Kath. Nieuws- en Advertentieblad voor Moord-Holland, QUAX, juctie IMA ÓC Co, I TROUWE! J &SlhK*i Zaterdag 17 April 1909. 3"r Jaargang ris s :ilver. R. nsteeg, ALKMAAR zeer Bagei IGAREN stukSf bij 50C larenfabrikanten. iN9 hoek Payglop RiMOSTUMES. NG. NilII BID] AS, Payglop 7. Chemisch en iderzoek. FEUILLETON. ten, -eerde prijzen, iad in Buitenland. HORLOGES ei LEN, GOUDE en ARMBANDEN BROCHES, KNOI OEN, KRUISJES e: Verschijnt Woensdag en Zaterdag. ADVERTENTIËN: U I L. B IV» 1 in Effecten, ALKMAAR. en verkoop van rolongaties; geven sito; openen Reke- incasseeren, koopen en vreemd Bank op ie Hypotheek Bankzaken, onderdags van JIBERTS, aan het voor Stuk; leveren wij Levering franco N,V ONS BLAD". Jaarlijksche Algemeene Aandeel houdersvergadering, Bekenisg en verantwoording. Vaststelling der balans. Verkiezing bestuurslid; de Heer J. 5. LÜTZ treedt af en stelt zich niet herkiesbaar. Verkiezing Commissaris; de Heer J. H. JACOBSE treedt af Overdracht der aandeelen van wijlen de Heeren P. X WITTE en J. BI1BM4N. EET BESTUUR: Mr. H. P. M. KRAAKMAN, President J. G. LUTZ, Penningmeester. H. KENTER, Secretaris. Politiek geknoei. ^«kettingen, Broche* u i ii is sr. loud- en Zilversmid. snotmiddelen, techniscl ek, E»r biUyb tarief. J. F, WANNA» Apotheker—Scheikundig' Magna Peceatrix. A. Kuatera. Alkmfl»1 I I 1... I I - - ONS BLAD. ABONNEMENTSPRIJS cents per drie maanden franco aan hnia. Te betalen in het begin van ieder kwartaal. Afzonderlijke nummers3 cent. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ons Blad". BUREAU Hoogstraat b/d. Langestraat te Alkmaar. Telefoon No. 266. Van 16 regelsSO cent. Elke regel meer6 Reclames per regel......15, Kleine advertenties van 130 woorden, bij vooruitbet. 25 ju van op Vrijdag 23 April 1909, 'b avonds te S uur, ten huize van den heer PBGOT, Langestraat, te Alkmaar: Agenda (INGEZONDEN). Voor hen die oogen en ooren den kost geven, zich op de hoogte houden van de dagelijksche gebeurtenissen, is het volstrekt geen geheim meer, dat wij op politiek gebied tegenwoordig geleid worden op wegen, geheel afwijkende van het doel, m. a. w. dat de groote massa dus eenvoudig wordt misleid. Reeds in meer dan één orgaan is hierop de aandacht gevestigd en is zooveel mo gelijk getracht de zaak zuiver te houden, ten einde te voorkomen dat wij in den val loopen. Een zeer prijzenswaardig streven oorwaar, dat niet genoeg kan worden gewaardeerd. Wal toch is het geval? Men weet, wij staan in dit jaar voor een gewichtig feit; in Juni moeten de verkiezingen plaats hebben voor de Tweede Kamer. Bij de vorige verkiezingen is het de linkerzijde, met de socialisten incluis, mogen gelukken op het kantje af, de meerderheid te behalen. Een regeering moest samen gesteld, niet anders kunnende regeeren, dan bij de gratie der socialisten, onder de zweep van Troelstra. Hatelijke, persoonlijke bestrijding van den persoon van Dr. Kuyper, moest dienst oen bij de magere verkiezingsleuze toen oor de linkerzijde aangeheven om de egepraal te behalen. Geen wonder dat een regeering, op deze ijze geboren, van zelf zeer zwak stond; al heel spoedig bleek men dan ook tot ;eeren niet in staat en 't zeldzame feit intstond, dat mannen uit de rechterzijde ,oesten opstaan om de teugels der regee- ftjes, uiferst lage prijzen adres voor alle rep&ratiët Het ontwaken eener ziel. Kaar het Duitsch van Anna Baronnesse v. Krane Bewerkt door O. L, 86) Marducs verbazing werd zoo groot, dat all »Une onderworpenheid overtrof. Magda lene zag h6t en lachte bijna. •Ja, ik laat alles hier,, ging zy voort, •ook mijne beroemde sieraden. Het behoort niet m(j maar Proculus. Zorg dat hij het krDgt, wellicht kan hy er zijn leven mee oopen, Gy kunt er niets van wegnemen, t de lijnt der juweelen Is in da kast borgen. Slechts over deze eene ring hebt de vrSe beschikking, deze is niet in de vermeld en is het laatste geschenk van ton gezant... gjj moogt het hebben. Marduc was bewogen, toen hy den prach "8 schitteren in het kostbare kleinood en zonk aan de voeten zyner meesteres neer. »U we genade overweldigt my 1. sta- J"j' Yant voor d8n liD8 ton hy zich de vrijheid koopen, Magdalene trok evenwel de voet weg, die ring in handen te nemen, niettegenstaande eene linksche meerderheid. Men kent het verder verloop; om beurten werden de mannen uit de rechterzijde onder deze omstandigheden achter de groene tafel geroepen, om hun bekwaamheid geprezen. Zij regeerden met vaste hand en wisten het schip van staat in veilige haven te brengen, dat alles niettegenstaande de moeilijkste omstandigheden en in de meest ongunstige verhoudingen. 't Gevolg is dan ook, dat wanneer, men de partijverhouding zuiver houdt, verwacht kan worden dat een rechtsche meerderheid uit de stembus komt; maar juist nu komt het. De linkerzijde is zich van haar zwakte bewust. Men voelt het in die kringen blijkbaar, dat men wat minder negatief en minder hatelijk zal moeten strijd voeren, wil men althans niet alle kans op een zegepraal zien vergaan. De zelfbewuste sociaal-democraat zal zich natuurlijk wanneer het gaat tusschen een clericaal en een liberaal, voor den laatste warm maken, al is deze ook een star conservatief, want dat is in 't belang van den werkman (wie lacht daar?) Maar dit is een quaestie van minder belang, waarbij wij niet hebben stil te staan. Gevaarlijker is dat andere, dat zich aan ons oog vertoont en waaraan de linkerzijde, overtuigd als zij is van haar onmacht, als een stroohalm zich schijnt te willen vast klampen, om door in troebel water te visschen, meer zekerheid te hebben de toonaangevende partij te mogen blijven. Bedoeld wordt dat gewroet en misselijk gedoe over staatspensionneering. Inderdaad als er een leuze is, in staat ingang te vinden bij de groote massa, dan is het deze, pensionneering voor ouden van dagen. Daarbij komt dat de z.g. bond voor staatspensionneering, nu ook een duit in het zakje gooit, de politieke atmosfeer onzuiver maakt en de meer en meer ge bruikelijke weg volgt, door de gestelde candidaten allerlei vragen te doen; ant woordt de candidaat niet, of niet naar den geest van gen. bond de gestelde vragen, steun van die zijde is dan natuurlijk buiten gesloten. Wel beweert men dat de actie gaat buiten den bond om, doch tevens erkent men dat de afdeelingen worden vrijgelaten. Ook het feit dat het hoofdbestuur niet is ingegaan op het verzoek, door enkele af deelingen gedaan, om een vervroegde ver gadering te beleggen en het voeren van directe actie te verbieden, geeft redenen tot denken. Een feit van beteekenis heeft niettemin reeds plaats gehad; in het district Zuidhorn werd de landbouwer Teenstra gekozen tot hy ondanks de eenvoudige sandaal wilde kuseen en wierp hem den ring toe, van welke de roode steen een bloedig licht uit straalde. •Ziehier uw loon<, sprak zij kort en ging uit in de hal. Baar stond Fabius voor haar, doodsbleek, met zeldzaam vertrokken gezicht en sprak met heete stem«Waarheen, allerschoonste, in dit gewaad?. Magdalena ontstelde hevig en begreep dat Mardnc haar verraden had. Zy zag naar hem om, doch de laatste slip van zyn kleed verdween op den achtergrond. Hij bracht syn buit in veiligheid en liet aan de anderen de zorg hunne aangelegenheden nu verder zonder hem te regelen. Magdalena was alleen met den man, die haar een minnedrank had laten bereiden en wiens oogen meer zeiden dan zyne lippen, die als vanzelf herhaalden«Waar gaat gy heen Toen raapte ze al haar moed by elkaar en stond voor hem, trotsch en vry »Ik ga waarheen het my belieft,, antwoordde zy kort en wilde hem voorbygaan. Hy trad haar echter in den weg en hnnne blikken kroleten elkander, als de degens van twee vechtenden. Elndeiyk seide Magdalena: 'Het is hoog candidaat boven den oud-minister De Meester, omdat hij ten opzichte van het vraagstuk der pensionneering verder ging en meer durfde beloven. Men vergete echter niet, de strijd ging hier tusschen een vrijzinnig democraat en een liberaal, van wie bekend is, dat de eerste beslister is, maar de tweede toch ook lonkoogt naar de zijde van den bond en als het straks gaat tusschen een man van de rechter- eii een van de linkerzijde, weet men reeds bij voorbaat wat er ge beuren zal. In het laatste nummer van „De Voor hoede" werd er reeds terecht op gewezen, dat nu ook stok-oud-liberale patroons die tegen staatsbemoeiing heftig gekant zijn, inch eensklaps warme voorstanders van de staatspensionneering geworden zijn, en dat de heer Borgesius zijn politieke koekoek eieren in het nest van den Bond van Staats pensionneering zal trachten te leggen. En wat ziet men in ons district Alkmaar gebeuren? Van vrijzinnige zijde is candi daat gesteld de heer Frans Netscher; deze dient zich dus aan als vrijzinnig democraat, is echter ook lid van het hoofdbestuur van meergenoemden bond. Natuurlijk kan worden verwacht, dat ge noemde heer zijn program van actie zal komen ontvouwen en de kiezers dus met hem kunnen kennis maken, echter en dat is juist de truc nu wordt eerst een vergadering belegd en komt hij optreden als hoofdbestuurslid van meergenoemden bond. Komt gen. heer dan tegen de ver kiezingen nog eens weer, om zijn standpunt nog eens uiteen te zetten, men weet dan reeds bij voorbaat hoe hij staat ten opzichte van de pensionneering en kan hij niet meer zooveel bederven. Goed overdacht is deze truc wel, maar of de kiezers er in zullen loopen, of liever gezegd zich in den val zullen laten lokken, moet nog uitkomen, 't Is te hopen, dat van hen meer doorzicht mag worden verwacht. Intusschen, iedereen zal het beamen, 't is niets dan politiek geknoei en boerenbe drog, te voorschijn geroepen door de positie waarin zich de linkerzijde bevindt, en door de vrees voor het clericale spook, dat de heeren geheel in de war brengt en naar alle mogelijke en onmogelijke middelen doet grijpen om het van zich af te wenden. Terecht wordt in „De Voorhoede" de geheele agitatie van Staatspensioneering voor de arbeiders in ons land een ramp genoemd en de meening uitgesproken, dat het eind van 't lied zal zijn, dat wij niet krijgen een invaliditeits- en ouderdomsver- zekering, wegens de tegenwerking, en ook geen Staatspensionneering, eenvoudig omdat een daarvoor noodige verhooging der directe belastingen niet is door te voeren. 't Is te hopen, dat deze profetie niet in tyd, dat wij eeriyt met elkander spreken, o Fabius I Het doet my leed, dat Ik mj) in u vergist heb en een vyand aantref waar ik een vriend meende te ontmoeten 1 •Vyand?... Vijand?., onderbrak hij op gewonden. >Is liefde dan vijandschap Zy schudde het hoofd. >De liefde die zich bedient van afschuweiyke middelen om een wezen in het sljjk terug te trekken waarnit het zich bevryden wil, deze liefde is bitterder dan vijandschap •Deze fantastische opmerkingen komen zeer zeker van den Naiarener vroeg Fa bius scherp. •Vanwaar zy komen, zai wel onverschillig zyn. Ik wil u echter wel zeggen wat hare oorsprong Is. Ofschoon de Rabbi ze heeft opgewekt, sliepen se toch in m|J, want mijne moeder heeft mij naar de wetten van myn volk geleerd, dat alle onreinheid een gruwel is voor God.» •Dat hebt gij evenwel langen tijd ver geten). spotte Fabius. •Wee my, dat ik het vergat l< antwoordde Magdalena in den toon van een zoo vaste overtuiging, dat hy baar getroffen aanzag. Hy begreep dat het haaT ernst was. •Zyt gy soo betooverd door uwen boet prediker? Z||n nwe gedachten zoo verduis terd, dat ge de liefde voor een misdaad vervulling gaat en dat zal niet gebeureD, als men kalm het verloop der geschiedenis nagaat. Dr. Kuyper stelde voor een pensioen voor ieder, die niet meer werken kon, ook al was hij niet oud, doch in elk geval kreeg de arbeider het, die 70 jaar geworden was, dat heette toen een pensioen voor een doode; men vergat echter, dat zeer velen dat pensioen al reeds zouden gemeten, omdat het aantal invalieden vóór dien leef tijd zeker niet gering zou zijn, terwijl nu de liberale Unie verlokkend aan de kiezers voorhoudt, niet een pensioen voor ieder van f 2.50, maar een aanvulling: van zijn inkomen lot f 2.50. Men ziet het verschilde actie van den bond zal hierin heusch geen verbetering brengen, en de arbeiders, zij worden de dupe van de historie en koopen zich een kat in den zak wanneer zij zich door dit politiek geknoei van de wijs laten brengen. Dat dan ook allen, die aan dat onwaar dig gedoe niet wenschen mede te werken, dit toonen door hun stem zoo uit te bren gen, dat de politieke tinnegieters, die dat bedrijf in de hand werken, dit kunnen opvatten als een waardig protest, 't Zal tevens getuigen van het gezond verstand der kiezers en ongetwijfeld strekken tot Ijeil van het Nederlandsche volk. Alkmaar. F. E. TURKIJE. Toen we ons vorig overzicht schreven, in welk overzicht we de wenschen van Enge land ten opzichte van het TurkEche binnen- landsche bestuur weergaven, vermoedden we niet dat in het Turksche Rijk reeds soo spoedig diep ingrijpende veranderingen zouden plaats hebben. De staatsgreep, welke met behulp der militaire macht tot stand gebracht is, brengt onwillekeurig de gebeurtenissen van Juli van het vorig jaar in herinnering. Toen werd bij keizerlijk Iradé de grondwet van 1876 hersteld en de byeenroeping van het parle ment gelast, nadat gebleken was dat het door de Jong-Turken bewerkte leger meester was in den lande. Thans is by keizeriyk Iradé een ministerie naar huis gezonden, toen bleek dat de hoofdstad in de macht dar troepen was. Het onderscheid is, dat terwyl in Juli de JongTurkcche leiders zegevierden, thans hun tegenstanders de z.g. liberale unie hnn wil hebben weten door te zetten. Niet tegen de constitutie richtte zich de jongste beweging, doch alleen tegen de huidige bewindvoerders, tegen wie reeds lang een steeds wassende strooming viel waar te nemen. Even snel als toen ging bet ook thans. De opstandelingen eitch ten het ontslag van den grootvizier, de ministers van oorlog en marine, van den kamervoorzitter, alsmede straffeloosheid. En aanziet?, vroeg hy onzeker. •Liefde?, herhaalde zij smarteiyk. »En wat heeft liefde, die hemelsdochter, met deze geheele wereld hier te doen Daarbij wees iy op de verfijnde pracht die haar omgaf. •Gy noemt het knnst en filosofie en levens vreugde, zelfs liefde, maar weet gij Fabius, wat het is Een beetje spelerij en goochelary om de bleeke doodsangst te vergeten, de angst voor het slechte geweten in slaap te sassen. Een slerlyke opschik om het beest in den mensch te omnevelen, onzichtbaar te maken, dat is het, anders niet!' •Gy spreekt bovenmenschelyk hard, Mag dalena I Gij ïyt verschrikt en geërgerd door Proculus en syne gezellen. Ben ik dan niet beter •Misschien Maar met n heb ik niets uit te staan en ik verzoek n, laat mij gaan, waarbeen de geest my roept •En ik zou u laten vertrekken, opdat gy in vreugdelooze onthouding uw leven verslijt, terwijl ik naar u versmacht? Nooitl« •Gy zult wel moeten, of wilt gy my gevangen honden? Dan zondt ge niet beter dan Proculus zyn, dien gy veracht l« •Uw hoon treft my niet, want het is juist zyn verlangen, dat my tot u trekt. Ik ken u beter, dan gij vermoedt, o Magdalena I Ik weet, welk een parel gy si]t. Ik zag u ziet, binnen 24 uren verschynt een keizeriyk besluit, waarbQ dat alles is toegestaan en een geheel nieuw ministerie wordt aange kondigd. Sneller kan bet toch al niet. De toedracht der gebeurtenissen wordt in een bericht nlt Conatantinopel als volgt geschetst Twee in het ministerie van oorlog onder gebrachte bataljons trokken over de Divan- jaloestraat naar het parlementsgebouw. Men zag slechts weinige officieren aan hun hoofd. De anderen waren in de kazernes opgeslo ten. De door de jagers van Salonikl gevormde parlementswacht werd naar hals gezonden en haar officieren werden gekneveld. Het zelfde geschiedde met de wacht vóór de Porte. Spoedig daarop sloten sich groote menschenmassa's by de opstandelingen aan. De soldaten houden de toegangen tot het parlement bezet. De nieuwe brng is voor bet verkeer afgesloten, de oude brug wordt voor de militairen vry gebonden. Troepen en volk verlangen het herstel van het sjeriat recht (de godsdienstige wet), de afzetting van den grootvizier, eenige ministers en den Kamervoorzitter. Later sloten zich 6000 studenten by het volk aan. Zy bezetten de Moskee Mohammed Faty. De telegrafische verbindingen zyn afgesneden. Eenige jong- Tutksche officieren moeten gedood zyn. Tegen half elf werden 22 kanonnen van Pera naar Stamboel gebracht. Naar 't schynt heeft een deel van de jagers van Salonikl, die tot dusver aan het jong-Turksche comité trouw gebleven waren, met de opstandelingen ge meens zaak maakt. De sjeich oei Islam onderhandelde in opdracht van de regeering met de opstan delingen. Naar verlnidt, teekenen de soldaten verzet aan tegen de invoering van sommige hervormingen. Ze verlangen de ontbinding van het jong-Turksche comité. Ook geven zjj hnn wantrouwen te kennen tegen de Ka mervoorzitter, Achmet Riza, en willen de benoeming van den oelema Moestafa pasja tot voorzitter en die van den Armeniër Sohrab tot ondervoorzitter der Kamer. Voorts willen zy straffeloosheid. De sjeich oei Islam bracht deze eischen aan den ministerraad over. Na eenige nren begaf zich de sjeich oei Islam met het antwoord van den ministerraad naar het parlement. Deopstandelingen laten de Kamerleden ongehinderd binnengaan. Ook Achmet Riza bevindt zich in de Kamer. Byna het gansche garnizoen doet aan den opstand mee. De regeering beschikt slechts over eenige bataljons en drie of vier stokken geschat. De toestand is ernstig. De regeering sag spoedig in, dat zy niet tegen de beweging op kon. Het kabinet vroeg en kreeg ontslag. En de Kamervoor zitter trad af. De staatsgreep is vooral het werk geweest van twee comité's tegenstanders van het Jong-Turksche comité het comité der liberale unie en bet Islamscbe comité. Het eerste ijverde voor een zekere mate van zelfstandigheid van de verschillende Tnrkschs bestanddeelen die het geesteiyke recht willen hooghouden en de Sjeriat of heilige wet als grondslag voor de geheele wetgeving eischen. De Times betoogt in een hoofdartikel, dat in uwe diepBte vernedering, toen gQ ge dwongen waart voor ons te dansen en gy werdt gelijk aan een koningin, terwyl Pro culus meende u tot eene slavin vernederd te hebben. Gy ïyt van booger orde, gy staat boven de gewone vrouwen geiyk daar ginder de Hermon boven de bergen van den Li banon. Gij streeft naar boven en geen prys is my te groot om u te behonden. Ook ik behoor niet tot de geringen, tot de menschen van het dagelijksche slag en wy beiden vormen een edel paar en kuunen in hooge liefde een heldengeslacht voortbrengen, dat overwinnend door hst leven gaat en de wereld met zijn luister vervult. Daarom vraag ik u thans, Magdalena, wilt gy myne vrouw worden Wilt gij de gebiedster worden over myn hnis op den Aventyn te Rome en als gezellin van myn leven het heilige vnur op myn baard beschermen? Ik zweer n by de goden van myn huls, dat ik u achten, eeren en beminnen wil, tot mijn hart koud wordt in den dood.< Fabius hield op. Een vlam was in hein ontbrand en lichtte door zyne trekken, die lang onder de asch van onverechilligheld, meuschenverachtlng en genotzucht gesluimerd had. (Warit «si volei,)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1909 | | pagina 1