Van werd Rad i Er bestaan geen edelstenen of halfedelstenen DE BOTERHAM Onze garderobe DEZE WEEK INDE TUIN Zeei/w oortje w m m MËk an juwelen gesp roken oman Wonderlijke kostbaarheden uit ruwe steen of uit de diepten der zee wor aange kleed voor vacantiedagen door Wmr) Knipjeheer én Roo$ T^a$$el Geld dat en tóch ZATERDAG 14 JUNI 1952 Wie zal de eerste zijn geweest, die tot de ontdekking kwam, dat een ruwe bonk van een steen de grootste schoons heid aan vormen en kleuren in zich bergen kon? Het moet heel lang geleden zijn, toen primitieve volken stenen slepen en er plotseling iets begon te glinsteren aan die grove, harde massa. Sindsdien zijn er jaren voorbijgegaan, jaren, waarin men steeds meer soorten kostbare stenen ging onderscheiden en steeds betere manieren leerde om ze te bewerken. Zo ontstond een studie, die een van de boeiendste is op aarde en de vurigste beoefenaars heeft: de studie van het edelges steente. Uiteraard ligt het niet op onze weg in dit artikeltje een gedegen studie aan de edelstenen te wijden, maar wij willen toch trachten een goede omschrijving te geven. Onder edelstenen verstaat men mineralen, die in geslepen toestand door de mens als versiering gedragen worden en zich kunnen beroemen op schoonheid, duurzaamheid en zeldzaamheid. cultiveren. Hij laat ze in het laat ste geval de oester opzettelijk ma ken, door eigenhandig een korrel tje binnen de schaal te brengen en dus niet te wachten, tot dit van nature gebeurt. Deze gekweekte parels zijn weer niet zo kostbaar als de parels, die op louter natuurlijke wijze door de oester zijn gemaakt. De Japanners zijn grote meesters in het kweken van paarlen. Zij waren de eersten, die het geheim wisten van een korreltje in de oesterschaal te brengen, zonder dat het dier daar aan sterft en alle parel-illusie ver vliegt. Er is nog heel veel te vertellen over paarlen, al zou het alleen maar zijn over het dragen van deze kostbaarheden. Het is aan- Enige ruwe mineralen en enkele geslepen stenen. Nu komen deze drie eigenschap pen niet bij alle edelstenen in even sterke mate voor. Er zijn altijd stenen, die iets minder mooi of iets minder duurzaam zijn. Daarom hebben de juweliers vroeger wel een indeling gemaakt in edelstenen en half-edelstenen. Tot de eerste behoorden dan de diamant, robijn, smaragd en de safier. Tegenwoordig maakt men dit onderscheid echter niet meer. „Een steen is edel of niet" zo zegt men. „is hij edel, dan is hij ook een edelsteen in de volle zin des woords". Behalve van natuurlijke edel stenen zult u ook wel eens van synthetische stenen hebben ge hoord. Dit zijn de stenen, die niet in de natuur zijn ontstaan, maar kunstmatig werden samengesteld. Hiervoor gebruikte men oorspron kelijk gruis van mineralen. Tegen woordig neemt men o.a. alumi- niumoxyde met kleurstoffen. De robijn Een synthetische en een echte kunnen als twee druppels water op elkaar gelijken. Vandaar, dat gretige kopers en koopsters zich zelf vaak een teleurstelling bezor gen. De schepen uit Indonesië, die langs Ceylon varen, worden over rompeld door kooplui, die de prachtigste robijnen aanbieden. Verreweg het grootste gedeelte hiervan is synthetisch, een weten schap, die men later tot zijn spijt pas ontdekt. Het prijsverschil tussen echte en synthetische robijnen is bijzonder groot. Kost een synthetische bij voorbeeld vijf en twintig of dertig gulden, voor een echte van het zelfde formaat moet men vijftien honderd gulden neertellen! De rob ijn is een vorstelijke steen. Hij is met de smaragd de duurste der gekleurde edel stenen en hij is een van de weinige, die zowel op de dag als des avonds zeer mooi is. Bijna geen enkele steen „werkt" bij kunstlicht hetzelf de als bij daglicht, de meeste zijn of overdag of 's avonds op hun best. Variatie Wat een variatie is er in edel stenen, zelfs in edelstenen van de zelfde familie, hebben wij dezer dagen gezien in de vitrines van een juwelier te Utrecht, de heer A. van Berkel. Deze grote liefheb ber en verzamelaar van stenen heeft een uitgebreide collectie, zowel aan ruwe als geslepen ste nen. Malachiet is er als grave, ko pergroene steen en als warm, mooi gepolijst sieraad voor de vrouw. Ook aan de brokkelige, ruwe rosa kwarts ziet men de adel nog niet af, die hij als sierlijk ge slepen rozerood steentje zal bezit ten. De topaas en agaat zetten de bezoeker helemaal voor raadsels. De topaas, die altijd bruin of goud geel in zijn kleuren heeft, kan tot grijs-wit gebrand worden en de agaat, de geslepen agaat speelt een spelletje met zijn bewonderaars. Het ene stuk is diep oranje, het andere weer wit met roze en crème er in, een volgend hele maal wit en tenslotteer is eigenlijk geen slot. De agaat heeft ontelbare variaties, die de leek nooit allemaal kennen zal. Be roemd zijn de bruine stenen, die tijgeroog heten en de grijze, die als kattenoog betiteld worden. En met recht. Wat is een parel? In dit relaas over edelstenen hebben wij de parel nog onaange roerd gelaten. De parel wordt ook tot de edelstenen gerekend, al is zij geen mineraal. Wat is een pa rel dan wel? Een schaalachtig weefsel, dat een weekdier vormt, als er iets vreemds, bij voorbeeld een korreltje in zijn schaal of tus sen de kieuwen binnendringt. Hij zet daar dan de parel omheen. Als het een weekdier is met een doffe, doodse schaal, wordt de pa rel ook dof en dus waardeloos. Weekdieren met een parelmoer achtige schaal zoals oesters fabri ceren echter parels het een mooi schijnend oppervlak. Dat zijn de kostbare parels, die de mens naar stig zoekt en ook al zelf weet te bevelenswaardig, zo zeggen de mensen van het vak, om een pa rel 's avonds na het dragen zacht met een doekje af te wrijven; door het transpireren, dat men licht doet, zetten zich namelijk zwavel- stoffen af, die nadelig inwerken op de parel. Ook vocht is heel schadelijk, evenals zure stoffen als azijn en wijn. Laat uw parelsnoer, zo u dit be zitten mocht, nooit in deze vloei stoffen belanden, want het lost volledig op en u ziet uw kostelijke parels nooit meer terug.... Er bestaan ook camee's, die van edelstenen werden gemaakt, bij voorbeeld van de onyx, en dan zijn er natuurlijk nog vele imita ties van deze karakteristieke sie raden. Imitaties zullen er altijd zijn. Men zal steeds meer vinden, steeds betere en steeds mooiere, maar niets is tenslotte zo edel als het ware. Als dat ergens geldt, geldt het zeker in het rijk der edelstenen. Ook uit zee Madame Etiquette Nu we dan de parels in het niet hebben laten verdwijnen, willen we nog even iets vertellen van een ander sieraad, dat ook aan de zee ontleend is. Het betreft hier de camee, die in Italië gesneden wordt uit schelpen. De witte bo venlaag wordt helemaal langs het uitgesneden figuurtje verwijderd, zodat de bruine onderlaag te voor schijn komt en de achtergrond vormt. Hoe fijner de witte boven laag, hoe mooier de camee. Als het bruin hier en daar door het witte figuurtje, bij voorbeeld een meis jeskopje, heenschemert, is de ca mee op zijn fraaist. dt „Wat zullen we nu weer op het brood nemen" is een veel gehoorde opmerking in ons landje, waar mis schien wel het meeste belegde brood gegeten wordt van de gehele wereld. Vaak klinkt dat als een verzuchting. Toch hoeven de broodbelcggingen ons niet zoveel hoofdbrekens en. geld te kosten, als we ons even de moeite gunnen om in de keuken iets klaar te maken. De mogelijkhe den zijn dan onuitputtelijk! In de eerste plaats kunnen we bij het bereiden van de warme maaltijd alvast met de broodbelegging reke ning houden. Misschien kan er iets méér worden gekookt, zodat er een restje voor de broodmaaltijd over blijft. Of we kunnen een gedeelte van groente of vruchten al vóór het koken achterhouden om er een slaat je bij de boterham van te maken. Wellicht ook nemen we iets aparts voor de broodmaaltijd en geven dan vlees, vis, kaas of ei. Een zelfgemaakt broodbelegsel kan heerlijk zijn en de bereiding hoeft niet veel tijd te kosten. Laten we de restverwerking eens als voorbeeld nemen. Staat er vis op het menu, dan een extra wijtinkje of scholletje mee- gestoofd of een stukje schelvis of kabeljauw achtergehouden voor de eerstvolgende broodmaaltijd, en ook een laagje saus in de pan gelaten. Vóór de afwas begint, kunt u daar mee al een smakelijk belegsel bereid hebben öf u maakt een paar gekook te aardappelen fijn, mengt de vis saus er door en voegt een scheutje azijn, wat gesnipperde ui en peter selie en de fijngemaakte, goed ont- grate vis toe. Voor een slaatje ma ken we dit mengsel stevig, voor een pasta om op de boterham uit te strij ken wat dunner. Wat koude kaassaus, overgebleven van bijv. bloemkool, is al heel ge makkelijk als broodbelegging te ge bruiken. Is de saus stijf geworden, dan roeren we haar even glad met wat melk en mengen er extra kaas, groene kruiden of iets nootmuskaat door. Van een beetje achtergehouden vlees, gehakt of worst is veel te ma ken. Met gekookte aardappel, augurk en biet, appel of sla alles heel fijn gesneden en vermengd met azijn of slasaus wordt het een huzarenslaatje. Met een sausje van boter of marga rine, bloem of bouillon of water wordt het een boterhampasta, warm of koud. En zal als extraatje niet in de smaak vallen een pannekoekje, waar in een restje, wat droog geworden, plakjes worst verwerkt is? Ook met een half onsje mosselen, een ei of vis- waren, kunnen we, door ze op een dergelijke manier te verwerken, heel wat boterhammen smakelijk maken. En zo zijn er nog heel wat mogelijk heden, ook met gekookte groenten, bonen, aardappelen en rijst. Koekjes, slaatjes, ragout en andere gerechten naar eigen fantasie zijn daarvan op allerlei manieren te maken. Nauw keurige recepten hebt u daarvoor niet nodig; met wat proeven en proberen krijgt u zeker een smakelijk resul taat! Vlug klaar zijn bijv. sla van aardappelen met rauwe spinazie en witlof, warme gefruite ui met kerrie Cs zomers met paprika of tomaat) en gebakken selderijknol. Hebt u verder wel eens romige tomaten crème gemaakt van weekgeroerde bo ter of margarine met tomatenpuree en peterseliegroen, of een smeersel van fijngesneden augurkjes en uitjes in een slasaus met een prikje mos terd en wat fijngehakt ei of worst erdoor geroerd? En dan zijn er nog de rauwe groen ten en vruchten, die de broodmaal tijd direct zo'n fris en fleurig aan zien geven: knolselderij, witlofsla, geraspte wortel, radijs, tomaat, kom kommer, selderijknol, reepjes rode en groene paprika, appel enz. Het schoonmaken kost u misschien twee minuten, evenals het raspen of snij den en dan hebt u nog slechts een oogwenk tijds nodig om met zout, azijn of slasaus de broodbelegging „af" te maken. In de behoefte aan „zoete" beleg gingen kan o.m. voorzien worden door een restje rabarbermoes of ge bakken appelschijven met suiker en kaneel. Voor de gezinsleden, die hun twaalfuurtje buitenshuis opeten, kunnen we met een dergelijke beleg ging een jampotje of perkamenten bekertje vullen, dan trekt dit niet in het brood. Wanneer we dan zo af en toe nog eens een ei, vleeswaren of vis zo kant en klaar kopen, dan genieten we daar dubbel en dwars van, vooral wan neer we die eens feestelijk opdoen op een schaaltje, versierd met een rand je groen, sla of wat radijsjes! Wanneer een dame iemand be groet hoeft zij haar handschoenen niet uit te trekken. Men handelt in dit geval helemaal overeenkomstig de étiquette en hoeft zich dus niet te verontschuldigen. Wanneer een dame in een ver trek vertoeft en er treden perso nen binnen dan mag de dame gerust blijven zitten, terwijl zij de nieuwgekomene begroet en de hand reikt. Omwille van de goede vormen wijkt men soms van deze regel af. Een gastvrouw b.v. zal practisch altijd opstaan als ze haar gasten begroet en een jong meisje zou een al te pretentieuze houding aannemen wanneer ze bij, het be groeten van een heer op leeftijd bleef zitten. Wat neemt V mee als U met va- cantie gaat? Natuurlijk hangt het er van af waar U naar toe gaat. Bij watersport is een lange broek met een wind-jacket een prettige dracht. De vacantie-gangster die er van houdt meer gekleed uit te gaan_ zien wij in gedachten ver trekken met een correct, sportief mantelpakje, een regenjas over de arm en gewapend met een para plu. In haar koffer heeft zij min stens een geklede zomerjurk en een topper in een neutrale kleur. De Pinksterdagen hebben ons weer eens geleerd hoe koud 't in de zomer kan zijn. Voor alle ca tegorieën vacantie-gangers zijn wollen jumpers of jasjes en re genjassen dan ook onmisbaar. Laten we nu eens aannemen dat U geen filmster en ook niet schat rijk bent en dat U geen 3 maan den, maar 2 weken vacantie hebt. Dan wilt U zich natuurlijk voor die 2 weken niet allerlei dingen aanschaffen waar U de rest van het jaar niets meer aan hebt. Een bonte zomerrok bewijst hier on schatbare diensten. Aan het strand kan hij gedragen worden met een mouwloos blousje of, op koudere dagen met een wollen truitje. Een kort jasje van dezelfde stof als de rok maakt er 'n deux-pièces van met een meer gekleed tintje, zodat het geheel ook in de stad dienst kan doen. Handige vingers maken van een wat overjarige zomerjurk een zonnèjurk met schouderban den, die met een effen (bijv. witte) bolero een ideale vacantie-dracht vormt. LASTIGE MENSEN Weet je wie we graag een gróte mond geven? Lastige mensen. Juist. En waarom? Om van hen af te komen. En dat kun je het best doen met een brutale mond te geven. Daar schrikken ze immers van. Lastige mensen voor jongens en meisjes zijn va der, moeder, de onderwijzer en de juf, de leider en leidster, de akela en de hopman, de parkwach ter en de politie-agent. Kijk, die hebben iets over ons te vertellen en die kunnen het ons daarom las tig maken. Als ze iets van je vragen, wat je niet graag doet of waar je nu juist geen trek in hebt, dan kun je je er met een grote mond van af ma ken. Een zogenaamd flink woord, een scheldwoord desnoods en het schot is raak. Meestal komt het anders uit en dat is maar goed ook. Lastige men sen, zoals wij dat tenminste denken, maar die ver standig zijn, gaan niet voor een grote mond opzij. Die zullen je wel mores leren. De rest hoef ik niet te vertellen. Als je daa r o m je grote mond op een kiertje houdt, is dat niet het mooiste. Geef geen grote mond, omdat de naastenliefde dat van je vraagt. En die lastige mensen kunnen je daarbij prachtig helpen. laatst allés weer normaal! Pas hééft de Lassoman bezoek gehad van 'n mijn heer uit Parijs. Die mijn heer was reuze aardig! Hij heeft bij de Lassoman 'n boterhammetje gegeten. Merci, merci, zei hij maar. Dat betekent: Dank u wel! En moet jullie kunstge bit nog gerepareerd wor den? Waarschuw dan maar even. In Alkmaar bestaat het katholieke ziekenhuis al 25 jaar! In Noord Holland er gens woont Els. Zij heeft in 'n trommeltje 'n dropje en na 'n half jaar moet dat iets anders zijn, zegt ze! Wie weet! Het is wel geheimzinnig! Nu, kleine vrienden, tot de volgende week maar weer! Deze week hebben we de langste dag! Welte rusten! Pinda's, zoethout en chocola Drie lekkere snoepe rijen Maar weet je, waar ze vandaan komen? De pinda's of apennoot- jes, die veel in Indonesië worden verbouwd, komen van de pindaplant. Als de bloemen zijn uitgebloeid, zie je de stengeltjes daar van naar beneden groeien en de vruchtjes in de grond duwen. Nu begrijp je ook, dat pinda's ook wel grond- of aardnoten worden genoemd. En als je dan voor je moeder een fles Delftse slaolie moet halen, wist je dan ook, dat die olie uit pinda's geperst is? En zoethout? Dat is een deel van de zoethoutplant. Die groeit veel in Zuid- Europa. Zoethout wordt fijngemalen om er.... dropjes van te maken. Chocola maken ze uit zaden van de cacaoplant, die veel In Amerika groeit. In Amsterdam brak pas geleden brand uit in 'n café. De baas van het ca fé bluste de brand met... bier! Bier is toch maar best! Het Eucharistisch Con gres in Barcelona is prachtig geweest! De Las soman hoort het van alle kanten! In ons dierbaar vader land is nog 244.000 ha bos. Eén ha is 'n vierkante hectometer. Dat is 100 m lang en 100 m breed. Goed onthouden, kleine vrien den! In het mooie land Tirol 'n paar flinke jongens ge sproken. Die hadden 'n prachtige prijs gekregen. Weet je waarvoor? Omdat ze 'n jaar lang elke dag 'n kameraadje, dat niet lopen kon, op hun rug naar school hebben gedra gen! Hulde! Hulde! Dat zijn echte vrienden van de Lassoman! Nederland verkoopt bo ter aan Duitsland. Goed In Amersfoort is 'n leuk café. Dat heet „De groote Slok". Het paard kreeg er 'n emmertje wa ter en de Lassoman dronk er 'n glaasje bier. Héér lijk! En onze KVP-lijst (van de katholieken) heeft no 1 gekregen. De Lassoman stemt op lijst 1. Dat vindt hij fijn! En in Frankrijk was Salaris Laatst vertelden we jul lie, waar het gewone woord „boek" vandaan kwam. Salaris is ook zo'n veelgebruikt woord. Je zult het je vader nog al eens horen zeggen. Nu betekent het dus het geld, dat iemand verdient. Maar voor de Romeinse soldaat betekende <het „zout-geld". Salaris was oorspronke lijk het geld, dat de Ro meinse soldaten werd uit betaald om zout te kopen. Z'n oorsprong was het Latijnse woord „salarium" dat betekent „zoutgeld". Waarschijnlijk komt het oude gezegde: „Hij is z'n zout niet waard" uit die tijd. Hoeveel Kees heeft geld in z'n spaarpot. Hjj geeft de helft ervan uit voor een jas, een vierde deel voor schoenen en een zevende voor een leren bal. Nu houdt hij nog 9 gulden over. Kun je nu uitreke nen, hoeveel gulden in z'n spaarpot zat? Vogeltje vechtjas Wie ik daarmee bedoel? Wel het roodborstje, waar van de legende vertelt, hoe het aan dat rode plekje op z'n borst gekomen is. Toen het namelijk bij de ster vende Jesus een doorn wegpikte uit de doornen kroon, viel er een drup pel bloed op z'n grijze veertjes. Anderen zeggen, dat dat rood 'tstrijdvuur betekent, dat in z'n borst je brandt. In alle geval, dat leuke dotje veren met die pientere kraaloogjes, is een echte vechtersbaas. Niet altijd, maar wel in de schrale wintertijd. Dan gaat ieder roodborstje op zichzelf leven en kiest 'n eigen jachtgebied, dat het met hand en tand verde digt. Zou een jong rood borstje bij z'n moeder wil len blijven, dan ontstaat er een gevecht, waarbij dikwijls de oudere vogel het moet afleggen. Zo ko men we aan het verhaal, dat roodborst-kinderen de moordenaars zijn van hun ouders. Het is alleen maar uit nood, dat het gebeurt. Een kwestie van leven, anders niet. Telkens laat het roodborstje z'n scherp waarschuwingssignaal ho ren. Zou een veel grotere spreeuw het wagen op z'n gebied te komen, dan vechten geen gebrek. De kleine vechtjas weet met z'n scherpe snaveltje z'n tegenstander precies op z'n zwakke plek te tref fen en de spreeuw moet dan veelal de aftocht bla zen. Als de schrale tijd voorbij is, neemt het vech ten af. Met de mensen staat het roodborstje op goede voet. Het is niet schuw en loopt je haast om zo te zeggen voor de voeten. Ik heb eens gele zen, dat een roodborstjes- paar zijn nestje bouwde in een gedeukte koperen ke tel, die in een sloot lag. En de jongen, die groot geworden waren, zochten de leren gereedschaptas van een auto op als huis je. Van woningnood heb ben ze op deze manier geen hinder. En eten, dat ze kunnen. Per dag liefst driemaal hun eigen li chaamsgewicht. Insekten, wormen en ander gespuis ruimen ze in een omme zien aan de kant. Zo is vo geltje Vechtjas dus van groot nut. Wie heet er VITUS De vader van de H. Vi tus was een heiden. Z'n moeder stierf al vroeg. Nu kreeg hij twee heilige pleegouders, de H. Mo- destus en Crescentia, die voor hem zorgden. Ze voedden hem op en wel dra wilde de ferme jon gen gedoopt worden Bui ten weten van z'n vader, die, toen hij het vernam, woedend was. Hij liet z'n kind met roeden slaan. Dat hielp niets. Toen ge bruikte de vader andere middelen. Hij gaf heer lijke feesten en wilde Vi tus tot het kwaad over halen. Maar met het kruis in de hand joeg hij alle kwaaddoeners op de vlucht. Om verdere pla gerijen te ontkomen, na men z'n pleegouders hem mee naar Sicilië. Ook daar woedde de vervol ging en spoedig werden Vitus en z'n pleegouders gevangen genomen. Ze werden in een ketel ko kende olie geworpen. Maar net als de drie jon gelingen in de vuuroven begonnen ze lofliederen te zingen. Ook de wilde die ren schaadden hen niet. Hoewel Vitus de zoon van z'n beul genas, liet deze toch de drie martelaren ter dood brengen. Een arm van St. Vitus wordt in de Dom te Praag be waard. 15 Juni vieren we z'n feestdag. Een woord bijvoegen We geven je telkens een groep van drie woor den. Daaraan moet je bij elke groep eenzelfde woord toevoegen, zodat er weer nieuwe woorden ontstaan. 1. Pil 2. Guit 3. Rijst 1. Tuin 2. Port 3. Rog 1. Vals 1. Vuil 2. Grijs 2. Stoor 3. Wreed 3. Kerk 1. Stijf 2. Vul 3. Plak Na hetgeen wij de vorige maal schreven over de muurbloemen, welke thans reeds gezaaid moeten worden om het volgend jaar van de bloêmen te kunnen genieten, vroeg ons een lezeres nog enkele andere tweejarige planten te noe men, welke op dezelfde manier als de muurbloemen behandeld moeten worden. Wij haasten ons daarom deze vraag te beantwoorden, omdat er planten zijn, die nu nodig gezaaid moeten worden. Daar is om te be ginnen het Vingerhoedskruid (Di gitalis), een van de fraaiste twee. jarigen, welke een grote decora tieve waarde heeft in onze tuinen en niet zo veeleisend is, noch wat de aard van de grond, noch wat de standplaats betreft. De Digi talis kan daarom uitstekend op een plaats gezet worden, welke van zonnestralen verstoken blijft. De zaden moeten thans de grond in; de jonge plantjes worden ver- speend, waarna zij in October te bestemder plaatse worden uitge- plant met een tussenruimte van ongeveer dertig centimeter. Ook de Campanula Medium dient thans te worden gezaaid. Deze plant, welke als Klokjes- bloem misschien beter bekend is, varieert in hoogte van 50 cm tot 1 meter, de kleuren zijn wit, rose, lila en blauw. Wanneer de jonge plantjes groot genoeg zijn worden ze verspeend, hetgeen na één a twee maanden wordt herhaald. In October worden ze dan op de de finitieve plaats uitgezet met een onderlinge afstand van pl.m. 40 centimeter. Ofschoon zij ook heel goed kun nen worden overgehouden, reke nen wij de Duizendschonen (Dian- thus barbatus) toch onder de tweejarige planten. De opnieuw gezaaide planten zijn doorgaans forser dan degene, welke wij ieder jaar weer zien terugkomen. De tijd om te zaaien is Juni. Na verspeend te zijn, zetten wij de jonge planten in Octo ber te bestemder plaatse uit met een tussenruimte van plm. 25 cm. Het is van te voren niet te zeggen, welke kleur de planten zullen krijgen. Wie echter voorkeur voor een bepaalde kleur heeft, kan de planten ook vermeerderen door .de kluit te scheuren of door „af leggen". Daartoe wordt een uit loper met een haarspeld of een kromgebogen takje in de grond vastgezet en daarna bedekt met aarde. Deze uitloper zal dan wor tels vormen, zodat een nieuwe plant is ontstaan, welke dezelfde kleur bloemen heeft als de moe derplant. Ook de grootbloemige violen (Viola tricolor maxima) kunnen wij nu zaaien. Voor ze worden uit gezet op de plaats, waar zij het volgend jaar zullen bloeien, wor den de plantjes een keer ver speend. Als wij in het najaar wat kunstmest geven, zullen wij extra grote bloemen mogen verwach ten, welke ons maandenlang ge noegen kunnen verschaffen, mits de uitgebloeide bloemen voortdu rend worden verwijderd. Ten slotte willen wij in deze korte opsomming nog de Judas penning (Lunaria) vermelden, welke haar naam ontleent aan de zilverwitte, doorzichtige zaad schijfjes, welke inderdaad iets op munten lijken. De zaaitijd is eigenlijk reeds voorbij, maar als we er terstond werk van maken, zullen wij het volgend jaar zeker van de purperrode of witte bloe men en daarna van de „pennin gen" kunnen genieten. Deze kun nen uitstekend worden gedroogd, zodat wij er ook nog in de winter plezier aan kunnen beleven. Na verspeend te zijn, worden de jonge plantjes uitgezet op een plekje, waar zij geen last zullen krijgen van al te felle zon. Het best is een plaatsje in de half schaduw. Htn. ONGETWIJFELD evenveel soorte; schien is het „v geen jongen, di stad en land he postzegels. Oud de voorkeur gev liefde blijven v« niet langer op één of een pact watermerken, op overigens van c af tot bierviltjes Pallas of de Nede die de beelder deze munt e< stuk voor de V Indische Compc geslagen kon Statenmunten vc „Vreemd" geld hetzij van over d( op een bijzondere verbeelding, prei woon geld spreek realiteit. In bijki daar zijn wij zekc deze of gene wel ten die hij merku ooit gevonden h munt uit het bui kreukelde inflati astronomisch get: in eigen land ui genomen waarde vierduitstuk, viel en volks bezettin Vliegtuig Echte munten-vi ef echter maar w is de „vreemde" cies weer té vree lijker te verwerve doorgaans ook. D van dit slag verza ter ook een gevol dat de meeste mei iets afweten var met, over en aan leven, te vertellei valt. Wij wisten dat het gezegend toi twee jonge burgi ontmoeten, de h< en J. Schneiders, méér hobbies bijvoorbeeld rr enthousiaste nur maar eens het de gebruiken voor i ningkenners, afgi Latijnse numus: f En zij deden ons van ons leven m belangstelling een ZONDAG 15 Hilversum I. 40J 8.30 IKOR, 9.30 NCRV, 19.45—24 8-00 Nieuwsberi' Gramofoon; 8.30 N dienst; 9.30 Nieuw den; 9.45 Gramofi mis; 11.30 Gramo: Strijkorkest en so logie; 12.35 Gramc Lichte muziek; 12, 13.00 Nieuws, we katholiek nieuw: concert; 13.35 „Ui boeken"; 13.50 H< Concertgebouwork norecital; 15.00 „IV gen", causerie; 15 harmonisch Sextet foonmuziek; 1610 Thuisfront overal; 16-30 Vespers; 17.C dienst; 18.30 u. G 19.15 „Het gebe causerie; 19.30 N slagen en weerbei Actualiteiten 19.5 king; 20.05 De ge' er 't zijne van; 2 programma; 22.45 liturgische kalem Nieuws; 23.15—24.1 Hilversum n. 29; 10.00 VPRO, 10. AVRO, 17.00 VI VARA, 20-00—21 8-00 Nieuws en Daarna Pofitduivei Gramofoon; 8.30 en bloeit" cause: spel; 8.57 Postduiv s.portmededelingen tietips; 9.10 Gram „Geestelijk leven", Voor de jeu;d; 10-3 se Kerkdienst; 12. liedjes en dansen afrekenen. Heren" spel; 13.00 Nieuws ten; 13.05 Meded mofoon; 13.10 Koe Accordeonmuziek spreking; 14.15 Gi Opera-concert; 1! schouwing; 16-00 16.30 Sportrevue; ken met luisteraar het kerkelijk erf", r

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad : voor Alkmaar en omgeving | 1952 | | pagina 4