E&. Kath. Nieuws- en Advertentieblad
voor Moord-Holland.
No. 6.
Zaterdag- 18 Januari 1908.
2',e Jaarg-ang-.
Genotzucht,
FEUILLETON,
Verschijnt Woensdag en Saterdag»
Schuldig
V Ziet, hoe lief zij elkaar hebben
ONS
BLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
50 cents per drie maanden franco aan huiB. Te betalen in
het begin van ieder kwartaal.
Afzonderlijke nummers3 cent.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ons Blad".
BUREAU Hoogstraat b/d. Langestraat te Alkmaar.
Telefoon No. 266.
ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels30 eent.
Elke regel meer"6
Reclames per regel15,
Heeren Correspondenten, die
hunne rekening nog niet hebben
ingediend, gelieven zulks zoo spoe
dig mogelijk te doen.
De Administratie.
Wij hebben onlaqgs het verhaal mede
gedeeld van J. W. Paul, een millionair
te Philadelphia, in Amerika, die om de
intrede zijner dochter in de uitgaande
wereld te vieren, een dansfeest gaf, dat
hem 250 duizend gulden heeft gekost.
Onder het dansen, zoo stond er te lezen,
werden 500 zeldzame vlinders losgelaten^
die met groote moeite in Peru en Bra
zilië gevangen en naar de Vereenigde
Staten overgebracht waren. Er zijn
maanden met het vangen van deze
dieren gemoeid geweest, eindelooze zor
gen om ze in het leven te houden Het
was echter gauw met hen gedaan, want
spoedig dansten de gasten over hun
lijken heen. Aan bloemen was een som
van f 87.500 besteed. Voor de versiering
was o. a. een nieuwe roos, deWirenn-
more, in 8000 stuks gebruikt. De bal
zaal van de Horticultural Hall was
veranderd in een tuin in den stijl van
Lodewijk XVII, die afgesloten werd
door een, op een grasperk neerdalenden
waterval.
Dit bericht, dat wij met- wegsmijten
van geld betitelden, werd enkele dagen
later gevolgd door een ander, dat al
het voorafgaande in de schaduw stelde.
Een ander millionair toch uit Phila
delphia, Philip Randolph nl., organiseerde
eenige dagen na het eerste festijn, om
dezelfde reden als de millionair Paul,
een feest, waarvoor hij ongeveer 456.000
gulden uitgafDe balzaal was een bosch,
met boomen, stroompjes en allerlei
landelijk schoon. Over de stroompjes,
die met behulp van weerkaatsende
spiegels dubbel zoo breed leken, waren
bruggetjes geslagen. Zeldzame zang
vogels kweelden tusschen de boomen
en bloemen. De gasten konden goud-
visschen uit de vijvers met netjes
scheppen of met hengels ophalen. De
gasten kregen allerlei kostbare geschen
ken mee. Dit bal heette de opzienba
rendste partij, die ooit in Amerika is
Wanneer men dergelijke berichten
leest, vooral in een tijd als thans, nu
Amerikaansche roman uit het Duitscb,
van
OTTO HOEOKER,
2)
Zij waren op weg naar de even volkrijke
Broadway, aan wier kruispunt vol van het
schitterendste verkeer der wereldstad, zifth
het schier tot de wolken reikende handels
gebouw met zijn honderden kantoren verhief,
waar de jonge advocaat op de bovenste ver
dieping zijn kantoor had.
Nad gaf geen antwoord, en bleef slechts
in afwachting luisteren. Oogenschijnljjk kostte
het hem geen moeite, zijn innerlijke onrust
te bedwingen en zijn pas te richten naar
den tragen gang van zijn begeleider. Deze
scheen ondertusschen geen tegenspraak te
verwachtenhij fronste zyn voorhoofd en
zelfs zijn effen trekken verborgen slechts
met moeite zijn opgewondenheid.
«Ge zult waarschijnlijk wel reeds vermoe
den, waarover het gaat', merkte hij met ge
dempte stem op.
«Ethel Hastings...'
>Ha zoo, het oude thema De Btem van
den jongen advocaat klonk scherp en boos.
>Zou het niet beter zijn Ralph, zoo wij
bij ons laatste besluit bleven en deze aan
gelegenheid nu voor immer lieten rusten. Al
uw pogingen, om tusschen mijn verloofde en
mij wantrouwen te zaaien, zullen toch vruch
teloos zijn. Doe geen verdere moeite, hoog
stens zoudt ge een tusschen ons ontstane
vervreemding tot een algeheels en dan zeker
duizenden en duizenden zonder werk
en zonder brood zijn, dikwijls niet door
eigen schuld, maar juist door oneerlijke
praktijken of speculatie der groote geld
mannen, die zoo onverantwoordelijk met
het geld omspringen, kan men een
gevoel van verontwaardiging en afschuw
niet onderdrukken. Men voelt, dat der
gelijk grof weelde-vertoon als een kanker
knaagt aan de goede orde der maat»
schappij en dat door die overdreven
genotzucht diezelfde maatschappij, komt
er geen gunstige verandering, gevaar
lijdt te bezwijken. Geen wonder dan
ook dat zelfs in Amerika, waar men
altijd nog wat méér gewoon is dan
elders, veel wist aan te merken op het
„poenige", zooals de N. R. Ct. het
weelde-vertoon noemde in Philadelphia,
een stad waar het wriemelt vanwerk-
loozen.
Toch vreezen wij dat dit verzet tegen
de weelde-uitspattingon slechts van
tijdelijken aard zal zijn en dat het
verzet zelfs niet zou zijn ontstaan,
indien de verkwisting niet al te opzien
barend geweest ware en de droevige
tijdsomstandigheden niet nog scheller
licht op deze feiten geworpen hadden.
Dit weeldevertoon immers, die genot
zucht, welke de heidensclie uitspattin
gen van den RomeiDschen tijd in het ge
heugen roepen, hebben een dieperen kern,
spruiten voort uit een dieperen grond
dan het toevallig hebben van veel geld.
Deze ten hemel schreiende genotzucht
vindt haar oorzaak hierin, dat de be
grippen van God en godsdienst in den
modernen tijd bij velen zijn te loor
gegaan, zoodat alle streven naar hoogere
volmaaktheid is buitengesloten en de
aardsche menscty louter en alléén zijn
geluk zoekt bij dat aardsche. In zoo
verre ook staan feiten, als boven aan
gehaald, niet op zich zelf, maar wijzen
ze wel degelijk op een meer algemeene
strooming, welke zich alom, zij het niet
in die walgelijke vormen als te Phila
delphia, openbaart.
De genotzucht mag met recht een
algemeen verbreid, maatschappelijk
euvel worden genoemd en in zooverre
is het zeker niet van belang ontbloot,
er bijzonder de aandacht op te vestigen.
De jacht naar geluk is algemeen en
wat wordt er niet gedaan om dat ver
meende geluk te verkrijgenVan den
morgen tot den avond is men ijverig
in de weer en als de nieuwe dag aan
breekt, staat men reeds lang gereed om
opnieuw aan te vangen en te ploeteren
onverzoenbare breuk vergrooten. Geef je
daar niets om, dan kun je vrij voortgaan,
verdachtmakingen tegen een wezen uit te
strooien, dan mjj niet alleen oneindig dier
baarder is, maar dat de achting, vereering en
toegenegenheid der geheele wereld verdient l«
In zijn opwinding had hij den pas ver
sneld en wilde nu dwars door de schaduw
rijke plantsoenen der Madison-Square naar
den «luchtkrabber' gaan die reeds in 't zicht
was. De andere echter hield hem zacht bij
den arm terug.
•Nad, wij zijn van onze prilste jeugd
trouwe vrienden geweestschouder aan
schouder maakten wij school en college af,
en toen het lot ons als mannen van
elkaar scheidde, wisten wij elkander immer
nog te vinden... Zal dan werkelijk dat
meisje scheidend tusschen ons komen te
staan en ons de belofte van trouw doen
vergeten, die wij zoo dikwijls broederlijk ge
zworen hebben
Onmiskenbare ontroering sprak uit zijn
toon en zijn trekken namen een smeekende
houding aan.
Onwillekeurig was Nad Whistler blijven
staan.
Drift teekende zich op zijn gelaat af, toen
hij gedempt er uit bracht
«Is het misschien mijn schuld, dat onze
goede verhouding van vroeger zoo jammer
lijk moeet verbroken worden Wie stak de
eerste spaak in het wiel, gij of ik Wie
trachtte mij door onhoudbare verdachtmakin
gen van hetzelfde meisje te vervreemden,
dat hij achter mijn rug even ijverig als
vruchteloos het hof maakte Of durft ge
nog altijd te liegen
Hoemeer hij zich opwond, des te kalmer
scheen zijn begeleider. Zij stonden nn voor
tot zoolang onze arbeidskrachten zulks
toelaten. Opofferingen, worden dan niet
geteld, ontberingen zal men zich ge
troosten, indien men slechts datgene
bereikt, waar men meent zijn geluk te
zullen vinden. Zoolang nu dat jachten
en jagen naar geluk niet ontaardt in
overdreven zorg voor het aardsche,
zoolang het tijdelijke niet wordt gesteld
boven het eeuwige, zoolang men eerlijk
blijft in zijn handelingen om dat geluk
te bereiken, valt op dat streven naar
geluk niets aan te merken. Het is een
natuurlijke trek des menschen ook op
aarde zijn geluk te zieken en dit kan
zelfs dienen om het eeuwige geluk te
gewinnen. Wanneer echter die jacht
naar het geluk ontaardt, wanneer de
aardsche beslommeringen den mensch
zóózeer inbeslag nemen, dat er voor de
zorg zijner ziel geen tijd overblijft,
wanneer dat leven en streven slechts
dienen om aan zijn genotzucht te kunnen
voldoen, dan wordt die jacht zondig,
en kan zij geen waargeluk aanbrengen.
En toch is de zucht naar weelde, de
zucht naar genot maar al te vaak de
óénige prikkel, die tot werken aanzet.
Wij staan verbaasd en zijn veront
waardigd bij het vernemen van grove
uitspattingen, als te Philadelphia plaats
hadden. Wij noemen het schandelijke
verkwisting en toonen ons vol verach
ting voor dergelijke oigieën. Maar doen
wij zelf dikwijls niet-evenzoo Zeker,
wij verspillen geen honderdduizenden,
zelfs geen duizenden* of honderden per
avond zooals die millionairs, doch offeren
wij in het kleine niet evenveel als die
geldkoningen in het groot aan de genot
zucht? Omdat wij de millioenen niet
hebben, daarom verspillen wij ze niet,
maar heeft onze verkwisting niet dezelfde
oorzaak als de verkwisting dier millio
nairs? Drijft ons de genotzucht niet
evenzeer tot uitgaven, hooger dannoo-
dig, hooger zelfs dan geoorloofd is?
Vanwaar dan dat veelvuldige feesten,
vanwaar dat ijdelheidsvertoon, dat gaarne
leven „boven zijn stand", vanwaar dat
kwistig uitgeven van geld voor ver
maak en pleizier? Doen wij dikwijls
zelfs niet méér dan die paar millionairs,
voor wie ettelijke tonnen gouds meer
of minder, geen noemenswaard verschil
opleveren? Hoe dikwijls immers gebeurt
het niet, dat wij voor pleizier en ge
noegens méér.uitgeven dan onze beurs
het toelaat, terwijl als de wissels ge
presenteerd en de rekeningen betaald
moeten worden met bedrukte gezichten
het groote roude bloemperk op de bovenste
helft van het ver uitgestrekte plein.
«Laat ons niet opnieuw beginnen te rede
twisten, het zou toch nutteloos zjjn en, de
kloof slechts dieper maken', begon Ralph
Waldon op zacht toegevenden toon. «Geloof
je mijn plechtige verzekeringen niet, mij
goed, op slot van rekening zijn alle verlief
den blinde gekken. Het meisje is ongetwij
feld tevens een gevierde kunstenares, anders
zou 7-e niet de primadonna van onze groote
opera's en de lievelinge van het meest ver
wende en het meest aanspraak makende
publiek der wereld zijn. Maar hoe men hare
zangkunst ook prijst, in mjjn oogen blijft zjj
toch altijd de comediante, die haar rol ook in
het leven helaas met al te goed gevolg speelt'.
«Laat mij afscheid nemen. Ik heb daaren
boven haast, maar nog erger stuit het my
tegen de borst, uwe beweringen aan te hoo-
ren, die toch slechts herhalingen blijven van
hetgeen zjj van het begin af warenleu
gens en lasteringen'. Dat klonk ijskoud.
Nu geraakte de andere vol vuur.
«Met uwe beschimpingen schijnt ge het
werkelijk tot een breuk te willen drijven
Aanstonds daarop echter voegde hij er in
zijn vorigen toegevenden toon aan toe
«Hoe nu, als ik u overtuigende bewijzen
lever, waaruit blijkt dat deze miss Hastings
niet is, wat zij in uwe oogen schijnen wil,
doch slechts een zeer interessant en wellicht
ook... berucht verleden te verbergen heeft!
Wat dan Zult gij mij op grond van zulk
een bewijs eindelijk gelooven
Te vergeefs wachtte hjj echter op een
antwoord. Nad zag hem slechts met een
blik van uit de hoogte aan een wereld
van veraohting lag daarin uitgedrukt liet
hem toen plotseling staan en ging spoor-
in de beurs wordt getast. Als er dan
steeds maar voldoende in is, gaat het
nog al, doch hoe dikwijls is zulks niet
het geval en worden schulden op schul
den gestapeld En ziedaar, hoe de ge
notzucht, een ziekelijke uitwas van de
jacht naar het geluk, een maatschappe
lijk euvel werd, dat steeds grootere
verhoudingen aanneemt. Doordat niet
zelden te veel aan onnoodige en dus
overdadige uitgaven besteed wordt,
blijft er vaak niet voldoende over, om
de noodige en verplichte uitgaven te
bestrijden. De maatschappelijke orde
wordt hier omgekeerd, wat hoofdzaak
moest zijn, wordt bijzaak, en wat steeds
bijzaak moest blijven, wordt hoofdzaak.
In zooverre zijn dan ook degenen bij
wie het aldus toegaat, meer schuldig
dan die millionairs, welke tenminste
niet oorzaak zullen zijn, dat door hun
verkwistingen anderen tekort gedaan
worden.
Maar hoe staan zij allen, die teveel
aan degenotzucht offeren, schuldig,
wanneer men de kwestie beschouwt in
het licht des Geloofs! Christus kwam
in de wereld om de armoede en de
versterving te leeren en wij, die na
volgers van Christus moeten zijn en
willen heeten, wij offeren, zonder eenig
bezwaar, onze gaven op het altaar der
weelde- en genotzucht. Zeker, Christus
heeft van ons nooit gewild, dat wij
hem in Zijne werkelijke armoede na
volgen, doch de vraag mag toch worden
gesteld, waarom het Heil der wereld in
zoo buitengewone armoede verschenen
is Was het niet om ons te leeren en
daardoor zalig te maken Wij menschen
willen gelukkig worden. Daartoe drijft
ons, wat wij met de zinnen waarnemen,
met bijna onweerstaanbaar geweld.
Doch daarom is voor ons ook de leer
gegeven, dat in aardsch bezit en aardsch
geluk niet het laatste en ware geluk
ligt. Christus verlangt van ons niet,
dat wij arm zullen ziju gelijk Hij arm
was, doch de deugd van ware armoede
is de vrijwillige ontbering van uitwen
dige, stoffelijke goederen, met het oog
op een bovennatuurlijk doel, om wille
der christelijke volmaaktheid. Wij
moeten allen arm zijn in den geest
d. w. z. in ons hart, door niet te veel
waarde te hechten aan het aardsche en
een ongeregelde neiging te koesteren
voor aardsche dingen. Wij mogen rijk
dommen bezitten, maar de rijkdommen
moeten niet ons bezitten.
Evenzeer uit godsdienstig als uit
slags alleen verder.
Reeds na enkele schreden echter voelde
Nad zich aan den arm vastgegrepen. Mor
rend trachtte hij den opdringer van zich af
te schudden. Het ging niet, zonder opzien
te verwekken en zijn wellevendheid gebood
hem dit te voorkomen.
«Wat is er nog stiet hij ongemanierd
tusschen de gesloten tandenrijen uit. «Ik wil
niet verder worden lastig gevallen I'
Maar de andere liet niet los. Zijn trek
ken waren zeer bleek en de donkere oogen
brandden met verterenden gloed.
«Nad, om onze oude vriendschap, hoor
naar me
•Bah, die is dood I Wie het meisje lastert,
voor. hetwelk iedere vezel van mijn hart
klopt, bestaat voortaan niet meer voor mij!
Andermaal wilde hij zich losrukken, doch
Ralph wist hem nogmaals vast te houden.
«Het zjj zoo, onze vriendschap zy voorbij l<
sprak hij en zijn stem klonk vuriger. «Maar
toch zult ge eerst nog naar mij moeten
luisteren... Weet dan, dat uw bruid u
schandelijk bedriegt en ik heb alle reden
om aan te nemeD, dat zij hierin één lijn
trekt met uw waardigen neef Huntington
Whistler I
Zijn woorden maakten ondertusschen niet
den gewenschten indruk. Nad lachte harte
lijk het klonk waarlijk als een verlichting.
«De grap is kostelijk, hoe ongewild ze
ook zyn moge riep hij terwijl zijn goede
luim terugkeerde.
«Huntington, dat zwarte Bchaap in onze
familie, dien 't is God geklaagd I een
booze wind van het lot uit vreemde landen
onlangs weder naar hier deed overwaaien,
gedemoraliseerd en tot een onverbeterlijken
dronkaard verzonken, die de verpestende
maatschappelijk oogpunt dus, valt de
genotzucht, de drijfveer der ongeregelde
jacht naar geluk, af te keuren.
Wanneer wij ons dus met veront
waardiging afwenden van de verkwis
tingen van een paar Amerikaansche
millionairs, denken wij dan eens aan
onze eigen handelwijze en zorgen wij,
dat niet anderen ons hetzelfde verwijten,
wat wij in die rijke geldverspillers af
keuren. Ook hier geldt de spreuk, welke
eens boven een vermaarden tempel van
het oude Griekenland stondKen u zelf.
Deze woorden schreef Het Volk on
langs boven een stukje, waarin het op
zijne manier vertelde, hoe de Katho
lieken elkander onderling bestreden.
Het deed zulks naar aanleiding der kri
tieken van De Maasbode op Mr. Aalberse.
Wij zullen op deze kwestie echter niet
ingaan, doch willen alleen even doen
zien, hoe misplaatst die ironische titel
was en hoeveel te beter hij op de roode
broeders zelf mag worden toegepast.
Zooals onze lezers weten, is ons landje
ook voorzien van anarchisten, die van
de socialisten alleen hierin verschillen,
dat zij meer consequent zijn dan de
socialisten, ofschoon anarchisten en so
cialisten uit den aard der zaak precies
dezelfden zijn. Beiden willen omver
werping der maatschappijde socialisten
door het parlementarisme, de anarchisten
door geweld. De zaak is dus dezelfde,
alleen de modus quode manier waarop,
verschilt.
Geen wezenlijk doch slechts een bij
komstig verschil dus.
De anarchistische broeders nu belegden
14 Jan. jl. te Amsterdam een protest
vergadering tegen de politie en justitie,
waarbij ook Eet Volk ter sprake kwam.
En lees nu het verslag van Het Volk
dd 15 Jan.
Hjj (d. i. de voorzitter der vergadering)
wou den verslaggever van Het Volk op
merken dat Het Volk in het vervolg voor-
zichtig moest zijn en eerlijke verslagen
moest maken. Anders zou het wel eens
kunnen gebeuren dat de vakvereenigingen
dat blad gingen weren'k Weet niet, of
de verslaggever aanwezig is 1
Geschreeuw Ja I Gooi 'm er uit
Yoorz.Nog nietHjj moest 't zelf
maar weten
Er ontstond nu een heisch lawaai. De
voorzitter beklaagt er zich over dat een
mededeeling als door hem gedaan, niet
lucht van een heelen brandewijn winkel met
zich ronddraagt... dezen verliederlijkten
kerel in één adem noemen met Ethel
Hastings, wier ziel rein en hoog verheven
boven al het gemeene, over deze wereld
schrijdt... neen, neen, dat is geen meester-
stuk van laster, maar treurig knoeiwerk,
waarover gij je moest schamen
Onder zijn bijtenden spot zonk de andere
als onder vuistslagen ineen. Een oogenblik
daarna bedwong hij zich echter weder. «Bah
Dwe opwinding is een verontschuldiging voor
uw beleedigende uitdrukkingen. Eenmaal zult
ge er mij vergeving voor vragen, wanneer
gij eerst weer kalmer en... ziende zult ge
worden zijn
«Nooit zal dat oogenblik komen, want wat
je mij daar durfde te zeggen, valt moeilijk
nog als ernst op te nemen, het is gewoon-
weg onnoozel'.
Gaarne had hij zich weder losgerukt.
Maar nu ging het bijna niet meer. Het
dagelijksche kantoorwerk was afgeloopen, en
nu golfde uit de huizen rondom het plein
een steeds aangroeiende menschenstroom, het
meest jongelieden van beiderlei kunne, die
zich met onweerstaanbaar geweld naar alle
kanten uitbreidde. Onophoudelijk belden de
conducteurs der electrische trams, die als
drijvende eilanden langzaam door de dichte
massa's voortschoven de welbespraakte koet-
siers der keurige huurrijtuigen tierden op
hun hooge zetels en hun paarden schudden
onrustig met den kop, die ternauwernood
boven de branding der menschen uitstak
de ruwe vrachtrijders met hun hoog opge
stapelde voerkarren raasden en tierden om
dat zfj plotseling moesten stilstaan en noch
vóór noch achteruit konden.
(Wordt vervolgd.)