Zaterdag- 22 Januari 1916 ayglop, tiaar. ASSEN IEDING- en 111. &ri T. Sfe» ISafb Nieuws- en Advertentieblad!!. voer Noord-Bolland. ZijnEngeischs vrouw. No 8 A LO H 19 AN REMCKEHS, 10e Jaargang NIKKELEN. Duwer8traatj delen. RUILEN. e witte Ket, ri Voor de siachtofiars van dan Watersnood. De geteisterde Zuiderzee dijken, de SchermerbOËzem en het gevaar voor Alkmaar. at iiöïr.'3Wa®«S««V?tóJ «KJSBtrttr-»^i.vn ri-r KOOP: aar, mak en geschikt en of landwerk, te VESTE R Dz., Kruide- ude Niedorp aam slapen,!" voorde hij, ook ,im het inidl op. Met hieim spron- nit hun. zetels omhoog, omfsteilidj. Zij staarden Zij wis-teni niet, wat ie eene: „Hiet spijt mij vermoedde niet, sir..." reikte hem die hand tot n moeite!" Het was niet voor ts bij, idiat wij1 miiet reeds ;n avond1, mijne hee- imer herademde hij be- airmen wit. heeft mij goedl ge- les gebeurd1?" Allee a maar.,,,'.. het iemand de schalen)«ens an.!..:... Heere Godi ja.... dier mensühen..,. weetje r tijd, dat wiji weer i» tuitschlianid t-erugkeeren-! iwernood meer geduld er Duitseh. Zijl ook. Zij >fter dichtklappend!, dien ïadi: „Soms begrijp ih -C®ordt vervoljgd.) ONS BLAD. ABONNEMENTSPRIJS j5 ct. pi. 3 maanden franco huis; 105 ct. met geïllustreerd Zondagsblad. Te betalen in het begin van ieder kwartaal. afzonderlijke nummers van decourant3 cent, yjii het Zondagsblad t 5 cent. vëPfcSiijDi m$MGrjmmMG «r mmw~- Uitgave van de Naaml. Vennootschap "ONS BLAD,,. BUREAU: Breedstraat 12, tegenover de R. K. Kerk, te Alkmaar. Telefoon No. 433. Van 1—5 regels AD VERTENTIEN Elke regel meer. s t 6 j Reclames per regel j 15 Kleine advertenties van 1—30 woorden, bij vooruittot 35 cent Voor talloos velen iis er verleden week leene ramp gebeurd. Menschenilieviens (op Marken 16) zijn te bcuv.-renvelen hebben alles. wa.t zij bei- zate n: hun huiiis, hun have en goedl aan bet water moeten prijsgeven; hun vee ver dronk; hum zaad wendl weggespoeld; hum bouwland bedorven; schade werdi toege bracht aan woningen en schuren en schui ten Als de Ballgiisohe vluchtelingen, voor het kanonvuur, bobben veten idle vlucht moeten nemen vioor ieen anderen vijand, het wa ter. Rij honderden en duizenden liepen ook zij nu met hum pakjes uren Ver om •een onderdak te wfadlen, iraven en hof en al het hunne achterlatend. Hrtlamidfs mildheid heeft zich nooit ver- boctandl: ton Vreemdeling nam het gastvrij op, ambulances werdlen gezondlen naar die slagvelden; voor de krijgsgevangenen van •alle landen maakte men een sneeuwbui aam het rOlltón. En zou datzelfde Hollüandl dan zijn eigen kinderen Vergelen Neen, duizandimiaial neen; het Nederland, sche volk zalll toonen ook voor zijmie eigen broeders. ien zusters te willen en te kunnen zorgen. Het zall willen helpen miet leVens- nviddieten, mét kleeren, met, ifn die aHten- eerice pliaats-: geld., Ce N'ixterlandscto Regeering heeft be sloten geen stoffelijke hullip te aanvaarden uit inzamelingen, die in tot buitenHand tot leniging vam den noodi bier te lamde moch ten worden voorgenomen. Holland moeit nu toornen, wat heit door eigen krachten kam. Eene schoome taak is thans aan het Nedlerliandlsche vollik op- eetegidt In «is mummer van .1.1 Dondlerdag plaat sten wij idlem „Oproep" v'am die Algemeene Viertcnigdle Commissie ter Leniging vam Rampen door Watersnood iai Nederland. Verschillende abonnees hebben ons ge vraagd of wij ons weer- zouden willen be lasten met die ontvangst van geilden voor die slachtoffers:, wijl het voor die meeste hun ner te pms lach tig, te moeëijjc is om het geld op te zenden naar dien Penningmees ter dier .oom-missie. ,Wij hebben ons daartoe direct bereidl verklaard e;n nemen dus giften in ont- l vangst, dliie aan de Algem.eene Wia- tersin o O'dt-C o m m iis. s i e door ons zullen worden .overgemaakt. Wie ontvingen reeds van: J. Hl J. f 1.— N. Ni f 0;.50 Alle beetjes helpen f 0.25 I C. O. f 0.50- W-IE VOLGT? FEUILLETON, door Rudolf Strafei. 40 Hij legale feeder zijn arm om haar heen ra zei: „Dat komt, omidlat je ginds aan gene zijde van bet Kanaal geboren bent «n ik aan dezie zijde. Maar je bent mij over dat Weetje water gevolgd. Je bent mijn lieVe vrouw, je zult je ook in Duitsch land wel fhuisvoel-en, „OCairo 'en Aidbei-m l" zei zij en lach- te. Zij bedoelde het miet kwaad. De ver gelijking maakte haar vroolijk. Hij zag .er zoo bedrukt uit. Hij bemerkte .deze ver andering in haar zienswijze; en kon hei toch niet verhinderen, dat gezien van uit tte grootste stad vam. Afrika, in die na bijheid; van drie wereldldeeten, die verwij derde, kleine garnizoensstad aan deBérg- strasse in haar waairdieering steeds meer inschrompelde, potsierlijk en klein werd, ate «n Uitgepakte speelgoeddoos miet gekleurde lootten soldaten. Vol ijver 'maakte hij de voorbereidselen voor de reis. Hij werd als bet ware uit Egypte gedreven, als uit het land van een vijand. Toen zij een paar diagen later in de ha ven van Atexandrië aam den boeg van die stoomboot vam den Lloyd stonden, waar •wn mauw merkbaar koet briesje woei, en de meeste passagiers, snakkend naar lucht 5® samen waren gekomen, zei hij, met oen De ramp, die door dien. watersnood over een, groot deel van: ons land is gebracht, dreigt nog steeds- in omvang toe te némen en, waar het overstroomde gebied op be trekkelijk korten afstand van Alkmaar zich uitstrekt, wondt ons- 'die laatste dagen: her haaldelijk gevraagd:, wat de feitelijke oor zaak 'is dezer ramp; of de polderbesturen: zich aan, p lichts verzuim schuldig maakten;? En, tenslotte: „Of Alkmaar geen last van het water kan krijgen?" T-epeinidie ons een oordeel te vormen en onze lezers behoorlijk te kunnen voorlich ten,, wendden wij ons tot iemand, diie vol komen op jdlé hoogte is van tot polderwe zen in Noord-Holland en diez-er dagen van nabij 'dé geteisterde •Zitiderzeednjken, heeft aanschouwd!. IfBEHSBBBUfl (VRRDRQ'NKEN'OORD) ALKMAAR. Het Mogewezen ad -ei vator elegant rieffelfju en Rnedboop üehornwr On/e lezers fa Alkmaar zullen natuur lijk ze-er nieuwsgierig zijn het antwoord j te weten, op idle laatste der drie v'rag'en. j Zij gelieven, ons echter te volgen, willen j zij 'eeniiig inzicht krijgen van 'dien om vang dier 'ram,p zelve en hare gevolgen. i De N'oordier 'Ij- ten, Zeedijk heeft wel het nieest te lijden gehad van dien stormvloed vain. Etanidierdag. Die Noorder IJ- én Zeedijk bestaat uit versch'iilenidle aaneen,slluiten'de gedeelten, die elk door apairté besturen worden: beheerd en, onderhouden, doch be zamen staan on dier een, ooitliege van, toezicht ondier dleni naam „Vereenigiiig van den Noorier !J- ein Zeedijk". De verschillende onderdieelen, voor zoover zij in,og zeewering zijn, zijn die Schardam- en, Keukendijk, de Ze-evangszee- lein Keukendijk, die Zuidlpo-lderaeedijk, dé Kat-wouder Zeedijk, de Niieu-wérvdiam bij Monnikendam en de Wiaterlamdiscbe Zee dijk. Een gedeelte van. de laatste en die afdieeliingien: de Oosüzaner Zeedijk,, dé Hoo- genidam tè Zaandam, die W|estzaner Zee dijk en de Asse.indlejver Zeedijk hébben door de afstuiting van het IJ bij ScheWingwoude he't karakter van zeewaterkeering verlo- pöli Van bovengenoém'de dijken hébben die Wlakerlarad'sahe en Katwouder het meest geledien. k is typisch, -maar, als men, miet die kaart voor zi'dh1 die doorbraken, op 14 Jap. IJ. zal aangeven, dan valt het dire'ct oip, dat zie precies voor-kwamen, in het N. O. van dé bochten, 'die die Zuiderzeekust van Noord-Hóllaind maakt, dat is tenj O. van ZiUidierwoude, ten O. van, Monnikendam ten tien, N. van Volendlam., ten O. van Edam. Da-ar is er wiel geen 'doorbraak geweest doch heeft de dijk ontzettend veel geileden Op 'd'iie puin|tien stond de N.-Wl wind het blik op die uitgestrekte huizenzee onder het blauwe hemelgewelf, waarboven zich eenzaam de Poinpejuszuil verhief: „Ik ver heug mij bepaald op bet gezicht van de eerste Duitscbe ka-zernie!" „Hoe laing?" vroeg Edith -en knoopte de sliippeta va-n haar s-l-ui-er van achteren vaster. Diat trof hem pfo-tse-lihg. Er l'ag i-eits in, alsof zij haar man beter kende, dan hij zichzelf. Haar trekken, waren blo-zendl ©n opgeruimde „Look here", z-ei zij en wees op de masten, van -een schip, dat voo-r Egypte schipbreuk had geleden, die schuin -en vreemd midden in het water vlak om-hoog staken. Daar voorbij nam -d'e stoomboot zijn weg naair het Noorden, naar Europa. „Verduiveld-: de geheele compagni-e is ui t dén pas..... alleen luitenant Merker is er in 1" Kapitein Grempe jo-eg, met de sabel in die rechterhand wat voorover in den za del, in -den korten hobbel gaiïop van, zijn reeds bedaagd strijdros om de achtste com- paglni-e been als een herdérshond om de kudde. „Mijnbeerrrsluit u bij- de meerder heid- aanverander van pas, als ik u verzoeken -mag,...;.?" De onderofficier naast Helmut M,erker grijnslachte stilletjes .voor zich heen. Deze haakte, ofschoon hij in- dienst was, ter nauwernood merkbaar de schouders op.„. een beweging, die -den oo-mpagmiecbef niet 'bnitging, en waardoor diens woedle nog mie-esf, dliie 'haddten. hiet m-eest te -duchten, dia ar ha-ddle:n, de dooitlbrakeni plaats. 'Die grootste 'doorbraak is di'e in, -dien, Kaltwoiudlerzeedijk (ten N.-O, van Monni kendam) 'ter lengte van ongeveer 130 M. mét een, diepte van ruim 10 M. onder A. P., waar thans hiet zeewater in, en Uitspoelt. De WiaterlanidlS'ch'e Zeedijk tjgt ill, die gemeente Monnikendam. Broek in Water land en Ransdorp voor zoover liet' zeewa- tjerkeenehid gedeelte betreft ien verder in die. ge meen,ten Niieuwendaun, Buiksloot en Lanidlsmieer. Dei in, vers'chiifendie berichten voorkomende dorpen, Zuidierwouidle 'en Uit- daim beihooren; tot BTO'ek-in-Wiateirfl'anid, Dur- gcrdiam en, ScheMiingwoudie tot Ra-nsdlorp. Onimiddelijk voorbij! den, afrit naar Zui- derwoude (ten, Z.-O. van, Monnikendam) is in, idiezen, dijk een dloorbraak over een lengte vap ongeveer 45 M. met een dliepte van ongeveer 8 M. Vamaf idleze doorbraak is die dïjk over (eene lengte van png'eveer 2700 M. nueer of min,der verwoest. tn 'déze lengte komt nog een doorbraak van,: lang ongeveer 75 M., diep pillm. 6M., een lang ongeveer 15 M., een lang onge veer 84 M. enz. enz. Nu is bet bekendl, dat in, 1S25 ook een doofbraiak oii.tstoU|d in den zelfden Wlater- l-anidsoben Zeedijk. Wparo-m is dlaar vanaf 1825 in,telt beter op gelet, dat de dijken werden versterkt en niet konden doorbrekien? Hiei antwoord kan, luiden, dat dlie door braak in 1825 ontstond', toen nabij' Dtur- gardam eemj slui-s, niet langer weerstand 'kon. bieden doch het water met geweld doorliet zoodat Wiatertiand overstroomde. Donderdag 13 Jan,, waaien die omstandig heden -echter veel ongunstiger; tonen toch bezweken de dijken, of sluir zien, feitelijk niet, -maar stomldi het water in. 'die Zuiderzee zóó hoog, dat het ver den, dijk sloeg. Norm aal komt hiet water in. dle-Z-uidiérziee ihoogisténs tot 2.91 M. boven. A. P., de dijken zajh dus naar deze laten we hiet nemen maximium-hoogte gelegd. Donderdag ston-dl evenwél hiet water in de Zuiderzee buitengewoon 'hoog, zooaite he't bij mens cben heugen is noig niet had gestaan. Manshoogte sloeg bet op meerdere plaats'eait over dien dijk. (Volgen,s- -een Engéte-üh natuurkundige zie ons vorig n-o. stonid deze buitenge woon Ihóoige zee in verband met aardischok- ken in andere 'doelen -dier wenellldl gecon stateerd). W|ij hetbaten.: het water i.n die Zuiderzee kwam vóór 14 Jan. 1916 nooit hooger dan 2.91 M-.d'e Katwoudendijk is 3.10- 3.60 hoven. A. P., de Wiaterlandsdhe dijk meer geprikkeld werd. Lieve hemel, diai kon toch wel -eens gebeuren, dat men bij ihét opm-archeieren uit de marsch-cotomneniet dadelijk in den pas kwam;.-., -dait wil zeg gen eigenlijk gebeurde heit alleen, als men n-i-eit oplette! Dat moest de eerste luitenant Merker zichzelf toegeven. Hij was met zijn gedachten elders geweest. Maar het was -dan todh een krankzinnig ide-e van den -ouden Grempenu plotseling mid den in Augustus nog eens compag-nie- school 'te houden „De beemen oplichten, aansluiten Dé compagnie is, naar het mij voorkomt 'door al dijen velddienst en dat schieten wat losbandig geworden!Dat is een schuttersclub.... maar geen koninklijke troep ....natuurlijk, die iheereni officieren uitge zonderdMaar ik breng ondie i.n het volks feestWja-dht maar! Al-s jullie -er vermaak in schept tot vanmiddag hier buiten op het exercitieveld te -blijven; -ik heb den) -tijd Mem hoordé de dloor toorn' bijna over slaande .stem van -den kapitein door het- opdwarrelende stof betera. Hem zag men slechts onduidelijk, een schadowbieeilü van man 'en paardi, nu 'hii-er, dam ginds. Dé zon gloeide op de ruime-, dloor' de an dere compagnieën reeds lanig verlaten- vlakte E-en wolk van zw-eet -em mensch-en-lucht, een geur van schoensmeer en leer, broei-dle boven 'de kleine-, onvermoeid naar dén wil van- zijn. kapitein nu links- dam rechts stam- pendle, zich uitzetteuidte en weer samieni- trekkémde beurteli-ngs zich in slang- en 3.20 b-oven A, P, Naar m en s ch.-e tij k e berekienin-g waren -dims d-eze Zui- derz-eedijk-en, hoo-g giem.-o-eg. -Edoch-, Donderdag steeg het water in de Zuiderzee tot 3.80 bovöti A. P.. Op zulk een. abnormal-en waterstand wanen -d'e dij ken niet iberefcenjdi, zoo-d-at het wate r al spoe dig over de dijken; heensloeg. W-anneer het water voortdiurenid over een dijk slaat, wat gebeurt -er -dan? Dan ont staat -er langzamerhand een gat, niet a-an de z-qezijde im-aar aan. die landzijde. Dat gat wordt tenslotte 'zoo -diiep, dat die dijk het water niet -mieer kan keere-n. doch. -naar binnen -stort. V a n; e n -d; o o ir ib- r a a k, een b e z w ij- k-en. va-n -dien dijk tiengevolg-e van d e -n d o o r -h-'-e -t b u i-1 ie m w a t e r u i 't g e- o e f en.-d;i&n druk is, du-s Donderdag feitelijk geen. sprake geweest. De hooge zjcc dieed' het hem. En. daar op zijn. onze -dijken, ui-et gebouw-d, kunnen ze ook m-oeilijk gebouwd wotrd'en Wlant hoe .hopg zou ze -daim wel moeten zijn? Onze lez-ers zullen nu eenigsziös begrij pen,-waarom het onmogelijk was de gaten te dichten-, „Breelct" -e-en. dijk d-oor, zoo-als het woord (dat zegt, -dan is er stoppen aan, maar ontstaat -er -een gat van 10 M. -diepte aan. de binnenzijde -dlobr bet voortdurend over den dijk slaande water, -dan is er geen stoppen -aan. Da-t 'dit -de ware to-edraebt is, toonde onze zegsman aan, toen hij er op wees, dat hij: bij enkele doorbraken constateerde, dat die rijs (hét rijnhout) aan. de •buitenzijde van dien -dijk nog aanwezig wais -en de dijk aan -de buitenzijde nog niét eens geheel was we-ggesllagen.. Vam Mon-niken-dam af is men- nu reeds aan bet werk getogen, beginnende m-et het legg-en van rails voor het vervoer van ma terialen., -die gaten t-e dichten. Hiet werk i-s evenwei zoo omvangrijk en zoo moeilijk, dat 'het nog wel enkele weken kan duren voo-r de gaten dicht zijn. De aannemers B-lainiben-vooirt uit Purmeren-d zijn met dit werk belast W.at n.u het overige gebied betreft onze zqgsm-a-n meende, dat het gevaar voor de Wiij-d-e Wjorm-er en de Puirm-er werkelijk niet zoo groot is, alls sommigen weil-mee- nen temeer nu de dijken zijn versterkt. De Wijlde Wprmer vindt ©ene niet weg ite cijferen versterking in dien spoord-ijk van de lijn. Zaan-d-amPurm-erenidl, die het wa ter helpt keeren, tenminste de sterke stroom -breekt. Daarop was zijn h-oop ge- vestigdi, -dat beide polders bewaard zullen Wijven. lineaa-lvorm bewegeuidé o-orlogs-machin-e. Lui'tena-nt Merker vo-nd dit afsloven -dier manschappen- i-n d-e hitte 'dier hondsdagen absoluut ©ninoodig. De kerels ware-n nu reeds veel -te slap. Go-e-di kon liet toch niet gaan. Maar die. compagnie-chef donderde verder: „De troep houidt af weer geen rich ting, luitenant M-erker!.... De geweren lig gen schots -en- scheef do-oir mekaar. De mammen zakken in hun rug -tj'oor als oude I Egyptenair-enAa-n den linkervleugel zie ik -niiieis dan krom-me knieën;.... Zoo stel ik mij die schutterij zaliger nagedachtenis voor „Natuurlijk loopen ziji krom, omdat zij moie zijn 1" -dacht H-elmut Merker weer. Hij -d'urfde niets te ze-ggem. De kapitein richtte zich -in zijn kort gegespt-en stijg beugel o-p. „Ja.... als ik niet -d-ooir -dé hoe ren wordt gesteund, en nog wel- bet minst door den -eersten luitenant der com-pagnie ja-, luitenant Merkeru bedoel ik.... u trekt zoo'm -eigenaardig gezicht, alsof de geheele geschiedenis u niets aanging! Lui tenant, i-k verzoek u dringend da-t te la te»H-et is werkelijk miet noodzake tijk Uw sectie iis dé slechtste van- de dri-e, -en -dat wit waarachtig wat zeg gen Geen won-dier a-ls m-en -eeuwig met verlof is Kapitein Grempe was al heesch. Maar -dit was voo-r hem alleen -een reden- om zijn 9tem te foiroeeren. „Luitenant Merker" hier, •en „luitenant M-erker!" daar.... H-ij reed on ophoudelijk om hem heien. Steeds weer klonk dez-e naam over het exercitieveld. W|at die Sebermierboez-em betreft, bet- vol- genidle: i In id|e -eerste plaatsd-ithet Noord-H-aii- lan-dech Kan-aai tusschien. Purmiemeind; en Nueu-wédi-ep is boezemwater van. d-e Scher mer -ein Bieemster, terwijl 'het Kanaal po-l- derwater is vam Wiaterland, zooak die Noor- dlervaa rt b.v. poldiarwater is van' de Sdhermer Dlait' is eein, groot vérs-dhiï! Vandaar dam- ook, diait itot water iin. hiet Kanaal ten N. v;an Purmierend meestal hoogiea- stond dan tön Z. van Piurmerendi en daarom te dier plaatse sluizen zijn aangebracht ter -af scheiding. Dat' mogen we niet ujiit het oog verliezen. Dientengevolge was ook bet gte- 'vaar voor oversitr-ooming in Wiaterlamdigroo- ter dian. in het gebied ten N. van die sluis bij PurmerelnidL Hiet water in hiet Kanaal staat thans even hoog a-ls i-m tot overstroomde gebied'. Die Sichermerboezem loost tot water aan deh Hélder en bij Edatm, d'aar wordt nu 'bij eb zooveel mogelijk gespuid. Zoo-laing 'die wind Zuidi-Wiest blijft, behoeft ni'eu dus niet voor den Deemster of d|e Schermer te vretezén.. Hiet water, dat uit de Zui-dlerzee door de door- brakén komt im W|aterlandi, stroomt door die open: sluis- bij Rurmerend vrij in dien Scher -meiriboeziem en, deze loost op de Noordzee. Vandiaar -d-anook, -dlat hét water in het Ka naal ibij den Z.-Wl-wind, die de laatste da gen woei', is gestegen. De diijkem. van Schermer en Deemster reiken res-p. 1, en 1:.75 boven A. P., zoo- dat voor 'bieide polders, nog geen gevaar direig-t en. 'ook voor Alk maar niet. Komt er weer een N. Wi storm opzet ten, ja-, dan zou er opnieuw gevaar -dreigen, vv-ant -dian wordt hiet water de-r Zuiderzee door -d-e.-gaten in de dijken biji massa's in Waterland gestuwdi iq» is het die vraag of het -wate-r miet zooveel stijgt, dat 't bo-ven 1 M. -{- A. P-. komt, zoodat h-et de Schermer -binnenstroomt. De -dijken van Schermer en 'Deemster zijn sterk genoeg, doch op een buitengewoon hoog'en water s-tand van -mieer dan 1 M boven A. P. zijn ze natuurlijk niet aangelegd. En gestéld, dat Schermer en Deemster vol iloopen, dan idaalt de stand van het water ©enigen tijd omdat tot wateropper vlak vergroot 'Dus ook dian is er voor Alkmaar n-og geen direct gevaar. Dat -er flink -gespuid kan worden- aan den Helder 'bleek ons van W|oensdag op Don derdag. Wtoehsdlagavo-nd stond tot water" in 'de grachten buitengewoon hoo-g ('in- het Verdroh benoord kwam het bijna tot de straat) het sitolnldl 6 a 8 dluim- bo-ven peil 't was kritiek! dbdh (ten volgenden Aan de overzijde draafde de majoor met zijn adjudant, luitenant Filülein, t-erugkee- rend vara d-e schietbanen-. Hij naderde de drie groepen helmen en gew-eren, waar voortdurend kapitein Gr-em-pe zich- omheen bewoog. Hij was nu dikwijls als bij toeval lU de nabijheid van de „achtste", sediert daar dé verhouding tuss-chani compagnie- cbef en -eersten luitenant fa- dien laaitsten tijd steeds meer gespannen was en zei, op «enigeti afsta-rud! blijvend tegen zijln bege leider: „Dat gaat zoo- niet langer! De ka pitein is een brave- kerel-, maar met Mer ker kam hij niet opschieten-! Hij! maakt den man gewoon kopschuw. Hij jaagt hem nog uit 'den dienst. Ik zal een dezer dagen met den kolonel spreken. Merker moet naar e-en- andere compagnie!" De verschijn tag van- den hataljons-com- mandaint had op den- compagniechef 'kaltnee- rendi gewerkt. Hij zette zieh recht inden zadel en werd stiller. Zijn toorn rom melde weg, als na een aftrekkend onweer -en hij zelf trok spoedig met uitgeputte ma-n- schappeU terug -naa-r de kazerne, waarvan de hooge road'e dalkem in den- zonnegloed glansden. Ternauwernood' waren de man schappen daar op de binnenplaats uiteen gegaah' of Helmut Merker liep, toornig zijn sabel fa de scheede stootemdl, op een dier h-eeren vam de compagnie toe en- zéi: „Nu mijn geduld is ten einde, O-lsziin-skiNu doe ik mij» beklag!" (W-ordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1916 | | pagina 1