Bedevaartgangers uit alle landen
verdringen zich ronddeH.Vader
>k
Twaalfduizend pelgrims dansten
door de straten van Echternach
Zes eeuwen geleden begonnen
Hoekse en Kabeljauwse twisten
Springprocessie ter ere van
Sint Willibrord
HET MOEILIJKE GEBED
De Sint Pieter, een wereld-centrum
Pelgrims van het Italiaanse platteland
eten in hun openlucht-restaurant
In ChristusLicht
Apostolaat van pers
en boek
Een burgerkrijg van 150 jaren
Strijd om de democratisering
der middeleeuwse maatschappij
Vrijwording van de
derde of burgerstand
Oude en nieuwe hulpmiddelen
ZATERDAG 3 JUNI 1950
PAGINA 5
Groepen van jongens, aangevuurd
door hun begeleidende priesters,
dames op hoge hakken met waaien
de kanten sluiers, nonnen met vlin
derachtige kappen, ouden van dagen
met schijnbaar jonge benen, allen
hebben haast, het is een wedren in
de Via della Conciliazione: wie zijn
voorman inhaalt, wint een plaats
vooruit in de basiliek. Slierten van
autobussen, volgeladen met pel
grims, auto's met nummerborden
uit alle landen, halen in de obelis-
kenstaat de voetgangers in, maar
deze voorsprong verliezen de inzit
tenden bij het moeilijk parkeren op
het plein, dat weldra een expositie
terrein gelijkt van alle soorten van
voertuigen.
De basiliek schijnt onbegrensd.
Gehele scholen van kinderen, vol
tallige instituten van meisjes en
zusters, twintig-, dertig-, veertig
duizend gelovigen en nog steeds is
er plaats voor de laatkomers, die
altijd vroeg genoeg zi.in om met de
deinende massa mede te juichen,
wanneer de witte Pius achter in de
basiliek verschijnt.
Allen krijgen Zijn zegen, het is
alsof Hij van deze mensenzee elke
persoon afzonderlijk toeblikt, een
ieder een glimlach gunt. Zijn zegen
aan eenieder afzonderlijk geeft. Hoe
meer Pius zegent, hoe geestdriftiger
de ewiva's klinken. Op het kruis
punt van de vier armen van de
basiliek aangekomen, wordt dit ge
juich overdonderd en doet het de
lucht onder de wijdse koepel op
zijn vier pilaren trillen.
Pius bestijgt de troon en begint
te spreken. Een doodse stilte heeft
het enthousiasme overmeesterd, ook
wanneer het grootste gedeelte van
de toehoorders het Pauselijk Ita
liaans niet verstaat, zoals ook de
Italianen muisstil blijven, wanneer
het Frans, Duits, Engels, Spaans en
Portugees van de Paus voor hun
oren slechts klanken blijven. Nog
een wijds gebaar van die alles om
vattende armen achter in de basi
liek, wanneer Pius Zich in Zij a
volle lengte boven op de draagstoel
opricht om de hele basiliek, de hele
wereld te zegenen en het getal van
da algemene audiënties voor dit
Heilig Jaar is weder met één ver
meerderd. De volgende algemene
audiëntie wordt de dertigste van
dit jubileumjaar.
Het tafereel van de audiëntie, bij
het uitgaan van de St Pieter, is
schilderachtig. Op het plein zoeken
de meeste pelgrims, door elkander
hollend en elkander de weg afsnij
dend, htm eigen autobus. Maar die
geen autobus hebben, meestal ge
komen van het Italiaanse platte
land, herscheppen de lommerrijke
wandelgangen van de kolonnaden
tot hun restaurant. De voetstukken
van de kolommen worden tot zit
plaatsen gepromoveerd, kranten tot
tafellakens. Plattelandsbroden wor
den over de lengte opengesneden
en de snede volgestopt met schij
ven metworst uit Bologne en rauwe
ham uit Toscane. Brood, worst en
ham waren op audiëntie medege
nomen en zijn dus mede gezegend
door de Plaatsvervanger van de
wonderdoener van de vermenigvul
diging vap de broden in Tiberias
en van de wijn in Canaan. Hap na
hap verdwijnen de broden naar
binnen, de audiëntie was begonnen
op het middagmaaluur en eindigde
ver daar overheen. De Pauselijke
zegen heeft voldoening kunnen
schenken aan een van de vurigste
wensen: de Paus van Rome te zien,
maar heeft de honger niet gestild.
Baby's huilen om de borst van
de moeder, kinderen spelen brood-
kauwend verstoppertje tussen de
dikke kolommen, moeders delen uit
van de overvloed op het kranten
papier, vaders dragen water aan
uit de twee fonteinen van Bernini.
De autobussen hebben met hun
vertrek de schaduw van het St.
Pietersplein medegenomen, dat nu,
De Paastijd is ten
einde. Wij gedenken
dankbaar het vele
goede en grote, dat
de Heer ons in Zijn
Kerk gedurende deze
acht weken heeft be
wezen. ,,Gods liefde
is uitgestort in onze
harten door de Heili
ge Geest die ons is
gegeven".
BENEDICTUS
i'/
ontruimd, op een zee van hete tril
lende lucht gelijkt. Met toegekne
pen ogen turend in die felle zonne-
weelde, doet de lucht tussen de
kolommen des te zoeler aan. Het
menu, dat bestaat uit brood met
vlees en daarna vlees met brood,
loopt ten eindè. Het dessert man
keert niet. Sappige sinaasappelen
worden uit hun schil losgepulkt.
appels, droge vijgen, amandelen en
bananen, zij vormen een waardig
slot van het diner in het openlucht
restaurant.
Gedurende de audiëntie was het
deze pelgrims niet mogelijk de voet
te kussen van het koperen beeld
van Petrus, noch door te dringen
tot de confessie voor het bidden
van de voorgeschreven gebeden op
het graf van Petrus. Dus terug in
de Basiliek en dan te voet naar de
St Paul, de St. Jan van Lateranen
en de Maria Maggiore. De twintig
kilometer lange weg is licht in de
zoele bries van de Romeinse na
middag. Pius immers heeft hun van
morgen gezegd dat vandaag voor
hen de dag van de grote terugkeer,
van de verzoening is aangebroken.
En wanneer zij in de avond ver
moeid de terugreis ondernemen
naar hun eenvoudige dorpen, als
burchten gplegen op de bergpieken
van de Appenijnen, zullen zij de
achtergebleven dorpsgenoten de Ro
meinse vlakte insturen, naar Rome,
naar Petrus, naar Pius.
Generaal J. C. Smuts heeft op
zijn tachtigste verjaardag te
Johannesburg een menigte van
30.000 koppen toegesproken
van een podium af, dat de vorm
had van.... een enorme verjaar
dagstaart met 80 kaarsen.
Waarschijnlijk heeft dit toch
te veel van zijn krachten ge
vergd, want onmiddellijk hier
na moest hij het bed houden.
i
BELANGWEKKEND NUMMER
VAN „ACTIO CATHOLICA"
Het altijd zeer lezenswaardige
leidinggevend orgaan van de Ka
tholieke Actie in Nederland ..Actio
Catholica" heeft zijn Mei-nummer
speciaal gewijd aan het apostolaat
van de Katholieke pers en het
Katholieke boek.
Het bevat allereerst de inleiding,
die Dr. Ir. F. Ph. A. Teilegen, lan
delijk voorzitter der Katholieke
Actie, heeft gehouden op de be
zinningsdagen van de Katholieke
Nederlandse Journalistenkring
over: Geloofsafval en journalistieke
taak.
Verder een bijdrage van H.
Kemna over het apostolaat der
openbare mening, waarin speciaal
op de onmisbaarheid van Katho
lieke persbureaux over geheel de
wereld wordt gewezen, wil men
tot een volkomen onafhankelijke
Katholieke pers geraken.
Herman Divendal schreef verder
een zepr instructieve beschouwing
over dé Katholieke lectuurvoorzie
ning, zulks naar aanleiding van de
in het gehele land op aansporing
van het episcopaat opgerichte afde
lingen van de Katholieke Centrale
Vereniging voor Lectuurvoorzie
ning.
Zich meer richtende tot de intel
lectuelen in het algemeen, schreef
de Nijmeegse hoogleraar Prof. Dr.
J. A. J. Peters met het oog op het
Pax Romana Congres, dat dit jaar
in Nederland wordt gehouden,
over de medewerking van de in
tellectueel aan het werk der Ver
lossing.
Tenslotte bevat het nummer een
bijdrage van Mr. A. Diepenbrock
pr.: Naastenliefde en het ,.dure
Roomse geloor', een fragment uit
Kardinaal Mindszenty's boek „De
Moeder", over de liefde voor de
moederkerk en een meditatie over
de H. Schrift van kapelaan A. Th.
Brouwer.
(Van een speciale verslaggever).
Tienduizenden bezoekers hebben zich deze week verdrongen in de
nauwe straten van het Luxemburgse stadje Echternach. Uit alle
delen van het Groot-Hertogdom en uit Duitsland, België, Frankrijk
en Nederland waren zij daarheen getrokken om de vermaarde spring
processie bij te wonen, welke elk jaar op Pinkster-Dinsdag in deze
plaats gehouden wordt ter ere van St. Willibrord. Vuriger dan waar
ook wordt deze heilige hier vereerd. Dat ligt ook voor de hand, want
in Echternach heeft hij zijn laatste rustplaats gevonden en wel in
een crypte onder de abdij, welke daar in de zevende eeuw door hem
werd gebouwd. Wat Utrecht, zijn bisschopszetel, voor Willibrord's
bekeringswerk in Noord-Nederland is geweest, dat was Echternach
voor zijn werk in het Zuiden van de Lage Landen. Vaak trok hij
daar te paard heen via Susteren waar hij eveneens een abdij heeft
gesticht en Luik. De terugreis maakte hij echter meestal door de
Eifel en over Aken. Daaraan is het te danken, dat hij behalve patroon
van Nederland en Luxemburg ook patroon van het Eifelland is.
Bovendien wordt hij op grond
van het feit, dat eens iemand, die
aan vallende ziekte leed, door hem
genezen werd, ook nog vereerd
als patroon van de zenuwzieken.
Aan deze omstandigheid moet de
Echternachse springprocessie haar
ontstaan te danken hebben gehad.
Zij is namelijk een boeteprocessie,
tijdens welke de deelnemers door
telkens van de ene voet op de an
dere te springen de bewegingen
van sommige zenuwzieken, zoals
b.v. van de lijders aan de St.
Vitusdans, nabootsen.
Dit jaar namen ruim twaalf
duizend personen deel aan de pro
cessie, onder wie duizenden St.
Willibrordvereerders uit de Eifel.
Zij waren verdeeld in 25 groepen,
die alle werden voorafgegaan door
muzikanten. Na een H. Mis en
een preek in het Duits, het Frans
en het „Letzeburgs" zette de
enorme stoet zich om half tien in
beweging en het duurde tot half
twee, voordat de afmattende tocht
beëindigd was.
Een wel zeer fascinerend
schouwspel biedt deze spring
processie. Onophoudelijk wordt zij
begeleid door steeds dezelfde deun,
een soort polka-melodie, gespeeld
door fanfares, harmonieën en en
kele groepen vioolspelers. Op die
deun voeren de deelnemers hun
dans uit: eerst een sprong op de
linker-, dan een sprong op de
rechtervoet, telkens een stap opzij
en telkens een stap vooruit.
Slechts heel langzaam vordert
de stoet. Om beurten lossen de
groepen elkaar af. Als de eerste,
de derde en de andere groepen
'n verband met de verkiezingen maakte de Koreaanse presi
dent, vergezeld door zijn vrouw, een propagandatocht. Presi
dent Syngman Rhee in gesprek met enige inwoners van Sam-
bangtsjin, die de typische zwarte hoed dragen, welke er op
duidt, dat zij „familiehoofd" zijn.
met oneven nummers een ronde
gesprongen hebben, nemen die
met de even nummers hun taak
over.
Vier uur lang trappelen onon
derbroken schoenen op de straat
keien. Zware met spijkers besla
gen schoenen van mannen zijn
daarbij, maar even goed lichte
schoentjes van vrouwen en meis
jes en ook sandalen en laarsjes
van kinderen. Alle leeftijden zijn
vertegenwoordigd in de processie.
Grote groepen jongelui in hemds
mouwen passeren, wier dreun-
sprongen worden gevolgd door het
getrippel van peuters, die voor het
eerst meedoen en het rhythme nog
niet helemaal meester zijn. En
even toegewijd als zij, ziet men
oude besjes en kromgewerkte
boertjes springen.
Ook alle standen zijn vertegen
woordigd. Doktoren dansen naast
mijnwerkers en ambtenaren doen
niet onder voor wijnbouwers en
studenten. In rijen van acht trek
ken zij allen voorbij, hand in hand.
Of liever: zakdoek-in-hand, want
ieder houdt een tip van zijn buur-
mans zakdoek vast. Vele jongelui
ook hebben een zakdoek om hun
hoofd gebonden, teneinde hun
haardos in bedwang te houden.
Het is wel een zeer bont gezel
schap, dat zich daar op een zo
ongewone wijze voortbeweegt.
Maar van de onoverzienbare me
nigte toeschouwers, die zich op de
trottoirs verdringt, maakt niemand
zich daar vrolijk om. De ernst van
de deelnemers moet zijn overgesla
gen op het publiek. Urenlang kij
ken duizenden geboeid naar dit
schouwspel, ook al blijft dat steeds
hetzelfde. Alleen de gezichten, die
voorbij trekken, zijn telkens an
dere, maar voor de rest ziet de
processie er altijd eender uit, of
men nu het eerste of het laatste
stukje ziet.
Intussen hebben de voorste
groepen de parochiekerk be
reikt. die op een heuvel, midden
in Echternach, ligt. Vijf dozijn
treden hebben zii moeten be
klimmen om op die heuvel te
komen, maar ook deze klimpartij
hebben zii springend uitgevoerd
En zelfs nu zij in de kerk ziin,
funnen zij zich nog geen rust.
pringend en nu ook zingend
trekken zij door het middenschip
en langs het altaar het gebouw
weer uit. Alleen de laatste groepen
mogen in de kerk blijven, want
deze is slechts klein en al was zij
even groot als een kathedraal,
dan zou zij nog bezwaarlijk twaalf
duizend processiegangers kunnen
bevatten.
Voor die laatste groepen vormde
tenslotte een Pontificaal Lof het
besluit van deze vermoeiende mor
gen. Eigenlijk moest dit Lof in de
basiliek van Echternach worden
gehouden, maar die is nog steeds
niet bekomen van de zware won
den, welke zij tiidens de oorlog op
heeft gelopen. Men hoopt echter
voor Pinksteren 1951 met de we
deropbouw gereed te zijn. Ook
's avonds van te voren was in de
parochiekerk een Pontificaal Lof
gecelebreerd. Dit werd onder meer
Bijgewoond door 140 Brabanders
uit Eerssel bij Eindhoven.
Een boetetocht mag de Echter
nachse springprocessie waarlijk
wel worden genoemd. Zo alleen is
zij ook bedoeld en zo vatten ook de
deelnemers haar op. Het mooist is
wel, dat de meeste processiegan
gers zich die boete getroosten niet
om voor zichzelf de voorspraak
van St. Willibrord af te smeken,
maar voor anderen: voor bloed
verwanten of voor zenuwzieken,
die zij helemaal niet kennen.
Velen zijn er ook, die deze boete
tocht beginnen met een bedevaart.
Pelgrims uit heel Limburg trek
ken op de processiedag reeds in
alle vroegte naar Echternach en
als zij veraf wonen, vertrekken zij
al daags tevoren. Onder de deelne
mers uit de Eiffel bevonden zich
dit jaar zelfs pelgrims, die drie
dagen onderweg waren geweest.
Niet alleen echter boete doet
men op deze dag in Echternach.
Zodra de springdeun verklonken
is, heffen op het marktplein draai
orgels andere deuntjes aan. Samen
met hun vele gasten gaan de Ech-
ternachteren dan kermis vieren.
Ook hier gaan Katholieke vroom
heid en Katholieke blijdschap
hand in hand.
27 Mei was een merkwaardige dag in onxe Vaderlandse historie.
Zes eeuwen geleden toch begon die verbitterde burgerkrijg,
die bijna 150 jaren zou duren en die onder de naam „Hoekse
en Kabeljauwse Twisten" de geschiedenis is ingegaan. Het was
een tweespalt, een strijd tussen twee staatspartijen, die Holland
gedurende de laatste helft der 14e en de gehele 15e eeuw
heeft geteisterd. Oorspronkelijk ontstond de verdeeldheid over
het recht op de grafelijke waardigheid als leen en was het een
weinig verheffend gevecht tussen keizerin Margaretha van
Beieren, gemalin van keizer Lodewijk van Beieren en haar zoon
Willem V, aan wie Margaretha in 1349 het bestuur over de
graafschappen Holland en Zeeland had toevertrouwd. Uit de
oorlog tussen moeder en zoon vloeide echter een burgerkrijg
voort, vol wreedheid en gruwelen gevoerd; een strijd op leven
dood tussen twee partijschappen, die elkaar, lang na het weg
nemen der aanvankelijke oorzaak, anderhalve eeuw met de
hevigste bitterheid bestreden. In wezen was dit een vrijheids
strijd, een worsteling tussen de adel en de poorters, om het
overwicht in staat en maatschappij te verwerven.
Wij moeten voor een goed begrip
omtrent de aanleidende oorzaak van
deze langdurige burgerkrijg toch
even de historische omstandigheden
schilderen.
Toen graaf Willem IV op 26 Sept.
1345 in een slag tegen de Friezen
was gesneuveld en geen wettig op
volger naliet, maakte Lodewijk van
Beieren van zijn bevoegdheid als
leenheer gebruik en wees zijn
vrouw, keizerin Margaretha, de
oudste zuster van Willem IV, als
erfgename aan, zulks met de hei
melijke bijbedoeling zijn dynastie
in de Nederlanden te vestigen. Mar
garetha bleef evenwel in Beieren
en aan haar zoon Willem werd het
bestuur over de graafschappen Hol
land en Zeeland toevertrouwd,
waarbij een hoge geldelijke schade
loosstelling geëist werd. De steden
weigerden op die condities de over
eenkomst te erkennen; ook Willem
betaalde niet, bewerend zijn waar
digheid als graaf niet te hebben
ontleend aan de afstand van zijn
moeder, maar uit de onmiddelijks
belening van de keizerskroon, aan
welke de graafschappen vervallen
waren, derhalve als zoon des kei
zers. Een conflict tussen moederen
zoon was onvermijdelijk en van
1350 tot 1354 heeft deze oorlog ge
woed. De aanhangers van Willen
V, veelal de steden, noemden zich
de Kabeljauwsen (waarschijnlijk
hun naam ontlenend aan de licht
blauwe schubben van het Beiers
wapenschild van hun pretendent):
de partij van Margaretha heette de
Hoeksen, zijnde degenen, die de
„Kabeljauw" eens vangen zouden
om hem een kopje kleiner te ma
ken.
Doch zoals het veelal in de histo
rie gaat: in de directe aanleiding
tot een strijd, breken mede de die
pere oorzaken door, die latent aan
wezig zijn en de strijd zelf schiet
daarom doorgaans zijn aanvanke
lijke doel voorbij.
Want in 1354 is er een overeen
komst tussen moeder en zoon ge
troffen: Willem V werd erkend als
graaf van Holland en Zeeland. Mar
garetha zou tot haar dood in Hene
gouwen aan de regering blijven.
Zij stierf reeds in 1356. Lang heeft
Willem V geen plezier van zijn
grafelijke waardigheid gehad: de
trouweloze zoon werd in 1357 krank
zinnig.
De strijd ging door.
Maar de burgerstrijd bleef voort
woeden en wel 150 jaren lang. Het
was een standenstrijd geworden in
de middeleeuwse, feodale maat
schappij, een gevecht om de vrij
making en de verheffing van de
derde of de burgerstand. In wezen
derhalve: een democratische strijd
tussen de steden en de adellijke
geslachten.
Dit politieke gevecht was in de
14e eeuw in vrijwel alle staten van
West-Europa uitgebroken; alle ge
westen der Nederlanden hadden
hun met name genoemde partijen.
Van Vlaanderen ging deze demo
cratische beweging uit; daar waren
het de Leliarts en de Klauwaerts,
welke partijenstrijd ook een sociaal
karakter had, nl. de strijd tussen
patroon en arbeider, de wevers te
gen de fabrikanten en de kooplie
den.
Ook de burgerij in Brabant stelde
haar eisen; maar de democratise
ring van dit gewest was na de slag
van Woeringen in 1288 vlotter ver
lopen; de staatkundige rechten der
burgers waren vastgelegd in het
charter van Cortenberg in 1312 on
der Hertog Jan II en in 1365 in de
„Joyeuse entrée".
In Gelderland, Utrecht en Fries
land vocht de burgerij even ver
beten om haar rechten in de staat.
Gelderland heeft zijn vooruitstre
vende Hekerens en zijn behoud
zuchtige Bronkhorsten, Utrecht zijn
Lichtenbergers en Gunterlingen.
Friesland zijn Sehieringers en Vet-
kopers.
Overal was de maatschappij in
beweging, overal was onrust en
strijd. Strijd om het bestaande te
behouden en strijd om nieuwe ideeën
te doen zegevieren in naam der
vrijheid en gelijkberechtiging.
Het standengeveoht tussen Hoek
sen en de Kabeljauwsen, hetwelk
27 Mei 6 eeuwen geleden begon,
om anderhalve eeuw te duren, is
derhalve slechts een onderdeel in
de algemene worsteling dier eeuwen.
Van generatie op generatie heeft
zich deze worsteling voortgezet tot
op de dag van heden. Want ook
onze partijstrijd is gericht op het
bereiken van de maatschappelijke
vrede, op de grondslagen van recht
vaardigheid en naastenliefde. Zou
het een utopie zijn die vrede te
kunnen verwerven, gezien de jam
merlijke ervaring van zes eeuwen?..
De Engelse (lichter T. S. Eliot
heeft, ook met het oog hierop, een
waar woord gesproken, waar hjj
zegtfor us is only the trying",
wij kunnen slechts streven.... Want
's mensen leven en daarmee ook de
historie vertoont een voortdurende
worsteling tussen de werkelijkheid
en het ideaal. Wij zijn steeds op weg
naar het bereikbare, naar de ver
vulling van een droom, die immer
voor ons uit blijft gaan....
Troepenschip naar Nederland
vertrokken
Op Woensdag 31 Mei is uit
Tandjong Priok naar Rotterdam
vertrokken het troepenschip „Ge
neral McGrey". Aan boord bevin
den zich het 403e en 412e bat. in
fanterie.
Kaasmarkt Utrecht
UTRECHT, 2 Juni Aanvoer
45 partijen kaas, totaal 2.074 ka
zen met een gewicht van 12.049 kg.
De eerste kwaliteit noteerde 1.96
2.03, de tweede 1.861.95. Han
del matig.
Als een contemplatief monnik, een Karthuizer die zich ge
durende vijf-en-twintig jaren om zo te zeggen gespecialiseerd
heeft in het gebed, het heeft beoefend in al zijn vormen, er
zijn voornaamste bezigheid van heeft gemaakt, het bovendien
bestudeerd heeft in zijn theorieën en geobserveerd in de prak
tijk bij zichzelf en anderen, aan de slotsom van zijn bevindingen
eerlijk en hartgrondig moet bekennen dat bidden allesbehalve
zo eenvoudig en gemakkelijk is als sommige auteurs het voor
stellen, wat moeten wij, gewone stervelingen, dan wel niet
antwoorden op de vraag of bidden moeilijk is?
Er zijn nu eenmaal genoeg belet
selen die het onze ziel zwaar doen
vallen boven het geschapene uit te
stijgen naar de Schepper. Ook al
raadt men ons aan, eenvoudig met
God te spreken als tegen een Vader,
een vriend, wij zien Hem' niet, wij
ondervinden geen blijk dat Hij naar
ons luistert, het heeft zo dikwijls
de schijn dat Hij doof en onver
schillig is voor wat wij Hem zeg
gen. En dan is er ons eigen liohaam
dat ons bezwaart en loom en traag
maakt- het dringt ons zijn nukken
op en'houdt onze geest gevangen.
Een enkel Onze Vader of een Wees
Gegroet behoorlijk, werkelijk met
godsvrucht en aandacht te bidden,
valt al niet mee. De H. Theresia,
die grote Lerares van het gebed,
bekende er zich niet toe in staat..
Wat moeten wij dan, kleine mensjes,
met onze zorgen en verstrooiende
omgeving en nog zoveel meer?
Wij kunnen niet anders dan op
rechte eerbied en bewondering heb
ben voor die mensen wier voor
naamste taak en bezigheid het ge
bed is en die dit volhouden dag in
dag uit, jaren, een leven lang en
niet zelden geruime tijd aan één
stuk, gedurende lange godsdienst
plechtigheden en devotie-oefeningen
Hij gaf het onomwonden toe, de be
kende abt-generaal van de Trappis
ten uit het begin dezer eeuw Dom
Sebastiaan Wyart, toen hij beweer
de dat van lichamelijke arbeid, stu
die en gebed, de laatste de slopend-
ste, de meest van hersenen en zenu
wen vergende bezigheid is. Het
Karthuizer- en Cisterciënser-kloos-
terleven is zeker niet licht.
Grootmeesters in het gebed
Deze bidders hebben ten volle
recht van spreken als het gaat over
het gebed, en het past ons eerbiedig
naar hen te luisteren en dankbaar
te aanvaarden wat zij ons te bieden
hebben. Zij geven uit de volheid
van hun beschouwing en delen met
volle handen mee uit de gebeden-
schat der Christelijke eeuwen. Een
Nederlandse Karthuizer uit Italië,
die reeds allerwege in ons land on
der de schuilnaam Bencit der Mous-
tier als geestelijk schrijver bekend
is. komt ons nu verrijken met een
nieuw van opzet, geheel origineel
en fris gebedenboek. Hij stelde het
samen uit de beste bronnen van on
ze Katholieke gebeds-traditie en
noemde het daarom „Nova en Ve
tera Oud en Nieuw". Men kan 't
in het midden laten, of deze titel
wel de meest geschikte, meest pak
kende is, im dit gebedenboek in
gang te doen vinden in zo breed
mogelijke kringen van ons Katho
lieke volk. Maar om de inhoud
verdient dit gebedenboek het zeker
en het schijnt dat het bezig is Ne
derland te veroveren.
Het betekent een werkelijke ver
nieuwing in het gebedsleven zowel
om de keuze der gebeden die ont
leend zijn aan de meest verscheide
ne geschriften als om de rangschik
king en indeling er van. Dit gebe
den-boek wijkt in alle opzichten van
de meestal gangbare vorm af en
overtreft deze verre. Misschien zal
men even moeten wennen aan deze
nieuwe opzet, maar men zal er
gauw genoeg de smaak van te pak
ken hebben en dit echt goede gebe
denboek dat alle aanbeveling ver
dient, ten volle waarderen. De uit
gever J. H. van Wees Jr. te Utrecht
heeft het in allerlei kunstzinnige
uitvoeringen verkrijgbaar gesteld.
Spontaneïteit en formules
Bidden is geen aangelegenheid
van er „zin" in hebben, wanneer
ons hoofd er naar staat of onze sen
timentaliteit er voor „voelt". Voor
bidden wordt een heel wat forser,
mannelijker aard vereist: het is de
hulde van onze meest edele ziels-
aetiviteiten aan God wien wij dit
rechtens verschuldigd zijn en wiens
genade voor ons altijd onverdiend
blijft. Bidden is een plicht en nood
zakelijkheid, hoe moeilijk het dik
wijls ook is.
Om die plicht wat gemakkelij
ker, ja boeiend, animerend en aan
genaam te maken stelde Dom Be
nedetto Lambres dit gebedenboek
samen, maar zó dat deze formules,
hoe voornaam en waardig ook, de
echtheid en oprechtheid van het
gebed niet zullen schaden. Christus
zelf gaf ons in het Onze Vader een
voorbeeld. Het gebruik van geleer
de woorden doet het gebed niet
minder spontaan zijn. De tekst is
steeds een hulpmiddel, geen inper
king. De formule draagt voor Gods
troon wat wij er in leggen, er mee
bedoelen. Zo is en blijft het toch
altijd Voor ons eigen, persoonlijke,
rechtstreeks uit het hart komende
gebed.
Wanneer wij het zo beschouwen,
zullen wij ook graag erkennen, dat
dit nieuwe gebedenboek voor jong
De werkzaamheden aan de electrische centrale te Hungry Horse,
Montana, vorderen gestaag. Reeds is er beton gestort voor de
eigenlijke centrale. De vier enorme buizen zullen het water van
de reservoirs naar de vier turbines met 105.000 pk, die zich in
de centrale bevinden, leiden.
prachtige gelegenheid is om beter,
met meer smaak te gaan bidden en
wel op een wijze welke schoner en
voortreffelijker is dan die waarop
de meeste kerkboeken het plegen
te doen. Voor de verdieping van 't
godsdienstig leven in Nederland is
dit gebedenboek een wezenlijke ver
rijking.
Thomas van Kempen
Er is altijd gebeden in Nederland.
Een Nederlandse grootmeester in 't
gebed is en blijft voor ons altijd nog
de bekende Thomas van Kempen,
de Reguliere Kanunnik van de Or
de van de H. Augustinus. Uit het
klooster Sint Agnietenberg bij
Zwolle. Na de H. Schrift is het zijn
„Navolging van Christus", welke
van alle boeken ter wereld het
meest is gedrukt. Ook van zijn an
dere geschriften verschenen telkens
uitgaven. Bij Paul Brand te Bus-
'sum werden nu pas in een handig
formaat en in diverse uitvoering
uitgegeven de „Gebeden en Over
wegingen over het leven van Chris
tus-". Als gebedenboek laat ook dit
werkje zich uitstekend gebruiken.
Men kent de innig-vrome en stil-
beschouwende aard van Thomas van
Kempen. Altijd zal hij weten te
pakken, de geest te boeien en het
gemoed te ontroeren. Zijn vroom
heid beweegt zich geheel rond de
en oud van alle rang en stand een persoon en de mysteries van Chris
tus. Zij sluit zich daardoor geheel al
aan bij de gang van het jaar des
Heren.
Laten wij luisteren en met Tho
mas mee bidden onder dit octaaf
Hemelvaart:
„Ik zegen U en zeg U dank, Heer
Jezus Christus, Koning der heer
lijkheid, Schepper van hemel en
aarde, Gebieder der engelen en Za
ligmaker der mensen die de hoog-
moedigen verfoeit en de ootmoedi-
gen verhoort. Ik loof en dank U, die
heden als Overwinnaar boven alle
hemelen en hemellichten, boven
Cherubs en Serafs, boven alle ran
gen der engelen en heel de luister
der schepping door eigen macht zijt
opgestegen. Met blij gelaat en ver
heerlijkt lichaam, gehuld in het
licht als in een mantel steeg Gij
ten hemel op ten aansehouwe van
uw leerlingen en onder het bazuin
geschal en de jubelzang der enge
len. Ja, ik loof en dank U, die na
de vorst der wereld te hebben
overwonnen de weg tot het eeuwige
leven en de heerlijkheid hebt ge
toond aan Uw uitverkoren vrien
den die met U verenigd waren en
die Gij uit de wereld hebt geroepen
en gesterkt om U te volgen langs
de weg van het harde kruis".
Zo bidt en overweegt onze Tho
mas van Kempen. De godsvrucht
van onze tijd zal het na vijf eeuwen
nog graag met hem meedoen.
H. J.