s den
r(ster)
mn.
Ons Blad
No. 61.
Zaterdag 31 Juli 1909.
3"® Jaargang
SrENS.
EH.
R.
COSTUMES.
K
EK JE
BIJVOEGSEL
"""feuilleton.
Aïd a.
IENING.
hoek Payglop
Alkmaar,
Buitenland.
en
setraat, Alkmaar.
osito's.
IONIJN, Dijk, Alkmaar.
KLAVER, Kassier.
)OD te HEILOO.
veer de Beevaart.
van
ONS Rl AH
werk,
JN
KET-
t adres
4®
9
m
3C3C30CXXXftZ
m zijn advertentiën
in
regel meer 6 cent.
gunstiger conditiën,
matige gelegenheid,
erichten(geboorte-,
oedkoope wijze een
)n en vrienden,
ministratie.
texaexxxxjk
3. 1904.
door Fe. EPPINK, Pr
bü de Boekhandelaren:
rstraat; A. KL00®
en Wed. STOMER,
R, 't Zand; W. VAJÜ
H. STUMPEL, Hoorn,
Akersloot; G. BRAKEN
1, Purmerend-
R. K. Boekhandel.
van Woensdag 28 juli 1909.
Openbare vergadering van den Raad
der gemeente Alkmaar op Woensdag
28 Juli 1909, des nam. 1 uur.
Tegenwoordig n leden. Aiwezig dehee-
ren de Wit, Pot, Fortuin, van Buijsen,
Luiting en de Lange. De heer de Wit
komt later.
De Voorzitter opent de vergadering.
1. Vaststellen der notulen van de vorige
vergadeyng. Mededeelingen. Ingekomen
stukken.
De notulen worden goedgekeurd.
Medegedeeld wordt
a. dat is ingekomen een schrijven dd.
14 Juli 11. No. 92 van de Ged. Staten, ten
geleide van eenige beschikkingen op recla
mes in beroep tegen aanslagen in den 1
hoofdelijken omslag, dienst 1908.
Voor kennisgeving aangenomen.
b. adres van den heer Stravers, dat hij
de benoeming tot lid der commissie van
toezicht op het L O. aanneemt.
Alsvoren.
2. Voorstel van B. en W. naar aanlei
ding van een adres voor verplaatsing van
de Eierenmarkt.
Door A. Pool Co. e. a. is een adres
aan den Raad gezonden, waarin zij ver
zoeken de eierenmarkt te verplaatsen. Dat
adressanten zich met dit verzoek tot den
Raad wenden, geschiedt hoofdzakelijk,
omdat zij veel schade van deze markt
ondervinden, daar tijdens de duur van deze
markt, des Zaterdags voor 12 uur, geen
klanten hunne winkels komen bezoeken.
Ofschoon B. en W. meenen, dat eene
verplaatsing naar de Korenbeurs wensche-
lijk is, meenen zij toch geen termen te
kunnen vinden aan den Raad voor te stellen
op het verzoek in te gaan. De Raad heeft
reeds meerdere malen op dusdanig verzoek
afwijzend beschikt. B. en W. stellen voor:
Aan A. Pool Co. c.s. te berichten, dat
deze vergadering vooralsnog geen termen
heeft gevonden om op zijne in 1906 genomen
beslissing terug te komen.
Bij dit voorstel komt in behandeling het
adres van eie-handelaren, betreffende de
zelfde zaak.
De heer Melembrink geeft in overweging
het voorstel te wijzigen, nu ook de ver-
koopers verandering vragen.
De heer Dorbeck heeft dikwijls de markt
in oogenschouw genomen. Het is hem ge
bleken, dat de eierenmarkt wel degelijk een
groote belemmering in het verkeer veroor
zaakt. Wat dan ook besloten worde, spr.
hoopt dat de markt uit de Langestraat
worde verwijderd. Waarheen Spr. voelt er
veel voor de markt te verplaatsen naar de
Botermarkt. De reden waarom wordt door
spr. toegelicht. Hoofdredenen zijn, dat beide
producten door dezelfde personen worden
aangevoerd en de verzending daar gemak
kelijker is. De verkoopers willen ook niets
liever dan verplaatsing.
Spreker stelt voor„om op nader door
B. en W. te bepalen tijdstip, bij wijze van
proef, de eierenmarkt te houden in de
Korenbeurs".
De heer Govers heeft hiertegen een
hygiënisch bezwaar. De botermarkt zou er
door lijden en de markt minder zindelijk
maken. Spreker wenscht de markt te bren
gen naar het Hof.
De heer v. d. Bosch is voor het voor
stel van den heer Dorbeck, wegens over
dekking van het terrein en het gemakkelijk
vervoer.
De heer Govers meent dat de overdek
king voor de eierenmarkt niet dienen kan.
De heer Dorbeck is van oordeel dat het
bezwaar van den heer Govers eigenlijk niet
bestaat wijl op die markt de noodige zin
delijkheid kan betracht worden. Bovendien
is 't slechts om een proef te doen.
De heer Govers wijst er nog op dat op
het Hof de kippenmarkt ook gehouden
wordt, waar de eieren ook beter bij behooren.
De heer de Groot gaat met het voorstel van
B. en W. mee en is er in 't algemeen niet
voor een markt te verplaatsen. De verkoo
pers die spr. sprak waren meest allen tegen
verplaatsing. Gaat de verplaatsing toch door
dan geeft spr. aan het Hof de voorkeur.
De voorzitter meent dat verplaatsing wel
gewenscht is en zou de voorkeur geven
aan het voorstel Dorbeck. De aanvoer is
niet grooter geworden maar het verkeer
wordt drukker, waardoor verplaatsing nood
zakelijk wordt.
Het hygiënisch bezwaar deelt de voor
zitter ook niet want de boterverkoop wordt
ook niet zeer hygiënisch behandeld, althans
de keur
De heer Glinderman is van oordeel dat
de markt drukker wordt.
De heer Uitenbosch is voor de verplaat
sing naar de Zaadmarkt, en zag gaarne de
aanvoer opengesteld van de deuren aan de
Achterweg.
De heer Dorbeck verdedigt verder zijn
voorstel tegenover de bezwaren die geop
perd werden en wijst er daarbij op dat de
groothandel zich aanmerkelijk uitbreidt.
Het voorstel van den heer Dorbeck wordt
gesplitst en het eerste deel (de verplaatsing)
aangenomen met algemeene stemmen. De
verplaatsing naar de Korenbeurs wordt met
7 tegen 4 stemmen aangenomen.
3. Alsvoren, tot het richten van een
adres aan H. M. de Koningin om het risico
ingevolge de Ongevallenwet zelve temogen
dragen.
B. en W. deelden reeds in 1903 aan den
Raad mede, dat zij, zoodra daarvoor termen
aanwezig zouden zijn, een voorstel zouden
doen tot het richten van een verzoek aan
H. M. de Koningin, om de gemeente als
werkgeefster, toe te laten tot het dragen
van het risico der bij de ongevallenwet
1901 geregelde verzekering der werklieden.
Zij voldoen thans aan dat voornemen,
geleid door de overweging dat het zelf
dragen van het risico op den duur goed-
kooper is dan verzekering bij de Rijksbank.
Ter illustreering voeren B. en W. de vol
gende cijfers aan Aan premieen is betaald
in de jaren 19031908 f8666.47, terwijl
in die jaren uitkeeringen plaats hadden tot
een bedrag van f629.81. Aansluiting bij de
„Onderlinge Risico-vereeniging van Nederl.
Gemeenten" zou voor 1908 reeds eene be-
sparig van 26 pCt. der premie gegeven
hebben, maar B. en W. meenen dat Alk
maar in gunstiger conditie verkeert, dan
gemiddeld de aangesloten gemeenten, zoo
dat het zelf dragen der risico nog voor-
deeliger zou zijn.
Toch mag niet worden voorbijgezien,
dat een ongeluk de gemeente op eens kan
belasten met de uitkeering van eene con
tante waarde aan rente, waartegen zich te
wapenen ongetwijfeld aanbeveling verdient.
Met het oog daarop zouden zij willen
voorstellen voor dit doel een fonds te
stichten, door op de begrooting jaarlijks
een nader te bepalen bedrag uit te trekken,
in de plaats van het bedrag, 't welk thans
wegens premiën aan de Rijksbank wordt
betaald.
Voorstellen hiertoe kunnen niet eerder
gedaan worden, dan nadat gunstig is be
schikt op het adres aan H. M. de Koningin,
dat den Raad ter goedkeuring wordt aan
geboden. Het adres luidt als volgt:
Aan A. M. de Koningin,
Geeft met verschuldigden eerbied te
kennen,
de Raad der gemeente Alkmaar,
dat deze gemeente op 1 Juli 1909 21094
zielen telde, een getal, ruim voldoende om
toepassing te vragen van het bepaalde bij
art. 52 der Ongevallenwet 1901;
weshalve hij Uwe Majesteit verzoekt deze
gemeente, als werkgeefster, toe te laten
zelve het risico te dragen van de bij de
genoemde niet geregelde verzekering der
werklieden.
't Welk doende, enz.
De heer v. d. Feen meent, dat de ge
meente officieel nog geen 20000 inwoners
telt, hetgeen door den heer ter Spill wordt
bestreden. Juist is het voorstel gebasseerd
op de overweging dat er wel meer dan
twintigduizend inwoners zijn.
Mocht de Regeering er anders over oor-
deelen dan zal het verzoek terug komen.
De heer Uitenbosch kan zich vanwege
het voordeel met het voorstel vereenigen,
maar hij meent dat er schade uit kan
voortvloeien voor de werklieden. Zekerheid
zal moeten worden gegeven, dat er geen
misbruik tegenover, de werklieden zal plaats
kunnen hebben. Spr. wenscht zekerheid om
trent de opvolging van de verklaring van
de geneesheeren.
De heer v. d. Bosch meent, dat hier van
deze bezwaren geen sprake behoeft te zijn.
De heer ter Spill is van oordeel dat het
geval in niet het minste verband staat met
het voorstel van B. en W.
De heer Uitenbosch zegt, dat verschil
wordt gebracht bij aanneming van het
voorstel in de keurende geneesheeren.
Het oordeel dier heeren bleek niet altijd
hetzelfde.
Het voorstel wordt aangenomen zonder
stemming.
4. Voorstel van de commissie voor de
belastingzaken enz., tot goedkeuring der
rekening van de gasfabriek, dienst 1908.
De rekening der gemeente gasfabriek over
het jaar 1908 vermeld in ontvang een be
drag van f 231812.79s en in uitgaaf een
bedrag van f223200,11, zoodat de rekening
sluit met een batig saldo van f 8612.68'.
De overgelegde exploitatie rekening wijst
een winst aan van f 74930.38s en de
resultaten-rekening een saldo-winst van
f 14511.046.
Het onderzoek door de gemeente-contro
leur verricht, heeft de wenschelijkheid doen
uitkomen, dat voortaan de rekeningen bij
de kwitantiën worden overgelegd Ook bleek,
dat verschillende kwitantiën „per order"
waren onderteekend en eenige zelfs met
een stempelafdruk waren gekwiteerd.
De commissie stelt voor:
re. den heer Directeur der gasfabriek
uit te noodigen om voortaan de rekeningen
en facturen bij de schrifturen over te leggen
en op eene behoorlijke onderteekening der
kwitanties te willen toezien, en
2e. de rekening goed te keuren in ont
vang tot een bedrag van f 231812.79s en
in uitgaaf van f 223200.11, alzoo met een
batig saldo van f 8612,68s, als eerste post
van ontvaDg te brengen op de begrooting
van 1909.
Het voorstel wordt aangenomen.
5. Alsvoren, de rekening van het Bur
gerlijk Armbestuur, dienst 1908.
De commissie stelt voorde rekening
goed te keuren in ontvang tot een bedrag
van f 19109.386 en in uitgaaf vanf 17748,26s,
alzoo met een batig saldo van f1361.12,
als eerste post van ontvang te brengen op
de begrooting voor 1910.
Conform besloten.
6. Alsvoren, de rekening van de Ge
zondheidscommissie, dienst 1908.
Aan ontvangsten is een bedrag verant
woord van fx025 n.l. a!s batig saldo
over 1906 f214.185, als bijdrage van het
Rijk f400.— en als bijdrage van de ge
beider onderwerp. Wel beider strekking
En beide dingen om den voorrang in
het trekken van de algemeene aandacht.
Beide verdienen die aandacht ook.
De luchtvaart verdient die aandacht
omdat zij het getuigenis in zich draagt
van het nooit rustende onderzoek, van
de nooit rustende vooruitgang van het
menschelijk weten en kunnen.
De huisindustrie en hierin ligt een
groote tegenstelling omdat zij bewijst,
dat niet in alle dingen de vooruitgang
van weten en kunnen rusteloos toepas
sing vindt.
Terwijl de eene tentoonstelling u zegt
wat de mensehen kunnen doen, leert
10)
Nog nimmer had de schepping den ridder
wo heerlijk en indrukwekkend toegeschenen,
lij itaakte voor een oogenblik zijne pogingen
en *ich eenige schreden van den Loren ver
wilderende, gaf hij den vrijen loop aan eene
'P'afcelooie en plechtige overweging. De
staken somber en trotsch af bij
donkerblauwe avondlucht, en in de zee,
aan den gezichtseinder als een
odet vlak vertoonde, spiegelden zich de
®a,zenden starren, die aan het uitspansel
onkelden. Aan den voet van het gebergte
8f 17,6e^,aam het dorp, waar, zooals hQ
met sooveel ongeduld en nieuwsgierig-
wer0 gewacht; de lampen die hij nog
(!e herberg zag branden, getuigden dit,
herinnerden den edelman ook tevens
w®det°B' V&n IÜnen tocht. Hü richtte dus
dit blikken naar den toren, en op
dat ^°?6llhlik verbeeldde hij zich te zien,
plaats^ lï00*achMg licht in het kasteel van
'wanderde en zich aan een ander
'wtoondeook scheen het hem toe,
laagste loonen, de langste werkdagen,
vrouwen- en kinderexploitatie in allerlei
vorm, ook de treurigste woningtoestan
den. Dikwijls gaat gedwongen winkel
nering er mee gepaard.
De ^Vereeniging voor de Nederl. ten
toonstelling van huisindustrie" heeft
zulk een expositie georganiseerd, om
die misstanden eens terdege aan den
dag te brengen.
Tal van neutrale en R. K. sociale
vereenigingen sloten zich bij haar aan.
Tegelijk heeft de vereeniging een
onderzoek ingesteld naar de huisindus
trie hier te lande. De rapporten van dit
onderzoek, door deskundigen uitgevoerd,
dat bjj in de kamer achter het nedergelaten
gordijn een schim zich zag bewegen.
Was het wexenijjkheidWas het ver
beelding? HQ wilde er zich volstrekt van
vergewissen, en even vlug als zijne gedachten,
epoedt hij zich voorwaarts; de kleine poort
dreunt onder zijne slagen en bezwijkt weldra.
Reeds meent de ridder dat hQ zegepraalt.
Omgeven van eene dikke duisternis doet hij
eenige schreden voorwaarts, maar stuit ter
stond weder op eenen nieuwen hinderpaal,
namelijk op eene massief ijzeren deur, die
voor iéder ander een onoverkomelijk beletsel
zou zijn geweest. Maar de dappere ridder
overwint ook dezen tegenstand met moed
en scheen boven menschelQke krachten ver
heven te xjjn. HQ bezigt zQn stevig zwaard
als een hefboom, en oefent daarmede zulk een
geweld, dat de hengsels verwrongen worden
en uit de rotssteenen springen, waarin zQ
geklonken warenxoodat de Qzeren deur met
een ontzettend geraas op den grond valt.
Niets verhindert nn de verdere intocht.
De ridder is een oogenblik besluiteloos en
voelt in dit beslissend tQdstip eene koude
rilling over zQn lichaam gaan. Niet dat de
vrees toegang heeft tot zQn gemoed, maar
omdat hQ niet weet of hQ wel met menschen
te doen zal hebben. HQ maakt godvruchtig
het teeken des kruizes en dit steikt zQn
meente Alkmaar f410.815. De uitgaven
bedroegen f607.05, zoodat de rekening een
batig saldo aanwijst van f417.95.
De commissie stelt voor de rekening
goed te keuren.
Conform besloten.
7. Alsvoren, de rekening van het Ste
delijk muziekkorps, dienst 1908.
Op de gemeentebegrooting voor 1908 is
als toelage voor het muziekkorps geraamd
een bedrag van f3800.terwijl over
f3675.is beschikt, zoodat op dezen post
een bedrag van f125.over is. Dit is een
gevolg van het ontslag van den vorigen
Directeur in Oct. 1908, terwijl de nieuwe
functionaris eerst met 1 Jan. 1909 optrad.
De commissie stelt voor de rekening
goed te keuren in ontvang en uitgaaf tot
een bedrag van f3675.
Het voorstel wordt aangenomen.
8. Alsvoren, tot vaststelling der bijdrage
aan de Gezondheidscommissie voor 1910.
De commissie stelt voor, de bij drage van
de gemeente Alkmaar ter bestrijding van
de uitgaven der Gezondheidscommissie
alhier voor het jaar 1910 te bepalen op
f 207.05.
Conform besloten.
9. Voorstel van B. en W. tot aanvul
ling van den staat van deelgerechtigden
in het gemeentelijk pensioenfonds.
B- en W. stellen voor op dien staat nog
te vermelden: de gemeente-controleur.
Aldus besloten.
10. Benoeming van personeel aau de
herhalingsscholen voor den cursus 1909/10.
In overleg met den arrondissements
schoolopziener zijn door B. en W. de vol
gende voordrachten opgemaakt
A. Voor het herhalingsonder wijs aau
jongens
Eerste groep (2e leerjaar). Voor Nederl.
taal1. J. F. Grundlehner, 2. J. J. T.
Kooijvoor rekenen: 1. D. v. d. Berg,
2. A. List; voor boekhouden: 1. H. Sel-
leman, 2. J. Prinsvoor Fransch1. K.
Tinholt, 2. D. L. Beijneveld; benevens
K. Hart voor Du-'tsch en Engelsch.
Tweede groep f ie leerjaar). Voor Nederl.
taal: t. J. J. T. Kooij, 2. J. Eits; voor
rekenenr. A. List, 2. J. R. v. Arnhem
voor boekhouden1. J. Prins, 2. H. Sel-
lemans; voor Fransch: 1. D.L. Beijneveld,
2. J. N. Kroonebenevens K. Hart voor
Duitsch en Engelsch.
B. Voor het herhalingsonderwijs van
meisjes.
Voor Nederl. taal: 1. Mej. Kijlstra, 2
Mej. M. Bakkervoor nuttige handwerken
1. Mej. G. H. Pronk, 2. Mej. R. F. Bo-
genga; voor Fransch: Mej. G. Bakker;
voor rekenen: r. Mej. Fr. Bakker, 2. Mej.
G. Bakker; voor boekhouden: 1. I. Prins,
2. H. Selleman; benevens K. Hart voor
Duitsch en Engelsch.
Benoemd worden de eerstvoorgedragenen.
FRANKRIJK.
Het nieuwe ministerie ia voor de Kam8r
opgetreden en niet zonder succes. Met de
hem eigene kalmte is Briand als minister
president ten tooneele verschenen en heeft
hQ het program der nieuwe regeering uit
eengezet. Gezegd heeft hQ daarbij niets. Wel
heeft hQ gesproken over het verleden, het
heden en de toekomstwel heeft hij door
oratorische handigheid de Kamer onder den
indrnk gebracht van zijn woord wel sprak
hQ van vooruitgang, van orde en van her
vormingen, van voortzetting der vredelievende
christenhart tot een schild tegen alle gevaren,
gelQk zQn oorlogsmoed hem vrijwaart van
elke beduchtheid voor menrchelijke wezens.
Met vasten tred begeeft hQ zich op den
steenen wenteltrsp, die hem naar het doel
zQner nasporingen moet geleiden.
VI.
DE GEESTVERSCHIJNING.
Een flauw iicht, dat door een zQde damasten
gordQn scheen, hetwelk de opening eener
deur bedekte, geleidde des ridders schreden
en gaf hem te kennen welke richting hQ
moest nemen. Reeds had zQne hand het
voorhangsel aangeraakt en was op het punt
om het op te licbteD, terwQl alles rondom
hem doodstil was en hQ niets anders ver
nam dan het kloppen van zQn eigen hart.
HQ beefde niet, maar toch aarzelde hij,
teruggehouden door eene geheime vrees, die
zelfs de krachtigste gemoederen aangrQpt,
wanneer men op het pnnt is een boven-
natuurlQk geheim te doorvorschen.
Gedurende deze kortstondige onzekerheid,
werd het voorhangsel van de binnenzijde
opgelicht, en op den drempel verscheen eene
vrouw, geheel in lange, vlottende sluiers
gewikkeld.
>Wie gij ook zQn moogt<, zoo klonk hare
stem, waarom komt gQ de schuilplaats
hst moet hem een groote en streelende
verrassing ge wee»t zQn, een Franechen feli
citatiotoost te zQner eere te hooren uitspreken
door minister Haldane, die tot het voorname
gezelschap, aan den feestdisch behoorde,
evenals Cambon, de Franeche gezant.
Mevrouw Blériot de eenige aanwezige
dame deelde ten volle in de hnlde,
haren man bewezen, en de daverende vivats
en cheers, welke telkens weerklonken, golden
haar niet minder dan hem.
Blériot antwoordde in het Fransch, en
zQn toost gaf blijk van de aandoening, welke
hem zijns ondanks overmeesterde. HQ dankte
herhaaldelijk hartelijk en verklaarde beschei
den, dat hQ zooveel eerbetoon niet had
verdiend.
eener vrouw verontrusten
Op deze woorden, met een verwonderlQke
zachtzinnigheid nitgesproken, deed de ridder,
hoog verwonderd, eene schrede voorwaarts,
en even als wilde hQ zich overtuigen van
het werkelQk bestaan eens wezens, dat tct
hem sprak, strekte hQ de hand naar haar
uit. Deze beweging deed de gedaante ont
stellen, die driftig achternit week.
Sinds wanneer», riep sQ uit, «durft een
Fransch ridder eene vrouw bedreigen
•Eene vrouw 1» herhaalde hQ verbaasd.
•En, wat zou ik dan anders wezen, heer,
dan eene vrouw
Dit zeggende lichtte zQ met eene sidde
rende hand haren sluier op en vertoonde
aan den ridder het bekoorlijk gelaat van
een jong meisje.
•Eene Moorin Ihernam hQ, >er zQn hier
dus vQanden I Laten' zij zich maar vertoonen,
ik zal ze bevechten. Ik daag ze allen uit,
hoe talrQk zQ ook wezen mogen. Bij het
bloed des Verlossers I Geheele drommen
ongeloovigen zouden een waren Christen
geen vrees aanjagen.»
•Indien gQ alleen hier gekomen zijt, heer,
om roem in te oogsten, dan zal uwe ver
wachting teleurgesteld zQn, tenzQ gQ er eene
eer in steldet om eene arme, hulpelooie
wees als slavin naar uw kasteel te voeren.»
moeten de verliezen grooter zQn geweest
dan is opgegeven. De •Times» verneemt dat
de regeering de namen van gesneuvelden en
gewonden niet meer openbaar maakt maar
wel de verwanten kennis geeft.
Volgens de verklaringen van de regeering
is het thans in SpaDje rustig, behalve te
Barcelona.
In Barcelona heerscht de revolutie vol
komen. Treinen zQn verbrand, spoorweglQnen
verwoest en Qzeren bruggen met dynamiet
weggeblazen. Kerken en kloosters worden
bestormd en een gedeelte van de troepen
ligt belegerd in de kazernes. In de straten
wordt met kanonnen gevochten en bier en
daar reiken de barrikaden tot de bovenste
verdiepingen van de huizen.
Er lag in de stem van Aïda, in bare
kalme en fiere gebaren zooveel trotsch en
gezag opgesloten, dat de ridder hare woorden
opving zonder er zelfs aan te denken of het
geen hQ zoo even hoorde, wel mogelQk was.
Zulk een vreemden uitslag van zQn tocht
naar den zoo gevreesden spooktoren, bad hQ
zich Diet kunnen voorstellen, en bij Het den
vrijen loop aan zijne gedachten, die zich in
duizend verschillende veronderstellingen ver
loren het onwaarschQnlijkste telkens voor
meer vermoedelQke denkbeelden verwerpende.
ZQne verbeelding, een oogenblik afgedwaald,
droomde niet meer van eene geheimzinnige
verschQning, want hQ had thans de zeker
heid, dat de schoone Moorin waarlQk een
menschelQk wezen was; maar hQ kon zich
de tegenwoordigheid van eene vrouw in deze
woeste en afgelegen bonwvallen niet verklaren,
waar zij evenwel zeide alleen te leven.
In zijne verbazing verdiept, bedacht hQ
niet, dat de Moorin, die nog onbeweeglQk
voor hem stond, wachtte tot hQ haar zou
te kennen geven, wat zQ van hem te vreezen
of te hopen had. Een blik, dien hQ op de
vreemdelinge wierp, vertoonde hem een
traan aan het uiteinde van hare oogleden,
en herinnerde hem, dat hQ de schoone
Moorin nog een antwoord schuldig was.
(Wordt vervolgd.)
- .- ik