Een
weldoener van de mensen
en strijder voor God
SINTERKLAAS OP AMELAND
DE WELDOENERS
In Antwerpen herleeft de Spaanse Furie!
Slachtoffer van kerkvervolging
Opinies uit
mijn dagboek
Compleet metro-drama in de
reuzen-etalage
Een bijzondere viering van een
speciale gewoonte
Hoogtij aan de huiselijke haard!
Met de neusjes tegen de ruit
rigen in het
Haarlem
berichten
Maandag 5 December 194*2
PAC. 3
De Bisschop van My ra:
Sinterklaas in België
Witte gedaanten met knuppels gewapend,
bereiden aan de „Omes11 de weg
Een kwestie van geven en nemen
Adv.)
RWACHTING
oor het K.N.M.I. te
ig van Maandag
dagavond.
ENKELE BUIEN
waar bewolkt met
ste plaatsen enkele
i de kust tijdelijk
tormachtige, in het
l matige tot krach-
lijke wind. Weinig
g in temperatuur.
de Bisschop van
benoemd tot: kape-
avenhage (Allerh.
leleerw. heer J. A.
Overschie de Wel-
A. van Ettinger; te
n de Weleerw. heer
le Jeune, die kape-
ieringermeer.
tot kapelaan te
r. Hemelv.) de Wel-
A. J. Buys; te Be-
Vr. Goede Raad)
leer H. F. Jansen;
(H. Maria Magd.)
eer Th. J. M. Rui-
:ede (O.L. Vr. He-
eerw. heer C. Bak-
aan was te Castri-
kapelaan te Sche-
Vr. van Lourdes)
eer C. A. J. Netten,
vas te Voorhout.
KATHOLIEKE
jEVERS IN
>LLENBEDRI)F
:e redacteur.)
In zijn openings-
ilgemene vergade-
akgroep Bloembol-
n de L.T.B. heeft
de heer J. Elders
t.a.v. de actie tot
een vereniging
:e werkgevers in
mbedrijf o.m. ver-
ang deze zaak nog
s bij Z. H. Excel-
;hop van Haarlem
ering niet past op
ooruit te lopen,
nog zeggen, dat de
de initiatiefnemers
ezonden schrijven,
•reenstemming zijn
L.T.B. positief,on-
eeft de voorz. met
iks, de geestelijke
plan medegedeeld,
aan het hoofdbe-
voor te leggen of
u zijn tot vorming
grootkwekers-ex-
men. echter binnen
aan worden ge-
aan de L.T.B. toe
tsen binnen het
e Stichting van de
van de te vormen
ats van deze nieu-
stann. indien deze
L.T.B. zou plaat-
in afzonderlijke
een waarborg dat
n belangen alleen
»r vakgenoten, en
leer geaccentueerd
i tot het vormen
e grootkwekers-ex
/orden besloten,
trouwen wordt de
de Bisschop afge-
le voorz., op wiens
nader terugkomen.
JDE. uien 20.60
ooi 6.10—13.20; gele
icc. witte 8.80-9 60;
.3010.40; andijvie
ÏEN. uien 22.30
21.20; andijvie 24.60
2; witte kool 8.60-
andjjvie 26.50
ol afw. 15.3017;
010.40; gele kool
kool 6—13.20.
K. rode kool
roene kool 18.20-
5.70—7.30: andijvie
lien 2222.10; grof
iloemkool I 3143;
ifw. 16—27; XI afw.
spruitkool 42
ucc. 5.309.90; dene
kool 5.6013; gele
Chinese kool 10.20
uien 20.6021.40;
22.10; bieten I lang
4.90rond 7.50-
59—63; II 42—47;
-13.70; III 10.70—
-9.50.
bevelanders 7
ilauwe 810; toma-
'itlof 2870; bloem
de 5.5014; savoye
rroene kool 1116
82; boerekool 818;
rode bieten 4
ten 712; bospeen
peen 711 waspeen
drielingen 1013;
ei 1026druiven
80; brabantse belle-
ramley seedling 6—
pippin 1366; goud-
groninger kroon 5
ppel 624present
-31; zoete campag-
e winterkroon 824
u 1029; comtesse
conférence 628;
429; gieser wilde-
kamperveen 312;
u 324; st. germain
uwtje 313; winter-
out 412; zwijndr.
5 Dec. Witlof I
61. III 39—53; Stek
:r 4000 kg.: Spruit-
'rei 18.Andijvie
a 34.
Op het Concilie van Nicea zat hij tussen de Vaders en gold als
een der meest eerbiedwaardigsten: Sint Nicolaas. Want de
bisschop van Myra was een Confessor. Hij had marteling en
klerker ondergaan om Christus' wil, toen Keizer Licinius in een
laatste en verbeten strijd het stervend paganisme wilde hand
haven tegenover het jonge, opkomende Christendom. De onver
wacht snelle overwinning van Constantijn in de velden van
Adrianopel (318) opende duizenden, om Christus' wil gevan
gengehouden, de poorten en ook Nicolaas keerde terug. Naar
Myra ging hij, waar hij de bisschopsstaf weer opnam.
Door een wondere beschikking
Gods was hij daar vele jaren ge
leden bisschop geworden. Hoewel
hij schatrijk was en een patriciërs
loopbaan voor hem openstond was
Nicolaas priester geworden en leef
de met enkele anderen samen in
kloosterlijke gemeenschap. Wel was
het Christendom nog niet officieel
toegelaten, maar rond 275 heerste
er rust en vrede voor de Kerk in
Klein Azië. Men had daar wel an
dere problemen op te lossen, dan
het organiseren van een jacht op
Christenen; de Perzen aan de
Eufraat, de Goten aan de Beneden-
Donau en de mysterieuze koningin
Zenobia in het Zuiden bedreigden
het Rijk. Zo leefden Nicolaas en
zijn gezellen ongemoeid en hij was
spoedig algemeen bemind. Zijn
groot vermogen deelde hij volgens
Christus' woord uit aan de armen,
aan goeden en kwaden, zoals God
ook Zijn zon laat opgaan voor alle
mensen gelijk. Toen hij alles had
opgegeven, meende de jonge pries
ter dat God hem naar de woestijn
van Opper-Egypte riep, naar The-
baïs, waar Paulus en Antonius
leefden. Nicolaas vertrok, maar
onderweg leerde hij Gods Wil ken
nen niet in de eenzaamheid,
maar in het volle leven moest hij
Christus dienen. Daarom keerde
hij terug naar Lycië en kwam te
Myra juist op het ogenblik, dat de
bisschop was gestorven. Op recht
streekse aanwjjziging van God werd
Nicolaas tot bisschop gekozen. Zijn
wondere goedheid maakte hem
spoedig tot de meest beminde fi
guur in Asia Minor.
Kindervrie d
In deze jaren was hij vooral de
grote Kindervriend naar het voor
beeld van Christus. Ontelbaar zijn
de legenden over zijn zorg en mild
dadige goedheid voor kinderen.
Lang duurde zijn pontificaat, der
tig jaren gingen voorbij, keizers
kwamen en gingen, de gruwelijke
vervolging van Diocletianus kwam
over Gods Kérk, maar in het Verre
Lycië zag men er weinig van. Toen
na de overwinning van Con
stantijn, toen in heel het Westen de
Kerk de langverbeide vrede erken
ning kreeg, was hier de kerkver
volging plotseling begonnen. Lici
nius, eens Constantijns vriend en
bondgenoot, wilde de alleenheer
schappij en deed een beroep op alle
heidense elementen tegen Constan
tijn en tegen het Christendom. Ook
Nicolaas werd gegrepen, gekerkerd
en gefolterd. Na maanden van li
chamelijke en geestelijke kwelling
werd hij verlost. Licinius was ver
slagen en gedood en nu was de
bisschop weer in Myra. Maar er
was iets veranderd vóór zijn
gevangenneming was de bisschop
de goede man, de weldoener, die
nooit weigeren kon. Allen hadden
van hem geprofiteerd, goeden en
kwaden, de goeden hadden hem be
dankt en waren nog beter gewor
den, voor sommige kwaden was 't
een aanleiding tot bekering ge
weest, en Nicolaas had God daar
voor bedankt, maar voor de
meeste kwaden was het slechts bij
profiteren gebleven, terwijl ze in
hun hart de spot dreven wat die
doodgoede bisschop, die hebben en
houen weggaf, zonder te vragen of
hij soms niet werd bedrogen. En
toen de trawanten van Licinius de
heilige man in boeien hadden ge
klonken en opgesloten, zodat zijn
machtige welsprekendheid niet
meer de kudde kon beschermen te
gen afval en misleiding, toen weer
afgodsbeelden in heilige plaatsen
werden opgericht, waren juist die
kwaden, de zwarte schapen zijner
kudde, naar voren gekomen en
hadden de trouwgeblevenen feller
gesard en meer intens gekweld dan
welke heiden ook. Dat had Nicolaas
in de ziel getroffen en zijn optre
den was nu anders naast grote
goedheid en mildheid toonde hij
een onverzettelijke strijdersmoed,
zoals hij in de gevangenis Irjdens-
en offerzin had getoond. Nog
steeds was hij de goede vader voor
allen die van goede wil waren,
maar daarnaast werd hij de grote
verdediger van Christus' Kerk en de
onvermoeide bestrijder van valse
broeders vooral. En die waren tal
rijk, onder leiding van Arius durf
den zij de Godheid van Christus
loochenen. Nicolaas verdedigde
hartstochtelijk en welsprekend dit
fundament van het Christelijk ge
loof en toonde geen neiging tot
toegeven of door de vingers zien
op dit punt. Er uit moesten ze,
weg uit zijn diocees en hij rustte
niet voor de hardnekkigen verdre
ven waren.
In te Domine
Van het ras van „wolven in
schaapskleren" had Nicolaas eens
en voorgoed genoeg gekregen. En
nu was hij te Nicea en verdedigde
daar de geschonden eer van zijn
Meester, die hij had nagevolgd in
Zijn goedheid, maar ook in zijn
toorn tegen de schenners van het
heilige. Machtig klonk zijn stem:
„God van God, Licht van Licht,
Waarachtig God van de Waarach
tige God". De bejaarde pontifex
zag reeds de triomf der kerk, toen
de jonge, geestdriftige Athanasius
allen meesleepte door zijn magis
traal betoog Gods Zoon ter ere.
Met een „Laat nu Uw dienaar gaan
in vrede, want mijn ogen hebben
Uw zegen aanschouwd", keerde hij
naar Myra terug. Het was zijn
laatste optreden in het openbaar
geweest, want kort waarna waren
zijn krachten zo afgenomen, dat hij
het bestuur van het bisdom aan
anderen liet en in het klooster van
zijn jonge priesterjaren de stilte
vond die hij eens had willen zoeken
in de woestijn van Thebaïs. Een
jaar later (327) stierf Nicolaas on
der het fluisteren der woorden: „In
te Domine speravi Op U o Heer
heeft mijn ziel gehoopt, neem haar
nu op in Uwe heerlijkheid".
MAANDAG 5 December 1949.
Sinterklaasavond! Het feest
van goedheid en qezelligheid.
De merkwaardige traditie
die zich weergaloos handhaaft.
Feest van goedgeefsheid ook.
Dan krijg je dingen, die je
anders niet krijgt, omdat ze
bijzonder zijn, of schaars, of
heel duur, wat eigenlijk alle
maal op hetzelfde neer komt.
Maar je krijgt ze ook, omdat je
ze anders niet krijgt; je krijgt
geen dingen die je beslist no
dig hebt. Je krijgt wel een das,
maar geen overhemd. Wel een
paar sokken, maar geen schoe
nen, wel een paar handschoe
nen maar geen overjas. Want
een overhemd, of een paar
schoenen, of een overjas, die
moet je toch hebben, als je er
aan toe bent. En voor zulke
dingen is Sinterklaas niet.
Mjjn vriend geeft zijn vrouw
niettemin een pond roomboter
en tien eieren en een pakje
koffie. Want dat vindt hij in
elk geval een bijzonder cadeau,
en dus duur en schaars. En tot
op zekere hoogte niet allemaal
volstrekt nodig! En hij heeft
nog gelijk ook vind IK.
(Van onze speciale verslaggever)
Er is misschien geen tweede stad te vinden in de lage landen,
die zoveel met Spanje te maken heeft gehad als die der
Sinjoren. Antwerpen, dat zich steigerend ophief tegen het water
van de Schelde. De rivier voerde de eeuwen met zich mee op
haar golven, maar in de geschiedenis van de stad klinken nog de
trommelslagen van de Spanjaarden, die door haar straten
trokken. Voorbij de kathedraal, waarvan het torensilhouet het
fijnste kantwerk uit Brugge achter zich laat. En er bestaan
moeizaam getekende plaatjes, waarop in kruitdamp en vlammen
de Spaanse Furie zich uitleeft, zo gruwzaam, alsof de graveur
de waarachtige verschrikkingen nog wilde overtreffen.
Deze tijden zijn lang voorbij. Men
kan nu weer rustig langs het Steen
wandelen, zonder in zijn mijmering
gestoord te worden door donderbus
sen en musketten. De kanonnen
staan gemoedelijk op het gazon. Ver
ouderd en lachwekkend. Het mos
woekert in de lopen. De Spaanse
vorsten, veldheren en prelaten zijn
verdwenen achter de horizon van
de tijd.
Spaanse Furie.
Maar toch, iets van Spanje moet
er zijn blijven hangen in de zilte
Scheldelucht. Iets, dat even machtig
was als de geuzenliederen. Want
ieder jaar opnieuw herleeft in Ant
werpen een Spaanse Furie. Zonder
stormladders, donderbussen en pek
tonnen, maar met veel licht en een
zee van vuur, dat trillend samen-
kroop in neonletters. Een vreed
zame furie, die in de vitrines woedt
en voortduurt in de winkels van
begin November tot 6 December.
Dan ook keren de prelaten terug
uit Spanje in hun wijde mantels.
De plaatsvervangers van de ene St.
Nicolaas, die zelf immers alleen
maar op aarde komt in de nacht,
waarin de snelle schim van de
schimmel en zijn berijder nauwe
lijks zichtbaar is tegen de vries
lucht.
Metro-ramp.
Ook dit jaar weer liggen de win
kelpanden op de Meir en Keyzerley
in Antwerpen als een schitterend
parelsnoer in het avondlijk stads
beeld. En de etalages zijn vol van
de meest vreemdsoortige vindingen
om de aandacht te trekken.
Alsof een hele schaar van uitvin
ders in een amusante bui de hoof
den bijeen heeft gestoken om de
stad te verbazen. In een reuzen-
etalage speelt zich een metro-drama
af, dat nog hartverscheurender is,
omdat het zich iedere tien secon
den met pijnlijke zekerheid her
haalt. Op het perron wacht een
groep reizigers, die ook zonder dat
de metro hapert al meer dan ge
noeg hebben aan hun eigen ellende.
De dikke man kan onmogelijk door
het hekje en met electrische snik
schokken roept hij om bijstand, ter
wijl het paartje achter hem vertwij
feld de armen in de hoogte heft. Een
echtpaar heeft de grootste moeite
met twee kinderen, die hun achter
lijke opvoeding niet onder stoelen
of banken steken. De chocolade-
automaat weigert, en zo gaat het
maar verder. Maar dit individuele
lijden wordt bovendien nog jammer
lijk overkoepeld door het gemeen
schappelijk fiasco met de metro-
trein zelf. Die komt om de tien se
conden prompt als een kokerjuffer
"it de tunnel kijken, om dan met
schichtige rukken weer terug te
deinzen voor twee ganzen, die rus
tig Staan te pikken in het grint tus
sen de rails. De techniek, die zich
schichtig terugtrekt voor de na
tuur. En om de tien seconden al die
ellende weer opnieuw, alsof een
daemon er genoegen in schiep dit
leed te fixeren. Om de tien secon
den al de bewegingen van een
waanzinnige menigte, die in haar
tic bestendigd de kans voorgoed
verkeken ziet Neuilly, dat op het
bord staat aangegeven, nog ooit te
aanschouwen.
Een grote speelgoedaap hangt dit
zielig gedoe, schommelend aan een
onnatuurlijk groene liaan met tries
te ogen te bekijken. Of is hij zo
melancholiek, omdat het buiten
juist begint te regenen en de eerste
druppels aan het venster komen?
De metro is niet te koop. Het is
een stunt van de firma, maar de
poppen zijn het wel. Er is een hele
kasteelscène in elkaar gezet. De
Slotvrouw wacht aan de poort, die
eigenlijk wel wat klein is voor haar
afmetingen (maar welk kind zal er
op letten?) op de Prins, die nader-
bijsnelt vanachter het groen. De
wonderlijke eeuw, waarin zij leven,
wil, dat de minnaar zijn weg moet
zoeken dwars door een verzameling
geloken achter de zware wimpers?
Omdat de prins, geschrokken van
de expositie, halverwege bleef ste
ken of omdat zij zichzelf onbereik
baar weet, door het waarschuwend
bericht aan haar voeten, dat door
haar eerzuchtige familieleden daar
werd neergelegd: 4500 frs.?
In het warenhuis zelf zijn de pop
pen veel gelukkiger. Hoe goedkoper
hoe zuiniger. Die van 50 frs zitten
anonym bijeen op een grote tafel.
Het heeft iets van een weeshuis op
Zaterdagavond, na het gemeenschap
pelijk bad.
Alles is er. Alles. Wanneer de
financiële draagkracht van St. Ni
colaas niets te wensen overlaat, dan
■geloven wij niet, dat er één kind in
België is, dat zich teleurgesteld be
hoeft te voelen
ue ouderen.
-m de ouderen? Voor welke Ne
derlander is het nog een geheim, dat
in België „alles* te krijgen is. Maar
ook de prijzen zullen wel aan nie
mand verborgen zijn gebleven. Voor
de kinderen de wonderen in de éta
lage, voor ons de financiële waar
schuwingsborden op de costuums,
de bontmantels, polshorloges, vul
pennen, stropdassen enz. enz. Daar
aan kan de heuse trapeze met een
wereld-luchtnummer, dat ter ver
hoging van de stemming iedere
middag werkt in de nok van de
rinnovation, niet veel meer goed
maken. Ze wekt bij de Nederlander
onmiddellijk bijgedachten aan fi
nanciële acrobatiek en luchtkaste
len
WEINIGEN ZOEKEN in de winterdagen de weg naar Ameland,
dat in de zomer zo in trek is bij vele vacantiegangers. Dan is
het eiland voor de eilandbewoner zelf en dwingt niemand hem
in een andere richting, dan die hij zelf wil gaan. In die winter
maanden ontplooit zich het eigen leven, zoals het zich altijd
ontplooid heeft. Want de toegangspoort, die in de zomer zovelen
doorlaat, lijkt dan niet aantrekkelijk meer. Dit juist heeft er
toe bijgedragen, oude, zeer oude gewoonten op het eiland te
handhaven. En zodoende zal op 5 en 6 December het Amelands
Sinterklaasfeest een oeroud feest waar de oorsprong niet
van vast ligt weer volop gevierd worden.
Zodra de schemering daalt over
Ameland op Sinterklaasavond,
haast al wat zich vrouw kan noe
men, naar huis. Het is dan niet
veilig voor hen op straat. Uit alle
hoeken komen witte gedaanten te
voorschijn, met knuppels gewapend
Baanvegers, wegbereiders van de
Sinterklazen. Zij moeten er voor
zorgen, dat de weg vrij is voor de
„Omes" om ongezien naar buiten te
komen en zij doen dit met grote
ijver en desnoods hardhandig
heid. Koeien- en buffelhoorns wor
den gebruikt als toeter en angst
aanjagend is het geluid hiervan,
waarmee zij de stilte, die over het
eiland gehangen heeft, verjagen.
Weinig in getal zijn de dapperen,
die zich in de schemertijd op Sin
terklaasavond buiten wagen. En
lang houden zij het zeker niet uit;
daar zorgen do baanvegers wel
voor.
Als dan de rust is weergekeerd
en alle meisjes en vrouwen binnen
wachten op de dingen die komen
zullen, (want de man is op deze
avond waarlijk heer en meester)
wordt het de tijd van de Sinter
klazen, om zich te vertonen.
Wekenlang hebben de Amelan
ders, die voor Sinterklaas mogen
spelen (dat zijn op „grote" Sinter
klaasavond alle mannen boven de
18 jaar en er zijn maar heel weini
gen, die niet meedoen) zich voor
bereid op deze dag en er zich op
verheugd. Het is voor de Amelan
ders de feestdag van het jaar. Ook
de gedachten van hen, die niet meer
op het eiland wonen, gaan dan te
rug naar dat, hun zo dierbare
plekje. Talrijk is ook het aantal van
hen, die op deze dag zorgen, op
Ameland te zijn.
Allerhande pakken zijn gemaakt.
Een bonte mengeling van kleuren
is het, die de straten en paden vin
het eiland bevolken op Sinterklaas
avond. Verkleed als dier of heks; in
allerhande vreemde vermommingen
vertonen zij zich in de huizen, die
„open" zijn, waar de vrouwen zich
hebben verzameld, om de Sinterkla
zen aan zich te zien voorbijtrekken.
Geen huis, dat „open" is, wordt
overgeslagen en daarbij trachten
meisjes en vrouwen er achter te
komen, wie zich alzo achter de
maskers verbergen. Groot is de
trots van de Sinterklazen als zij,
ondanks het feit dat zij zich de hele
avond vertoond hebben, door nie
mand herkend zijn eer zij bij het
démasqué hun vermomming afleg
gen.
Bij de rondgang door de dorpen tonen
de Sinterklazen hun meesterschap.
Zij hebben stokken bij zich, die ze,
wanneer ze ergens in een huis zijn,
voor de vrouwen neerleggen. Dat
betekent dat dezen er overheen
moeten springen en een liedje zin
gen. Wie het is, zij oud of jong,
moet gehoorzamen. En zij doen het-
Op de vooravond van Sinterklaas
is er al een klein voorproefje ge
weest van dat wat komen gaat. Dan
namelijk is het „kleine" Sinter
klaas en treden de jongeren tot 18
jaar aan, die trachten de voetstap-'
pen van hun oudere broers en va
ders te drukken.
Maar op grote Sinterklaasavond
moet er nog wel eens opgetreden
worden door de almachtige Sinter
klazen, die ook „Omes" genoemd
worden. Soms tracht een meisje
zich als Sinterklaas te vermommen.
Wee haar, wanneer zij ontdekt
wordt. Dan gaat ze het „jarre-gat"
oftewel de beerput in. Voor jongens
die rond Sinterklaastijd bijna acht
tien jaar zijn, is het een hard gelag
om met de „kleintjes" te moeten
meedoen. Daarom wagen zij het ook
wel eens, zich onder het bescher
mend Sinterklaaskleed op de grote
feestavond te vertonen. Bijna meer
nog op hen, dan op de meisjes gaat
de jacht van al degenen, die
„rechtens" Sinterklaas zijn en ge
makkelijk komt hij er zeker niet af
wanneer hij betrapt wordt.
Neen, met de normale viering
van de verjaardag van Sint Nico
laas in ons land heeft dit Amelan
der feest weinig uit te staan. Maar
in elke rasecjite Amelander leeft
tegen de tijd van 5 December een
gevoel van onrust. Dan legt hij de
grondslagen voor zijn optreden op
de grote avond. Het is een gevoel,
dat hem ieder jaar opnieuw be
kruipt en dat hij niet af kan schud
den. Partijen bestaan niet, wanneer
op Ameland het gejank van de
buffelhoorns klinkt, die het sein
geeft, dat de meisjes op haar hoede
moeten zijn. Maar zij leven mee met
het feest, dat elk jaar opnieuw
(ditmaal op 5 December voor de
kleinen en 6 December voor de
groten) alle Amelanders en dan ook
niet één uitgezonderd, in beweging
brengt.
PAKJES-AVOND
WIE HEEFT ER OOIT, lezer, mei meer spanning en mei meer
voldoening in het vroege avonduur de maan door de bomen
zien schijnen dan hij, die weet, dai de stoomboot uit Spanje
reeds is aangekomen. Is er wel één avond in het jaar, die meer
dan andere een speciale vermelding in alle familie-annalen heeft
gekregen en bekend staat, in ieder gezin, groot of klein, als
het heerlijk avondje?
Anders dan tijdens de Kerst
dagen, die meer dagen van bezin
ning en devotie zijn, heeft de
feestdag van St. Nicolaas, ieder
jaar weer iets van een blijde ver
rassing, een spanning, die op de
traditionele pakjes-avond wel
haar hoogtepunt bereikt. Naast de
voldoening, die blijde kinderge
zichten schenken, als Piet of, in
sommige gevallen, de Sint zelf is
geweest, speelt de heimelijke
vreugde om kleine attenties, al of
niet gekruid met een goed ge
plaatste mop, die de groteren op
deze avond elkaar plegen te be
wijzen, een voorname rol in dit
bij uitstek zo huiselijke feest.
Pakjes-avond is eigenlijk een
avond van geven en nemen, van
verrassen en verrast worden. En
als men deze avond goed wil vie
ren, dan moet het ook in de wer
kelijke betekenis een kwestie van
geven en nemen zijn. De goede
gewoonte om gekregen goed niet
critisch te bezien of, zoals een
degelijk Hollands spreekwoord
luidt: „Een gegeven paard niet in
de bek kijken", draagt zeker bij
om de sfeer van deze avond goed
te houden. Een blij gezicht, om
grote èn kleine cadeaux is een
uiting van dankbaarheid, die
iedere gever vreugde bereidt.
Pakjes-avond is ook zo'n mooie
gelegenheid om anoniem een an
der eens met iets extra's te ver
blijden. Er zijn vandaag de dag,
óók onder onze vrienden en ken
nissen, genoeg mensen, die wij
met een kleinigheid kunnen hel
pen. Op andere dagen is het vaak
moeilijk om de juiste manier te
vinden, iemand iets toe te stop
pen. Onder de anonimiteit, die op
St. Nicolaas-avond voor ieder en
allen kan en mag gelden, valt het
veel gemakkelijker. En vermoe
den we dan, van wie de goede ga
ven kunnen komen, dan zal het
in vele gevallen een kwestie van
tact zijn, om wel te laten weten
dat men iets ontvangen heeft,
maar te vermijden een bepaalde
persoon te bedanken.
En als dan de avond gevallen is,
dan is het hoogtij rond de hui
selijke haard. Ook, als zelfs de
maan niet meer door de bomen
schijnt en vele makkers hun wild
geraas hebben gestaakt, blijft er
de ware sfeer van pakjes-avond
rondwaren. Dan komen weer die
uren van gezelligheid en ver
trouwdheid met het eigen huis, de
eigen familie, de eigen vrienden
kring, die we juist in deze win
terse dagen, als de kilheid van
buiten zich aan ons probeert op
te dringen, hard nodig hebben. L.S.
En de Belgen, vraagt men zich af.
Wij weten dit niet precies. Onge
twijfeld schuilt er iets s f ipathieks
in de wetenschap, dat men in een
land woont, dat alles kan bieden,
spoortreinen en vliegtuigen, die de Eén ding is echter een feit. Dat
indruk maakt een onderdeel te vor
men van een wereldtentoonstelling
bij de Lilliputters. Maar waarom
houdt de schone prinses haar ogen
onze Zuiderburen momenteel zeer
gebrand zijn op gepaalde waren uit
Nederland. Schoenen, jenever, par
fum en kleine luxe artikelen.
Sint Nicolaastijd.
van kinderen met verlangende ogen,
open mondjes en koude neuzen voor
de grote winkelétalages. De vettige
warme handjes gaan vlus over de
spiegelruit het een na het ander
aanwijzend; zij zijn in het dromen
land; ze weten, dat alles in him be
reik ligt, als die geheimzinnige
paars gehandschoende hand zich
maar even naar de fel begeerde
voorwerpen uitstrekt. O, die hand
is zo gul en die hand is oppermach
tig. Voor die hand bestaat er geen
spiegelruit; ze behoeft maar te ne
men en uit te delen. O, lieve goede
Sint, heilige Paus, kom ons toch
toewaarts. Men hoort kinderversjes
en kleine en grote wensen links en
rechts mot tussenpozen van inge-
drommen houden bewondering om een nieuw
Er is een tijd geweest
waarin de mensen niet
meer geloofden aan het
bestaan van St. Nicolaas.
Weliswaar kregen ze ieder
jaar op 5 December hun
cadeautjes en vonden de
kinderen dagen tevoren
lekkernijen in hun schoen,
maar dan vertelden ze
elkaar lachend dat ze de
verrassingen hadden ge
kregen van familieleden,
die in de winkels inkopen
hadden gedaan. Dat Sint
Nicolaas en Zwarte Piet
dit alles zonder meer
aanvaardden, zal niemand
durven denken. Ze voel
den zich teneergeslagen,
ondanks hun blijmoedig
heid van nature.
uurwerk met de diaman
tjes. dan knaagde het
verdriet in de harten der
weldoeners van professie.
Ze waren niet minder
vrijgevig dan anders,
maar als ze hoorden hoe
de mevrouw, die op 5'
December bij het opstaan
's morgens een gouden
armband vond, tegen haar
man zei dat ze de goede
smaak van haar echtge
noot waardeerde, en als
de man op zijn beurt zijn
vrouw bedankte voor het
De bisschop en zijn
knecht vroegen zich af,
waarom zij niet werden
erkend als de schenkers
van al dat goeds. En zij
werden het or over eens,
dat het niet hérkennen,
de érkenning uitsloot
(Weet wel, dat zij in die
tijd niet gewoon waren
zich in het openbaar te
vertonen. Het goede twee
tal deed wél en bleef uit
de blikken der feestvier
ders).
Aarzelend gaven ze toe
aan de steeds dwingender
noodzaak om uit de vei
lige onbekendheid te tre
den en zich in levende
gedaante aan jong en oud
bekend te maken. Dat
deden ze niet omwille van
de vergankelijke lof, die
ze van de mensen ver
wachtten te ontvangen.
Sint Nicolaas en Zwarte
Piet wilden daarmee
slechts het ongeloof in
hun werkelijk zijn doen
verdwijnen. Als de men
sen volmondig zouden
toegeven dat de mildda
digheid geen sprookje
was, als ze het geloof in
deze vrienden der mens
heid zouden hervinden,
dan zou Sint Nicolaas te
gen zijn knecht zeggen:
wat doet het er toe of we
nog langer gehuld blijven
in deze kleurige kledij?
Kom, we trekken ons in
het onbekende terug, waar
niemand ons ziet en zelfs
het brengen van surprises
onopgemerkt gaat.
Dat deden zij. Op hun
paard trokken zij langs de
wegen en straten van
dorp en stad. Kinderen
en hun ouders begroetten
hen luide, wanneer ze za
gen hoe gul de geschenken
werden uitgedeeld. Bur
gemeesters wachtten op
het bordes van het stad.
huis, gestoken in hef def
tige costuum dat zij
slechts dragen als de ko
ning op bezoek komt.
Ja, nu kwam het volk
tot het besef dat Sint Ni
colaas werkelijk bestaat
en dat zijn knecht de
zelfde is als de zwarte
man waarmee de jeugd
ten onrechte wordt bang
gemaakt.
Niet la^g daarna begon
nen ze te denken dat deze
bisschop wel eens minder
goede bedoelingen kon
hebben. Waarom gaf hij zo
veel? Welke duistere
plannen jaagde hij na om
zoveel weldaden te ver
richten? Het bestond toch
niet dat iemand zonder
eigen belang als weldoe
ner optrad? Hij zou ook
zijn knecht wel hebben
ingelicht over de metho
de om het goedgelovige
volk om de tuin te lei
den. Was het een staats
greep misschien? Of een
list om onverhoeds een
goede slag te slaan en dan
te verdwijnen?
De achterdocht groeide.
Men nam de geschenken
met wantrouwen aan. En
als er een nieuw stuk
speelgoed werd gegeven,
vreesde men dat er ge
vaarlijke stoffen in het
binnenwerk verborgen
zaten.
Deze merkwaardige ge.
dachtengang bleef bij vol
gende geslachten. En hef
schijnt dat Sint Nicolaas
nog steeds poogt dte
mensheid te overtuigen
van zijn bestaan zonder
eigenbelang. Het vergaat
hem als zovele weldoe
ners onder de mensen.
Als zij niet in open
baarheid treden, worden
ze niet erkend. Worden
ze bekend, dan vindt men,
schamper lachend, genoeg
motieven om hen te laten
voelen, dat ze als min of
meer gevaarlijke medle.
burgers op een afstand
moeten worden gehouden.
J. T.
na herhaalde lezing onwillekeurig
onder de bekoring geraken van het
simpel blijde kinderrhythme, heeft
Paul van Ostayen deze kinderge
dachten voor de grote spiegelruit
onder woorden weten te brengen.
Men hoort hierin de uitroepen links
en rechts met de tussenpozen van
stille bowonckring. Nauwelijks dur
ven zij hun grote verlangens uit
spreken; het is een simpele aaneen
rijging van opgesomde wensen. Dan
midden in de bladzij een veront
schuldiging voor het uitspreken van
de wens: zie onze lippen droog
lieve Paus.... lieve Paus.
ontdekt voorwerp; dan plotseling
een uitroep en de stilte is weer ver
broken. Ze trappelen van de kou.
Ook de groten worden in hun wen
sen niet vergeten; voor Ome Jan 'n
houten pijp en vooral voor alle
groten een beetje moed, zachtjes
door de schoorsteen. Dan krijg jij,
beste Sint, het beste, dat ik geven
kan: een warme kinderzoen en ook
je ezel Boudewijn.
In een fijn gedichtje, waarbij wij
Sint Niklaas
appelbaas
uit het land van Waas.
Heilige Paus
die ging lopen
uit een deeg van speculaas.
Kom ons toewaarts
heilige Klaas
wij die wachten op een heel
klein beetje honing.
Zie onze lippen droog
niet van 't bidden is het
wel van heel veel kou
Lieve Paus lieve Paus.
Laad Uw ezel, laad Uw neger, laad Uw knecht
appelbaas uit het land van Waas
Met veel snoep en snoeperij
Wij staan bij de bakkerij jou te wachten
Breng de kleinen in hun schoentje
marsepijn en een citroentje
(voor jou ezel ligt het brood reeds klaar)
Breng de groten lieve Paus lieve Paus
zonder dat zij 't gissen
laat het zachtjes door de schouw
een klein beetje moed
en
een zoen van jou
en vooral
geef Nonkel Jan
nu zijn houten pijp
dan krijg jij een zoen
en jouw ezel ook, jouw Boudewijn
appelbaas
uit 't land
van Waas.
Uit gedichten (De Sikkel, Antwerpen.
De Gemeenschap, Utrecht, 1933).
I