Tabak van J. B. lenss 10e Jaargang No. 81 Zaterdag 15 Juli 1916. TALifA Zijn Engelsche vrouw i ft LÖMMSN REÏ DIT BLAD VERSCHIJNT DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „ONS BLAD" ALKMAAR. Bar.: BREEDSTRAAT 12. Telefoon No. 433. ONS ABONNEMENTSPRIJS Per kwartaal franco huis. 90 ct- Met geilt. Zondagsblad 125 ct. bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers: van de courant 3 ct. van het Zondagsblad 5 ct. ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels50 ct. Elke regel meer,10 ct. Reclames per regel25 ct. Kleine adv.: 30 woorden bij vooruitbet. 30 ct. Een dapper, doch vooral een verstandig strijder voor onze goede beginselen en voor onze goede belangen is van ons héén- gegaan; en, gelijlk altoos, eerst nu bij het scheiden gevoelen wij met fierheid, welk een man wiji in oud-minister Tatma bezaten; eerst nu gevoelen wij met weemoed, vvèik een man wij voor allen tijd in hem zulten missen. Tragisch was zijn verscheiden. Terwijl de kamp om Talma's hoofdwerk nog niet is geluwd, wordt hij zelf afgelost. Toch is zijn arbeid in geenen deelle vruchteloos geweest .Lang nog zat zijn goede geest een bezieling zijn van .onze groote sociale beweging. Van Taltoia kan niet gezegd wordlen, dat hij; toen de hooige plaats der eere was ingenomen, en ook nadien, den kring vengat, waarin hij vroeger met liefde heeft gearbeid. Integendeel Trouw was de karaktertrek van dezen groote onder ons. Arbeiden om Gods wille, ondanks teleurstelling en miskenning. En daarom, zijn arbeid is niet ijdel ge weest In de sociale beweging zal inen Talma bijna niet kunnen missen. Den man,-die gezag had. en wiens adviezen zoo gaarne werden gevolgd. Alle bladlen van welke richting ook zij brengen hulde aan den persoon van Talma, aan zijn krachtig lieven en streven, In de volfe kracht des levens, zoo ge denkt hem „H|et Centrum", als de beide Rjegouts, die met hem deel uitmaakten van het ministerie-Heemskerk, is ds. Talma heengegaan. Zijn. verscheiden is al even tragisch, als dat zijner vooumqlige ambt- genoioten, Werd van hen voor de. Rechter zijde en de nationale zaak nog' veel, nog héél veel verwacht, niet minder van hem. Hij was een man- van buitengewone qua- iiteilen, als geschapen voor den. strijd in de 'hfena van het staatkundige leven. Eenigermate deed hij1 idoor zijn forsdhe verschijning, de onversaagdheid van zijn optreden, de breedé opvaltendie piliaats, die hij ter Rechterzijde innam, aan Schaepntan denken. En zijns was ook een groote veelzijdigheid van kennen, kunnen ein weten, «en bewonderenswaardige slagvaardigheid, imponeerende werkkracht, tneesleepende welsprekendheid. Ook van hem kon wor den getujgd, dlat hij versierde en op hoo- ger plan bracht, al wat hij aanroerde,. Hij was een dier figuren, die- vèr uitste ken boven hun omgeving, en tegen wie pariijigenooten en vrienden met vertrouwen, tegenstanders pret beduchtheid, maar allen te zamen met gewilde of ongewilde rvaar- deering en erkenning zijher superioriteit v opzien En in het „HMdL" schrijft een mede werker: Nu ligt die fiere, krachtige gestalte op lief doodsbed1 gestrekt W,at was het een vreugde, Talma fe zien in de volle kracht van den maranelijken leeftijd! In het openbaar altijd monter, altijd opgewekt, een groóte forsehe figuur, wien het was aan te zien, dat hij genóót van i het rijke leven in het midden van- zijn jaren is hij geveld,... Duizenden onzer landgenooten hebben deze week dagelijks met apgst de krant opgenomen om te zien, hoe het met hem stond, duizenden zijn met hun gedladhten aan zijn sponde geweest. Want Talkna was FEUILLETON. door Rudolf Stratz. een man, die. de sympathieën van zijn medestanders wist te wekken em vast te houden. En het vertrouwen, In de, anti revolutionaire partij was er zeker geen, na dr. Kuyper, zoo 'geliefd; maar welke anti revolutionair tegen dir. Kuyper bezwaren mocht hebben en grieven, tegen Talma had men dlie niet. En de mannen van Patrimo nium, die, Gereformeerden de mcesten, in de kerk van de ethische richting, waartoe hij behoorde, niets moeten hebben, droegen hun socialen voorman op die handen. Hij' was een moedig man. Zelfs' „Hlet Volk", dat voor eenigen tijd zoo minderwaardig, zoo kakbaar zich uit liet over den gevallen strijder in ons kamp, zelfs „Het Volk" weet Taftna bij zijn tra gisch verscheiden te betreuren: Aan het graf van dezen man staan de strijdiers van de moderne arbeidersbewe ging, die zoo vaak en zoo fel met hem heb ben gestreden, en gedenken niet alleen zijn groote gaven, maar ook zijn sterke sym pathie met hun klasse. Want diit was het karakteristieke van Talma; dlat hem onder scheidde van 'bijna alle buigedüjke her vormers: hij zag met vreugde de ontwa king tot zelfstandig gevoelen, denken en handden in de arbeidterswereMl Afc in „Patrimonium" dé- droefenis om Talma diie- per en feller is dan om welk ander verlies ook, dan is bet omdat niemand' die chris telijke arbeidlers dichter bij de democratie heeft gebracht dan hij',... Déze groote man is wedier heengegaan; waarlijk, 't zal1 zwaar valen hem1 te mis sen hetgteen ons dWïngt te bidden „Gbd'. geef ons mannen, geef ons mannen van kracht voor Uwe e>n voor onze zaak BINNENLAND. GEV Ct heer von Wilding was blijven zitten. «Blijf nog imaar," zei,die hij. „Als je den jhein niet haalt, is 't oök geen ongeluk die zaken nu staan, lk kom terug Mj5r zoon, op wat ik bij dien aanvang I® ons gesprek je óvér mijn onderhoud Pt je schoonvader heb verteld Het is |';t prettig, iemand, figuurlijk gesproken, ffl© te zeggen het pistool in de hand drukken Maat als men het moet Miijn vonnis ligt altijd klaar; ieder te vertelen, dat miijn weg alleen •lijken gaatJa lieve hemel Voor j- wat zijn dat dan ook voor ker.els MieTj neen ik slaap heel goied ""■"""huisarts, dokter Schmidt, verbaast er IJaltijd over, i'k heb een zeer goed Voor een Hit stond langzaam van zijn lederen stoel E ginig met zijn, forsehe, breedgeschou- 1 gestalte voor zijn neef staan. v°or h toch bieb ik deze week slecht ge- werk om jOUj joiu tummöl je ging mVTiar niet uit het hoofd je 'leunt er HooiTjk trotsch op zijn je hebt iets Jb 1 'gdferegen, wat al i die mienschen, -LU jnij hier aain den Rijn en in Berlijn 8 l ale mogelijke banken en voïks- en f'héeringen ergeren, met den besten wil 'Ojuden bereikt hebben namelijk, hen vanaf het oogenbtik, dat ik diner een sigaar opsteek, tot den lij j NEDERLAND EN DE OORLOC. De tot zinken gebrachte Trawler. Men meldt uit Scheveningen: 'De 'heer W; den Duik Jzn. te Scheve- miingen, reeder van den. in den gnoinid ge- bo'ordén stoomdrifter SCH! 103, genaamd „De Geertruiida", heeft sedert dien geen berichten 'Ontvangen van schipper Taal' of van beide andere door" die Duitsche duik boot medegevoerde opvarenden. De vernielde „Sch 103". Bij navraag van den Minister van Bui tenland sche Zaken fe gebleken, dat de regeering aan den gezant te Bierlijh tele-, grafisch instructies heeft gezonden om' bij da Duitsche regeering da yereiBchte stap pen te doen naar aanleiding van de ver nieling van- het vfeschersvaartuig „Geer- truidia", gemarkt SCH 103, door een Duiit- sche onderzeeër. De gezant heeft reeds aan die instructie gevolg gegeven. Voergerst en haver. Donderdag is door die Regeering een hoeveelheid voergerst en haver aan den handel beschikbaar gesteld, die door dezen tot f.370 per 2000 K.Gj. reap, f 17.25 per 100 K,G. boordvrij Rotterdam te koop werd aangeboden. Kaar men van. bevoegde zijde verneemt, ligt 'het in de bedoeling van de Regeering genoemde prijzen te verlagen, zoodra zij met gerst en haver aan de markt kan komen, die tengevolge van de daardoor betaalde lagere vrachten, goed'kooper kan worden afgegeven. volgenden morgen niet volkomen uit mijn gedachten zet „Maar ik weet niet, hoe ik aan die eer bom; oom „Dat zal ik je vertellen: Het is niet je persoon ook niet, omdat je mijn bloed- verwant bent maar, zooals ik te voren zei: Een groot recht kan. een klein on recht in zich bergen. Indien men zoo iets ontdekt heeft, dan moet men het ook weer goed maken. I'k houd' heel nauwkeurig boek van wat ik anderen schuldig ben. Goed dan: ik heb je schoonvader kort en bondig verklaard: i'k voel' niet de minste zedelijke verplichting- den een of anderen buitenlander eit In den tagenwoowügen tijd een Engeffischman in 't geheel niet met mijn goede geld uit den knoei te helpen, omd'at onze voorvaderen eens bloed- verwanten waren. Dan keer ik het om en zejg: water het watèr der Noordzee is dikker d'aln bloed'. Dat scheidt die daar ginds van ons! Goetd. Op dat standpunt sta ik heden nog. Maar nu komt de tegen stelling de categorische imperatief van die gerechtigheid: als je den eenen bloed verwant niet helpt, amd'at hij buitenlander is, dan moét gij logisch, gehandeld' een andieren bloedverwant helpen, omldat hij Duitsch wil bïijVen en niet kan Zoo staat het nu met jou Helmut Merker 'zweeg. Die man voor hem vervolgde: „HOt„schijnt mij althans toe, dat het mijn vervloekte plicht isOmdat ik John Wil ding Co. ten onder liet gaan, ben jij' in den maalstroom naar Engeland terug gesleept en geraak je, daar of in Amerika, gaandeweg .in den grooten Angelsaksischen stampmolen, ook al strijdt je daar tegen je bent in zakelijke aangelegenheden Hiervoor zouden het eepst in aanmer king komen een paar partijën, die reeds naar hier onderweg zijn. Nederlandsche mail aangehouden. ■De stoomschepen „Prinses Juliana" en „Java", resp. 21 en 30 Juni van Amster dam naar Oost-indië vertrokken, hebben dé post te Kirkwall moeten lossen. Urgentie-Raden. Vanwege den Nationalen Vrouwenraad van Nederland wordt gemeld, dat de in schrijvingen 'in Den Haag met stijgend suc ces worden voortgezet. Die te Middelburg zij'n met een bevredigend resultaat ge ëindigd. Zoowel hier als elders geeft het uitnemend gehalte van de insohrijfsters reden tot voldoening. Sedert de laatste opgaaf vormde zich 1 een Urgentie-Raad in: '1 Zieri'kzee, bestaande uit mevr. Vleugels Schutter—Van Glahn, mevr, GeHd'erman— De Crane en mej, J. E. de Qruyne. i 'Delft: mevr. iHj, Cop—Zeelt, mej. dr. 1 J. van Amstel; mevr. Kennemans:Janssen, j Maastricht: mevr. E. du 'Celiée Muller— Suermomdt, mej. E. Bauduin, mej. M. L. Schaepkens van Riempst. Groningen: mevr. Stssingh,Dennema, mevr. Van der Ploeg en mej. A. J. van Giffen. 's-iHertogenibosoh: mej. E. van Ryckevor- sel, mej. Hi. Suylling, mej. BI. Menbis. Voorburg: mevr. E. M. van der Schuyt, biielvr. C, H'. Trojrnp—Bjérail en mej. H. Rebaiiio. De Urgentie-Raad te Arnhem kwam even eens tot stand' en de eerste twee corres pondentschappen worden opgericht: te Ei- bergem (Geld.) door mevr. J. W. ten Baak— Ladqboer; te Woerden d'oor mevr. Van Winter—Prop er. Duitsch hont naar Nederland. Bipnejrkort wordt aan Duitsche houthan delaars toestemming verleend tot houtuit- voer raar Nederland, onder, voorwaarde eehter, dat dubbel zooveel hout als mag worden uitgevoerd ter beschikking wordt gesteld van het legerbestuur. In hoofdzaak bestaat dit hout uit eiken en meubelma- kershout. Aan verscheidene West- en Noord- Duitsche firma's is reeds bij wijze van compensatie uitvoervergunning verleend. Nederlandsche Scheepvaart in de Oostzee. De gezagvoerder van, een uit Zweden aangekomen stoomschip deelde dezer dagen den berichtgever van het „Hbl." te IJ mui den mede, hoe opmerkelijk veel de Neder landsche vlag tegenwoordig in de Oostzee wordt gezien. Vooral op schepen van de zoogenaamde kleine vaart, dat zijn de schoeners en koffen, die vóór den oorlog veel naar Frankrijk en Engeland voeren, doch thans deel nemen aan het verkeer naar Deensche en Zweedsche havens. Ook zal het sluiten van de meeste Duitsche havens daaraan wel niet vreemd zijn. Het is geen zeldzaamheid, dat zes of zeven van deze schepen achter elkander worden gezien. Uitvoer van vlsch. Men deelt ons mede, dat de Nederland sche douane den, uitvoer van visch weigert, indien op het vrij-paspoort niet de soort visch is vermeld. veel te 'zwak om weerstand' te bieden en er gaat weer een goed' Duitscher, 'zoo- als milliioenen voor hem, zonder noodzaak voor zijn vaderland' verloren! Tegen zulke gebeurtenissen verzet ik mij hardnekkigEn zeker, als mijn eigen geweten niet heet zuiver in zoo'n zaak is Hij zweeg even. Daarna eindigde hij: „Ik heb na het bezoek van je schoon vader tegen Wolfgang gezegd: Liever dan mijn ge'ld' én die Londensche bekserakew- ken te strooien, sticht ik t een of ander voor onze Duitsche oorlogsveteranen om mijn geweten gerust te stellen. Dat heb i'k ook gedaan. Maar ik moet nog een keer wat stichten. Niet voor de veteranen, maar voor een jongen kerel als jij. Wolfgang heeft mij een betrekkelijk belaohieHijke kleine som genoemd, die je n'oodig hebt, om je hoofd! met fatsoen boven water te houden, tot je kapitein eerste klasse benit Jullie hebt er over gesproken, toen hij op dien Zondag in Liverpool nog een deel van jul lie 'koude lamsbout meenam „Ja oom,Maar ik bezweer u; ik heb er in de verste verte niet aan gedacht, daardoor „Dat beweer i'k ook in het geheel niet antwoordde de heer von Wilding koelt „Ik verzeker alleen, dat deze som van af heden tot je beschikking staat! Als je het groote Tot eens trekt of veldmaarschalk wordt.... nu ja.... waarschijnlijk komt mij d'at ook niet voor.... dan kan je het aan mijn erven terugbetalen!:.'... Vertel dus aan de Engelsdien ginds, d'at ze je gestoten kunnen worden en ga naar je regiment.,.. Nu,,., wat heb je nog?" „Oom,,.." „Ja....?" Hét valt mij zoo moeilijk het goed sJCK klas a l—v»/ i lil 11 U 1 1 *- 'ALKMAAR, Tel. '276, Stegnënbru g; (Verör Öorö).1 iSchoenhanöel VAN HET BINNENHOF. Vergadering van Donderdag 13 Juli Er 'moest begonnen wordlen met een droeve plechtigheid: het herdenken van den zoo vroegtijdig overleden ourikMinister T a Ian a. De Voorzitter wijdde sympathieke, van hooge waarde ering sprekende woonden aan de nagedachtenis van dien man, wiens aan denken, naar hij zeide, niet alteen bij zijn politieke medestanders in gezegende her innering zal blijven en die onder de Staats lieden van den lateren tijd een eerepfeats zal blijven innemen. Namens de Regeering sloot Minister Cort van der Linden zich bij de woorden van den Voorzitter aaji. Het eerst vroeg diaarop dé aandacht een Marine-aanvrage voor de inrichting van een adspirant-adelborstenschool te Dordrecht, welke aanvrage na «enig debat, waarbij1 niet veel bewondering voor het plan naar voren kwam, werd verworpen met 32 tegen 24 stammen. Wat voor Minister Rambonet nu juist geen aangename verrassing ibeteefcendé. Aan de orde was daarna het wetsontwerp tot wijziging der wet op de brievenpos- terij, dat ruim een millioen moet opbren gen bij middel van yerhoogjng van 'het briefport voor brieven boven 100 gratn; ver hooging van hief port voo'r briefkaarten tot 3 en 2 cent met gratis levering van het formulier; een uniformtarief voor drukwer ken van 1 cent per 50 gram; zoodlat het port voor drukwerk boven 1000 gram wordt verhoogd; een verhooging van het invor- deringsrecht voor postkwitanities boven f 25 tot 10 cent; invoering van een recht van 5 cent voor tweede aanbieding van een kwitantie en berekening van het recht bij afrekening van postkwitairties niet over het bedrag van het gebeele borderel, doch over hiet bedrag van ieder kantoor, d'at in die inning was betrokken. Bij de behandeling van dit ontwerp kwam in bespreking een amendement-R u t g e r s cs,, om 5 cent extra-port te heffen van brieven, briefkaarten, drukwerken, nieuws bladen, monsters en postwissels; waarvan bestelling op Zondag 'wordt verlangd'. \)Celk wijzigingsvoorstel werd' bestreden door dén heer De Wiijk ers loothi (RIK.), dlie zich niet kon vereenigen met een systeem, waar bij aan 'ieder tegen betaling van 5 oent vrijheid zou worden gegeven, om de Zon dagsrust, door den Staat ingevoerd^ weer te niet te doen en dlat dien Staat be lang zou gieven bij uitbreiding van den Zon dagsdienst Terwijl ook de heer D'e V i s- ser (C,H|.), er principieel bezwair tegen had' voor een ethisch beginsel met finan- cieele middelen propaganda te maken. Tot een beslissing over deze quaestie kwam het nog niet. Bij de regeling van werkzaamheden werd besloten, de eindsteimminig over de Suc cessiewet Dinsdag half 2 te doen plaats hebben. Voorts werd zonder stemming aangeno men het voorstel der betrokken Commissie van Rapporteurs om de dividénid)- en tan tièmebelasting voorl'oopig van de agenda af te voeren. Terwijl d'e Kamer met 48 tegen 18 stemmen op voorstel van den beer Ty de'man besliste, dat ook het ont werp betreffende uitbreiding van de econo mische voorlichting van het buitenland mor gen in de Afdee'lingen zal wojdén onder zocht. Hét 'ontwerp betreffende die ltevensmid- de'lenvoorziening (het z.g. 20-mil!lliO'en-on,t- werp) wilde de Voorzitter nog niet pp de agienda brengen, omdat het onmiddellijk verband houdt met het distributie-ontwerp, dat morgen in dé Afdeelingen wordt bespro ken. Evenwel hoopt hij, dat beidé ontwer pen als noodwetten zulten worden aan gezien en reedis over een week in open bare behandeling kunnen komen, Een lange vacantie krijgen we d'iit jaar niet! H. M. de Koningin-Moeder. H. M. de Koningin-Moeder is heden ochtend per Staatsspoor te 8.53 uit de re sidentie vertrokken om eenige weken te Soestdijk te verblijven. Rooken van visch. De Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, brengt ter openbare kennis, dat gelegenheid zal worden gegeven, tot het in loon rooken van kleine schel visch, makreel, Noordzeeharing en eventueel ook poon en pieterman, welke tegen verlaagden prijs door de gemeentebesturen onder de bevolking hunner gemeenten zal worden gedistribueerd. Gegadigden welke in aanmerking wen- schen te komen deze vischsoorten te roo ken, kunnen schriftelijke aanbiedingen daar toe vóór 25 Juli e.k. inzenden bij den administrateur" van het Centraal Bureau voor den Afzet van Visscherijproducten, Singel 2x5, te Amsterdam. Mgr. Taccl. Per Hollandsche spoor van 7.52 uur heeft eergisteravond Monseigneur Tacci; de af getreden Pauselijke internrintius te 's-Gra- venhage, de stad verlaten. De zaakgelastigde van den Pauselijken Stoel, Monseigneur Vallega, begeleidde hem tot Vlissingen. Aan het station waren aan wezig de Minister van Buitenlandsche Za ken, jhr. dr. Loudon, vergezeld van den chef van zijn kabinet, mr. Doude van Troostwijk, voorts de gezanten van Belgie, Rusland, Argentinië en Runrenië, de ge- zantschapsraad van België Prins de Ligne, de secretaris van de Argentijnsche legatie Lascano, om van den vertrekkenden Pau selijken diplomaat afscheid te nemen, met welk doel zich daar ook bevond het Kamer lid Monseigneur Nolens, huisprelaat van den Paus. Waterschappen. Door het Hoofdbestuur der Posterijen en Telegrafie werd aan de Besturen van Wa terschappen en Polders, d.d. 1 r Juli, een schrijven gezonden van den volgenden in houd „Ik heb de eer U mede te deelen, dat krachtens beslissing van Zijne Excellentie den Minister van Waterstaat, de eventueel door de Waterschaps- of Polderbesturen, dan wel door de Voorzitters dier besturen, ingeval van watersnood of dergelijke on- ALKMAARSCHE VAN VADER OP ZOON te zeggen,,.." „Wat dan.... Kont me niet' met valschen trots aan boord,... Ik ben toch geen vreemr de yoor je,... Ik ben toch de broer van je moeder „Ja... als u dat geweest was!.... Maar u heeft zich nooit om' haar bekommerd'.... nooit om een van ons u heeft opzette lijk gedaan of u ons niet kende,... Pas toen'ik door mijn -huwelijk rijk was, is uw huis voor ons geopend! geweest. V was hard tegen mijn moederzoo ontzet tend hard.,.. Dat 'kan ik niet vergeten...." Geheimraad' von Wild'in'g schudde zijn grijze hoofd'. „Wij zijn alten zondaars," zei hij lang zaam. „En ik bén het allerminst zond'er schuld en fouten1.,., dat weet ik en 'dat zal ik eens .moeten verantwoorden, En zoo lang men leeft, is men niet klaar met ieeren; en moet men berouwen1 wat men gisteren deed. Dat teert mij elke dag. Er is -slechts een weg: beter doen, zoo lang men het nog kan! Dus verzet je niet!" „Oom,... ik weet niet, of ik dat mag aannemen „Pmaar ik neem het voor jou aan!" zei Edith Merker, die zonder dlat de man nen het gemerkt hadden, de kamer was bin nengekomen. Zij stond op den drempel in haar roiacosttwmj met een sluier om 'het blozende gellaat. Haar he'lldier Engëfech- Duitsch klonk plotseling door de stilte, „J« moet naar Duitschland terug, Het* ilireDaar hoor je. Alls je mij niet hadl ke ren kennen, was je er gebleven, I'k ben de schulld van alles, Dlus moet ik ook helpen je terug te brengen Toe, Heiifie, sla toe!,,.. Zoo is het goedi.,.," Die heer von Wilding nam de rechter hand', d'ie dé ander hem zwijgend aanbood en zei tot diens vrouw: „En daarbij zijt 'ge zelf geen Duitsche." „Ik ben het half en wil het géhieel wor dlen! Ik heb het hem gezworen, voor het altaar,..." Zij sloeg den ann om haar man, En id haar oor klonken de Biijbellsdbe woordetl van het trouwformufer: „Waar gij' zult henengaan, zal rik ook henengaanen waar gij zuif vernachten, zal ik' vernachtenuw God is' mijn God'; uiw land' is mijn liand, En slechts de dood' zal ons van elkaar scheiden,,.." Xxia, S® EINDE

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1916 | | pagina 1