en.
ld Hz,
iwers!
i
ank;
3RING-.
pHOENENJ
te Alkmaar,
i-Magazijn
-Corsetten.
?s,
TWEEDE BLAD.
j'
ALKMAAR,I
ze in alle soorten!
?oede PAILLETZIJDE,I
MIENT 1.
imbock, tegen door|
Boord-Hollasd""
Zaterdag 4 Maart 1916.
Ho-26
Misgebedenv 6-12 Haart.
Do Liturgie der dooden.
Van ease nieuwe doorbraak.
ocLSt©-r.
Ons Blad
an coupons,
ellgste valuta afgerekend!
NOUVEAUTÉS.
SIDONIUS DE JONG.
;hij°nkleuren, f 1,40 p. el
aanbevelend,
Istoffen De Kunstmest]
ngen op Super, Chili cnl
de levering van de reed!
heden gepaard. Gelukkia
kunstmest leveren, docll
vachten. Bestel daaron|
|>losbaar phosphorzuur
plosbare kali.
;/o phosphorzuur.
AMMONIAK 20°/|
£w. Ammoniak ni Chili
ingewend worden,
conditiën.
|5 Nov. 1904.
N. KONIJN, Dijk, Alkma^|
JURBIER Az„ Kassier-
sa-Msgssjj aea.
le
ering
yijsTEKSi Bases 1
(Deze lijst is samengesteld volgens den
Kalender van het Bisdom Haarlem.)
N.B. I vóór het cijfer beteekent:
eerste uitgave; II beteekent: tweede
uitgave van het Misboek van Baarda
(Dessain).
Kerkwijding vóór de Hoogmis 34.
Onveranderlijk gedeelte der Misge-
heden blz. 35 en volgn.
ZONDAO, 5 Maart. Zondag Quinqua
gesima (Tijdeigen) Credit g. Gloria. 3e coffl.
°A ounctis" 63; 3e collecte: naar keuze
van den priester. Prefatie van die H'. Drie-
eenheid.
MAANDAG, 6 Maart. H.H. Perpetua en
Felicitas, mart. (Eigen, der Heiligen, 6 Mrfe.)
DINSDAG, 7 Maart. 'Hl Thomas v.
Aquino, Kerkleeraar, (Eigen éér Heiligen,
7 Maart).
WOENSDAG, 8 Maart. Aschtwoensdiag.
Wijding en uiitde-eling der asch,. Misgele
den. Tijdeigen. 2e collecte: v. dl HL Jo
annes de Deo (Eigen dier Heiligen 8 Mrt.),
geen Gloria era Credo. Rraefatiie v. 4 Vasten
DONDERDAG, 9 Maart. Hl Francisca
Romano, weduwe. (Eigen dier Heiligen, 9
Maart) (wit). 2e collectie: v. dl. Diomdier-
dag na Aschdlag en taaiste Evangelie, óf
Mis van Donderdag na Aschdag. (Tijd
eigen) (paars).
VRIJDAG, 10 Maart. H.H. 40 Marte
laren. (Eigen der Heiigen 10 Maarl) roiodl.
2e collecte: van Vrijdag na Aschidlag en
laatste Evangelie. 3e oofflecte „A cunctis" 63.
óf Mis van Vrijdag na Asctodlag, (paars)
Tijdeigen.
ZATERDAG, 11 Maart. Mis van Zaterdag
na Asohdag, (paars) Tijdeigen. 2e collecte
„A cunctis" 63. 3e collecte: „O,mndipotens"
64, 4e collecte: v. d. Paus 62, geen Gloria
en Credo.
ZONDAG, 12 Maart. Ie Zondag v. dl.
Vasten. (Tijdeigen). 2e collecte: v. dl. Hl
Gregorius (Eigen der Heiligen 12 Maart)
geen Gfaria. Credo. Praefatie v. dl Vasten.
N.B. In alle H.H. Missen de gebeden
ooilecte, stilgebed', Postoommunio uit
de Mis „Voor dien Vrede-".
Zooais gemold behandeWe d;e WplIEerw.
Heer Wi. L. van Adriohiem fai het tweede
deel zijner lies de Itungiie dier doodem.
De ongiéloo-vige troost zacto hij: het graf
van zijn dierbare met een kunstige sa
menstel van woorden; de gietoovige troost
zich met de woorden van Christus: „Die
in Mij gelooft, ook al ware hij gestorven,
zal -leven."
t-n dien geest dier .liturgie beschouwd is
de ouide geest beter dlan de tegenwoordige
van rouiw. Die oude geest was -een geest
van vreugde, de opsahriften: boven degra-
ven der catacomben wijten dlit uit.
Het is een gebruik helaas in de
steden niet meer in zwang dat het lijk
wordt overgebracht naar die kerk. Eereaan j
degenen, die hun best doen; dat gebruik
te herstellen.
-Dia getijden, de Metten en die Lauden
zijn alleen nog maar bij priesters in ge
bruik gebleven.
Van de Introïtus -der Mis van Re
quiem zijn de eerste woorden: „Requiem
aeternam..-,,.." „De eeuwige -rust geef
ze haar, Heer, -en dat het eeuwige licht
haar verlichte."
„Rust en licht" vraagt da Kerk dlus.
Rust voor den merasdh; die iin dilt leven
geen rust kan vinden; liciht wijil Christu-s
het Licht dier wereld wordit geheeten.
In het Epistel spreekt de Kerk haren
kinderen bemoedigend toe: „Broeders, wij
-willen niet, dat gij onwetend zijt aangaande
de ontslapenen, op-dlat gij u niet bedroefd,
gelijk de overigen (de -heidenen) die geen
hoop hebben-". En in het Evangelie
leert de Kerk ons uit -de woorden van
Jezus tot Martha: „-Ik ben de verrijzenis
en het leven, die in Mij- gelooft, ail is-
hij gestorven, zal leven; en a-llwie leeft ea
m Mjji gelooft, zal niet sterven in eeuwig
heid", diat voor den ch-ris-tem de diood
slechts een slaap is.
in de S. e q u e tii t i- a, het werk van een
Franciscaner dichter der 13e eeuw, wordt
reeds de gansche wereld tem oordeel ge
roepen; „Dies irae, dies illa" „Dag van
gramschap, dag des Heeren".
De Absolutie is geïnspireerd door de
gedachten van hoop- -en vrees-. Ondier bet
zingen vhn de volgende troostende gebeden
iwordt -het lijk grafwaarts gedragen„lm
paradiis-um -de-dlucant te Angel®.„Ten Pa-
rad-ijfea geleiden w die Engelen."
Zacharias' lo-fzang bijt d-e geboorte-van
rijn zoon Johannes wordt aangeheven: „Ge
zegend de Heer, -de God vam Israël dat Hij
zijn volk bezocht -en het verlossing ge-
Dacht heeit."
Kapelaan v. Adriohiem -droeg hierna heer-
Ijk voor de Psalm „De pro-furadis" zoo-
al-s ze vertaald is -dioor Guiido- Geze-le.
Zoo geeft de Kerk dlus hier hare,schoon
ste gebeden. Laten wij! trachten in haren
geest de dioodenvereeniiging te houden.
Z.Eervv. wijst hier op het verschil in
naam tusschicm bet ko-uide „begraafplaats"
en „kerkhof" of „do-odenakker".
„Kerkhof", hof van de Kerk, waar aan
stonds geoogst zal- worden; hof dit. tuin
van d-e Kerk, waar ze zaait indroefheid
maar in vreugde o-ogs-t.
„Doodenakker", hier zaait die Kerk het
vfeeschelïjk lichaam waaruit eens he t geeste
lijk -lichaam zat Opstaan.
Tot de grafopschriften ko-memd wijst spr.
op de önjuisthieiidl in „Hier is begraven de
heerimmers „de heer" bestaat niet
meer. Neen, dan spreken meer in al' hare
eenvoud die moniogram-niien dier catacomben
het Kruis, het toeken bij1 uitstek voorden
christen; het A nk er, zinnebeeld dier hoop;
de Dluif, het symbool van die christen, ziek
-los era vriji van h-aar lichamelijk omh-ull-
sell; -enz. -enz.
,;Mog© hij' in GSod -leven" „Hij leve
eeuwig" „O öod- verkwik zijne ziel!'
-e.d. zeggen meer -dlan die moderne, die
totaal zinledige opschriften.
Zoo aan het -einde van dlan l-iturgischen
cursus gekomen, dankte de- leider het Be
stuur der K. S. A, voor het initiatief, die
trouwe hoorders voor hunne op-ko-mst en
hij' hoopte; dat dleze lessen belangstelling
en Liefde zouden wekken voo-r dteiy «ere
dienst. Leef met de Kerk mede, 1-eef mede
met Ih-are vreugde en droefheid), wamt wij1
allen zijn geroepen een-s mee te doen aan
de bem-elsche liturgie; -raten wij dus fa-
ons leven- -eene repetitie houd-en o-m later
in het hemelsch koor te worden, opge
nomen.
Mr. Leesberg, voorz. van het PL C.
v. K. S-. A., dankte dien Wel Eer w. Heer
v. A-drichem voor het houden- van -dezen
cursus, waarvan de waarde boven allen
lof is verbeven. Deze lessen hebben 'een
stoffelijk nut maar hooger no-g is hare
innerlijke waarde. Die dank, diie dus moet
worden gebracht voor wat Z.Eerw. gegeven
heeft in deze lessen, zal dlanook een gees
telijke moeten zijn. (Applaus).
Vervolgens werd een Mis-boek volgens
den Ritus -dier Dominicanen verloot, toe
vallig vief het ook -een parochiaan- van St.
Dotminicus ten. deel.
-Een boekje, houdende: „Die Liturg-ie der
Overledenen" i-s zoo deellde de Eer
waarde lei-der mede evenals het
Sacramentsboekje in dien boekhan
del verkrijgbaar ad 12Va ct. (Uitgave Abdij
Keizersberg) Van-wege de K- Si. A. wer
den Vliegende blaadjes: „Waaro-m Litur
gisch bidden" verspreid.
Medegedeeld werd; dat in d-e- week
tussch-en Passie, en Palmzondag
i n d-e St. L a ur emtiiius k erk -eene con
ferentie zal wonden gehouden over
do Liturgie der Goede W-eek, opdat de
genen; die die oefeningen in die dagen- niet
kunnen bijwonen, in den geest tegenwoor
dig zijln. ir
(Zonder .Ingezonden stukken").
Als 't buiten wi-ret-ert, dan trekken die
m-annen van „Baas Hoek", bruin gepi-
lo-wd, ri-euswarmertje in de mond; met bijl
en hakmes- gewapend die Hout in.
-En in de lanen, -en Haantjes, waarin zij,
's zomers in statige, rustige hioudfag „kant
jes afsteken" of harken; plechtig 'en fa
harmonie met -de stille omgeving, dla-ar trek
ken zij ze nu in met forsdhen tred en
dra dringt het klinkend- gelulid van de bijl
tik-takkend door de stilte van het woud
in ruste. Dan- strijken zij neer de stam
metjes van het onderhoud, door het wijls
besluit der Plantsoen-Commissie aangewe
zen voor „de jaarlijksdh-e houthak", tot
algemeen vermaak eni nuttige uitspanning
van de in ristjes van vier of vijf rondwan
delende renteniers van buiten, die dagelijks
miet hunne „ik-heb-jdie-tij-dl-aan-me-eigen"
stap, vóór de koffie plichtmatig hunne
rondgang houden. I
Als de heeren er genoeg van hebben en
naar de groote Laan trekken, om die trots
van ons volk, de ruggesteun van ons on
afhankelijk volksbestaan, te zien „afexer-
s-eeren", dan- komen nieuwsgierige meesjes
neerstrijken, op de- neergevelde stammetjes
en 't gaa-t er, zooals Gezele zong,,-tak-op,
tak-af, ta-k-uit, tak-fa, tak-om", als konden
zij maar niet begrijpen, waarom de stam
metjes, die recht o-p moestem staan; zoo
smadelijk moesten sneven.
Als 't buiten wintert, its bef mooi in
onze Hiout, als wij langs de Maidertooze-
boom,en door zijne lanen wandalen en „de
mannetjes van Baas Hoek" er bedrijviger
zijn dan ooit. En als er dlan hoornen vat-,
len, dan zijn wij niet meer zoo bang alls
een jaar of wat geleden, want wijl weten
Ibij ondervinding, dat Paul Kruger's woord
ook op de Alkraaarsche fcfout van toe
passing is: „Ailes zal reoh- kom."
,De „bruin-gepiiowdan," hebban in die
laatste jaren ons heel wat verrassingen be
reid. Prachibcoroen, waarvan met recht
gezegd mocht worden; -dat men „door het
bos'Ch de hoornen niet kon zien" zijn „vrij-
giehakt" erc zijn nu de trots van onze
H,out. Maar er waren er zoo-velen, dat ze
niet allen in eens- te voorschijn kond-en
worden gebracht en menig wandelaar fa
de -Hout, heeft -erweöicht nooit erg in
gehad, idat wij' .in de nabijheid van onze
mooie Begraafplaats; eens genoemd „de
aantrekkelijkheid voor vreemdelingen-", eene
verzameling praeh-t-beuken, rijk waren, op
wier -bezit vorstelijke parken naijverig zou
den zijn; en wier schoonheid als verborgen
was -door -het diichtgeplante o-nderhout.
Maar het spiedend oog dat zoekt naar
mooi, wis-t ze te vinden- en voor -die mooie
beuken is- nu- ook hun -eere-idag aangebro
ken.
Niief ver van -d-e Begraafplaats, aia-n de
linkerzijde van den Westerweg ko-mend;
van de stad, heeft eenie doorbraak plaa-ts
gehad en is de Hout een nieuwe boschweg
rijker geworden, zoo moo-i, als- wij er noig
geen hadden. Die nieuwe Laan, siïïinge-renid
langs -de voet van die heerlijke vvoudr-euizen,
is van buitengewone schoonheid- en biedt
aian het einde een vergezicht „Heerlijckte
aanscouwen".
En wanneer wij langs -dien nieuwen weg,
die zoo natuurlijk is- aangelegd, dat het
schijnt als ware hij -er sinds jaren, komen
op het groote plein voor de begraafplaats,
dan vinden wijl 'dat ook daar „de mannet
jes vart den Baas" niet hebben gezeten.
Meer afgerond van vorm- is het voorplein
geworden en -bet „vtoenmaitje" dat in een
„onbewaakt" oo-genblik vlalk voor den fa-
gang van h-et Kerkhof -een „tot hier toe
(en niet verder" scheen te splreken, is
van vorm veranderd, die Koninklijke oprij
laan naar het Kerkhof verloopt niet meer
in -een bleekveld dat, a-i klinkt het wat
vreemd, inderdaad „de deur dicht deed".
Zoo heeft dan ook de Alkmaardier Hout
een doorbraak gekregen, alvorens stedelijke
doorbraak gereed is, en, zooals wijl bo
ven schreven; „zonder ingezonden stukken.
Maar beelemaal „zonder" dat gaqit toch
niet; -eene doorbraak zo-nder ingezonden
stukken, zou geen echte doorbraak zijn;
daarom zij aan -deze doorbraak de Hout,
at is biet dan ook „post factum" dlit
ingezonden stuk dankbaar gewijd. 0.
LEUKB 8NIJEOQNEN.
DEFTIG-DOEN.
Uit die spraakkunst van parvenu's:
'k Ben van avond) naar de
„B'ioschoop" geweest.
Kellner, brengt u mijl twee kops
„k o f j e"
'k H-eb 'n pracht van 'n huis: van de
zieke sjalon kom je mi de seune
s j e r r e
UIT HET DAGBOEK VAN EEN
KEUKENMEID.
7 Jullie.
1 ons ferme 'zette.
4 stuivers zeep 25 sent.
2 ons ziekabe.
1/2 ons poesgoedl
1 bakviseh.
1 roUlia.
1/2 pond griezelig meel-,
1 kop kappeseinders.
IN EN UITVAL VAN HET HBLD.
Vleiende waardeering. Een on
derwijzeres is ,in de kost bij boerenmen-
schen. De juffrouw so tliciteert eni de kost-
vrouw, in de hoop op het wélslagen der
sofficitatie, voegt de kostgangster toe, dlat
zij van plan is; ha haar vertrek, tweiekeun
(biggen) voor haar in de plaats te nemen.
En na een verbaasden Mik der betrok
kene:
„Omdiat Ik van da twee keuen meer kan
overhouden -dian, van u." (Historisch).
LANGS DEN WEG.
Gelezen voor een bioscoop:
„Die sleutel' naar het geluk", lengte 1200
meter.
Geen wonder dat er zoo- weinig geluk
kige menschen zijn.
MINISTERSTRAKTEMENTEN
De openbare onderwijzers te Valkenburg-
hadden verhoog ing gevraagdL
Een der wethouders verklaarde, -dat de
onderwijzers te Val-keinibung traktementen
als een minister -hebben. En hij vroegZou
den wij -de centen -dier arm-e belastingbe
talers aan de rijk-en geven?
De rijken hebben- geen verhoogi-ng ge
kregen. („Hsgz.")
EEN GIJNTJE.
Weet ge, dat het- Vertellen van- anec
dotes van overheidswegen zal worden be
vorderd?
We hebben tegenwoordig een Minis
ter van Gijin-, (O. d. S.)
S-CHILDWAC-HT BiETJE.
Ond-er al- de vexatoire maatregelen, diie
er in -het bezet gebied vam Noord-Brabant,
door die militaire au-torit-eitein genomen wor
den verhaalt de Msb. behoort ook
deze, dlat m-en 's avonds voortdurend wordt
ahrgèrö-êpen met' het bekende „afstappen",
als mie-n per fiets langs 's Hieerein straten
rijdt. Nu trof ik het eetiige weken ge
leden all zeer genadig. Den laats-ten po-st,
dien ik nog te passeereu liad, naderde ik,
toen plotseling iemand- mijn fietsstuur vast
greep en met een meisjesstem gebood af
te stappen. Ik voldeed aart het verlangen
van den schildwacht, dire mij zijn eteetrisch
1-antaarntj.a onder dien neus hield, terwijl tk
mijn fietslantaarn even deed bijlichten.
Maar nu zal een ieder mijn verbazing
be-grijipen als ik u zeg, dat Bietje, buurmans
dochter, hi-er de wacht hield. Zoodra zij1
zag, dat ik haar herkende-, zei ze me fle-e-
rmehd; och mijnheer u, moet het me ni-et-kwa
lijk nemen, maar mijn vrijer ging zoo graag
eens een glaasje bier drinken en nu heb
ik in zijne plaats de wacht maar betrok
ken. Ik moest haar er toch nog eens op
aanzien, toen zij daar stond fa dien langen
soldatenrok, die patroo-ntasschen aan en het
geweer bij den voet.
Dp mijn vraag, B-etje; ik mag toch, wel
doorfietscn, antwoordde- zij' met een mach
tigend hoofdknikken.
EENE GESCHIEDENIS VOL W's.
Wie weet waar weleer Wilhelmus Walter-
tius Wjj'nandus W-ilf woonde? Wilf woonde
wijd weg: want Wiezel- was Wiff's woon
plaats. Wilf was weFkelijk weinig wijs,
waarom WiWs wetenschap weerstond.
Wijl Wiilf wet wever wi'Jde wordien, werd
Wilf weldra weven Wilf weefde wonder
mooie witte vvoflen wantjes.
Wjlllhellmien Winketer was welgesteld
wasdbter. Wilh-ehnien wend weduwe. Won
derbaar! Wiiihellmien wascht-e wekelijks
Wiilf's wasdh-, Wulhel-mien Winkelier was
welgemanierd, welbespraakt, waainheidilie—
ven-d; weldadig; willig, wijl Wjöietmien wijs
was. Wilf vvensdhte w-eill Wj-lhe-lmiieii's w-o-
nimg. Wat wonder! Wilf willdle, wenschte,
waschte, werd wijfelachtig, werd wrevelig,
wanhoopte, weende.
Wat Wilf wenschte werd- werkellijiklieid.
Withetaina werd Wilhelmus Wijnandlus Wal
terntis Wilf's wijfje.
Wat Wilf Wijders wedervoer, willen wij
weemoedig wbergeven. Wefaag-e wittebroods
weken waren weggevlogen-! Wiiilf werd weer
spannig, wraakgierig, wreed-, WilheJimien
weeklaagde, werd wezenloos, 't Werd win
ter. W-ilhellmii-en, Wiilf's wederhelft, was
woedend weggevlogen. Werklieden- w-erden
weggezonden, welke Willheitaien wilden
weervinden. Wélke wenidli-ng! Wiéfaer werkte
Wilf welgemoed; want wijdvermaard! was
Wilf's werkhui-s.
Wijidlers weten wij weinig wetenswaar
digs. Weshalve we wetlicht wijb-ellijk, weige
ren weer te geven, wat we wijls- werden,
(Overgenomen uit de „Jonge Wacht")
HET NIEUWSTE NIEUWS.
„H-eb je 't al gehoord; Boissevain-heeft
„de Tel-egraaf" ge-koldht
„W-el, wat zal hij! daarvoor betaalïd heb
ben?"
„Nou; niet te veiel; net aife iied-er andier
m-enscbvijf centen".
BOONTJES.
Op -de New Yorksche -beurs dle-ed zich
van de week bet feit voor, dlat terwijl ge
heel Amerika zich met de dluiiikbootenquaes-
ti-e -bezighoudt, „zink"-waarden zéér vast
waren.
De fortuin lacht mij! toe; zegt men-wel
eens. Men passe dan op, want er bestaat
geen verraderlijker lach dan -dleze.
Hoeveel is een mensch waard-?
Een me-nscli en gouidi is allies.
Een mensch zonder goud is niets.
INGEZONDEN STUKKEN.
Mijnheer de Redacteur.
Beleefd vraag ik u nogmaals eenige
plaatsruimte om den heer P, Groen van
antwoord te dienen op zijn ingez. stuk
in het no. van Zaterdag 19 Febr. 1.11 Ik
keek eenigszins vreemd op, toen i-k dit
stuk las, hetwelk dan een „antwoord"
moest zijn -op mijn ingez. stukje van 5
Febr., aangezien ik niet beg-rijlp, welke aan
leiding -i-k in dat stukje beb gegeven, welke
een stuk als dat van den heer P, Groen
noodig maakte.
Mijn bedoeling was alleen, het werk der
z.g. „Commissie" en het negatieve resultaat
publiek te maken -en ik -heb niet de min
ste opzet gehad om -een schrijverij als dat
van den 'heer Gl -uit te lokken. En bij
nader inzien van mijn stukje kan het al
leen de opmerking over de „afdeeliing Oud-
carspel zijn, die dlan nog eenigszins aan
leiding tot „een antwoord" kon geven.
N:u echter de heer GL of liever het
Bestuur der PI. Klesvereenigin-g te Oudkar
spel -h-et noodig heeft geacht naar aan
leiding van m-ijn -stukje, eveneens op hare
manier aan mijn adres een stuk te plaat
sen, acht ik het niet overbodig hieTop in
te gaan.
Voor het grootste deel komt het schrij
ven van den -heer Oroen hierop neer, dat
het verlies van de par. Küesv. waarover
de schrijver zoo'n lyrische ontboezeming
geeft -eer een winst dan een verlies
zal zijn.
Als vurig voorstander van Wet Kath. Ver-
eenigingsieven hoop ik van harte, dat de
heer G'. hierin gelijk heeft, en met hem
verheug ik mij; -dat de pl. Kiesv. te Ouidi-
karspel reeds nu zooveel teekenen van blo-ei
geeft.
Maar dit resultaat bad evengoed bereikt
kunnen worden, wanneer de par. Kiesv.
was blijVen bestaan en de heeren, die
zich er nu voor hebben gespannen om
een krachtige pl. Kiesv. te krijgen, even
veel ijver hadden getoond, waar het de
afdeeling Oudkarspel van de par. Kiesv.
t betrof; 'dan- had het onderling-'verband niet
behoeven teworden verbroken,
i Het is niet waar, dat op die laatste ver
gadering der groote Kiesv. er maar een
„paar heeren" opstonden om „die oude
afgestorvene tot -het leven op te wekken'",
er was een niet' onbeduidende minderheid,
die zich tegen ontbinding uitsprak, zoo,
dat liiet vereischfe stemmental voor ontbin
ding niet werd bereikt.
De „paar heeren" door den heer G.
bedoeld;' zijn toen aan het werk gegaan met
nog iemand, die ik niet behoef te noe
men, hebben een Reglement samengesteld,
waarbij' het nieuwe Regl. van Oudkarspel
ter hand werd genomen en hebben het
zoo ingericht, dat -dieze Kiesv. zich direct
kon aansluitenhebben, zétfs met de verdere
werkzaamheden gewacht; totdat Oudkarspei
zich had uitgesproken. Op Oudkarspel was
immers ju-ist de hoop gevesti-gdi, zij- noem
de zich re-edts -een „afdeeling." Edoch, on
danks -die pogingen van, -dien niet-g-enoeimde
-derden man; wees Oudkaj-spél aaneensluiting
onverbiddelijk af. Die „Commissie" zag nu
het nuttolo-oze van verdere pogingen in,
maar vroeg zich verbaasd af, wat dat woord,
„Afdeeling" dan eigenlijk mo-est beteeke-
nen.
Het blijkt nu overduidelijk uit liet schrij
ven van den heer G., dm het de bedoe
ling van de Geest. Overheid, o-m het woord
„afdeeling" boven het Regï. te plaatsen, is
geweest om zoo-dra mogelijk weer tot aan
eensluiting te komen.
Oudkarspei- heeft echter die bedoeling
niet wMen begrijpen, evenmin, als het be
grijpt, het verschil van 3 afgescheiden ver-
eenigingen en één aaneengesloten parochiale
vereeniging.
Die h-eer O. zegt nu, dat samenwerken
volstrekt nie-t is uitgeslotenook ik heb
in mijn stukje hetzelfde gezegd, maar dit
is ook een gebiedende noodzakelijkheid in
onzen tijd en een weigering op dSt punt
van een of andere vereeniging, zou reedis
terstond die treurige gevolgen van de ont
binding scherp doen uitkomen.
Met mijn aansporing om zoo spoedig mo
gelijk te- Nd.- -en Zd-Scharwou-ie plaatsel.
k i e s ver een igi-ngen o-p te richten en te doen
aansluiten bij1 d-e Oentralé's, doelde ik al
leen o-p -deze plaatsen, waar toen no-g geen
kiesv. was opgerkht; dat Oudkarspel zich
reeds heeft aangesloten is zeker een verheu
gend feit. Eenzelfde bloei verhoop ik ook
in Nd.- en Zd-Scharw., maar de kroon was
zeker op het werk gezet wanneer deze 3
bloeiende „afdieelingen" in één sterken pa
rochial-en bond waren vereenigd.
Ik wil daarom niet eindigen, als de heer
G., waar hij alleen nut zi.et in een split
sing. Wiel ben ik het volkomen eens met
zijn wensdh, dat Nd.- en Zd.-Scharwoude
ook zoo mogen slagen ab Oudkasspeï, dl.
w.z. met het ledental; maar dlat bij hen d-e
gedachte moge voorzetten, dlat zoo spoedig
mogelijk getracht moet worden de afdee-
lingen parochiaal aaneen te binden en dat
ook te Oudkarspél binnen niet al te lan
gen tijd zal gestreefd worden tot het ver
krijgen van een nieuwe, krachtige paro
chiale Kiesvereenigin-g.
U mijnheer de Redacteur, dankend voor
de v-erl-eendte plaatsruimte.
Hoogachtend,
JAC. OfOEN, Az.
Zuid-Sch-a r woude, 20 Febr. 1916.
(Bij gebrek aan ruimte moest de plaat
sing- van- -dat ingezondlen stuk ee-nige malen
worden -u-itgestéld. Red-. O, B.)
PLAATSELIJK NIEUWS.
WARMENHUIZEN.
Uitsla-g aanbesteding. Die Tuin-
bouwvereettiging „De Noord": die leve
ring van 500 witte aardappelmanden en 130
rotting- of witte koolmanden, uibeulSjk 15
Mei: D. Vooij-s te Broek op Langendijk
aardappelmanden f 0.395, witte koolmanden
f 0.5-8c. Biruin te H-ard/inxveld aardappel
manden f 0.44, witte- koolmanden f0.49;
P. Pastoor te Warmenhuizen- aardappelman
den f0.39, rotting koo-lmanidien fl.75; Dl
Wieener te En-schede wel manden gezon
den maar geen prijizen; Gebr. Engel te
Broek op Langendijk aardappelmanden
f 0.415, witte koolmanden f 0.625, rotting
koolmanden fl.75; gegund aan Gebr. Engel
CASTRICUAL
Uitslag aanbesteding. De comm.
vain bestuur over het provinciaal geneesk.
gesticht „Duin -en- Bosch": het maken van
een« rioleering met tank nabij1- den Bakku-
merweg op toet prov. gesticht.
Laagste insdhrijVe-r G. Schram te Be
verwijk f5149, opvolger J. d-e Nijs te-
Castricum f 5150.
KROMMENIE.
Bi -e 1 o o n i m g e nDe da.dter van den in
braak in toet kantoor dier N. V;. „De Ver-
eenigde blikfabrieken" (Fabriek voorheen
Venn-. Verwer), in den nacht van Zondag
13 Febr. -gepleegd, is nog steedis niet ont
dekt.
De directie looft nu een belöoning uit
van f 100 aan toen die aanwijzingen geeft,
welke tot ontdekking van den da-der zulten
leiden.
Ook looft die directie een befooning' van
f 50 uit aanhem, idie- aanwiijbt -dengene, die
in dan nacht van Zondag 20 Februari 11
in het kantoor der V-an/nootsChap aan het
Padlaan (fabriek vooiheen Woud ea Schaap
een ruit ingooide.
DE RIJP.
Woensdagavond had in de zaal van dein
heer A. Blokdijk voor het eerst eene feest®.