Eb Eatk. Mienws* en Advertentieblad
voor Noord-Bollaa
No. 30.
Woensdag 14 April 1909.
3"" Jaargang
FEUILLETON.
Verschijnt Woensdag en Zaterdag.
Magna Peccatrix.
Buitenland,
Binnenland.
ADVERTENTIËN:
N V. „ONS BL&D".
Jaarlijksche Algemeens Aandeel
houdersvergadering,
op Vrijdag 23 April 1909, 's avonds te
8 uur, ten huiz® van den heer PEQOT,
Langestraat, te Alkmaar t
Bekening en verantwoording.
Vaststelling der balans.
Verkiezing bestuurslid; de Heer J. G.
LUTZ treedt af sn stelt zich niet
herkiesbaar.
Verkiezing Commissaris; de Heer J. H.
JACOBSE treedt af
Overdracht der aandeelen van wijlen de
Heeren F. X WITTE en J.BIERM4N.
HET BESTUUR:
Mr. H. P. M. KRAAKMAN, President.
J, G. LUTZ, Penningmeester.
H. KENTER, Secretaris.
DE VEIJEEID.
V BENE tegenstelling.
ONS
BLAD,
ABONNEMENTSPRIJS
(0 oents per drie maanden franco aan huis. Te betalen in
het begin van ieder kwartaal.
Afzonderlijke nummers3 cent.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ons Blad".
BUREAUHoogstraat b/d. Langestraat te Alkmaar.
Telefoon No. 266.
Van 15 regels80 cent.
Elke regel meer6
Reclames per regel15
Kleine advertenties van 130 woorden, bij vooruitbet. 25
Daar is wellicht niets waarmede zoo
wordt gesold en geschetterd als met de
vrijheid. Elke nieuwe partij brengt de
vrijheid aan het verdrukte volk en ge
woonlijk zijn die menschen die het hardst
plegen te schreeuwen ook de beste en
grootste vrijheidshelden.
Wanneer het er evenwel op aankomt,
om door daden te toonen, dat men
werkelijk de vrijheid liefheeft en er
voor in de bres durft te springen, dan
blijkt dikwijls dat al het geschetter over
vrijheid niets anders is geweest dan een
middel, een reclamemiddel, niet om de
vrijheid van anderen, maar om het eigen
en partijbelang te dienen. Op de manier
van den kwakzalver die voorgeeft de
lijdende menschheid te helpen, doch
wien het slechts te doen is ten koste
van die lijdenden eigen beurs te spekken.
Zoo heeft ook in Frankrijk sedert
jaar en dag het radicaal socialistische
hloc den volke wijs gemaakt dat het
zou worden verlost uit de ketenen van
priesterheerschappij en gewetensdwang,
wanneer het slechts dat bloc aan de
regeering hielp. Het volk geloofde zulks.
Ea het gevolg is geweest, dat het ge
kneld en gekluisterd is geworden in
ketenen eener anti katholieke wetgeving.
Der Kerk en den Eeredienst werd het
bestaan schier onmogelijk gemaaktde
priesters werden de middelen tot eigen
onderhoud ontzegd; de kloosterlingen
werden uit het vaderland verdreven
de bezittingen der congregaties en gees
telijke instellingen geconflsceerdhet
onderwijs verwereldlijkt en in overeen
stemming gebracht met de eischen eener
anti-godsdienstige opvoeding. Op dezen
weg gaat men steeds voort in naam
der vrijheid, de vrijheid te dooden waar
Hot ontwaken eener ziel.
Naar het Duitach van Anna Baronnesse v. Krane
Bewerkt door 0. L,
25)
'Barmhartigheid 1 Dat is bijna niet mo-
lijk... Hij vermoedt dat gij weg wilt, dat
8Ü naar den...»
•StilSpreek aijn naam niet uit met uwe
onreine lippee. Wat Fabius aangaat, het is
uw zaak het met hem klaar te spelen».
agdalena lachte luid bü deze woorden
en e Enuelius bukte zich weer voor haren
blik.
'Geiyk gy beveelt, verhevene meesteres I
En hoe is 't met Samaritana's begrafenis?»
'Het spgt mij daarbij niet tegenwoordig
te kunnen aijn. Na hetgeen ik thans onder
en ^öb, heb ik haast om heen te gaan.
aat het zoo spoedig mogelijk geschieden,
xu we' een voorwendsel vinden. Zoodra
"6t haat weS? sal ik aan de tuin-
°m0n' Zoi8 dat ik daar een eiel en
een vertrouwbare gid, vind> die mij naar
Oapharnaum brengtI Hoort gij?
ze het levensbeginsel des volks moet
schragen en steunen.
Zoo heeft thans Yiviani weer iets
uitgevonden om het „uitdooven der
hemellichten" voort te zetten.
Hij heeft een wetsontwerp ingediend,
uit een artikel bestaande, welk artikel
als volgt luidt:
„De statuten van coöperatie veree-
nigingen mogen geen enkele bepaling
bevatten welke een politiek of gods
dienstig karakter heeft. Eike bepaling
van dien aard, die reeds in statuten
van bestaande vereenigingen werd op
genomen, is nietig".
Het is natuurlijk ook minister Yiviani
niet ontgaan, dat er in weerwil van
hetgeen nu zoovele jaren tegen het geloof
is beproefd en verricht, meer katholiek
leven overbleef dan de mannen der
revolutie hadden gedacht. Vooral ook
het zaad van sociale werkzaamheid, door
mannen als De Mun e.a., onder zooveel
tranen gezaaid, blijkt ten slotte vrucht
baar te wezen en zoo ontluiken overal
katholieke organisaties, die geloofsge-
nooten in coöperaties, in credietbanken
en andere vereenigingen samenbrengen,
hen aldus tegelijk èn geestelijk èn maat
schappelijk sterkend.
Dat frisch groeiend gewas nu wil de
minister zoo snel mogelijk trachten te
vernielen.
Zoodra en dat zal spoedig wezen
dat ontwerpje tot wet is geworden,
zal elke vrijdenker, elke anti-clericaal
die maar wil, van iedere tot nu toe
katholieke coöperatie lid kunnen worden
en daar zorgen, dat elk godsdienstige
geest daarin zoo kras mogelijk wordt
onderdrukt.
Deze maatregel kan natuurlijk, wan
neer zij doelmatig in het gebruik blijkt
te zijn, tot alle mogelijke vereenigingen
worden uitgebreid.
Zoo wordt dan de vrijheid gediend,
door degenen die er steeds de mond
vol van hebben.
Waar het ons een waarschuwing is
bij het bepalen van ons standpunt ten
opzichte dier vrijheidlievende? partijen,
kan het tevens gelden als een bewijs,
dat sociale vereenigingen, wanneer ze
door goede beginselen zijn bezield, kun
nen bijdragen tot versterking van het
geloof. Dat mogen de onverschilligen
er uit leeren.
Het Evangelie der Liefde tegenover het
Evangelie van den Haat.
In het Roomsche kerkgebouw voelen wü
ons allen, op dezen zonnelichten Paaschmor-
gen, één in liefde tot den triomfeerenden
Christus, Die voor allen Dood en Hel over-
wod. Daar, in die vergadereaal, verzamelt
de eenheid van den haat
Maar ook hier het Evangelie van
Opstanding en Leven, daar het Evangelie
van den Dood.
Straks zullen hunne woorden galmen, de
woorden van hun haat. Doch het zullen de
woorden zijn van den Doodvan den Dood
voor de menschelijke ziel in haar onver
woestbaar verlangen naar het eeuwig geluk.
Maar in de vreugde van den Paaschmorgen
getuigt de Christen weer: 'Heer, tot Wien
zullen wij gaan? Gij hebt de woorden des
eeuwigen levens».
De tegenstelling is te treffend, dan
dat zelfs de onwilligen haar niet zouden
erkennen.
De Maasbode begint het verslag van
het Paaschcongres der S. D. A. P. met
de volgende zeer juiste ontboezeming:
Paaschmorgen
Treffende tegenstelling 1
Van het Roomsche kerkgebouw naar de
vergaderzaal der sociaal democratie.
Journalisten, die altijd staan midden in
het kleurige leven, zijn gewend aan derge
lijke >up and downs».
Maar hier is de tegenstelling toch feller
dan ooit te voren.
>Ik hoor, meesteres I» antwoordde Marduc.
Hij stond op als een geslagen hond.
>Gij zult een belooning hebben, wanneer
alles tot mijne tevredenheid plaats heeft.
Ga nu en meld mij wanneer ik weg kan».
De Enuelius sloop naar huiten, een weinig
opgewekt door het uitzicht op eene goede
belooning. Maar spoedig werd hij door grooten
angst bevangen. Hoe zou hjj tegenover Fabius
handelen. Hoe zou dat gaan Zou deze zijne
teleurstelling niet op hem wreken Zulke
rustige naturen geraken licht in het buiten
sporige, wanneer ze eenmaal door de harts
tocht zijn meegesleept. De villa en alles wat
er bij hoorde, stond thans onder de bevelen
van Fabius. Met de dienaren kon hij dus
handelen, zooals hij verkoos. Deze omstan
digheid was even onaangenaam als die, door
Magdalena's tooverblik vernietigd te worden.
Marduc besloot om, in zijn eigen voor
deel, zijnen beiden lastgevers onderdanig te
zijn. Hij trof daarom alle voorbereidingen
tot een spoedige begrafenis van Samaritana.
De afwezigheid der meesteres verontschul
digde hij door haar al te groote smart en
bestelde een van zijne stomme Nubiërs met
een ezel aan den tuinpoort. De andere neger
zond hij naar Fahins met een mandje vruchten,
waarin onder vijgen en granaatappelen een
briefje verborgen was. Marduc had dat briefje,
TURKIJE.
Volgens de Wien. Allgem. Zeitung, moet
men er op bedacht wezen, de politiek van
Eogeland ten aanzien van Turkije eene
ommekeer te zien ondergaan. En wel omdat
de JongTurkzche beweging niet aan de
verwachtingen van Engeland beantwoordt. In
plaats van zich bezig te houden met de
invoering van nuttige en noodige hervormin
gen, neemt deze partij hoe langer zoo meer
de allures aan van een nationalistische partij,
hetgeen tegenover Egypte en de millioenen
Mahomedaansche onderdanen van Engeland
bedenkelijk wordt geacht. Bovendien meende
men in Engeland te mogen verwachten, dat
het nieuwe bestuur zich met hervormingen
in Macedonië zou hebben ingelaten en met
de bevrediging van de Christelijke bevolking.
Niets van dat alles is er gebeurd. Men vreest
daarom dat in Macedonië eerlang weer on
lusten zullen uitbreken. Om deze redenen,
meent genoemd blad, zal Engeland het pro
gramma van Beval, dat het na de Turksche
omwenteling buiten beschouwing had gelaten,
weer opnemen, zich nauwer met Rusland
zal verbinden en met dit rijk gezamenlijk
zal trachten de oplossing der Macedonische
kwestie te bewerken.
In een artikel van de Times wordt er op
gewezen dat de mogendheden zich thans
weer met Kreta en de andere Tnrksche
aangelegenheden zullen moeten bemoeien,
want een dwaling zou het zijn ie meenen,
dat men de Oostersche kwestie aan zich zelf
zon knnnen overlaten, nu de oorlog ver
meden is.
Het nieuwe Tarksche Rjjk zal de hervor
mingen in s' lands bestuur moeten voortzetten
en de Turksche Heerschappij met het recht
van de verschillende provincies en rassen
op gerechtigheid en een goed bestunr in
overeenstemming moeten brengen. Eenige
van de beste autoriteieen wie, wordt niet
gezegd op dit gebied zijn van meening,
dat een afdoende oplossing van de moeie
uit vrees voor Magdalena's dienstbare geesten,
in zijn laboratorium geschreven, door afgods
beelden en amuletten omgeven en onder ge
durig aanroepen van alle goden van Syrië
en Egypte en Indlë. De boodschap was in
zinnebeeldige uitdrukkingen vervat en luidde
>De paradijsvogel in de gouden kooi wil
ontvluchten, nadat bü de aangeboden zoetig
heden versmaad heeft».
Fabius zou dat wel hegrijpen, dacht Marduc
en dan zon hij hem niets kunnen tegen
werpen.
Intusschen doorzocht Magdalena met koorts
achtige band een grooten cederhouten kast
en nam er een bundel kleedingstukken uit,
welke ze haastig uit elkander trok. Het was
een joodsche garderobeeen blauw gewaad
met bonten gordel, witte sluier, zacht lederen
sandalen en een bont mutsje, omzoomd met
drie reiën opgenaaide zilveren drachmen,
zooais meisjes uit den geringen stand ze
droegen, wier bruidschat uit die kleine som
bestond. Zoo was Miriam gekleed geweest,
toen zij met den gezant het ouderlijke huis
verliet, en Magdalena had niet kunnen be
sluiten deze kleedingstukken weg te schenken.
Thans verheugde zjj zich daarover.
Zjj wierp haar zijden kleed, hare met
goud versierde sandalen in een hoek en hulde
zich in het eenvoudige kleed, Spoedig was
lijkheid slechts te vinden zal zijn door de
provincies in Europeesch en Aziatisch Turkije
een of anderen vorm van bestuurszelfstan-
digheid te verleenen.
Daarentegen tracht men in Dultschland
en Oostenrijk de betrekkingen met Turkije
weer als in de dagen van het despotisme
te krijgen. Er zijn weer hestellingen b\j
Krupp gedaan. Men spreekt zelfs van een
Oostenrijkech-Turksch verbond tegen Rusland.
Die geruchten zijn, volgens de Daily News,
een waarschuwing tegen de inmenging in de
binnenlandsche aangelegenheden van Turkije,
geljjk zekere kringen in Eogeland dia wen
schen en bewijzen hoe moeielijk hat is om
tegelijk het despotische Rusland en het
grondwettelijke Turkse te vriend te willen
houden.
Men ziet, dat er voorloopig voor de Euro-
peescha mogendheden nog werk genoeg aan
den Balkan winkel overblijft en dat er mate
riaal genoeg aanwezig blijkt om zoo nu en
dan eens een crisis te verwekken, wanneer
dat met de hooge politiek in overeenstemming
is te brengen.
De geeselstraf. Dat ket jonge Turkije
niet in alles de allures der moderne wester-
sche beschaving gaat aannemen, blijkt wel
uit het feit, dat de Turksche Kamer met
123 stemmen van Jong Turken, Oud-Turken
en geestelijken tegen 102 stemmen de geesel,
straf voor landloopers heeft ingesteld.
FRANKRIJK.
De Fransche regeering zal zoo langzamer
hand dan toch met haar ambtenaarspersoneel
verlegen gaan worden. Met steeds grooter
brutaliteit steken deze heeran hunne hoofden
op en schijnen ze, teneinde hunne heer
schappij te vestigen, aan te sturen op eene
algemeens werkstaking.
Ten einde door middel van een gedwee
leger van ambtenaren steeds te worden
geholpen en gesteund bij de verkiezingen,
heeft het parlement er steeds op bedacht
geweest dat leger een zoo groot mogelijke
uitbreiding te geven. Het is in dien opzet
bijzonder geslaagd. Maar thans keert het
kwaad, bewust als het geworden is van zijn
macht, zich tegen ben die het iu het leven
riepen. Moeilijk, wellicht onmogelijk zal het
zijn, het binnen redelijke grenzen terug te
brengen. Men heeft het gepaaid, gevleid,
geliefkoosd en verwend. Men heeft zich nooit
krachtig durven verzetten tegen het opkomend
gevaar, uit vrees het eigen politieke leven
er door te verliezen en nu... is het misschien
te laat.
Vrijdagavond heeft de Fransche minister
Barthou een afvaardiging van de algemeens
vereeniging van het personeel van post,
telegraaf en telefoon ontvangen. Het gesprek
ging uitsluitend over beroepszaken. De minister
beloofde de wenschen van het personeel te
overwegen. Op de vraag of Simyan in naam
nog hun hoofd was, zei de ministerDat is
een vraag, die ik niet hoef te beantwoorden.
De vereeniging zal binnenkort een verga
dering houden om te spreken o. a. over een
gedeeltelijke werkstaking op 1 Mei. De minister
van oorlog heeft gelast de militaire telegra
fisten te oefenen in de bediening van Hughes-
de romeinsche dame veranderd in een joodsche
vrouw, die heur lange haren naar het lands
gebruik vlechtte en er de muts op be
vestigde.
'Bijna als eertijds Miriam», zuchtte Mag
dalena, toen zij zich in den spiegel zag.
Dan wierp zjj een afscheidsblik in de
ruimte, waarin zij zoo lang verblijf had ge
houden en richtte zich naar de kast, welke
hare kleinoodiën verborg. 'Deze ring hier
is voor Marduc om mij de vrijheid te koo-
pen», sprak zjj en sloeg het deksel dicht
zonder acht te geven op. de glinsterende
pracht. Hare voet stootte op iets, dat met
de kleederen uit de kast was gevallen. Zij
zag het, bukte zich en raapte het op.
Het was een albasteren flascbje, gevuld
met balsem. Magdalena drukte er een kus op.
>Gjj mijn talisman der onschuldige meisjes
jaren, gjj eenig bezit, waarover ik mjj niet
behoef te schamen. Had ik n vergeten en
vind ik u thans térug Gjj zult mij in mjjn
nieuw leven begeleiden».
Zjj stak het fleacbje in haar gordel. Het
was een geschenk harer overleden moeder.
In het huis verhieven zich thans de stem
men der klaagsters en de klanken van me
talen hekkens en fluiten. Voetstappen klonken
door de hallen, als van die een last dragen.
Samaritana werd uitgedragen. Magdalena
en Baudot toestellen. Naar 't heet, geschiedt
dat om militaire redenen, maar de zorg voor
een nieuwe staking zal daar wel bjjgewogen
hebben.
Dr. Nolens. Naar wjj vernemen zal den
Amsterdamschen raad eerlang een voordracht
bereiken tot het aanstellen van dr. W. H.
Nolens tot buitengewoon hoogleeraar voor
de sociale wetenschap en wetgeving aan de
gemeentelijke universiteit der hoofdstad.
(Centrum).
De Wekker van 13 Maart schrpt
>De politieke hemel in Venezuela schjjut
niet onbewolkt. Er moet eenige ontevreden
heid heerschen over het vergeven der vette
pasten. Ruzie das, zooals dit meestal na elke
overwinning het geval is, over de verdeeling
van den bult».
Hetzelfde blad schrijft
»In het te Barranqnilla, Colombia, ver-
schjjnende blad Rigoletto leest men het vol
gende
'Voor Cipriano El Tiempo, van Quito,
betreurt uit naam van de liberale partij den
val van generaal Cipriano Castro, ex-presi
dent van Venezuela, en zwaait warmen lof
toe aan dien leider der Venetuelaansche
restauratie».
In naam der liberale partij teekent
eerstgenoemd blad daarbjj aan zijn nog
ergere dingen verteld geworden».
Advocaten van Sint Pleter. Dr. A. O.
A. Hoffmann te Gouda, afgetreden promotor
van de Orde der Advocaten van Sint Fieter
voor Nederland, is benoemd tot generaal.
promotor in die orde.
'Het Vaderland». Het Haagsche dagblad
Het Vaderland vierde op 12 dezer zjjn veer
tigjarig bestaan.
Te dier gelegenheid heeft het blad een
feestnummer uitgegeven met bjjdragen van
de oad hoofdredacteurs, medewerkers etc.
Artikelen van mr. Goeman Borgesius (den
eersten hoofdredacteur), mr. Macalester Loup,
Prof. mr. D. v. Blom, oud ministers Oremer,
de Meester, Rink, Kraus en Staal, W. Men
gelberg en anderen vullen het feestnummer.
Kamerverkiezingen. In de centrale anti-
revol. kies vereeniging in het district Zaan
dam is, behoudens goedkeuring der Depu-
taten vergadering, tot caDdldaat gekozen de
heer L. F. Duymaer van Twist.
De Leldsche Kamerzetel. Naar wij ver
nemen is het bericht, als zou dr. De Visser
niet meer in aanmerking willen komen voor
een hernieuwing van zjjn Kamer mandaat,
beslist onjuist, en is te verwachten, dat de
katholieken van Leiden zijn candidatuur by
de a.s. verkiezing weer zullen steunen.
Centrum.
Een blijde Dag. Een >vrije Dag», wy
lezen in Dein) Volksbode:
Wat op dit oogenblik >de blijde verwach
ting» is van eiken rechtgeaarden Nederlan
der, weet de geheele wereld.
Aan den stam van Oranje zal een nieu
we loot ontspruiten, onze geliefde Koningin
strekte zeer aangedaan beide handen naar
de richting uit, vanwaar het geluid kwam.
'Vaarwel, myn geliefd kindl Al kan ik
den stoet niet volgen, myne ziel gaat met u.
Uw geest, die mij voor het gevaar waar
schuwde, zal my verstaan en my op myne
wegen leiden».
Dan, wanneer het gerulsch langzaam weg
stierf, sloeg Magdalena haren sluier om en
maakte zich tot heengaan bereid. Ze hoorde
Marduc naderen.
'Eindelijk!» murmelde zy met bevende
lippen en kloppend hartde grond brandde
onder hare voeten.
Marduc kwam binnen en zette groote
oogen op, toen hy de kleeding zijner meesteres
zag. Maar het was niet aan hem, aanmer
kingen te maken op de handelwijze van de
groote toovenares en hij sprak dan ook
slechts met een diepe onderdanige buiging
Alles is gereed, hooge gebiedster, geiyk gy
bevolen hebt!»
Magdalena knikte en sprak>Gy zult nu
voortaan Fabius alleen hebben te gehoor
zamen. Bestuur de villa goed en vergrüp u
aan niets. By myn toornt lk neem niets
mee en laat alles hier achter.»
(Wordt navolg ij