SN. J STEDE, GRATIS! No. 97. Dinsdag 17 September 1912. 6ae Jaargang KEL. m: straat. inbakken, timacliiiies voor BToord-Bolland. molens» meldingen der afelserviezen, waren, Étui's OP gevraagd^ HAN PLAS, over de Breedstraat, KMAAR. en Paardenkracht, ■MP nmolensy Schoppen, WaoneDi scules, Kookpotten en WielploegeD) iltivators. iw-werktuigen- iKMAAB, Dijk' gt Prijscouranten- R. Kath. Nienws- en Adtrertentieblad Verschijnt DINSDAG. DONDERDAG en ZATERDAG. De plechtige onthulling van het monument van Mevr. Bosboom—Toussaint. wsj': „Tota pulchra es Maria". - - erne uitvoering, 87 ct. :tij prachtige kristallen iet 12 kop en schotels itte Melkkannen 27 ct' 1% ct. GaEglazen 3ct' 36 cent. 59 22 21 59 4 cent. 26 en 32 e prijs f 1.-) 63 ;ent. ien Beurzen, Bloed koralen, in elke hoe- se en gezette Diamant, [ver, door Goud- en Zilversmid, HOOGE PRIJZEN SMS, .7 ONS BLAD. ABONNEMENTSPRIJS 75 ct. pjer 3 maanden franco huis; 105 ot met geïllustreerd Zondagsblad. Te betalen in het begin Vain ieder kwartaal. Afzonderlijke nummers Van. de courant3 cent. yan het Zondagsblad 5 cent. Uitgave van de Naaml. Vennootschap „ONS BLAD", i BUREAU: Breedstraat 12, tegenover de R, R. Rerk, te Alkmaar. Telefoon No, 433. ADVERTENTIEN .Van 1—5 regels30 cent. Elke regel meer6 Reclames por regel15 Kleine advertenties van 1—30 woorden, bij vooruitb'et. 23 Degene, die zich met 1 October a.s. op „Ons Blad" abonneert, ont vangt de tot dien datum verschij nende nummers gratis en franco. Tal van autoriteiten: de vertegenwoordi ger van H|. M. de Koningin, de Burge meester, Wethouders der gemeente, Raads leden, 'de President der Rechtbank, de af gevaardigde der Tweede Kamer, de Com missaris van politie, de Directeur der Ca dettenschool, tal van officieren, de leden ivanihet Uitvoerend Comité: de EA. hieer G. Ripping, (Eere-voiorz.), de Hoog Ed.Geb, tr. Jlhr. Mr. P. v. Foreest, jVdorz.), de heeren J. A. Vie^cudjl (opdier-vooirz.), Mr. K. A. Cohen Slbuart, (p|Snn,jng|m.), Mr. D. Bastert, A. H. P:. BlaaiUiw, C. Wi. Bruinvis, Mr. A. J. F. M. N. Dorbeck, F. H. Rin gs', 'E. M. v. S.oegt, P. M. de W]olf en C. Nainftes- Gorter, (Sieer.), familieleden van Mm. Bosboom-Toussaiint, enz. enz. waren gisteren tegen een' uur in liet begin van den Hout tegenwoordig ten/einde die plech tige onthulling van het monument bij te [wonen. De Voorz. van het Uitvoerend Comité Jlhr. Mr. P. v. Foreest van Heilo, heette den- aanwezigen namens biet Comité welkom, en bracht daarbij1 tevens een wooid van dank voor den sijeum enr de medewerking die het coimité had ondervon den, in de eerste plaats aan ons geërbie- digd Vorstenhuis, aan H, M. de Koningin en Hare Koninklijke Moeder, aam Zl. K. H. Prins Hendrik, die aten van bum steun hadden doen blijken, sppciaal H. M. de Koningin die zich heden 'hier liet vertegen woordigen. Spr. verzocht Haar vertegenwoordiger, Jhr. Six namens hét comité zij® w'el- 'gemeenidën dank aan Hj. M. over tè brengen. Hij bracht mog dank aan den Burge meester en- de® Raad vow bun steun en medewerking en de goede zorgen om dit punt vain Alkmaar en die mooie omgeving te schenken, waar het monument zou ver rijzen, dank ook aan den. geniale® kum- stenaar, den vervaardiger van h-et beeld, I aan allen, die medegewerkt hadden omi dit I beeld bier te doen vernj^n en tenslotte aan allen, die door hunne tegenwoordig heid blijk gaven van hunne belangstelling {Applaus), waarna DE FEESTREDE wend uitgesproken door dan heer J. A. I .Verkuijl, ondier-voorzitter van bat Uitvoerend Comité. „Wie Uwer, aldus ving de feestreden a at tan, ooit werd toegelaten tot de tegene Jvoc«idiighieid eeil,er hoogstaande Vrouw, kent den 'sdhinoom., di:e hem beving, toen zij bet woond tot hem ridhtte en antwoord- .wachtte. Zoo ongeveer is bet mij te moede, nu ik bier tot u spjreken zaï, aa® den voiet Mn het beeld «ener hoogstaande Vrouw^ onze oud-s,tadgenooiie en Eereburgeres Geer- truida Toussaint, over haar zelve am hare tverken," Spr. zal te dezer plaatse geene uitVoiei- '■'gc levensschets of breede karakterstudie over deze begaafde Vrouw' geven. Daartoe verwijst hij- naar het werk va® 1 Joh. Dys erinck em naar verschillende I j'l'Jikeliein. im onderscheidene bladen e® pjerio- uieken-, Spr. herinnert aan de voortleving van aren naam i n de „Toussaintstraat" met dien Mam Gideon Floreus-z, in een fironitespi-ce, e villa's in 't Kemmemerpark, die haar Mam 'of dien barer werken- dragen. Aan Alkmaar is haar naam dus. niet I weetnd geworden, al verliet zijl in 1851 3' e'n^'®c'ie z'j bate dagen, in buiten hare geboorteplaats; thans staat ,wr b beeld, dat voorkomende gesladh- haar naam onvergetelijk zal doen blij- Wparom deze hulde en is zijl verdiend? Haagt spreker. Wje zo,, vrag-en durfde, zou zich een leemdeling topmen- in de Letterkunde van, pms land. De lie eieuiw! is, door geheel Europa de eeuw geweest van ontwakende., belang- s-telling voor het verleden, op elk gebied vain W|etens,dhapi en, Kunst. Valt het dan te verwonderen dat ook de Letterkunde jdier eieuw1 den 'blik naar h,et verleden richtte om daar hare stof te zoe ken; dat de verbeelding, kenmerk van den Kunstenaar, vleugelen aanschoot om het -gevondene tof een beeld van levende kunst om te scheppen? Walter Scott in- Engeland1, was de Meester die voorgi ng. Hier te lande volgden, hem de te vroeg ontsla pen Drost en vierder Van Lenmepi, Ojtmans, Schimmel en stpir. geert deze volgorde als climax Mevrouw Bos,boom—Toussaint. Geertru-ida Toussaint door hare opvoeding en omgeving, met liefde voor bet verleden bezield, ziet r eeds hare eerste pogingen, als schrijfster met groote waard eeming ontvan gen, Potgieter in De Gids- van 1839, wijst haar de plaats, in onze litteratuur, die hare plaats is gebleven, voor 'de volgende ja ren; diezelfde ciritiiek in het December nummer brengt haar in den Hiei-looiërkfing, waar Hasebmoek's pastorie !het gastvrije midd elpunt w,as, waar Ni colaais Beets, Beij - nen, Willem de Clerck, Hofdijk -en een en kele maai Piotgieter zelf, gaarne gezi-en|9 gasten wairen|. W',el-kén invloed die geestelijke omgang met mannen van letteren en smaak oiok gehad moge hebben het oorspronke lijke, het eigene, dat Toussaint kenmerkte, ging er niet bijl onder. Hiet zal- altijd- een wonder blijven^ hoe deze toien nog jonge vrouw, die niet m,eer van de wiereld gezien had, dan de burger kringen in Harlingen en Hoorn die te Alk maar vrij eenzelvig leefde opi de boven kamer van h,et huis opi de Mi-ent, door studie en fantasie, na' Alm-agroi, haiar eer- stel-ingi optrad met een werk als De Graaf, van Devonshire, en hare lezers rondleidde in Engelsdh-e hofkringen uit de 16e eeu(w', zoo levendig, zoo juist geteek-end, de fi guren uitbeeldende met een breedheid van kaïrakiterteekening en een fijnheid' van dé tail, zooi meesterlijk, dat alleen haar eigen Woord er eene verklaring van geven kan: „Men moet getroffen, zijn door den piersoon, dien men tot held kiest, men, mioiet hem groot voelen om hem groot te kunnen voor stellen..... voor m-en aan schrijven dacht." In he,t volgend idëeel zijner rede zet spiv, in het k-oirt uiteen: het doel-, de richting, de inkleedimg van den Histori- sehen Roman,. Deze kan tweeerlei zijn: id de eene op vatting onderwerpt de sdhrijver de perso nen, idie hij gekozen heeft, aan een reeks van toevallige gebeurtenissen, die leiden moeten t,ot het historisch geconstateerd feit. Als voorbeeld noemt -s,pr. de vele iin 't Firansch, Diufeeih en En-gelsch geschreven, die eene wiereldbekemdhleiiid hebben verwor ven tón dóe den auteur als eersten eisdb stellen: fantasie, die de grenzen der wer kelijkheid niet overschrijdt. Eene andere is de ri-dhting, w-'aarbij voor den aiuteur bet karakter de ziel, de psy che der handelende pjersonen hét belang rijkst is. Voor alles, gelden hier de karakters doch ook is een grondiger kennis va® vroegere tijden en van voorbijgegane geestesstroio- miingen mooid'ig. Van de eerste rubriek noemt spr. v. Len- nep; de twieédie, de meer wijsgeerige, de psydbologiisdh'-histarische richting zooals spir, idle noemt telt er s,ledhits wieinjjge; Spr. zou bijna zeggen, slechte ééne. (Drost ,is ons te sjploedig ontvallen) die ééne hoogstaande boven velen, is onze Geer- truida Bosboom-Toussain-t. Dat hare wierken im populariteit bij die der e-ersige noemden achterstaan,, is volgens s,pir. geen gevolg van minderwaardigheid, integendeel: zij staat te hoog vooir de me nigte, hare kunst is in dit opjzidht aristo cratisch ie noemen, wie haar geheet volgen wil in al hare fijnheidl van karaikterontle- diing, schérpe omlijning, moet een, graad van ontwikkeling hebben bereikt, die- velen vreemd blijft, hun leven lang. Daarna gaat spr. na, hoe Mevr. B. T. Ifjflar werken ook i n details verzorgdenauwi- keurige sdhildering der omgeving en retro spectieve weergeving van het gesp,roken Wöond; Bij deze beide staat spr, eenige oiogen,- blikken stil, om aart te toptien de hoofd trekken, idle het pjrojzai der gevierde,1 „Ro mancière" zo® scherpj onderscheiden van en hoog doen uitstaan boven dat van. hare tijdgenooten. In de innerlijke waaide hiervan, vindt spp. een waarborg voor het blijvende van haar werk. Niet alls,es wat zij- schreef is, litterair even hoog. Maar bij wielfcen auteur zou dat wel het geval zijn? Spr. noemt z,e, de voornaamste harer wct- ken. De isdhrijfsiter wie-et, zoowel in 't ver leden ails in 't heden, binnen eigen lands grenzen- of daarbuiten, hare stoF te kiezen, mits zij slechts een held of hieldi® vind-e, die haren geest niet loslaat voor zijl het beeld, ten voieten uit, heeft giebioietsieretrid, in taal. Als voiorb. haalt spr. aia®: „Me- jon-kvrouw de Maiil-eon," Zpp gezien acht spr. al het jglesdhied- kundige in de romans, van Toussaint slechts bijzaak, hoofdzaak in elk harer wer ken |s de Mensdb, de Mensch in zijn lie ven -en lijden, in zijn worstelen ,en over winnen, in zijne zwakheid en kracht. Zijne kraidht „hier raak i-k een teer p|un-t aan, aldus- de feestredenaar, Toiussaiint im mers is „de dichteres van het Protestan tisme" haar „kracht" d.w.z. de kradh-t yan den Mensch volgens haar vindt slechts steun -in den Heere; anders hulpe dan va® omhoog bestaat er niet voor den zwakken sterveling. Dat was haar geloof en daar van getuigde zij,. Wij vragen eerbied voor iedere overtui ging, die na worsteling, waarachtig ^eigen dom is gewbrden van wien den appistel- manéel er voor dragen durft in- bet aan schijn van de wiereld. Zij was prof esi tan te en, in bijna elk ha,:rer w'erken yiindt ge een woordvoerder voior hare evangelische beginselen, j. Spr. vraiagt: Is, dit te laken? Zullen andersdenkenden haar daarom mis prijzen Spr. is hei een genoegen te kunnen, getui gen, dat zoovele mannen em vrouwien, met groot verschil in levensopvatting en geloofs overtuiging, todh ondanks dit al hebben me degewerkt, deze hulde to-t standi te brengen Z,oo béte-ekent, volgens -spr. dit beeld van Toussaint meer, dan alleen eene hulde aan eene 'hoogstaande Vrouw, zij Weeft van het gehe-ele Nederlands,dbe volk hiiier aejie hulde ontvangen en spr. herinnert dan aan het motto- van den oproepi, die het Comité richtte tot het N-ederlanidsdhe Volk: „Groot is elk volk, dat zijne geestelijke voorouders in liefde gedenkt." Thans acht spir. het o,ogenblik aangebro ken-, waarvoor allen hier zijn samengekomen. Slechte weinigen der aanwezigen zullen Mevr. Bois-boom-Toiussaiint persoonlijk nog gekend hebben, voor de gelijkenis, harer trekken staan ons borg 3e naam valn den beeldenden kunstenaar Falise en het getui genis der familieleden, die het model in Ihet atelier hebben gezien. Maar meer dan door de familiegelijkenis door den adel van Jjefc gelaat, door den blik vol gedachten is Ihet, dat zijl symboliseert het bleste wat ons volk ten allen tijde heeft gekenmerkt. Hier Ihoudt s,pr. even stil. Die jongste dochter van den Weer v. Fo reest trekt a,an een koond waardoor het dpelk om het beeld verwijderd- wordt, en ihet monument is onthuld. Gejuich, applaus, en fanfares wieerklinken Zoo 'Vertoont zich thans 'het borstbeeld van de schrijfster vooir ons: Mevr. Bosboom Toiussaiint op| miicjdelbare-n Leeftijd, een, cor net)'e opi het $joiO'fd, ^Aa;n Idle buste, uit binoins gegoten,, bevin den ziidhl terzijde® twee kram-sieu,. Ziij rust ,op een bruin granieten voetstuk, geheel massief, in Noorwegen vervaardigd. Aan de voorzijde van dit voetstuk lezen A, L. G. Bosboom-Toussaiint 1812—1886 Eereburgeres, vami Alkmaar en aan de achterzijde: Van hiare Vriend-en en Vereerders 1912 De feestredenaar Vervolgt zijn rede: Daar -staat zij; dan en staaart naar de stad, die haar lief was,, Hoor, hoie zijl Wat zich herinnert, als zjj van Hieiloi oinz-e stad n,a- derend-e, „tot haar komende alst door een -groot loofpriëel van' hoog en statig ge boomte, de spits van Alkmaar's Groote Kerk zag oppteken tuissoh en het rijke groen der welbeplanie wallen." Spr. elite ert dan uit' ^Giideom Fk> rensz. En het Alkmaar van thans, is zich die liefde nog indachtig; het gevoelt; orazestaid heeft een eereschutd in te lossen bij' hare groote dodhter. Daarom staat dain ookhlor, te Alkmaar, haar geboorteplaats-, het beeld van A. L. G. B,os-boom—Toussaint, in brons, den blik naar de stad gevierd. Door dit beeld zullen volgende geslachten den naam eeren en de nagedachtenis bewa ren eener Vrouw, die hoog s-tomd als schrijf ster. Spr. eindigt met eene peroratie en Wet sdhoone sonnet, bij haren dood als In M-e- moriam geschreven door Marie Boddaert. (Applaus). De vertegenwoordiger van H. M. de Ko ningin, Jhr. Siix, legde daarna a-a® den voet van het beeld ©en, palmtak Waarlangs bfee- de witte Linten afhingen. Daarna volgde een krans van da Redactie Van de Gids door de -hand dies 'heere® Mr. van Hall. Namens den Nationalen Vrouwenraad leg de mej,. Johanna Nab-er na ©ene korte toe spraak een krans aan- d-en voet va® bet beeld', de heer Nannes, Gorter namens de Redactie van de Wereld-bibliotheek, mej. Bosboom uit Amsterdam, journaliste, namens de familie. De heer v. F o re e at droeg daarna; Wet beeld aan de gemeente Alkmaar over, d© verwachting uitsprekende, dat waar de ge meente zulk een lieflijk punt had uitgeko zen, zij -ook verder goede zorgen zou dra gen -voor dit beeld. Spir. sloot met den wensch, dat Alkmaar steeds i,n grooteren bloei moge toenemen. De EA. hr. Ripipring, burgemeester ant woordde opi deze aanbieding ongeveer als volgt: Zo® ooit, dia-n is, het de dag va® deze dat ik mij gelukkig prijs, aan het hoofd te staan van deze gemeente, voorzitter te rijn van een raad als- die dezer gemeente. Zijn antwoord zal dus niet anders rijn dan een aanvaarding. Reeds in 1845 geve,elide de raad van Alk maar bestaande uit mannen, die reeds, lang rijn 'heengegaan, behoefte hun sympathie en waardieering tegenover Mevr. Besboiom- Touss-aiint te uiten; -ook het tegenwoordig gemeentebestuur weet naar waard© te schat ten, wat wij Mevr. Bosboom-Toussaint ver schuldigd zijn. Steeds m-ocht zij' van, «leze zijde steun ontvangen in dagen va® leed en vreugde. In 1851 toien zij zich i n den echt verbond van de zijde zoowel der burgerij, als va® 'h-et gemeentebestuur, ook in 1882 bleef diit niet -achter op haar 70-en geboortedag. En toen de zware slag vain haar dood kwam, deelde het stadsbestuur'in het leed', dat dein man, dien zij eenzaam en verlaten haid ach tergelaten, droieg Di-e liefde leeft nog voort, Ihet tegen woordig geslacht waardeert ook hare groot-e verdiensten. Namens den Raad aanvaardt spr. drink baar dit monument. 't Zal ons een dure plicht zijn nu als in de toekomst h-et te verzorgen. Spr. brengt daarna een woord van hulde aan degenen, 'die zidh voor deze zaak hebben gegeven, n.l. aan de mannen van het initiatief d-e hieeren Klooteemq, Th'om sen en Verkuyl. Spr. geeft aan hen de verzekering, dat 'hiet gemeentebestuur dit ini tiatief opi tongen prijs, stelt en brengt daarna aaneenvolgens dank aan: Voorzitter en le- j den van Shiat Comité, bijzonder aan den feestredenaar voor -zijn woorden, di,e zoo goed deden gevoelen, hoe een volk hoe klein- o®k, groot kam zijn wanneer het in liefde zijn geestelijke voorouders herdenkt. Hierna hief het Stedelijk Muziekkorps „het Wilhelmus" aan, waaronder de aanwezigen eerbiedig het hoofd ontblootten. De plechtigheden der anithluUing] hadden biermade een einde genomen. De muziek trok opi 'door eenige hoofd straten der stad. De igenoioidigden begaven- zich, naar het Stadhuis teneinde de tentoonstelling van werken, hanldiachriften enz. van de gevierd© Sichrijf-ster aldaar te bezichtigen!. (Ingezonden.) Sdhoon, geheel, rijt Gij .Maria En, va® gratie overvuld, Is in U, o, reine Moeder, Geene vlek der erfsdhuld. Van Jerusalem de glorie, Israel's blijdschap:, Moeder teer, Zijt Ge d'eere van ons Volk Zondaar's voorspraak bij: den Heer, Q Mairia! O Maria! Maget vol van wijs beleid-, Moeder aller goedertierenst, Bid voor ons-, U toegewijd. Spreek ten beste voor Uw kinderen, Vragen wij, uit diepst gemoed, Bij den Heere van ons allen:, Bij Uw liefsten Jesus, zoet. „KENNEMER". A. Feestdag van Maria's Zoete Name. De Hollandsche Kardinaal Van Rosium te Weenen ingehaald. In een vorig nummer gaven wij, reeds een kort resumé van de heerlijke, plechtig©) ontvangst, die den pjausielijken legaat tijdens het Eucharistisch- Congres, Zi.Em. Kardinaal Van Rossum, ten deel viel. De correspondent van „De Tijdi" sidhreef daarbij over '25,Em. o.a. het volgende: „Het gelaat van den pauselijke® legaat stond strak en, ingetogen. Hij! liep met den stillen eerbied van een zidh- s-treng bewakenid kloosterling; hij' was ingekeerd, wij durven zeggen: alleen Een zidh, sitreng bewakend kloosterling. Inderdaad daar was ook rede® voor! Wje, in den modernen tijd, wendi met meer luister en piraat en eerbetoon in een der hoofdsteden dier wereld ingehaald? Geen Koning of Keizer. En wie was, het? Dezelfde Tijd-correspjondent zegt het ons: „Die legaat wasi de zoon va® een klein volk; die vorst een kind va® eenvoudige burgers; die prins een nederig kloosterling, die ihet atna nesciri met zooveel zorg had toegepast; een jaar geleden had hij' geen andere eere-titels dan zijn pri-esteirdeuigd^ zijn oud en»liefde en zijn veel en groot we tenschappelijk leven. Geen eeretitels. Hij, bracht onopgemerkt zij® vacanties door in ons kleine vaderland:" En nu ineens in gooveel eer gedompeld. En de correspondent van „Het Centrum" teekent den Kardinaal als, volgt: „Het koor van mannen en jongens zwijgt, en d,e Wieemsche Kardinaal staat opi om te spreken, eerst in 't Latijn en dam in 't Duiisdh, hartelijk, maar omdat hij naar den hoogen Gast is toegekeerd, slecht verstaan baar. Nu, ons hart zal wel hetzelfde vloeien als het zijne op dit oogenblik: Raus, en Eucharistie, Ja, van 't hart mag ik spreken, want onzen goeden Hollandsahen Kardinaal springen de tranen in zijn oogen, nu hij' 'daar zit, de eenvoudige piater als de voornaamste man van Wjeenen en va,n een wereldcon gres, hiji, die een jaar of wat geleden hier als een van de vele Redemptoristen, 't feest van den pias gecanomiseerden H'. Glemens Hipfbauer kwam meevieren. Sinds vanmor gen vóór vijven al op reis, gedurig gevierd onderweg door geestdriftige massa's langs den trein en dooir Comité's met toespraken, die hij; te beantwoorden 'had, moet hij ten slotte 't gevoel even laten uitbreken. En hij veegt met een vinger zjjn oogen onder zjj® beide briltegiazen af, piet genoeg, „arme Hollander" zoo noemde Z.Em. zich. eens, toen 'hij. pie -oiver zijn beno-emóng tot Legaat sprak er -moet een zakdoek aan te pais komen, een groote -zakdoek van onder de® purperen mantel, een uiit het klooster, mis schien nog uit Holland. Zijn secretaris staat er bleek adhier en er naast zit de Nuntius van Wieenen met een Italiaanisdh masker als een onverstoorbaar diplomaat rond te kijr ken," i Eenvoud, zelfbebeers-qhing en zelfverloo chening', ziehier de hoogste deugden vla® den priester, die zoozeer in dezen Holland1 s-dhen Kardinaal uitblinken, I 1 11

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1912 | | pagina 1