No. 7.
Woensdag- 22 Januari 1908.
2"e Jaargang.
R. Kath. Mieiiws- en i&dvertentieblad
voor Mooxrd-IEollax&d.
EUILLETONi
I
Lectuur*
chuldig
Verschijnt Woensdag en Zaterdag.
Ait'
j oudste jongen met het
ladelyk onder het ijs, de
r nog half uitgewerkt en
os liggen. Eenige Markers
i zagen spartelen begaf en
den den jonkman liggen.
ij, waarna hij hun vertelde
t een meisje nog in het
jken zijn tot nu toe nog
geredde werd' naar het
aar door de politie van
rzien en vervolgens naar
d, vanwaar hij per tram
srvoerd is.
n. Zondagnacht kwam
te Haarlem een zwaan,
tegen de draad der elec-
in wel met zoo'n vaart, dat
*ak en de vlam van den
weg sloeg, doch het dier
nan, die daar dienst deed,
genomen en in bewaring
am de eigenaar, die in die
rgen en vertelde, dat hij
r dagen te voren had ge-
sal en het beest zeker naar
ïaar had terug gewild.
ie olifant. Een der
ircus van den heer Schu-
ius-gebouw van den heer
inen-Amstel thans onder-
t Woensdagmorgen hard
ehad.
sig het hok van een der
maken, toen de kolossus
it een etevigen zet tegen
3p ziju schreeuwen werd
5 door kameraden ontzet,
zoodanig gedrukt, dat hjj
m de olifant hem Hos» liet.
hoofd en borst verwond
het slachtoffer naar het
ihuis aan de Keizersgracht
de doktoren zyn toestand
De verwonde heet Jo-
Is 27 jaar oud.
ok door Prejjer altjjd goed
ïoet in een aanval van
reek» hebben uitgehaald-
sdagavond te ongeveer 6
riek der firma G. Bogaers
j van wollen Btoffen te
eliDg spinnerij brand uit,
i zich heen greep, dat een
irbeiders met acbterlating
jks zich door de vlucht
-hts weinige minuten was
in vuurzee, die de vlam
op deed slaan en een
over de stad deed ver-
akte
ONS
BLAD;
ABONNEMENTSPRIJS
50 cents per drie maanden franco aan huis. Te betalen in
het begin van ieder kwartaal.
Afzonderlijke nummers8 cent.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ons Blad".
BUREAUHoogstraat b/d. Langestraat te Alkmaar.
Telefoon No. 266.
ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels 30 eent.
Elke regel meer 6
Reclames per regel 15
img,
heele
|sn er bleef niets
paar br-okstukken muur.
antoren i en eenige kleine
sgpaard,
de se' hade. De oorzaak,
t, te v vijten zijn aan de
0Ï -n paar jeugdige
jrken ruim 130 arbeiders,
;je van den winter
sommigen misschien
wérïSioos zyn.
uit Den Haag
rs i zullen bij een bezoek
yis getroffen zjjn door
lyke ellende, dat een
iteeds in eikaars
van een ieder
agen een bordje
thriftGedenkt
blinde vrouw»,
het hun buren
jiehaven, waarin
Op herhaald
(linde open, jammerend:
s dood
ilitie gezonden arts con-
nan overleden was door
en aan behoorlijke ver
lag in een bedstede, op
beddegoed ontbrak, was
)m het leven te rekken,
ek de weinige meubelen
een uitdrager voor vier
e verder, dat het lijk
lat de blinde viovrw een
I. Te Allstedt tyj Halle
treurig geval voorgedaan,
in zijn daar twee meters,
i, vermoord. En ,uu zijn
moord nog twee jterfge
zuster en de moeier van
ren zjjn van aandoening
astorven.
j heeft aan een diif een
«lock Holmes waardig,
rts iets van zijn gereed-
dader kon hy niet ont-
hi) op bet idee erjens
i paar kamers te htren
t te oefenen, in dei ver
lief zeker in de ideale
re instrumenten te vifilen
g zou slaan. Dat vernpe-
spoedig verscheen
man zich had uitgekle
kleeren weg en deelè
t mee, dat hy om
id. Spoedig viel de die
Zooals wij Zaterdag in de corres
pondentie mededeelden, zullen wij/heden
een overzicht geven van de belangrijke
lezing, door den Z.Eerw. heer W. H.
de Groot verleden week te Tuijenhorn
over „Lectuur" gehouden. Geea onder
werp, dat bij de hedendaagsjhe alge-
maene leeslust meer de aandacit vraagt
dan de lectuur, zoodat niet gnoeg kan
kan worden gewezen op d/ gevaren,
die de slechte lectuur medeböngt, maar
aan den anderen kant ook h het licht
mogen worden gesteld de gunstige in
vloed en de heilzame werkng, die van
de goede lectuur het onmiddellijk ge
volg zijn.
De Z.Eerw. spreker Vprdeelde zijne
-^tof in twee deelen, waajran het eerste
eene uitwijding behelsde iver het katho
lieke leven, het tweede neer het onder
werp „Lectuur" raakte, Lis hoofdthema
werd vooropgezet: „Vees iu alles
katholiek".
"Waarin bestond Rtrus' ïflisdaad,
toen hij, als een diensmaagd tot hem
zeide: „Waart ook jij niet onder de
navolgers van dien Ga,leer" den Christus
loochende met de voorden: „Ik ken
dien mensch niet?" ^ouden de woorden
van dien Apostel devertolking geweest
zijn vam^k^^qteg^^^^^y'hart
opwèHem" -.'voor
't it- -
die,. •,'-^a»z9n
hy een
voudige dienstmagd.
Ziedaar de gesfjldónis van zoo vele
katholieken Uit ezen 'tijd. Velen onder
ons zijn er, die-niet rond voor hunne
beginselen dur/n ujfc te komen. Zij
verschuilen zie ach'fer schijuredenen.
Om personen, >o ov^r hen gesteld zijn,
om klandisie a zel,fs om hun eigen
kinderen (terinste^ zooals zij zich
hebben diet&ema&Lt) bekennen zij
geen kleur. n, jzijt gij katholiek,
kom dan vfea fij'ank uit voor uwe
beginselen, is nieL beschroomd, maar
handel als soldaat, die op de roep
stem van 1 voryt zijn zwaard om
gordt en gJid in, zijn kenteekenend
uniform, sdt vq,-or de belangen en
rechten v.- "zijn j Koning, voor zijn
vaderland, >ed en, bloed veil .hebbend
voor het rstenhuis. De dure plicht
rust op i>r katholiek, volgens staat
en stand at opgeslagen vizier te
Ameriische roman nit het Duitscb,
van
OTTO HOECKER,
3)
Slechvoeije voor voetje kwamen de
twee nén aan het eind van de Btraat,
waar hantoor van Had Whistier gelegen
was. Ztegen zijn wil moest hij het zich
laten ;evallen, dat zyn vriend nit vroe
gere j de hand onder zijn arm gestoken
had, iaast hem liep en, zich niet storende
aan .chreeuwende menigte, hem zonder
ophov aansprak.
>(J' je werkelijk», zei hij eindelijk,
dat fn scherpzinnigen jurist, verzinseltjes
zou 'en vertellen, die ik niet bewijzen
kan heb de bewyzen bij me, die zelfs
jou fioovige Thomas, zoo al niet bekee-
ien toch sterk overtuigen znllen en tot
na<uderzoek aanzetten. Nad I De hand-
tee'g van je neef, die hij voor den
no gezet heeft,ie nog niet heelemaal
dr-*
hebt gjj je met dien wiepelturigen
yin verbinding gesteld?»
s je blief, met zoo voorbarig, Nad.
rispelturige vlegel is om zoo te zeggen
ien vriend mijner jeugd, al geef ik" ook
dat ik geen reden heb, mij op de vriend-
P te beroemen. Daarenboven is hy ook
echtgenoot eener dame, die zich onder
tooneelnaam Ethel Hastings met jou
oofde, wier ware meisjesnaam echter
fly Minkers is en die voor ongeveer tien
Isfk-t
strijden voor Christus en Zijn Kerk,
vooral nu in onzen tijd men driest
durft beweren, dat God en Kerk zich
moeten richten naar de wereld.
Waarin ligt de oorzaak van het niet
ruiterlijk uitkomen in het openbaar
leven voor zijn Roomsch zijn'? Deels
in verblindheid des geestes, deels in de
lafheid des harten.
Wij, katholieken, moeten er een eer
in stellen katholiek te zijn. Wat heeft
onze Goddelijke Zaligmaker gezegd:
„Wie niet mèt mij is, is tégen mij".
Dus geen halfheid, geen lafheid, geen
water en melk mag bestaan.
Zij, die niet ridderlijk voor hun
geloof durven uitkomen, beweren dat
zij „verdraagzaam" zijn tegenover an
dersdenkenden. Neen, willen wij katho
liek zijn echt katholiek vreezen
wij dan niet dien spotlach, noch het
medelijdend schouderophalen over onze
„domheid
Door onze halfslachtige houding stijven
wij liberalen, socialen, logemannen,
ongeloovigen, door onze halfheid geven
wij aan de vijanden der Kerk het spel
gewonnen. Als wij hen maar laten
begaan, als wij hen maar niet tegen
werken, dan zijn liberalen, socialen enz.
volkomen bevredigd, daar zij dan ten
volle overtuigd zijn, dat zij reusachtige
vorderingen maken. Laten wij ons
spiegelen aan Frankrijk, het katholieke
Frankrijk, de oudste dochter der Kerk.
Ook daar was geen tegenwerking
en de vijanden behaalden overwinning
op overwinning. Dat is het, M. H. Als
wij „slapen1 dan komen onze vijanden
onkruid zaaien tusschen het goede zaad.
En wat zijn dan de gevolgen?
Steunen wij de katholieke pers, het
bijzonder onderwijs enz., dan toonen
wij ons katholiek zijn. Het kwaad echter
„dulden" is het kwaad verspreiden.
Maar, werpt men tegen: dat zal
verbittering wekken en we moeten onze
meerderen ontzien. O, hovrienden,
wat beteekenen die verbittering en die
personen, als de eer van God, de be
langen der H. Kerk op 't spel staan?
Nemen wij een voorbeeld aandeApos
telen. Zij kenden geen gelaveer, ge
bruikten geen consideraties, in weerwil
van alle edicten. Zouden zij anders wel
zoo ver gekomen zijn? Zij volgden het
woord op van hun Meester en stoorden
zich niet aan menschelijk opzicht.
De tweede oorzaak, waarom men niet
voor zijn katholieke beginselen durft
uitkomen is zwakheid. Wanneer ge als
jaren wegens ÜBtige diefstallen hier in het
oude Gotham tot vier jaren gevangenisstraf
veroordeeld werd... Ha, dat maakt je toch
wat meer verlegen nietwaar, dat berooft de
vereerde...»
Doch hy kwam niet verder, want niet
lettend op de hen omringende menigte, had
Nad zich plotseling omgekeerd en den ande
ren met ijzeren greep in de borst aangepakt.
Een oogenblik scheen het, of de reusachtige
man, door zijn toorn overmeesterd den veel
zwakkeren metgezel met zijn stevige vnisten
wilde verpletteren. De menschen die in de
nabijheid der twee mannen waren, lazen
reeds niet veel goeds in de vertrokken ge
laatstrekken van den jongen advocaat en
wilden blyven staan om af te wachten het
geen volgen zou, toen Nad ondertusschen
weer de koelbloedige rust -had terugverkre-
gen, die hem altjjd eigen was.
Terwijl zijn hand den andere losliet,
sprak hy met groote zelfbeheersching,
waarbij hy zelfs zijn stem wist te ver
zachten
•Ik geloof, Mr. Waldon, dat wij nu uit
gesproken hebben. Ik deed u reeds te vee)
eer aan, door u uwe verdachtmakingen te
laten herhalen. Ik zou mij zelf verkleinen,
zoo ik nog verder naar nieuwe, belachelijke
beschuldigingen toeluisterde. Laat het u voor
de laatste maal gezegd zyn, dat dat alles
die vrouw niet aangaat, zoo heerlijk rein,
zoo groot van ziel, dat alle laster en smaad
te vergeefs tegen haar wordt uitgekraamd.
Laat het u eindelijk ook nog gezegd zyn,
dat er geen geheimen in het leven myner
bruid bestaaD, welke ik niet kende wat
gij tenminste geheimen wilt noemen en
wat gij van een eerloos leven bazelt... Doch
genoeg, mijnheer, meer dan genoeg I Ik heb
katholiek kt het openbaar leven angst
vallig zijt, bevreesd zijt er voor uit te
komen, dat je van „het houtje" b8nt,
dan versmaadt ge u zelf.
Weet wol, alles wat ge voor de goede
zaak doet, krijgt een grootsch karakter
niet voor de menschen brengt ge offers,
besteedt ge uw tijd., maar voor uwen
Schepper, voor uwen Heer en Koning,
voor God.
Hoe is het als ge zelf persoonlijk
wordt aangevallen P Ge spuwt vuur en
vlam, ge zijt verontwaardigd! Welnu
dan, hoe moet het zijn, als de vijand
God en Zijne Bruid belaagt? Door uw
vrees, uw schuchterheid haalt ge zelfs
de verachting op uw hals van uw
tegenpartij, van hen, die door uwe
„flauwheid" voordeel hebben.
Denk eens aan de geschiedenis van
Heli, den hoogepriester. Hij meende 't
goed, diende zelfs God. Hoe vreeselijk
strafte God hem echter, omdat hij zijne
zonen meer naar de oogen gezien had,
dan God.
In dezen tijd van ongeloof hebben
wij niet alleen te .strijden tegen vleesch
en bloed, maar ook tegen den vorst
der duisternis, tegen' den duivel en zijn
aanhang, tegen de lage strikken door
onze vijanden gespannen.
Katholieken, het wordt tijd dat we
ontwaken. We moéten strijden voor
de goede zaak. We moeten Roomsch
zijn tot in merg en been en toch
hoevele neutrale bladen worden gevoed
door Roomsch geidDe Pers, de Ko
ningin der Aarde, zij is moeilijk te
bestrijden, daar de godsdienstlooze pers
beschikt over 't kapitaal. Maar, mijne
vrienden, denk eens aan David en
Goliath, den zwakken David en den
sterken reus Goliath. Deze werd over
wonnen, daar David streed onder Gods
banier.
Het idee: wy willen, het moet er
af als het geldt de katholieke zaak,
dat moet voorstaan.
Abonneeren wij ons op katholieke
bladen, plaatsen wy hierin onze adver
tenties, recommandeeren wij ze bij
anderen, laten wij hierin onzen invloed
gelden. De katholieke bladen leveren u
niet, wat gij wenscht. Wel, dat is uw
eigen schuld. Begin mep deze bladen te
steunen, en zij zullen ook geven wat
gij zoekt.
Laten wij met den vurigen Petrus uit
roepen, als God ons vraagt: Katholieken,
bemint gij Mij meer dan dezen? „Ia,
Heer, Gij weet, dat wij U liefhebben".
u alleen nog allerdringendst te verzoeken,
mij in 't vervolg niet meer te kennen, zoo
een boos toeval onze wegen nogmaals mocht
doen kruisen I
•Dwaas, gek die ge zytl» kwam het van
de bleeke lippen van den zoozeer gesmade,
en toorn en ontroering streden in zijn ont
stelde blikken.
•Ik herhaal het, hier in mijn binnenzak
draag ik zorgvuldig alle bewijsstukken. Ik
geef gaarne toe, dat ik mij van Huntingtons
bediende, maar al veracht men ook den ver
rader, het verraad blijft er het zelfde om
de schurk was in nood, toen gij hem alle
verdere ondersteuning weigerdet. O, geloof
me, ik heb zijne mededeelingen nauwkeurig
onderzocht, ik bezit bewijzen waartegen niets
valt in te brengen oorkonden, door de be
voegde overheid afgegeven, tegen welker
overtuigende bewijskracht zelfs de leugens
uwer donna niets kunnen baten, en die jou
die nu nog verblind bent, de oogen moeten
openenziehier.
Hij had een groot pakket brieven uit zijn
brieventasch genomen en sloeg nu veel be-
teekenend met de rechterhand daarop.
Laat mij je naar je kantoor vergezellen,
dan zal ik je daar al deze papieren stuk
voor stuk vóórleggen. Ik zal er geen woord
bijvoegen, onbevooroordeeld zult gij ze onder
zoeken, en zoo ge dan nog niet overtuigd
bent, wijs me dan als een hond de deur uit,
en ik zal gaan, als een verrader onzer vriend
schap, die uwe verachting verdient. In het
andere geval echter, vriend, dien ik eteeds
heb liefgehad, zult gij me dankbaar zijn voor
hetgeen je nu nog hateiyk scbynt en dat
ik toch slechts alléén om jou gedaan heb 1»
Met een afwerend gebaar echter onder
brak hem de andere.
Wordt het droombeeld der heeren
socialisten werkelijkheid, dan wordt het
een wereldje van pais en vreê.
Ziet naar Frankrijk.
Het kruisbeeld wordt uit de scholen
geweerd, Broeders en Zusters verdre
ven, kerken ontheiligd enz.
En waar de schuld?
In onze dagen ontbreekt het aan
mannen! Niet aan personen van het
mannelijk geslacht, maar aan mannen
van karakter. De mannen van studie
en meer nog de mannen van zaken
zijn vaak geen mannen des gebeds
Diogenes zocht in een van de drukste
straten der stad Athene op klaarlichten
dag, gewapend met een lantaarn, een
man. Zoo zeldzaam zijn zij. Lang niet
allen zijn zij mannen, die lange haarden
dragen en een zware stem hebben.
Het aantal mannen, waarop het oude
spreekwoord„Een man, een man, een
woord, een woord", van toepassing is,
is in dezen tijd zoo luttel.
De Pers, wel te verstaan de slechte
pers, moet bestreden worden.
Is 't gesproken woord krachtighet
geschreven woord draagt verder en
daarom is het dan ook een dure, strenge
plicht van ieder ouder om slechte cou
ranten en boeken niet in huis toe te
laten.
Na eerst nog even aangestipt te
hebben het optreden der Belgische Bis
schoppen tegenover slechte tijdschriften,
besprak Z.Eerw. nog eenige in deze
streek verschijnende bladen. Weg, uw
buis uit met die neutrale, ja zelfs vuile
kranten. Niet wachten tot afloop van
het kwartaal, maar terstond het abonne
ment opgezegd. Geen uitstel
Wij zullen aan dit heerlijke pleidooi
voor de katholieke pers en goede lectuur
niets meer toevoegen. Het spreekt luide
voor zich zelf. Alleen hopen wij, dat
de wensch van den eerwaarden spreker
moge vervuld worden en alle katho
lieken een katholiek blad in hun huis
gezin zullen lezen
Hongerkunstenaars.
•1-Iet schijnt voor sommige menschen
toch maar ondoenlijk over roomsche
dingen juist te oordeelen en behoorlijk
te spreken.
Daarvan geeft de rubriek „Sprokke
lingen" in de Alkmaarsche Courant van
18 Januari j.l. weer een sprekend bewijs.
Daar wordt zonder meer de H. Lidwina
•Mijnheer, ik wil uwe prulpapieren, die
u bewijzen noemt, niet onderzoeken ant
woordde hij ijskoud.
•Er zijn geen bewijzen, die myn rostvast
geloof aan de eer mijner verloofde kunnen
doen wankelen. Al zou de heele wereld
samenspannen en schuldbewijzen tegen Ethel
Hastings opeen stapelen, dan zou ik toch
reeds op één woord van hare lippen, èèn
blik harer lieve oogen, haar alleen ge
looven
Zyn oogen schitterenden vol glans en zijn
gestalte richtte zich trotsch op.
Een korte, pynljjke kreet ontsnapte aan
de lippen van' Ralph.
•Dwaas, gek, die ge zyt, met je over
spannen gevoel I» bracht hy er zenuwachtig
uit. »Dwaas die gy zijt, dat ge je door een
doortrapte comediante zóó laat verblinden,
dat je tot oordeelen niet meer in staat bent I
Het zou er slecht met je uitzien, zoo ik je
nu alléén liet loopen... Neen, neen wys me
nu niet zoo smadelyk af. Ook tegen je wil
laat ik je niet als den eersten den besten
onnoozelen bloed beetnemen en te gronde
richten I Ge weet niet, wat je boven het
hoofd hangt, zoo je deze bewyzen niet onder
zoekt Nad, je staat voor den Rubicon I
Wanneer je er over heen gaat, kun je niet
meer terug
Met alle geweld wilde hy den anderen de
enveloppe met de papieren in de band stop
pen deze echter Btiet zyn hand ruw terug
eu meteen kwam als een bruisende golf eeD
nieuwe menechenvloed juist op ben aan en
schoof zich als wig tusschen hen in. In een
oogwenk waren de mannen nu ver van elkaar
gescheiden.
Ralph hield zich aan een der groote lan
taarnpalen vast, om niet door de menschen-
van Schiedam verwezen naar de ry van
„hongerkunstenaars" zooals men charle-
tans gelijk Papus, dr. Tanner en anderen
pleegt te noemen en haar wonderbaar
vasten gedurende vele jaren tot eene
„zonderlinge kunst" en een „ziekelijk
vasten" verlaagd.
Tegen dit smadelijk bejegenen van
een onzer heiligen, wier trouw volgen
van den lijdenden Christus, de bewon
dering gaande maakte van hare tijd-
genooten en die wij met vromen eerbied
vereeren, teekenen wij protest aan. Wij
kunnen onze verbazing niet verzwijgen
over dit onoordeelkundig naast elkaar
stellen van feiten, welke tot geheel
andere orde van zaken behooren.
Daar gaapt een afgrond tusschen het
kermisterrein waar Papus en andere
sluwe bedriegers, die zich als honger
kunstenaar uitgeven, hun trucs vol
voeren en bet veld der mystiek waar
een hemeisch leven geleid wordt door de
vrome Schiedamsche Maagd.
Daar is een breed en diepgaand ver
schil tusschen het schijnbaar vasten
der hongerkunstenaars en Lidwina's
historisch vaststaande wonderbaar vas
ten gedurende vele jaren.
Het een is een natuurlijk bedrog, het
andere een uit die reeks van wondervolle
bovennatuurlijke verschijnselen, welke
de vervulling zijn van Christus' woord,
dat wie in Hem zouden gelooven, tee
kenen zouden doen gelijk Hij deed en
nog grooter dan Hij deed-
Dat is het groote verschil.
En nu mag deze sprokkelaar verzeke
ren, dat hij met schuchterheid na Papus
andere feiten noemt uit vrees men die
ook „voor kool" zou houden wij vragen
of het niet wenschelijker ware, dat hij
deze schuchterheid aan den dag legde
vóór men zich op het terrein begeeft
der christeiyke mystiek, waar mannen
van gedegen wetenschap niet dan met
omzichtigheid den voet zetten, of voor
men zonder genoegzame kennis van
zaken over roomsche dingen gaat spreken.
Want zoo lichtvaardig en zoo ODcri-
tisch bovendien als deze sprokkelaar
het deed, is het kortweg ergerlijk.
Nog één stap, en ook de geheiligde
persoon van onzen Heiland wordt ge
rangschikt onder de „hongerkunstenaars"
en Diens veertig dagen vasten gerekend
tot de zonderlinge kunsten.
Was de sprokkelaar daarvoor mis
schien nog te schuchter?
Zoo ja, waarom?
massa verder mee gesleurd te worden. Alle
moeiten waren echter te vergeefs. Hy kon
zich slechts oprichten en over de hoofden
der menigte naar den anderen uitzien.
Toevallig zag hij hem. Nad Whistler had
juist een der ver openstaande glazen por
talen van het kantoorgebouw bereikt. Uit de
verte scheen zjjn gelaat als veranderd, stra
lende vreugde lag er op uitgedrukt toen hy
zyn hoed afnam om te groeten, en daarop
scheen hy iemand te wenken en te roepen
in de vlucht meende Ralph ook een voor
naam gekleede, hooge vrouwengestalte niet
ver van Nad te zien aankomen doch op
nieuw stroomde de menschenmassa samen
en Ralph kon niets meer zien.
Waldon lachte schamper en zyne trekken
werden ernstig. Toen mengde hy zich onder
de woelige menigte.
Onder het veelstemmige rumoer mengden
zich de echelle kreten der jeugdige kranten-
verkoopers, die met groote keel hun aller
nieuwste extra nummer» uitbrulden altyd
in levensgevaar, door nu eeus onder de lijven
der langzaam voortstappende paarden door
te kruipen, dan weer achter op de volge
propte omnibussen te springen, zoo hangend
tusschen leven en dood, steeds gevaar loo
pend, door een ruk of een stoot op de straat
geslingerd en onder de raderen van de dichtst
bijzynde omnibns verpletterd te worden en
dat alles om een paar centen te verdienen I
(Wordt vervolgd.)
i