Frankrijk vreest een herhaling
van de Duitse agressie
Wat het in Rusland betekent
„heropgevoed" te worden
Gezin en ontwikkeling
De nood der vluchtelingen
Nederland gereserveerd
tegenover plan-Pleven
RADIO
Een rapport uit Palestina
Terroristen vielen
Tasikraalaja aan
De rechtspraak in dienst
van de almachtige Staat
Uitermate wreed
Voorwaarden en hulpmiddelen
OP VREDEHOF
PAQJ^IA 4
WOENSDAG 21 FEBRUARI 1951
(Van onze Parijse correspondent)
Donderdag 15 Februari zijn in Parijs de deuren opengegaan
voor de conferentie betreffende het Franse plan om een gemeen
schappelijk Europees leger te vormen. De afgevaardigden van
België, Italië, Westelijk Duitsland, Luxemburg en Frankrijk nemen
als gewoon lid aan de bijeenkomst deeL De andere naties echter,
Engeland, Denemarken, Noorwegen, Portugal en Nederland vol
stonden voor deze gelegenheid nog met het zenden van waar
nemers, evenals Canada en Amerika, die als gasten-van-Europa
werden uitgenodigd. Wat ons land betreft: onze regering heeft
doen weten, dat haar afgezanten tot een meer positieve mede
werking zullen worden gerechtigd, indien de conferentie althans
een loop neemt, die volgens Den Haag bevredigend mocht zijn.
Zodoende neemt Nederland dus
een afwachtende, zelfs enigszins
gereserveerde houding aan. Vol
gens enkele beoordélaars zou daar
een doelbewuste tactiek achter
schuilen. Zij denken namelijk,
dat Nederland op die manier de
Franse autoriteiten poogt te no
pen ott grotere spoed en tot gro
tere concreetheid. In diezelfde
kringen verklaart men, dat onze
regering zich bij die tactiek onder
meer heeft laten leiden door de
ervaringen, opgedaan met de be
sprekingen over het zogenaamde
Schuman-plan. Ook toen name
lijk zou de Nederlandse delegatie
nogal eens met enig succes en
wel door het tonen van een iet
wat „uitdagend voorbehoud"
de Fransen hebben overgehaald
om duidelijk te zijn in plaats
van vaag. Hetgeen op internatio
nale conferenties natuurlijk in
derdaad gewenst schijnt!
Geen herhaling van 1914
en 1940.
Het Franse plan om een Euro
pees leger te vormen werd en
kele maanden geleden geopperd
PROGRAMMA
DONDERDAG 22 FEBR. 1951
HILVERSUM I. 402 m.: 7.00
AVRO, 7.50 VPRO, 8.00—
24.00 AVRO.
7.00 Nieuws; 7.15 Gramofoonmu-
ziek; 7.50 Dagopening; 8.00
Nieuws; 8.15 Gramofoonmuz.; 9.00
Morgenwijding; 9.15 Gramofoon-
mnziek; 9.30 Waterstanden; 9.35
Gramofoonmuziek: 10.30 De Ant
woordman; 10.45 Gramofoonmuz.
10.50 Voor de kinderen; 11.00 Or
gelconcert; 11.45 „Het woonhuis
in de oudheid", causerie; 12.00
Orgel en accordeon; 12.30 Land
en tuinb.mededelingen.; 12.33 In
't spionnetje; 12.38 Pianospel;
13.00 Nieuws; 13.15 Allerlei; 13.20
Instrumentaal kwintet; 13.50 U
kunt het geloven of niet; 13.55
Gramofoonmuziek; 14.00 Voor de
vrouw; 14.30 Altviool en piano;
15.00 Voor de zieken; 16.00 „As-
sortimento"; 17.00 Voor de jeugd;
17.50 Regeringsuitzending: jeugd
uitzending Regina Zwart: „De
brievenbus gaat open"; 18.15
Sportpraatje; 18.30 Walsmuziek;
18.55 Pianospel; 19.10 „Gesprek
met de brandweerman"; 19.20
Gramofoonmuziek; 19.50 „Voor
Burger en Militair"; 20.00 Nieuws
20.05 „De groeten van Nuchteren"
20.15 Avro-alleriei; 20.20 Phi.har-
monisch ork. en solist; 21.30 „Het
fregat „Het Geluk", hoorspel;
22.10 Dubbel vocaal kwartet;
22.30 Gramofoonmuziek; 23.00
Nieuws; 23.15 Sportactualiteiten;
23.3024.00 Gramofoonmuziek.
HILVERSUM II, 29 m., 7.00
KRO, 10.00 NCRV, 11.00 KRO
14.00—24.00 NCRV.
7.00 Nieuws; 7.15 Ochtendgymn.;
7.30 Gramofoonmuziek; 7.45 Mor-
febed en liturgische kalender;
.00 Nieuws en weerberichten;
8.15 Gramofoonmuziek; 9.00 Voor
de huisvrouw; 9.40 Schoolradio;
10.00 Gramofoonmuziek; 10.15
Morgendienst; 10.45 Gramofoon
muz.; 11.00 Voor de zieken; 11.45
Schoolradio; 12.00 Angelus; 12.03
Gramofoonmuziek; (12.3012.33
Land- en tuinbouwmededelingen)
12.55 Zonnewijzer; 13.00 Nieuws
en katholiek nieuws; 13.20 Lichte
muziek; 14.00 Gramofoonmuziek;
15.00 Voor de vrouw; 15.30 Fluit,
viola da gamba en clavecimbel;
16.00 Bijbellezing; 16.45 Gramo
foonmuziek; 17.00 Voor de jeugd;
17.30 Pianoduo; 17.50 Metropo.e-
orkest; 18.30 Land- en tuinbouw-
causerie; 18.45 Gramofoonmuziek;
19.00 Nieuws en weerberichten;
19.15 „Levensvragen van allerlei
aard en een pastoraal antwoord";
19.30 „In dienst van het vader-
land";19.40 Radiokrant; 20.00
Nieuws; 20.05 Gevarieerd pro
gramma: 22.10 Gramofoonmuziek
22.15 Buitenlands weekoverzicht;
22.35 Gramofoonmuziek; 23.00
Nieuws; 23.1524.00 Gramofoon
muziek.
BRUSSEL, 324 en 484 m.
324 m
11.45 Gramofoonmuziek; 12.15
Licht orkest; 12.30 Weerberich
ten; 12.33 Voor de boeren; 12.30
Licht orkest; 13.00 Nieuws; 13.15
Gramofoonmuziek: 14.00 Voor de
jeugd; 15.00 Engelse les; 15.15
Gramofoonmuziek; 15.40 Franse
les; 16.00 Gramofoonmuziek;
16.30 Causerie; 16.45 Gramofoon
muziek; 17.00 Nieuws; 17.10 Gra
mofoonmuziek; 17.15 Voor de
kinderen; 18.15 Gramofoonmu-
18.25 Causerie; 18.30 Voor de sol
daten; 19.00 Nieuws; 19.30 Zang
en piano; 19.50 Causerie; 20.00
Verzoekprogramma; 21.00 Klank
beeld: 21.30 Gramofoonmuziek;
21.45 Actualiteiten; 22.00 Nieuws;
22.15 Piano en altviool; 23.00
Nieuws; 23.05 Dansmuziek; 23.32
24.00 Gramofoonmuziek.
484 m
12.05 Omroeporkest; 13 00 Nieuws
13.10, 13.30 en 15.00 Gramofoon
muziek; 16.30 Viool en piano;
16.50 Gramofoonmuziek: 17.10 In
strumentaal kwintet; 18.30 Man
nenkoren en piano; 19.00 Om
roeporkest en koren; 19.45
Nieuws; 20.00 Hoorspelen; 22.00
Nieuws: 22.15 Gramofoonmuziek;
22.55 Nieuws: 23.00 Gramofoon
muziek: 23.55 Nieuws.
door minister-president René Pié-
ven. Hij kwam er mee voor de
dag op een moment dat de ver
houding tussen Frankrijk en
Amerika volgens velen nogal
„koel scheen te zijn. Die koel
heid sproot, naar men niet ten
onrechte opmerkte, voort uit een
verschil van mening over het
vraagstuk der Duitse herbewape
ning. In die tijd waren de Ame
rikanen nogal gretig bereid om
de Duitsers zij het in beperkte
mate en zij het volgens een an
dere methode dan bijv. een Bis
marck weer militair te trainen.
Zij achtten, ronduit gesproken,
West-Europa alleen maar verde
digbaar met Duitse medewerking.
De Fransen vonden, dat
Washington veel te hard van sta
pel liep. Zij herinnerden zich, hoe
het Duitse militarisme reeds
tweemaal in één generatie tot
bloedbaden en verwoestingen had
geleid. In de internationale diplo
matie, op vergaderingen en bij
besprekingen onder vier ogen,
kwamen zij met hun tot voorzich
tigheid aansporende argumenten
voor de dag. Weldra ontdekten zij
echter, dat er onder de huidige
omstandigheden eigenlijk niet te
ontkomen viel aan een Duitse
herbewapening. En ziedaar de
reden, waarom zij tenslotte een
plan opperden, volgens hetwelk
Westelijk Duitsland wel aan de
gezamenlijke defensie zou kun
nen deelnemen, doch dan op een
wijze, die een herhaling van 1914
en 1940 practisch onmogelijk leek
te maken.
Grof geschetst ziet het plan er
nit als volgt; Laten de landen
van West-Europa volgens een vol
strekt eendere methode hun
manschappen africhten. Vat die
manschapen nu eens niet samen
in divisies van ongeveer 15000 man
doch in brigades, of „combat-
teams" van om en nabij de 5000
man. En voeg dan die landelijke
brigades bijeen tot gemengde, dat
wil zeggen inter-Europese divi
sies. Is dat, zo vroegen de Fran
sen, niet een prima manier om
te voorkomen dat er wederom
nationale, en tot chauvinisme ge
neigde legers zullen ontstaan?
Verder behoorde het tot de
Franse gedachtengang, dat de
aldus gevormde legermacht zou
moeten worden geplaatst onder
een gemeenschappelijke Europese
bevelhebber. Bij voorkeur wilden
zij daar een Fransman voor kie
zen, en aanvankelijk hadden zij
daar generaal Juin voor op het
oog. Zijn wij wel ingelicht, dan
heeft Juin, die in ieder geval een
man-van-actie is geantwoord:
„Alles goed en wel, maar zolang
dat Europese leger nog slechts
een schrijftafel-organisatie is,
meen ik nuttiger werk in Noord-
Afrika te kunnen doen".
Talrijke vragen doemen op.
Juin had, van zijn standpunt
uit bekeken, ongetwijfeld gelijk.
Het Europese leger is voorlopig j
nog slechts een denkbeeld, een
ideaal zo men wil. Talrijk, zeer
talrijk zijh de problemen, die er
mee samenhangen en welke
geenszins zomaar een-twee-drie
kunnen worden opgelost.. Wij zul
len een paar van die problemen
maar even vragenderwijs aan
duiden:
Zal het Franse idee om voor dit
leger een gemeenschappelijke,
dus inter-Europese begroting te
ontwerpen, genade vinden in an
dere ogen? Hoe denkt men de
Europese strijdmacht in te scha
kelen in het Atlantisch leger?
Welke politieke organen een
Europees „ministerie van Defen
sie" nog bijgestaan door een even
eens Europees „parlement"
zullen de (Europese) generale
staf moeten doubleren? Hoe wil
men eigenlijk de reeds in West-
Europa bestaande legers doen
opgaan in de gemeenschappelijke
legermacht? Wie gaat de wapens
leverenAmerika?of zal
West-Europa's eigen zware in
dustrie daarvoor moeten zorgen?
En welke taak wordt dan toebe
deeld aan Duitsland en zijn Ruhr
baronnen?
Zoveel vragen, zoveel vaaghe
den. En we zouden er nog vele
vragen aan kunnen toevoegen.
Daarom lijkt het ons duidelijk,
dat de verwerkelijking van dit
Franse plan minstens enkele
jaren tijd zal vergen.
Zó lang kan het duren, dat de
Amerikanen, die nu eenmaal van
snel en doelmatig werk houden,
in het begin zeer weinig voor dit
denkbeeld voelden. De laatste
tijd echter heeft Washington een
flink stuk van zijn critiek laten
vallen. De Franse regering werd
zelfs door Truman, Marshall en
Acheson goedkeurend op de schou
ders geklopt: „Goed zo, dit plan
heeft althans de verdienste, dat
het de éénwording, de samenwer
king van de Europese landen kan
bevorderen". Ook Eisenhower
bleek er nogal welgevallig tegen
over te staan.
De reden waarom de Amerika
nen plotseling zoveel zachter
werden met hun critiek schuilt
waarschijnlijk niet alléén in het
feit, dat zij het „plan-Pléven"
beschouwen als een deugdelijk
bindmiddel yoor de Europese één-
making. Er is ook een andere re
den voor: zij hebben namelijk
ontdekt, dat het inschakelen van
Duitsland onder alle omstandig
heden nog wel een poosje op zich
zal moeten laten wachten. Im
mers, het West-Duitse moreel is
op het ogenblik veel minder sol
datesk dan Washington een half
jaar geleden scheen te denken,
en bovendien zal het nog wel
enige tijd duren voor de Ameri
kaanse fabrieken, hoe ongelofe
lijk snel deze ook kunnen wer
ken, voldoende hebben geprodu
ceerd om West-Europa compleet
te bewapenen. Kortom, er is nog
wel wat tijd-voor-afwachten, nog
wel wat speelruimte over.
En waarom zouden de Fransen
die speelruimte niet mogen be
steden om de practische verwe
zenlijkbaarheid van een ge-Euro-
peaniseerd leger te bestuderen?
Slagen zij niet, dan kan men het
altijd nog op de „klassieke" ma
nier proberen. En slagen zij wel,
dan zal Washington terecht kun
nen zeggen: Des te beter!
De tragedie der Palestijnse
vluchtelingen is reeds haar derde
jaar ingegaan en hoewel de tijd
alle wonden pleegt te helen, uit
een rapport van de Pauselijke
Hulp-missie in Palestina blijkt,
dat de problemen van de ruim
700.000 vluchtelingen, die door
de strijd tussen Joden en Ara
bieren alles verloren, nog lang
niet is opgelost.
De Pauselijke Nuntie in Pale
stina en de landen in de onmid
dellijke omgeving Libanon Egyp
te, Syrië en Frans-Jordanië, bie
den, met al de, hen ten dienste
staande middelen en vaak ge
steund door Arabische organisa
ties, op alle mogelijke wijze hulp
aan die talloze, van huis en
haard verdrevenen die zelfs het
allernoodzakelijkste moeten ont
beren. De Pauselijke roepstem
heeft reeds over de gehele we
reld gehoor gevonden en aller
wegen zijn er comité's gevormd,
die finantieel en in natura steun
verlenen aan de Pauselijke Mis
sie in Palestina, doch de nood is
nog zó ontzettend hoog, dat de
werkzaamheden van de Missie
nog lang niet kunnen worden
beëindigd. Het comité „Pro Pa
lestina" doet daarom van tijd tot
tijd nog een beroep op het mede-
VIER DODEN
Een ongeveer 500 man sterke
bende heeft in de nacht van Zon
dag op Maandag tot vijfmaal toe
een aanval gedaan op Tasikmalaja
(in het Oosten van West-Java).
Gedurende een half uur had een
zware vuurwisseling plaats tus
sen de bende enerzijds en de
politie en de APRI anderzijds.
Een politieman en een militair
werden gedood. De aanvallers,
die in uniformen gekleed waren,
roofden een grote voorraad me
dicijnen uit het hospitaal en
doodden daar twee leden van het
personeel.
leven van katholiek Nederland
en wel op een zeer aantrekkelij
ke wijze, n.l. door de uitgave van
het fraaie Palestina Album, ge
schreven door Drs Jean Eyclieler
Montfortaan en met tal van
prachtige foto's van het H. Land
verlucht.
Men steunt het werk van de
Pauselijke Hulpmissie voor Pa
lestina op een gemakkelijke wij
ze door het mooie Palestina-
Album te kopen.
KONINGIN REIKT
ONDERSCHEIDINGEN UIT
Het ligt in het voornemen van
H. M. de Koningin op Woensdag
28 Februari a.s. te elf uur in
het paleis op de Dam een aantal
militaire dapperheidsonderschei
dingen uit te reiken, waarbij o.a,
een zevental ridders der Militaire
Willemsorde beëdigd zal worden.
De zware regens, die het ter
rein van het „Festival of Bri
tain" in een modderpoel her
schapen hadden, noodzaakten
de Engelse minister-president
Attlee, die een bezoek bracht
overschoenen aan te trekken.
NOG 800.000 CENTEN
De stroom van koperen centen,
die lange tijd voor het leger-
monument uit alle windstreken
van ons land voor Rhenen vloei
de, is opgedroogd.
Het comité Nationaal Leger-
monument Grebbeberg ontving
op deze wijze f 20.000.—.
De burgemeester van Rhenen,
die deze actie heeft aangemoedigd
deelt mede, dat er thans nog een
tekort is van f 8000.of 80.000
centen.
De Russische regering bedient zich van een systeem van straffen
en belonen, dat er op gericht is de economische activiteit te
stimuleren, hetgeen wel nodig is, daar ieder streven om direct
persoonlijk voordeel te verwerven in Rusland als kapitalistisch
gebrandmerkt wordt. Tevens stelt dit systeem haar in staat
alle daden, welke zij in strijd acht met de belangen van de
staat, als een misdrijf aan te merken. Het feit dat zij hiertoe
op grond van de bestaande wetten het recht heeft, vormt een
van de merkwaardigste kenmerken van het Russische socia
lisme" in zijn huidige vorm. Wanneer alle economische en
politieke macht bij de staat berust, blijft de onderdanen van
die staat nog maar één mogelijkheid over, nl. deze staat slaafs
te dienen.
vastgestelde normen houdt of
producten vervaardigt die niet
voor direct gebruik geschikt zijn,
worden de leden van de directie,
de hoofdingenieurs, de bedrijfs
leiders, de assistent-oedrijfslei-
ders en de inspecteurs en opzich
ters hiervoor verantwoordelijk
gesteld. Het afleveren van onvol
waardige producten staat in Rus
land gelijk met sabotage en zij,
die zich hieraan schuldig maken,
kunnen tot gevangenisstraffen
van 5 tot 8 jaar veroordeeld
worden. Indien bij een en ander
echter van opzet sprake is, wor
den de beklaagden onmiddellijk
als saboteurs gebrandmerkt. Vóór
26 Mei 1947 stond op een derge
lijk misdrijf de doodstraf, doch
na die datum worden de „sabo
teurs" gewoonlijk tot 25 jaar
dwangarbeid veroordeeld, door te
brengen in een z.g. heropvoe
dingskamp. In slechts enkele ge
vallen komen de beklaagden er
met een lichtere straf af. Hun
bezittingen worden echter veelal
verbeurd verklaard.
Iedere arbeider, die meer dan
20 minuten te laat op zijn werk
Alle ingenieurs, arbeiders, boe
ren, ja zelfs geleerden, schrij
vers en andere kunstenaars staan
in dienst van de regering en
indien zij hun plichten niet na
komen of in gebreke blijven de
hun door de regering toegewezen
taak uit te voeren, kunnen zij
beschuldigd worden van plichts
verzuim en sabotage en in be
paalde gevallen zelfs van hoog
verraad. Ofschoon in Rusland de
criminele rechter in sommige ge
vallen nog wel eens voor reden
vatbaar is, staat het Russische
strafrecht over het algemeen be
kend *als uitermate wreed. Daar
tegenover staat echter, dat royale
beloningen een ieder ten deel
kunnen vallen, die zich in de
ogen van de Russische machts
hebbers buitengewoon verdien
stelijk heeft gemaakt.
Sabotage
Indien in Rusland een fabriek
goederen van inferieure kwali
teit aflevert, zich niet aan de
Een rechtmatige oudertrots is
in elke vader en moeder volko
men te billijken. Zij zien in hun
kinderen gaarne de verwerkelij
king van hun eigen idealen en
streven er naar dat hun nakome
lingen. wanneer zii groter ziin
geworden, een nositie gaan in
nemen. die zo mogelijk hoger
en beter zal ziin dan de hunne
is geweest. Aan moeiten, offers
en onkosten voor de onvoeding
en ontwikkeling van hun zonen
en dochters zullen verstandige
ouders alles gelegen laten liggen.
Echte christelijke beschaving is
immers het kostbaarste erfdeel
dat aan het nageslacht kan wor
den nagelaten.
Het gezins-milieu.
De jeugd moet men de kans
tot slagen geven. Zij moet de ge
legenheid krijgen de talenten die
in haar zijn, tot ontplooiing- te
kunnen brengen. Zij vraagt daar
om vóór alles het gunstige kli
maat, de passende sfeer waarin
zij kan gedijen. Een plant ver
zorgt men, jong leven wordt ge
koesterd en omgeven met liefde
volle zorgen, aan zieken en ouden
van dagen wordt de verzorging
geboden waar zij om vragen.
Ook de jeugd heeft een milieu
nodig dat beantwoordt aan haar
behoeften. Het is duidelijk dat
onze opgroeiende kinderen niet
kunnen volstaan met school en
vereniging alleen. Het is thuis, in
het ouderlijk gezin, dat zij op de
eerste plaats alles moeten vinden
waar zij redelijkerwijze recht op
hebben. De taak van school en
vereniging, hoe voornaam en be
langrijk ook, kan uiteraard nooit
meer dan een aanvullende zijn.
Het is het gezin dat het natuur
lijk milieu is waarin onze kin
deren moeten opgroeien. De op
voeding, karakter-vorming en
verstandelijke ontwikkeling die
nen voornamelijk uit te gaan van
uit het gezin, door de ouders. Zij
zijn het die het eerst zijn aan
gewezen om te zorgen dat hun
kinderen opgroeien tot zoveel
mogelijk geheel en al gave, gees
telijk-volwaardige mensen.
Daartoe rust op de ouders de
plicht om te zorggn dat het ge
zins-milieu in alle opzichten der
mate gunstig is. dat ae geestelijke
groei der kinderen zich onge
stoord en voorspoedig kan vol
trekken. Er moet in het gezin
zelf een sfeer aanwezig zijn die
bevorderlijk is voor de normale
geleidelijke ontplooiing der jonge
levens. In dit opzicht moet er een
overeenstemming en samenwer
king zijn tussen het leven in het
gezin en dat er buiten, de school
en de verdere uitingen van het
maatschappelijk leven, waarin
men met anderen te maken beeft,
hetzij in de verschillende vereni
gingen, hetzij in de omgeving,
waar men zijn werkkring heeft.
Het zou niet voldoende zijn, als
onze kinderen het meest voor
treffelijk onderwijs zouden ge
nieten, maar zij zouden tbuis niet
datgene aantreffen, wat vereist
is om geestelijk ten volle tot hun
recht te kunnen komen. De ouders
moeten in eigen gezin een geest
aankweken en verzorgen van
echte beschaving, van oprechte
belangstelling voor de hogere vor
men van cultuur in kennis en
kunst. Het gezin moet open staan
voor alles wat waarlijk veredelt
en verfijning brengt, zowel wat
betreft de meer verstandelijke
vermogens als de hele verdere
levenshouding.
Een Huis-bibliotheek.
Weldenkende ouders, wie de
toekomst van hun kinderen wer
kelijk ter harte gaat, hechten
terecht de grootste waarde aan
deze gezins-sfeer, die gunstig is
voor de steeds hogere opvoering
van het geestelijk peil, waarop
een beschaafd gezin dient te staan.
De ouderen zowel als de jongeren
komen onophoudelijk in aanra
king met de intellectuele en tech
nische vormen der beschaving,
niet enkel uit het heden, maar
ook uit het verleden. Door dit
contact nemen zij aan het leven
deel. ondergaan zij er de onver
mijdelijke invloed van, maar kun
nen zij er ook zelf een persoon
lijk vormend stempel op drukken.
Zij worden niet enkel geleefd, zij
leven ook zelf, bewust, in het
bezit van hun eigen persoonlijk
heid en hun eigen waarde. Een
beschavingsloze mens verdient de
ere-naam mens niet te dragen,
hij is het kudde-dier uit de grote
massa die de zin voor de per
soonlijke waardigheid heeft ver
loren. Dit is wel mede een van
de grote geestelijke gevaren in
onze dagen.
Christelijke opvoeding daaren
tegen streeft naar vorming van
de hele, volledige mens. Geen
enkel gebied van het menselijk
weten en kunnen is voor ons,
katholieken, afgesloten, nu wij
met Sint Paulus waarlijk weten
te waarderen al wat waar. al wat
goed, al wat schoon is. Wij zijn
geen sombere cultuur-verachters
noch enghartige anti-humanisten.
Van God is de aarde en al wat
daarop is, zingt de oude Psalm,
die door de Kerk met instemming
wordt herhaald.
Daarom is het dat ieder katho
liek gezin, dat naar verdieping
en verbreding van zijn christe
lijke cultuur streeft, de beschik
king behoort te hebben over een
eigen miniatuur-bibliotheek.
Gezin en Encyclopedie.
De betekenis van wat er in een
gezin wordt gelezen aan kranten,
tijdschriften en boeken, is onbe
rekenbaar voor wat de vormende
invloed betreft. De lectuur be
paalt voor een zeer groot deel de
standing van een gezin, zij is de
graadmeter van het peil waarop
men er leeft. Na de allereerste
stoffelijke behoeften voor voed
sel en kleding is goede lectuur
voor een gezin broodnodig. Vooral
daar waar nog jonge opgroeiende
mensen zijn, die hun verstande
lijke en zedelijke vorming nog
moeten voltooien, ofschoon nie
mand te oud is om nog altijd iets
te kunnen leren.
Het is wel onmogelijk dat
iedereen zich de boeken aanschaft
die er verschijnen. Maar het grote
moderne middel dat als een tem
pel der wetenschap het gehele
brede terrein der kennis over
koepelt, is de Encyclopedie. Zulk
een samenvattend werk dat op
alle gebieden klaar en duidelijk
inlicht, is in het snelle moderne
leven een onontbeerlijke gids.
Wij geloven dat zulk een verza
melwerk juist de bibliotheek be
hoort te zijn van een gezin. Van
een gezin toch heeft elk der leden
zijn belangstelling voor de meest
uiteenlopende onderwerpen,waar
over met de anderen van gedach
ten wordt gewisseld. Het zal juist
de betekenis van een Encyclope
die Voor het gezin zijn. dat zij de
bron voor alle studie, kennis, ge-
dachtenwisseling en voorlichting
zal zijn.
Wij zijn in Nederland zo geluk
kig dat wij over een eigen Katho
lieke Encyclopedie beschikken.
Het 6e deel (van Brandenburg
tot en met Cava) is nu versche
nen; een vierde gedeelte van de
gehele reeks is nu voltooid. De
verschijning van ieder deel is tel
kens een gebeurtenis, belangrijk
genoeg om onder de aandacht
van onze lezers gebracht te wor
den. Ditmaal zouden wij op de
grote betekenis van dit boekwerk
bizonder voor het gezin als hulp
middel ter voorlichting en ont
wikkeling met nadruk willen wij
zen. In een katholiek gezin be
hoort geen andere dan de katho
lieke Encyclopedie thuis: Zij is
wat wetenschappelijke standing
betreft zeker zo goed, als gids en
als vraagbaak betrouwbaarder en
veiliger. H. J.
Einde textielstaking
in West Java
De textielstaking in West-Java
is geëindigd met een volledige
overeenstemming tussen partijen.
komt zonder hiervoor een geldige
reden te kunnen opgeven, wordt
hiervoor beboet met een som die
25 pet. van zijn halfjaarlijks in
komen bedraagt. Het Hof van
Justitie doet de directie van de
fabriek of onderneming waar de
betrokken persoon werkzaam is
een bevelschrift toekomen, waar
in betaling van de vastgestelde
boete wordt geëist en hiervoor
is (zijn) de werkgever(s) wel
gedwongen een deel van het loon
van de betrokken persoon in te
houden en dit in de staatskas te
storten. Wanneer de aldus be
boete arbeider andërmaal te laat
op zijn werk komt, wordt hij tot
een gevangenisstraf van minstens
1 jaar veroordeeld.
Wanneer men de Russische
strafwet vergelijkt met die van
andere landen, wordt men ge
troffen door enkele opmerkelijke
verschillen. Indien er geen be
zwarende omstandigheden aan
wezig zijn, kan moord met een
Gevangenisstraf van ten hoogste
jaar gestraft worden, terwijl
op diefstal in sommige gevallen
10 jaar gevangenisstraf staat. Zijn
er echter bezwarende omstandig
heden aanwezig, dan kan de be
klaagde zelfs tot 20 jaar gevan
genisstraf veroordeeld worden,
terwijl op moord nooit meer dan
10 jaar gevangenisstraf staat.
Hieruit blijkt dat men in de
Sovjet-Unie meer waarde hecht
aan materiële waarden dan aan
een mensenleven.
Bij het decreet van 26 Mei 1937
werd de doodstraf (op misdrij
ven tegen de veiligheid van de
staat) varvangen door 25 jaar
dwangarbeid in de z.g. heropvoe
dingskampen. Feitelijk betekent
dit een langzame dood. want geen
mens kan het 25 jaar uithouden
in deze kampen, waar de mensen
sterven als ratten tengevolge van
uitputting, epidemieën en kou.
BÜ het decreet van 12 Januari
1950 werd de doodstraf echter
weer ingevoerd. Hierdoor kunnen
alle verraders, spionnen en sabo
teurs zonder veel omhaal geli
quideerd worden.
Het Russische strafrecht ver
schilt van het in andere landen
geldende strafrecht niet alleen
door zijn strenge strafbepalingen
doch tevens in een aantal andere
opzichten. Zo is het bijvoorbeeld
op grond van de geldende bepa
lingen mogelijk dat kinderen bo
ven de 12 jaar voor een vuur-
peleton gebracht worden. Niet
minder weerzinwekkend is de
bepaling dat de familieleden van
een veroordeelde in bepaalde ge
vallen mede verantwoordelijk ge
steld kunnen worden voor de ge
pleegde misdaad. In verband hier
mede is het misschien wel dien
stig het decreet van 8 Juni 1943
eens wat nader te bezien.
Op grond van- dit decreet kun
nen familieleden van een officier
of soldaat van h^* Rode Leger,
die wegens hoogverraad veroor
deeld is, tot gevangenisstraffen
van 5 tot 10 jaar veroordeeld
worden, vooropgesteld dat zij van
te voren op de hoogte waren van
de plannen van de veroordeelde.
Het is hierbij geenszins noodza
kelijk dat zij de veroordeelde bij
het plegen van de misdaad be
hulpzaam zijn geweest. De ove
rige volwassen leden van de
familie en de gezinsleden van de
veroordeelde, ook al waren zij
niet op de hoogte van diens
plannen, verliezen het kiesrecht
en worden voor de tijd van -5
jaar naar afgelegen streken ver
bannen.
Heropvoeding.
Het is in de Sowjet Unie ge
bruikelijk diegenen die het met
het regeringsbeleid niet eens zijn
of hiervan verdacht worden, naar
concentratiekampen te sturen, de
zgn. „heropvoedingskampen", die
zich meestal in afgelegen delen
van het land bevinden. Ieder kan
zender vorm van proces verban
nen worden en wanneer een Com
missie van de M.V.D. of een chef
van de „militia" zelfs maar ver
moedt dat een bepaalde persoon
staatsgevaarlijk is, kan deze voor
vijf jaar naar een concentratie
kamp gestuurd worden.
Uit alles blijkt dat het er de
Sow jet-regering eerder om te
doen is op een goedkope manier
aan arbeidskrachten te komen
dan om het recht te doen zege
vieren. Vele ballingen die soms
25 jaar van huis en haard ver
bannen zijn, worden te werk ge
steld in speciale afdelingen van
de zgn. concentratiekampen. Nie
mand weet hoeveel gevangenen
in deze kampen zijn onderge
bracht, doch zii hebben reeds gi
gantische projecten uitgevoerd.
Zo hebben zii biiv. een kanaal
tussen de Witte Zee en de Oost
zee gegraven, steden gebouwd,
zoals bijv. Magadan, en spoorwe
gen aangelegd in het uiterste
Noord-Oosten van het Russische
rijk, terwijl zij verder talloze
werken in de arctische zone van
Siberië hebben uitgevoerd.
FEUILLETON
door JEAN REMY
Nu was de stilte dan ook in
drukwekkend. Men zou bij dit
weelderig decor een toeschieten
de lakei verwachten om u te hel
pen, bedienden met witte hand
schoenen of korte pofbroeken of
een oude gouvernante met man-
tille, die zwijgend en bescheiden
oprees. Maar er gebeurde niets,
niemand kwam; zelfs geen geluid
van een enkele voetstap of stem.
alleen het geraas van de neer
stortende regen tegen de ruiten
Een donderslag weerklonk in de
hall.
De ideale echtgenoot het
was inderdaad een ideale echt
genoot ging door de voordeur
naar buiten en belde nu: het ge
luid doorsneed de stilte en ver
stomde. Een bliksemstraal zette
de vestibule in vol licht met
een droge slag volgde de donder.
„We behoeven toch niet in de
hall te blijven staan," zei de
dame, die steeds meer verkilde
temidden van het gesmeed ijzer,
dat de bliksem aantrok.
Ze ging door de open tussen
deur en verblind stond ze op de
drempel stil. Wel dertig rood
koperen pannen, vispannen en
braadpannen, lepels en schuim
spanen die naast elkaar hingen
aan de muur van een enorme
keuken, die zij wilde ingaan.
Een tafel, geheel bedekt met por
selein en wite tegels, was in het
midden waar zij leeg was, glan
zend en blank.
Op de oude stoelen, tussen
twee gebeeldhouwde dientafel
tjes. rekte zich een prachtige kat
uit en maakte een sprong, toen
de bezoekers bipnen kwamen. De
heer verheugde zich zeer over de
verrukking die zich op het ge
laat van zijn vrouw aftekende
"Het was duidelijk dat deze ver
bluffende aankomst op het rus
tige kasteeltje hem amuseerde;
ofschoon hjj het zich heel anders
had voorgesteld, zag hij met ver
trouwen het verloop der gebeur
tenissen tegemoet. Bovendien,
wat had hij te vrezen? Had hij
niet, bij wjjze van introductie,
een brief by zich, in een dank
bare toon gesteld, de laatste die
van hier uit naar Engeland was
gezonden en waarin zijn jeugdige
cliënte hem uitdrukkelijk ver
zocht had haar het genoegen te
verschaffen enkele weken te
willen verblijven op ..Vredehof",
waarvan het dossier zolang in
zijn bureau een voorwerp van
zijn zorgen als advocaat was ge
weest?
Hij deed enkele passen in de
keuken en toen hij merkte, dat
het vuur brandde, lichtte hij de
deksel van een klein, bruin
emaille pannetje op, waar iets in
kookte en juichte tevreden:
„Er is iemand vrouwtje,
iemand, die hier vanavond wil
eten, want er staan boontjes op
het vuur."
„En als er nu niemand is dar
de tuinman om ons te bedienen,
wat doen we dan?"
„Och. laten we maar blijven
Hii zal wel zorgen, dat er
iemand komt om ons te bedie
nen."
„Je ziet wel," zei de dame,
met die eigenaardige onverdraag
lijke toon van mensen, die altijd
gelijk hebben, ,,dat ik Elise mee
had moeten nemen, zoals ik van
plan was."
„Wie zegt, dat ze dat had wil
len doen? Als ik dienstbode was,
dan zou ik ervoor bedanken om
altijd mijn vacanties door te
brengen met de mevrouw en
mijnheer, die ik het hele jaar
dienen moet."
„Och, wat mij betreft," ant
woordde zij met waardigheid,
„als het ging om mensen zoals
wij zou het mil werkelijk om
het even zijn."
De man liep rustig naar het
venster en keek naar het park,
waar de voorwereldlijke regen
bleef plenzen.
„Wat een hondenweer! Weet je
wel. dat het erg romantisch is
om met zulk een weer in dit
paleis aan te komen?"
„Alleen erg onaangenaam; heb
je al enig idee, wat we gaan
doen als er niemand komt op
dagen?"
„Maar er komt beslist iemand,"
verzekerde hij. „Wat een enorm
park. moet je zien! Het is
werkelijk een schitterende be
zitting."
Ze voegde zich bij hem en ge
durende enige ogenblikken ston
den ze stilzwijgend naar het
neerkomende onweer in de tuin
te kijken.
Aan het andere uiteinde van
de keuken kwam iemand binnen,
maar ze hoorden het niet; het
was een vreemd gezicht, zo'n
klein mannetje, zonderling ge
kleed in een rood-linnen cape
met drie kleine kraagjes over
elkaar heen. zoals vroeger de
wijnbouwers uit Champagne ge
kleed waren of ouderwetse koet
siers van een dilligence. Hij leek
verschrikkelijk op een joker uit
een kaartspel. Hó' was zó nat,
alsof hij juist uit de vijver kwam.
Hij legde zijn visgerei op tafel
met een grote bos vers-geplukt
gras: juist op dat moment keerde
de dame zich om.
Ze uitte een zodanige gil van
ontzetting, dat het mannetje zelf
verschrikt opsprong,
„O wat hebt u me laten
schrikken!.
Het oudje begon te lachen en
zei rustig:
„Dat is dan toch de eerste keer
dat ik iemand aan het schrikken
maak mevrouw, en het spijt me
zeer. Ik had u zelf niet'eens ge
zien."
Haar man begon nu ook te
lachen, wat hem enorm verlicht
te. Hij bezag de kleine oude man
als iémand, die zo zou hebben
kunnen weglopen uit een boek
van Dickens.
„U bent waarschijnlijk de tuin
man?"
De ogen van de dwe?g, kleine
oogjes, sprankelend van ondeugd
en intelligentie, richtten zich op
de meneer. (Wordt vervolgd)