en. ld Hz, iwers! i ank; 3RING-. pHOENENJ te Alkmaar, i-Magazijn -Corsetten. ?s, TWEEDE BLAD. j' ALKMAAR,I ze in alle soorten! ?oede PAILLETZIJDE,I MIENT 1. imbock, tegen door| Boord-Hollasd"" Zaterdag 4 Maart 1916. Ho-26 Misgebedenv 6-12 Haart. Do Liturgie der dooden. Van ease nieuwe doorbraak. ocLSt©-r. Ons Blad an coupons, ellgste valuta afgerekend! NOUVEAUTÉS. SIDONIUS DE JONG. ;hij°nkleuren, f 1,40 p. el aanbevelend, Istoffen De Kunstmest] ngen op Super, Chili cnl de levering van de reed! heden gepaard. Gelukkia kunstmest leveren, docll vachten. Bestel daaron| |>losbaar phosphorzuur plosbare kali. ;/o phosphorzuur. AMMONIAK 20°/| £w. Ammoniak ni Chili ingewend worden, conditiën. |5 Nov. 1904. N. KONIJN, Dijk, Alkma^| JURBIER Az„ Kassier- sa-Msgssjj aea. le ering yijsTEKSi Bases 1 (Deze lijst is samengesteld volgens den Kalender van het Bisdom Haarlem.) N.B. I vóór het cijfer beteekent: eerste uitgave; II beteekent: tweede uitgave van het Misboek van Baarda (Dessain). Kerkwijding vóór de Hoogmis 34. Onveranderlijk gedeelte der Misge- heden blz. 35 en volgn. ZONDAO, 5 Maart. Zondag Quinqua gesima (Tijdeigen) Credit g. Gloria. 3e coffl. °A ounctis" 63; 3e collecte: naar keuze van den priester. Prefatie van die H'. Drie- eenheid. MAANDAG, 6 Maart. H.H. Perpetua en Felicitas, mart. (Eigen, der Heiligen, 6 Mrfe.) DINSDAG, 7 Maart. 'Hl Thomas v. Aquino, Kerkleeraar, (Eigen éér Heiligen, 7 Maart). WOENSDAG, 8 Maart. Aschtwoensdiag. Wijding en uiitde-eling der asch,. Misgele den. Tijdeigen. 2e collecte: v. dl HL Jo annes de Deo (Eigen dier Heiligen 8 Mrt.), geen Gloria era Credo. Rraefatiie v. 4 Vasten DONDERDAG, 9 Maart. Hl Francisca Romano, weduwe. (Eigen dier Heiligen, 9 Maart) (wit). 2e collectie: v. dl. Diomdier- dag na Aschdlag en taaiste Evangelie, óf Mis van Donderdag na Aschdag. (Tijd eigen) (paars). VRIJDAG, 10 Maart. H.H. 40 Marte laren. (Eigen der Heiigen 10 Maarl) roiodl. 2e collecte: van Vrijdag na Aschidlag en laatste Evangelie. 3e oofflecte „A cunctis" 63. óf Mis van Vrijdag na Asctodlag, (paars) Tijdeigen. ZATERDAG, 11 Maart. Mis van Zaterdag na Asohdag, (paars) Tijdeigen. 2e collecte „A cunctis" 63. 3e collecte: „O,mndipotens" 64, 4e collecte: v. d. Paus 62, geen Gloria en Credo. ZONDAG, 12 Maart. Ie Zondag v. dl. Vasten. (Tijdeigen). 2e collecte: v. dl. Hl Gregorius (Eigen der Heiligen 12 Maart) geen Gfaria. Credo. Praefatie v. dl Vasten. N.B. In alle H.H. Missen de gebeden ooilecte, stilgebed', Postoommunio uit de Mis „Voor dien Vrede-". Zooais gemold behandeWe d;e WplIEerw. Heer Wi. L. van Adriohiem fai het tweede deel zijner lies de Itungiie dier doodem. De ongiéloo-vige troost zacto hij: het graf van zijn dierbare met een kunstige sa menstel van woorden; de gietoovige troost zich met de woorden van Christus: „Die in Mij gelooft, ook al ware hij gestorven, zal -leven." t-n dien geest dier .liturgie beschouwd is de ouide geest beter dlan de tegenwoordige van rouiw. Die oude geest was -een geest van vreugde, de opsahriften: boven degra- ven der catacomben wijten dlit uit. Het is een gebruik helaas in de steden niet meer in zwang dat het lijk wordt overgebracht naar die kerk. Eereaan j degenen, die hun best doen; dat gebruik te herstellen. -Dia getijden, de Metten en die Lauden zijn alleen nog maar bij priesters in ge bruik gebleven. Van de Introïtus -der Mis van Re quiem zijn de eerste woorden: „Requiem aeternam..-,,.." „De eeuwige -rust geef ze haar, Heer, -en dat het eeuwige licht haar verlichte." „Rust en licht" vraagt da Kerk dlus. Rust voor den merasdh; die iin dilt leven geen rust kan vinden; liciht wijil Christu-s het Licht dier wereld wordit geheeten. In het Epistel spreekt de Kerk haren kinderen bemoedigend toe: „Broeders, wij -willen niet, dat gij onwetend zijt aangaande de ontslapenen, op-dlat gij u niet bedroefd, gelijk de overigen (de -heidenen) die geen hoop hebben-". En in het Evangelie leert de Kerk ons uit -de woorden van Jezus tot Martha: „-Ik ben de verrijzenis en het leven, die in Mij- gelooft, ail is- hij gestorven, zal leven; en a-llwie leeft ea m Mjji gelooft, zal niet sterven in eeuwig heid", diat voor den ch-ris-tem de diood slechts een slaap is. in de S. e q u e tii t i- a, het werk van een Franciscaner dichter der 13e eeuw, wordt reeds de gansche wereld tem oordeel ge roepen; „Dies irae, dies illa" „Dag van gramschap, dag des Heeren". De Absolutie is geïnspireerd door de gedachten van hoop- -en vrees-. Ondier bet zingen vhn de volgende troostende gebeden iwordt -het lijk grafwaarts gedragen„lm paradiis-um -de-dlucant te Angel®.„Ten Pa- rad-ijfea geleiden w die Engelen." Zacharias' lo-fzang bijt d-e geboorte-van rijn zoon Johannes wordt aangeheven: „Ge zegend de Heer, -de God vam Israël dat Hij zijn volk bezocht -en het verlossing ge- Dacht heeit." Kapelaan v. Adriohiem -droeg hierna heer- Ijk voor de Psalm „De pro-furadis" zoo- al-s ze vertaald is -dioor Guiido- Geze-le. Zoo geeft de Kerk dlus hier hare,schoon ste gebeden. Laten wij! trachten in haren geest de dioodenvereeniiging te houden. Z.Eervv. wijst hier op het verschil in naam tusschicm bet ko-uide „begraafplaats" en „kerkhof" of „do-odenakker". „Kerkhof", hof van de Kerk, waar aan stonds geoogst zal- worden; hof dit. tuin van d-e Kerk, waar ze zaait indroefheid maar in vreugde o-ogs-t. „Doodenakker", hier zaait die Kerk het vfeeschelïjk lichaam waaruit eens he t geeste lijk -lichaam zat Opstaan. Tot de grafopschriften ko-memd wijst spr. op de önjuisthieiidl in „Hier is begraven de heerimmers „de heer" bestaat niet meer. Neen, dan spreken meer in al' hare eenvoud die moniogram-niien dier catacomben het Kruis, het toeken bij1 uitstek voorden christen; het A nk er, zinnebeeld dier hoop; de Dluif, het symbool van die christen, ziek -los era vriji van h-aar lichamelijk omh-ull- sell; -enz. -enz. ,;Mog© hij' in GSod -leven" „Hij leve eeuwig" „O öod- verkwik zijne ziel!' -e.d. zeggen meer -dlan die moderne, die totaal zinledige opschriften. Zoo aan het -einde van dlan l-iturgischen cursus gekomen, dankte de- leider het Be stuur der K. S. A, voor het initiatief, die trouwe hoorders voor hunne op-ko-mst en hij' hoopte; dat dleze lessen belangstelling en Liefde zouden wekken voo-r dteiy «ere dienst. Leef met de Kerk mede, 1-eef mede met Ih-are vreugde en droefheid), wamt wij1 allen zijn geroepen een-s mee te doen aan de bem-elsche liturgie; -raten wij dus fa- ons leven- -eene repetitie houd-en o-m later in het hemelsch koor te worden, opge nomen. Mr. Leesberg, voorz. van het PL C. v. K. S-. A., dankte dien Wel Eer w. Heer v. A-drichem voor het houden- van -dezen cursus, waarvan de waarde boven allen lof is verbeven. Deze lessen hebben 'een stoffelijk nut maar hooger no-g is hare innerlijke waarde. Die dank, diie dus moet worden gebracht voor wat Z.Eerw. gegeven heeft in deze lessen, zal dlanook een gees telijke moeten zijn. (Applaus). Vervolgens werd een Mis-boek volgens den Ritus -dier Dominicanen verloot, toe vallig vief het ook -een parochiaan- van St. Dotminicus ten. deel. -Een boekje, houdende: „Die Liturg-ie der Overledenen" i-s zoo deellde de Eer waarde lei-der mede evenals het Sacramentsboekje in dien boekhan del verkrijgbaar ad 12Va ct. (Uitgave Abdij Keizersberg) Van-wege de K- Si. A. wer den Vliegende blaadjes: „Waaro-m Litur gisch bidden" verspreid. Medegedeeld werd; dat in d-e- week tussch-en Passie, en Palmzondag i n d-e St. L a ur emtiiius k erk -eene con ferentie zal wonden gehouden over do Liturgie der Goede W-eek, opdat de genen; die die oefeningen in die dagen- niet kunnen bijwonen, in den geest tegenwoor dig zijln. ir (Zonder .Ingezonden stukken"). Als 't buiten wi-ret-ert, dan trekken die m-annen van „Baas Hoek", bruin gepi- lo-wd, ri-euswarmertje in de mond; met bijl en hakmes- gewapend die Hout in. -En in de lanen, -en Haantjes, waarin zij, 's zomers in statige, rustige hioudfag „kant jes afsteken" of harken; plechtig 'en fa harmonie met -de stille omgeving, dla-ar trek ken zij ze nu in met forsdhen tred en dra dringt het klinkend- gelulid van de bijl tik-takkend door de stilte van het woud in ruste. Dan- strijken zij neer de stam metjes van het onderhoud, door het wijls besluit der Plantsoen-Commissie aangewe zen voor „de jaarlijksdh-e houthak", tot algemeen vermaak eni nuttige uitspanning van de in ristjes van vier of vijf rondwan delende renteniers van buiten, die dagelijks miet hunne „ik-heb-jdie-tij-dl-aan-me-eigen" stap, vóór de koffie plichtmatig hunne rondgang houden. I Als de heeren er genoeg van hebben en naar de groote Laan trekken, om die trots van ons volk, de ruggesteun van ons on afhankelijk volksbestaan, te zien „afexer- s-eeren", dan- komen nieuwsgierige meesjes neerstrijken, op de- neergevelde stammetjes en 't gaa-t er, zooals Gezele zong,,-tak-op, tak-af, ta-k-uit, tak-fa, tak-om", als konden zij maar niet begrijpen, waarom de stam metjes, die recht o-p moestem staan; zoo smadelijk moesten sneven. Als 't buiten wintert, its bef mooi in onze Hiout, als wij langs de Maidertooze- boom,en door zijne lanen wandalen en „de mannetjes van Baas Hoek" er bedrijviger zijn dan ooit. En als er dlan hoornen vat-, len, dan zijn wij niet meer zoo bang alls een jaar of wat geleden, want wijl weten Ibij ondervinding, dat Paul Kruger's woord ook op de Alkraaarsche fcfout van toe passing is: „Ailes zal reoh- kom." ,De „bruin-gepiiowdan," hebban in die laatste jaren ons heel wat verrassingen be reid. Prachibcoroen, waarvan met recht gezegd mocht worden; -dat men „door het bos'Ch de hoornen niet kon zien" zijn „vrij- giehakt" erc zijn nu de trots van onze H,out. Maar er waren er zoo-velen, dat ze niet allen in eens- te voorschijn kond-en worden gebracht en menig wandelaar fa de -Hout, heeft -erweöicht nooit erg in gehad, idat wij' .in de nabijheid van onze mooie Begraafplaats; eens genoemd „de aantrekkelijkheid voor vreemdelingen-", eene verzameling praeh-t-beuken, rijk waren, op wier -bezit vorstelijke parken naijverig zou den zijn; en wier schoonheid als verborgen was -door -het diichtgeplante o-nderhout. Maar het spiedend oog dat zoekt naar mooi, wis-t ze te vinden- en voor -die mooie beuken is- nu- ook hun -eere-idag aangebro ken. Niief ver van -d-e Begraafplaats, aia-n de linkerzijde van den Westerweg ko-mend; van de stad, heeft eenie doorbraak plaa-ts gehad en is de Hout een nieuwe boschweg rijker geworden, zoo moo-i, als- wij er noig geen hadden. Die nieuwe Laan, siïïinge-renid langs -de voet van die heerlijke vvoudr-euizen, is van buitengewone schoonheid- en biedt aian het einde een vergezicht „Heerlijckte aanscouwen". En wanneer wij langs -dien nieuwen weg, die zoo natuurlijk is- aangelegd, dat het schijnt als ware hij -er sinds jaren, komen op het groote plein voor de begraafplaats, dan vinden wijl 'dat ook daar „de mannet jes vart den Baas" niet hebben gezeten. Meer afgerond van vorm- is het voorplein geworden en -bet „vtoenmaitje" dat in een „onbewaakt" oo-genblik vlalk voor den fa- gang van h-et Kerkhof -een „tot hier toe (en niet verder" scheen te splreken, is van vorm veranderd, die Koninklijke oprij laan naar het Kerkhof verloopt niet meer in -een bleekveld dat, a-i klinkt het wat vreemd, inderdaad „de deur dicht deed". Zoo heeft dan ook de Alkmaardier Hout een doorbraak gekregen, alvorens stedelijke doorbraak gereed is, en, zooals wijl bo ven schreven; „zonder ingezonden stukken. Maar beelemaal „zonder" dat gaqit toch niet; -eene doorbraak zo-nder ingezonden stukken, zou geen echte doorbraak zijn; daarom zij aan -deze doorbraak de Hout, at is biet dan ook „post factum" dlit ingezonden stuk dankbaar gewijd. 0. LEUKB 8NIJEOQNEN. DEFTIG-DOEN. Uit die spraakkunst van parvenu's: 'k Ben van avond) naar de „B'ioschoop" geweest. Kellner, brengt u mijl twee kops „k o f j e" 'k H-eb 'n pracht van 'n huis: van de zieke sjalon kom je mi de seune s j e r r e UIT HET DAGBOEK VAN EEN KEUKENMEID. 7 Jullie. 1 ons ferme 'zette. 4 stuivers zeep 25 sent. 2 ons ziekabe. 1/2 ons poesgoedl 1 bakviseh. 1 roUlia. 1/2 pond griezelig meel-, 1 kop kappeseinders. IN EN UITVAL VAN HET HBLD. Vleiende waardeering. Een on derwijzeres is ,in de kost bij boerenmen- schen. De juffrouw so tliciteert eni de kost- vrouw, in de hoop op het wélslagen der sofficitatie, voegt de kostgangster toe, dlat zij van plan is; ha haar vertrek, tweiekeun (biggen) voor haar in de plaats te nemen. En na een verbaasden Mik der betrok kene: „Omdiat Ik van da twee keuen meer kan overhouden -dian, van u." (Historisch). LANGS DEN WEG. Gelezen voor een bioscoop: „Die sleutel' naar het geluk", lengte 1200 meter. Geen wonder dat er zoo- weinig geluk kige menschen zijn. MINISTERSTRAKTEMENTEN De openbare onderwijzers te Valkenburg- hadden verhoog ing gevraagdL Een der wethouders verklaarde, -dat de onderwijzers te Val-keinibung traktementen als een minister -hebben. En hij vroegZou den wij -de centen -dier arm-e belastingbe talers aan de rijk-en geven? De rijken hebben- geen verhoogi-ng ge kregen. („Hsgz.") EEN GIJNTJE. Weet ge, dat het- Vertellen van- anec dotes van overheidswegen zal worden be vorderd? We hebben tegenwoordig een Minis ter van Gijin-, (O. d. S.) S-CHILDWAC-HT BiETJE. Ond-er al- de vexatoire maatregelen, diie er in -het bezet gebied vam Noord-Brabant, door die militaire au-torit-eitein genomen wor den verhaalt de Msb. behoort ook deze, dlat m-en 's avonds voortdurend wordt ahrgèrö-êpen met' het bekende „afstappen", als mie-n per fiets langs 's Hieerein straten rijdt. Nu trof ik het eetiige weken ge leden all zeer genadig. Den laats-ten po-st, dien ik nog te passeereu liad, naderde ik, toen plotseling iemand- mijn fietsstuur vast greep en met een meisjesstem gebood af te stappen. Ik voldeed aart het verlangen van den schildwacht, dire mij zijn eteetrisch 1-antaarntj.a onder dien neus hield, terwijl tk mijn fietslantaarn even deed bijlichten. Maar nu zal een ieder mijn verbazing be-grijipen als ik u zeg, dat Bietje, buurmans dochter, hi-er de wacht hield. Zoodra zij1 zag, dat ik haar herkende-, zei ze me fle-e- rmehd; och mijnheer u, moet het me ni-et-kwa lijk nemen, maar mijn vrijer ging zoo graag eens een glaasje bier drinken en nu heb ik in zijne plaats de wacht maar betrok ken. Ik moest haar er toch nog eens op aanzien, toen zij daar stond fa dien langen soldatenrok, die patroo-ntasschen aan en het geweer bij den voet. Dp mijn vraag, B-etje; ik mag toch, wel doorfietscn, antwoordde- zij' met een mach tigend hoofdknikken. EENE GESCHIEDENIS VOL W's. Wie weet waar weleer Wilhelmus Walter- tius Wjj'nandus W-ilf woonde? Wilf woonde wijd weg: want Wiezel- was Wiff's woon plaats. Wilf was weFkelijk weinig wijs, waarom WiWs wetenschap weerstond. Wijl Wiilf wet wever wi'Jde wordien, werd Wilf weldra weven Wilf weefde wonder mooie witte vvoflen wantjes. Wjlllhellmien Winketer was welgesteld wasdbter. Wilh-ehnien wend weduwe. Won derbaar! Wiiihellmien wascht-e wekelijks Wiilf's wasdh-, Wulhel-mien Winkelier was welgemanierd, welbespraakt, waainheidilie— ven-d; weldadig; willig, wijl Wjöietmien wijs was. Wilf vvensdhte w-eill Wj-lhe-lmiieii's w-o- nimg. Wat wonder! Wilf willdle, wenschte, waschte, werd wijfelachtig, werd wrevelig, wanhoopte, weende. Wat Wilf wenschte werd- werkellijiklieid. Withetaina werd Wilhelmus Wijnandlus Wal terntis Wilf's wijfje. Wat Wilf Wijders wedervoer, willen wij weemoedig wbergeven. Wefaag-e wittebroods weken waren weggevlogen-! Wiiilf werd weer spannig, wraakgierig, wreed-, WilheJimien weeklaagde, werd wezenloos, 't Werd win ter. W-ilhellmii-en, Wiilf's wederhelft, was woedend weggevlogen. Werklieden- w-erden weggezonden, welke Willheitaien wilden weervinden. Wélke wenidli-ng! Wiéfaer werkte Wilf welgemoed; want wijdvermaard! was Wilf's werkhui-s. Wijidlers weten wij weinig wetenswaar digs. Weshalve we wetlicht wijb-ellijk, weige ren weer te geven, wat we wijls- werden, (Overgenomen uit de „Jonge Wacht") HET NIEUWSTE NIEUWS. „H-eb je 't al gehoord; Boissevain-heeft „de Tel-egraaf" ge-koldht „W-el, wat zal hij! daarvoor betaalïd heb ben?" „Nou; niet te veiel; net aife iied-er andier m-enscbvijf centen". BOONTJES. Op -de New Yorksche -beurs dle-ed zich van de week bet feit voor, dlat terwijl ge heel Amerika zich met de dluiiikbootenquaes- ti-e -bezighoudt, „zink"-waarden zéér vast waren. De fortuin lacht mij! toe; zegt men-wel eens. Men passe dan op, want er bestaat geen verraderlijker lach dan -dleze. Hoeveel is een mensch waard-? Een me-nscli en gouidi is allies. Een mensch zonder goud is niets. INGEZONDEN STUKKEN. Mijnheer de Redacteur. Beleefd vraag ik u nogmaals eenige plaatsruimte om den heer P, Groen van antwoord te dienen op zijn ingez. stuk in het no. van Zaterdag 19 Febr. 1.11 Ik keek eenigszins vreemd op, toen i-k dit stuk las, hetwelk dan een „antwoord" moest zijn -op mijn ingez. stukje van 5 Febr., aangezien ik niet beg-rijlp, welke aan leiding -i-k in dat stukje beb gegeven, welke een stuk als dat van den heer P, Groen noodig maakte. Mijn bedoeling was alleen, het werk der z.g. „Commissie" en het negatieve resultaat publiek te maken -en ik -heb niet de min ste opzet gehad om -een schrijverij als dat van den 'heer Gl -uit te lokken. En bij nader inzien van mijn stukje kan het al leen de opmerking over de „afdeeliing Oud- carspel zijn, die dlan nog eenigszins aan leiding tot „een antwoord" kon geven. N:u echter de heer GL of liever het Bestuur der PI. Klesvereenigin-g te Oudkar spel -h-et noodig heeft geacht naar aan leiding van m-ijn -stukje, eveneens op hare manier aan mijn adres een stuk te plaat sen, acht ik het niet overbodig hieTop in te gaan. Voor het grootste deel komt het schrij ven van den -heer Oroen hierop neer, dat het verlies van de par. Küesv. waarover de schrijver zoo'n lyrische ontboezeming geeft -eer een winst dan een verlies zal zijn. Als vurig voorstander van Wet Kath. Ver- eenigingsieven hoop ik van harte, dat de heer G'. hierin gelijk heeft, en met hem verheug ik mij; -dat de pl. Kiesv. te Ouidi- karspel reeds nu zooveel teekenen van blo-ei geeft. Maar dit resultaat bad evengoed bereikt kunnen worden, wanneer de par. Kiesv. was blijVen bestaan en de heeren, die zich er nu voor hebben gespannen om een krachtige pl. Kiesv. te krijgen, even veel ijver hadden getoond, waar het de afdeeling Oudkarspel van de par. Kiesv. t betrof; 'dan- had het onderling-'verband niet behoeven teworden verbroken, i Het is niet waar, dat op die laatste ver gadering der groote Kiesv. er maar een „paar heeren" opstonden om „die oude afgestorvene tot -het leven op te wekken'", er was een niet' onbeduidende minderheid, die zich tegen ontbinding uitsprak, zoo, dat liiet vereischfe stemmental voor ontbin ding niet werd bereikt. De „paar heeren" door den heer G. bedoeld;' zijn toen aan het werk gegaan met nog iemand, die ik niet behoef te noe men, hebben een Reglement samengesteld, waarbij' het nieuwe Regl. van Oudkarspel ter hand werd genomen en hebben het zoo ingericht, dat -dieze Kiesv. zich direct kon aansluitenhebben, zétfs met de verdere werkzaamheden gewacht; totdat Oudkarspei zich had uitgesproken. Op Oudkarspel was immers ju-ist de hoop gevesti-gdi, zij- noem de zich re-edts -een „afdeeling." Edoch, on danks -die pogingen van, -dien niet-g-enoeimde -derden man; wees Oudkaj-spél aaneensluiting onverbiddelijk af. Die „Commissie" zag nu het nuttolo-oze van verdere pogingen in, maar vroeg zich verbaasd af, wat dat woord, „Afdeeling" dan eigenlijk mo-est beteeke- nen. Het blijkt nu overduidelijk uit liet schrij ven van den heer G., dm het de bedoe ling van de Geest. Overheid, o-m het woord „afdeeling" boven het Regï. te plaatsen, is geweest om zoo-dra mogelijk weer tot aan eensluiting te komen. Oudkarspei- heeft echter die bedoeling niet wMen begrijpen, evenmin, als het be grijpt, het verschil van 3 afgescheiden ver- eenigingen en één aaneengesloten parochiale vereeniging. Die h-eer O. zegt nu, dat samenwerken volstrekt nie-t is uitgeslotenook ik heb in mijn stukje hetzelfde gezegd, maar dit is ook een gebiedende noodzakelijkheid in onzen tijd en een weigering op dSt punt van een of andere vereeniging, zou reedis terstond die treurige gevolgen van de ont binding scherp doen uitkomen. Met mijn aansporing om zoo spoedig mo gelijk te- Nd.- -en Zd-Scharwou-ie plaatsel. k i e s ver een igi-ngen o-p te richten en te doen aansluiten bij1 d-e Oentralé's, doelde ik al leen o-p -deze plaatsen, waar toen no-g geen kiesv. was opgerkht; dat Oudkarspel zich reeds heeft aangesloten is zeker een verheu gend feit. Eenzelfde bloei verhoop ik ook in Nd.- en Zd-Scharw., maar de kroon was zeker op het werk gezet wanneer deze 3 bloeiende „afdieelingen" in één sterken pa rochial-en bond waren vereenigd. Ik wil daarom niet eindigen, als de heer G., waar hij alleen nut zi.et in een split sing. Wiel ben ik het volkomen eens met zijn wensdh, dat Nd.- en Zd.-Scharwoude ook zoo mogen slagen ab Oudkasspeï, dl. w.z. met het ledental; maar dlat bij hen d-e gedachte moge voorzetten, dlat zoo spoedig mogelijk getracht moet worden de afdee- lingen parochiaal aaneen te binden en dat ook te Oudkarspél binnen niet al te lan gen tijd zal gestreefd worden tot het ver krijgen van een nieuwe, krachtige paro chiale Kiesvereenigin-g. U mijnheer de Redacteur, dankend voor de v-erl-eendte plaatsruimte. Hoogachtend, JAC. OfOEN, Az. Zuid-Sch-a r woude, 20 Febr. 1916. (Bij gebrek aan ruimte moest de plaat sing- van- -dat ingezondlen stuk ee-nige malen worden -u-itgestéld. Red-. O, B.) PLAATSELIJK NIEUWS. WARMENHUIZEN. Uitsla-g aanbesteding. Die Tuin- bouwvereettiging „De Noord": die leve ring van 500 witte aardappelmanden en 130 rotting- of witte koolmanden, uibeulSjk 15 Mei: D. Vooij-s te Broek op Langendijk aardappelmanden f 0.395, witte koolmanden f 0.5-8c. Biruin te H-ard/inxveld aardappel manden f 0.44, witte- koolmanden f0.49; P. Pastoor te Warmenhuizen- aardappelman den f0.39, rotting koo-lmanidien fl.75; Dl Wieener te En-schede wel manden gezon den maar geen prijizen; Gebr. Engel te Broek op Langendijk aardappelmanden f 0.415, witte koolmanden f 0.625, rotting koolmanden fl.75; gegund aan Gebr. Engel CASTRICUAL Uitslag aanbesteding. De comm. vain bestuur over het provinciaal geneesk. gesticht „Duin -en- Bosch": het maken van een« rioleering met tank nabij1- den Bakku- merweg op toet prov. gesticht. Laagste insdhrijVe-r G. Schram te Be verwijk f5149, opvolger J. d-e Nijs te- Castricum f 5150. KROMMENIE. Bi -e 1 o o n i m g e nDe da.dter van den in braak in toet kantoor dier N. V;. „De Ver- eenigde blikfabrieken" (Fabriek voorheen Venn-. Verwer), in den nacht van Zondag 13 Febr. -gepleegd, is nog steedis niet ont dekt. De directie looft nu een belöoning uit van f 100 aan toen die aanwijzingen geeft, welke tot ontdekking van den da-der zulten leiden. Ook looft die directie een befooning' van f 50 uit aanhem, idie- aanwiijbt -dengene, die in dan nacht van Zondag 20 Februari 11 in het kantoor der V-an/nootsChap aan het Padlaan (fabriek vooiheen Woud ea Schaap een ruit ingooide. DE RIJP. Woensdagavond had in de zaal van dein heer A. Blokdijk voor het eerst eene feest®.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1916 | | pagina 5