Kath. Nieuws- ext Advertentieblad
voor Noord-Bolland.
No. 47.
Woensdag 15 Juni 1910.
4"' Jaargang
R.
FEUILLETON.
DeTooveresvanAstaroht
Verschijnt Woensdag en Zaterdag.
Uit de Pauselijke encycliek een wapen
gesmeed door links.
ADVERTENTIËN t
deschiedkundio verhaal uit. het
J. DIBEMaAT.
K. BAAS Qz
In het District VELSEN
P. VERMEULEN.
KERKNIEUWS.
BUITENLAND.
BLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
60 et. per 3 maanden franeo huis90 et. met geïllustreerd
Zondagsblad. Te betalen in bet begin van ieder kwartaal.
Afzonderlijke nummers van de courant8 cent.
Van het Zondagsblad5 oent.
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „Ona Blad".
BÏÏBEAUBreedstraat 12, tegenover de B. E. Zerk, te Alkmaar.
Telefoon No. 433.
Van 1—5 regela80 eeat.
Elke regel meerf a
Reclames per regel i i 15 a
Kleine advertenties van 130 woorden, bij vooruitbet. 25 a
Zij die zich tegen I Juli
op ONS BLAD wenscshen te
abonneeren, ontvangen de tot dien
datum verschijnende nummers gratis.
Dit geldt ook voor het Zondagsblad.
De verdraagzaamheid, waar de hee-
ren van links, zoo prat op gaan, schijnt
een raar ding te zijn, want, wanneer
men de advertenties en strooibiljetten,
die zij in de dagen van verkiezing ver
spreiden, leest, krijgt men daar een
vreemd idee van.
Wie de volgende advertentie, geknipt
uit „Het Rotterdamsch Nieuwsblad",
t, zal van de vrijzinnige verdraag
zaamheid mee kunnen spreken
Kiezers in I.
De dag, waarop .gy een politleken Chris
ten naar de Provinciale Staten at snit vaar
digen nadert met raseche schreden 1
Het gewichtig belang dat by dexe ver
kiesing betrokken ii eisebt de opkom.t van
u allen.
Door steeds meer politieke Christenen
naar de Provinciale Staten at te vaardigen,
waarborgt gy dat Gedeputeerde Staten, een
college van politieke Christenen bHJve, en
voorkomt ge dus, dat personen wier GOD
DE BUIK IS dexe gewichtige zetels sullen
Innemen, enx. enx. Het Comité.
Dat zijn dezelfde menschen, die het
uit den booze achten, wanneer de naam
van God in de politiek dienst doet.
Waarlijk de vrijzinnigen gaan er in
manieren niet op vooruit! Ze zijn nog
even netjes als in de dagen van de
pamfletten met Jezuïten giftmengers enz.
MIDDEN DER DERDE EEUW,
H) door E. S. VAN LUIK.
Weldra zal 'het een jaar geleden zijn,
dat lie H. Kerk -den dood beweent van hem,
dien de Heer zelf op zulke wonderbare
wijze als Zijn Plaatsvervanger had aange
steld; ach, wanneer zal de Heer hem voor
ons een opvolger geven?... Wat blijft Venan
flus lang wegIk vrees, dat hij zich zal laten
gevangen nemen."
„Daar bezit hij Christelijken moed ge
>>oeg voor.."
„Het verlangen naar den marteldood ver
teert hem."
„Misschien wil hij zekere berichten inwin
nen, hoe het met Chrysantus en Daria,
zijne echtgenoote is afgeloopen".
„Ik verlang van ganscher harte", zei Ze
no „dat zij spoedig in bezit geraken van
de glorie, die Qod Voor Christelijke helden
heeft bereid; zij hebben meer Zaligen in
den Hemel gebracht door hunnen gloei-
finden ijver voor Gods (eer, dan zij bloeddrop
pels in hunne aderen hebben.... Gij weet
fnmers reeds, Faustus, dat onze God gis
eren zijne macht schitterend heeft doen
tschijnen voor de oogen van eene on-
Toen wist niemand wie de verspreider
was, nu zal de dader ook wel op het
kerkhof liggen
Wij weten echter heel goed uit wel
ken hoek de wind waait.
De heeren hebbon het er ditmaal
op aangelegd een wig in de coalitie te
drijven. De encycliek moet dienst doen
als wig.
't Zal echter niet gelukken. Onze
bondgenooten zijn verstandig genoeg
om hun hoofd niet op hol te laten brengen.
De degelijke beschouwing, die de
kroniekschrijver in „de Nieuwe Prov.
Gron. Ct." geeft, is een bewijs daarvan.
Na van den inhoud van het Pauselijk
stuk te hebben melding gemaakt, zegt
de kroniekschrijver
Nu komen de liberalen en «eggen kijk
nn eene aan, Protestanten I Zoo oordeelt
de Peut over Oalvyn en Luther—hoe vindt
jnllie dat Smaakt hot naar meer 7
Wat xeggen de Calvinistische vrienden
van dexe woorden
Men moet het toestemmen, dat deie
encycliek juist op tijd kwam. Vlak vooP
een verkiexing. Om van te smullen I
En nn xiet men de byiondere xorg van
de liberalen en soc -dem. voor het Protestan
tisme, voor ons Calvinisten, Wy lijn xoo
dom, xoo achteriyk, dat we niet weten hoe
Rome over ons denkt. Als we 't maar goed
weten zullen we nooit meer op een Room-
sche stemmen....
Hoe goed toch, dat men zulke ware
vrienden heeft.
Maar het is eigenaardig, dat de zorg
der liberalen nog verder gaat. Nadat men
ons opgezet heeft hgen de Roomecher, ons
zoo kwaad heeft gemaakt, dat we met ple
xier een Roomichen candidaat een blauw
oog zouden slaan... gaan deze onze vrienden
de liberalen naar de Roomech Katholieken
en xeggen Hoe kan je toch met die men
schen samenwerken. Wacht eens... hier
heb je den Heidelbergschen Catechismus.
Wy znilen jullie eens voorlssen, wat daarin
staat van de Paapscbe mis.
Nou wat zeg je er van 7
En nn zullen we ook nog eens je laten
genieten van wat Calvijn schreef aan bet
adres van de Roomsch-Kathoileke kerk en
van den Paus, en wat dr. Knyper vroeger
schreef.
Natnnriyk worden de Roomschen dan
vreeseiyk kwaad op ons en zullen ze met
genoegen iederen candidaat een blauw oog
■laan...
En dan gaat de verdraagzame liberaal
naar hui», wryft zich van pret de handen
en zegtAl die kerkeiyke geschillen ver
deelen ons volk maar. Waarom zyn de
menschen toch niet meer verdraagiaam...
verdraagiaam bjjv. sooals ik. Geloofsstrijd
verdeelt een volk maar.
Er moet eenheid zyn en in elk geval
telbare menigte heidenen. Zooals gij weet,
kwam ik gisteren uit het paleis van Pom
pejus, waar ik buitengewone zaken vernam
die lik u later zal mededeel en. Daar ik nu
geheel onbekend was met de gebeurtenis
sen, die in de stad plaats hadden, begaf
ik mij naar u en vroeg, hoe het kwam,
dat Chrysantus en Daria niet bij u waren.
Nu verneem ik echter, dat zij beiden eer
gisteren avond laat zijn aangehouden. On
ze vriend werd den volgenden morgen aan
eene kolom gebonden en gegeeseld; nadat
men langen tijd zijn lichaam verscheurd
had, en iedereen verwachtte, dat hij den
geest zou geven, vielen de touwen, waar
mede hij gebonden was, eensklaps op den
grond en zijne wonden waren op het
zelfde oogenblik genezen. Zijn lichaam was,
gelijk vóór de geeseling, vol levenskracht,
hetgeen in een volgend oogenblik de ver
baasde heidenen konden aanschouwen. A's
dan deed de rechter hen terstond naar de
gevangenis brengen.
Daria werd beschuldigd en overtuigd, dat
zij aan de door haar tot het Christendom
bekeerde jonge dochters geleerd had, bij
voorkeur den maagdelijken staat te omhel
zen, of ten minste de zuiverheid des harten
te beoefenen, en Ihaar de middelen had aan
gegeven, die zij daarvoor moesten aanwen
den. Daarom werd zij gisteren door den
rechter veroordeeld, in eene plaats opge
sloten te worden, waar eer en deugd gevaar
loopen. Wij wachten nu met ongeduld Ve-
nantjus, Idle door ons ide stad is ingezonden,
moeten de menschen, die als lk voor de
verdraagzaamheid werken, het laud regeeren.
Stel u nu eens voor, dat de Roomsch
Katholieken en antirevolutionairen xoo woe
dend op elkander biyven, dat de politie ze
nauwelijks van elkaar kan houden, dat ze
elkander overal tegenwerkendan wint het
liberalisme bet weer.
En dan jnbelt heel de vryzinnige pers
eindelijk beeft de verdraagzaamheid toch
weer getrlumf-erd. Eindelijk heeft het »be
krompen kerklnn:«, dat hangen aan allerlei
kerkeiyke geschillen, het volkomen afgelegd.<
Dat is aan de vrijzinnigheid, die al
tijd door en door verdraagzaam hoot,
eens flink de waarheid gezegd
Daarom durven wij met het volste
vertrouwen in onze bondgenooten onze
kiezers ter stembus roepen.
Wij vragen onzen kiezers trouw te
zijn aan de coalitie.
KIEZERS!
NAAR RECHTS RICHT U 1
Stemt op de rechtsche candidaten
In het District HOORN
H. BIJLiVELD en N. A. COMMANDEUR.
In het District HELDER
J. KOEVER en F. S. C. M WIJS.
In het District SCHAGEN
In het District ZAANDAM
Portiuncula-afl aat.
Naar de „Osservatore Romano" mededeelt
zal het eerstvolgende nummer van de „Acta
Apostolicae Sedis" onderstaand motu proprio
bevatten
Bij gelegenheid van de plechtigheden naar
aanleiding van het zevenhonderjarige be
staan der orde van de minderbroeders, wil
ten wij aan de vrome stem der geloovigen
om den aflaat die Portiuncula-aftaat genoemd
wordt, te vergemakkelijken, gaarne tege
moet komen, opdat deze gelukkige gebeur
tenis en de vruchten van dit feest voortdu
rend in herinnering moge blijven. Daar
om hebben wij krachtens ons hoogst apos
tolisCh gezag het volgende motu proprio
opgesteld en vastgesteld.
Onder bekrachtiging van de nog bestaan
ere voorwaarden, die vroeger op eenigerlei
wijze nopens deze aflaat zijn vastgesteld, ge
ven wij aan alle plaatselijke Ordinarii der
verschillende plaatsen en aan een ieder hun
nier in liet 'bijzonder de volgende eonces
sie. Zij kunnen, naar de omstandigheden
zich voordoen, in elke plaats van hun ge
bied welke dan ook een of meer
kerken, of wel publieke of wel half-publie
ke oratoria aanwijzen, waar de geloovi
gen, na goed gebiecht, gecommuniceerd en
opdat wij op de hoogte blijven vail het
geen aldaar is voorgevallen.... Maar zooeven
spraakt gij van buitengewone zaken, die
gij bij heer Flavianus vernomen hebt. Wel
ke zijn deze?"
„Luister", zeide Faustus, „Ik was een
bezoek gaan brengen aan Flavianus. De
ze Flavianus is dezelfde, welke de ontmoe
ting gehad heeft met keizerin Laetltia in de
catacomben, in het 4de Hoofdstuk vermeld,
een lid der keizerlijke familie van Gordianus
111, waarvan wij 'allen eene zoo goede herin
nering bewaard 'hebben. Flavianus 'was droe
vig en terneergeslagen, meer dan naar ge
woonte. De dood zijns vaders en van zijn
oudsten broeder hadden hem diep geschokt
de dood van zijn keizerlijken neef lreeft
zijn leven voor altijd vergiftigd."
„Wat een jammer, dat hij geen Christen is
hij zou in den Christelijken godsdienst ve'.e
vertroostingen vinden, die al zijne rijkdom
men hem niet kunnen geven."
„Als ik mij niet vergis, zal hij dit
spoedig worden, 'heer Zeno; en dit was
juist het groote nieuws, dat ik u had mede
te deelen."
„Een Christen onder de Gordianen!" rie
pen al de omstanders verwonderd uit!
„Nog niet", hernam Faustus, „maar toch
kan het oogenblik niet ver meer verwij
derd zijn, luistert maar:(Ik stond op het punt
Flavianus te verlaten na een tijdje over on
verschillige dingen gepraat te hebben. „Faus
tuszeide mij Flavianus op vreemden toon,
„wees toch zoo goed dezen nacht in dit pa-
tot onze intentie gebeden te hebben vanaf
de vespers van Iden eersten dag tot zonson
dergang van den tweeden idag van ide maand
Augustus van het loopende jaar, zoo- dik
vvijls als zij deze hebben bezocht, op de
zelfde wijze wanneer" zij de een of andere
kerk der minderbroeders hadden bezocht, i
een vollen aflaat ook toepasselijk op de
zielen van het vagevuur kunnen verdienen.
Wij staan toe dat deze aflaat onder dezelf
de voorwaarden en op dezelfde wijze kan
verdiend worden door de geloovigen van
beiderlei kunne, die een gemeenschappelijk
leven leiden, en als zij hun eigen kerk of,
indien zij deze missen, hun eigen huiskapel,
waar het Allerheiligste bewaard wordt, ge
lijk boven bezoeken. Opdat ten slotte nie
mand misschien om eenige bijzondere om
standigheden, de gelegenheid zou ontbreken
om van deze allerkostbaarste geestelijke wel
daad te genieten, staan wij aan 'diezelfde Or
dinarii van de plaats toe, zoowel voor de
in de wereld jals voor de in de commu
niteiten levende geloovigen, in plaats van
den 2den Augustus, den daarop volgenden
Zondag aan te wijzen, en 'wiel vanaf de Ves
pers van Zaterdag tot zonsondergang van
dien Zondag, echter onder deze voorwaarde,
dat niemand, tweemaal van dezelfde con
cessie kan gebruik maken.
Wij wenschen echter vurig en beve-len
allerdringendst aan, dat in Ide kerken of ora
toria, hierboven aangeduid, op den voor
het verdienen van den aflaat bestemden,
dag bijzondere openbare smeekgebeden tot
God zullen opgezonden worden, voor den
Opperherder, voor de bedienaars der Keifk
en voor de geheele strijdende Kerk; en
verlangen dat deze, na de aanroeping van
den seraphijnsch en-Patriarch en het bidden
van de Litanie van alle heiligen, door den
zegen met het Allerheiligste worden bekrach
tigd.
Aldus willen, bepalen en besluiten wij, en
wij dragen tevens dengenen, die Ihet aan
gaat, op te zorgen, dat hetgeen wij hier
boven bepaalden tijdig ter kennis der ge
loovigen kome. Dat alles is van kracht voor
dit jaar en deze gelegenheid, niettegenstaan
de welk beletsel ook.
Gegeven te Rome op (het 'Vatiacan 9 Juni
1910 in Ihet zevende jaar van ons Pontificaat
P1US X.
Pastoor van Lijnschooten.
Naar de „Tijd" verneemt is de weleerw.
pater Van Lijnschooten, pastoor der pa
rochie van den H. Antonius van Padua,
Mazes en Aaron, Zondag door een hevige
ongesteldheid overvallen en zijn hem de
HH. Sacramenten toegediend.
Ben later bericht meldt dat de lijder
buiten gevaar en vooruitgaande is.
De encycliek in Duitachland.
In een brief van den koning van Saksen
leis te slapen."
„Heer", antwoordde ik hem, „uwe ver
langens zijn voor mij bevelen; ik zal blij
vön".
„Toen het avond geworden was, leidde
mij de oom van keizer Gordianus 111 naar
ziju geheimvertrek, waar hij mij tegenover
zich deed plaats nemen. In het begin scheen
het mij alsof Flavianus ten uiterste ont
moedigd en bedrukt was. Eene zenuwach
tige beving, die hij te vergeefs trachtte te
verbergen, maakte zich van hem meester en
deed mij vreezen, dat hij eerder aan eene
zielsziekte te lijden had, dan aan eene licha
melijke. Deze toestand duurde echter maar
enkele minuten. Flavianus vestigde Ide oogen
op mij en begon aldus:
„Gij ziet, Faustus, dat mijne ziel door
kwellingen verscheurd wordt."
„ACh, heer! wie- is op deze wereld vrij
van kwellingen?" antwoordde ik.
„Dat is waar,en toch geloof ik, dat
de mijne veel zwaarder en talrijker zijn dan
van jqndere stervelingenIn de laatste
10 jaren heb ik geen traan kunnen storten
en toch heb ik behoefte aan weenen....,
Mijn 'hoofd wordt Idoor een zwaren last ge
drukt, mijn hart wordt door verdriet over
stelptOndanks dit alles (heeft geen enkele
traan mijne oogen bevochtigd, niet eene
kwelling heb ik kunnen uitstorten in het
hart van eenen .vriend."
„Men is veel sterker, heer, als men zijn
leed met een vriend kan deelen."
„Dat Iheb ik ook gedacht, «m ziedaar
aan de evangelische vergadering, die door
een minister werd voorgelezen, verklaarde
hij, dat hij levendige voldoening er over
gevoelde, dat zijn streven om den con
fessioneelen vrede van het land te bewaren
tot dusver met zoo goed gevolg waren
bekroond. Des te meer betreurt hij het, wan
neer zijn pogingen tegenwoordig door zul
ke hevige aanvallen op de evangelisch-lu-
thersche kerk als in de encycliek geschiedt,
worden belemmerd. Hij is daarom voor
nemens een eigenhandig schrijven tot den
Paus te richten.
Te Halle en Breslau zijn geestdriftige
protestvergaderingen tegen de Pauselijke en
cycliek gehouden.
Te Breslau stroomden drie kerken vol
en hoorde de menigte redevoeringen aan
van prof. Hoffmann en van twee predikan
ten. De bijeenkomsten werden besloten met
het zingen van: „Ein feste Burg ist unser
Gott".
Hevig onweer.
Sinds menscbenheugenis is West Duitsoh
land niet zoo geteisterd door hevige, ver
nielende onweders als den laatsten tijd.
Dezer dagen werden in ihet Rijnland al
leen meer idan 20 'personen door den bliksem
gedood.
Ook Midden-Duitscliland, speciaal Kurhes
sen en Thuringen, hebben ernstig geleden
door regens en onweders. Meer dan twaalf
personen werden daar door den bliksem
getroffen.
Te Wolmunster bij Trier sloeg de bliksem
in een groep van negen personen, die een
schuilplaats hadden gezocht onder een boom
Een meisje werd doodgeslagen, vijf ande
re 'personen werden verlamd.
Terwijl Zondagavond gedurende een he
vig onweer een groote menschenmenigtq
beschutting zocht bij het Piotzen-meer (op de
Jungfern-heide) werden door een bliksem
slag zes personen gedood. Dertien andere
werden ernstig verwond, doch men gelooft
dat deze er het leven zullen afbrengen.
In het Ahrtal zijn tengevolge van wolk
breuken groote overstroomingen voorgeko
men.
Het spoorwegverkeer op de Ahrtalbahn
is opgeheven. Tusschen Meuenahr en Re-
magen is het een groot meer. De spoordij
ken' aan de Boven-Ahr zijn weggespoeld,
Telegraaf en telefoon zijn Verstoord. Groo
te schade is toegericht aan den oogst, hui
zen 'en vee. Militairen zijn ter hulp gezonden
FRANKRIJK.
Het ongeluk met de Piuviose.
Na 15 dagen van harden arbeid is het
gelukt de onderzeesche boot de „Piuviose"
de haven van Calais binnen te slepen.
Dag ien nacht is ier gewerkt. Vrijdag
toen het eerste morgenlicht begon te glo
ren, zag men heel langzaam eene plechtige
lijkstoet de haven binnenkomende oorlogs
schepen, de reddingbooten en de lichters
waarom ik u al mijne kwellingen wensch
te openbaren en u de vertrouweling wil
maken van een leven, dat men een langen
doodstrijd zou mogen noemen; ik verlang;
u over geheimen te spreken, die gelijk
stekelige doornen mijn 'hart onophoudelijk
verscheuren, dat hart, hetwelk altijd bloedt
>en nooit verzachting ontvangt."
Zonder mijn antwoord af te wachten,
legde Flavianus toen zijne (hand op mijn arm
en begon te spreken over;i.t.
Drie harde slagen op Ide deur onder
braken het gesprek Van Faustus tot zijne toe
hoorders, en veroorzaakten schrik en ont
steltenis onder de aanwezigen, die ieder
oogenblik voor den rechter gesleurd en ter
dood veroordeeld konden worden. Maar, (dit
duurde niet lang. Leonida, die uit een der
ramen had gezien, wie geklopt had, kon
digde Venantius aan, die aan de deur was.
Venantius kwam binnen met een bleek
en droevig gelaat, nog onder den indruk
der gebeurtenissen, die hij in de laatste
uren in de stad gezien had.
„Welnu, mijn kind," sprak Zeno, „welk
nieuws brengt gij ons?"
„Alles is gedaan, Iheer 1 Het offer
is volbracht," antwoordde hij met tranen
in de stem.
„Zijn zé dood? en op welke wijze?"
„Ze zijn beiden iden Idocd der rechtvaar
digen gestorven."
flKwdt KsrvolgriJ,