Nieuuu
Fins schip voor Nederlandse kust vergaan
Elf opvarenden vonden graf in de golven
Kerkelijke Vasten- en Onthoudingswet
weer volkomen van kracht verklaard
John Lewis bukt voor
gerechtelijk bevel
Treinramp in Frankrijk eist
20 doden en 38 gewonden
EDITIES VOOR ALKMAAR. HOORN, DEN HELDER, SCHAGEN
NHD
Fins schip naar bodem
van de zee
P. B. O.
Dorus Rijkers" bracht 18 man
behouden te Den Helder
Het grote middel om boete te doen.
Verheffing van de geestbron van
kracht en deuqd
Sloep drijvende
gezien
Dodelijk ongeval
bij Sneek
Maar de mijnwerkers blijven staken
Niets geheimzinnigs
boven Schiphol
Abonnementsprijs f 4.25 per kwartaal, f 1.43
per mnd., inclusief incasso. Advertentie-tarief:
per editie 16 ct. per m.m., minimum f 2.50;
in alle edities 26 ct. per m.m., minimum f 4.
familieberichten 20 ct., resp. 30 ct. per m.m.
Bij contract belangrijke korting. Directeur:
E. J. M. Stumpel. Hoofdredacteur: H. N. Smits.
Bankrelaties: Noorderbank; Nederl. Credietbank
HET FEIT
Buiten God is
veilig.
t nergens
(Vondel)
A
S
H
VAN HEDEN
Pagina J
Maandag 13 Februari 1950 45e Jaargang No. 11788
Kantoren: HOORN. Draafsingel 59, tel. 4243, Grote Noord 77, teL 4362 K 2290; ALKMAAR. Ritsevoort 56, teL 2046, (2 lijnen), K 2200; DEN HELDER, Keizerstraat 89, teL 2800 K 2230; SCHAGEN, Molenstraat 52, teL 459 K 2240
DAT WETEN WIJ nu wel, P.B.O.
betekent publiekrechtelijke be
drijfsorganisatie. De wet is er door,
de uitvoering kan nu beginnen.
Een dezer dagen zei ons iemand:
wat gaat dat nu worden, die
P.B.O.? En hij vertaalde de initia
len aldus: Praten, Betogen, Over
wegen?
Daar lijkt het soms op. Het is
alles P.B.O.-theorie, wat de klok
slaat en er gaan wel eens vergade
ringen voorbij, waarop in de
vreugde-roes van het nu bereikte,
al te gemakkelijk over de moge
lijkheden der practische verwezen
lijking wordt gedacht. Die moge
lijkheden zijn vele en velerlei,
maar duidelijk is al wel gebleken
hoezeer zij gelijk hebben, die ge
waarschuwd hebben tegen te
s n e 11e vervulling van verwach
tingen.
Dit neemt natuurlijk niet weg,
dat het mogelijke moet worden ge
daan. om de richtlijnen van de
P.B.O.-wet zo spoedig te verwezen
lijken als redelijk kan: de P-B.O.
moet thans levende werkelijkheid
worden, heeft prof. Romme dezer
dagen gezegd.
Dat was op een centrale studie
bijeenkomst van de Katholieke
Middenstandsbond. Daarnaast heeft
ook het hoofdbestuur van de Ka
tholieke Nederlandse Boeren- en
Tuindersbond een studiebijeen
komst aan dit vraagstuk gewijd,
aan 'de hand van een tweetal des
kundige prae-adviezen.
Hierdoor is op gelukkige wijze
gebleken, dat de katholieke organi
saties haar historische roeping ge
trouw blijven van te zijn; voor
trekkers op dit gebied, dat is het
gebied van de nieuwe maatschap
pelijke ordening.
Niet genoeg kan er op gewezen
worden, dat de P.B.O. veel meer is,
als veel meer bedoeld is en veel
meer moet zijn dan een samenstel
van wettelijke bepalingen om hef
bedrijfsbelang te dienen. Hier
wordt, eindelijk, begonnen met de
concrete opbouw van ordening
door de bedrijfsgenoten, hier wordt
een betere samenwerking tussen de
klassen doorgevoerd tot een stan
denbinding tussen kapitaal en ar
beid, hier wordt in concrete voort-
gewerkt aan de ontbinding van de
klasse-strijdgedachte, krijgt de sa
menwerking tussen de sociale stan.
den nieuwe vormen in een gestalte
met wijd perspectief: herstel der
maatschappelijke orde op de grond
slagen van het Evangelie: sociale
rechtvaardigheid en sociale liefde.
Niet denkbeeldig is het gevaar,
dat de reeds gebleken tegenstellin
gen op verschillend gebied, zowel
op hoofdpunten als op onderdelen
der uitvoering, vertragend
zullen werken. Dit moet natuurlijk
zoveel mogelijk voorkomen wor
den. Er is al lang genoeg gewacht.
De idealen op dit gebied leefden
vöör 1940 al vrij sterk. Vijf jaar na
de bevrijding uit de afschuwelijke
nachtmerrie der propaganda voor
een overspannen gemeenschapsle
ven. is het streven naar de Nieuwe
Gemeenschap, op gezonde basis,
erkend.
Nu is de periode der practische
toepassing aangebroken en nu blijkt
allerwegen, dat er verschillende
moeilijkheden zijn. Geen twijfel
mag bestaan over de feitelijke wer
kelijkheid, dat bloeiende vrije
organisaties de grondslag vormen
van de P.B.O., maar hoe is de ver
houding tussen de z.g. „technische"
organisaties en de standsorganisa
ties? Zal de gedachte van een cen
traal toporgaan voor de midden
stand allerwege voldoende steun
vinden? Komt er een door alle
richtingen gedragen oplossing voor
het probleem van de verhouding
P.B.O. Stichting voor de Land
bouw? Hoe zal het in de praktijk
kunnen gaan met de volgorde der
te stichten organen: eerst product
schappen of eerst bedrijfschappen?
Hoe wordt de verhouding tussen
de eerste, die verticaal, en de
laatste, die horizontaal zijn?
Zo zijn er meer punten van wrij
ving. in groter en kleiner verband,
er zijn vragen van tactiek en tech
niek enz. Natuurlijk zullen de ka
tholieke sociale organisaties, in het
kader van de P.B.O. wet. niet kun
nen schipperen op principiële pun
ten. Natuurlijk moet er. welover
wogen, (en dus onvermijdelijk tijd-
vorderendl gewaakt, worden tegen
een zodanige uitvoering van de
wet, dat bijv. de uitdrukkelijk
anti-staatssocialistisch ingestelde
bepalingen achteraf niet toch ver
wrongen worden in een ongewenste
richting.
Er mag dus niet overhaast gehan
deld worden. Maar er mag ook
niet niet langer getreu
zeld worden. De concretisering
van de P.B.O. mag niet verzanden
in Praten. Betogen, Overwegen.
Dit gevaar bestaat, als de voorbe
reiding van de uitvoering dezer
Wet een langgerekt tournooi tussen
onverzoenbare standpunten wordt.
Inderdaad zou daar veel aan ver
holpen kunnen worden indien in de
..lagere organen" van de bestaande
vrije organisaties algemeen begre
pen zou worden de vermaning, om
al deze kwesties te bespreken, te
bediscussiëren en te bestuderen.
Dit zou dan moeten geschieden on
hort» termijn, onder deskundige
voorlichting, serieus en weloverwo
gen. veelzijdig enzo concreet
mozpbik. In het bijzonder voor onz"
katholieke vak_ en standsorganiso-
tie-afdelineen een aangename en
dankbare taak! I
(Van onze eigen redacteur)
In alle vroegte is Zondagmorgen de 2200 ton metende Finse vrachtvaarder „Karhula" op een
afstand van 10 mijl van het lichtschip Texel nabij de beruchte Haaksgronden vergaan. Van
het ogenblik af, dat men wegéns de critieke toestand aan boord van het schi^, dat reeds viei
uren achtereen met een zware slagzij van tot 50 graden te kampen had, noodseinen uitzond
tot het ogenblik, waarop de Karhula onder de golven verdween, is alles met een zo'n beang
stigende snelheid in zijn werk gegaan, dat alle berichten daaromtrent min of meer verwarrend
en tegenstrijdig zijn. De 18 personen, die tenslotte door de reddingboot Dorus Rijkers uit
Den Helder zijn opgepikt, waren op twee na, allen Finnen, die zeer gebrekkig Engels of
Duits spraken, en er was er geen, die de ware toedracht van de zaak vertellen kon, noch die
iets afwist van de lotgevallen van zijn kameraden. Het parool luidde immers: „Vecht voor ie
eigen leven en zie niet om
tue es wiederHij had maar
een kwartier behoeven te zwem
men, vertelde hij, doch zijn ka
meraad Hans moest een uur
zwemmen, voordat hij als laat
ste dan nog de sloep kon be
reiken. De beide Duitsers waren
nog het meest opgewekt. Zij ston- I
den ieder te woord. Straks zouden
ze immers nieuwe kleren krij
gen. „Eine hose hab' ich noch!" i
Door de Fa. Neels te Den Hel
der werden de mannen van nieu
we kleren voorzien en overgelaten
aan de zorgen van de Finse consul
de heer G. Koij uit Amsterdam.
Vermoedelijk gaan de geredden
heden Maandag per K.Li.M. naar
Finland.
Dat het zo geweest moet zijn, was op te maken uit de verhalen,
die twee Duitsers, de 34-jarige Hans Conrad uit Lübeck en Max
Seeger uit Kiel-Holdenau, beide stokers op het vergane schiD.
deden. De „Karhula" was zes dagen geleden met een lading
pulp vertrokken van de Finse haven Hangö, kwam na drie dagen
in het Kielkanaal en weer na drie dagen in de nabijheid van het
eiland Texel: de plaats van de ramp. De zee stond bol, en de
wind was fel. Door het overkomende buiswater was de dek
lading nat geworden en aan het schuiven geraakt, die het schip
een zware slagzij deed maken, tot een maximum van 50 graden.
Daarbij schijnt een lek te zijn ontstaan doordat een luik open
sloeg waardoor het zeewater met alle geweld naar binnen drong,
zoals later door de eerste stuurman verteld werd.
Volgens de Duitsers was er géén
lek; volgens hen zou 't schip ten
slotte door het overkomende huis
water gezonken zijn. Het schip
moet daarna doormidden zijn ge
broken, waarna het snel gezonken
is. Men heeft uit alle macht ge
pompt, doch het water bleef stij
gen en de pogingen werden tot
vruchteloosheid gedoemd.
Aanvankelijk had men getracht
aan stuurboord een sloep te strij
ken doch dit bleek onmogelijk.
Later heeft men een sloep gestre
ken aan bakboordzijde, waarin be
halve drie matrozen ook kapitein
H. Gronstrand heeft plaatsgeno
men. Op de brug waren vier per
sonen, naar men vertelde, de eer
ste en derde stuurman, de donkey
man en de tweede machinist. De
brug werd later van het schip
afgeslagen en deze mannen wer
den door de sloep opgepikt. De
overige leden van de bemanning
bleven aan dek, lam geslagen door
de schrik en zonder in staat te zijn
ook maar iets uit te richten, totdat
één de moed vatte overboord te
springen, waarna negen hem volg
den.
18 schipbreukelingen gered.
Hoe deze mannen met water,
wind en koude hebben moeten
worstelen, zal wel voor altijd in
hun eigen binnenste bewaard blij
ven. Gelukkig konden binnen het
uur alle tien door de sloep wor
den opgepikt.
De bemanning bestond uit 26
personen, 24 Finnen en twee Duit
sers. Voorts waren er drie verste
kelingen aan boord, waarvan er
twee gered zijn. Een van hen bleef
met de .overige tien leden van de
bemannnig aan boord, die volgens
de lezing van de Duitsers zo door
angst waren aangegrepen, dat zij
niet in het water durfden te sprin
gen. Hadden zij dit wel gedaan,
zouden zij naar alle waarschijn
lijkheid geréd hebben kunnen
worden.
Spoedlig daarop moet de Kar-
■hula met deze mensen aan boord
onder de golven zijn verdwenen.
Allleen wrakstukken dreven her
en der in het rond.
De Karhula werd in 1909 te
Helsinki gebouwd en was onder
weg naar Saint Louis de Rhone,
een havenplaats langs Frankrijks
zuidkust, ongeveer 20 mijl van
Marseille verwijderd. Het schip
behoorde in eigendom toe aan d.e
rederij R. Nordstrom en Co te
Lewisa (Finland).
Voorts vertelden de Duitsers,
dat men lang voordat de ramp ge
beurde S.O.S.-seinen had uitgezon
den en vuurpijlen had afgescho
ten. Doch er bleek geen enkel
schiip in de buurt te zijn. Wel
kwam er een Engels stoomschip,
de „Penbrigde Hill", voorbij, dat
echter te laat was om nog enige
hulp te kunnen bieden. N
Dorus Rijkers bood hulp
Intussen was de reddingboot
Dorus Rijkers om tien minuten
voor half acht uitgevaren. Het zal
ongeveer 11 uur geweest zijn, dat
de Dorus Rijkers de sloep bereik-
te en de 18 opvarenden aan boord
kon nemen. Daarna heeft het tot
ver in de middag rondgevaren of
men nog enige teken van leven
van de overige leden van de be
manning, (waaronder één verste
keling) kon bemerken; ook een
Mitchelltoestel van de Marine
Luchtvaartdienst cirkelde van half
acht tot half twaalf boven de
plaats van de ramp, echter zon
der resultaat.
Een omgeslagen, maar onbe
mande sloep, wat wrakhout en de
overblijselen van de losgeslagen
brug was alles wat de bemanning
van de Dorus Rijkers nog heeft
kunnen vinden.
Des middags omstreeks twee uur
was de Dorus Rijkers met de
schipbreukelingen, die inmiddels
van de hoognodigste kleren wa
ren voorzien, in de haven van
Nieuwediep terug. De mannen
van de Karhula waren totaal uit
geput, zij beefden over al hun
ledematen van de koude. Hun
natte eifthaveloze kleren plakten
aan hun lijf, en zij stonden wezen
loos toe te zien, wat er met hen
gebeuren moest. Doch tien minu
ten later toen zij eindelijk rond
de warme kachel van het Hotel
„Het Wapen van Den Helder"
zaten, cigaretten kregen toege
stopt en een borrel konden drin
ken, was het ergste leed geleden.
De arme kerels wisten nauwe
lijks hoe ze het hadden. De mees
ten van hen hadden geen begrip
meer omtrent plaats en tijd. Som
migen van hen wisten niet meer
dat het Zondag was. Wezenloos
zaten zij rond de kachel, droogden
hun kleren en staarden naar al
het vreemd gedoe rondom hen.
Langzamerhand kwamen zij bij en
begonnen wat te praten. Toen
Max Seeger hoorde, dat het Zon
dag was, herinnerde hij zich plot
seling de extra betaling, die zij op
die dag zouden krijgen en hij
lachte weer. „Im krieg hab' ich
drei mahl ins wasser gesprungen
und naturlich nun auch! Und
wenn es wieder gescheht.... ich
De geredden, van de „Karhula" kwamen te Den Helder weer wat op krachten na hun hachelijk
avontuur. Geheel links zittend de kapitein van het vergane schip, H. Gronstrand.
In alle Kerken en Kapellen van de Nederlandse Katholieke
Kerkprovincie is "gisteren het jaarlijkse Vastenmandement van
de Hoogwaardige Bisschoppen voorgelezen, handelend over de
betekenis van de Vasten- en Onthoudingswet. De Bisschoppen
achten de tijd gekomen, de wet weer volkomen van kracht te
verklaren. Volgende week zal in alle kerken de volledige Vasten-
en Onthoudingswet worden voorgelezen. Het is daarom, dat de
eigenlijke Vastenbrief ditmaal een week eerder afgekondigd is.
DE AARTSBISSCHOP EN DE BISSCHOPPEN VAN NEDERLAND
aan de Hun toevertrouwde Geestelijkheid en Gelovigen
Zaligheid in den Heer.
De beide geredde verstekelin
gen van het vergane stoomschip
„Karhula" nadat zij door de
reddingboot „Dorus Rijkers"
behouden te Den Helder aan
wal zijn gebracht. Links: Erkki
Jokola; rechts Kauko Kirski.
Beminde Gelovigen,
Binnen enkele dagen begint
wederom de H. Vastentijd. Het is
de bedoeling van onze Moeder de
H. Kerk, dat wij allen die tijd
doorbrengen in de geest van boete
en versterving.
I. Zij wijst ons herhaaldelijk op
de talloze voorbeelden van het
Oude Testament uit de geschiede
nis van het toenmaals uitverkoren
volk der Joden. Telkens wanneer
het volk zich had misdragen en
Gods toorn tegenover hen was
ontbrand, telkens wanneer zij in
grote moeilijkheden waren en
door hun vijanden werden be
dreigd en zij Gods barmhartigheid
en Gods hulp weer wilden ver
werven, namen zij him toevlucht
tot vasten en gebed, en evenzovele
malen heeft God hen weer in
liefde aangenomen en al hun be
den verhoord.
In het Nieuwe Testament wijst
de H. Kerk ons allereerst op het
onvergelijkelijke voorbeeld van
onze Goddelijke Zaligmaker Zelf,
die, alvorens zijn openbaar leven
te beginnen, veertig dagen en
veertig nachten zonder enige spijs
vastte in de woestijn. Met dit
Goddelijk voorbeeld voor ogen
hebben de Apostelen en na hen de
Christenen van alle eeuwen het
vasten in beoefening gebracht en
de hoge waarde en de grote voor
delen daarvan voor ons geestelijk
leven en ons eeuwig geluk luids
verkondigd.
Wat nu voor alle tijden gegol
den heeft, is voor onze tijd niet
minder waar en niet minder nood
zakelijk.
II. Die voordelen ook voor
onze tijd noemt de Kerk, wan
neer zij in de Praefatie van de
Vasten ons oproept om dank te
zeggen aan God, „Die door het
lichamelijk vasten de ondeugden
onderdrukt, de geest verheft en
deugd en verdiensten verleent".
Het vasten onderdrukt de ondeug
den en is het grote middel om
boete te doen voor de bedreven
zonden en zo de verloren genade
terug te winnen. Want, al is God
oneindig barmhartig en tot ver
geving bereid, zonder boetvaar
digheid wordt noch de zonde noch
de straf der zonde kwijtgeschol
den. En wie van ons zal durven
beweren, dat hij geen boetvaar
digheid nodig heeft. „Allen toch",
zo zegt de H. Apostel Jacobus,
.struikelen wij op vele punten".
En de H. Joannes, de Apostel der
liefde, zegt het nog sterker: „Als
wij beweren geen zonde te heb
ben, dan misleiden wij onszelf".
En zo iemand voor geen enkele
zonde ook voor geen vroegere
fouten iets meer te boeten
heeft, dan zal de gedachte aan
de vele en gruwelijke beledigin
gen. die God dagelijks worden
aangedaan, hem zeker dringen tot
boetedoening, om daardoor eer
herstel te geven aan de Goddelijke
Majesteit en de zielen van anderen
te redden.
Zo leert ons het voorbeeld an
de Allerheiligste en gans Onbe
vlekte Moeder Gods en van alle
Heiligen.
Maar het vasten verlost ons niet
alleen van de straf van vroegere
zonden, het bewaart ons ook voor
toekomstige fouten. Sinds de
eerste zonde van onze vader Adam
is het leven van iedere mens
een voortdurende strijd, zowel van
binnen als van buiten.
In ons binnenste zijn helaas
vele verkeerde neigingen en harts
tochten. Het is niet mogelijk, .dat
wij deze bedwingen zonder een
voortdurende versterving. Wij
kennen het woord van St. Paulus:
„Het vlees begeert tegen de
geest.om u af te trekken, van
hetgeen gij zoudt willen doen.
Daarom hebben degenen, die
Christus toebehoren, hun vlees
gekruisigd met zijn ondeugden en
begeerten".
En in de strijd, die van buiten
komt, door de bekoringen van de
duivel en de verleiding van de
wereldse geest, die ons omringt en
die ons zo gemakkelijk op het
pad der zonde meesleept, is de
versterving een allerkrachtigst
hulpmiddel. Onze Goddelijke Za
ligmaker zeide eens tot zijn Apos
telen: „Daar is een soort van dui
velen, dat niet wordt uitgedreven
dan door gebed en door vasten".
Het vasten verheft ook onze geest.
Vooral door de voortdurende be
oefening van vasten en verster
ving wordt onze geest vrij ge
maakt van vele aardse dingen en
opengesteld voor de overwegingen
van het bovennatuurlijke en
goddelijke. Daardoor leert hij hoe
langer zo meer de aardse dingen
als nietig beschouwen en de rijk
dommen waarderen van het leven
in Gods genade en- in Gods liefde.
Door vasten en versterving, met
het gebed verenigd, ontvangen
wij tenslotte kracht en deugd en
grotere verdiensten en een hoger
beloning. Zo zijn de vruchten van
vasten en versterving voor ons
geestelijk leven van onschatbare
waarde.
Vervolg op pag. 3
OUD-DIRECTEUR
NED. SPOORWEGEN
OVERLEDEN
Zondag is te Zeist in de ouder
dom van 70 jaar overleden Ir. W.
W. H. van Rijekevorsel, van 1938
tot 1946 directeur van de Ned.
Spoorwegen.
De heer van Rijekevorsel werd
in Pasoeroean (Indonesië) gebo
ren, studeerde te Delft en trad,
na het behalen van de ingenieurs
titel, in dienst bij de Hollandse
IJzeren Spoorwegmaatschappij
Hjj was werkzaam in verschillen
de plaatsen, o.a. Hilversum, Alk
maar en Apeldoorn. Donderdag
a.s. vindt de begrafenis plaats op
de algemene begraafplaats te Den
Ha^g.
's-GRAVENHAGE (Zondag).
Blijkens een berieht van een
Zweeds stoomschip dat vanmiddag
omstreeks 17.00 uur ter hoogte
van het lichtschip Texel voer,
heeft het daar drijvende gezien
een reddingboot, een kaartenhuis
en een richtingzoeker. Het is nog
niet bekend van welk schip deze
voorwerpen afkomstig zijn.
NEDERL. SLEEPBOOT
GEZONKEN
NAMEN, 12 Febr. (Belga).
De sleepboot „De drie gebroeders"
toebehorende aan de heer de Poot,
een Nederlandse schipper, is Vrij
dag door hef. breken van de roer
ketting voor de sluis van Sclayn
gezonken. Er zijn geen slacht
offers.
LEEUWARDEN. Zaterdag
avond omstreeks 20.00 uur waren
te Woudsend onder Sneek een
aantal jongens aan het rovertje
spelen. Met een zaklantaarn moest
men elkaar opzoeken. Plotseling
togn een vrachtauto met een dans-
clubje passeerde, stak het 14-
jarig zoontje van de heer W. de
Vries uit Woudsend de straat over
met het gevolg, dat hij met het
hoofd tegen de wagen opvloog.
Hij werd op slag gedood.
John Lewis heeft Zaterdag de
400.000 stakende mijnwerkers van
de Amerikaanse vetkoolmijnen
opgedragen heden, Maandag, het
werk in de mijnen te hervatten
nadat president Truman een ge
rechtelijk bevel had verkregen
voor een Bestand van tien dagen
in de staking der mijnwerkers.
Bij een botsing tussen twee
treinen in het Zuid-westen van
Frankrijk zijn 20 personen om het
leven gekomen en 38 gewond. De
botsing vond plaats tussen de sta
tions Gaillac en l'Isle-sur-Tarn en
de treinen reden met een uursnel
heid van meer dan 80 kilometer.
De treinen uit Toulouse en die
uit Carmaux, die in botsing zijn
gekomen, nemen gewoonlijk de
enkele lijn ToulouseCapde-Nac,
om elkaar te Gaillac te passeren!
waar een van de twee op een zij
spoor wordt geleid.
Doordat de trein uit Toulouse
vertraging had, was verzocht het
passeren te l'Isle-sur-Tarn te doen
plaatshebben, doch vermoedelijk
door de dichte mist sloeg de be
stuurder geen acht op de signalen
en stuurde hij zijn trein de zeven
kilometer lange spoorbaan op, die
l'Isle met Gaillac verbindt.
Op verschillende ernstig gewon
den werden in het ziekenhuis van
Gaillac noodoperaties uitgevoerd.
De twee op elkaar gelopen trei
nen waren dusdanig vernield, dat
men zes uur na de ramp nog steeds
bezig was met het uitgraven van
slachtoffers.
Tot de omgekomenen behoren
Benoit Bosc, middelgewichtkam-
pioen van de Pyreneeën, alsmede
de machinisten van beide treinen.
Béide treinen liepen op diesel
motoren, die in de passagierswa
gons waren ingebouwd. De meeste
slachtoffers bevonden zich in de
voorste wagons, die op elkander
zijn gebotst.
De Zondag uit de mijnstreek
ontvangen berichten wijzen er op,
dat de mijnwerkers vandaag het
werk niet zullen hervatten, on
danks het gerechtelijk bevel en de
instructies van John Lewis.
„Lewis noch Truman noch wie
ook zal de mensen weer aan het
werk zetten", zo verklaarde een
vakbondleider. Voor het ogenblik
is het wachtwoord „geen collectief
contract, geen werk".
Op tal van plaatsen heeft men
zich eenparig tegen de hervatting
van de arbeid verklaard.
Op 20 Februari zal door het Ge
rechtshof de aanvrage worden be
handeld om een Bestand van tach
tig dagen volgens de bepalingen
van de wet van Taft en Hartley.
De assistent-procureur-generaal
verzocht om het spoedbevel om
dat de welstand en de veiligheid
van de natie wordt bedreigd.
Naar aanleiding van een in d
Nederlandse pers verschenen be
richt betreffende geheimzinnige
vliegtuigen, die heel laag over
Schiphol zouden vliegen tijdens de
nachtelijke uren en daar de no
dige onrust en verwondering zou
den hebben verspreid, deelt men
ons van de zijde van het ministerie
van Verkeer en Waterstaat mede,
dat dergelijke mededelingen alle
grond missen.