Bedevaartgangers uit alle landen verdringen zich ronddeH.Vader >k Twaalfduizend pelgrims dansten door de straten van Echternach Zes eeuwen geleden begonnen Hoekse en Kabeljauwse twisten Springprocessie ter ere van Sint Willibrord HET MOEILIJKE GEBED De Sint Pieter, een wereld-centrum Pelgrims van het Italiaanse platteland eten in hun openlucht-restaurant In ChristusLicht Apostolaat van pers en boek Een burgerkrijg van 150 jaren Strijd om de democratisering der middeleeuwse maatschappij Vrijwording van de derde of burgerstand Oude en nieuwe hulpmiddelen ZATERDAG 3 JUNI 1950 PAGINA 5 Groepen van jongens, aangevuurd door hun begeleidende priesters, dames op hoge hakken met waaien de kanten sluiers, nonnen met vlin derachtige kappen, ouden van dagen met schijnbaar jonge benen, allen hebben haast, het is een wedren in de Via della Conciliazione: wie zijn voorman inhaalt, wint een plaats vooruit in de basiliek. Slierten van autobussen, volgeladen met pel grims, auto's met nummerborden uit alle landen, halen in de obelis- kenstaat de voetgangers in, maar deze voorsprong verliezen de inzit tenden bij het moeilijk parkeren op het plein, dat weldra een expositie terrein gelijkt van alle soorten van voertuigen. De basiliek schijnt onbegrensd. Gehele scholen van kinderen, vol tallige instituten van meisjes en zusters, twintig-, dertig-, veertig duizend gelovigen en nog steeds is er plaats voor de laatkomers, die altijd vroeg genoeg zi.in om met de deinende massa mede te juichen, wanneer de witte Pius achter in de basiliek verschijnt. Allen krijgen Zijn zegen, het is alsof Hij van deze mensenzee elke persoon afzonderlijk toeblikt, een ieder een glimlach gunt. Zijn zegen aan eenieder afzonderlijk geeft. Hoe meer Pius zegent, hoe geestdriftiger de ewiva's klinken. Op het kruis punt van de vier armen van de basiliek aangekomen, wordt dit ge juich overdonderd en doet het de lucht onder de wijdse koepel op zijn vier pilaren trillen. Pius bestijgt de troon en begint te spreken. Een doodse stilte heeft het enthousiasme overmeesterd, ook wanneer het grootste gedeelte van de toehoorders het Pauselijk Ita liaans niet verstaat, zoals ook de Italianen muisstil blijven, wanneer het Frans, Duits, Engels, Spaans en Portugees van de Paus voor hun oren slechts klanken blijven. Nog een wijds gebaar van die alles om vattende armen achter in de basi liek, wanneer Pius Zich in Zij a volle lengte boven op de draagstoel opricht om de hele basiliek, de hele wereld te zegenen en het getal van da algemene audiënties voor dit Heilig Jaar is weder met één ver meerderd. De volgende algemene audiëntie wordt de dertigste van dit jubileumjaar. Het tafereel van de audiëntie, bij het uitgaan van de St Pieter, is schilderachtig. Op het plein zoeken de meeste pelgrims, door elkander hollend en elkander de weg afsnij dend, htm eigen autobus. Maar die geen autobus hebben, meestal ge komen van het Italiaanse platte land, herscheppen de lommerrijke wandelgangen van de kolonnaden tot hun restaurant. De voetstukken van de kolommen worden tot zit plaatsen gepromoveerd, kranten tot tafellakens. Plattelandsbroden wor den over de lengte opengesneden en de snede volgestopt met schij ven metworst uit Bologne en rauwe ham uit Toscane. Brood, worst en ham waren op audiëntie medege nomen en zijn dus mede gezegend door de Plaatsvervanger van de wonderdoener van de vermenigvul diging vap de broden in Tiberias en van de wijn in Canaan. Hap na hap verdwijnen de broden naar binnen, de audiëntie was begonnen op het middagmaaluur en eindigde ver daar overheen. De Pauselijke zegen heeft voldoening kunnen schenken aan een van de vurigste wensen: de Paus van Rome te zien, maar heeft de honger niet gestild. Baby's huilen om de borst van de moeder, kinderen spelen brood- kauwend verstoppertje tussen de dikke kolommen, moeders delen uit van de overvloed op het kranten papier, vaders dragen water aan uit de twee fonteinen van Bernini. De autobussen hebben met hun vertrek de schaduw van het St. Pietersplein medegenomen, dat nu, De Paastijd is ten einde. Wij gedenken dankbaar het vele goede en grote, dat de Heer ons in Zijn Kerk gedurende deze acht weken heeft be wezen. ,,Gods liefde is uitgestort in onze harten door de Heili ge Geest die ons is gegeven". BENEDICTUS i'/ ontruimd, op een zee van hete tril lende lucht gelijkt. Met toegekne pen ogen turend in die felle zonne- weelde, doet de lucht tussen de kolommen des te zoeler aan. Het menu, dat bestaat uit brood met vlees en daarna vlees met brood, loopt ten eindè. Het dessert man keert niet. Sappige sinaasappelen worden uit hun schil losgepulkt. appels, droge vijgen, amandelen en bananen, zij vormen een waardig slot van het diner in het openlucht restaurant. Gedurende de audiëntie was het deze pelgrims niet mogelijk de voet te kussen van het koperen beeld van Petrus, noch door te dringen tot de confessie voor het bidden van de voorgeschreven gebeden op het graf van Petrus. Dus terug in de Basiliek en dan te voet naar de St Paul, de St. Jan van Lateranen en de Maria Maggiore. De twintig kilometer lange weg is licht in de zoele bries van de Romeinse na middag. Pius immers heeft hun van morgen gezegd dat vandaag voor hen de dag van de grote terugkeer, van de verzoening is aangebroken. En wanneer zij in de avond ver moeid de terugreis ondernemen naar hun eenvoudige dorpen, als burchten gplegen op de bergpieken van de Appenijnen, zullen zij de achtergebleven dorpsgenoten de Ro meinse vlakte insturen, naar Rome, naar Petrus, naar Pius. Generaal J. C. Smuts heeft op zijn tachtigste verjaardag te Johannesburg een menigte van 30.000 koppen toegesproken van een podium af, dat de vorm had van.... een enorme verjaar dagstaart met 80 kaarsen. Waarschijnlijk heeft dit toch te veel van zijn krachten ge vergd, want onmiddellijk hier na moest hij het bed houden. i BELANGWEKKEND NUMMER VAN „ACTIO CATHOLICA" Het altijd zeer lezenswaardige leidinggevend orgaan van de Ka tholieke Actie in Nederland ..Actio Catholica" heeft zijn Mei-nummer speciaal gewijd aan het apostolaat van de Katholieke pers en het Katholieke boek. Het bevat allereerst de inleiding, die Dr. Ir. F. Ph. A. Teilegen, lan delijk voorzitter der Katholieke Actie, heeft gehouden op de be zinningsdagen van de Katholieke Nederlandse Journalistenkring over: Geloofsafval en journalistieke taak. Verder een bijdrage van H. Kemna over het apostolaat der openbare mening, waarin speciaal op de onmisbaarheid van Katho lieke persbureaux over geheel de wereld wordt gewezen, wil men tot een volkomen onafhankelijke Katholieke pers geraken. Herman Divendal schreef verder een zepr instructieve beschouwing over dé Katholieke lectuurvoorzie ning, zulks naar aanleiding van de in het gehele land op aansporing van het episcopaat opgerichte afde lingen van de Katholieke Centrale Vereniging voor Lectuurvoorzie ning. Zich meer richtende tot de intel lectuelen in het algemeen, schreef de Nijmeegse hoogleraar Prof. Dr. J. A. J. Peters met het oog op het Pax Romana Congres, dat dit jaar in Nederland wordt gehouden, over de medewerking van de in tellectueel aan het werk der Ver lossing. Tenslotte bevat het nummer een bijdrage van Mr. A. Diepenbrock pr.: Naastenliefde en het ,.dure Roomse geloor', een fragment uit Kardinaal Mindszenty's boek „De Moeder", over de liefde voor de moederkerk en een meditatie over de H. Schrift van kapelaan A. Th. Brouwer. (Van een speciale verslaggever). Tienduizenden bezoekers hebben zich deze week verdrongen in de nauwe straten van het Luxemburgse stadje Echternach. Uit alle delen van het Groot-Hertogdom en uit Duitsland, België, Frankrijk en Nederland waren zij daarheen getrokken om de vermaarde spring processie bij te wonen, welke elk jaar op Pinkster-Dinsdag in deze plaats gehouden wordt ter ere van St. Willibrord. Vuriger dan waar ook wordt deze heilige hier vereerd. Dat ligt ook voor de hand, want in Echternach heeft hij zijn laatste rustplaats gevonden en wel in een crypte onder de abdij, welke daar in de zevende eeuw door hem werd gebouwd. Wat Utrecht, zijn bisschopszetel, voor Willibrord's bekeringswerk in Noord-Nederland is geweest, dat was Echternach voor zijn werk in het Zuiden van de Lage Landen. Vaak trok hij daar te paard heen via Susteren waar hij eveneens een abdij heeft gesticht en Luik. De terugreis maakte hij echter meestal door de Eifel en over Aken. Daaraan is het te danken, dat hij behalve patroon van Nederland en Luxemburg ook patroon van het Eifelland is. Bovendien wordt hij op grond van het feit, dat eens iemand, die aan vallende ziekte leed, door hem genezen werd, ook nog vereerd als patroon van de zenuwzieken. Aan deze omstandigheid moet de Echternachse springprocessie haar ontstaan te danken hebben gehad. Zij is namelijk een boeteprocessie, tijdens welke de deelnemers door telkens van de ene voet op de an dere te springen de bewegingen van sommige zenuwzieken, zoals b.v. van de lijders aan de St. Vitusdans, nabootsen. Dit jaar namen ruim twaalf duizend personen deel aan de pro cessie, onder wie duizenden St. Willibrordvereerders uit de Eifel. Zij waren verdeeld in 25 groepen, die alle werden voorafgegaan door muzikanten. Na een H. Mis en een preek in het Duits, het Frans en het „Letzeburgs" zette de enorme stoet zich om half tien in beweging en het duurde tot half twee, voordat de afmattende tocht beëindigd was. Een wel zeer fascinerend schouwspel biedt deze spring processie. Onophoudelijk wordt zij begeleid door steeds dezelfde deun, een soort polka-melodie, gespeeld door fanfares, harmonieën en en kele groepen vioolspelers. Op die deun voeren de deelnemers hun dans uit: eerst een sprong op de linker-, dan een sprong op de rechtervoet, telkens een stap opzij en telkens een stap vooruit. Slechts heel langzaam vordert de stoet. Om beurten lossen de groepen elkaar af. Als de eerste, de derde en de andere groepen 'n verband met de verkiezingen maakte de Koreaanse presi dent, vergezeld door zijn vrouw, een propagandatocht. Presi dent Syngman Rhee in gesprek met enige inwoners van Sam- bangtsjin, die de typische zwarte hoed dragen, welke er op duidt, dat zij „familiehoofd" zijn. met oneven nummers een ronde gesprongen hebben, nemen die met de even nummers hun taak over. Vier uur lang trappelen onon derbroken schoenen op de straat keien. Zware met spijkers besla gen schoenen van mannen zijn daarbij, maar even goed lichte schoentjes van vrouwen en meis jes en ook sandalen en laarsjes van kinderen. Alle leeftijden zijn vertegenwoordigd in de processie. Grote groepen jongelui in hemds mouwen passeren, wier dreun- sprongen worden gevolgd door het getrippel van peuters, die voor het eerst meedoen en het rhythme nog niet helemaal meester zijn. En even toegewijd als zij, ziet men oude besjes en kromgewerkte boertjes springen. Ook alle standen zijn vertegen woordigd. Doktoren dansen naast mijnwerkers en ambtenaren doen niet onder voor wijnbouwers en studenten. In rijen van acht trek ken zij allen voorbij, hand in hand. Of liever: zakdoek-in-hand, want ieder houdt een tip van zijn buur- mans zakdoek vast. Vele jongelui ook hebben een zakdoek om hun hoofd gebonden, teneinde hun haardos in bedwang te houden. Het is wel een zeer bont gezel schap, dat zich daar op een zo ongewone wijze voortbeweegt. Maar van de onoverzienbare me nigte toeschouwers, die zich op de trottoirs verdringt, maakt niemand zich daar vrolijk om. De ernst van de deelnemers moet zijn overgesla gen op het publiek. Urenlang kij ken duizenden geboeid naar dit schouwspel, ook al blijft dat steeds hetzelfde. Alleen de gezichten, die voorbij trekken, zijn telkens an dere, maar voor de rest ziet de processie er altijd eender uit, of men nu het eerste of het laatste stukje ziet. Intussen hebben de voorste groepen de parochiekerk be reikt. die op een heuvel, midden in Echternach, ligt. Vijf dozijn treden hebben zii moeten be klimmen om op die heuvel te komen, maar ook deze klimpartij hebben zii springend uitgevoerd En zelfs nu zij in de kerk ziin, funnen zij zich nog geen rust. pringend en nu ook zingend trekken zij door het middenschip en langs het altaar het gebouw weer uit. Alleen de laatste groepen mogen in de kerk blijven, want deze is slechts klein en al was zij even groot als een kathedraal, dan zou zij nog bezwaarlijk twaalf duizend processiegangers kunnen bevatten. Voor die laatste groepen vormde tenslotte een Pontificaal Lof het besluit van deze vermoeiende mor gen. Eigenlijk moest dit Lof in de basiliek van Echternach worden gehouden, maar die is nog steeds niet bekomen van de zware won den, welke zij tiidens de oorlog op heeft gelopen. Men hoopt echter voor Pinksteren 1951 met de we deropbouw gereed te zijn. Ook 's avonds van te voren was in de parochiekerk een Pontificaal Lof gecelebreerd. Dit werd onder meer Bijgewoond door 140 Brabanders uit Eerssel bij Eindhoven. Een boetetocht mag de Echter nachse springprocessie waarlijk wel worden genoemd. Zo alleen is zij ook bedoeld en zo vatten ook de deelnemers haar op. Het mooist is wel, dat de meeste processiegan gers zich die boete getroosten niet om voor zichzelf de voorspraak van St. Willibrord af te smeken, maar voor anderen: voor bloed verwanten of voor zenuwzieken, die zij helemaal niet kennen. Velen zijn er ook, die deze boete tocht beginnen met een bedevaart. Pelgrims uit heel Limburg trek ken op de processiedag reeds in alle vroegte naar Echternach en als zij veraf wonen, vertrekken zij al daags tevoren. Onder de deelne mers uit de Eiffel bevonden zich dit jaar zelfs pelgrims, die drie dagen onderweg waren geweest. Niet alleen echter boete doet men op deze dag in Echternach. Zodra de springdeun verklonken is, heffen op het marktplein draai orgels andere deuntjes aan. Samen met hun vele gasten gaan de Ech- ternachteren dan kermis vieren. Ook hier gaan Katholieke vroom heid en Katholieke blijdschap hand in hand. 27 Mei was een merkwaardige dag in onxe Vaderlandse historie. Zes eeuwen geleden toch begon die verbitterde burgerkrijg, die bijna 150 jaren zou duren en die onder de naam „Hoekse en Kabeljauwse Twisten" de geschiedenis is ingegaan. Het was een tweespalt, een strijd tussen twee staatspartijen, die Holland gedurende de laatste helft der 14e en de gehele 15e eeuw heeft geteisterd. Oorspronkelijk ontstond de verdeeldheid over het recht op de grafelijke waardigheid als leen en was het een weinig verheffend gevecht tussen keizerin Margaretha van Beieren, gemalin van keizer Lodewijk van Beieren en haar zoon Willem V, aan wie Margaretha in 1349 het bestuur over de graafschappen Holland en Zeeland had toevertrouwd. Uit de oorlog tussen moeder en zoon vloeide echter een burgerkrijg voort, vol wreedheid en gruwelen gevoerd; een strijd op leven dood tussen twee partijschappen, die elkaar, lang na het weg nemen der aanvankelijke oorzaak, anderhalve eeuw met de hevigste bitterheid bestreden. In wezen was dit een vrijheids strijd, een worsteling tussen de adel en de poorters, om het overwicht in staat en maatschappij te verwerven. Wij moeten voor een goed begrip omtrent de aanleidende oorzaak van deze langdurige burgerkrijg toch even de historische omstandigheden schilderen. Toen graaf Willem IV op 26 Sept. 1345 in een slag tegen de Friezen was gesneuveld en geen wettig op volger naliet, maakte Lodewijk van Beieren van zijn bevoegdheid als leenheer gebruik en wees zijn vrouw, keizerin Margaretha, de oudste zuster van Willem IV, als erfgename aan, zulks met de hei melijke bijbedoeling zijn dynastie in de Nederlanden te vestigen. Mar garetha bleef evenwel in Beieren en aan haar zoon Willem werd het bestuur over de graafschappen Hol land en Zeeland toevertrouwd, waarbij een hoge geldelijke schade loosstelling geëist werd. De steden weigerden op die condities de over eenkomst te erkennen; ook Willem betaalde niet, bewerend zijn waar digheid als graaf niet te hebben ontleend aan de afstand van zijn moeder, maar uit de onmiddelijks belening van de keizerskroon, aan welke de graafschappen vervallen waren, derhalve als zoon des kei zers. Een conflict tussen moederen zoon was onvermijdelijk en van 1350 tot 1354 heeft deze oorlog ge woed. De aanhangers van Willen V, veelal de steden, noemden zich de Kabeljauwsen (waarschijnlijk hun naam ontlenend aan de licht blauwe schubben van het Beiers wapenschild van hun pretendent): de partij van Margaretha heette de Hoeksen, zijnde degenen, die de „Kabeljauw" eens vangen zouden om hem een kopje kleiner te ma ken. Doch zoals het veelal in de histo rie gaat: in de directe aanleiding tot een strijd, breken mede de die pere oorzaken door, die latent aan wezig zijn en de strijd zelf schiet daarom doorgaans zijn aanvanke lijke doel voorbij. Want in 1354 is er een overeen komst tussen moeder en zoon ge troffen: Willem V werd erkend als graaf van Holland en Zeeland. Mar garetha zou tot haar dood in Hene gouwen aan de regering blijven. Zij stierf reeds in 1356. Lang heeft Willem V geen plezier van zijn grafelijke waardigheid gehad: de trouweloze zoon werd in 1357 krank zinnig. De strijd ging door. Maar de burgerstrijd bleef voort woeden en wel 150 jaren lang. Het was een standenstrijd geworden in de middeleeuwse, feodale maat schappij, een gevecht om de vrij making en de verheffing van de derde of de burgerstand. In wezen derhalve: een democratische strijd tussen de steden en de adellijke geslachten. Dit politieke gevecht was in de 14e eeuw in vrijwel alle staten van West-Europa uitgebroken; alle ge westen der Nederlanden hadden hun met name genoemde partijen. Van Vlaanderen ging deze demo cratische beweging uit; daar waren het de Leliarts en de Klauwaerts, welke partijenstrijd ook een sociaal karakter had, nl. de strijd tussen patroon en arbeider, de wevers te gen de fabrikanten en de kooplie den. Ook de burgerij in Brabant stelde haar eisen; maar de democratise ring van dit gewest was na de slag van Woeringen in 1288 vlotter ver lopen; de staatkundige rechten der burgers waren vastgelegd in het charter van Cortenberg in 1312 on der Hertog Jan II en in 1365 in de „Joyeuse entrée". In Gelderland, Utrecht en Fries land vocht de burgerij even ver beten om haar rechten in de staat. Gelderland heeft zijn vooruitstre vende Hekerens en zijn behoud zuchtige Bronkhorsten, Utrecht zijn Lichtenbergers en Gunterlingen. Friesland zijn Sehieringers en Vet- kopers. Overal was de maatschappij in beweging, overal was onrust en strijd. Strijd om het bestaande te behouden en strijd om nieuwe ideeën te doen zegevieren in naam der vrijheid en gelijkberechtiging. Het standengeveoht tussen Hoek sen en de Kabeljauwsen, hetwelk 27 Mei 6 eeuwen geleden begon, om anderhalve eeuw te duren, is derhalve slechts een onderdeel in de algemene worsteling dier eeuwen. Van generatie op generatie heeft zich deze worsteling voortgezet tot op de dag van heden. Want ook onze partijstrijd is gericht op het bereiken van de maatschappelijke vrede, op de grondslagen van recht vaardigheid en naastenliefde. Zou het een utopie zijn die vrede te kunnen verwerven, gezien de jam merlijke ervaring van zes eeuwen?.. De Engelse (lichter T. S. Eliot heeft, ook met het oog hierop, een waar woord gesproken, waar hjj zegtfor us is only the trying", wij kunnen slechts streven.... Want 's mensen leven en daarmee ook de historie vertoont een voortdurende worsteling tussen de werkelijkheid en het ideaal. Wij zijn steeds op weg naar het bereikbare, naar de ver vulling van een droom, die immer voor ons uit blijft gaan.... Troepenschip naar Nederland vertrokken Op Woensdag 31 Mei is uit Tandjong Priok naar Rotterdam vertrokken het troepenschip „Ge neral McGrey". Aan boord bevin den zich het 403e en 412e bat. in fanterie. Kaasmarkt Utrecht UTRECHT, 2 Juni Aanvoer 45 partijen kaas, totaal 2.074 ka zen met een gewicht van 12.049 kg. De eerste kwaliteit noteerde 1.96 2.03, de tweede 1.861.95. Han del matig. Als een contemplatief monnik, een Karthuizer die zich ge durende vijf-en-twintig jaren om zo te zeggen gespecialiseerd heeft in het gebed, het heeft beoefend in al zijn vormen, er zijn voornaamste bezigheid van heeft gemaakt, het bovendien bestudeerd heeft in zijn theorieën en geobserveerd in de prak tijk bij zichzelf en anderen, aan de slotsom van zijn bevindingen eerlijk en hartgrondig moet bekennen dat bidden allesbehalve zo eenvoudig en gemakkelijk is als sommige auteurs het voor stellen, wat moeten wij, gewone stervelingen, dan wel niet antwoorden op de vraag of bidden moeilijk is? Er zijn nu eenmaal genoeg belet selen die het onze ziel zwaar doen vallen boven het geschapene uit te stijgen naar de Schepper. Ook al raadt men ons aan, eenvoudig met God te spreken als tegen een Vader, een vriend, wij zien Hem' niet, wij ondervinden geen blijk dat Hij naar ons luistert, het heeft zo dikwijls de schijn dat Hij doof en onver schillig is voor wat wij Hem zeg gen. En dan is er ons eigen liohaam dat ons bezwaart en loom en traag maakt- het dringt ons zijn nukken op en'houdt onze geest gevangen. Een enkel Onze Vader of een Wees Gegroet behoorlijk, werkelijk met godsvrucht en aandacht te bidden, valt al niet mee. De H. Theresia, die grote Lerares van het gebed, bekende er zich niet toe in staat.. Wat moeten wij dan, kleine mensjes, met onze zorgen en verstrooiende omgeving en nog zoveel meer? Wij kunnen niet anders dan op rechte eerbied en bewondering heb ben voor die mensen wier voor naamste taak en bezigheid het ge bed is en die dit volhouden dag in dag uit, jaren, een leven lang en niet zelden geruime tijd aan één stuk, gedurende lange godsdienst plechtigheden en devotie-oefeningen Hij gaf het onomwonden toe, de be kende abt-generaal van de Trappis ten uit het begin dezer eeuw Dom Sebastiaan Wyart, toen hij beweer de dat van lichamelijke arbeid, stu die en gebed, de laatste de slopend- ste, de meest van hersenen en zenu wen vergende bezigheid is. Het Karthuizer- en Cisterciënser-kloos- terleven is zeker niet licht. Grootmeesters in het gebed Deze bidders hebben ten volle recht van spreken als het gaat over het gebed, en het past ons eerbiedig naar hen te luisteren en dankbaar te aanvaarden wat zij ons te bieden hebben. Zij geven uit de volheid van hun beschouwing en delen met volle handen mee uit de gebeden- schat der Christelijke eeuwen. Een Nederlandse Karthuizer uit Italië, die reeds allerwege in ons land on der de schuilnaam Bencit der Mous- tier als geestelijk schrijver bekend is. komt ons nu verrijken met een nieuw van opzet, geheel origineel en fris gebedenboek. Hij stelde het samen uit de beste bronnen van on ze Katholieke gebeds-traditie en noemde het daarom „Nova en Ve tera Oud en Nieuw". Men kan 't in het midden laten, of deze titel wel de meest geschikte, meest pak kende is, im dit gebedenboek in gang te doen vinden in zo breed mogelijke kringen van ons Katho lieke volk. Maar om de inhoud verdient dit gebedenboek het zeker en het schijnt dat het bezig is Ne derland te veroveren. Het betekent een werkelijke ver nieuwing in het gebedsleven zowel om de keuze der gebeden die ont leend zijn aan de meest verscheide ne geschriften als om de rangschik king en indeling er van. Dit gebe den-boek wijkt in alle opzichten van de meestal gangbare vorm af en overtreft deze verre. Misschien zal men even moeten wennen aan deze nieuwe opzet, maar men zal er gauw genoeg de smaak van te pak ken hebben en dit echt goede gebe denboek dat alle aanbeveling ver dient, ten volle waarderen. De uit gever J. H. van Wees Jr. te Utrecht heeft het in allerlei kunstzinnige uitvoeringen verkrijgbaar gesteld. Spontaneïteit en formules Bidden is geen aangelegenheid van er „zin" in hebben, wanneer ons hoofd er naar staat of onze sen timentaliteit er voor „voelt". Voor bidden wordt een heel wat forser, mannelijker aard vereist: het is de hulde van onze meest edele ziels- aetiviteiten aan God wien wij dit rechtens verschuldigd zijn en wiens genade voor ons altijd onverdiend blijft. Bidden is een plicht en nood zakelijkheid, hoe moeilijk het dik wijls ook is. Om die plicht wat gemakkelij ker, ja boeiend, animerend en aan genaam te maken stelde Dom Be nedetto Lambres dit gebedenboek samen, maar zó dat deze formules, hoe voornaam en waardig ook, de echtheid en oprechtheid van het gebed niet zullen schaden. Christus zelf gaf ons in het Onze Vader een voorbeeld. Het gebruik van geleer de woorden doet het gebed niet minder spontaan zijn. De tekst is steeds een hulpmiddel, geen inper king. De formule draagt voor Gods troon wat wij er in leggen, er mee bedoelen. Zo is en blijft het toch altijd Voor ons eigen, persoonlijke, rechtstreeks uit het hart komende gebed. Wanneer wij het zo beschouwen, zullen wij ook graag erkennen, dat dit nieuwe gebedenboek voor jong De werkzaamheden aan de electrische centrale te Hungry Horse, Montana, vorderen gestaag. Reeds is er beton gestort voor de eigenlijke centrale. De vier enorme buizen zullen het water van de reservoirs naar de vier turbines met 105.000 pk, die zich in de centrale bevinden, leiden. prachtige gelegenheid is om beter, met meer smaak te gaan bidden en wel op een wijze welke schoner en voortreffelijker is dan die waarop de meeste kerkboeken het plegen te doen. Voor de verdieping van 't godsdienstig leven in Nederland is dit gebedenboek een wezenlijke ver rijking. Thomas van Kempen Er is altijd gebeden in Nederland. Een Nederlandse grootmeester in 't gebed is en blijft voor ons altijd nog de bekende Thomas van Kempen, de Reguliere Kanunnik van de Or de van de H. Augustinus. Uit het klooster Sint Agnietenberg bij Zwolle. Na de H. Schrift is het zijn „Navolging van Christus", welke van alle boeken ter wereld het meest is gedrukt. Ook van zijn an dere geschriften verschenen telkens uitgaven. Bij Paul Brand te Bus- 'sum werden nu pas in een handig formaat en in diverse uitvoering uitgegeven de „Gebeden en Over wegingen over het leven van Chris tus-". Als gebedenboek laat ook dit werkje zich uitstekend gebruiken. Men kent de innig-vrome en stil- beschouwende aard van Thomas van Kempen. Altijd zal hij weten te pakken, de geest te boeien en het gemoed te ontroeren. Zijn vroom heid beweegt zich geheel rond de en oud van alle rang en stand een persoon en de mysteries van Chris tus. Zij sluit zich daardoor geheel al aan bij de gang van het jaar des Heren. Laten wij luisteren en met Tho mas mee bidden onder dit octaaf Hemelvaart: „Ik zegen U en zeg U dank, Heer Jezus Christus, Koning der heer lijkheid, Schepper van hemel en aarde, Gebieder der engelen en Za ligmaker der mensen die de hoog- moedigen verfoeit en de ootmoedi- gen verhoort. Ik loof en dank U, die heden als Overwinnaar boven alle hemelen en hemellichten, boven Cherubs en Serafs, boven alle ran gen der engelen en heel de luister der schepping door eigen macht zijt opgestegen. Met blij gelaat en ver heerlijkt lichaam, gehuld in het licht als in een mantel steeg Gij ten hemel op ten aansehouwe van uw leerlingen en onder het bazuin geschal en de jubelzang der enge len. Ja, ik loof en dank U, die na de vorst der wereld te hebben overwonnen de weg tot het eeuwige leven en de heerlijkheid hebt ge toond aan Uw uitverkoren vrien den die met U verenigd waren en die Gij uit de wereld hebt geroepen en gesterkt om U te volgen langs de weg van het harde kruis". Zo bidt en overweegt onze Tho mas van Kempen. De godsvrucht van onze tijd zal het na vijf eeuwen nog graag met hem meedoen. H. J.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1950 | | pagina 5