Journalistiek in Verenigde Staten op de bres voor vrije pers Verwarring en misverstand niet steeds te voorkomen Opgravingen onder het Sint Pietersplein Een geschiedenis van duizenden jaren Johann Joseph von Görres Duur betaalde diensten aan Amerika Verre Oosten conferentie Rusland stopt tarweleverinq Stikker ontving of. v. d. Brink 2 strijd tussen .N. en G.E.B/s Monsterzege an R.K.V.V.S, Verkeerd geciteerd Tegen Pasen officiële publicatie van de H. Vader te verwachten Het Babel-Bijbel-vraagstuk Canada steunt Europa's defensie Opnieuw: bloed, zwept en tranen M 4 de s"Per,e"r®M TANDCREAM werd voor 775 jaar geboren Strijder voor recht, waarheid en eer De „Rode Sterover het Vaticaan: „Misdadige activiteit van Kardinalen en Nonnen Naar wij vernemen: •ERSVERWACHTING deeld door het K,N.M.I, te !t, geldig van Maandag tot Dinsdagavond. ■JIG VERANDERING IN TEMPERATUUR wegend droog en zwaar t met enkele plaatselijke ngen en hier en daar mist. wind, hoofdzakelijk tus- >rd en Noord-Oost. Weinig ering in temperatuur. tAVENHAGE, 29 Januari, rgen om half tien heeft r Stikker de minister van lische Zaken, prof. J. R. 1. Brink, ontvangen in zijn coning Plein 1813. n tien uur vertrok mr. naar het Departement ïstitie, waar hij deelnam Ministerraad, die tot half irde. MINISTER BENOEMT EEN COMMISSIE Minister van Economische heeft goedgevonden een ;sie in te stellen welke tot eeft na te gaan of, gezien i oogpunt zowel van doel- electriciteitsvoorziening n de daarbij betrokken •sbelangen, levering van che enerige door het pro- edrjjf rechtstreeks aan de ikers, dan wel door middel 'emeentelijke" distributie- en de voorkeur verdient, ize commissie zijn benoemd en voorzitter dr. ir. W. oud-president-directeur e Ned. Spoorwegen, tot ris drs. P. langen, accoun- i de Centrale Accountants van het Ministerie van iën. Tot leden mr. A. J. M. rg, wethouder van Alk- A. B. J. Prakken, lid van iteerde Staten van Noord- i; ing. H. H.- Ehrenburg, ur der N.V. Electriciteits- IJselcentrale en der N.V. Centraal Station voor che stroomlevering (TCS) idatie; mr. J. A. G. M. van Jerg Hubar, burgemeester ilversum; ing. C. Noome, ur van de N.V. Handels- tschap v.h. Maintz Co. sterdam en voorzitter van reniging van Directeuren Electriciteitsbedrijven in ind (V.D.E.N.). (ommissie zal na beëindi- an haar onderzoek aan de r van Economische Zaken uitbrengen. ïdvogels won de toss en met de zwakke wind in R.K. V.V.S. -miste dadeï kele goede kansen, waarh een penalty. Na ongeveer lf uur spelen schoot v. d. op Knijn's hoofd en de was 1Kort voor rust v. d. Broek er 20 van. e rust scheen Strandvogels ieeld en behoudens enkele ;n van S. w;as R.K. V.V.S. in de aanval. Succes kon tblijven en de stand werd atig opgevoerd tot 120. ;per van S. ging bij deze net steeds vrijuit, iren a behielden het on- in record door met 52 e naaste concurrent R.K. a te winnen. Ruststand er 2—2. liranten a wonnen uit met /an SEW a. De overige ijden werden afgelast. olg uitslag Adspiranten) sia f—HOSV b l b Opperdoes a 1—1 9—0 RK AFC f RK AFC g 2—2 0—9 'C h RK AFC j c RK AFC i Kgels Ac HSV e 2—0 2—7 6—1 3. b Con Zelo b 10—0 vogels b VVW b 3od b Woudia a 1—1 2—2 VVW c 5—1 rob - DWB b 5—1 c Forward e rdf— SEW d nen c George d 2—2 3—5 1—3 {DAGMIDDAG COMPETI TIE K.N.V.B. ïeervogels Huizen 22 a Spakenburg 03 len Kennemerland. 05 (gels SSVU 5—1 meeuwenKromhout 31 - SVJ - OSO uzen PVWA 1 Gouwz B. 1 4—0 2—5 3—0 4—1 1—5 1 HCSC2 4 HCSC 3 0—2 a 3 HCSV 3 4—0 t 3 J. Holland 4 36 serve elftallen K.N.V.B. 2 B V. 2 Volendam 3 02 t 4 Helder 2 10—2 3 Watersgr.meer 2 03 DWS 3 2—5 HFC 2 2—3 t 3 Volendam 2 22 EDO 2 1—4 -gia 3 ZFC 4 0—3 n. 2 Alkm. B. 2 43 KFC 4 1—1 WFC 3 5—1 Vole wijckers 3 15 I Holla ndia 2 42 i DWV 4 0—6 Spartaan 3 2 4 AFC 4 4—2 1 Zeebureia 4 4—4 or 3 TOG 2 1—3 MAANDAG 29 JANUARI 1951 PAGINA 3 (Van onze correspondent) NEW YORK, Januari. De Amerikaanse pers heeft de afge lopen week het een en ander moeten slikken. Ten dele terecht, ten dele ten onrechte. Maar een reeks gebeurtenissen, die rechtstreeks geen enkel verband met elkaar hebben, doch zich *o dicht op elkaar voordeden, hebben een aanzienlijk debat ontketend in de perswereld zelf, dat niet van belang ontbloot h. Allereerst de voornaamste gebeurtenissen. heeft ervaren, en de uitwerking van zo'n verslag op het binnen land kan averechts zijn; het kan snippertjes van militaire infor matie bevatten, die precies pas sen in de legpuzzle, waarmee de counter-intelligence zich bezig houdt. En in het derde geval was de Senator er aanvankelijk glad naast, al zal men zijn woede kunnen indenken toen hij de in houd van een geheim rapport, dat in een brandkast had moeten lig gen, in de krant zag staan. Al deze gevallen hebben deze grootste gemene deler: de positie van de verslaggever, de corres pondent, de hoofdredacteur en allen, die tussenschakels innemen in de keten der dagelijkse be richtgeving. Het gros der Amerikaanse pers mensen is zich van zijn verant- 1. President Truman verweet op minzame maar daarom niet minder scherpe wijze, dat de journalisten, die zijn wekelijkse persconferentie bijwonen, hem verkeerd hadden geciteerd en zijn bedoelingen onjuist hadden weer gegeven. 2. Generaal McArthur ver weerde zich in een document (lij viger dan men van een vecht generaal verwacht) tegen be schuldigingen dat hij het uitoefe nen van censuur op persberich ten had bevolen. 3. Senator Kefauver gelastte aanvankelijk aan een dagblad in Indianapolis, doch veranderde deze instructie later in een „vriendelijk verzoek" om de pu blicatie te staken van een geheim stuk, dat niet had mogen worden onthuld. 4. Te Lake Success begon een O.V.N. commissie een nieuwe, vruchteloze ronde om een pact tot stand te brengen ten aanzien van de vrijheid van berichtge ving. Het was duidelijk, dat over eenstemming tussen de democra tische en totalitaire mogendheden op dit stuk verder verwijderd was dan ooit. Persmensen zijn uiteraard niet minder gevoelig voor critiek (die zij zelf zo veelvuldig uitdelen) dan financiers, diplomaten of be roepsvoetballers. Critiek op de pers in Amerika of elders is uiteraard steeds gerechtvaar digd, indien zij op redelijke gron den berust. De pers is niet feil loos de politieke kleur van de bladen veroorzaakt wel eens een andere interpretatie van een uit spraak, dan de spreker had be- doe'd; zoveel handen komen aan een betrekkelijk simpel verslag te nas dat fouten niet zijn uit gesloten. En wij spreken daarbij niet eens van kwade trouw van de zijde der bladen. Verwarring. Wat de bovenstaande gevallen betreft: President Truman had, ten dele, gelijk, maar hij was ten dele ook zelf verantwoordelijk voor de verwarring die was ont staan. De President doelde in zijn perscoferentie op de berichtgeving omtrent zijn antwoord op een vraag thans reeds twee maan den geleden of Amerika zou overwegen de atoombom tegen communistisch China te gebrui ken. Het antwoord van de Presi dent „wij overwegen het gebruik van alle wapens te alle tijde", was de aanleiding voor Attlee's haastige reis naar Washington. Naar ons persoonlijk oordeel was deze uitlating van de president een afdoenertje. Hij had duide lijker kunnen zijn door te ver klaren „geen commentaar". Maar wij zagen in zijn antwoord geen symptoom van enige nieuwe ge dachtegang. Andere journalisten, die het beri ht eveneens ontvingen over een teleprinter nieuwsmensen zowel in de V.S. als in Engeland gaven aan de woorden van de President een andere interpre tatie. Daardoor werd de opwin ding veroorzaakt, waardoor de telefoonkabel tussen het Witte Huis en Whitehall tenslotte rood gloeiend stond. In het tweede geval, dat van McArthur, moet men spreken van begripsverwarring. Militaire cen suur is om twee redenen onver mijdelijk, hoe onaangenaam zij ook moge zijn: geen correspon dent (maar vaak ook: geen cen sor! kan de portee van een be richt van het slagveld geheel be vatten. Het moge het emotionele relaas zijn van een correspon dent, diep geroerd door wat hij PLANNEN VOLOP De Canadese Minister van Buitenlandse Zaken, Pearson, heeft in de politieke commissie der V.N. verklaard, dat zijn land een veroordeling van communis tisch China en overweging van eventuele sancties zou /tcuncn. Hij opperde tevens een plan van zes punten voor het houden van een conferentie over vraagstuk ken van het Verre Oosten. Van gezaghebbende zijde werd te kennen gegeven, dat het hier geen formeel voorstel van Cana da, doch slechts een „suggestie" betreft. AAN TSJECHO-SLOWAKIJE De Sowjet-Unie heeft de tarwe- levering aan Tsjecho-Slowakije stop gezet, aldus een bericht, dat door de „Voice of America" (de Amerikaanse radio voor uitzen dingen naar het buitenland) is uitgezonden. Volgens dit bericht zou de verhoging van de brood prijzen in Tsjecho-Slowakije, waarvan onlangs melding werd gemaakt, het gevolg zijn geweest van de nieuwe "Russische maat regel. De tarweleveranties zou den zijn stopgezet, omdat Tsje cho-Slowakije in 1950 niet alle goederen had geleverd, waartoe het zich bij verdrag met Rusland had verplicht. woordelijkheid terdege bewust. Maar menig hunner voelt, dat de positie van de persman en in het bijzonder de man die het nieuws gaart en buiten de redac- tiebureaux zijn werk verricht, groter behoefte heeft aan bescher ming. Hoe vaak is het niet voor gekomen, dat een antoriteit die zich in het openbaar op onfor tuinlijke wijze had uitgelaten, een correct verslag als „leugens" be tichtte en daarmee zijn prestige kon redden? In het huidige tijdsgewricht, waarin een zeer groot deel van de moderne diplomatie zich door middel van de pers afspeelt, heeft menig Amerikaans verslag gever te kampen met een reeks omstandigheden, die zich onder ling uiterst moeilijk verdragen. Zijn hoofdredacteur, wiens taak in de eerste plaats is om de cou rant zó aantrokkelijk te maken, dat zij gekocht wordt door een maximaal aantal lezers, heeft hem opdracht gegeven zijn col lega's van concurrerende bladen vóór te zijn. Zijn initiatief leidt tot een verklaring van een voor aanstaand politicus, die naar later blijkt zijn mond voorbij heeft gesproken. De correspon dent moet deze „relatie" sauveren en de verantwoordelijkheid op eigen nek laden. Proefballonnetjes. Maar vaak ook wordt hij ge presenteerd met een belangrijk bericht: een bepaalde instantie wil een proefballonnetje oplaten omtrent een bepaald plan en het van de reactie van het publiek laten afhangen of hij er al dan niet mee door zal gaan. Van deze laatste overwegingen gewaagt de instantie doorgaans niet wanneer hij de pers in het vertrouwen neemt. De verslaggever „ver neemt" en zodra zich een ongun stige reactie op het bericht heeft voorgedaan, melden officiële in stanties dat „naar aanleiding van een publicatie" verklaard kan worden, dat men „geenszins het voornemen heeft om tot zodanige stappen over te gaan". Persconferenties, waarin ruim honderd journalisten reeksen vra gen van vitaal belang afvuren op hooggeplaatste regeringspersonen kunnen aanleiding geven tot on volledigheid, vergissingen, ver warringen. Het schijnt ondoenlijk om onder dergelijke omstandigheden een reeks beschermende maatregelen te treffen, waaronder de bonafide journalist kan komen schuilen wanneer de barometer ergens op storm staa*. In ieder nieuw geva!, waarin -"en journalist in de knel is geraakt tussen een dementi van de regering cn een „eis tot opheldering" van het Congres moet de betrokkene de bui maar over zijn hoofd laten gaan en zich beseffen, dat na regen zonneschijn komt. Een moeilijker situatie doet zich voor, als in het geval waav- c-p Senator Kefauver doe'ae, waarbij klaarblijkelijk van offi ciële zijde een oepaald rapport uit een geheime kluis wordt ge haald en ter publicatie wiidt aangeboden. Wanneer de betrok ken journalist er geen gebruik van maakt, dan zal een concur rerend blad de gelegenheid niet voorbij laten gaan! Ge ziet dus, de pers heeft haar probleem. Persvrijheid en parti culier initiatief vereisen vaak omzichtigheid en voorzichtigheid. Maar geen Amerikaans journalist zou zich van deze risico's willen ontdoen en er voor in de plaats de overigens zeer betrekke lijke bescherming genieten, die zijn collega's der totalitaire staten kennen. (Van onze Romeinse correspondent) ROME, 22 Januari 1951 In de loop van dit jaar zullen de Vati- kaanse archeologen hun opgravingen, in 1940 onder de basiliek van de St. Pieter begonnen cn met het gewenste resultaat van de vondst van het graf van de H. Petrus bekroond, onder het St. Pietersplein voortzetten. Met de konde door de Paus in Zijn laatste Kerstbood schap gedaan, dat de opgravingen in de grotten van het Vatikaan de bewijzen hebben geleverd, volgens welke het onomstotelijk vast staat, dat de eerste Bisschop van Rome zijn laatste rustplaats onder het hoofdaltaar van de grootste basiliek van de wereld gevonden heeft, heeft de H. Vader een eeuwenoude waarheid slechts op nieuw bevestigd. In Mesopotfiamië, de landen aan Euphraat en Tigris, hebben verscheidene duizenden Jaren vóór Christus volkeren geleefd met eigen hoogstaande beschaving, met eigen kunst, eigen profane en retigieuse geschiedenis, eigen wetboeken. Sinds de 19e eeuw er opgravingen en ontdekkingen deed en men het spijkerschrift van de gevonden documenten leerde ontcijferen en dateren, is men geleidelijk tot dit hoogst merkwaardig geschiedkundig besluit gekomen. Contacten Met deze volkeren van Assyrië en Babylonië heeft Abraham, de voorvader van het Hebreeuwse volk, wiens familie afkomstig was uit beneden-Mesopotamië, en later na hem zijn sterk uitge groeide nakomelingschap in de loop der tijden vaak politiek, in tellectueel moreel en godsdien stig contact gehad. In Bijbel en documenten van Mesopotamië komen, zoals gebleken is. meer dere parallel lopende tradities, verhalen, praktijken en opvattin gen voor. Zo ontstond van zelf de vraag, of en in welke mate er afhankelijkheid van de gewijde schrijvers ten opzichte van deze andere Babylonische bronnen be staat, en in hoeverre er van zelf standigheid en oorspronkelijk heid bij de Bijbelse auteurs ge sproken kan worden. Gelovigen en niet-gelovigen gingen aanvankelijk bij hun ant woord in twee uiterste richtin gen uiteen, maar volgens de te genwoordige stand van het Ba- bel-Bijbelprobleem wordt door iedereen die naar een objectieve, synthetische oplossing van dit vraagstuk wil komen na nauw keurige studie van al de afzon derlijke parallellen eerlijk toege geven dat. wat bijzonder de gods dienstige leerpunten, voorschrif ten en instellingen zowel van het Oude als van het Nieuwe Testa ment betreft, de oorspronkelijk heid van de Bijbel onbetwistbaar is. Mesopotamische beïnvloeding is slechts accidenteel en betreft enkel punten van ondergeschikt belang. De bijbelse godsdienst is geen overname en aanpassing van Mesopotamische religieuze verschijnselen: deze stelling wordt thans algemeen als histo- risch-juist erkend. Het hoofdstuk „Babel en Bij bel" is echter lang niet het meest onbewogene in de wetenschappe lijke oudheidkunde omtrent deze landen in het Voor-Aziatische Twee-stromen-gebied. Vooral in zijn Duitse lezing „Babel und Bi- bel" getuigt het van de anti- Joodse strevingen die zich reeds in het begin van deze eeuw tot in de onmiddellijke omgeving van de toenmalige Keizer Wil helm II openbaarden. De balling van Doorn heeft zich tot in zijn laatste jaren bezig gehouden met de Mesopotamische opvattingen omtrent het koningschap die hij gaarne met de aspiraties van het huis Hohenzollern confronteerde. Aan Babylons stromen Israël en Babvlon zijn in vele opzichten aan elkander verwant geweest, méér en in veel grotere mate dan er verwantschap be staan heeft tussen Israël en Egypte. Maar van de andere kant heeft het Oude Testament zijn geheel eigen aard, kleur én waarde. Men is thans tot de we tenschappelijke verworvenheid gekomen dat het niet aangaat met het Duitse anti-semitisme de eerste fase van de goddelijke Openbaring, die samenvalt met de geschiedenis van het uitverko ren volk tot aan zijn verwerping, te miskennen. Is de betekenis van het Oude Testament als het onaantastbare en onveranderlijke Boek van Gods Woord aldus veilig gesteld, de waarde van de Assyriologie d.w.g. de wetenschap van taal, geschiedenis cultuur en gods dienst van Babyion, Assyrië en Sjoemerië en van de praé-historie van deze en omliggende gebieden rond Tigris en Euphraat behoudt er niet minder haar zelfstandig heid om. Aan de grote stromen van Voor-Azië zijn naast die van China, Indië én Noord-Afrika de eerste menselijke gemeenschap pen ontstaan. De geschiedenis van dit nabije Oosten gaat nog duizenden jaren verder dan die waar Abraham op de eerste blad zijden van het Oude Testament naar voren treedt. Wie tegen woordig echter door Mesopota mië reist, kan slechts uit sombere ruïnes opmaken dat hij op de bodem van een zeer oude hoge beschaving staat. Waar eens gi gantische bouwwerken zich ten hemel verhieven en bloeiende rijken uit de welstand van ar beidzame volkeren ontstonden en in feestelijke vreugde hun pracht ontplooiden, ligt nu een triestig- vereenzaamd land waarop arme lijke steppebewoners een kom mervol bestaan leiden. Het land van de dolle levensvreugde is een woestenij van zwijgen en dood geworden. De vloek van de Pro feet Isaïas drukt op deze onge lukkige streken en weerklinkt in de bouwvallen van Assur en Ni- nive. Grijze tijden Het Twee-stromen-land is niet langer gezegend meer. Mc. het behoudt als geen ander een aan trekkelijkheid, die in klimmende mate tóehoorders doet stromen naar voordrachten welke over zijn cultuurgeschiedenis worden gehouden. Een groot aantal men sen heeft zich in het Genootschap „Ex Oriënte Lux" (Licht uit het Oosten) verzameld rondom de geschiedenis van het Nabije Oos ten. In onze steden, ook b.v. te Alkmaar. Leeuwarden en Gro ningen, worden geregeld stulie- bij eenkomsten en cursussen op dit gebied gehouden. Uit een dergelijke reeks voor drachten aan de Volksuniversiteit te Amsterdam is het boek van Prof. Dr. M. A. Beek ontstaan getiteld: „Aan Babylons stromen. Hoofdmomenten uit de cultuur geschiedenis van Mesopotamië in het Oud-Testamentische tijdvak" dat met meer dan vijftig fotogra fische afbeeldingen thans ver schenen is bij de Uitgeversmaat- Het Canadese kabinet zal met generaal Eisenhower een plan tot versterking van Europa's defen sie bespreken, zo wordt van wel ingelichte zijde vernomen. Met het plan zal naar verwachting meer dan een half milliard dollar in de komende 12 tot 15 maanden gemoeid zijn. Het omvat het zen den van wapens naar Europa, het stationneren van Canadees land en luchtmachtpersoneel in Europa en de opleiding van Europese officieren in Canada, aldus ge noemde. Verwacht wordt, dat Canada in het voorjaar een bri gade van 5.000 man naar Europa zal sturen. VOOR ENGELAND De Britse Eerste Minister Cle ment Attlee heeft Vrijdag in een redevoering in het Londense district Forest Hill het Britse volk gewaarschuwd, dat het her bewapeningsprogram, dat de re gering de volgende week bekend zal maken, niet gemakkelijk uit te voeren zal zijn. Het zou niet alleen offers en inspanning ver gen van het land als geheel, maar ook van een ieder. Voor zover de regering dat zou kunnen, zou zij de lasten billijk verdelen. „Kosmos" te Amster- schappij dam. Zich verdiepen in grijze tijden die soms zelfs verder vóór het begin van onze jaartelling liggen dan wij er nu na leven, betekent niet enkel in het verleden uitrus. ten van de gevoelsbewogenheden die onze eigen onrustige tijd mei zich meebrengt, maar vooral het inzicht verwerven dat er niets nieuws is onder de zon. De vraag stukken waar wij mee worstelen, waren reeds die van een der oudste beschavingen die wii ken nen. Geschiedenis is waarlijk de leermeesteres van het leven, vooral wanneer zij verhaald wordt zo levend en boeiend als de talentvolle schrijver prof. Beek dit doet. Hij vertelt over de opkomst van deze oude Babylo nische beschaving, de bloei en ondergang van de grote stad Mari omstreeks 1700 vóór Christus over geleide economie uit het jaar 1950 vóór het begin van onze jaartelling. Hij leidt ons rond in de bibliotheek van een Assyri- sche koning en door het grote Babyion dat Nebukadnezar heeft gebouwd. Wij zien het alles voor ogen. mede dank zij de vele toe passelijke illustraties. Het verle den herleeft door deze brillante beschrijving en wij begrijpen dat in Mesopotamië eenmaal waarlijk iets groots is geschied en dat hier gedolven kan worden naar de zeer verre oorsprong van de men. selijke beschaving. Maar vooral beseffen we dat deze geschiedenis van duizenden jaren vóór Christus, hoe alleszins merkwaardig ook, voor goed voorbiï is gegaan en onherroepe lijk verleden is geworden. Alleen waarlijk levend bleef het Boek en het Woord dat met Joden en Christenen mee zwierf tot heden toe en dat troost en vermaant, zoals geen Babylonische tekst op één kleitablet kan troosten of vermanen. H. J. Belagers van het Pausdom dach ten door de ontkenning van de dood en de begrafenis van Petrus in Rome de Stoel van Petrus aan het wanke len te brengen. Voor deze vermeend geleerden was de geschiedkundig vaststaande getuigenis van de Ro meinse priester Caius, die slechts 13o jaar na de kruisiging van de eerste Paus het graf van deze in Va tikaan en dat van Paulus in de Via Ostiense zijn vriend Proclus aan wijst, niet meer dan een vrome legende. Voor hem is het „Liber Pontificalis", de oudste verzameling van de levensbeschrijving van de eerste Pausen, waarin vermeld staat dat de tweede opvolger van Petrus. Paus Anacletus, in het jaar 76 op het graf van Petrus reeds 'n monument bouwde, natuurlijk te veel rooms gekleurd. De beschrijving van het getob van keizer Constantijn, die bij de uitvoe ring van zijn plan in het jaar 250 om een baseliek op dit graf te bouwen voor de technische moeilijkheid stond zijn kerk halverwege de Vati- kaanse heuvel te moeten optrekken, vonden zij wel interessant, maar niet steekhoudend. Constantijn zag zich verplicht een plateau te ma ken op de helft tussen de voet en de kruin van de heuvel. Zijn architec ten bouwden daartoe drie mu ren op gelijke afstand van el kander zeven meter ongeveer op de begane grond van de helling en vulden de ruimten tussen deze muren met 40.000 kubieke meters aangebrachte aarde. Door de op gravingen van de laatste jaren kun nen deze twijfelaars nu de muren, elk elf meter hoog en twee meter dik, bezichtigen. De geschiedverkrachters, die met het wegvagen van de gedachtenis van Petrus te Rome ook het Pri maat van de Paus van Rome omver trachtten te stoten, hielden het lie ver met de donkere middeleeuwen, waarin legenden en bijgeloof zozeer de breinen beneveld hadden, dat het kijken naar het graf van Petrus een dusdanige heiligschennis werd be schouwd, dat het geacht werd door de Hemel door een plotselinge dood bestraft te zullen worden. Pius XII heeft in Zijn laatste Kerstboodschap een officiële publi catie beloofd, waarin de bewijzen die tot de conclusie van de zekere vondst van het graf van Petrus ge leid hebben vermeld zullen worden Deze publicatie ligt op de geheime afdeling van de Vatikaanse Drukke rij persklaar cn naar men ons dezer dagen vertrouwelijk heeft medege deeld. zal zij waarschijnlijk tegen 't a.s. Paasfeest verschijnen. Enige van deze bewijzen zijn reeds bekend. Bij de opgravingen is op de plaats, waar het graf van Petrus vermoed werd, een altaar in barok stijl gevonden. Nadat dit van zijn barokversierselen ontdaan was hield men een zeer eenvoudig, laag altaar over, waarvan de stijl en vorm over eenkomen met die van altaren, die in de' eerste christeneeuwen in ge bruik waren. Bij deze ontmanteling vond men daarenboven achter het altaar de muur bekleed met marme ren platen, waarvan hst soort mar mer terstond herkend werd afkom stig te zi.in van de uitwendige mar meren bekleding van de „Domus regalis", het koninklijk verblijf, het grafmonument, dat keizer Constan tijn boven het graf van Petrus ge bouwd heeft. Bij het nazeven van de aarde, bij het blootleggen van dit altaar weg- gegraven, heeft men enige honder den muntstukken gevonden, zonder twijfel door de pelgrims bij hun be zoek aan het graf van de Prins van de Apostelen aldaar geofferd. De meeste van 4eze muntfn dateren uit de middeleeuwen en zijn daar op het graf van Petrus geofferd door Italianen, Hongaren. Fransen Belgen Duitsers. 'Zweden, Noren en ook Nederlanders. Maar van vele munten loopt het jaargetal verscheidene eeuwen terug, zelfs tot de tijden van verschillende Romeinse keizers. En is de vondst van de drie dikke elf meter hoge muren van Constan tijn op zichzelf al niet reeds een be wijs, dat Petrus' graf zich in de Vatikaanse heuvel bevindt? De vermeende wijzen uit het Wes ten werpen echter tegen de aankon diging van de Kerstboodschap van Pius XII nog een twijfel op. Volgens de geschiedkundige documenten is Petrus gekruisigd in het circus van Nero. een amphitheater, door deze christenvervolger eveneens op de Vatikaanse heuvel gebouwd, maar waarvan bij de laatste opgravingen slechts de naam op een van de grafzerken van de heidense be graafplaats waarop het graf van Petrus zich bevindt, gevonden is- Deze vondst is voor de Vatikaanse archeologen de aanleiding geweest om op het St. Pietersplein enige- putten te graven tot het instellen van een voorlopig onderzoek in de aardbodem onder dit plein. Dit on derzoek heeft het vermoeden reeds bevestigd, dat de overblijfselen van dit circus zich onder het St. Pieters plein moeten bevinden. In verband met het Heilig Jaar was het niet raadzaam op dit plein graafwerken uit te voeren en deze 'zijn dan ook tot dit jaar uitgesteld. Zo zal met 't blootleggen van de overblijfselen van dit circus de laatste twijfel van de betweters aangaande de histori citeit van de marteldood en het graf van Petrus in het Vaticaan als rook in de wind verdwijnen. (Advertentie) Ta<fe Uitfluitend verkrijgbaar bij epothekeri, drogisten en de specieelbrenche^ 381 KOBLENZ, (KNP) Donder dag 25 Januari herdachten de Duitse katholieken de 175ste ge boortedag van de grote Duitse geleerde, ger van publicist en grondleg- de moderne politieke journalistiek Johann Joseph von Görres. Ter gelegenheid hiervan zullen tijdiens het komende weck end in de geboortestad van von Görres, Koblenz, enige plechtig heden gehouden worden. Als geleerde, politicus en schrij ver wijdde Joseph v. Görres zijn leven aan de strijd voor waar heid, recht en eer Hartstochtelijk trok hij te velde tegen iedere on- christejjjke politiek en tegen het liberalisme en werd de voor vechter van alle grote staats- en kerkelijke belangen van 't Duit se volk. Tijdens zijn hoogleraar schap te Heidelberg verzamelde hij mannen rond zich als Arnim, 9 HELSINKI (K.N.P.)Eerst- nu is de letterlijke tekst van een artikel in ,,De Rode Ster", officieel orgaan van het rode leger in Moskou, volledig bekend geworden. Het handelt over het H. Jaar, dat door het Vaticaan zou zijn misbruikt om uit landen Katholieken in het Vaticaan samen te brengen voor geheime instructies. Het stuk is zo belachelijk, dat het een van de beste voorbeelden is om aan te tonen, hoe men in de communistische heilstaat om de tuin wordt geleid. „De Amerikaanse imperialis ten", aldus de „Rode Ster", „be schouwen het Vaticaan als hun natuurlijke bondgenoot. Er is een leger van priesters en monniken in de Katholieke Kerk, die als helpers en spionnen ter beschik king staan van de overzeese oor logsophitsers. Dit spionnage- apparaat van het Vaticaan is vooral gericht tegen de volks democratieën, die door hun poli tiek en economisch beleid probe ren het Amerikaanse imperialis me te ondermijnen. De demago gische activiteit van het Vaticaan beperkt zich niet tot de landen van Midden- en Oost-Europa. De vrijheidsbewegingen in het Verre Oosten en in Zuid-Oost Azië ver wekten onrust in het Vaticaan, dat onmiddellijk maatregelen nam om zijn spionnagenet in die landen te versterken". „In October 1950 werd te Rome een vergadering belegd van ver tegenwoordigers van het Vati caan in Korea, China, Indochina en Indonesië, waarop werd beslo ten het sponnagenet te versterken door pelgrims uit die landen aan te trekken. (Waarschijnlijk wordt hier gedoeld op het missiecongres, dat te Rome werd gehouden, of misschien ook op de bijeenkomst van bisschoppen uit alle landen der wereld bij gelegenheid van de dogmaverklaring van Maria's Tenhehnelopneming. Red.). „De pelgrims, die om het H. Jaar te vieren in Rome kwamen, werden volgens het Franse blad „Action" bewerkt en onder druk gezet, totdat zij er in toestemden met de spionnagedienst van het Vaticaan samen te werken. De feiten bewijzen, dat deze spion nagedienst, die eerder in dienst van de Nazi's stond, nu niets anders is dan een filiaal van de Amerikaanse Geheime Dienst. De Tsjechosiowaaksc pers meldt, dat de Verenigde Staten van Ameri ka aan het Vaticaan voor onder houd van deze dienst in Oost- Europa alleen 5 millioen dollar betalen. Kardinalen laten zich hiervoor gebruiken, zoals duide lijk blijkt uit het geval Mind- szenty, die de Amerikaanse Ge heime Dienst geregeld op de hoogte hield van zijn ondergrond se activiteit in de Hongaarse Volksrepubliek". „De nauwe samenwerking van Pauselijke en Amerikaanse spion nen wórdt ook nog bevestigd door de activiteit van de zogenaamde Katholieke Missie in Wenen. Aan het hoofd daarvan staat de Ame rikaan Jugas. De nonnen, die aan deze missie meewerken, hebben een centrum voor spionnen en misdadigers gesticht, die geregeld de Russische bezettingszone bin nendringen. Verder verlenen de zusters nog onderdak aan groe pen spionnen, die uit de volks- democratische landen komen. De veiligheidsdienst van de volksde- mocratische landen demaskeert geregeld bandieten en illegalen, die een toog of een habijt dra gen". Tot zover de „Rode Ster". On geveer eensluidende artikelen kan men lezen in de bulletins van het persbureau Nieuw-China, al leen met dit verschil, dat daar meer de aandacht wordt geves tigd op de spionnage-activiteit van de missionarissen in China en Korea. Er spreekt uit dit alles een communistische jalouzie. De com munisten benijden de wereld omvattende bedrijvigheid der Kerk. Verder is het in hun den ken onmogelijk, dat een derge lijk apparaat niet wordt gebruikt voor wat zij er mee zouden doen. Ook deze jalouzie hebben zij van de nazi's geërfd; in „Mein Kampf' heeft Hitier uitdrukkelijk ver klaard, dat hij een apparaat wilde hebben om het „Deutsehtum" te verbreiden zoals de Kerk dat heeft om het geloof, de „Blijde Boodschap" te verbreiden. Vice-admiraal van Holf-he voorzitter Chefs van Staven Comité De vice-admiraal jhr. E. J. van Holthe chef-marine staf is benoemd tot voorzitter van het chefs-van-staven-comité in de plaats van de afgetreden generaal Kruis. Brentano en Eichendorff. Door zijn „Deutsche Volksbücher" ver wierf hij zich .grotere bekendheid. Na zijn terugkeer naar Koblenz, waar hij aan het gymnasium les gaf, werkte von Görres voorna melijk als politiek schrijver. In 1814 richtte hij de „Rheinische Merkur" op, wellicht het belang rijkste politieke blad in West- Duitsland van die dagen. Napo leon noemde het zelfs de „vijfde grootmacht", waartegen hij te strijden had. Steeds weer riep vori Görres in de „Rheinische Merkur" op tot strijd tegen Na poleon en stelde al zijn politieke activiteit ten dienste van de Duitse eenwording. Toen in 1816 zijn blad door de regering van Pruisen werd verboden, ontkwam hij aan een dreigende gevangen neming door naar Straatsburg te vluchten. Daar werd hij mede werker en redacteur van het blad „Katholiken" van Liebermann. In 1827 riep Koning Lodewijk I van Beieren hem naar de univer siteit van Muenchen, waar hij t<H aan zijn dood geschiedenis do ceerde. In Muenchen werd von Görres vooral door zijn strijdblad „Athanasius" (1837) de machtige voorvechter van het Duitse Ka tholicisme. Door middel van dit blad greep hij ook in in de z.g. kerkstrijd van Keulen, daar hij in de gevangenneming van de aartsbisschop von Droste-Vische- ring door de Pruisische regering een ernstige bedreiging zag voor de vrijheid van de kej'k. Tegelij kertijd zette Görres zijn kerkpo litieke activiteit voort in de door zijn zoon Guido gestichte „His torische Politische Blatter" Te Muenchen ontstond ook z'n vierdelig werk „Christliche My- stik". Von Görres stierf op 29 Januari 1848 te Muenchen, waar hij eveneens werd begraven. Het huidige Görresgesellschaft, de vereniging tot bevordering dei- wetenschap van de katholieken in Duitsland, werd is 1876 gesticht op de 100ste geboortedag van von Görres en viert dit jaar zijn 75-jarig bestaan. heeft de Haagse politie eindelijk de landwachter C. D. S. aange houden, die in de bezettingstijd onderduikers opspoorde cn arres teerde. Hij was na de bevrijding ondergedoken. is gisterochtend tc Werkendam brand uitgebroken in een gebouw waar een kerkdienst werd gehou den. De bezoekers verlieten zon der schade het gebouw, dat ge heel uitbrandde arriveerde Zaterdagmiddag met het motorschip „Oranje" o.m. Gc- ncraal-majoor Scheffelaar. Dc ge neraal roemde de goede verhou ding die er tussen onze militairen en de Indonesische bestaat. Hem gewerd op de kade de mededeling dat hij benoemd is tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau hebben de Nederlandse gemeen tesecretarissen 'Zich in een vcr- eniging georganiseerd gaat de Kath. Bond van Esperan tisten op 22 April te den Bosch zijn jaarvergadering houden....

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1951 | | pagina 3