Indonesiër en Nederlander BELANGRIJKE CONFERENTIE TE BATAVIA Manoeilsky houdt voet bij stuk Het samenleven van Nieuw Noordhollandsch Dagblad VAN MOOK BIEDT ONZE VOORSTELLEN AAN PARTIJ VAN DEN ARBEID OPGERICHT! De Partijraad van de Katholieke Volkspartij Hij wordt scherp „WIJ HEBBEN DE SPANNINGEN ONDERSCHAT" Duitschland wil niets van een atoombom Giral breidt zijn kabinet uit MAANDAG 11 FEBRUARI 1946 LUITENANT-GOUVERNEUR-GENERAAL van Nederlandsch-Indië Dr. H. van Mook, de bijzondere Britsche gezant, Sir Archibald Clark Kerr, en de Minister-President van de Indonesische „Republi. keinsche regeering", Soetan Sjahrir, zijn gisteren bijeengekomen voor een onofficieele lunch in een particulier huis op de Oranjeboulevard te Batavia. Een intelligence-Officier van den Britschen Generalen Staf, Luit.- Kolonel L. J. van der Post en Kolonel Raden Abdul Kadir Wirdjoat- modja (Indonesiër) waren hierbij aanwezig. Na de lunch is omstreeks half vier plaatselijken tijd ten huize van Sir Archibald Clark Kerr (Ambassade genoemd), een offi- cieele bespreking begonnen, waar bij de voorstellen, die Dr. v. Mook uit Nederland heeft meegebracht, aan Sjahrir zouden worden over handigd. Sjahrir heeft eerst met bijna zijn geheelg. Kabinet gecon fereerd. waarvan alle leden, met uitzondering van Sjarifocdm, hoofd van de T.R.I. en den Mi nister van .Voorlichting, Natsir, met hem uit Soerakarta waren teruggekeerd. Volgens Indonesi sche kringen zullen onmiddellijk besprekingen tusschen Dr. v. Mook en Sjahrir plaats hebben, waarbij ieder vergezeld zal zijn van een toehoorder. Men vermoedt, dat Sjahrir Hadji Agus Halim, een 61- jarigen woordvoerder van zijn Departement van Buitenlandsche Zaken, als raadgever heeft geko zen. Sprekende als „particulier" zeide Salim, dat hij van meening was, dat samenwerking tusschen de Nederlanders en de Indonesiërs verwezenlijkt moest worden. De voorlichting geregeld. Namens de Britsche Ambassade is een communique uitgegeven, dat o.m. het volgende vermeldt: Het eerste onderwerp van dis cussie vormde de coördinatie van de voorlichting gedurende den voortgang der besprekingen Men- is ten aanzien var. de volgende punten tot overeenstemming ge komen: 1. De officieelfc instanties voor voorlichting van elke partij moe ten de officieele verklaringen van de andere partij in haar geheel publiceeren. 2. Er zullen door geen der par tijen eenige moeilijkheden in den weg gelegd worden aan de circu late van zuiver en recntstreeksch nieuws en commentaar. NADAT de betrokken par tijen en groepen op te voren gehouden congressen en bijeenkomsten elk voor zich besloten hadden, tot de Partij van den Arbeid toe te treden, is deze Partij Zater dag op een bijeenkomst te Amsterdam gesticht. Deelnemende partijen en groe. pen zijn de S.D.A.P., die op -haar groote congres teAmsterdam met algemeene stemmen besloot, in de nieuwe Partij op te gaan, de Vrijzinnig Democratische Bond, die dit besluit nam met 143 tegen 11 stemmen, de Chris ten Democratische Unie, die het besluit tot toetreding nam met 2 stemmen tegen (de minderheid richtte aanstonds een nieuwe partij op!), terwijl verschillen de groepen van z.g. politieke dakloozen, onder leiding van mr. G, van WalSum hebben verga derd en daar eveneens besloten hebben, toe te treden. Op deze bijeenkomst voerden o.a. minis ter Schermerhorn en minister Lieftinck het woord. Tot deze groepen behooren ook een aan tal zeer vooruitstrevende katho lieken, het ^extremistische" deel van de Christofoor.groep, voorts eenige groepen van illegale wer. kers e.a. Tenslotte had ook de Radicaal Democratische Volks partij besloten, zich aan te slui ten. Het stichtingscongres is Zater. dag te Amsterdam gehouden on. der voorzitterschap van prof. dr W. Banning, voorzitter van dé N.V.B.. die de beteekenis van de oprichting van deze nieuwe Par tij uiteenzette Er waren sprekers van verschillende groepeir o.a. voerde namens een groep Chris- tofoor.katholieken de heer Geert Ruygers het woord, die thans o.a. hoofdredacteur van het N.V.B.. weekblad „Je Maintiendrai" is. De Stichting van de Partij van den Arbeid is op dit congres een| feit geworden. Zij wordt door' van de oude politieke verhoudin gen en wij zullen haar ontwik keling met belangstelling volgen. A De drie part») en zullen hun best doen iedere toespeling van provocatieve en opruiende publi citeit tegen te gaan. Nadat Dr. v. Mook een inlei dende verklaring had voorgelezen overhandigde hij aan Sjahrir de uiteenzetting van de poljtiek der Nedenandsche legetrmg ten op zichte van Indonesië, welke ook aan de Staten-Generaal te Den Haag is voorgelegd. Nadere besprekingen zullen spoedig gehouden worden. (Vervolg van pag. 1) De heer Teulings wees namens het P.B. op de noodzaak van ver sterking der financiën; Limburg bepleitte met groote kracht een hoogere contributie, na de verkie zingen te regelen, verschillende andere afgevaardigden vonden het voorgestelde minimum van vijftig cents te laag; penning meester Teulings verdedigde na mens het P.B. de stelling, dat de groote steden gemakkelijker een minimum van een gulden kunnen betalen dan de plattelandskrin gen met hun groote ledentallen, maar elke afdeeling, die meent het minimum op een gulden te moeten stellen, heeft vrijheid dit te doen. In verband met het denkbeeld van het P.B., de ge huwde vrouw van een lid de helft van de contributie te doen beta len, werd bepleit, deze gunstige bepaling ook te doen gelden voor andere gezinsleden, waarbij de heer Teulings er terecht op wees, dat het hier als regel gezinsleden betreft, die eenigerlei inkomsten hebben, zoodat ze gemakkelijk het minimum van 50 ets kunnen betalen. Een tegemoetkoming. Besloten werd, overeenkomstig het voorstel, reglementair te be palen, dat de geheele contributie vaststelling en niet meer alleen de regeling van de afdracht, cen traal zal geschieden. De progressie werd aangenomen zooals wij ze Zaterdag hebben vermeld en ook de voorgestelde schaal werd goedgekeurd met 67 tegen 35 stemmen, zoodat het mi nimum op 50 ets bepaald is. De penningmeester deed nog de be langrijke mededeeling, dat af dracht van de afdeelingen aan de partijkas, voor 1945 is bepaald op 50 ets per lid, waarvan in afwij king van den oorspronkelijke op zet 10 ets. behouden kan worden door den Rijkskieskring en 5 ets. door den Statenkring. Dit beteekent voor den kring Den Helder, die voor zijn eigen kas 25 ets. van de afdeelingen verlangt, dat de afdeelingen daar voor dus slechts 15 ets. behoeven bij te betalen, hetgeen in elk ge val voor de plaatselijke kassen een verlichting is. Het uit de vergadering opge worpen denkbeeld, om voor de versterking van de Partij-finan ciën een Goselingfonds op te richten, zal door het bestuur wor den overwogen. Na de rede van dr. Deckers, waarvan wij elders een en ander vermelden, kwam het Urgentieprogram in behandeling, dat dqpr prof. mr. Romme werd toegelicht. Hij con stateerde dat er een wijde, bree- de en diepe belangstelling voor het ontwerp in den lande had be staan en deelde mede, dat er naast d-it program nog een kort program komt, dat meer tot de kiezers spreekt. Hij achtte een vooruitstrevend urgentieprogram in christelijke liever wilde hij zeggen in katholieke richting, niet alleen mogelijk, maar ook noodig. Het program wil een nieuw offensief in de richting van een waarlijk christelijken geest en een waarlijk christelijke prac- tijk. Het gaat om de vervanging van de kaPitalistische maat- schappij door de christelijk- sociale maatschappij. Wij willen vooruit in Katholieken geest, als burgers van den Nederland- schen Staat, voor het nationaal welzijn van het Koninkrijk der Nederlanden, zoo besloot mr. Romme zijn inleiding. Over tal van onderwerpen is daarna uitvoerig gediscussieerd. Het is onmogelijk, dit in een ver- slag-alleen tot zijn recht te doen komen. Wij volstaan voor heden met te zeggen, dat op verschillen- ide punten een nadere redactie zal worden vastgesteld, dat een nieuw hoofdstuk voor Volksge zondheid zal worden ingelascht, en dat tegenover verschillende wenschen uit de vergadering in zake aanvulling en verbetering een tegemoetkomende houding werd aangenomen. Op het voor naamste komen wij in enkele na beschouwingen terug. Ook in de rondvraag kwam nog een en an der ter sprake. DE FRANSCHE minister van buitenlandsche zaken, Bidault, heeft verklaard, dat zijn regee ring het door den afgevaardigde voor Panama ingediende verzoek ondersteunt. De Veiligheidsraad van de UNO heeft Zaterdagnamiddag de bespreking van de situatie in Indonesië, welke door den gede legeerde van de Oekraine, Ma- noeilski, Donderdag jl. ter tafel was gebracht, voortgezet. Geeh der voornaamste gedele geerden was op tijd aanwezig. Het schijnt, dat de leden van den Veiligheidsraad tevoren een in. formeele bijeenkomst hadden ge houden, om de rangorde van, be handeling der kwesties vast te stellen voor den aanvang van de openbare bespreking. Mr. van Kleffens was verge zeld van den Nederlandschen ambassadeur te Londen, jhr Mi. chiels van Verduynen. Makin, de Australische voor zitter, opende de bijeenkomst door Manoeilski te vragen, of hij, gehoord de Donderdag door Be- vin en van Kleffens afgelegde verklaringen, nog iets in het midden had te brengen. Manoeilski zeide, dat noch Be. vin noch van Kleffens de feiten, welke hij. Manoeilski, naar vo ren had gebracht, hadden ont kend, ofschoon zij deze feiten op een andere wijze hadden geïnter preteerd. Zich verdedigende tegen mr. van Kleffens' scherpe opmerking omtrent de aanwezigheid van troepen van het roode leger op het Deensche eiland Bornholm, en wat deze troepen wel zouden 0_s-- Joen, indien zij zouden worden velen gezien als een doorbraak» raangevall en, zeide Manoeilski: „Het leger van mijn land vecht niet in het belang van Shell Oil, het vecht voor zijn land". Manoeilski zeide, dat de ware oorzaak van het bloedvergieten in Indonesië was: het overdragen van de controle aan de Japan- neezen Concludeerende zeide Manoeil ski dat de bewijzen met elkan der in tegenspraak waren, en dat daarom een commissie zou moeten worden uitgezonden, op dat de Veiligheidsraad over zijn eigen bewijsstukken zou kunnen beschikken. Hij had woorden van lof voor Clark Kerr, doch zeide, dat hij een voorkeur had voor een onafhankelijke commissie, welke zou bijdragen tot het pres. tige van den raad. Zijn voorstel formuleerend vroeg Manoeilski om: 1. een verklaring, dat geen Britsche troepen gebruikt hadden behooren te worden; 2. een verklaring, dat geen Japansehe troepen gebruikt had den behooren te worden; 3.toekenning aan de Indone siërs van de rechten, welke door het Handvest van de UNO wor den erkend; 4 uitzending van een commis sie. Bevin zeide in principe gekant te zijn tegen uitzending van een commissie, daar hierbijde sou. vereiniteit van Groot Brittannië en Nederland in het geding zou komen. Hij voelde zich gerecht, vaardigd zich tegen uitzending van een commissie te verzetten en zeide. dat, indien de raad een meening' naar voren zou willen brengen, hij er op behoorde aan te dringen bij hen. die op het oogenblik aan het onderhandelen waren, hun besprekingen spoed bij te zetten en zoo spoedig mo- Tengevolge van den sterken was der rivieren door den zwaren regenval hebben ln den Achterhoek verschllle nde overstroomingen plaats gehad. De spoorbrug bij Eibergen werd door den sterken stroom geheel vernield. (v. d. Werf! P.) DE MINISTER van Overzeesche Gebiedsdeelen, Prof. Dr. J. H. A: Logemann, heeft gistermiddag om 1 uur over beide zenders naar aanleiding van de besprekingen in Batavia en de voorstellen van onze regeering met betrekking tot Indië een radiorede gehouden. Spr. is er zeker van, dat de groote meerderheid van ons' volk de Doging„die in Indonesië wordt ondernomen om het conflict op te los sen, goedkeurt. Ons volk, aldus de Minister, is in zijn meerderheid, gelukkig, in staat gebleken om zich boven de directe gévoelsreactie te verheffen en naar begrip te zoeken van de diepere oorzaken van het conflict. Evenals in de ontwikkeling van ons eigen Nederland en nog in veel grooter mate, heeft de ooi log in de ontwikkeling van Indië een geestelijke breuk gebracht. Het Nederlandsch bewind heeft vóór 1940 eerlijk gestreefd naar een geleidelijke ontplooiing van Indo nesische volkskracht. Wij hebben het land goed bestuurd en goed toegerust. Maar wjj hebben de spannin gen onderschat, die in de menschelijke ziel veroorzaakt worden door de dooreenstren- geling in een enkele samen leving op ongelijken voet van twee volken, dragers van tweeërlei cultuur, tweeërlei godsddienst, tweeërlei econo mie, tweeërlei levensrythme. Daarom heeft de plotselinge nabijheid der vrijheid de In donesiërs zelf overrompeld. Daarom heeft de breuk ons verrast en ontgoocheld. Maar ze heeft ons ook gebracht tot bezinning. Die is noodig aan beide zijden. Want de breuk in de ontwik- gelijk een bevredigende oplos sing te trachten te bereiken. Vervolgens voerde mr. van Kleffens het woord. Mr van Kleffens ontkende, dat de Indo nesiërs slecht gewapend zouden zijn en zeide. dat zij ongeveer 80.000 modern bewapende man nen telden. Sommige van hun troepen bevonden zich in gedeel ten van Java, aldus zeide mr. van Kleffens, „waarin wij niet hebben kunnen doordringen". Hij merkte verder op. dat geen Labourregeering beschuldigd zou kunnen worden van het uitzen den van troepen ter verdediging van Shell-Oil en dat een derge lijk argument zich slechts tegen zijn gebruiker keerde De raad zou, aldus zeide mr. van Kleffens te meenen, niet wenschen zich te bemoeien met de huidige onder handelingen. Hij stelde voor, dat in het geheel geen actie onder nomen zou worden. De bijeenkomst werd hierop tot Zondagmorgen elf uur ver daagd. Zondag zijn de besprekingen over Indië in den Veiligheidsraad voortgezet, waarbij Minister Van Kleffens nog eens verduidelijkte, dat de Nederlandsche troepen in Indië alleen bestemd waren om de Britsche troepen af te lossen en niet om tegen de nationalisten te gebruiken. Tenslotte merkte hij op, dat hij met behoedzaam opti misme kon spreken over de hui dige onderhandelingen. Bevin betoogde, dat de aanwe-' zigheid van een Britsch afgevaar digde. Sir Archibald Clark Kerr, in Indië uitsluitend was, omdat er Britsche troepen bij betrokken zijn. Hij besloot met de opmer king, dat de aanwezigheid van Britsche troepen aanleiding gaf tot de beschuldiging, dgt door hen de wereldvrede in gevaar werd gebracht. keling heeft het feit niet wegge vaagd. dat de Indische samenle ving in zijn meest wezenlijke stoffelijke en geestelijke elementen is opgebouwd uit dat samen-leven van Indonesiër en Nederlander. Het Nederlandsche element laat zich niet verwijderen zonder nood. lottige gevolgen voor welvaart en cultuur. Daarom mag Nederland zijn verantwoordelijkheid niet prijsgeven voor de toekomst van Indonesië, daarom snijdt Indonesië in eigen vleesch als het den Neder lander zou pogen uit te werpen uit zijn maatschappij en zijn staat. Wat noodig is, is het vinden van den nieuwen vorm van samen werking, waarin de Indonesiër ontlast zal zijn van den psychi- schen druk waaronder de oude verhoudingen hem stelden en dien hij als zijn onvrijheid voelde. De Nederlandsche regeering is bereid tot een uiterste poging om dien nieuwen vorm te vinden. Spr zette dan de regeerings- voorstellen uiteen, zooals men die elders in ons blad vindt. De regeering honoreert daar mede de belofte, die uiteindelijk in de sedert 1901 aanvaarde politiek van zedelijke verplichting jegens Indië lag verscholen. Zij erkent, dat de tijden gaan rijpen en zij meent dat alsdan geen betere waarborg te vinden is voor de blijvende eenheid van ons rijk, dan de vrijheid van zijn samen stellende deelen. Landgenooten, zoo besloot de Minister, ik weet dat de mannen, die daarginds in Batavia zullen samenkomen, beschikken over verantwoordelijkheidsbesef, wer kelijkheidszin en tegelijk idealis me. Daarom durf ik hopen, dat zij den reedzamen uitweg zullen vinden, die onze volken leiden zal uit de tragische impasse, waarin zij zich bevinden. Professor Otto Hahn, winnaar in 1944 van den nobelprijs voor natuurkunde, heeft te Hamburg verklaard, dat het „geheel onjuist is, dat de geallieerden van Duit- sche geleerden wetenschappelijke gegevens hebben ontvangen over de vervaardiging van de atoom bom. Volgens Hahn zijn de ge ruchten dat de Duitschers de atoombom hebben uitgevonden en dat de geallieerden hiervan na de capitulatie van Duitschland gebruik hebben gemaakt tegen Japan, geheel ongegrond. Giral, de minister-president van het Republikeinsche Spaansche kabinet, die te Parijs is gearri veerd, heeft den journalisten me degedeeld. dat zijn kabinet van twaalf leden uitgebreid zou wor den met vertegenwoordigers van links en rechts om te pogen alle republikeinsche stroomingen, de communisten incluis, daarin tot uitdrukking te brengen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Nieuw Noordhollandsch Dagblad, editie Schagen | 1946 | | pagina 3