No. 5. B. FEÜILLET DeTooveresvan/ LANDBOUW EN VEETEELT. DRANKBESTRIJDING. ZOEKLICHT. ESPERANTO. KINDERRUBRIEK. BURGERLIJKE STAND. Eedsweigering strafbas L_ i 5r« - A Wet van 1 Juli 1909 ter aanvulling der tiend wet 1907, Door Ide invoering van de wet van 1 Juli 1909 (Staatsblad no. 221) is de ge legenheid! geopend om de schatting met al hare gevolgen te ontgaan, door aan de betrokken personen toe te staan, onderling overeen te komen omtrent het bedrag van Idie jaarlijksche zuivere tiend opbrengst en daarvan opgave te doen. Daar hierdoor de kosten van de uitvoering der wet, die ten laste van den Staat komen, belangrijk kun nen worden verminderd, zijn voor het doen van zoodanige opgave aan belanghebbenden bijzondere voordeelen toegekend. Het doen van opgave van het bedrag der jaarlijksche zuivere tiendopbrengst biedt in hoofdzaak de navolgende voordeelen: 1. Dat de schatting met al hare gevol gen dus ook Ide mogelijkheid eener kost bare procedure bij het Gerechtshof ver valt en het belanghebbenden vrijstaat, zelf dat bedrag te bepalen. Anders wordt het buiten hen om door de schattingscommis sie, of, bij geschil, door de commissie van beroep of het Gerechtshof vastgesteld. 2. Dat aan de voormalige heffers van Rijkswege eene premie wordt toegekend ten bedrage van 4 ten honderd der schadeloos stelling, waarvan een deel ook aan de voor malige plichtigen ben goede kan komen. 3. Dat ldie jaarlijksche tiendrente slechts bedraagt 544 ten honderd van het bedrag der schadeloosstelling, anders 5.55 ten honderd. 4. Dat alles spoediger en op veel een voudiger wijze wordt beëindigd dan wan neer aan de schatting haar loop wordt ge laten. Neemt men aan Idat de jaarlijksche zuivere tiendopbrengst, bedraagt f 100, en interest als bedoeld in het 2de lid van art. 4 der wet, verschuldigd is over 2 jaren, dan be draagt de schadeloosstelling: f 100x20 f 2000 interest 2x3Va pet. ad f 140 f 214Ó. Hiervan is gedurende 30 jaren verschul- idigd eene jaariijksdhe (tiendrente van5.55 pet. f 118.77. De voormalige heffers krijgen du®, inge val door hen geen opgave wordt ge daan, eene schadeloosstelling van f2140 en de voormalige plichtigen moeten geduren de 30 jaren jaarlijks eene tiendrente van 1118.77 betalen. Wordt echter wel opgave gedaan, dan krijgen de voormalige heffers bovendien eene premie van 4 pet. over f 2140 f85.60, waarvan een deel ook ten goede kan komen aan de vroegere plichtigen, die Baarbij gedurende 30 jaren slechts eene jaarlijksche tiendrente van 5,44 pet. over f2140 =x f 116,41 Va dus f 2.351/® minder heb ben te betalen. Dit maakt over 30 jaren een gezamenlijk minder bedrag aan betalingen) van 30 X f 2.35 f 70,65 Idat eene con tante waaide vertegenwoordigt van ruim #43 off 2 pet. Ider schadeloosstelling. Uithoofde van de belangrijke voordee len, die voor de betrokken personen aan; het doen der opgave verbonden zijn, en omdat eene spoedige afwikkeling van die bepalingen Ider Tiendwet is een zaak van algemeen belang, meent de Regeering de medewerking van de landbouwveréenigingen en voorts van allen, die met den landbouw in aanraking komen; te mogen inroepen' om het beoogde doel te bereiken. Alle stukken die bij de uitvoering der wet te pas 'komen, dus ook Öe meergenoem de opgave, zijn vrij van zegel ten van de for maliteit ider registratie. Verder wordt het bepalen van het be drag der jaaarlijksche zuivere tiendopbrengst geheel aan partijen overgelaten, mits het te goeder trouw geschiedt. Het is dus niet noodzakelijk, dat partijen aanvangen met de jaarlijksche zuivere tiend opbrengst voor elk perceel te bepalen. Zij kunnen die b.v.b. voor een geheel blok of complex of voor alle perceelen van een voormaligien plidhtige vaststellen naar de genoten opbrengsten en het bedrag ver volgens te goeder trouw over de percee len naar hunne tiendwaande verdeelen. Dit laatste is volstrekt noodig omdat voor elk perceel afzonderlijk de tiendrente moet wor den vastgesteld. Stel de afkoopprijs van een tiend van een blok was, berekend volgens de wet van f 1872, f 10.000 en men wil zich aan dit begrad houden, dan moet de jaarlijksche zuivere tiendopbrengst gesteld worden op 1/20 van f 10.000 f500, en kan men idit laatste bedrag over de in het blok ge legen perceelen naar hunne tiendwaarde ver deelen, Men zij er voorts indachtig aan dat de opgave vóór 1 Mei 1910 bij de betrok ken tiendcommissie moet worden inge leverd. Tusschen partijen die tot het doen der opgave overgaan, zal wel geen geschil om trent Idie geldigheid, den aard en den om vang van het tiendrecht of omtrent de rech ten van de aangevers bestaan. Evenwel is de mogelijkheid niet uitgesloten, dat om trent ideze punten, inzonderheid op vorde ring van anderen, tmherroepelijk in af wijking van de aangifte wordt beslist. In dit geval komt de opgave te vervallen, om dat blijkt dat zij op eene onjuiste ba sis steunde. Betreft He afwijking slechts som mige perceelen, (dan blijft de opgave ech ter voor ide overige geldig. Frater Anno. In het klooster idler Dominicanen te Venlo heeft de vorige week een man zijn intrede gedaan, die met succes op zijn geestelijken arbeid mag terugblikken. Het betreft den zeer eerrn heer Joseph Neumann, voorheen pa stoor te Mundt bij Juïïch1. Ongpveer 20 jaren was hij Idie vader d»r matigheidsver- eeniging, later van dte katholieke geheel onthouders-vereen iging. Hij was de oprich ter en leider van den onthoudersbond van. geestelijken en van htet kruisverband) en| had het genoegen bij zijn vertrek zijne werk zaaniheden beloond te zien „doordat 8000 personen waren toegetreden tot het kruis- verbond, waaronder 300 geheelonthouders Hij was de stichter der internationale ka tholieke vereeniging tegen het alcoholisme. Verder heeft hij het St.-Camillus-gestichit te Wenden voor mannelijke en te Mundt en Wassenberg twee gestichten voor vrou welijke alcoholzieken opgericht. In het klooster verblijft hij thans onder den naam van Frater Anno. Niet aansprakelijk Eenige maanden geleden deed in de pers een bericht de ronde, dat die groote Am- sterdamsche likeurstokerij Wijnand Focking in een Argentijnsch blad een reclame ge plaatst had, waarop men onze Koningin en Hare Moeder afgebeeld ziet, benevens een kraamvrouwverpleegster, Idie een kind op de armen draagt. Voor den troon staan een aantal buigende hovelingen. Het kind stelt Prinses Juliana voor en uit haar mond komen de woorden: „La Fockink es lia mejor gjncbra", dl. w. z.Fockink is de beste jenever. Boven de plaat staat als op schrift: „De waarfieidi uit kindermond". En er onder: Het heeft de geheele we reld verbaasd, dat de eerste woorden der Kroonprinses van Holland waren: „Foc kink is de beste jenever". Nu vermeld „Het Vaderland" het be richt weer, pnder het opschrift: „Ergernis, voor eiken vaderlander en voor den geheel onthouder!" Het bericht ontleent het blad aan „Het Volk" en ide redactie van dit blad teekende er, volgens het „Vaderland" terecht bij aan „De firma Wijnand Fockink weet inder daad het monarchaal gevoel op even kiesche als practische wijze aan haar zaken dienst baar te maken.". 't Is waar, idiat de reclame ongepast is, maar die firma Wijnand Fockink te Amster dam heeft .er nimmer over gedacht een| dergelijke aanbeveling van haar jenever te verspreiden. De firma is vrij te pleiten van schuld. Reeds toen voor de eerste maal het bericht opdook, verzekerde de firma ons, Idat zij nooit haar afnemer in Argen tinië last gegeven heeft tot het maken van deze reclame en niet in staat is na te gaan, op welke Wijze de afnemers in het buiten land reclame maken met de Hollandsdie jenever van Wijnand Fockink, Deze firma kan Idlan ook voor de ergerlijke reclame niet aansprakelijk gesteld' worden. Vakorganietle en drankbestrijding. De heer Engels uit Leiden schrijft aan „De Tijd", 'Is vreemd, maar 't is waaj, dat er men schen zijn, die meenen dat „Vakorganisatie en Drankbestrijding" twee tegenstrijdige be grippen uitdrukken. Dat is nog eens weer duidelijk in 't licht getreden na het artikel van Dr. Ariens in „Sobrietas" getiteld „Onze jaarlijksche wapenschouw." Daar werden vergelijkingen gemaakt tus schen de getalsterkte der vakvereenigjngeni en die der kruisverbonden. En daar werd! betoogd, dat alleen door een flinke, matige bevolking, dat alleen door nuchtere, huni verstand- geheel gebruikende arbeiders, eeni krachtige vakbeweging in 't leven kan wor den geroepen. Dat is een waarheid, die door ieder man van ervaring op dit gebied zal worden onderschreven. Overal waar de arbeiders misbruik maken van drank, daar kwijnt de vakbeweging; kwijnt geheel het vereenigingsleven. Deze waariieid zal zelfs wonden onderschreven door hen, die het opnemen voor een ma tig gebruik. De groote moeielijkheid zit hem dan ook hierin: de juiste grens te trekken en aan! te toornen, waar het gebruik eindigt en het misbruik begint. Wanneer men alleen als misbruik wenscht te bestempelen openbare dronkenschap, of een toestand van opge wondenheid, die den drinker alle zelfba- heersching doet verliezen, zoodat hijzidhi vergrijpt aan vrouw en kind, of in han den der politie valt door straatschandaal te verwekken, enz., ja, dan heeft de pleiten voor matig gebruik gewonnen spel. Want voor en aleer de gebruiker tot zulke bui tensporigheden vervalt, k(an hij: heel wal) door zijn keelgat jagen. (Wordt vervolgd), Goeden morgen 1 Wij leven in een wereld vol idealen en toch.... in een alles behalve ideale wereld.: Idealen hier, idealen daar, idealen ginds) en overal, idealen van het kind tot den, grijsaard, van tie wieg tot aan het graf, kort om idealen... „und kein ende" en toch, on danks al dat gezonde doch meestal on gezonde idealisme, wat een alles be halve ideale toestand nog. Vanwaar dit alles? och verlang niet van mij een dusdanig diepzinnig probleem, dat reeds zooveel groote mannen ti.wcz-. groot is Weaitis es siet in omvang hoofdbip-. kens heeft geklost, in „Ons Blad." op te lossen* Maar en daar wilde ik het overheb ben nauwelijks is het eene ideaal be reikt of onmiddelijk wordt een ander na:- gejaagd en een zeer illustre voorbeeld vin den we in ons geacht bestuur der gemeente. Jaren achtereen hebben ze gezwoegd om hunne idealen te bereiken en wie kregen achtereenvolgens in onze gemeentelijke huis houding een Keurcollectie-grootsteedsche meubelen (die wij met onze Kleinsteadsche beurzen moesten betalen) en we verheugen ons in het gelukkig(!!) bezit van een mo- del-abatoir een hertenkamp, een gymnasium (waar de vriendschappelijke verhouding tot zulk een kookpunt was gestegen dat zelf de concierge zijn overkropt gemoed; in de pers moest lucht geven) een her- halings- en een Handelsschool; etc; kort om een reuzensorteering maar.... toen kwam het prozaische geld de vreugde verstoren, want toen kwam het refrein van het lied; „Wie zal dat betalen?" en nu begon men i(e bezuinigen en onze vroedschap.... weigerde waarachtig een nieuwt afelkleed voor de trouwkamer (ge garandeerd waschecht koopt men ze te genwoordig voor f 1.75) en toen.... was men er nog nietEn toenkapte men den halven Hout om en.... met de opbrengst van dat gehakte hout.... was men er ook nog nipt, doch hoenja toen kwam het en onz'e vroedschap deed een schoone ont dekking en verschafte zich voor een „bagetel" van f 1200 per jaar een middel aan, dat het geld bij stroomen in onze geteisterde gemeentekas zou idloen vloeien, alle ont duiking van belasting als bij tooverslag zou doen eindigen en onze reeds zoo geperstei burgers als citroenen zou uitpersen en dit middel, die levende citroenpers, is onze „belastingcontroleur". Zouden echter onze vroede vaderen bij het aanschaffen van zoo'n „citroenpers" wel gerekend hebben op ajl die „leege citroenen" of tewel, „berooide burgers", waar toch niets meer te halen, valt? Zal ook hier de zuinigheid gelijk reeds zoo dikwijls de wijsheid niet be driegen Toch lezer 't valt niet te ontkennen1 zoo'n instrument Werkt prachtig, want we hebben ook nog bij wijze van Nieuwjaar- surprise gekregen „een belasting op de open bare vermakelijkheden" en, wanneer ge U des avonds met of zonder vrouw en kroost desnoods weer „alleen", naar een of andere festiviteit begeeft, dan ontwaart ge reeds' bij den ingang een heriodieke figuur, die onbeweeglijk als wijlen vrouw Loth (diei in een zoutpilaar veranderde) u met argus oogen bespiedt, zijn alle verwachten enge- noodigden aanwezig en de voorz. wil b.v. juist zijn openingsspeech gaan houden dan krijgt hij een stillen wenk, laat die speech zakken, want: de „controleur" wenscht eerst betaling en daarvoor moet dan het publiek maar „even wachten", hij heeft de aanwezigen geteld en.... doorgaans niet te licht bevonden 'en de praesus moet schui ven, bij kas of niet. Wilt ge een ander voorbeeld Begeef U IW.v, in onzen tijd van vereenigingen 's avonds naar een vergadering en ben je idan „precies" op den aangegeven tijd aan wezig, dan kom je precies een half uur te vroeg want hier beginnen we altijd 30 minuten te Iaat en als je dan wach- tensmoede je begint te vervelen, dan zoek je naar middelen om die verveling te ver drijven en als dan in de cafézaal, waar je Jobs geduld in practijk wordt gebracht, een piano staat en je probeert even om in harmonische wijze een onbekende aria te fantaseeren, dan.... staat plotseling als de „Mefisto" uit de opera „Faust" de bet- lastingcontroleur iu de zaal en.... decre teert iden verbaasden kastelein dat hij dat pianospet doet eindigen of„anders be talen." Lezer 't is piramidaal, maar histo risch: als je uit verveling en wellicht tot andierer ergernis de piano bewerkt, dan... ja dan organiseer je een „publieke v e r m a k e 1 ij k h e i d".: Wel zegt onze nienwgebakken gemeente verordening, dat openbare vermakelijkheid datgene is, waardoor het publiek gelegeur heid heeft zich te vermaken enz. maar onze) controleur heeft een eigen wetsinterpreta tie of uitlegging en... wanneer, een stem van den olympus vernomen wordt, dan be- hooren de sterfelijken in het dal te zwij gen. Ziet lezer als deze instelling niet haar rente opbrengt idan.... ja dan helpt niets meer.... 't Is een automaat werkend met een zekerheid, waar je „paf" vain staat en waarbij omjze nieuwe electrisch werken de perronkaart automaten in 't niet ver zinken; 't is eenvoudig om met Koka- dorus te spreken „een mirakel van een uitvinding". En als ten slotte ook deze geniale uit vinding niet helpt, dan rest nog één wan- hoopsmiddel n.l. dat onze gemeente-ardhi.- teit, Zijn talenten wijdt aan de uitvinding) van een toestel dat onzen fiscus in staat stelt ook nog de lucht in beslag te nemen, en Alkmaaris uitgemergelde burgers slechts toestaat die tegen betaling in te ademen, want werkelijk iets anders valt niet meer te belasten en dan zal boven onze ©enig overgebleven Stadspoort den vreeindej- ling moeten toegrijnzen de woorden uit Dante's Hel!: „Voi ch'entrate lasciate ogni speranza!" „Gij die door mij binnentreedt, Iaat alle i hoop varen." Dan zal bereikt zijn het ideaal van ons belastingstelsel. VERITAS. Ooeden avond! HT Het Esperanto is de eenvoudigste taal die ia de beschaafde wereld bekend is. Dr. Za- menhof ging niet over Qs van éénen nacht toen hij zyn voornemeD, om eene wereldtaal samen te stelleD, ten nitvoer bracht. Hij begon met de Enropeesche talen te bestu deeren en nam daaruit, voor zooverre dat mogelfjk was, het beste. Bij het bestndeeren °an de Engelrche taal bemerkte bij dat men seer goed met één lidwoord kan volstaan. Daar de Nederlandeche taal het gebruik der lidwoorden de, het, de, de Fransche taal van l', le, la. les en de Dnileche taal van der, die, das, die verelscht, en men zich in die talen .telkens moet afvragen of men met eea mannelijk, vrouwelijk of ontijdig self etandig naamwoord en met enkel of meer voud te doen heeft, besloot Dr. Zamenhof het Eagelscbe systeem te volgen en stelde vast dat Esp. slechts één lidwoord sou hebbenla voor alle gevallen, hetzij in het enkel- of meervoud. BIJ het vergelQken van de woordenlijsten der moderne talen trof het den maker van Esperanto dat zoovele woorden In verschil lende talen groote overeenkomst vertoonen. Omdat het onthouden van een eeuigszins bekend woord veel gemakkelijker is dan een onbekend, besloot hij hiervan gebruik te maken bjj hét kiezen der stamwoorden. Daaruit is te verklaren waarom iedereen die Fransch geleerd heeft, zoovele bekerde woor den in Esperanto ontmoet. De stammen dier woorden zijn ontleend aan het Latijn ea worden daarom nagenoeg onmiddellijk verstaan door alle volkeren wier taal van het Latijn afstamt. Door dezen maatregel maakte Dr. Zamenhof het onthouden van vele stamwoorden voor Franschen, Italianen, Spanjaarden. For tugeezen en voor allen die eene der Zuid Europeesche talen kennen, uiterst gemakkelijk. Indien de Latijnsche stam om de eene of andere reden niet In het stelsel paste, nam hl) een ander woord, ontleend aan het Dultsch, Engelsch of aan eene andere taal. Esperanto is ook eenvoudig voor wat de spelling betreft. Deze is weikelijk zóó, dat zjj een vurig aanhanger van Kollewijn jaloersch moest maken. Men treft geene enkele overbodige Jetter aanalle letters hebben hare volle waarde en moeten ook worden uitgesproken. Esperanto heeft vijf klinkers, a, e, i, o en u; deze klinken als a in vader, als e in gretig, als i in Juni, nis o in koren en als oe in ploeg. De a, e, i en o mogen niet worden uitgesproken als in de woorden lat, laat, bef, de, breed, pit, pot, slorf. Hieruit volgt dat er ook geene enkele reden bestaat om dubbele klinkers f medeklinkers te bezigen. Wanneer men woorden lat, laten, latten, sla, aan, pot, poot, netten, poten, of, ooft, st'oo, vergelykt en wanneer men dan nadenkt over de hersen- nep-r nice die het de kinderen kost om die -oorden te leeren lezen en schrijven, moet >et treffen dat er eene taal bestaat waarin al die omhaal vermeden is. Esperanto beeft slechts twee tweeklanken au (spreek uit: anw) en eu («pr. uit: eeuw). Iedereen die het Esperanto-alphabet kent, is ook in staat onmiddellijk Esperanto te lezen en moet zelfs dadelijk ouder die ée kunnen schrijven. (Onder kennen wordt bier verstaan: goed kennen, volmaakt kennen). Tal van Esperanto woorden begrijpt reeds ieder beschaafd mensch ook zonder ooit van Esperanto geboord te hebben. Iedereen ver «raat de beteekenis vanErnesto, Jobano, Europo, Azio, Afriko, Ameriko, Australio, automobile, lokomotivo, teatro, paragrafo, akurativo, fantazio, filantropo, glicerino, bipodromo, ortodokea, ortopedio, telegramo, telefono, Metro, Qramo, Hektaro, Litro, biblioteko, benzino, termometro, eocialismo, radikalismo, en van vele andere woorden van internationaal gebruik. Papa (tot^j kleine Bets): «Ga eens even kijken in del kamer of de hangklok nog loopt.< Bets gaat en komt terng met de bood- srbep>Hü loopt niet, pa, maar bjj kwispelt met zijn staart.' o— Onderwijzer (tot schoolkinderen)«Nu heb ik jullie blauwe, roode en gele steenen laten zien... wie kan me nu een steen noemen, die een zwarte kleur heeft Leerling: De'schoorsteen, meester 1« 0— Mama (tot kleine Fritejs)«Maar, Frits, als je binnenkomt, behoor je mij toch goeden dag te zeggen.' Frits «Och, kom, ma, we kennen elkaar immers al zoo lang.' Voor de meisjes (want die zijn weer aan de benrt) een handwerkje. KLUWENDOOS. Om deze doos te maken, neemt men een kleine blikken bus, rondom met geelachtige AIda stof of Congresgaas overtrokken, waarop te voren een eenvoudige kruissteek versiering of eene versiering in een andere steek uit gevoerd van gekleurd glansgaren of zjjde gewerkt wordt. Het deksel is van zwaar karton gesneden, met eene uitsnijding voor doorlating van het garen voorzien, op beide zjjden met Aïdestof of Congresgaas overtrokken en rondom met rood wollen baDd of lint omboord. Het borduurwerk mogen jullie maken naar eigen verkiezing, zoo mooi mogeiyk, dan het stuk met overbandsche steken om de bus naaien en met een ruche van baud af lint versieren. Men naait bet deksel aan een plaats vast en brengt er een kleinen strik en banden voor het vastmaken aan, De afbeelding is te zien aan ons Bureau. Wie het bandwerkje gereed heeft, mag het later voor de tentoonstelling inzenden, maar dat komt nog wel, als jullie gedold gebruiken wilt. Ik heb 't iu te druk met de vele oplossingen van de prijsraadsels, die binnen komen. Voor alle kinderen (jongens en me'ajet) heb ik weer wat nieuws, n.l. 2 kaartjes met cijfers. Ik verzoek jullie deze nit de krant te knippen en ze op karton of bordpapier te plakken. Ik zal later wel eeSk vertelleD, wat ik er mee voor hebiet» leuks, hoor I Er komen er nog meer, dus uitgekeken. A. 1 3 5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51 53 55 57 59 61 63 65 67 69 71 73 75 77 79 81 83 85 87. 89 91 93 95 97 99 B. 2 3 6 7 10 11 14 15 18 19 22 23 26 27 30 31 34 35 38 39 42 43 46 47 50 51 54 55 58 59 62 63 66 67 70 71 74 75 78 79 82 83 86 87 90 91 94 95 98 99 Lieve meisjes tn jongens, Weer zullen we beginnen met de oplos singen. Jullie bent vast wel nieuwsgierig, vooral naar de tweede, dat was een r8re, hoor, als je goed bad nagedacht, had je het gevonden, 't is gemakkelijk als je bet maar weet. Enfin, ik zal jelui niet langer nieuws gierig houden en een begin maken. 1. De H.H. Driekoningen offerden bet Kindje Jezus goud, wierook en mirre Het goud zegt ons, dat Jezus Koning is, de wierook dat Hg God is en de mirre dat Hg Mensch is. 2. Als er 100 kaarsen op een tafel staan en ik blaas er 14 van nit en vervolgens nog 4, big ven er 18 nog staan. De andere branden weg. Dat se allemaal aangestoken waren, bigkt nit den zin «en ik blaas er ld van nit'. 3. Ik ben noodig voor de scheepvaart en besta uit 6 letterekanaal. De eerste drie vormen den naam van iets, waarin men water etc. kan doenkan, de drie laatste letters duiden den naam aan van een viech: aal. Er waren er niet veel, die No. 2 goed baddeD, dn» een troost voor jnllie, al is 't een schrale. Prgsraadsel 5 (op één na de laatste) vindt je weer op de besproken plaats, 't is weer wat nieuws. Hier volgen eenige anecdotes, de volgende keer eenige, die door kinderen zijn inge zonden. ANECDOTES. Kiezen tusschen twee kwaden. Hein (klaar om naar een avondpartgtje te gaan)«Moeder, zal ik mgn handen wanchen of zal ik handschoenen aantrekken 7» Lieve kinderen, ik kreeg verscheidene briefjes, waarin mg gevraagd werd of de Kinderrubriek, nu er ook eene in het Zon* dagsblad staat, eindigt. Kgk eens op het I le blad bovenaan en ge vindt het antwoord. Ten slotte een briefje van een meisje: Ach, Mynheer de redacteur, ik zou wel graag een versje willen echryveu, maar myn kleine boeren verstand je laat dit niet toe. Het was een lenk versje, dat in Ons Blad I van Zoudag stond. Maar ik beb al veel moeten opofferen om het raadsel te vinden hoor, maar bet gaat in de goede hoop, het kost mg elke week 5 centjes uit mgn spaan pot, maar dat heb ik er wel voor over. WO I zullen maar moed houden, nog een prgsje te zien. De kinderen daar bg U kunnen alle prijzen zien. Maar ik kom nooit in Alkmaar. Nu adieu Mijnheer, het andere raadsel weer. Vrgburg, Uitgeest. Wa. JB. Nu, beste Mina, ik vind het lenk van je, hoor, dat je de centen uit je spaarpot daar voor over heb. Ik hoop met je, dat je een I Prijs mag winnen. Doe je beat en dan zal het wel gelukken en... dan zal je ook een| pry» zien. Dag Mina, dag kinderen, tot de volgende week. Purmerend. GEBORENTeunis, z. van Abraham Jonge- jan en Margaretha Magdalena IJpema. Willem, z. van Theodorus Oscar Joseph I Marie Smit en Theresia Maria Dionisia Blomjons. Elizabeth Maria Mathilda, d, van Hermanns Stoelinger en Mathilda Hen- drika van Kampen. OVERLEDEN: Roelif Schipper, 74 jaar, weduwn. van Hilletje Slegt, ABON 60 ct. per 3 maanden Te betalen in h Afzonderlijke nummers Van het Zondagsblad Verleden week stond bank te Haarlem een ki land, uit Schoten tere misbandelingzaakje, wa tuigen moest optreden' eed af te leggen. Op vo. O. M. werd bij in gijze De Haarlemsche reet den man van alle recht In het vonnis wordt ove gen» den hietoriechen acht 161, 2e lid van het W. wel is aan te nemen dat 1838 in verband met hetf vigeerende Grondwet voort doeling heeft gehad, te bep zij die behoorden tot een dat het doen van een eed de Doopsgezinde Gemeente, met de belofte. Dat evenwel naar het rechtbank niet noodzakelijk uitlegging van een artikel zeventig jaar oud is en g andere omstandigheden dan torischen weg te volgen dat mogeiyk is, het de taak ls de wet uit te leggen in tydsomstandigheden en nieu vergen en zonder de wet doeD, die te ontwikkelen en h kracht toe te kecneD. Overwogen wordt, dat de zich zóó hebben gewyzigd, d groep van personen beitaa eenig Kerkgenootschap beho redactie van art. 161, 2e voor deze groep van person de wijze van hunne godsdii den eed kunnen doen, geen plichting bestaat tot bet doe hebbende onze wet destyds rekening gehouden. Ook bestaat er nog een a personen die, hoewel tot een E behoor ende, tegen het doet gemoedsbezwaren hebben. Dit acht de rechtbank nie het behooren tot een Kerkge er Kerkgenootschappen zyn, den eed voorschreven of regi lidmaten in dit opzicht vryia Een anomalie zou het zgn i tot een Kerkgenootschap be stellen als zy gewetensbezwa anderen die dezelfde bezwarei tot een Kerkgenootschap beb eed geenszins verbiedt, daart plichten. Uit een godsdienstig oogp een godslastering te beschour die niet in een God gelooven GESCHIEDKUNDIG VERHA MIDDEN DER DERDE 3) door E. S. VAN LU „Ten eerste, omdat roe: I moet beginnen, vervolgens, I rrator wel verdient, dat men I bezig houdt en ten laatste, 1 man is, die het vertrouwen I bezit." - „En wanneer de keizer I bij blijft leven »'k ga. inu naar den keizj tien minuten zal (hij verlangen! i ve> wees er zeker van." j „Ik houd mij aan u er| I eersten prijs voor al onze sche 1 krijgt den tweeden ten ik den „Voor uw Ideel zijt gij n I Vredenmaar het ils goed, ill 1 „Het 'is geen dankje [ik zou vergeten te zeggen, da I Wil doen ophangen." „Hoe weet gij dat?" L Daarop verhaalde Tigris del Idie hij van de beide echtgc J geluisterd had. „Dit verdient een dolkst< I woordde Felex, maar zooals "lissehjerr ni»t weet, ik heb

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1910 | | pagina 8