of mgens w, .N, It. Katk Nieuws- en Advertentieblad voor nToord-EEolla.nd. feuilleton" l AAR. Eersts steenlegging te Beemster. «HUIS. kX, No. 28. Zaterdag 9 April 1910. 4a* Jaargang De T ooveres van Astaroht -Maatschappij, peelgoederen, enz. Telef 417. it 1257, 9 ratis plaatsing s zijn jeperkt, *H| Payglop. »uze asse Kleeder- t volste ver- bezoeken. >rdt gegaran- ten, END, GO. ABONNEMENTSPRIJS Verschijnt Woensdag en Zaterdag. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ons Blad". BUBEaU Breedstraat 45, tegenover de B. E- Eerk, te Alkmaar. Telefoon No. 433. ADVERTENTIËN: Dit nummer bestaat uit 8 bladz Herijk Schets van den in aanbouw zijnde R. K. School en Zusterhuis te Beemster. ran MA.AR. iDg van 85 tot iet overtroffen. [UN 3S> oop van geven n Reke- koopen Bank- potheek n. gs van aan het ONS BLAD. 60 ot. per 3 maanden franco huis90 ct. met geïllustreerd Zondagsblad. Te betalen in het begin van ieder kwartaal. Afzonderlijke nummers van de courant3 eent. Van het Zondagsblad5 eent Van 15 regels80 eeai Elke regel meer Reclames per regel 15 Kleine advertenties van 130 woorden, bij vooruitbet. 25 In het algemeen, voor hen wier ge slachtsnamen beginnen met de letters J—II nog op Maandag 11 April, N—T I op Dinsdag, Woensdag en Donderdag a.s. en op Maandag 18 April telkens van 91/,—12 en van 1 41/, uur, in het kan toor van den marktmeester der Graan- markt aan het Luttik Oudorp te Alkmaar. Donderdag 1.1. was het een feestdag j voor de Katholieken der parochie van den H. Johannes den Dooper te Beem ster. In de eerste plaats omdat de plechtigheid voor den bouw eener R K. school en Zusterhuis zou plaats vinden, tweedons omdat hun oud-pas- toor, de ZeerEerw. Heer Jansen, thans te 's Gravenhage, eenige uren in hun midden zou vertoeven. Nadat deze plechtigheid geëindigd was, ging de ZeerEerw. heer Jansen geassisteerd door den WelEerw. heer v. d. Burg, kapelaan, en den WelEerw. heer Geldermans, oud-kapelaan der parochie, thans te Hoorn, voorafgegaan door koorknaapjes in roode toogjes, waarvan een het kruis droeg, benevens een tiental bruidjes in het wit, als strooistertjes, over tot de plechtigheid der eerste steenlegging. Nadat de stoet eene wandeling om den onderbouw van de School en het Zusterhuis had gemaakt en de oud pastoor dezen had gezegend, trad een bruidje, het dochtertje van den heer Kenter op hem toe en hield eene aardige toespraak, waarin zij in herin nering bracht wat ZEerw. tijdens zijn ■verblijf voor den bouw had gedaan en waarvoor zij hem namens de parochie dankte. De ZeerEerw. heer Jansen dankte het lieve bruidje en richtte daar na het woord tot zijne oud-parochianen. ZEerw, ziet onder de groote schare en- langstellenden vele oude vrienden be bekenden en het is hem aangenaam, dat ISTEftS. - 'ATlteitfl Te 10 uur werd eene plechtige H. Mis opgedragen, om Gods zegen af te smeeken over den bouw, door den pastoor der parochie, den ZeerEerw. heer A. van Aalst, waaronder deze eene korte toespraak hield en zijne vreugde en die van den oud-pastoor Jansen te kennen gai over de groote belangstelling, die de parochianen heden toonden. Het zangkoor voerde op ver- d.enstelijke wijze de Mis van Jaspers uit. GESCHIEDKUNDIG VERHAAL UIT, HET MIDDEN DER DERDE EEUW. 26) door E. S. VAN LUIK. De drie jonge mannen, keerden links om, verhaastten hunne schreden en kwamen wel dra op de plaats, waar nog altijd de troon zetel des keizers stond. „Pax vobis!" riep Quintius, terwijl hij zijne stem verhief. „Dadelijk kwamen Venantius, Felicia nus en Primus uit ide duisternis te voor schijn, wendden zich tot den jeugdigen zoon van Zeno, en antwoordden- „Et cum spiritu tuo." „Mijne vrienden," zei Quintius, „wij; Webben uwe hulp (noodig om eene moeielij- lïjke onderneming tot een goed1 einde te brengen; die onderneming is mogelijk, en zeer verdienstelijk voor God en voor dej menschen. Wij verlangen eChter, dat gij vrij; blijft en hlandelt volgens de inspraak van uw geweten. Ziehjier wat er te tioen is: Het Oppeihjoofd der H. Kerk, de eerbied' iwaardige Anterus, is vandaag met denjdia- ken Nemesius naar de Mamertijnsdhle ge vangenis gebracht. Alle geloowigen zijn in droefhieid gedompeld en vragen hun vader terug, die hlen met zooveel wijsheid ge leidt; bovendien, inijiue vrienden, meten wjj hij nog eens in hun midden vertoeft en hun een woord kan toespreken. Toen hij pastoor werd was hem gevraagd eene Katholieke school te bouwen en verzekerd, dat het hem aan goeden wil en misschien ook aan financieelen steun niet zoo ontbreken Na de oprichting van een comité werd de parochie in wijken verdeeld en door de gewillige medewerking van vele dames is het ZEerw. gelukt wekelijksche en maan- delijksche bijdragen te verkrijgen. ZE. van kapitein Miniatus, dat Paus Anterus en Nemesius met Tranquillimis voor de wilde diener. zullen geiworpen wenden. Wij w'il len klus met gevaar van ons leven...." De drie slaven lieten h!un jongen meester niet 'verder uitspreken. ,,Wjij' zullen u overal wolgen, waariijeen gij ook gaat," antwoord den zij als uit ieenen mond. „Bovenal Idoe uw geweten geen geweld aan, ik wil dat gij vrij hlandelt." „Wij zijn ten volle overtuigd, hleer," antwoordde Venantius, „dat de zoon van onzen goeden meester ons niet op een kwaad pad zal brengen. De plichten, die wij te vervullen hebben, kent gij beter dan wij; want gij zelf volbrengt ze- alle. Ga ons klan voor, wij volgen u; 'en moeten wij sterven voor- de H. Kerk, dan offeren wij ons van ganschjer harte op, om het verlangen te volbrengen van onze goede meesters." „Nu Idan, vrienden, luistert naar hetgeen hjeer Amatus ons zal voorstelen." „Ziehier, mijn plan," zfei Amatus; „wij treden de wachtkamer binnen en nemen de sleutels der twee bovenste gevangenh|okken want de derde h|eeft geen deur, ien is on der Iden grond gelegen." „Een mooi begin, Amatus! Gij rekent op geen soldaten in de wachtkamer ien op geien schildwachten." „Luister, Quintius, wij kunnen hlet Op perhjoofd der H. Kerk niet bevrijden, zon der de deur der gevangenis te openen; wij kunnen die deuren niet openen zonder sleu- wijst er op, hoe in groote plaatsen als 's Gravenhage veel meer van de offer vaardigheid wordt gevraagd dan buiten, het staat in de stad niet stil aan de deur, nu is het voor dit doel dan voor dat. Hij zegt dat de parochianen God dankbaar mogen zijn voor dezen dag. „Haec dies, quam fecit Dominusexsul- ■temus, et laetemur in ea." „Dit is de dag, dien God gemaakt heeft laten wij daarop juichen en ons verblijden" roept hij met den psalmist op het Paasch- feest uit. Spr. toont het nut eener R. K. school aan eu vertrouwt dan ook, dat zij, die de school hebben hel pen doen bouwen, ze ook zullen blijven steunen en instandhouden. Hij hoopt, dat de parochianen zullen zeggen Het is onze. school, die wij gebouwd hebben, die school zullen wij blijven steunen. Spr. brengt hierbij in herinnering het woord van den grooten Dr. Schaepman z. g. Een groote zaak beginnen, Gelooven en beminnen, Volharden, kloek van zinnen, Verwint het al Dus volhouden, waar zoo goed be gonnen is Het tegenwoordig geslacht moet beter worden, daarvoor is de school gesticht. Naast den tempel door uwe voor vaderen gebouwd, zal een gebouw ver rijzen, waarin de jeugd zil worden opgevoed. Spr. sluit zijne eenvoudige doch gloed volle rede met den wensch, dat de Zusterschool, die in het najaar zal wor den geopend, de kinderen moge opvoe ren tot ware goede Katholieken. Vervolgens had de eerste steenlegging plaats door den oud-pastoor, waarna ook pastoor van Aalst, de kapelaan, de oud kapelaan, het kerk- en het arm bestuur en vele andere parochianen eenen steen metselden. De oorkonde luidt „A. M. D. G. In den Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes. Amen. Heden, Donderdag den Zevenden van Grasmaand van het jaar Onzes Heeren Negentien honderd en Tien in het ze vende jaar der roemzuchtige bestiering der kerk van Christus van zijne Hei ligheid Paus Pius den Tienden, in het Twaalfde jaar der regeering van Hare Majesteit Wilhelmina, Koningin der Nederlanden, toen zijne Doorluchtige Hoogwaardigheid Monseigneur Augus- tinus Josephus Callier bisschop was van Haarlem, is van deze R. K. School en dit Zusterhuis plechtig de eerste steen gelegd door den ZE. Heer W. P. H. Jansen, R. K. Priester en Pastoor van de Parochie van den H. Jozef te 's Gra venhage, in tegenwoordigheid van den ZE. Heer A. van Aalst van de parochie van den H. Johannes den Dooper te Beemster, dea WelEerw. Heer van der Burg, Kapelaan te Beemster, het R.K. Parochiaal Kerkbestuur, het R K Pa rochiaal Armbestuur, den architect S. B. van Santé van Zaandam, den opzich ter D. G. Weisenborn van Alkmaar, den aannemer Jb. van Santé van Zaandam, en van zeer veel belangstel lenden ten blijke waarvan deze Oor konde is onderteekend Beemster 7 April Ao, Di M. C. M. X. Onze Lieve Vrouw van Lourdes, bid voor ons." Dit document was in calligraphic met sierlijk gekleurde letters op perkament gebracht en werd geteekend door pas toor Jansen, pastoor van Aalst, de beide kapelaans, het kerk- en armbestuur, den architect, den aannemer en den opzichter, in de oorkonde genoemd, welke zal worden ingemetseld nadat ze in een looden bus is gesloten. Nadat de plechtigheden geëindigd waren, werd een oogenblik geposeerd voor den photograaf en traden zeer velen nader om een offertje te brengen en een steen te leggen. Hiermede eindigen wij ons verslag omtrent het feest, dat de parochianen van den St. Johanneskerk Donderdag vierden. Wij zullen in een volgend nummer eene beschrijving geven van de school zelve. De architect was zoo welwillend ons hieromtrent verschillende gegevens te verschaffen. Zij, die hierin belangstellen en nog niet zijn geabonneerd, gelieven zich als abonnee op te geven aan den agent Smit aan den Oosthuizerweg of bij den heer Tambach naast de kerk. Van rechts naar links op de foto bevinden zich in de voorste rij de navolgende personenpastoor?van Aalst, kapelaan v. d. Burg, pastoor Jansen en kapelaau Geldermans. De 4 kerkmeesters staan als volgt: de heer J. Duijn in de tweede rij tosschen pastoor Jansen en kapelaan Geldermans, de heer Zuurbier links op de foto aehter kapelaan G. en daarnaast de heer Groot, vlak achter pastoor J, naast den heer Duijn staat de heer Bleeker. De architect van Santen vinden|we *iu de derde rij vlak voor den paal naast den heer Groot, de aannemer van Santen staat links naast hem en is kenbaar aan zijn wit baartje, de opzichter Weisenborn tusschen pastoor v. A. en kapelaan v. d. B. in de twee Je rij en.... de Redacteur van «Ons Blad» in de tweede rij achter de derde jongedame, geteld van den kap. G. naar links op de foto. tels, en om de sleutels te krijgen moeten) wij de wachtkamer; in." „Goed, maar dan?" „Laat ieens ziien: „hjoeveel solldhten zijn er op wadhit aan de gevangenis?" „Een sergeant (djeatrton) en 10 man." „Dus wij vinden in de wadhltkamier een decurion en 8 man, een schildwacht aan Ide deur van de bovenste en een ander aan de deur der middelste gevangenis, ter wijl hiet onderste hok, waarin de HH. Apos telen Betrus en Paulus met nog 47 andere gevangenen, negen maanden lang waren op gesloten, zich onder den grond bevindt. „Door onze komst zal' Badhus hun een bezoek brengen, hen vroolijk en opgewekt maken, en eindelijk in een diepen slaap doen vallen; Iaat dat werk maar aan mij over, en wat u betreft, houdt u als vrqo- lijke jongens met hen bezig." „Met andere woorden, gij wilt hen dronken maken." vroeg Quintius. „Ja, (dat is het gemakkelijkste middel." „En de schildwachten dan?" „Daar belast ik mij mee". „En zal ons geweten dat goedkeuren „Zeer zeker." Hoewel Amatus alleen voor oogen had Z. H. den Paus te verlossen en dus een go-ede meening had, herinnert zidh de lezer nog wel, dat Amatus lals gewezen kapitein van het legioen, niets minder voor had, dan de wacht dronken te maken en dan tie gek vangeniem te laten ontsnappen; Üat hij dus geen theologie gestudeerd had, wordt hier duidelijk Nooit toch is |bet geoorloofd kwaad te doen, opdat daaruit het goede volge. „Ik verlaat mij op u, Amatus, zei Quin tius, en in Gods naam vooruit." -Weinige uren later zien wij dan ook, dat het plan van Amatus gelukt is. De geheele wacht was in den djepsten slaap gedom peld. Amatus nam den mantel van den de curion, zette diens helm op, en daar Ve nantius en Lucius eveneens in soldaten wa ren veranderd, werden dezen doorhem ge bruikt om in den donkere nacht op milli- ta-ire wijze de beide schildwachten af te lossen. Een oude snoirebaard, die bij de bo venste gevangenis op schildwacht stond werd door Amatus naar het Coliseum ge zonden, om bij degenen, die met Ide voor bereidselen voor het feest van idiein dag be zig waren, Ide oude te handhaven; terwijl ©enige oogenblikken, later de andere schild wacht door Lucius werd vervangen en ge zanden naar het paleis van Lateranen, om aan den kommanriant der poortwacht te zeggen, dat hij hiet bezoek van ben hoog geplaatst persoon kon verwachten „Het moeielijkste is nu afgeloopen", zei Amatus op vroolijfcein toon, „en had ik het genoegen niet willen hebben om zelf den H. Vader te verlossen, dan was hij reeds eenige minuten in vrijheid geweest." „Laat ons dan dadelijk gaan," riep Lu cius, die zijn post als schildwacht had ver teten," Wij hebben er slecht aan gedaan die menschen dronken te maken" zed Quin tius op ernstigen toon; „laten wij nu onze fout niet verzwaren en nog erger maken, door de vrijheid te geven aan moorde naars en dieven, die door de wetten in hek belang der maatschappij rechtvaardig ver oordeeld zijn." „Dat is rechtvaardig Amatus." „Maar Ihoe zulten wij üat doen?" vroeg Lucius. „Ik zal Paus Anterus en Nemesius roe pen, onder voorwendsel, dat zij nog eens cm dervraagd moeten worden." antwoordde Ama tus. Amatus, Venantius ien Lucius daalden naar de deur der bovenste gevangenis, die zij openden terwijl ze met luider stem die' na men afriepen der twee Christenen, die zïj wilden bevrijden. De gevangenen stonden miet moeite op, wierpen een blik op Amatus, die een paar slappen in de gevangenis ge daan had, gevolgd door Venantius ien Lu- cius, maar niemand antwoordde. „Wij zijn beiden gereed", antwoordden de Paus ien zijn diaken;" denkende dat men hen kwam halen om gefolterd te war den;. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1910 | | pagina 1