Mosselenjacht is geen kinderwerk
Demagogie rond de vergoeding
voor de Kamerleden
Controleur" verloor het
van handige collectrice
EN WAT EEN ZUINIGE BOEL...
„leder gezin moet levensruimte hebben, even
redig aan behoeften en menselijke waardigheid"
Op de WR 45 de Waddenzee af 4 3
DE BEURS
Na de mislukte
rode Pinkstermars
Jongeren- en
Toneelweekend
Haagse Brief
En een V.V.D.-artikel, dat geen
argwaan wegneemt
Paus bespreekt sociale problemen
Samenwerking over de gehele wereld
is noodzakelijk
Het probleem
der werkloosheid
C 1
(Van onz especiale verslaggever
WADDENZEE, Juni 1950
Daar staat ie dan, wijdbeens, in de vroege, frisse morgen op
de luiken boven de laadruimte van de mosselenschuit Wierin-
gen 45: de ouwe Jaap. Je zult het evengoed niet moeten wagen,
dat hardop te zeggen, ouwe, als je naar zijn zongebruinde, ge
spierde armen en ruigbehaarde handen kijkt. Een reus van een
kerel is hij, de zon in zijn gezicht en de zee in zijn diepe
ogen Bedachtzaam bespiedt hij de waterstand, steeds
hoger optrekkend langs de wallekant van het haventje Den
Oever. „We mosten maer gaen eeej". zegt hij dan plotse
ling en verdwijnt in de machinekamer. De schoorsteen begint
nijdig rookwolkjes uit te keffen en intussen heeft Dirk, het
pientere schippertje van de WR 45, zijn praatje met de schip
pers van de andere mosselboten beëindigd en verdwijnt schie
lijk in het stuurhuis.
„Do kerespedent van de krant
kan alvast beginnen te skrieve.."
hoor ik plotseling een stem achter
me: Jan, de derde man, een ronde
kerel, eenzelvig en zwijgzaam
maar niet minder hartelijk. Dat is
de man, die de ganse lieve dag
mokken koffie rondbrengt.
't Is net zes uur. De W.R. 45,
een mosselenschuit van zowat 45
ton, zet koers naar zee. Langza
merhand verdwijnt Den Oever in
het sluierig waas van de ochtend.
Een heel oud vissersdorp, Den
Oever, met een kleine duizend
inwoners, die voor het merendeel
van de visserij leven. Na het af
sluiten van de Zuiderzee was de
bevolking nogal toegenomen. De
vissers van De Haukes die al gauw
inzagen, dat er op de Zuiderzee
niets meer te verdienen viel, z;jn
toen schielijk op Den Oever aan
getrokken en nu proberen ze het
dan maar op de droge Wadden.
We springen.
We springen nu op de mossel-
banken toe. Wel zes uur varen,
langs de Afsluitdijk en verder
langs de kust van het vlakke
Friesland. Tegenover de Zwarte
Haan op de Friese kust, anderhalf
uur varen boven Harlingen, ligt
zo'n mosselenbank. Dat zien we
aan een Zeeuw uit Ierseke, die
daar al een goede vangst heeft ge
daan. Zijn mosselenvrachie komt
al boven de laadruimte uit.
Jan en Jaap staan intussen diep
over de korren gebogen, om die
te herstellen: met nieuw kor-
katoen knopen ze de eindjes aan
mekaar.
De zon staat op haar hoogst.
Zij staat de godsganselijke dag
hete stralen naar beneden te schie
ten, dat je huid er roodgloeiend
van opzet, 't Is bloedwarm aan
bo:rd. Er staat maar een enkel
„zuchie". Aan de einder dansen
meer visserschepen, Wieringers en
Zeeuwen. De Zeeuwen vissen op
de Friese Wadden meer naar het
zaad, dat ze naar Zeeland brengen,
daar weer in zee storten, later
weer opvissen en de mosselen, als
„echte Zeeuwse mosseléééj" naar
België of Engeland uitvoeren.
Dat duurt hoogstens een week
of vijf, dat zaad-vissen. Half Juni
voor het laatst.
Als we op de mosselenbank
aankomen, zijn we niet alleen.
Daar zijn nog de W.R. 194 met Jan,
Piet en Cor, en de W.R. 310 met
de ouwe schipper Herman, Evert
en Ab, allemaal ronde kerels, met
wie het goed leven is („Haje het
goed bij öos, jong?" vroegen ze
me) en nog 3 andere Wieringers,
die als drie zustertjes steeds naast
elkander zijn blijven varen.
„Steek eris effe uut. Jaap"
roept Dirk vanuit het stuurhuis.
Dan pakt Jaap een lange stok en
onderzoekt de bodem. Hij steekt
en steekt en voelt de mosselen
zitten. Zijn hand gaat omhoog, hij
stoot een paar onverstaanbare
klanken uit, en.... dan gaat het
spul beginnen.
Ze gooien de laadruimte voor
een derde open en de mosselen
korren worden aan weerszijden
van het schip buiten boord gezet,
de korlijnen worden gevierd en
dan kan er gesleept worden.
„Trekke maerrr1"
Met zó'n mes!
Meestal liggen we er dan een
minuut of drie aan, soms langer,
soms korter naargelang de hoe
veelheid mosselen op de zeebodem.
Dan beginnen de stoomwinches in
de stuurhut rammelend te draaien,
op twee brede trommels worden
de beide strakgespannen korlijnen
ingehaald. Aan deze lijnen, die
vanuit het stuurhuis naar boven
lopen over twee katrollen, die aan
de gieken bevestigd zijn, hangen
de mosselenkorren, zakken, half
van touwwerk, half ijzerweefsel,
(die een mud of negen kunnen be
vatten) aan de bovenzijde voor
zien van een mes van 1.85 lengte,
die over de bodem van de zee
heenschaatst en de mosselen
a.h.w. opschept. Boven het mes
DAAR STAAT-IE DAN.
WIJDBEENS
Een van onze mannen
heeft geruime tijd, als
mosselvisser vermomd, op
de WR 45 gezeten. Zwer
vend tussen Wieringen
en Borkum (en staande
tussen de mosselen, twee
passen links, twee passen
rechts), schreef hij er
over. U proeft er de zilte
lucht en de „witte bief
stuk" uit. Hijzelf kan ze
niet meer zien.
zit de korstok, die de „prut" te
genhoudt. De prut is de vijand
van de mosselenvisser. We zouden
dat gauw zien. Nauwelijks was de
eerste kor boven water gehesen,
of de ouwe Jaap riep met stentor
stem: ,,'t Is prut, óor, allegaar niks,
zakke maerrr
De kor zit vol prut, zeesterren,
die blauw of rood en heel glibbe
rig zijn, krabben bij tientallen,
wier (spinazie, zegt Jan) schelpen
en soms een vis, een knorhaantje
of een tongetje.
,,'t Is erreg smerig, óor", zegt
de schipper, „dan ken je ze niet
best vangen". De volgende trek-
kies gaan beter. Weer rammelen
de winches, weer zoeveren de
korlijnen druipend van het zee
water over de katrollen heen. Jan
en Jaap staan wijdbeens langs de
reeling om de kor aan te pak
ken.. Daar komt ie uit het water
te voorschijn. Eerst moet de volle
kor worden uitgespoeld. Een stuk
of tien keer wordt ie in het water
neergeplompd en weer omhoog
getrokken, op en neer, op en neer,
dat het zeewater troebel wordt
van de prut. En dat gaat gepaard
met een gedonder van de winches
of ze tien mitrailleurs tegelijk in
werking stellen. Als de kor schoon
genoeg is, wordt ie aan boord ge
hesen. Een dicht gordijn van zee
water hangt er onder aan te drui
pen. Aan weerskanten pakken de
mannen de kor beet, halen 'm met
een fikse zwaai aan boord en stor
ten hem leeg boven de laadruimte,
dat de vette spatters overal in het
rond vliegen. Met donderend ge
raas komen de mosselen in het
ruim terecht. Er tussendoor krieu
welen tientallen krabben, schit
teren honderden schelpen,
scherpe, zure reuk verspreidt zich
over het schip en overal liggen
mosselen.
Intussen staat Dirk in de stuur
hut en bedient de winches. Aan
zeven handles tegelijk moet hij
denken en daarbij de andere sche
pen in de gaten houden, niet al
leen om een aanvaring te voorko
men, maar ook om te zien hoe die
het maken en op welke strook van
de mosselbank de beste trekkies
zijn te maken. Hij heeft het zo
druk, dat zijn cigaret er al drie
keer van is uitgegaan. De winches
en handles, ze zien er allemaal
oud en roestig uit, je verwondert
je erover dat het allemaal nog
werkt. Maar het werkt goed....
Met hoge lieslaarzen aan mod
deren Jaap en Jan tot aan de
enkels door de mosselen, en zui
veren ze van alles wat er niet
bij hoort.
Weer ratelen de lieren, weer
gaan de korren overboord, weer
spoelen, schudden en storten. De
ene kor na de andere wordt in
gehaald en weer uitgegooid. On
vermoeibaar werken de mannen
door, zwijgend en sabbelend op
een half nat sjekkie en dat gaat
zomaar dopr, zolang als het water
hoog genoeg is en er gevaren kan
worden.
Da's een r-tmozzl
Zo nu en dan snijdt Jan een
paar „mözzln" vakkundig open en
inspecteert de inhoud. Eerlijk ge
zegd is het helemaal geen opwek
kend gezicht. Wat je ziet (Praech-
tige, witte biefstuk, óor
vertoont veel overeenkomst met
dingen, waarvan je de naam niet
kunt noemen, zonder een spier
van je gezicht te vertrekken.
„Mózzlen moete wit weze....
eeej, meneer van de krant, dan
benne ze pas goed! Kaik, hier haje
een rooie. Da's een rotmózzl, be
grijp je wel" en met een zwierige
zwaai verdwijnt de „rotmózzl"
weer in zee.
„Maer als je ze op tafel heb
staan, met kruien en uien, wel,
dan ben'n ze lekker, óor.
GERARD PONSIOEN.
(Wordt vervolgd)
BUITENLANDS AANBOD IN
INTERNATIONALE FONDSEN
De laatste beursdag van de week
bracht geen wijziging in de alge
mene tendes. Wat internationale
fondsen betreft, blijft de arbitrage
opereren in Kon. Olie en Unilever.
Het bleek, dat daardoor wederom
enig buitenlands aanbod ontstond
als gevolg waarvan de aandelen der
vandaag 60-jarige Kon. Petroleum
Maatschappij twee pet. lager open
den op 271'/«, maar daarna tot bij
na het koerspeil herstelden. Tegen
het slot kwam echter weer een re
actie. Unilever bleef zich op een 3
pet. lager niveau bewegen en zelfs
werd angstig dicht de 200 benaderd.
De koers bleef tenslotte op 201. De
affaire had in het algemeen weer
heel weinig te betekenen. AKU
bleef goed op prijs en Philips week
nauwelijks van het vorige niveau
af. Voor Cultuurfondsen vandaag
geen nieuwe gezichtspunten. Over
het algemeen waren de koersen in
deze sector vrij stabiel, althans de
fluctuaties, voor zover zij voorkwa
men, waren onbetekenend. Rubbers
en Suikers noteerden nauwelijks
prijshoudend. Certificaten Deli Mij.
handhaafden zich.
In de scheepvaarthoek een iet
wat verdeelde stemming: Aandelen
Kon. Boot herstelden zich van het
gisteren geleden verlies en Rotter
damse Lloyd moest 1 pet. prijsge
ven. Men vraagt zich af, of de
beurs als waardemeter haar bete
kenis verloren heeft. Immers, het
verslag Rotterdamse Lloyd ademt
een goede geest en werd gunstig
beoordeeld, desondanks een lagere
koers. Voor de tweede maal wer
den aandelen Escompto Bank in
op enhoek verhandeld en vandaag
kwam pas goed tot uiting de te
leurstelling over het dividend van
8 pet. Indonesische Courant als ge
volg daarvan liep de koers terug
tot 5814 en vertoonde dus een ge
voelige flauwe tendens. In de indu
striële sector ging de belangstel
ling uit naar Kon. Nederl. Papier
fabrieken in verband met de aange
kondigde emissie van aandelen. Er
ontstond enige affaire in de claims,
uit deze emissie voortspruitende en
de prijs daarvan (voor aandelen
van nominaal f 750.—) stelde zich
op f 72'/s tegen een theoretische
waarde van f 87Vi. Overigens bood
de markt geen bijzonderheden. De
Nederlandse Staatsfondsen lagen
stil en prijshoudend, maar weder
om waren de Dollarleningen aan
vaste kant. Amerikanen óngeani-
meerd. Prol. 2',4 pet.
In verband met de herverkaveling op Walcheren, is een com
pagnie genietroepen op het ogenblik bezig wegen aan te leggen.
De herverkavelingswerken omvatten een uitgebreid gebied. Met
de uitvoering hiervan zal het cultuur-technische aspect van het
Ëën eiland zeer gediend zijn.
COMMUNISME ZOEKT DE
GEBRUIKELIJKE
ZONDEBOKKEN
DE RODE PINKSTER-OPMARS
der Duitse jeugd is, zoals men weet
geheel anders geëindigd dan de
communistische machthebbers in
Oost-Duitsland 't hadden verwacht.
Inplaats van een indrukwekken
de opmars door de Westelijke sec
toren van Berlijn in uitdagende
uniformen en met vaandels en mu
ziek kwam een clandestiene inva
sie van nieuwsgierige jongens en
meisjes in het voor de Oost-Duitse
kinderen bijna legendarische Wes
ten, waar zij vervolgens door een
begrijpende bevolking zo gul mo
gelijk werden onthaald. Het propa
gandistische effect, dat de organi
satoren van dit rode Pinkstercon
gres zich hadden voorgesteld van
het bezoek van hun jeugdige vol
gelingen in 't kapitalistische Wes
ten, bleek dus tenslotte lijnrecht
tegenovergesteld aan het werkelij
ke resultaat.
Zoals in de communistisch gere
geerde landen te doen gebruikelijk
is, worden nu de werkelijke of ver
meende schuldigen opgespoord en
de woestijn ingestuurd. Naar aan
leiding van de genoemde gebeur
tenissen tijdens het Pinkstercongres
zijn tot nu toe reeds 69 functiona
rissen van de FDJ door de ..Cen
trale Raad" disciplinair gestraft,
omdat zij voor de onvoldoende con
trole bij de sectorengrens verant
woordelijk worden gesteld. Ook het
Politbureau heeft tegen een aantal
ambtenaren der SED soortgelijke
maatregelen genomen. Bovendien
zijn alle leden der „Freie Deutsche
Jugend" alsmede ..Junge Pioniere",
waarvan kan worden vastgesteld,
dat zij ter gelegenheid van 't Pink
stercongres de Westelijke sectoren
van Berlijn hebben betreden, voor
lopig geschorst. Voor zover het de
„Jonge Pioniers" betreft, zullen
eerst de gezinsverhoudingen wor
den onderzocht. Aangaande de le
den der FDJ. is bepaald, dat hun
schorsing kan worden opgeheven,
indien zij zich bereid verklaren,
zich aan een „Bewahrungfrist" van
zes maanden in Aue te onderwer
pen. Zij zullen te dien einde een
„vrijwillig" dienstverband van een
half jaar voor het werk in de ura-
niummijnen moeten aangaan
DRAKENBURGH ORGANISEERT
Op de Katholieke Volkshoge
school Drakenburgh te Baarn wor
den in Juli opnieuw twee aantrek
kelijke weekends gehouden. Op 8
en 9 Juli zullen jongeren, ook uit
de kerngroepen van de beweging
„Dit is leven", er bijeenkomen. Er
worden inleidingen gehouden over
de Katholieke visie op leven en
wereld, moderne cultuurvormen en
christelijke levensstijl, en over de
vraag: „Is samenwerking tussen
jongeren van verschillende standen
noodzakelijk?" In samenwerking
met „Ons Lekenspel" wordt op 29
en 30 Juli een toneelweekend geor
ganiseerd waar o.m. de regisseurs
Ton Lutz, Kees Spierings en Jan
Muller antwoord zullen geven op
de vraag: „Waarom regisseer ik zo?"
terwijl ook décor en belichting,
alsmede het hedendaagse repertoire
voor amateur-tonelisten behandeld
zullen worden. Uitvoerige inlich
tingen over beide weekends: Dra
kenburg, Baarn.
(Van onze parlementaire redacteur)
DE ZAAK DES VOLKS werd in de afgelopen week publiekelijker
dan ooit behandeld. Biedt de tribune van de Ridderzaal toch al
meer ruimte, nu hadden de boden, met het oog op de warmte,
ook nog de ramen opengezet. Men mene echter niet, dat het
publiek toestroomde. De touristen bleven bij een dergelijke
temperatuur maar liever op de caféterrassen, waaraan Den Haag
zo rijk is. Ën ook de burgers dromden niet onder de ramen
samen. Het Binnenhof was een gloeiende koperen plaat en de
typistes van de departementen, die er ziché desondanks in het
middaguur op waagden, kwamen niet voor hetNationale Plan",
maar slechts met het plan om in de kortst mogelijke tijd bruin
te worden!
Ook de discussies in de Kamer
stonden onder de druk van de
tropische temperatuur. Bejaarde
Kamerleden mochten in hun ge-
durfd-lichte zomerpakken dan de
schijn wekken, dat het leven in
derdaad eerst op gevorderde leef
tijd begint, de afgestoken redevoe
ringen waren toch maar mat en
saai. „Het is de warmte, meneer
de voorzitter!", zei de Limburgse
afgevaardigde Maenen, toen hij
op een gegeven ogenblik tot de
ontdekking kwam, dat hij over
een heel ander artikel sprak dan
aan de orde was gesteld.
Maar de communist Gortzak
bleef desondanks van mening, dat
hij het ijzer moest smeden op het
moment dat het, ook figuurlijk
gesproken voor hem, heet was.
Alles met elkaar hamerde zijn
stem wel een klein uur lang als
een Ijzeren voorhamer op het
wetsontwerp dat de strekking
had om de schadeloosstelling van
de Kamerleden te verhogen. Mi
nister Teulings zei in zijn ant
woord, dat hij het vertrouwen had
dat ons volk de voorgestelde ver
hoging zeer zeker zou kunnen
billijken, wij herinnerden ons na
het betoog van „kameraad" Gort
zak echter mede, het oude Evan
gelie-woord, dat de „kinderen der
n (Slot)
Arbeider en ondernemer onder
werp en geen voorwerp der
economie
„Een dergelijk gevaar vertoont
zich ook wanneer men eist, dat de
gesalarieerden, tot een onderne
ming behorend, het recht van eco
nomisch medebestuur hebben,
vooral wanneer de uitoefening van
dit recht inderdaad, direct of in
direct, organisaties in het leven
roept, die buiten de onderneming
om geleid worden. Welnu, noch de
natuur van het arbeidscontract,
noch de natuur van de onderne
ming brengen noodzakelijkerwijze
Volgens een bericht uit Djakarta is het onderzoek naar de
gedragingen van sultan Hamid II, die enige tijd geleden werd
gearresteerd op last van de Indonesische minister van oorlog,
sultan Hamengku Buwono, thans geëindigd. Verwacht wordt,
dat de sultan voor de krijgsraad terecht zal moeten staan. Op
deze foto, genomen tijdens de inter-lndonesische conferentie,
zien wij sultan Hamid II (links) tezamen met sultan Hamengku
Buwono.
zulk een recht met zich mede. Het
is onbetwistbaar, dat de loonarbei
der en de ondernemer op gelijke
wijze onderwerp en geen voorwerp
van de economie van een volk zijn.
De gelijkheid kan niet ontkent
worden. Zij is een beginsel, dat de
sociale politiek reeds heeft doen
gelden en dat een georganiseerde
politiek op een professionele basis
nog krachtdadiger zou doen uitko
men. Maar met betrekking tot het
particulier recht, zoals dat hetwelk
bij eenvoudig contract het salaris
regelt, is er niets dat in tegen
spraak zou zijn met deze funda
mentele gelijkheid. Onze voorgan
ger Pius XI heeft het in de ency
cliek „Quadragesimo Anno" wij
selijk bewezen en daarom ontkent
hij daarrin de intrinsieke noodza
kelijkheid om het arbeidscontract
aan 't contract van de maatschap
pij aan te passen. Hiermede wil
men niet het nut ontkennen, dat
in deze zin tot nu toe bereikt is en
wel tot gemeenschappelijk belang
van de arbeiders en de bezitters
(Acta Apostolicae Sedis vol. 23
pag 119). Maar als beginsel en als
feit overtreft het recht van eco
nomisch medebestuur, dat men re
clameert, zijn mogelijke verwezen
lijking.
De moeilijkheden van deze vraag
stukken bestaan in het feit, dat zij
het belangrijkste en dringendste
probleem uit het oog doen verlie
zen, dat n.l. hetgeen als 'n nacht
merrie juist op de oude industrie
landen rust. Wij bedoelen de aan
houdende bedreiging van de werk
loosheid, het vraagstuk van het
herstel en de zekerheid van een
normale productiviteit, die zowel
in haar opzet als in haar doel in
nerlijk verbonden is met de waar-
digiheid en het welzijn van ,t gezin,
beschouwd als een morele, juri
dische en economische eenheid."
„Wat de landen betreft, waarin
de industrialisatie pas begint, kun
nen Wij niet anders dan de pogin
gen van de kerkelijke autoriteit
prijzen om aan de volkeren, die tot
nu toe onder een patriarchaal of
zelfs feodaal regiem en vooral in
heterogene agglomaraties levend,
de herhaling van de onaangename
nalatigheid van het economisch li
beralisme van de vorige eeuw te
sparen. Een sociale politiek over
eenkomstig de leer van de Kerk,
ondersteund door de organisatie,
die de stoffelijke en geestelijke be
langen van de Kerk garanderen en
aangepast is aan de tegenwoordige
levensvoorwaarden, zou met de
stem van elke ware Katholiek zon
der enige uitzondering verzekerd
moeten worden".
„Zelfs in de veronderstelling van
deze nieuwe industrialisaties blijft
het vraagstuk in zijn geheel be
staan en kan het ook voor deze lan
den gesteld worden: dragen zij bij
of dragen zij niet bij tot het her
stel en de zekerheid van een ge
zonde productiviteit van de natio
nale economie? Ofwel hebben zij
geen ander gevolg gehad dan het
getal van de industrieën mei het
gevaar van nieuwe crisissen nog te
vermenigvuldigen? En vervolgens,
welke zorg zal men besteden om de
binnenlandse markt te verstevigen
en te ontwikkelen, productief ge
maakt in evenredigheid met de be
langrijkheid van de bevolking en
van de veelvuldigheid van de be
hoeften van deze, daar waar de
plaatsing van het kapitaal slechts
gericht is op de verlokking van
denkbeeldige voordelen en daar
waar een misleidende ijdelheid van
nationale belangen de economische
beslissingen bepalen?"
„Men heeft reeds teveel, proeven
van productie in massa gedaan,
van exploitatie tot de uitputting
toe van alle bronnen van grond en
bodem; men heeft vooral aan deze
proeven de plattelandbevolking en
haar economie geofferd. Even blind
is het bijna bijgelovige vertrouwen
in de mechanisatie van de wereld
markt om de economie in even
wicht te houden en het vertrouwen
in een providentiële staat, belast
om aan al zijn onderdanen en in
alle omstandigheden het recht op
zijn behoeften te geven, die op slot
van zaken niet te verwezenlijken
zijn."
„Met de dringende plicht voor
ogen om op economisch terrein de
productie naar het verbruik wijse
lijk berekend naar de behoeften en
de waardigheid van de mens, te
regelen, doet zich het vraagstuk
van de regeling en vaststelling van
deze economie voor het hoofdstuk
productie op de eerste plaats voor.
Men moet de oplossing hiervoor
noch aan de zuiver positivistische
en op de neokantiaanse kritiek van
de „wetten op de markt" geba
seerde theorie vragen noch aan de
kunstmatige formule van „volle
dige werkgelegenheid". Ziehier 'n
probleem, waarop Wij zouden wen
sen, dat theoretici en practici van
de Katholieke sociale beweging
hun aandacht wijden en hun stu
dies richten."
„Als onderpand van de vaderlijke
belangstelling, die Wij voor Uw on
derzoekingen en Uw arbeid koes
teren, en onder de bescherming van
de H. Geest, die Wij smeken U met
zijn gaven te verrijken, geven Wij
aan U en aan de Katholieke socio
logen van ganser harte Onze Apos
tolische Zegen:"
duisternis" toch altijd wel een
zeer grote portie listigheid plegen
op te brengen. Want deze Amster
damse timmerman met een kop,
die nog bijna jongensachtig bo
ven het witte sporthemd uitsteekt,
toonde zich andermaal een uiterst
sluw politicus en een volksrede
naar van professie. In het vuur
van de voorgestelde verhpging
smeedde hij een wapen, hard en
scherp, een wapen dat hij en de
zijnen ongetwijfeld zullen gebrui
ken om er hun politieke tegen
standers op het nog altijd heftig
omstreden Amsterdamse slagveld
en daarbuiten, mee te lijf te gaan.
Onze arbeiders, wij moeten ons
dat wel realiseren, zullen in werk
plaatsen en fabrieken mede deze
stoot moeten opvangen. Met de
verhoogde schadeloosstelling moge
naar verhouding slechts een ge
ring bedrag zijn gemoeid, de span
ning tussen lonen en prijzen
maakt toch zowel de werknemer
als de kleine zelfstandige in deze
tijd uitermate kwetsbaar.
Het kan daarom nuttig zijn de
feiten nog eens van alle Gortzakse
demagogie te ontdoen. Ook in
Sovjet Rusland verdient niet
iedereen het zelfde en de heer
Gortzak mag dus zeker niet ver
langen, dat in een „kapitalistisch"
land een Kamerlid, wat schade
loosstelling betreft, gelijk zou
staan met een arbeider. Dit zou
ook tot gevolg hebben, dat men
slechts arbeiders bereid zou kun
nen vinden om hun baan voor een
Kamerlidmaatschap op te geven.
Maar afgezien daarvan is het zo,
dat vele Kamerleden buiten Den
Haag wonen. Geen kiezer zal be
geren dat hierin een grondige
wijziging komt en het zijn nu deze
Kamerleden die van de schade
loosstelling ook hun verblijfs-
onkosten moeten betalen. Trekt
men die van de schadeloosstelling
af, dan blijft er een bedrag over
waarmede ook een geschoolde ar
beider soms nog niet zou willen
ruilen. Zo beschouwd komt de zo
demagogisch uitgebuitte verho
ging dus in een heel ander licht
te staan. Wel is het zo, dat er ook
Kamerleden zijn, die betaalde
nevenfuncties hebben. Voor hen
geldt het vorenstaande niet in die
mate, al blijft waar dat een ver
goeding voor het Kamerlidmaat
schap ten bedrage van f 7200.
op zichzelf zeker niet abnormaal
hoog genoemd moet worden. Zou
den de „kinderen des lichts" even
zorgvuldig rekening hebben ge
houden met de sentimenten, waar
een verhoging als deze inwerkt
als de heer Gortzak dat deed, dan
ware de enige mogelijkheid ge
weest een regeling te maken in
de geest van de noodwet-Drees,
waarbij inkomsten uit andere
hoofde voor de helft van de uitke
ring worden afgetrokken.
Zoals reeds gezegd, uitgezon
derd de hamerende stem van de
communist Gortzak, verliepen de
debatten de afgelopen week wel
hee^ rustig. Af en toe blies een
vurig verbeid briesje in de gor
dijnen van de troonhemel, maar
het leek toch al weer heel lang
geleden, dat hier een echt storm
pje had gewoed. Buiten de Kamer
bleef het echter ook deze week
nog een beetje nawaaien. Wat be
doelde de heer Oud? Dat is de
vraag, die men zich is blijven
stellen. Het antwoord daarop is
vooral voor de politieke verhou
dingen van straks van groot be
lang. Het artikel van de onder
voorzitter van de V.V.D., dat op
de eerste pagina van het partij
blad werd afgedrukt, mocht alles
behalve helder zijn, het maakte
toch wel duidelijk, dat het ge
beurde ook in de V.V.D. zelf span
ningen heeft opgeroepen. Mr. van
Riel, wil erkennen dat de fractie
„op het ogenblik dat voor haar
vaststond, dat zij het beleid der
regering inzake Indonesië niet
verder kon volgen, zij in geweten
verplicht was daarvan te getui
gen". Maar hij plaatst zich daar
toch niet achter, want onmiddel
lijk daarop volgt: „Deze beslissing
moet alleen aan haar worden ge
laten. Dit is bij uitsluiting een
zaak van de fractie. En de persoon
Stikker, wiens beleid in de motie-
Oud toch mede veroordeeld werd,
blijft voor de ondervoorzitter van
de V.V.D. „een liberaal van kwali
teit", een man met een hoge func
tie en met een andere taak en ver
antwoordelijkheid dan die van
Kamerlid.
Vooral dit citaat is van belang.
Wierp de motie van de V.V.D.-
fractie de heer Stikker in feite
mede weg, de partij haast zich
blijkbaar om hem eerherstel te
brengen. Is de politieke instelling
van de fractie een andere van die
van het partijbestuur? Komen er,
evenals vroeger, weer twee rich
tingen in de liberale gelederen?
Men zou zich een .gematigd pro
gressieve vleugel kunnen denken,
die de liberale kiezers wil optrek
ken naar nieuwe maatschappelijke
verhoudingen en die dus zou blij
ven passen in de huidige brede-
basis-politiek en die in een man
als Stikker haar leider ziet. En
daarnaast zou dan de conserva
tieve vleugel staan onder leiding
van Mr. Oud, (eens zelfs lid van
de P.v.d.A.!) speculerend op het
verzet van de belastingbetalers en
innerlijk niet bereid om nieuwe
maatschappelijke verhoudingen te
aanvaarden. ïn de wijze waarop
het bedrijfsleven zich bereid zal
tonen om aan de uitvoering van
de wet op de P.B.O. en de Onder
nemingsraden mee te werken, zal
een aanwijzing kunnen liggen om
trent de werkelijke gesteldheid in
het liberale kamp. Voorlopig blijft
het zo, dat het artikel van de
ondervoozirtter van de V.V.D.
zeer zeker de argwaan niet heeft
kunnen wegnemen, die door de
motie-Oud werd opgeroepen.
Dinsdagmiddag werd mej. M„
toen zij voor de Reclassering op
de Stationsweg te Ede collecteer
de, aangesproken door een onbe
kende man, die voorgaf contro
leur te zijn en speciaal opdracht
had de collectebussen op vals
geld te onderzoeken. Hij nam
collectebus en intekenlijsten in
beslag en nodigde de collectante
uit in zijn auto mede te gaan
naar het gemeentehuis, hetgeen
door mej. M. werd geweigerd.
De onbekende schreef daarop
een ontvangstbewijs en vertrok
met zijn auto, die aan de kant van
de weg geparkeerd stond. De col
lectante was zo handig om op het
recu het nummer van de wagen te
noteren, waarna zij zich naar de
secretaresse van het comité begaf,
die de collecte organiseerde. Daar
verscheen even later ook de onbe
kende „controleur" die meedeelde,
dat alles in orde was bevonden. Hij
stelde de thans verzegelde bus en
de bijbehorende bescheiden ter
hand. Geimponeerd door dit ver
trouwen wekkend optreden depo
neerde de collectante het ontvang
bewijs met het daarop aangeteken
de autonummer in de prullemand.
Toen de secretaresse van het co
mité de volgende morgen de in
houd van de bus met de lijsten ver
geleek, bleek een bedrag van ruim
f 60,te ontbreken. Onmiddellijk
werd de politie gewaarschuwd. Het
briefje met het autonummer werd
opgevist en aan de hand daarvan
kon nagegaan worden aan wie het
desbetreffende autonummer was
afgegeven. De onbekende contro
leur en zijn handlanger, die de
auto bestuurde, werden te 's-Gra-
venhage gearresteerd. Zij hebben
reeds een bekentenis afgelegd. Het
zijn de 24-jarige A. R. H., zonder
beroep, die er van wordt verdacht
de collectante de bus te hebben
ontfutseld en de 43-jarige chauf
feur-monteur K. A. S„ die ervan
verdacht wordt handlangersdiensten
te hebben verricht.
Hogere ziekenfondspremie
vrijwillig verzekerden?
De minister van Sociale Zaken
heeft aan de Ziekenfondsraad mede
gedeeld, dat hij geen bezwaar heeft
tegen verhaging van de zieken
fondspremie voor vrijwillig ver
zekerden van 63 op 80 cent per
week, ingaande 1 Juli a.s.
OOSTPRIESTERHULP
Hef werk wordf zonder
onderbreking voortgezet
Nu de Caritas-Missie haar ar
beid beëindigd ziet, zou het mis
verstand kunnen rijzen, dat ook
de actie Oostpriesterhulp, die tot
nu toe met de Caritas-Missie
heeft samengewerkt, niet meer
zou worden voortgezet. Het is
echter de wens van het hoogste
kerkelijk gezag, dat deze hulp
actie, welke in het bijzonder
door pater Werenfried van
Straaten O.Praem. ten gunste
van de verjaagde Oostpriesters
en hun nooddruftige kudde
wordt gepropageerd, zonder on
derbreking wordt voortgezet.
De actie Oostpriesterhulp
heeft een nieuw steunpunt ge
vonden in het R.K. Huisvestings
Comité te 's-Hertogenbosch, dat
zich sinds 1914 de leniging van
binnen- en buitenlandse noden
ten doel stelt, en dat voor wat
deze actie betreft ten nauwste
samenwerkt met de Bisschoppe
lijke Hulpactie van het bisdom
Haarlem, Laan Copes van Cat-
tenburch 127, Den Haag.
Alle correspondentie, giften in
geld en gaven in natura (kle
ding, schoenen, lang houdbare
levensmiddelen) dienen voortaan
te worden gezonden aan het
Huisvestings Comité, Hekellaan
6. Den Bosch, giro nr. 34348 met
de nadrukkelijke vermelding
Oosipricsferhulp.