Nederlands langste spoorbrug
wordt 1 Januari tachtig jaar
Maaltijdloze dagen in normale
jaren al geen uitzondering
Opleiding en organisatie ook
voor hem naar eisen des tijds
Priesterjubilea in 1952
congregatie van Mill-Hill
DE KERSTROOS
Uit de Pers
Honderden arbeiders werkten
vijf jaar aan de „Moerdijk"
Nationale
expositie
DE HONGER TEISTERT INDIA
Heeft Nederland misschien
nóg een kruimeltje over?
De koster is een vakman
In Limburg krijgen „beunhazen"
geen kans
ZATERDAG 22 DECEMBER 1951
PAGINA 7
Op 1 Januari 1952 is het tachtig jaar geleden, dat de spoorbrug
over het Hollandsch Diep in de volksmond niet zelden de „brug
over de Moerdijk" genaamd in gebruik werd genomen. Daar
het hier om de langste spoorbrug van Nederland gaat, die tevens
gedurende vele jaren de langste spoorbrug van Europa was, loont
het de moeite de historie van deze merkwaardige brug op te slaan,
een historie die men in de archieven der Nederlandse Spoorwe
gen kan napluizen.
k
Toen, na zeer lange debatten,
in de tweedie helft van de 19de
eeuw het aantal spoorbruggen in
Noord- en Zuid-Nederland was
toegenomen, deed zic'h de wense
lijkheid voor, deze lijnen met el
kaar te verb inden door middel
van spoorbruggen over de grote
wateren. Had reeds de aanleg
van de spoorwegen zelf tot veel
geschrijf en geredetwist aanlei
ding gegeven, met de bruggen
was dit in niet mindere mate het
geval. Bruggen werden uitge
scholden voor dijkbreuk werktui
gen. men zag er „levenslustige
roofdieren" in, die zich „als Zd.-
Amerikaanse vampyrs aan de
schatkist zouden hechten en deze
leegzuigen" en vooral in de win
ter voorzag men grote rampen,
als gevolg van het kruiende ijs,
dat de bruggen zou meesleuren
en het omringende land overstro
men.
Ook deskundigen waren zeer
pessimistisch gestemd. Zo ver
klaarde 'n Engelse ingenieur, die
internationale vermaardheid ge
noot, dat in een land als het onze
geen bruggen gebouwd konden
worden. Het Ministerie Van Hall
Van Heemstra, dat zich niet
ten onrechte de naam „Spoorweg-
kabinet" verwierf, nam ook de
bruggenbouw krachtig ter hand.
Onder zijn bewind werd de eerste
stap gedaan tot de aanleg van 'n
staats spoorwegnet en in enkele
jaren werden verscheidene brug
gen gebouwd. In 1864 Hattemer-
broek, 186® Zutphen, 1866 Venlo,
1868 Culemfoorg, 1869 Zaltbom-
mel.
Het behoeft niet te verwonde
ren, dat het plan tot overbrug
ging van het Hollandsch Diep op
nieuw de gemoederen in heftige
beroering bracht. Immers, dit was
maar niet een rivier, doch een
breed, en op sommige plaatsen
diep water, waar het bovendien
geducht kon spoken en dat in de
loop der eeuwen reeds vele men
sen het leven had gekost. Wel
„VRIJETIJDSBESTEDING"
TE BEVERWIJK
BEVERWIJK In 1948 her
dacht Beverwijk met uitgebreide
feestelijkheden zijn 650-jarig be
staan als stad. Het budget van het
feestcomité bleek na afloop van
feestelijkheden nog 'n behoorlijk
batig saldo te vertomen en men
zocht naar een verantwoorde en
aantrekkelijke besteding van de
ze gelden. De oplossing is nu ge
vonden in de vorm van een na
tionale tentoonstelling op het ge
bied van de vrijetijdsbesteding in
de meest uitgebreide zin.
De expositie wordt gehouden
van 917 Augustus 1952 en wil
een overzicht bieden van wat in
ons land in de vrije tijd wordt
gepresteerd, zowel door vereni
gingen als door enkelingen. Naast
't aandeel van de amateur in het
culturele leven van ons land zal
de tentoonstelling de aandacht
vestigen op de vele hobbies, wel
ke in de vrije tijd beoefend wor
den en tot welke uitzonderlijke
resultaten zulks kan leiden.
Met de technische voorberei
ding van deze nationale expositie,
die wordt ondergebracht in een
complex scholen en tenten in het
hart van Beverwijk, is belast de
heer J. Buss, directeur van de
Hengelose WV. Voor het vinden
van een originele en toepasselijke
naam zal een prijsvraag voor .iet
publiek worden uitgeschreven.
Deze tentoonstelling valt samen
met de in de tweede week van
Augustus te houden „Gladiolen-
week," een zeer jonge traditie,
die eerst vorig jaar van start ging
Het bii die gelegenheid gehouden
speciale „Gladiolen-corso trok
toen zeer veel belangstellenden,
en de organisatoren hopen dan
ook in 1952 het feest van de
Zwaardlelie 'n specifieke teelt
voor Kennemerland door deze
tentoonstelling een extra aantrek
kelijk aspect te geven.
zag men in, dat de grote indu
strieën in het Westen met 'n ver
binding naar 't Zuiden ten zeer
ste gediend zouden zijn en dat
omgekeerd de kolengebieden in
het Zuiden met het Noorden en
het Westen moesten worden ver
bonden, terwijl tevens het ge
vaar bestond, dat de zuiderlijnen
steeds meer in buitenlandse han
den zouden geraken-
Tenslotte besloot men de grote
stap te wagen, op 22 Maart 1866
werd 't doen van grondboringen
aanbesteed. Vijf jaar hebben hon
derden arbeiders van verschillen
de maatschappijen aan de brug
gewerkt, die de langste spoorbrug
in Europa zou worden. Aanvan
kelijk werden de totale kosten
op f 8.000.090 geraamd, waarbij
de brug voor enkel spoor was
ontworpen. Men bleef echter ver
beneden de raming en gaf onge
veer f 5.500.000 uit, waarbij voor
de brug totaal f 3-878.1Ö6, n.l.
f 2.407.339 voor de onder- en
f 1.470.767 voor de bovenbouw.
BH herstelwerkzaamheden na de
oorlog is gebleken, dat de pijlers
zo solide waren gebouwd, dat zij
dubbelspoor kunnen dragen. Van
de noodzaak de brug te herstellen
is dan ook tegelijk gebruik ge
maakt voor het aanbrengen van
bredere kragen om de pijlers, zo
dat t.z t. zonder verdere moei
lijkheden tot aanleg van dubbel
spoor zal kunnen worden overge
gaan.
Afmetingen
De Ibrug, die in de jaren 1866
tot 1872 werd gebouwd, telde 14
openingen van 100 meter. Er wa
ren 14 overspanningen, van elk
103.25 meter, de totale lengte van
de brug bedroeg 1469.30 m. De
overspanningen rustten op 13 pij
lers en 2 verbindingsdammen van
700 m in het Noorden en 400 m in
het Zuiden-
Op 27 December 1871 werd de
brue beproefd en goedgekeurd en
reeds op 31 Dec. werd zij officieel
geopend door de heer Fa 'sJacob,
Directeur ^Generaal van 't Staats
spoor. Op 1 Jan. 1872 werd zij
voor het verkeer in gebruik ge
steld.
Wat de Duitsers vernielden
In de winter van 19441945,
toen het Zuiden reeds door de ge
allieerde troepen was bezet, heb
ben de Duitsers de brug op ver
schillende tijdstippen door opbla
zing vernield. Zes van de veer
tien overspanningen werden zo
danig beschadigd, dat zij niet
meer hersteld- konden worden.
Zij kwamen in het water terecht.
Twee pijlers werden volkomen
vernield, evenals het Noordelijk
landhoofd- Het Zuidelijk land-
hoofd werd eveneens beschadigd,
doch minder ernstig. Bij het her
stel, waarmede in Juli 1945 werd
begonnen, is rekening gehouden
met het plan, in de toekomst 10
dubhelsporige bruggen te leggen.
Vier bogen aan de Noordzijde,
waarvan twee zodanig werden
vernield, dat men ze op de bo
dem heeft laten kantelen, zijn
vervangen door een aarden baan.
Twee der overspanningen, die
tijdelijk aan de Rijkswaterstaat
waren uitgeleend ten behoeve van
de verkeersibrug, werden op 20
Juli en 2 Augustus teruggevaren
en weer in de spoorbrug ge
plaatst.
Het ligt nog steeds in de bedoe
ling de brug dubbelsporig te ma
ken. Wanneer dit zal gebeuren
kan echter thans nog niet worden
gezegd.
OOK JONGENS HOUDEN VAN..
HANDWERKEN
Jongens van een school in de Amerikaanse sector
van Berlijn, die zagen welke nuttige handwerkjes
de meisjes maakten, verzochten om toestemming
tot deelname aan de handwerklessen. Deze werd
gegeven en de knapen wedijveren thans met de
jongedames in het vervaardigen van de fijnste
naaldproducten.
ROOSENDAAL (K.N.P.) Met lede ogen zag Mgr. W. Bouter,
de Nederlandse bisschop van Nellore, het schip met kostbare
gaven uit Nederland voor de slachtoffers van de hongersnood
in India door de Golf van Bengalen aan zijn bisschopsstad
voorbijgaan. Het schip werd gemeerd in Calcutta en onder toe
zicht van de Nederlandse consul in die stad werden de koste
lijke Nederlandse gaven in de provincie Bihar verdeeld. Bihar
is het klassieke land van de hongerrampen, waar de grote
Belgische pater Lievens door zijn ingrijpende economische en
sociale bemoeiingen een bloeiende missie stichtte.
Mgr. Bouter en de ruim zestig
Nederlandse missionarissen, die
in zijn'bisdom werken, zijn dank
baar voor wat Nederland voor
India deed en gunnen het volk
van Bihar van harte de groot
moedige gaven, die nog slechts
een druppel zijn op de gloeiende
plaat van onzeglijk leed.
Toch wordt er door deze Ne
derlandse missionarissen, niet in
het openbaar, doch in besloten
kring, over gesproken of er mis-
nieuwsgierigheid werd opgewekt
doordat hij een vrouw pas tegen
de middag haar tanden zag
schoonmaken. „Maar heeft zij dan
nog niets gegeten?" vroeg hij ver
wonderd. Ik vertelde hem, dat
de vrouw 's morgens om vier uur
naar de bergen was gegaan, een
k.m. of vijf verderop, en dat zij
met een bundel gras van een
veertig pond op Kaar hoofd was
teruggekomen. Zij vertelde ons,
dat zij inderdaad nog niet gege
ten had en zeer waarschijnlijk
geen eten zou krijgen voor de
avond. Hij ondervroeg een ventje,
dat net van school kwam. Ook hij
had nog niet gegeten en ook de
avond te voren niet, maar- zijn
vader had die dag werk gekre
gen bij een boer en die zou hem
nu te eten geven. Al gauw kwam
de ambtenaar tot de ontdekking,
dat practisch niemand die dag
had gegeten. Er is nog kans op
een goede oogst als wij spoedig
regen krijgen; als dat niet het ge
val is móeten onze mensen weg
trekken of sterven. Er moet hulp
komen en zo spoedig mogelijk".
„Het zijn altijd drukke dagen voor de koster. Kerstmis, Pasen,
Pinksteren en die vele andere hoogtijdagen, waaraan ons Ker
kelijk Jaar zo rijk is. Het is niet alleen het werk in de kerk, dat
de koster, vertrouwde figuur in onze kerken, gedurende die da
gen in beslag neemt maar vooral ook de voorbereidingen tot
het goed verlopen van de plechtigheden in de kerk, waarnaar
toch iedereen met belangstelling en vreugde uitziet, vergen veel
tijd. Vooral de koster in de grote-stadsparochïe heeft daaraan
wel een dagtaak."
Dat vertelde ons eer» koster,
die wii spraken over zijn werk,
en hii vertelde daarbii geen
woord te veel. Want buiten het
werk in de kerk, waardoor hij
op de voorgrond treedt, heeft
de koster nog heel wat meer te
doen. Het koster-zijn is wel
degelijk een vak d'at imen goed
moet beheersen, wil men met
zijn tiid meegaan. Want ook in
de kosterij is er de laatste tien
tallen jaren heel wat veranderd.
Hii is zelfstandiger geworden,
de koster, en moet zijn weg als
het moet altijd kunnen vinden.
Vakkennis nodig
Op de eerste plaats wordt van
de koster een grote kennis van
de liturgie gevraagd, hii moet
weten of de dienstdoende ffeeste-
liike de „kleur van de dag" mag
lezen of niet. Hii moet in het
missaal thuis zijn en de ver
deling der feesten in klassen op
ziin duimpje kennen. En als er
vreemde geestelijken komen mis
lezen, dan moet hii weten of het
Dominicanen of Cisterciënsers
ziin, die hun eigen rituale heb
ben. Want. het is toch de koster,
die de kazuifels en de misboe
ken klaar moet leggen en moet
zorgen, dait alles in de kerk
regelmatig verloopt. Daarbii
komt dan nog het schoonhouden
van de altaren, het onderhouden
van de paramenten en het. Hei
lig Vaatwerk, het tijdig luiden,
vaak nog het tellen van de col
lecte-gelden en wat er al zo
niet 'bii kan komen. Op het
platteland is de koster tevens
vaak nog tuinier en hulp in die
pastorie.
Moderne opleiding
De kosters-opleiding is lange
tiid een praktijk-opleiding ge
weest. Men leerde vroeger het
vak van een oudere koster en
de „finishing touch" werd er
dan meestal door de pastoor aan
toegevoegd. Het was een vak.
waarin men langzamerhand
groeide. Tegenwoordig gaat dat
in heel veel plaatsen anders. Er
ziin kosters-cursussen, in ons
land door de Eucharistische
Bond gegeven vanuit het cen
trum, het klooster Brakkenstein
te Nijmegen. Die cursussen du
ren twee jaar en heeft men ze
met goed' gevolg doorgelopen,
dan kan men ten overstaan van
enige professoren van seminaria
een examen afleggen dat recht
geeft op het kosters-diploma.
Kosters-organisatie
De kosters hebben ook een
eigen bond, met diocesane afde
lingen. De bond1, die direct on
der de bisschop staat, heeft ook
een eigen vakblad, het „Kosters
blad", dat wordt uitgegeven in
samenwerking met de Belgische
kosters. Deze laatsten hebben
het goed voor elkaar. De Bel
gische kosters hebben namelijk
een perfecte opleiding in twee
kostersscholen, die te Sint
Niklaas-Waas bii Antwerpen,
verbonden aan de Bisschoppe
lijke Normaalschool aldaar en
onder directie van de zeereerw.
heer R. Weemaes; de grootste
kostersschool van België ligt in
Torhout, ten zuiden van Brugge
en wordt bestuurd door de zeer
eerw. heer R. Beauin.
Hier wordt ook les gegeven in
muziek en zang, en het bespelen
van het orgel, wat vooral voor
kleinere plaatsen van groot be
lang is.
Sociale voorzieningen
De kosters in Nederland heb
ben via hun bond al tal van
goede sociale voorzieningen kun
nen verkrijger». Hun salaris
wordt door de bisschop vastge
steld, maar, zo werd ons verteld,
die vastgestelde salarissen wor
den nog niet in alle kerken ge
geven. Maar in Limburg is men
toch al zo ver, dat beunhazerij
in het kostersvak uitgesloten is.
Een pastoor kan daar zo zonder
meer maar geen koster aanstel
len. Hii moet er een nemer», die
hem door de bond wordt ge
presenteerd. Via de bond wordt
ook in ons land gepoogd een
speciale kostersschool op te
richter».
In het buitenlnad kent men
goed georganiseerde kostersbon
nen. Naast België noemen wij
b.v. Zwitserland, dat ook een
eigen blad uitgeeft, de „Sehwei-
zer Sakrista". Hier ziin ook vaste
salarissen en een vastgestelde
vacantie van veertien dagen en
een dag in de week al lang ge
bruikelijk. Verder kent ook
Duitsland een bloeiende kosters-
bond, terwiil er in het Heilig
Jaar, in een bijeenkomst van
Europese kosters, een internatio
nale kostersbond is opgericht.
Eigen kostersstijl
Het is begrijpelijk, dat de kos
ters niet alleen op de bres staan
voor een betere sociale positie.
Er wordt ook gedaan aan geeste
lijke verdieping. Zo kennen de
kosters hun kosters-Maandag,
een dag, waarop alle kosters die
er anders moeilijk top kunnen
komen, zich tijdens de kerk
diensten in het gebed verdie
pen. zich in gebod verenigen
voor een bepaalde, algemene in
tentie. En op de kostersschool
in Torhout is het de directeur,
die zich bezig houdt met het
verzamelen van literatuur, die
op de koster betrekking heeft.
De rubriek „Vlaamse kosters-
liederen", de die zeereerw. heer
Bequin in het vakblad verzorgt,
is zeer gewaardeerde en veel ge
lezen copie.
De koster heeft een eigen stijl
van leven, die vooral in de ge-
meenischapsgedachte tot uiting
komt. Want de koster is niet al
leen tegenover 'de kerkbezoeker
een hulpvaardig man, nee, pok
in eigen kring propageert hii de
gemeenschapsgedachte die o.a.
tot uiting komt in het storten
van de z. g. overlij densgulden.
Een gave, die gestort wordt bii
het overliiden van eer» collega,
teneinde diens weduwe behulp
zaam te zijn in de eerste noden.
Verder kennen de Nederlansde
kosters nog het Sint Lidui,na-
fonds. ter bestrii'ding van de
kosten bij ziekte. Dit fonds
wordj gevormd door de afdracht
van eén kwartje per maand door
alle aangesloten kostgrs.
Emolumenten
Naast het vastgestelde salaris
krijger» de meeste kosters nog
een percentage van de mis-
stipendia van rouw. en trouw
missen. En dan verzorgen ze
nog vaak het drukwerk van de
bidprentjes. Veel andere emolu
menten zijn ér tegenwoordig
niet meer, zo verklaarde ons een
koster in de grote stad. want
het begraven en trouwen levert
tegenwoordig niet veel meer op.
Het is daarom maar. goed, dat
de koster een vast salaris krijgt,
want, al is het kosters-ambt een
heilig ambt. waarbii geldelijk
voordeel niet op de eerste plaats
schien nog kruimels over zijn
van de tafel der Nederlandse 1
liefdadigheid voor het bisdom I
Nellore, want ook daar is de j
nood tot het uiterste gestegen.
Pater van der Valk deelt hier
over het volgende mede:
„Wij hebben in het district
Cuddapah twee parochies onder
de paria's, n.l. te Badvel Taluk.
Zij tellen vier tot vijfduizend
Christenen en doopleerlingen.
Het valt niet te betwijfelen, dat.
de paria's van India de armste
en meest vertrapte mensen der
wereld zijn. Dit district heeft van
oudsher de naam van één van de
„honger'districten" 'te zijn en
Badvel Taluk is een van de arm- l
ste taluks te Cuddapah.
Over hun armoede wil ik
slechts dit zeggen: in norma Je
jaren hebben zii gedurende het
werk-seizoen. dat zes maanden
duurt, voldoende te eten. gedu
rende de rest van het iaar krij
gen zii niét meer dan één maal
tijd per dag en maaltijdloze da
gen behoren niet tot de uitzonde
ringen."
„Eerst hadden wij te kampen
met cholera-epidemie en nu zijn
wij op weg naar ene algehele
hongersnood. Andere jaren had
den wij bij deze tijd het uitplan-
ten en wieden van de rijst al
achter de rug. De irrigatie-reser
voirs zijn leeg en de velden lig
gen droog. Er is dus geen werk
voor onze mensen en als er geen
werk is, is er ook geen voedsel.
Andere jaren hielpen de boeren
onze paria's door hun wat graan
te lenen. Dit jaar zijn zij bang
zelf geen graan genoeg te heb
ben".
Niemand had gegeten
„Anderen houden het graan in
om de prijzen op te jagen. De
Paria's maken een verschrikke
lijke tijd mee. Zelfs de districts
ambtenaren begrijpen maar half
wat onze mensen meemaken.
Een paar weken geleden was hier
een ambtenaar op bezoek en zijn
In de Kersttijd zien wij in de
bloemenwinkels een van de mooi
ste winterbloeiers prijken. Wij be
doelen de Kerstroos (Helleborus
niger), die echter niets met rozen
heeft uit te staan, maar behoort
tot de ranonkelachtig en, waarvan
de vijftalligheid een der kenmer
ken is. Voor de liefhebbers van
deze plant behoeven wij natuur
lijk niet te vertellen, hoe zij er uit
ziet. Degenen, die er nog niet zo
goed mee op de hoogte zijn, maar
er toch graag een in huis willen
hebben, moeten weten, dat de
Kerstroos bloeit met zuiver witte
bloemen. Dit zijn echter niet de
kroonbladenzoals bijvoorbeeld
bij de boterbloemen (om in de fa
milie te blijven) het geval is. De
witte bloembladen vormen de
kelk, dus het deel der bloem, dat
meestal groen blijft. Hier zijn het
de kroonblaadjes, welke binnen in
de bloem zichtbaar zijn als groene
honingbakjes.
De Kerstroos is geen kamerplant
in optima forma. Zij kan 't slechts
een paar maanden binnen uithou
den. De plant, die de rest van het
jaar het best op een enigszins be
schaduwd plekje in de tuin kan
worden gezet, komt pas in huis
(in een kamer, waar niet gestookt
wordt), wanneer de bloemknoppen
beginnen te „werken". In verband
met de kans op vorst in December
verdient het aanbeveling om eind
November de plant te beschutten
teneinde niet het risico te lopen,
dat de bloemen te laat ontluiken.
Wanneer wij een Kerstroos van
de bloemist kopen, zetten wij haar
eveneens in een niet te warme ka
mer. De behandeling is in beide
gevallen ongeveer gelijk. Alleen
kunnen wij van een geforceerde
plant, welke de bloemist meestal
levert, niet verwachten, dat zij het
volgende jaar opnieuw bloeit.
Daarna zal zij ons ieder jaar weer
kunnen verrassen met haar grote
witte bloemen, die zo mooi afste
ken tegen het donkergroene blad.
Als wij lang plezier van de
Kerstroos willen hebben, dienen
wij niet te weinig water te geven.
Het liefst zetten wij de plant voor
een zonnig venster. Pas wanneer
de bloei ten einde raakt, vermin
deren wij het water geven. De
plant krijgt dan een plaatsje in
een onverwarmde kamer, totdat
zij in Maart of April, wanneer het
voorjaar zich aankondigt, weer in
de tuin wordt gezet.
Htn.
HORS D'OEUVRES
EN NOG VEEL MEER
Hors d'oeuvres en nog veel meer
bevat het gezellige en handige re
ceptenboek je van mej. M. Krabbe,
lerares aan de Amsterdamse Huis
houdschool. Het ziet er heel pre
tentieloos uit, maar het zal de
huisvrouw, die iets hartigs en pit
tigs wil klaarmaken, talloze dien
sten bewijzen.
Uitgever is Mij. Kosmos te Ara
sterdam.
aan bod mac komen, ook de
kosters ziin mensen van vlees en
bloed die hun noodzakelijke
levensbehoeften moeten kunnen
bekostigen. Van dat standpunt
aing destijds ook pastoor Hugo
Verriest, „de pastor van te. lan
de" zoals de in 1922 overleden
Vlaamse priester-dichter zich zo
graag noemde, uit toen hii het
eens voor ziin hoog-bejaarde
koster, een man van tachtig,
wiens ontslag door de kerkelijke
autoriteiten verlangd werd. op
nam. L. S.
50 jaar priester op 17 Novem
ber: Rev. Fathers S. Keet uit
Schagen in Engeland; J. Stouten
uit Nieuwveen in Nello
40 jaar priester op 21 Septem
ber: Rev. Fathers J. v. d. Riet
uit Dinteloord in Nellore; J. H.
Röttgering uit Amsterdam in
Kampala; J. Schipper uit Alkmaar
in Zevenbergen; H. Seelen uit
Venlo in Basankusu; C. Terhorst
uit Varsselder in Tororo; H. Ves-
ter uit Den Haag in Haarle; J.
Willemen uit Rijen in Roosen
daal.
25 jaar priester op 17 Juli:
Rev. Father A. Bruens uit Raven-
steijn in Arnhem; Right Rev. Mgr.
Mgr. J. Buis uit Leiden in Br.
Noord-Borneo; Rev. Fathers C.
Donsen uit Vlissingen in Basan
kusu; S. v. Gils uit Den Hout in
Tororo; H. Jonkergouw uit Til
burg op de Philippijnen; J. de
Reeper uit Den Bosch in Mill
Hill: W. Ruding uit Hoogezand
in Tororo; B. Saraber uit Den
Haag in Kampala; I. Stokman uit
Lent in Pr. Kameroen; J. Sweere
uit Moerdijk op de Philippijnen;
Right Rev. Mgr. Mgr. J. Vos uit
Amsterdam in Serawak
Rve
12V2 jaar priester op h Januari:
/e. Fathers G. Bisschop uit Nij
megen in Nellore; C. Castricum
uit Castricum in Basankusu; J.
Dekker uit Oudorp in Serawak;
F. van Dongen uit Blerick in
Kisumu; J. van Kesteren uit Lisse
in Roosendaal; J. Kuipers uit
Blauwhuis in Rawalpindi (tijde
lijk leraar te Freshfield); M.'Laan
uit Onderdijk in Kisumu; G. v.
Leeuwen uit Wassenaar in Basan
kusu; J. Lodenstijn uit Winters
wijk in Oosterbeek; A. Mak uit
Hoorn in Serawak; J. Mous uit
Bakhuizen in Oosterbeek; H.
Scholten uit Oldenzaal in Tororo;
S. Smit uit Heerhugowaard in
Basankusu; W. Smit uit Ginneken
in Noord-Borneo; E. Stockman
uit Sneek in Tororo; P. Wage
naar uit Amsterdam in Tororo;
M. Wartenbergh uit Amsterdam
in Basankusu; P. de Wit uit
Bovenkarspel in Noord-Borneo.
12'/2 jaar priester op 23 Januari:
Rev. Father C. Saraber uit Ketihel
in Kampala.
25 jaar geprofest op 15 October:
Eerw. Broeder Jan (de Koning)
uit Beemster in Basankusu: op
17 October: Eerw. Broeder Fran
cis (Bodewes) uit Veendam in
Malakal.
12»/2 jaar geprofest op 24 Juni:
Eerw. Broeder Isidore Lanters uit
Veendam in Roosendaal.
DUITSE SOCIALISTEN SPELEN
NAZI'S IN DE KAART
Reeds enkele malen hebben wij
er op gewezen, hoe de Duitse so
cialisten, onder leiding van Dl'.
Schumacher met hun felle op
positie politiek tegen de christen
staatsman Dr. Adenauer, lijnrecht
in de kaart spelen van het natio
naal socialisme en daardoor op
nieuw, evenals door hun felle
oppositie in de twintig en aer-
tiger jaren tegen Dr. Brümng, de
democratie in Duitsland onder
mijnen. Tegen deze socialistische
politiek komt nu ook het socia
listisch Tweede Kamerlid Goed
hart in verzet. In een artikel in
het „Parool" schrijft hij onder de
titel „Warboel" na eerst de En
gelse partijgenoten de les te
hebben gelezen, die meer Engels
man dan socialist zijn, het vol
gende:
„In Duitsland is het nota bene
ook de socialistische partij, die
voortdurend roet in het eten
gooit. De S.P.D. begint steeds
meer te gelijken op een gros-
sierderij in Duits nationalisme.
Schumacher hanteert de buiten
landse politiek als een stormram
voor zijn binnenlandse strijd, die
kennelijk voor hem de hoofd
zaak vormt. Om de positie van
de S.P.D. in het binnenland te
versterken, werpt Schumacher
zich voortdurend op als de ver
dediger, ten koste van alles, van
het Duitsnationale belang. De
zeer grote concessies, die Ade
nauer van de gealliëerden heeft
verkregen, bagatelliseert hu op
demagogische wijze tot bijkom
stigheden. Zijn verlangen, om de
S.P.D. tot de eerste partij des
lands te maken, is zo alles over
heersend, dat hij de Europese in
tegratie er desnoods aan opoffert.
Klaarblijkelijk beseft hij niet
daarmede een „va banque-spel"
te spelen, waarbij zijn ergste
vijanden tenslotte met de winst
zullen gaan strijken".
Grondwetskamer?
Trouw ontwikkelt nog eens
bezwaren tegen het regerings
voorstel tot het instellen van een
aparte kamer voor de grondwets
herziening. De nota der minder
heid in de Staatscommissie noem
de dit een „getrapt referendum",
(volksraadpleging) maar dat
kennen wij niet. Bovendien, aldus
„Trouw", bij elke verkiezing, ook
bij die van een Kamer voor
Grondwetswijziging, zal de alge
mene politiek overheersen. De
candidaten worden gesteld door
de bestaande partijen. De leden
der gewone Kamers kunnen lid
zijn van de Grondwetskamer.
Daardoor blijft er in de Grond
wetskamer en onder de kiezers
dezelfde politieke binding aan de
bestaande partijen, als in en bij
een gewone Kamer het geval is.
Bovendien hoe wordt de zaak,
als er, gelijk meestal het geval is,
meerdere voorstellen aan de orde
zijn en men is t.a.v. het ene posi
tief, t.a.v. het andere negatief in
gesteld? Dan wordt de volks
raadpleging toch vertroebeld. Het
komt ons voor dat men beter het
bestaande stelsel kan .ïouden.
Schadelijke strijd
De minister van Justitie heeft
in de Tweede Kamer een opmer
king gemaakt, die de formalis
ten in de rechterlijke macht in
Friesland ter harte mogen ne
men. Hij heeft gezegd, dat in
het verkeer tussen de rechter
en de rechtzoekenden de nodige
soepelheid moet worden betoond
Dus: als rechtzoekenden voor de
rechter Fries willen spreken,
laat hen dan hun gang gaan.
Daar zijn wij 't uiteraard mee
eens. Voor het overige is de mi
nister echter te vasthoudend ge
weest. betoogt „Het Vrije Volk".
Van de Friezen mag worden
verwacht, dat zij zich in het of
ficiële verkeer van het Neder
lands bedienen, heeft hij gezegd.
Een advocaat moet dus in Ket
Nederlands pleiten en bij het af
leggen van de eed gaat het om
landswetten en eerbied voor de
justitie en de gezagsorganen,
waarin de eenheid van de natie
tot uiting komt. Waar moet het
heen, als Friesland zich op het
terrein van de rechtspleging zou
willen isoleren? Dat klinkt in
drukwekkend. Maar als de Frie
zen er nu op staan Fries te spre
ken en de minister staat er op,
dat ze Nederlands spreken in 't
officiële verkeer, wat gebeurt er
dan? Dan ontbrandt er 'n strijd,
die de minister natuurlijk toch
verliest, een strijd, waarin Fries
land bovendien de kwade kans
loopt onder invloed te geraken
van een extremistisch nationa
lisme met martelaarschap en al
les wat er verder nog bijhoort.
De gevaren van een noodlottig
isolationisme, die de minister
wenst te bezweren, worden in
die strijd juist opgeroepen.