ËmaaÉM
E. Kat li. Nieuws- en Advertentieblad
voor Noord-Holland.
feuilleton!
No. 114.
Zaterdag 26 October 1912.
6"® Jaargang
Oe Keilt en het Volksonderwijs.
Licht, meer licht!
,"i i
Verschijnt D1NSDAS, DONDERDAG en ZATERDAG.
ONS
BLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
75 ct po- 3 maanden franco huis; 105 ot met geïllustreerd
Zondagsblad. Te betalen In het Begin yam leder Kwartaal.
'Afzonderlijke nummers vian de courant3 cent.
Van heit Zondagsblad 5 cent.
ii.
In ons vodg qrtikel hebben wij uiteen-
gezel, hoe de Kerk van het begin der
tijden aft alle eeuwen door, hier in Neder
land zoowel aLs elders gezorgd heeft voor
het onderwijs aan het volk, aan de armen.
Stellen wij daar eens tegenover het ge
voelen van een V.oltair e aangaande het
onderwijzen van jjet volk. „De arbeider,
j zoo zegt hij, verdient niet onderwezen te
worden. Het is voor hem genoeg het hou
weel, de sdhaaf of de vijl te hanteeren"
En elders
„Het is noodzakelijk, dat er onweten
de bedelaars zijn" „Niet den dagloo-
ner moet men onderwijzen maar den wel
gezeten burger"
„Wat het volk betreft, men moiet het
eeuwig het juk doen dragen en den prik
stok doen voelen."
Zoo leeraarde Voltaire, de ongeloovigie
schrijver, die in onderwijskringen zoove
le) vereerders telt! A*W''
Wat deed de Fransdhe Revolutie voor het
onderwijs vain het volk?
Wat werkte de leuze: „vrijheid, gelijk
heid, broederschap!" voior het volksonder
wijs uit?
In een artikel van de Revue des Ques
tions His tori q nes van April 1880 van de
hand van Victor Pierre is zulks uitvoerig
te vinden 1) Wij bepalen ons er toe te
zeggen, dat de Revolutie in 1792 al de
toen bestaande lagere scholen ophief. De
bezittingen en inkomsten dezer instellin
gen werden verbeurd verklaard, de on
derwijzers en leeraars ontslagen.
En wat werd er voor in de plaats ge
steld?
Niets dan allerlei verordeningen maar
geen scholen! Wiie zom zich ook 'willen
belasten met het volksonderwijs, dat steeds
kosteloos was gegeven.
De minister van buitenlandsdhe zaken
in Frankrijk, de geleerde Cfaapfafl-, ver
klaarde danook in 1801„Het openbaar
onderwijs is bijna van geen beteekenis;
het geslacht, dat zijn twintigste jaar beeft
bereikt, is onherroepelijk aan de onwetend
heid prijs gegeven lagere scholen bestaan
bijna nergens."
Ziedaar wat die „vrijheid, gelijkheid en
broedersehapi" had gebracht!
ln het jaar 1853 kregen de Katholieken
van Nederland hun Bisschoppen terug.
Zwaar en moeilijk was hun arbeid, toch
trok de to>estand, waarin het ouderwijs ver
keerde, [dadelijk hunne aandacht en toen ini
1857 de vrijheid tot het oprichten Van
bijzondere scholen bij de wet was erkend,
1) Zie Wc Devivier S. J. Apologie v. h.
Christendom" uitgave Malmberg, Nijmegen.
„Zooi v.imd't je dat? Wjalar moet ik idalrt
zoeken? Als jij weet waar zeg 't mij dan,
<fcn zaïl iik 't Wel gaain zoeken" stoof zaj
driftig o|p. „Jij met lal je wijsheid wieet
'l evenmin, ik heb 't Weel gotedi gemerkt
hoe rusteloos je ben -na tien dood vain
je tnotediër en Woteft «mij gerust geep, ver
bijten te dienen."; c
k— „Verwijten? Daar Web ik geen oogen-
hl£k aain gèifodht, en Web' 'daar Ook geen
röcfat toe. Gaarne wil ik bekennen dat
ik niat gelukkig ben, kfeairoto tzoiek ik '4
middel eni den weg om 't te worden. Toen
ik 't boek doorbladerde: dacht ik dat Wie
dat alles ernstig onverdeeld gelooft den
Wgdie en 't geluk trdOet hebben. Ik dacht
aain jou Loiuiise diie dat alles sinds je
jeugd reeds bezit, en het bevreemdde mij,
dat heit jou zoioi Weinig scheen te zijn,
Er Werdi getikt. De knecht bracht een
sierlijke bloemenmand binnen. Allerlei soor
ten rozehi, 'enkel roaem sm'aa'kVal gerang
schikt^ Bjj Louise zette' Wij de, mand neer
en gaf halar een couvlerty
i 1 „Dankje 'Hendrik, geef, den brengeb
maar een fooi", reide ze, las "t kaartje
Uitgave van de Naaml. Vennootschap „ONS BLAD1'. i
BUREAU; Breedstraat 12, tegenover de 8, K, Kerk, te AlEmaar,
Telefoon No, 433,
.Van 1—5 regels
Elke regel meer
Reclames per regel
Kleine advertenties van
ADVERTENTIEN
3d ceol,
K
.15 n
1—30 woorden, bij voaruttbet, 29 n
werkte het katholieke beginsel, dat voor
de kinderen eene katholieke opvoeding ver
langt door en werden onder goedkeuring
en aansporing der Bisschoppen bijzondere
katholieke scholen opgericht.
De tegenstelling in richting tussehen de
katholieke beginselen en die der neutrale,
openbare school begon zich; scherper en
scherper te teekiënen en eindelijk zagein,
de gezamelijke BiSsdhoppen van Nederland
zich genoodzaakt, in hun mandement van
1868 hunne gelooivigen te waarschuwen te-
gep de verderfelijke gevolgen van het neu
traal onderwijs en ze opi te roepen, otn,
waar 't slechts «enigszinsmogelijk was,
eigen scholen te stichten. Van dien dag
af offerde de rijke zijn goud, de arme
zijn koper, zelfs de weduwe haar pen-
ninkske voor de bijzondere school.
En nu mogen onze tegenstanders tel
kens en telkens weer er tegen voeterein,
dat de bijzondere scholen tegenwoordig
beter dan vroeger gesubsidieerd worden
door den staat al hebben wij nog lang
geen gelijkstelling op wiens initiatief
zijn al die scholen verrezen? wie heeft
daarop aangedrongen? Dat is weer geweest
de Kerk door de medehelpers van haar
Opperhoofd, door de Bisschoppen.
Het goud van den 'rijke, bet koper van
den arme, z-elfs faetpenni-nkske der weduwe
hebben de Kerk geholpen scholen te stich
ten. waarin de rijke tegen betaling de ar
me kosteloos onderwijs ontvangt.
Waarom stichtte zij bijzondere scholen?
Omdat zij geen genoegen kan nemen
mef de openbare, die is een neutrale school.
Juist in dat „neutrale" ligt voor ons de
bedenking.
Neutraliteit bestaat niet, is paedagogisch
klare onzinnigheid. In de Standaard lazen
wij het zooi duidelijk omschreven:
„Neutraliteit kunt ge zijn op allerlei ter
rein, waaruit straks een ieder zidh opi zijn
eigen terrein terugtrekt, maar bij alle on
derwijs, bij alle opvoeding, bij alle
vorming "(Spat. van ons Red.) van het
kind tot man en burger is neutraliteit niet
anders dan een choroform, die tijdelijk on
gevoelig maakt, en daardoor de kracht der
opvoeding breekt."
Ja maar, zal men redeneeren, in 1857
is toöh in de wet gezet, dat het onder
wijs moet dienstbaar worden gemaakt aan
de opleiding tot alle christelijke (spat.
van ons) en maatschappelijke deugden!
Dat is zoo: in 1857' dadht de wetgever,
dat die bepaling wel tegenwicht zou bieden,
Maar wat is er gebeurd nai 1857? Is er
nadien geen groote revolutie ontstaan in de
denkbeelden? i
Heeft het ongeloof, de vrijdenkerij geen
grooten invloed gehad vooral bij de onder
wijzers
Bestaan er nog openbare scholen, zoo
als vader en grootvader ons verhaalt, waar
de meester „die toCh niet R-oomsch was"
voor de les aanving bad „dat de Zegen
em reikte 't aan Freddy over. „Baron vairn
Burdh" Riifcmfeesfer bij die, caVaillerie", lag
hij Iiachendi „Er-staat nog oip gesdiirevfem
„Hartelijk gegroet en beterschap."
l„Hoe hartelijk" spotte jh'ij.
„Hartelijk, whiarom hartelijk?" riep Loui
se wtóvieBg. „Ik vindi he.t een, alleriie'fsta
attentie v'an Ifaemi, e,n stel: die zefej-, op
prijs. In iMaart rozien alsof het iti Juli', whs
tteeirSlijkr
IJij schijnt Vtanmlorgep, alles whf mij be
treft niiet goedi tie, vinden ziei ze'schejp",
.en Idle bloemteinf nemend gimg zij vlug de
kamiee uit.
Hadi hij Waar beleed igd Wait whs dat
Idian ilnieens? Hij had toch1 alleiemi mtar
antwoord' op llaar vragen' gegieyen. Waar
om (hfadi faij h'em dan haajl lle'ed vfartelt,
als hij er, inlet gemis, op, mocht antwoorden?
Hij had haar toch niet met die plagerij van
„van Bunch" geh'Mierd, Onistepild nam
hij een courant en gilng 'zitten lezen.'
'Onderwijl was Louilse' naar haar, kam,er
gegaan. Zij gooiildie dei manld ruw' op, taifei,
ging op, een sofa liggep, en snikte 't uit.
Dit vervelende nare Freddy om< haar zóó
te beleiedigen, iWaanomf §potte hij' met „Van
Burch" Die fwaardleerde haar tenminste.
Dit 'ze'idie nooit dat zij dWaas deed, of
het zocht, whar 't niet te vinden Was. In
haar driFt hasp,elide zij; alles, wild dooreen.
Zij beschuldigde Freddy vian allerlei) ge-
diachten eh bedoelingen, die hij toch' nooit
gekoesterd' Wald, Toen qj goed Wad uiige-
des Hemels over het onderwijs mocht
neerdalen" en den kinderen uit den Bij
bel verhaalde?
Vergelijk de tegenwoordige openbare on
derwijzers er zijn gelukkig nog uitzon
deringen daar eens mee!
En die moeten beslissen over Christe
lijke en maatschappelijke deugden en die
eerbiediging der godsdienstige begrippen
van andersdenkenden verzekeren!
„Neutraal moeten zij zijn tegenover God
en Deugd!" roepen zTj zeiven uit.
Wiij antwoorden nogmaalsdie neutraliteit
kam niet bestaan!
Ook niet tegenover den Staat.
Voor Oranje! roept de een, Voor de
Republiek! roept de ander.
En toch de openbare onderwijzer moet
beide gevoelens eerbiedigen, want in de
Openbare School mag immers geen parti
culiere leer tegenover die van andersden
kenden in eere worden gesteld.
Onderscheidt zich nu het bijzondere on
derwijs van het openbare doordat het eer
ste omvat het catechismus leeren en het
onderricht in de bijbelsche geschiedenis?
Neen, het antwoord op deze vraag gaf
Dr. SChaepman z.g. zoo duidelijk, toen hij
in 1901 in een rede te Zutphen zeide:
„Het katholiek karakter van het onder
wijs ligt niet in het leeren van, den cate
chismus, ook niet in het geven van on
derwijs in de bijbelsdhe geschiedenis.
„In dit geval toch zou de openbare school
ons somtijds 'KinTnëri voldoen, wamt daar
wordt ons afzonderlijk de gelegenheid ge
boden, om onderwijs te geven in de ge
noemde vakken.
„Neen dat karakter ligt in iets
and ers!"
Tot zoover Dr. SChaepman.
Victor Hugo, een onverdachte getui
ge, zeide reeds 15 Jan, 1850 in de volks
vergadering te Papijs:
„Het godsdienstig onderwijs is, naar mijn
meening, tegenwoordig noodzakelijker dan
ooit. Hoe meer de menseh vorderingen
maakt opi den weg van vooruitgang, des
te meer moet hij gelooven." 1
Aan u lezers het antwoord opi de vraag
of in dezen tijd van vooruitgang niet meer
noodzakelijk is dan vroeger het godsdien
stig onderwijs, zooals Dr. Schaepman z.g.
dat wemsdhte.
En, dat Ih et catechismusboekje, waarover de
heeren frontmakers voor de openbare
school het immer zoo druk heb
ben, daarbij gansch niet te versmalden'
is, getuigde T fa o d o r e J o u f f r o y, een
der vertegenwoordigers der ongeloovige
wijsbegeerte, toen hij tot zijn talrijk gehoor
in de Sarbonne zeide: „Er bestaat een
boekje, dat men door de kinderen laat
leeren en waarover men hen in de kerk
ondervraagt: leest dat boekje, dat de ca
techismus, is en gij zult er een oplossing
schreldi, wërd 'het ka lm or in haar birfnenr
site, en kVami er iets als berouw itallhaar op,
'Daarna het besef dhit zei onredelijk; en
onaardig whs geWCest. Dat alntwooird vfen
Freddy had zij toch' door harig vtertkm-
wteliijke mfed'edeeliinge'rt uillgelokt'.
jjWlaaromi whsi zij dan ihfeens; zoo boos
„Wiat vervelend' toch die kibbelarij, en,
dat nog w,el na die intieme gesprekken van
gisteravond. Wat scheelde 'haar dan eigen
lijk? Fredidy had toch' nader beschouwd
groot gelijk. Zij 'hadi juist dien morgen haar
biechtvader beloofd zich Wat meer op zelf-
befaeersching toe te1 leggen, en Wet, leven
ernstiger op te vatten. Hioe1 dikwijls had
zij van BurCfa zelf niëf uitgelachen vtoor
zijn attenties. Wjaarom 't dan Freddy kwa
lijk genomen
„Ik ben een onredelijk, driftig mensdh1
En ik zal 'diat hem eens gauw! gaan, (zjeg-
gen" zei zie 'bij zichzie^ven, -en dè daad
bij 't woordi voegende-, ging zij naar bede
den. Toen zij de eetkamer binnentrad zat
Freddy er schijnbaar tie courant te', lezen.
„Freddy", begon Louise op biqrouiw-
vollen toon. „Freddy ik beu, «en onaardig,
onredelijk en driftig weizen „Mea Gulpia"
en ik heb er spijt van. Reik mij 1de vjijf
ert laat alles >ergejven en vergeten zijn"
H|et sombere, gelaat van Freddy, helder
de onder deze woorden zichtbaar op.
Glimla'dhendi stak hij haar de hand toe,
die ze vriendschappelijk drukte;.
„Nu niet 'meer er ove^ spreken Loui-
v,inden van alle vragen, die ik gesteld heb,
van alle zonder uitzondering.
Vraagt den- Christen, vanwaar het men?
sehelijk geslacht komt, hij weet het; waar
heen het gaat, hij weet het; hóe hief gaat,
hij weet het.
Vraagt eens aan dien armen knaapi, waar
om hij hier op aarde is, wat er na zijn
dood van hem worden zal; hij zal ueen
verheven antwoord geven, dat hij nog
niet begrijpit, maar daarom niet
minder bewonderenswaardig is
(een ongeloovige is het, die dit zegt).
En zoo gaat de ongeloovige wijsgeer
voort:dit alles weet hij en wanneer
hij groot zal zijn, zal hij evenmin in- twij
fel verkeeren over het natuurrecht, over
het staatsrecht, over het volkerenredhit;
want dit alles volgt uit het Christendom
en vloeit er op klare wijze en als van
zelf uiitvoort."
Eenigen tijd .geleden lazen wij in (je
„Rotterdammer" het volgende:
Zondagmiddag had in de Israëlistische
Hoofdsynagoge de plechtige installatie
plaats aan den heer Gobits als rector van
het 'Ned. Isr. Seminarium. Hij volgde den
overleden opiperrabïjn Dr. Diinner op.
De fine fleur van Joodsoh' intellect was
aanwezig.
Merkwaardige woorden werden door
hem gesproken.
Hij klaagde over den achteruitgang van
de religie bij de 'Joden.
Aldus teekende hij de oorzaken.
„De openbare zoogenaamde neutra
le sdhool draagt voor een belangrijk deel
de schuld van 'den achteruitgang van den
godsdienstzin bij de Joodsche jeugd."
Zooi veroordeelt zelfs de Jood de neu
trale school.
Wat blijft er over van „de sdhool waar
aan de natie gehecht is"?
En zouden wij, Katholieken, een groot
deel onzer penningen, die wij jaarlijks stor
ten moeten bij den. gemeenteontvanger, im
mer maar moeten zien besteed- aam d«
groottnaking dier neutrale scholen., terwijl
onze bijz. daarvan geen cent krijgen? 2)
2) Amsterdam b.v. gaf dit jaar uit haar
schatkist f2.623.498, dit reusachtig bedrag
kwam alleen ten bate van hiet openbaar
lager onderwijs. Stellen wij bovendien het
aantal inwoners van Amsterdam opi 550.000,
dan geeft een eenvoudige deieling aan, dat
elke ingezetene in het jaar 1912 ruim f 4
zal betalen voor het openbaar lager onder
wijs.
Nemen wij verder aan, dat van de 550.000
ingezetenen 100.000 voorstanders zijn van
het bijzonder onderwijs, dan moeten de-
Zen toch 100.000 X f4.— lof f400.000
betalen voor een onderwijs, dat zij Voor
zidh niet kunnen aanvaarden. Het bijzonder
onderwijs krijgt daarvan niets.
Uit „Gelijkstelling tussehen het openbaar
en bijzonder onderwijs?" door Hl Am-
merdorffer. Uitgave Futuma, Leiden.
se" zei hij lachend:. „Het was e,en mis
verstand), 't iis ook zooto droeve dag voor
je vandiaag. Zullen wie wat met de. kinde
ren gaan toeren, .misschien ge.eft je dat
wat afleiidiing."
„Liever niet Fredidy. Mary zal boos
zijn, als ik niet naar die partij informeer,
dius ga Ik eerst even naar haar toei. Dan
ga ik wat rusten, ik heb een weinig hoofd
pijn, esn va na Voudt is eb weer een diner,
idius "blijf ik liever thuis. Bovendien krijg
ik vanmiddag bezoek v'an mijn biechtvader"
„O! Louise^ stel me dan aan hem
voor", riep Fredidy verheugd. „Hij heeft
z-oofn sympathiek uiterlijk, en ik zou heim
zob graag ovef dat boek spreke(n. „Louise,
lik ben tpoh niet ombeschejdien" vroeg hij
verschrikt, toen hij haar betro'kkqn ge
zicht zag. I
Ik zou je graag aa'n- Patervoor
stellen, maar.wat zullen Mary -gn- Felix
dpafvan zeggen? Hej zal heieten, dat ik
je wil beheeren, daarom bemofeü ik mij
er liever nilet mee, en Freddy Pater Lejduo
is Jesuïët."
„Nog veel interessanter, Lohi'se ik
heb zooveel kwaad en gruwelen ov'f hen
gehoord en geleizen, dat ik erg nJapvs-
gierig naar zoo'n monster ben. Aan Mary
eh Felix hun oordieel stoor, ik me noodt,
dpt weet jfe wel.
Bovöndtten befao'even, wij 't nilet rond
ta bazuinen waarom ik dien Pater, bij je
ontmoet. Wat flauw om zulke hezwarefa
W|ij willen als onze voorouders de Kerk
steunen, in hare zorg, die zij eeuwen door
tot op den huidigen dag heeft besteed,'
voor het volksonderwijs, niet enkel dóór
onze offers in geid direct te geven voor
het bijzonder onderwijs maar ooik doojr
in 1913 te eiscben, dat met een deel on
zer belastingpenningen de bijzondere zoo
wel als de openbare gelijkelijk worden ge
steund.
OMMEN.
De verkiezing in bovengenoemd district
voor de Tweede Kamer, die noodig was
door het bedanken van Dr, Kuypter en
Maandag j.1. heeft plaats gehad, heeft ons
niet alteen verblijd, maar is ook 'een tri-
ompjh voor onze Regeering.
Meenden eerst eenige piessimisten, door
dat de linkerzijde in dit district die tarief-
wet troef speelde, dat de uitslag der ver
kiezing voor de Rechtschen een teleurstel
ling zou zijn, het tegenovergestelde is ech
ter een feit geworden. De kiezers w®n-
scfaen de tariefwet van Minister Kolkman
en verlangen naar de aanhangige sociale
verzekering.
Zeer teredht schreef „De Voorhoede" van
19 Oct. j.1.: „Het zou wel zeer wonder
geweest zijn, wanneer, gezien de felLecam-
ppgne in den lande tegen de tariefwet,
Ommen, niet gretig ware aangegrepjen als
eerste gelegenheid om zich te dezer zake
te veigewissen van de meening der kiezers"
De linkerzijde, zal jhaar uiterste krachten
wel hebben ingespannen om Kolkman's ta
riefwet vexdadht te maken-, als „een zware
druk voor den kleinen man" enz. De kie
zers hebben uitspjraak gedaan en onze re
giering en partijen kunnen uit deze (ver
kiezing leeren, hoe zij handelen moeten^
tiet resultaat is: Met de periodieke ver
kiezingen in 1909 waren in Ommen twee
candidaten, n.L Dr. A. Kuypter (A. R.)
en ;Hl W[ Feesselink (U. L.)deze ver-
eewigden resp, 4141 en 3109 stemmen op
zich1. Maandag, j.1. zijn uitgebracht op Mr.
D. Fock (U.-L.) 1466, A. Kleerekooper
D.A.P.) 306, Mr. AL. baron Maokay (C.-
H.) 1888 en Mr. HL van den Viegte (ALr
R.) 3440 stemmen. De beide christelijke
candidaten hadden dus tezamen 5328 stem
men of 1187 meer dan in 1909; de link-
sdhe candidaten hadden te zamen 1712
stemmen of 1397 minder dan in 1909. I
Ook zij nog opgemerkt, dat baron Mackay
(volgens de Geld.) per annonces den Kie
zers had bekend gemaakt, geen stemmen
op hem uit te brengen, wat zeer zeker ook
nog vete kiezers deed thuisblijven.
Ais men in aanmerking neemt, dat met
de periodieke verkiezingen veel meer pro
paganda wordt- gemaakt, dan met een tus-
sdhentijdsche, dan hebben wij niet alleen
reden tot tevredenheid, maar gaan 1913 met
vreugde tegemoet, i v. N.
tg oppiefen. Je stoort je andiers ook niet
aan Mary en Felix hun oordeel." 1 j
„F^adidy je hebt gelijk. Het was laf
van mei, antwoordde Louisie, oprecht. Tus-
sichetn vier ep vjjfl verwacht ik je dpn, maar
nu moeit, (ik paar' Mary. Met e,en -vriendje-
lijk knikje yerliej zij hem.
'sl Midjdags ongetveer1 vijf uur ging Fred,
dy Louise opzoeken. Hij had extra
wat geiwacht, als Louise soms ite,ts met
haaf bieichtvadiez alteen wiïde bespreken,
't yerwondiepde, hem dus dat zij nog alleen
wasi. I
Heit was eep dicmkere regenachtige idag
Da gordijnen wareji- al neergelaten en 't
iMcht ontstokein. De kame? zag ierv echt
gezellig ui(. Zij zejve was al voor 't djner
gekleed dat d'Estelles aam een twitai
tigtat gastenaa|nb!odien.
Haar zadht blauw zijdiem toilet deed mooi
tegen het goudkleurige pluche der. sofa,
waprietgen ze leund|e.
„Heit lijkt hier wel 't wiomdrtrjapd, veT'
zudhtte Freddy.
„En faleui ik diapr soms de koningin
vajn?" spotte 'Lcmise te/ug,
■„Pa,ter Ledfic" die|nde Hlendr,uk deftig
ean. Vetrhieugdi grotttte L-ouisie hem. t'
„Mag, ik heit genoegen hebben^ u een
mijner b'esitei ,vriend|en voor te steËen, die
zqetf vqrlangt kenn-is! met u te maken."
iNajdpt d;a heeTen aa|n elkaar, voorgesiteld;
warein bboidi Zij den pater «en gemakkelijke
stoel naast de sofa a^n.