Kath. Nieuws' en Advertentieblad
voor Noord-Holland.
No. 65.
FEUILLETON;
Zaterdag1 14 Augustus 1909. S4" Jaargang
Aï da.
Verschijnt Woensdag en Zaterdag*
Buitenland.
ABONNEMENTSPRIJS
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ons Blad".
BUREAUBreedstraat 45, tegenover de R. E. Eerk, te Alkmaar.
Telefoon No. 433.
ADVERTENTIËN
Dit nummer bestaat uit 6 bladz
„De Voorhoede" en de
Kath. locale Pers.
V T01E0MSTMUSIIE.
ONS
BLAD.
,r
50 cents per drie maanden franco aan knia. Te betalen in
het begin van ieder kirartaal.
Afzonderlijke nnmmera 3 cent.
Van 1—5 regels 80 eent.
Elke regel meer 4
Reclames per regel15
Kleine advertenties van 130 woorden, bij vooruitbet. 25
In de „Tijd" vinden we de volgende
repliek van W. op het antwoord van het
bestuur der Prop. Club te Zaandam.
M. de Red.
Vergun mij s.v.p. eenige plaatsruimte voor
mijne repliek, nu het bestuur der R. K.
Prop. Club „St. Petrus" te Zaandam op mijn
ingezonden stuk van 5 Aug. 1.1. heeft ge
antwoord.
Hierbij wensch ik de Iheeren in hun tegen
betoog stuk voor stuk te volgen en mijne
vooropgestelde feiten nog eens te resu-
meeren.
lo. Ik blijf bij mijne bewering, dat: In
de Zaanstreek de kath. locale tweemaal in
de week verschijnende bladen„Onze Cou
rant" en ,,Ons Blad" gelezen worden en
daar honderden abonnementen hebben ge
plaatst.
Wat ik met ,,de Zaanstreek" bedoel, zal
ik den heeren, die in Zaandam wonen, toch
niet behoeven te vertellen. Ik schreef „In
de Zaanstreek" en niet „in Zaandam".
2o. Mijne bewering: „De Voorhoede" zal
spoedig in Üe Zaanstreek met behulp van de
prop. clubs worden verspreid, waartoe zij
aan het blad zat toevoegen bladzijden nieuwn
(meer bijzonder plaatselijk nieuws) is niet
weerlegd.
Ik schreef„propagandaclubs", dat kunnen
er 2 zijn:; het woord „meerdere" is niet
door mij gebezigd. De Prop. Club inoemt het
blad "een speciaal voor üe Zaanstreek
locaal Weekblad". Ik noem het kind bij zijn
waren naam: „De Voorhoede" met toevoe
ging van eenige bladzijden plaatselijk
nieuws". Het feit zelf is daarmee niet tegen
gesproken.
3o'. Of het nu eenige weken dan wel eeni
ge maanden geleden is, dat over het plan
met invloedrijke personen, waaronder vele
geestelijken vergaderd is, doet aan het feit
zelfs niets af. -Ik dik het zelfs nog aan en bje-
weer, dat verschillende eerw. heeren pa
stoors tegen het plan zijn '(o.a. de zeereerw.
heer pastoor van Zaandam). Dat op het be
staan van „Onze Courant" en „Ons Blad",
en de concurrentie, die „De Voorhoede"
zou aandoen is gewezen, wordt door u als
juist erkend; van deze verklaring neem ik
acte.
4o. Het feit, dat „De Voorhoede" hij
haar verschijnen 19 Oct. 1907 toestemde in
de bewering, dat zij aan de plaatselijke
blaadjes geen afbreuk zou doen en dus
geen nieuws, marktberichten enz. zou geven,
en nu tegen die bewering in handelt, wordt
door allerlei dikke woorden niet weerlegd.
Het feit blijft gelijk of „De Voorhoede"
op eigen initiatief dan wel op aandrang
van een Prop. Club handelt. „De Voor
hoede" wijkt in beide gevallen van haar
eerst genomen standpunt af.
„De Voorhoede" exploiteert de courant
dan zijn de prop. clubs om hulp te bieden
M)
Ha, bij mijn heiligen patroon, ais Satan
zulk eene bekoorlijke gedaante kan aannemen
dan verwonder ik mij niet, dat het zoo
moeilijk valt zich tegen zijne listen te wape
nen. Het komt mij eerder voor dat dit
spook van den hemel afdaalt, in plaats van
uit de hel op te stijgen.
„Karei", sprak de ridder, „gij zijt dich
ter bij de waarheid dan gij meent; want
®1 is zij niet van den hemel nedergedaald,
wees er zeker van, dat zij wel ten hemel
zal weten op te stijgen."
IX.
HET DOOPSEL.
De Godgewijde maagden waren sedert
den vorigen dag druk bezig geweest met
het versieren van het altaar in de kapel.
De geur en pracht van bloemen, vereenigd
met het geschitter van goud en edelge
steenten, hadden de sombere kloosterkerk
m een aan het oog behagelijk heiligdom
erschapen. De klokken werden uit alle
macht geluid, en kondigden het begin der
bij de verspreiding en om propaganda te
maken. Als de Prop. Club te Zaandam de
courant exploiteerde was „De Voorhoede"
in haar dienst. Dat is de feiten op zijn
beenen zetten.
Vervolgens: Uit het antwoord blijkt in-
tusschen: a. dat, „De Voorhoede" is geïn
fluenceerd door de Prop. Club te Zaandam
toen zij haar bij haar eerst verschijnen ge
nomen standpunt heeft verlaten; b. dat het
feit zelf verergerd is door het optreden van
de Club', die instede van de locale Pers te
steunen en pogingen aan te wenden, die te
vervolmaken een z.g. nieuw blad is gaan
helpen in 't leven roepen. Waar moet het
heen als vandaag deze, morgen gene prop.
Club zegt: Die courant zint niet, dus bij „De
Voerhoede" aanklopt? Op die manier wordt
niet opgebouwd maar afgebroken. Indien
de bestaande locale blaadjes, zooals u be
weert, niet deugen, waarom die dan niet
pogen te verbeteren? Dat is niet gedaan
met „Ons Blad"! En het is toch beter een
pas opgericht gebouw te herstellen dan het
maar dadelijk 'af te breken.
Ten slotte. Op diverse insinuaties als:
„profeet", „omdat.... ja ziet u... de concur
rentie", „revolutiebouw" enz. enz. ga ik
niet in, daarvan hebben de heeren mis
schien graag het monopolie. Het Fransche
spreekwoord: „c'est le ton qui fait la musi-
que" heeft echter voor propagandisten meer
waarde.
Mijnheer de Redacteur, ik heb al te veel
van uwe bereidwilligheid gevergd, ik wil
eindigen. Wensohen de heeren verder een
onderzoek naar tie feiten, die niet door hen
weersproken zijn, dan zal ik hun mijn adres
opgeven Zij kunnen dan een bestuurslid
afvaardigen om met mij te confereeren en
ik zal dien afgevaardigde mijne bewijzen
aanvoeren, echter onder uitdrukkelijk voor
behoud, dat de conclusies in de verschil
lende bladen, waarin mijn ingezonden stuk
heeft gestaan, worden geplaatst.
Vriendelijk dankend voor de verleende
plaatsruimte.
Hoogachtend,
Uw dr.
W.
Alkmaar 9 Augst. 1909.
Hierop laat W. de inhoud volgen van
de in de Zaanstreek verspreide circulaire,
welke wij in het vorig nummer reeds op
namen. W. laat dan gaarne het oordeel aan
den lezer.
Het is te begrijpen dat de linksche par
tijen een weinig aan 't nadenken zijn over
de nogal krasse nederlaag, die ze bij de
jongste Juni-stembus hebben geleden, en
het verwondert dan ook niemand, dat het
orgaan der Liberale Unie, „De Vaderlan
der", alweer naar tie volgende stembus kijkt
met de hoop; het verloren terrein dan weer,
tenminste voor ^len deel, te herwinnen.
Of het blad naar het hart van alle link
sche groepen spreekt, valt een weinig te
betwijfelen, doch het raadt in ieder geval
aan samenwerking te zoeken en voor te be
naderende plechtigheid aan. Reeds opende
men de groote buitendeur, maar de volks
menigte, verblind door zooveel tooi en
pracht, was op den drempel blijven staan,
alsof zij den tempel van den Almogenden
God niet durfden binnentreden. De wie
rook steeg golvend op uit gouden vaten,
terwijl het liefelijk gezang der vrome
vrouwen door de gewelven ruischte.
De menigte bedwong nu hare eerbiedige
vrees, trad het godshuis binnen en knielde
neder om den zegen te ontvangen van
den Bisschop, Primaat van Provence.
Toen werd het hek van het koor ge
opend, en de doopeldnge, in hagelblank ge
waad gekleed, en met een krans van witte
rozen en oranjebloesem in het haar, ver
scheen; vergezeld van de Moeder-overste
en hare peters, den graaf van Provence en
Hugo de Concy, welke laatste door den
koning van Frankrijk bepaaldelijk was af
gezonden om hem bij deze plechtigheid te
vei tegen woordigen. Op deze vier personen
volgen, twee aan twee processiegewijze, alle
religieusen van het klooster, omhangen met
hare groote mantels, die zij slechts bij
buitengewone gelegenheden dragen, en met
eene waskaars in de hand.
Toen Aida tot voor den Prelaat was
geleid, knielde zij neder.
reiden tusschen de gansche linksdie min
derheid, en dan eendrachtig op te komen
voor de openbare school; voor het algemeen
kiesrecht en voor den vrijhandel.
De schrijver vindt, dat hij met dien voor
slag mooi op tijd komt en zegt o.a.:
Hadden wij kort voor de verkiezing ons
betoog gehouden, dan zou het uitgemaakt
zijn geworden, voor al wat leelijk is. Voor
den politieken maaltijd van 1913 dienen de
spijzen terdege bereid te worden, wil men
de schotels smakelijk op de politieke tafel
kunnen brengen. Wij weten te goed, hoe
veel voeten het in de aarde zal hebben om
de linkergroepen tot samenwerking te be
wegen, dat men een tijd van twee, drie
jaar volstrekt niet lang behoeft te achten,
om het accoord te treffen.
Als de voorslag inslaat, en dat is in de
gegeven omstandigheden nog lang niet ze
ker, zal men links de beraadslaging over
dit interessante onderwerp dus kunnen aan
vangen. „Het Centrum" verwacht er niet
heel veel van en zegt:
Er zal dus eenige jaren lang onderhan
deld en gezocht, gepast en (gemeten, geschre
ven en gewreven, getobd en gewurmd moe
ten worden om de Linkergroepen tot een ac
coord te kunnen brengen.
Welk een schoon vooruitzicht!
En hoe duidelijk blijkt uit deze verklaring
van den Unie-liberalen auteur, dat de „sa
menwerking Links niet anders dan kunst
matig kan zijn, een knutselwerk van jaren,
dat veel hoofdbrekens kost en ontzaglijk ge
peuter!
En dan bereikt men, in 't gunstigste ge
val, nog slechts een accoord!
Of men tezapien regeeren kan, moet daar
na nog bewezen worden, iets, waaraan
men ook ter Linkerzijde zeer sterk twijfelt.
,t Is werkelijk een ondankbare taak, waar
toe de ongenoemde schrijver in de „Vader
lander" zijn geestverwanten opwekt.
Zeker, zoo gezien zijn de vooruitzichten
niet bepaald schitterend; maar waarom zou
men het niet eens beproeven? Zulk een
familieovereenkomst kan geen kwaad; en
wat er na een stembus gebeuren moet,
kom, men is ter linkerzijde niet heel zwaar
tillend op dit punt. Dat hebben we in
1905 wel gezien!
DUITSCHLAND.
Het Centrum heeft eene ernstige crisis
door te maken. Het is wel niet de eerste
maal dat het te strijden beeft met meenin
gen die oneenigheid konden brengen In den
boezem der partijmaar dan betrof het
doorgaans zaken van ondergeschikten aard
en politiek beleid. Thans geldt het 't ka
rakter van de Centrumspartij. Sedert eenigen
tijd gaat er van de »Kö'n. Volkszei!ung« c.s.
een streven uit, om van het Centrum eene
interconfessioneels partij te maken. Het spe
ciaal katholieke karakter moet volgens die
strevers vervallen en plaats maken voor een
algemeen christelijk, zoodat ook protestanten
in de partij kunnen worden opgenomen.
„Wat begeert gij van Christus' Kerk?"
vroeg de Bisschop haar.
„Het geloof!" klonk haar antwoord.
„Zweert gij getrouw te zullen zijn aan
de leer-, de geloofstukken en de geboden
dezer Kerk?"
„Ik zweer het."
„Belooft gij ook, al het bijgeloof van
uw vorig leven, de pracht en ijdelheden
dezer wereld, en de bekoringen van den
geest des kwaads te zullen verzaken?"
„Ik zweer het."
De Bisschop blies driemaal op het ge
laat der doopelinge, als wilde hij den geest
des kwaads op 'de vlucht drijven. Hij
maakte op het voorhoofd, de oogen, de
ooren, de borst en de schouders der nieuwe
Christin het heilig teeken des kruizes, ten
einde haar te leeren, dat zij hare gedach
ten en haar hart aan Christus toewijden,
en met liefde en blijmoedigheid het juk
van het kruis dragen moest.
Bij ieder gedeelte der verhevene plech
tigheid werd Aida's ontroering steeds heviger
en zichtbaarder. De vreugde overstelpte haar
gemoed en bestraalde haar gelaat, waarop
hemelsche aandoeningen en geluk ver
spreid lagen. Eindelijk liet de Bisschop
haar zijn stool vatten en geleidde haar naar
het altaar om te doen zien, dat zij in de
Te Coblenz is nu dezer dagen eene con
ferentie gehouden van vóór en tegenetanderi
der wijziging en ie deze in den breede
besproken.
De meerderheid ie het er over eene ge
worden, dat de voorgeetane wijziging in
plaate van bet Centrum ten goede te komen,
ten aiotte de aanleiding zou zijn om alle
godsdienstige beginzelen aan den djjk te
kunnen zetten. En het landsbelang zou hier
door al zeer slecht gediend zjjn,
Dr. Bitter bestreed bet dryven der nienwe
richting in een lange rede, waarin hij aan
toonde dat het Centium geen confeeaioneele
party ie, doch een politieke partij, volgens
art. 29 der Bijkewetgeving. Een partij van
enkel katholieken en alleen belangen van
katholieken vertegenwoordigend, is bet Cen
trum nooit geweest en wil het nimmer zijn.
Daarom heeft het steeds gaarne anderaden-
kenden in de party opgenomen. Maar de
laatste scheidingegrene ligt in haar wereld
beschouwing. Deze is de band welke een party
vereenigt en samenbindt. Het Centrum ie
door katholieken gesticht. De geest, waardoor
de stichter bezield werd, is de geest van
het katholieke volk. De grondslag van het
program des Centrums was en is de katho
iieke wereldbeschouwing. De katholieke stich
ters wilden ook protestanten, die met hnn
instemden, in de party toelaten, om zoo het
bewys te leveren dat, evenals het niet slechts
de belangen der katholieken in het openbaar
leven behartigde, ook protestanten hun poli.
tieke werkkracht bij het Centrum konden
uitoefenen. Door syn wereldbeschouwing heeft
het Centrum gemeenzame grondstellingen van
katholieken en geloovige prostestanten, waar
door het voor beiden nuttigen politieken
arbeid kan verrichten. Het valt den prote
stanten gemakkelijk zich cp het standpunt
van het Centrumsprogram te plaatsen, daar
de gemeenschappelijke christelijke grondsla
gen een geiykmatige behandeling en oplossing
van talrijke politieke vragen mogeiyk maken.
Het Centrum heeft nu, voor zooverre de
christeiyke grondstellingen ter sprake komen,
dit onderscheidingstseken van andere chris
telijke partijen, dat het die grondstellingen in
twyfelachtige gevallen volgens rijn katholieke
wereldbeschouwing bepaalt, terwyi de protes
tanten dit met den maatstaf hunner evan
gelische wereldbeschouwing doen. Zonder
beiydenis geen godsdienst, geen christendom.
Zonder beiydenis zjja algemeene christelijke
grondslagen een theoretisch, onzeker begrip...
De »Kö'n. Volksztg.» wykt en dat is
het punt waartegen wij met den meeaten
nadruk opkomen wezeniyk daarin van
ons af, dat xy den katholieken geest uit de
beginselen, waarop ons program is opgebouwd,
wil verwijderen.
Aan het eind zijner rede werden de vol
gende stellingen in stemming gebracht
lo. De vergadering wijst, na de uiteen
zetting van dr. Bitter, de verdachtmaking,
als zou de bedoeling van de Paasch-Dinsdag-
conferentie zijn om vau bet Centrnm een
eenzydig godsdienstige party te maken, als
ongegrond terng.
2o. De vergadering verklaart, dat zy vol
komen vasthondt aan het door het program
■a——d—a—a——
Katholieke Kerk werd ingelijfd' en dat de
kinderen dier Kerk altijd ootmoedig de
voetstappen moeten volgen der geestelijke
vaders, die hun in het geloof voorgaan.
Toen de menigte haar op die wijze de
Kerk zag doorgaan, week deze eerbiedig
ter zijde en bewonderde haar met geest
drift.
„Hoe schoon is zij, de uitverkoorne des
hemels,' de dochter en gunstelinge van
Mariazeide elk in zijn hart.
En de vrouwen kusten met vromen zin
het gewijde kruis dat aan hare rozekransen
hing; zoo verlangend waren zij om aan
God hare erkentelijkheid te betuigen voor
het schoone feest, dat Hij dien dag aan de
aarde bereidde.
Intusschen was de doopelinge aan den
voet des pvtaars nedergekniéld, en de Bis
schop, voor haar staande, vroeg haar:
„Hoe is uw naam?"
„Maria!" riep zij uit met onwederstaan-
bare geestdrift van erkentelijkheid en liefde.
„Wat verlangt gij?"
„Het doopsel,"
Toen herhaalde de prelaat langzaam het
symbool des Geloofs. Gedurende de korte
pauze tusschen elk der artikelen, weerklonk
in de geheiligde gewelven de stem der
doopelinge, die met eene zoo vaste over-
en de traditie eens en voor altyd vastgesteld
karakter van het Centrum.
3a. Daarom keurt de vergadering af de
vooral door de »Kö'n. Volkezt.» stelselmatig
bedreven pogingen om door een overdreven
en eenzijdigen nadruk te leggen op het
interconfcasioneele beginsel, het werkeiyk
karakter van het Centrum te doen verdwy-
nen, waardoor een noodlottige verwarring
onder de kiezers veroorzaakt wordt.
4o, Verder laakt zy het bQna dageiyks
aan het daglicht tredende streven van bo
vengenoemd blad om groote uitgestrektheden
van het moderne kultunrleven, met uitscha
keling van de katholieke wereldbeschouwing,
meer en meer te >lnterconfessionaliseeren<.
Er werd gestemd met handopsteken en
dr. Bitter verklaarde, dat de meerderheid er
vóór wasde »Köln. Volkszt.» beweert het
tegendeel.
ITALIË.
Maandagochtend heeft de plechtigheid ter
herdenking van de Kroning des Pansen
plaats gehad.
Pius X is om half tien in de zaal der
Paramenten gekomen waar de kardinalen
hem wachtten, Hy nam de kap en de tiara
en voorafgegaan door den stoet der prelaten
en 20 kardinalen, ging Z. H. de Sala Ducale
en de Baia Boyale door, waar de Palatyn-
sche garde de eerbewyzingen gaf en waar
talrijke geloovigen geschaard stonden.
Toen trad de Paus de Sixtynsche kapel
binnen. Het koor, onder de leiding van Dom
Peroei, hief het»Tu es Petrus» aan. Ty
dens den zang bleef de Pans voor het altaar
neergeknield. Dan begint de Mis, gecele
breerd door kardinaal Meriy del Val. Kar
dinaal Bampolla assisteerde als presbyter
assistens hy bewierookte den Paus en voor
de Communie ontving hy van kardinaal
Merry del Val den vredekus, dien hy Pius X
ging overdragen.
De maestro Perosi heeft met de gewone
perfectie de Mis van Palestrina uitgevoerd
en by het Offertorium een Cantate Domino
canticum novum van zyne compositie doen
hooren.
In de speciale tribunes waren aanwezig
de zusters- van den Paus, het korps diplo
matique, het Bomeineche patriarchaat en een
hondertal genoodigden. By het eiDde der
Mis heeft de Paus met krachtige stem de
Benedictie gezongen en is daarna, gevolgd
door xQn stoet, naar de zaal der Paramenten
weergekeerd, waar hy de heilwenschen van
het H. College ontving.
SPANJE.
Hervatting van den strijd, Ha een paar
dagen van betrekkeiyke rast, van louter
verkeuningstochten van opschuiving en uit
breiding en versterking der etrydmachten,
komt er weer nieuwe etrydlust over de vy>
andelyke legers die elkaar de heerechappy
in het Bif gebied bestryden.
De sultan Moulai Hafü schijnt thans ook
liefhebbery te krygen om zich tusschen de
strijdende partyen te mengen. In militaire
kringen te Madrid loopt het gerucht, dat
Moulai Hafid aan de Spaansche regeering
tuiging uitriep: „ik geloof!" dat alle
aanwezigen er door ontroerd werden, en
uit aller oogen tranen van vreugde en
bewondering te voorschijn kwamen.
Eindelijk stroomde het water der weder
geboorte, dat t en eeuwigen leven ontspringt,
op het hoofd van het kind van Maria.
Als eene schuldige zondares was zij neer
geknield; maar gezuiverd, groot en edel
als eene reine Christin, rees zij overeind.
Maar het Doopsel is niet genoeg voor
deze ziel, Idle verslonden wordt door het
vuur der goddelijke liefde. Nog eenmaal
buigt zij haar hoofd voor den Bisschop.
Zij vraagt een schild om haar te bescher
men tegen de begoochelingen en gevaren
der wereld; eene kracht om haar te on-
dersteuneneen nieuw wapen om haar
onverwinbaar te maken in den strijd. De
Christin gevoelt- hare zwakheid, maar zij
weet ook, dat zij, door den H. Geest be
schermd, sterk en veelvermogend wordt,
Op hare bede wordt het dierbaar Sacrament
des Vormsels, dat de genade van den H.
Doop bevestigt, haar toegediend.
Wordt vervolgd)