De nieuwe staat Israël voerde een harde realpolitiek VAN TRAMWAGEN TOT LANDHUIS Bevolkingsvraagstuk is van klemmende actualiteit Als één lid lijdt het ganse lijdt, lichaam Hoe mensen wonen 72 mil Hoen in 1980 Isonevo-congres te Amsterdam Unieke gebeurtenis in kloosterleven In de Engelse regering trok men aan verschillende touwtjes VAN HET LEVENDE LAND I (Van onze eigen redacteur) OOK vóór de tweede wereldoorlog hadden de vraagstukken met betrekking tot een verantwoorde arbeidsvoorziening en de koers die bij de spreiding der bevolking moest worden ingeslagen, de aandacht van overheid en sociologen. Want in feite houden de verschillende sociale verschijnselen ten nauwste verband met de bevolkingsgroei en de eigen plaats die de ver scheidenheid van bevolkingsgroepen in het maatschappelijk bestel innemen. Ging men bij beschouwingen over het bevol kingsvraagstuk voorheen uit van het feit dat ons geboortecijfer zich in dalende lijn bewoog, de hoge geboortecijfers na de oorlog gaven de problemen die daarvan het gevolg kunnen zijn, een klemmende actualiteit. Deze niet voorziene ontwikkeling vergt blijvende aandacht van de Overheid, waarvan een vooruit ziende -blik wordt geëist bij het vinden van uitwegen voor ons ge boorte-overschot. Zij zal voortdu rend nieuwe maatregelen moeten beramen en stimuleren, om econo mische en sociale botsingen te kun nen ondervangen. Voorzieningen ten dienste van het bedrijfsleven de emigratie-politiek, school- en woningbouw, moeten aan de be hoefte worden aangepast en de har monieuze ontwikkeling van econo mische elementen, zoals techniek, kapitaalvorming en export, dienen met de bevolkingsaanwas in over eenstemming te worden gebracht. Globale cijfers illustreren de ernst van de situatie. Omstreeks 1800 tel de de Nederlandse bevolking 2.1 millioen zielen en was- de bevol kingsdichtheid 64 per 100 H.A. De cijfers voor 1947 waren resp. 9.7 millioen en 292. De sterfte daalde van 30 per duizend tot 7. Terwijl de bevolking boven verwachting groeit, zijn de bestaansmogelijkhe den ingekrompen. Statistici hebben uitgerekend, dat van 19551960 de 1418-jarigen met 23 pet. zullen toenemen, terwijl de toeneming thans slechts enkele procenten be draagt. Waar moeten wij heen met onze bevolking, die binnen 30 jaar tot 12 millioen zal zijn gegroeid? Hot Instituut voor sociaal onderzoek van het Nederlandse volk (Isonevo) heeft Zaterdag j.l. in Krasnapolsky te Amsterdam een wetenschappe lijk congres belegd, waarop alle vraagstukken, die met de bevol kingsgroei verband houden, aan de orde wer'den gesteld. De opzet was niet, de oorzaken van bevolkings vermeerdering na te gaan, nog min der om suggesties te doen, die de igeboorten zouden kunnen beper ken (ofschoon sommige debaters zich niet konden weerhouden hun visie op dit laatste te geven). Het doel van dit congres was de bevor dering van het inzicht in de be tekenis van het bevolkingsvraag stuk. Als prae-adviseurs traden op prof. dr. W. R. Heere, drs. W. J. v. d. Woestijne, dr. W. Steigengaen ir. L. H. J. Angenot. Onder de belangstellenden be vonden zich de consul-generaal van België, de Leuvense hoogleraar Mertens, de Commissaris van de Koningin in de provincie Noord- Holland en vertegenwoordigers van vrijwel alle departementen. Het congres werd geopend met 'n rede van de Minister van Sociale Zaken. mr. A. M. Joekes, die be vestigde dat de regering zich voort durend bezighoudt met de vraag, hoe de bestaansmogelijkheid voor ons volk gehandhaafd, c.q. verhoogd kan worden. ZE. schetste de na oorlogse mogelijkheden voor werk gelegenheid jn vergelijking met de abnormale situatie gedurende de jaren 1940'45 en noemde de eco nomische omstandigheden zodanig, dat de regering de gevolgen van een conjunctuuromslag reeds onder de ogen ziet. ADVOCAAT WERD DE ZAAL UITGESTUURD Doodstraf-eis tegen Velsense politieman gehandhaafd De advocaat-fiscaal bij het Am sterdams Bijzonder Gerechtshof, mr. B. J. Besier, die reeds twee maal de doodstraf tegen Jacobus J. Langendijk uit IJmuiden, lid van de beruchte groep van Kamer 21 op het Velsense hoofdbureau van politie, had geëist, persisteer de Vrijdagmiddag, toen de zaak voor de vierde keer werd voortge zet, bij zijn eis. 5 November 1948 had het Hof interlocutoir 't dood vonnis gewezen. Mr. G. Ionker, die de verdedig ster, mevr. mr. G. Hartkamp-Don ker Duyvis, op haar verzoek assis teerde, hield het eerste deel van het pleidooi. Hij zeide o.m., dat zich om de figuur van L. in de loop der jaren een locaal patriottisme, een mythe heeft gevormd. Ver dachte was een bekende figuur in Beverwijk en daarom herkenden de getuigen L. ook direct als er gens een groep politiemannen op trad. Hij meende dat een aantal getuigenverklaringen niet geheel betrouwbaar was. Toen hij over dit punt verder wilde spreken, verzocht de president, mr. E. H. F. W. van Schaeck Mathon, hem het kort te maken. Mevr. mr. Hart kamp bepaalde zich tot de kwestie of L. bij alle hem ten laste gelegde punten zelf tot zijn daden het initiatief had genomen. Tijdens een discussie tussen de president en haar zeide mr. van Schaeck Mathon plotseling: „Als u zit te lachen kunt u beter de zaal verlaten, want u verstoort de orde". Mr. Ionker, die op dat ogenblik naast zijn vrouwelijke confrère stond, vroeg daarop: „Is dit tegen mij gericht, meneer de president?" President: „Ja, u verstoort de orde, welke ik hier heb te hand haven en ik verzoek u de zaal te verlaten". Mr. Ionker tot president: „Ik ga, maar zal mij hierover bij de deken beklagen". Hij verliet daarop de zaal. De president bepaalde na het laatste woord van verdachte de uitspraak op 8 April a.s. De agrarische sector biedt in Nederland geringe kansen tot op neming van nieuwe arbeidskrach ten. Verdere inpoldering van de Zuiderzee brengt geen ingrijpende oplossing; uitbreiding van de in dustrieën, het leveren van kwa- liteits- inplaats van massa-produc ten, de opleiding van Aieuwc ar beidskrachten en het bevorderen van de emigratie vooral van agra riërs, ziet de regering als een drin gende noodzaak. In afzonderlijke nabeschouwingen hopen we terug te komen op de meningen van de prae-adviseurs en de belangwekkende gezichtspunten die uit de debatten naar voren kwa men. Er is tijdens dit congres veel gezegd dat de moeite van herhaling loont, al werden er en we cite ren hier de voorzitter, prof. dr. J. P. Kruit weinig ongearticuleerde, maar veel ongeargumenteerde ge luiden gehoord! Het is wel zeer uniek, dat een va der van 15 kinderen in het klooster treedt. Deze vader is de bijna 67- jarige Koos Bastiaansen uit Rijs bermen, die ingetreden is als broe der in het klooster waar zijn oud ste zoon reeds jarenlang pater is. Op de Eerste Kerstdag van het jaar 1925 verloor de man zijn vrouw bij de geboorte van zijn vijftiende kind, een meisje. Hij nam het be sluit zijn verdere levensjaren te slijten tussen de stille kloostermü- ren. De burgemeester van Rijsbergen vond het een eer de nieuwe kloos terling zelf naar het Trappisten klooster te Zundert te rijden, waar zij met grote hartelijkheid door Va der Abt en Pater Bastiaansen zijn ontvangen. LUXEMBURGSE PREMIER IS EEN PANTALON KWIJT 't Waren in begin Maart drukke dagen voor de minister-president van Luxemburg, de heer F. Du- pont. Op 12 Maart Benelux-confe- rentie in 's-Gravenhage en daarna naar Londen voor verdere bespre kingen. Toen de heer Dupont per K.L.M. naar Londen was gevlo gen, miste hij daar na aankomst een pantalon, een jasje, verschil lende dassen en een paar hand schoenen. De minister-president had weliswaar de beschikking over meer dan één costuum, doch het voorval was toch zeer onaange naam, te meer daar de Luxembur ger politicus er van overtuigd was, dat de kledingstukken tijdens zijn verblijf bij de Benelux-partner Nederland gestolen waren. De politie werd verwittigd en stelde een uitgebreid onderzoek in op Schiphol en in het Scheveningse hotel, waar de minister-president had gelogeerd. Dit onderzoek is thans afgesloten. De politie heeft niets kunnen vinden wat op dief stal wees, zodat de ministeriële pantalon nog steeds op mysterieu ze wijze zoek is. (Van een bijzondere medewerker) ISRAËL is hef jongste lid van de statengemeenschap dezer woelige wereld. Bescheidenheid is niet zijn meest in het oog springende deugd. Eer schijnt het nieuwe lid te lijden aan jeug dige overmoed. Israel's pleegvader, Engeland, heeft er het meest van te verduren. Ten dele is de houding van het nieuwe land wel te verklaren uit zijn wordingsgeschiedenis,-maar toch slechts ten dele. Het mag gerust gezegd worden, dat Israël van de spanning tussen Oost en West gebruik maakt om een harde „realpolitik" te volgen en zijn tijdelijk op handige wijze verkregen overwicht onbarmhartig uit te buiten. Vanmorgen om zes uur is de Iwede ploeg „kompels" de „schicht" ingegaan. Hun pneumatische ha mers ratelen tegen de kolenlaag. Een uur vroeger schoof in Wer- vershoof of Blauwhuis een boeren zoon onder zijn tweede koe, trok de spanriem strak om de achterpoten en molk het witte voedzame vocht in de emmer. Om kwart voor zeven trok een zorgzame moederhand het dasje recht van haar zoontje en stuurde hem onder de hoede van een ouder broertje, met kerkboek en rozen krans. naar de H. Mis van zeven uur. Het ganse leven van het Ne derlandse volk, zijn heden en toe komst liggen besloten in honderd duizenden kleine en ongeachte fei ten en feitjes, zoasl deze. Al ons doen en als ons werk is een deel van het grote volksleven, bepaalt zijn stoffelijke en geestelijke kracht, vermeerdert of vermindert deze en niets daarvan blijft onge registreerd. Niets mist invloed niets is waardeloos. Niet alleen in de ogen van Hem, Die ons allen kent en voor Wiens alziend oog niets verborgen kan blijven, maar ook niet in de waarneembare tota liteit van ons volksbestaan. Er is een wezenlijke en alomvattende verbondenheid tussen alles en allen, er is een onontkoombaar gevolg van iedere juiste handeling en ie der gepleegd verzuim. Alleen, wij zien het niet, wij zien het niet di rect, wij zien het misschien nim mer. Maar het is er! En zo is er ook die diepe reflex van alles, wat geschiedt in de een voudige tuinderswoning in De Streek, in de warme koestal van een Friese stelphuizinge, in het mo derne poterhok van de aardappel selecteur of in het biggenhok van een Stellingwerfse ontginner, met het leven en strijden in onze grote steden en industriegebieden. Velen ontgaat zelfs de materiële samen hang dezer dingen, nog meerderen beseffen niet, dat de sociale ver houdingen staan onder dien invloed en maar weinigen zien de noodza kelijke wetmatigheid van morele en godsdienstige teruggang in verband met de situatie der men sen in de agrarische gebieden. Stad en land, hoe innig is hun verbon denheid, hoe noodzakelijk hun een dracht, hoe onmiskenbaar hun we derkerige afhankelijkheid. De redactie heeft mij verzocht in deze rubriek bijzonder aandacht te wijden aan de vraagstukken van het levende land, aan de agrarische vraagstukken dus. Zij meent te recht dat ons Katholiek Dagblad in dit opzicht een voorname taak heeft. Maar ik hecht er bijzonder aan bij de aanvang van deze ge waardeerde opdracht, uit te spre ken, dat ik deze taak enkel zien kan in het licht van het gehele volksbestaan. Aan groepsegoïsme en begripsversmalling hebben Wij waarlijk in onze katholieke ge meenschap geen behoefte. De totaliteit der dingen, min stens van de belangrijke zaken van ons goede Nederlandse volk, staan ons hierbij voor ogen en het alge meen welzijn, al is deze term ook nog zo vaak misbruikt, mag alleen het criterium zijn, waaraan alle speciale verlangens getoetst mogen worden. Maar dan ligt hier ook in dat licht nog een ontzaglijke taak van dringend noodzakelijke voorlichting. Want duizenden Ne derlanders zien alleen hun deel van het leven, voor de rest hebben zij geen belangstelling. Doch bij tien duizenden anderen is het dikwijls de onkunde die hen belet ruimer en beter te zien. Ons appél is aan hen gericht. Wanneer zij eenmaal gegrepen zullen zijn door de vrucht bare gedachte, dat het gehele li chaam lijdt, wanneer een der delen ziek is, kan er over en weer veel meer begrip groeien voor eikaars problemen en verlangens, zal er meer doeltreffend worden opgetre den en wat niet het minst is, zal er een gefundeerde tevredenheid kunnen groeien waar nu opstan digheid en wrevel heerst. Nederland roept op ieder terrein om toewij ding en inspanning voor de zaak van het gemenebest. De lamlendig heid en het smalle, onvruchtbare egïsme zijn nationale vijanden. Uit een overspannen en vaak dolge draaid staatssocialistisch systeem moeten wij weer naar de gebon denheid van een sociaal georiën teerd volksleven, dat in eigen no den wil ovenvinnen. Daarbij is de maatschappelijke mobilisatie van het levende landvolk onmisbaar. Want daar ligt de wortel van onze volkskracht. W\j willen naar best vermogen in deze rubriek hiertoe een steentje bedragen, in het be sef, dat ieder dienen moet, naar de mate van de hem geschonken ta lenten. Moge het onder Gods zegen vruchtbaar zijn. TJEBBE DE JONG. Niemand zal ontkennen, dat dooi de Zionistenbeweging een merk waardig stuk werk tot stand ge bracht is in korte tijd. De eerste pogingen om de wereld te interes seren voor de stichting van een Joods tehuis in Palestina dateren van het laatste kwart der negen tiende eeuw. Het eerste Zionisten congres werd een halve eeuw gele den te Basel gehouden. Het toen weerspiegelde ideaal scheen onver- wezenlijkbaar. In enkele tientallen jaren tijds werd het tot werkelijk heid. Merkwaardig blijft het, dat het .plan voor een Joods tehuis op gezet werd in een periode, toen het Jodendom in de wereld minder ge plaagd en vervolgd werd en meer aanzien genoot, dan ooit te voren. Onf begrijpelijke redenen verko zen de Zionisten Palestina voor hun kolonisatie boven de hun in Afrika aangeboden gebieden. In het begin dezer eeuw was geheel Voor- Azië nog onder Turks gezag. De Arabische bevolking was politiek nog zonder betekenis en het scheen weinig waarschijnlijk, dat ze dat ooit worden zou. Toen kwam de eerste wereldoorlog, waarin Enge land alle krachten zocht te mobi liseren voor zjjn zaak. Blijkbaar ontbrak er iets aan de coördinatie der Britse regeringsbureaux, want tezelfdertijd werd onder leiding van het Colonial Office het nationalis me der Arabieren aangewakkerd (aan wie vrijheid en het gezag over Syrië en Mesopotamië werd be loofd) en aan de Joden door de befaamde Declaratie van Balfour het vestigingsrecht toegekend in Palestina, dat naar Arabische be grippen een deel van Syrië was. Sindsdien is het in Londen „touw- tjestrekken" gebleven tussen ver schillende machten in de regering, waarvan de ene de Joden, de an dere, voornamelijk het Colonial Of fice, de Arabieren begunstigde. Ge leidelijk won het Colonial Office terrein, de immigratie van Joden werd beperkt en de vestiging van een onafhankelijke Joodse staat te gengegaan. Vandaar een groeiende antipathie bij de Palestijnse Joden tegen Engeland. De tweede wereld oorlog bracht nieuwe verwiklcelin gen. De Arabische staatjes, in Voor-Azië na 1918 gevormd, ble ken ten dele onbetrouwbare bond genoten voor het Britse Rijk en voor Frankrijk, dat het mandaat uitoefende over Syrië en de Liba non. Slechts koning Abdullah van Transjordanië, heerser over een bevolking van 350.000 zielen, was geheel in handen van Engeland dat hem door een zware subsidie in staat stelde een goed geoefende le germacht van 8000 man onder Britse officieren te ondejrhouden Znder de subsidie en die Troepen zou Transjordanië al lang van de kaart verdwenen zijn. Noodge- (Van een onzer redacteuren) ER LEEFDE EENS een jortg echtpaar met een klein jongetje in Augustinusga, gemeente Buitenpost. Het gezin leefde van wat de man met een vrachtauto verdiende voor zijn vrouw en dat lekkere blozende kereltje. Ze leidden een tevreden bestaan in een net huis. Het was zo goed te leven, ach, ze wilden wel, dat het altijd zo blijven zou. Maar zie, op zekere dag kwam er een brief, een zeer gewichtige brief, want hij kwam van het gemeentebestuur. De man zette de duim van zijn vereelte hand in het couvert. Hij haalde de brief er uit en las. En toen zei hij tegen zijn vrouw: „We moeten er uit, wicht". Zo begon een van "de vele tragi sche, echt-gebeurde verhalen uit de koolzwarte geschiedenis van de woningnood in Nederland. Wat was het geval? Het huis, dat ons echtpaar bewoonde, was van een N.S.B.-er. En toen deze terugkwam uit het kamp, deed hij rechten gel den op het huis en dat recht werd erkend. Daar is het tenslotte een recht voor. Het echtpaar ging naar de burgemeester van Buitenpost en zei, dat men met alle plezier 't huis zou verlaten, wanneer het recht dat eiste. Maar wat met dat andere recht, het recht om te wo nen? Of de burgemeester hen dan maar een andere woongelegenheid zou willen aanwijzen. „Nog geen kippenhok", zei de edelachtbare heer. De man ging naar buiten. Hij spierste op de grond. Hij stak de handen in zijn broekzakken. Hij ging de weg terug naar huis en onderweg gromde hij: dat het alle maal zo verduiveld, verduiveld, jammer was. Zo ging het verder, lezer. Het echtpaar ging uit het huis, het kraaiende kereltje op de arm der moeder. De man had eerst zijn vrachtauto verkocht, er zat niet anders op. De bulletjes gingen naar Hoogkerk. Daar lag een schuit in het Hoendiep, de drijvende woning van de schoonouders van de vrouw. Daar trokken ze zolang bij in. Men accordeerde uitstekend, het ging goed, maar, mijn hemel, een Fries wil de vrijheid, en dat wilden ook deze Friezen. De man van ons ver haal legde een bunker bloot en daar trok het echtpaar in. Daar wonen ze nu in een betonnen spe lonk en wat een heerlijkheid vrij! Er zijn twee vertrekken in die bunker. In het ene woont men, het andere is slaapkamer-keuken-berg plaats voor de bulletjes. Het is er kil en akelig en het is er netjes, maar als ge er binnentreedt dan denkt ge: hoe is het mogelijk. En ge verwacht wat ge van elk Nederlander verwacht die in dergelijke of ook wel duizendmaal betere omstandigheden verkeert: kankeren. Maar dan vergist ge u in de nobele mentaliteit van deze eenvoudige werkmensen. „In Hoogkerk zijn 400 mensen, die een huis zoeken. Die gaan voor. En de burgemeester heeft het grootste gelijk van de wereld dat hij al die mensen laat voor gaan. Hij is reuze goed voor ons, de burgemeester." Dit zegt de vrouw. En ze lacht vrolijk en in een bewonderenswaar dige berusting. Ze hebben butagas. Het water halen ze bij een boer aan de andere oever. En de dokter heeft de vrouw een pluim gegeven, omdat ze de boel zo netjes houdt in die bunker, in dat betonnen, mens onwaardige kille hol, dat als een graf oprijst in het wijde land Tramlijn Begeerte. In het open veld aan de Kielster- achterweg nabij Hoogezand staat een wagen van de Groninger tram. Lijn 3. Wel, deze lijn 3 heeft zich laten omscholen, je moet wat doen vandaag de dag om van nut te blij ven. Lijn 3 is woning geworden Een landarbeidersgezin van vijf personen heeft er zich geïnstalleerd, er kan geen mens meer bij. Daar vandaan het bordje „vol" op het voorbalcon. Dat is nu washuis ge worden. Als we er op visite komen is moeder de vrouw juist bezig, de hempjes en de broekjes uit te wrin gen. De piloot van lijn 3 zou zijn cabine nauwelijks meer herkennen. Het lange gedeelte van de wagen Hoe een Groninger zich behielp - Een omgebouwde tramwagen van de firma Smit te Winschoten is huiskamer geworden. Zes brede vensters, wie heeft ze vandaag de dag. Voor het eerst breekt nu de zon een beetje door en de tramwoning is eensklaps een serre van licht, 'n Tafel, 'n paar stoelen en 'n kacheltje, ziedaar het simpel meubilair. Achter de huis kamer ligt het achterbalcon, dat is de bijkeuken. Daar stalt de heer des tramwagens zijn fiets en hij stapelt er de kluiten turf. En nu, eerste opening links. De slaapka mer. Het is een vrachtwagen van de EDS, donker als een kelder, het duurt even alvorens ge voorwerpen onderscheidt, want er is geen ven ster, geen spleet waardoor het licht binnen komt Er staan vier zelfge- timmerde bedden. De bewoners van deze tramwa gen danken deze merkwaardige woning aan de orkaan, die enkele weken geleden als een geweldige dronken reus razend over het land ging en alles te pletter sloeg, wat hem voor de voeten kwam. Het huis van deze landarbeidersfamilie stortte ineen en deze tramwagen was niet minder dan een genade van de hemel. Ze zijn er trots op, als op een buitenverblijf, dat ze Tramlijn Begeerte zouden kunnen noemen. Want nu zijn ze vrij, denk u in wat dat zeggen wil, vrij in eigen huis, en eerst hadden ze in woning. „Vindt u 't niet jammer, dat uw huis verwoest is?" informeer ik. ,Nee, man. Ik wil d'r nait meer inwas het spontane antwoord. Daar komt nog bij dat deze tram woning na drie jaar hun eigendom zal zijn. De toeslag voor hun drie kinderen, dat is dus drie maal f 2,40 per week, vormt de afbetaling aan de gemeente Hoogezand, zodat huize Tramlijn Begeerte uiteinde lijk een goede f 1000.kost. En dan komt een groot moment. Moeder en de spruiten op de foto. 'n Kam door het haar, drie snot neusjes afgeveegd, de poppenwagen erbij.... knip.... het is gebeurd. Een vriendelijk lachende arbeiders vrouw keert terug naar het was- huisje, lijn 3 voorbalcon. Vol. Van tramwagen tot landhuis. „Komt er in, heren", zegt de heer W. C. de Kok, die thans namens de firma L. Smit te Nijmegen de scepter zwaait op het emplacement van de Oost Groningse Trammaat- schappij, waar hij de leiding heeft over de sloopwerkzaamheden van de lijn DelfzijlTer Ap.el. Komt er in, heren. En wij komen er in en kijken onze ogen uit. Is dit een tramwagen? Van binnen wijst daar alleen maar de breedte van 2.20 M. op. die geringer is dan van een gewoon huis. Maar voor het overige is deze wagen een luxe landhuis geworden. Een halletje, een com fortabele keuken, een gezellige woonkamer met een gemetselde schoorsteen, een haard, parket vloer. een werkkamertje (met tele foon een slaapkamer en een bergkamer. electrisch licht, gas en waterleiding, dubbele wanden, de binnenste betimmerd met blank eiken. Wij zitten daar knus aan de thee in comfortabele kelimfau teuils en de heer De Kok vertelt. Voor ons zijn al honderden mensen bij hem op bezoek geweest en ze hebben verbaasd gestaan over zo veel vindingrijkheid en zoveel mo gelijkheden. Want de tramhuizen, waarvan de heer De Kok er een bewoont en welke hij compleet voor f 6000.inclusief betimmerig, licht, stopcontacten, sceptic tank, WC met closet en spoelbak, par ketvloer levert, kunnen gemakke lijk een gezin met twee kinderen huisvesten. Of er belangstelling voor is? Wat dacht u. Er zijn ver over de dui zend aanvragen voor een tramwo ning, maar er komt weinig van te recht, omdat bij de gemeentebestu ren nog altijd een conservatieve mentaliteit overheerst, welke deze fris geschilderde, luxueuse tram woningen niet verantwoord acht uit aesthetische overwegingen. Is het niet om te huilen? Wie spreekt er van aesthetische motieven wanneer mensen soms zeven a acht jaren verloofd rondlopen en een aardig sommetje hebben gespaard, maar niet kunnen trouwen, omdat ze geen woning kunnen krijgen? Men sen, wier stemming voortdurend geprikkeld is, die humeurig en op standig zijn, vervelend de dagen door gaan en de hoop verliezen. Wie spreekt er van aesthetische motieven in een tijd van woning ellende, die met geen pen te be schrijven is. In zulk een hopeloze stemming kwam daar een bericht, dat de hoop opnieuw deed leven in de harten van vele verloofden. Ze zijn elkaar bm de hals gevlogen, ge kunt het u voorstellen, en ze heb ben gezegd: lieverd, zie je, nu zal het er toch nog van komen. Want zie, daar op het tramwegemplace ment in Winschoten staan tramwa gens van 15 M. lang, 2.50 hoog en 2.20 breed, die als woningen be schikbaar zijn. De onderstellen van die wagens zijn verkocht naar In- dië en naar de Congo. Daar gaan de carosserieën ook naar toe, als de gemeenten doorgaan, deze tram huizen uit het stadsbeeld te weren en de jarenlang verloofden daar door nog een trapje dieper in de ellende duwen. Men zou zeggen, dat de gemeentebesturen de directie van de fa. Smit zouden voordragen voor de Ridderorde van Oranje Nassau, uit erkentelijkheid voor de ontzaglijke gevaren, die door hun vindingrijkheid kunnen wor den gekeerd en om het geluk en de klare vreugde, welke zij bezorgt aan zovele verloofde mensen. Er is nog kans, dat het gemeen tebestuur van Winschoten tot andere gedachten komt. Want naar wij vernemen, zijn er in de boezem van de gemeenteraad stemmen opgegaan, acht a tien wagens te kopen, deze op een be tonnen fundering te zetten en ze op te stellen in de villawijk, aan gepast aan de omgeving. Kijk, dat zou een compliment waard zijn. Dan zouden acht a tien paien eindelijk, eindelijk kunnen trouwen. En ze zouden een vrij huis hebben. Hoe reëel is het geluk, dat af hangt van een beetje eigen ruimte. .y* i 'n'4 M'X BIJEN ZWERMDEN REEDS Normaal zwermen brf&n eerst in de zomer. Zijn ze erg vroeg, dan zwermen ze ook wel eens in Mei, maar in Maart vrijwel nooit. Dc heer Jan Soetendaal, landbouwer aan de Doornesteeg op de grens Barneveld-Luntcren, was dan ook stomverbaasd thans reeds zijn bijen te zien zwermen. Misschien kwam het door het prachtige lenteweer. In elk geval een grote zeldzaamheid. De „Groote Beer" gearriveerd Het hospita al-troepentransport- schip de Groote Beer, met aan boord ongeveer 600 afgekeurde en zieke militairen uit Indonesië, is Zaterdagmacht in IJmuiden bin nengekomen. Zondagmorgen om streeks negen uur meerde het schip aan de Javakade te Amster dam, waarna direct met de debar- katie werd begonnen, a Post voor ,,Kota Inten" Doordat de „Kota Inten" is in gelopen op de vaartijd, komt het schip op 7 April in plaats van op 9 April in Port Said aan. Brieven voor opvarenden moeten in verband hiermede, uiterlijk op 31 Maart a.s. worden gepost inplaats van op 3 April. v -1 - w 1 Een bunker omgetoverd tot een woonverblijf dwongen moest Engeland toen ook waarop het onder alle omstandig- de Joden van Palestina bewapenen, heden tegen Hitler's legers rekenen kon. Na de oorlog werden dc Joden niet ontwapend. Ondanks dat aou hun strijdmacht weinig kans gehad hebben tegen de Transjordaniërs met hun tanks en Britse leiders, wanneer internationale verhoudin gen de Engelsen niet gedwongen hadden alle wapenleveranties aan de Arabieren stop te zetten. De Verenigde Staten volgden een pro- Joodse politiek, in hoofdzaak om dat in het jaar der Presidentsver kiezingen Truman het niet aan durfde om de in New York zo tal rijke en machtige Joodse bevol kingsgroep tegen zich in het har nas te jagen. De Joodse strijd macht werd voortdurend versterkt door materiaal en vrijwilligers uit Amerika en door aanvoer uit Oost- Europese landen, terwijl de Arabi sche kracht lam gelegd werd door stopzetten van alle toevoer. Dit is de verklaring van de m#i- - taire successen van de nieuwe staat Israël. In wezen is die staat nog altijd zo zwak, dat één modern be wapende pantserdivisie met steun uit de lucht in enkele dagen Lgds het nieuwe land van noord tot. Zuid zou kunnen doormarcheren. Tegen de nog zwakkere Arabieren was zijn macht echter voldoende. Wat er nu in Palestina ontstaan is, is een zonderling omgrensd po litiek geheel, omringd door een ring van veel talrijker en uiteinde lijk machtiger en verbitterde vijan den. Daarom is met het herstel van een eigen Joodse staat de lijdens weg van het oude volk nog wel niet ten einde. Bijzondere verbit tering heeft de hardhandige poto- tiek der leiders van Israël tenop- zichte van de Arabische inwoners van het aan de Joden toegewezen land gewekt. Achthonderdduizend mensen zijn van huis en hof ver jaagd en velen van hen hebben geen ander toevluclitsoord dan Het gebergte of de woestijn. Na duizenden jaren beschavings ontwikkeling is het weer zo ver gekomen, dat land belangrijker is dan de mens en det de volken der wereld elkaar weer beoorlogen em hun akkerland uit te breiden en de ingezeten bevolking meedogenloos aan hun zucht tot laMduitbreidinff opofferen. Er is nu reeds geen plaats meer In dc nieuwe staat Israël en nog een millioen Joden uit de Oost- Europese landen, die ten dele in kampen in Duitsland en Oostenrijk verblijven, wil men opnemen. De extremistische groepen in Israël hebben dikwijls openlijk getuigd van hun ideaal om geheel Palestina en zo nodig ook Transjordanië tot Israelietisch gebied te maken. De berichten der laatste weken schijnen erop te wijzen, dat deze groepen opnieuw invloed beginnen ie krijgen en dat de regering te Tell-Aviv bereid is om enige risi co's te nemen voor een poging, een uitweg te veroveren naar de Rode Zee en om, eventueel, de Arabische macht minstens terug te dringen tot over de Jordaan. Welke politiek zal de nieuwe staat voeren op in ternationaal gebied, teneinde deze gebiedsuitbreiding een kans te ver schaffen! Want op afronding van zijn gebied moet Israël bedacht zjjn, de tegenwoordige grens is zó, dat tegen een goedbewapende vij and het land geheel onverdedig baar is. Bedenkt men dan, dat het over grote deel der kolonisten in Israël uit Oost-Europa afkomstig is, en dat het wel even zal duren eer al de heterogene elementen in de nieuwe staat tot een natie zijn sa mengesmolten, dan moet men re kenen met een lavcer-politiek tus sen Oost en West. Amerika en Rusland waren accoord om Israël toe te laten tot de Verenigde Na ties. Ze konden moeilijk anders doen, gezien hun vroegere houding. Zullen ze nu om 3trijd gaan dingen naar de gunst van het nieuwe lid? Rusland is dan in het voordeel, want het behoeft niet, zoals Ame rika rekening te houden met de Arabieren. Duizenden Amerikanen zijn reeds werkzaam in Saoedi-Ara- bië ter exploitatie van de petro- leum-rijkdom van dat land. Een ander aspect van het pro bleem heeft betrekking op de Vei ligheidsraad. Volgens de bepalingen wordt bij keuze der niet-permancn- te leden rekening gehouden met dc ligging der landen. Zo had het Na bije Oosten altijd één vertegen woordiger in de Raad. Dit was al- lijd een Arabische staat en gaf dus geen aanleiding tot meningsver schil. Zal men nu straks, wanneer er een nieuwe vertegenwoordiger voor dit deel der werekl wordt aangewezen, een mededinging gaan zien tussen Israël en zjjn Arabische vijanden? Het lijkt on vermijdelijk. De toch al ao gecom pliceerde wereld is nog wat inge wikkelder geworden.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1949 | | pagina 5