zijn, maar wel omdat
daarvan om velerlei :edenen niet
voldoende gebruik wordt gemaakt,
hoew.el in veel belangrijker mate
dan buitenstaanders veelal vermoe-
den.
Het Bestuur der K.V.P. wil met
zijn voorstel bevorderen, dat het
vertrouwen hetwelk in bepaalde
Kringen onvoldoende geacht moet
worden zal worden versterkt.
Vertrouwelijk beraad moet immers
bij goede wil tot dit vertrouwen ge-
raken.
Zo staat de K.V.P. met haar 1200
afdelingen en 400.000 leden weer
voor een nieuw jaar. Haar organisa
tie is voltooid, maar niet verstard;
dit blijkt uit de ontwikkeling in de
Kringen, waar geleidelijk de werk
zaamheid der Statenkringen, vroe-
ger uitsluitend electorale organen
bij de verkiezingen voor de Prov.
Staten, zich uitbreidt zeer ten nutte
van de propaganda, de vorming en
de activiteit.
Het aantal jongerenafdelingen be-
draagt thans 250, zich successievelljk
uitbreidend over heel het land.
Het jaar 1949 zal weer gemeen-
teraadsverkieztngen brengen en
de kracht der Partij opnieuw toet-
sen, een toetsing, die met vertrou
wen kan worden tegemoet gezien.
Zjjn de nieuwe gemeenteraden ge-
vormd, dan is er alle reden hel
vraagstuk en van de oprichting en
van de instandhouding van bonden
van Gemeenteraadsleden te on-
derzoeken, opdat opnieuw als voor
de oorlog een federatie van Bon
den van Gemeenteraadsleden deze
verenigingen straks zal overkoe-
pelen.