Mient 21 Tabak enss maar. BANK IDE BALLING UIT HET DOSTEN. IN te ïlarmeÉi»! 'ayglopj No. 122 Zaterdag 21 October 1916 10e Jaargang ias]es, rijzen. r-PABTorms, HOCO, Ltivators. TELEFOON 59 Billijke prijzen da Boterham. ord's Kalvermec!) Vleeschmeel vaa tbilietten in DIT BLAD VERSCHIJNT DINSDAG, DONDERDAG EN ZATERDAG. R. K. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR NOORD-HOLLAND De liefdadigheid in Reclasseering, en t 1000, ember 1917, trouwen. Billijke prijzen de noogste eiscneil kjjeen me|; gej,j hunt koopen of met leelen. :ende nieuwst ARTIKELEN. :ent per ons. g 14 ct. per v. LIESHOUT, feuilleton. jrnsche Keet", njbige aanvraag ïden verkrl|flbaarj alkmaarsche overal verkrijgbaar Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „ONS BLAD" ALKMAAR. Bur.: BREEDSTRAAT 12. Telefoon No. 433. - ABONNEMENTSPRIJS: Per kwartaal franco huis. 90 ct. Met geïll. Zondagsblad 125 kt. bij vooruitbetaling. Afzonderlijke nummers: van de courant 3 ct. van het Zondagsblad 5 ct. ADVERTENTIËN: Van 15 regels50 ct. Elke regel meer10 ct. Reclames per regel25 ct. Kleine adv.: 30 woorden bij vooruitbet. 30 ct. nstaand, vnor tijdelijkJ ezer te xi uur v.m. ven aan de inschrijvers] rstande, dat door ALLE LAAGSTE prijs betaald mij gekocht worden! worden ter bewaring Bij al de wreedheid, die zich in onze jammerlijke tijden zoo brutaal en zoo zelf bewust onder de menschheid openbaart, zien wij rGode zij dank 1 ook een liefdadigheid, een heel bijzondere liefda digheid krachtig uitgroeien naar alle zijden liet streven tot reclasseering 1 Reeds meermalen hebben wij in ons blad op dit bij uitstek schooue werk van christelijke naastenliefde gewezen, zoodat j wij het onnoodig vinden nog eens het werk en de bedoeling van reclasseering uiteen te zetten. In het September-nummer van „Sobrië- tas" zet pater lldefonsus in het kort uiteen, wat door reclasseering moet worden ver staan, belicht even het doel en noemt eenige middelen, om dat doel te bereiken. Hij toont ons tevens aan, dat het reclas- j seeringswerk de belangstelling en de mede- 1 werking der drankbestrijders niet alleen 1 verdient, maar dat hunne deelname aan j het reclasseeringswerk gebillijkt, gevraagd, ja, gefiischt wordt l)e schrijver had er gerust bij kunnen voegen, dat de drankbestrijders bij het re classeeringswerk onmisbaar zijn. Zijn niet het grootste percentage der veroordeelden en ontslagene gevangenen drinkers en heb ben de Reddingbrigades niet getoond wat de drankbestrijders kunnen presteeren op 't gebied van reclasseering Het werk der reclasseering vraagt vooral menschen van beproefde deugd, mannen uit het volk, doch mannen met onbaat zuchtige zelfverloochening en heldhaftige zelfbeheersching en zelfopoffering, die zij in dienst van hunne ongelukkige medebroe ders willen stellen. Dezulken zijn menschen van karakter. Karakter is echter voor hen nog niet genoeg, zij moeten een goed karakter be zitten, want juist dit maakt hen meester van hunne omgeving en van degenen, met wien ze omgaan. Wilt ge invloed uitoefenen, maakt u bij iedereen geacht. Een ieder moet van u hou- en en gaarne beminlijk met u omgaan, dan pas wordt ge meester over den kring om u heen. Een dergelijk gezag echter kan slechts Icnhoil wortelen in deugd. Denkt niet, dat ge dat n verbruiker de grOOtl macllt kunt afdwingen. Geld, gulheid zon- der meer, zullen nooit iemand werkelijk doen liefkrijgen, men zal naar uw oogen ^ien, maar men blijft voor u even koud als voorheen. Wil echter niet gierig of koudhartig zijnintegendeel, verzacht het lijden en de ellende, als gij die kunt leni gen, maar met oordeel, dit is een groote plicht. Strooi echter geld om u heen, zoo veel ge wilt, zoo uw hart gesloten blijft, zult ge ook nooit dat van anderen voor u zien openen, terwijl het werk, hier bedoeld, der zedelijke verbetering alleen door zede lijken invloed ten goede kan verkregen De lezer bedenke nu eens: kan op deze wijze voorloopig al niet. ieder edel en op recht Katholiek een apostel zijn in dienst van de reclasseerings-hefdadigheid Juist dezer dagen lazen wij van' die handl van den heer L. J. Verschuren oen treffend artikeltje, waarin déze o. a. vertelt Dat door het patronage in de reclassee ring vele, vooral jeugdige veroordeelden :r vestigen wij de aan nze prima erkrijgbaar bij eval uit de hand TE 1 ekende onheugelijke jaren met sutöj d een kruidenierswinkel J bestaande vergunning en i«j bevragen bij den i LEE, Beemster. Een verhaal uit den tijd der Kruistochten. 1» Nederlandsche bewerking I van M. v. d. O. te redden zijn, zou iik met de treffendste feiten" kunnen aaintooneii, dioch ik zou dooi die beschrijving die aanida«Jht vestigen op personen, voor wie dat soMS minder aan genaam zou kunnen zijn. Alleen één feit wil ik aanhalen, d'at de behoefte aan organisatie te kennen geeft, n.l. een dertigtal stelden zich zelf onder mijn patronaat, dézen zijn, buit Pi enkele uitzonderlingen, alle jongemannen tusschen de 20 en 30 jaar, diie zich -waarlijk voor beeldige moeite doen, oól er zich bovenop ta werken en waarvan er slechts enkele 'mislukken. Doordat deze menschen het heele land door verspreid kan, kan ik hen haast nooit bereiken en moet die leiding in hoofd zaak door correspondentie geschieden, zelfs onder grcjote tegenwerking. Dan komt d(aar nog bij, idiat men van mij; geen fi- ntancieelien steun kan verwachten. Nog ster ker zelfs, bet gebeurde mie onlangs, toen ik dk>or omstandigheden zelf in pijnlijke omstandigheden was gebracht, ik juist door hen op ongeëvenaarde wijze werd getroost, opgebeurd1 én bemoedigd, ja, zij1 mij1 zoo kinderlijk eenvojudig schreven: „Meester houide het 'hoofd omhoog en denk er aan, 'wat ge ons geleerd hebt in dé dagen van beproeving". Met de verontschuldiging, dat het nieit Was om me te veraiffroniteeren, stuurden ze me hun zuur verdiende penningen, om dat ze bang waren, diat ilk gebrek kon hebben en ik het niet zeggen zou. Ze vroeigen me met zoo'n aandtang, dlat ik het hun toch zou zeggen, als Ik behoefte handl, want zij zouden samen zorgen voor mij. Blijkt ook hier niet uit, d!at het niet altijd een ondankbaar werk is? Nooit heb ilfc weldladliger voldoening genoten en de aangenaamste herinnering aain die feiten blijft me heel m'ra leven biji. Zoo ziet men, dat al zal God eerst hiernamaals voor - zulke sohoo-ne liefdadig- hieiidl de heerlijke belooning schenken dia reciasseeringswerkzaaniheid1, .evenals ie dere liefdadigheid1, een dankbare (en daar om: op aardie reeds beloonde) taak kan wezen. Wij' hebben in dit artikel voornamelijk willen wijzen op de liefdadigheid, op de naastenliefde, welke blijkt in reclasseerings werk eh dat een ieder zich alreeds vormen kan tot apostel Moge dit voor niet weinigen een aan sporing zijn! gewenscht. oorraad .2 U. ALKHABI Bij die woorden greep zuster Siara mijne liiand en bedekte- ze met kussen, terwijl sprak: „Vrome pelgrim, laat mij de hand tassen, die mijn brooder in dé zijlne Ihoeft gedrukt, Gij zijlt gelukkiger dan ik; lÏÏ ZU'* "^sima wederzien. O, breng hem Iw verzekering mijner dankbaarheid en ïief- I 1 zeS hem1, dlat ik nog altijd de Sarai J8i|n©r 'kindshieiidl ben', ©n eer gij Jerusalem «laat, verzoek ik ui, kom nog eens iri hipstee terug, opdlat ik u oenen brief laan mijnen broeder kan medegeven." iiRiAfer Gerbaid, spreek, wat weid van 'ja ouden vader?" zet dé kluizenaar. „Sara, heeft mij niet van hem gesprokén." "Hij is zondér twijfel gestorven; want |.arai zou hem miiet verlaten hebben. Maar t Ook hij den H'.DIoop- ontvangen, al vorens hij stierf?" "Tl"1 °®dier> ^lat weet slechts God „A.ch, wat mengt zich oen smart in dé reugde, die ik onf Sarai's bekeering sma lt» W Wellicht is de zon dier waarheid rLn°jer m'ïn'en vader opgegaan! O mijn j, °'e *en lidhtstraal dringen dloor de I h^tS\erniSSien vatI SeWe™111! I'h: ben als. Ike z'Jn'e aan 'd'e schipbreuk oint- I a moeder in dfe armen sluitend; d'e LJ^^Wd en zidb afvraagt of' de Bwo° SOmS z',nen vat"er hoeft ver- ter zou geven, botweg onthouden. Wij worden afgescheept rniet Concepten, en reeds vooruit roept men van allen kant tot onze bemoediging uit, dlat straks geen' der partijen van Links ook maar een-jgszins aan dit Conoept gebonden zal zijn. Er wordt zelfs- rniet bepaald, binnen wel ken termijn uit dit Concept een wet zal te diistilleeren zijn. Diit alles wordt aain de dan kmond'e meerderheid ter beslissing overgelaten, en zulks onder-Vijl men er vast op rekent, dat Links voor ten minste een tiental jaren een oveiVegien-de meerder heid in die Tweede Kamer zal bezitten. Mien 'behoudt zi'chi alzoo voor lo. om icieni leventueele revisie van Art. 192 mlet schaaf en vijl te hanteercn niaar wille keur; maar zal 2o. laan zich het recht houden, om' de uitwerking van wat men dan nog 'toegaf, zoover te verschuiven, als Men dit zelf 't meest profijtelijk acht, en 3o. als 't dan eindelijk alles op orde kan komen, zai de financieele waag weer plot seling, al ;wat gewonnen werd, ons uit handen kunnen nemén. Dan toch zal 't héeten: E.r is geen giel dl Dat is te voorpellen of 't ook eer lijk is? Als art. 80 finaal her-regeld wordt, dlat zulks dian ook met art. 192 geschiede. BINNENLAND. v WAT DE EERLIJKHEID EISCHT 't Zal onzen l-ezere niiet ontgaan zijn: nu de di-cussie over de Grondwetsrlevisie is ingezet en alle partijen van Links in centrale samenkomsten de houding hebben vastgesteld; die men achit te zulten moeten aannemen, als het straks, op amendieeren en stemmen aankomt, is het klaar als de'dag, dat men -de vrienden dér bij'zoradere school met een doekje voor het bloeden tevreden wil stellen. In zake Artikel 80 moeten aanstonds spij kers met koppen worden geslagen. Stipt nauwkeurig moet geheel het Kiesgediug reeds in Art. 80 worden bepaald; en voorts zal in de Adlditioneele artikelen een com plete nieuwe Kieswet worden giegeven, zoo- dat, gaat de Revisie finaal door, de revisie reeds een volgend jaar werkt,, en heel dé Tweede Kamer omzetten kan. Ons daarentegen wordt in- 't kort alles wat ook maar eenigazins een finaal karak- „Mijn zoon,!' zei broiedler Albertus, „waar om zoo moedeloosZal- dé God!, die'Sarai in de woestijn opzocht, den ouden emir vergeten hebben? H-eibit gij niieit voor bei den gebeden en gestreden? Vertrouw!" „Biroedér," vervolgde (die pelgrim, „bij mijn vertrek uit Jerusalem gaf mie- Sarai dezen brief, misschien verdrijft hijl de on gerustheid1, die u -kwelt." TebsiMa verbrak met bevende hand het zegel -en fluisterde: „Is mijn vadler Christen? Mag ik hopen Iheün'in den hémel weder te ziien?" En hij las zijhen vriend Sarai's brief voor: „Waarde broeder," schreef Ibrahim's dochter," „ik meende te moeten sterven zonder u iets te kunnen meedleelen; maar Godl heeft mij die. beproeving bespaard; Hij zondt mij een bode uit uw nieuw vader land1. „Ik werp mij in uwe armen, geliefde broeder, en drulk u aan mijn hart. Nu ik U wedervond, herleven de gelukkige jaren in mij, toen gij nog als een schaduw mijn schreden volgdet en ons beider levön slechts één leven was. „Waarom moest ons die groote zee, schei den:, ons, die steedis alles met elkaar deel den, uit denzelfden béker dronken, en oinder denzelfden boom' rustten? Wij zitten nu niet -meer gemeenschappelijk aan de zijldie van onzen ouden vader. Arabic's, luchten zijn zoo zacht, en de zon, die iim de woes- tijn ondergaat, -is zoo schoon! Maar God heeft jhiet zoo gewild, Zijni Naam zij1 ge zegend'! ,Wij mogen ons. niet beklagen; Hij heeft in onze zielen een sdhoonere zon doen - opgaan, dan die der woestijn. „Zoo ik' uit uwein brief kan opmaken, bemint, ge ons nog, trots die ontvangst, die u bij uwen terugkeer bereid was, en NEDERLAND EN DE 00RL06. LEVENSMIDDELEN-VOORZIENING. De Permanente Commissie inzake Crisis maatregelen, uit de Katholieke ten Chris telijke Werkliedlenbomden-, had op Vrijdag 13 dézer een onderhoud rniet den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel. De beprddnigen liepen over die uitvoering der Di'Striibut'iewet, waaromtrent idé wen>- s-cheni der Commissie werden toegelicht en verdédigd. De nadruk werd igctegd! op de groote behoefte aan 'g-oedikoopere brandstoffen, kkedinig, leder, sajet, garens ien wasch- arMkelen, terwijl ook -die bbèervoorziening en dliie voor betere kwaliteit margarine, onder de aandacht van den Minister werd werd gebracht. Op schriftelijke wijze zal nog nader een en ander -aan den Minister worden ken baar gemaakt. iEr wordt -nog eens herinnerd aan de groote vergadering, welke a,s. Zaterdag '21 October i-n het -gebouw „Tivilo" wordt ge houden. .Die vergadering Zai tc 11 uur aanvangen en zal met kleine pauze; uiterlijk 'te 5 uur geëindigd zijn. Katholieke -en -Christelijkp Gemeenteraads leden gelieve de verklaring, idat zij op deze vergadering welkom zijn, ate uitaoódliiglng te 'beschouwen. Afgevaardigden van Vereemiigibgen gelie ven ieen mét hoofd bedrukt schrijven hunner vereentging, waaruit blijkt dlat zij afgevaar digd' zijn, aan deiri ingang d'er zaai af te geven, HANEN. De Minister van Landbouw heeft het mroimumgewicht van levende jonge hanen, Waarvoor uitvo'erverbod1 kan wonden ver- feend, nader "bepaald op 5 ons. - STEENKOLEN. v Het feit, dlat de laatste wdken uit Diuitsch- tandi minder steenkolen worden- aangevoerd dian gewoonlijk, heeft hier en daar de daarom meen rik, zult ge gaarne v-ernemen wat sinds dien onder onze tent geschiedde. „Na uw vertrek sprak mijtal vader dtie dagen lang geen woord. Eindelijk brak hij' het stilzwijgen en zeide: „Mijh kind; gij hebt lang onder de .palmen aan de bron met Tebsima gesproken, vertel mij wat van uw, onderhoud." „Ik antwoordde: „Mijn broeder heeft mij menigmaal zijn liefde betuigd en heeft mij altijd opnieuw van de grootheid en góedL 'heid' van zijnen God. verteld; Hij heeft Christus in stralende glorie in dér Chris tenen Geheimenissen gezien." „Hij heeft Christus gezien, zegt gij?" „Ja 'mijn vader, 'hijl herhaalde het mij meermalen en verzekerde mij, dait hij Jezus liefhad." „Het woord' is- treffend in dien mond' van Tiebsi'ma, -die ons. nooiiit bedroog. Arm kin,dj Hoe beeft hij ons Jfef op hoe groot is zijn geloof! Van zeer ver is hijl ge komen, om ons dén weg te Wij|zen, die, zoo hij gelooft, ten hémel voert. Waarom heb ik hem1 zoo slecht ontvangen? Allah, Allah! was ik niet gruwzaam jegens mijn- eeiiig-en zoon „Ibrahim herhaalde dikwerf uvveir naam en weende. „Eenige weken later brachten de Ara bieren, de meerdere gevangenen gemaakt 'hadden, den ouden emir een jonge Chris- tinne. die weldra zijin leidster zijn zou en de plaaits van zijnen zoom vervullen. „De lieden van mijnen stam wilden haar dwingen Christus te verloochenen 'en Mo- hamed's geloof te omhelzen, om dbardtoor den smaad te wreken, dién gij Allah h-ad aangedaan. Brullend als leeuwen omringden zij de jonge gevangene. Zij echter stond daar met loshangend haar en de oogen vol ALKMAAR. JTl. 27o. Sice-vbr më-ening doen ontstaan, dat we ons zouden hebben voor te bereiden op een algeheel uitvoerverbod; Van bevoegde zijde wordt echter vernomen, dlat van een derg.elijlke.il maatregel niets bekend is. De verminderde aanvoer staat voornamelijk in verband' met het wagengébnek, d'at zich omstreeks dezen tijd steeds 'heeft doen g-evoielen. PRIJS. DER BiOONEN. ■Het hoofdbestuur der Groninger Maat schappij va» Landbouw heeft dén Minister van Landbouw telegrafisch v-erzocht, den prijs van.booncn zoo te verhooigen, dat pro ductiekost en en matige ondernemingswinst worden gewaarborgd'. Voorts is verzocht ooik op de reeds bij handelaren aanwezige pantije-n beslag te leggen tegen inkoopsprijs plus matige winst, ter voorkoming wan het malken van onredelijke winst ten koste der veehoudérs. VAN HET BINNENHOF. Vergadering van Donderdag 19 October. De heer Troelstra (S.D.A;.-P|.) sprak nog lang. Een uitvoerig betoog over hét verband' tusschen algemeen-.kiesrecht -en historisch materialisme kunnen we laten voor wat het is. Minder vervelend werd het, toen spr, clver het vrouwenkiesrecht bogen. In dat kiesrecht ziet hij niet allereerst een s-exezaak, doch wel een arbeiderszaak, daar 'dé vrouw in nog sterker mate dan de man door liet kapitalisme zou wordén uitgebuit era dus een wapen noodig heeft, om «net dén man voor. verbetering van toestanden, te strijden. Ooik onder de bur gerlijke vrouwen worden evenwel de ge volgen der moderne toestanden gevoeld. Algemeen kiesrecht voor mannen en vrou wen is dan ook de cis-eb dér consequente toepassing van dé beginselen der S.D'.A.P, en moet in dé Grondwet worden vast-ge- Spr. bleek -evenwel niet geneigd1 van het vastleggen van algemleen vrouwenkiesrecht in de Grondw-et een conditio sine qua non te maiken-. Hij waarschuwde namelijk tegen Idle overdrijving dér utopistisch gezinde vrouwen, die de leuze buldliigen: alles of niets. Wat dé Regéering voorstelt: weg neming 'der Grondwettelijke beletselen tegen vrouwenkiesrecht, is ree-dis niet, ge ring te. achten Het ietwat vreemdsoortige denkbeeld van den beer V a n Ids inga tot instelling van een soort vrouwenparlement, werd' door spr. niet ernstig"genomen. De- heer T r oel- s t r a zou dam namelijk ook een vto'uwe- lijkera Ministerraad willen," idiiie, om het na tionaal karakter te bewaren, zou verga deren met koek en koffie. Hun; die, zooals de heer Lobman, de ■gehuwde vrouw het 'kiesrecht willen ont houden; hield spr. vo-o-r, dat we juist de normale, dus ide gehuwde, vrouw en niet alleen aan die van die vrouwen, welke door allerlei omstandigheden van den nor malen weg der vrouw zijn afgedrongen. Zij, die gevaar vreezen voor de gezins zorg, denken, betoogde spr. varder, veel meer aan propagandisten dan- aan kieze- ressien, die, evenmin als, de normale kie zers, heu'S-dh niet voortdurend in de poli tiek zullen ojrgaan. Van evenredig kiesrecht verklaarde spr. zi'cb voorstander. Thans reeds stemplicht in de Grondwet -opnemen zou inopportuun zijn, volg-ens spreker; en wel met het oog op de laters invoering van vrouwenkiesrecht. Diaa-ronnl wilde hij facnltatiiefstellinig. Het beste deel der rede- van den Soci- aiistischem lei-dier was. dat; waarin het on derwijsartikel ter sjjrake kwam. De- „pal- staanders" voor de openbare school zullen d'at deel evenwel niet prettig hebben ge vonden. Zij werden -geducht gestriemd; Gepacificeerd, zeide spr., gaat er wor den tusschen de leuze: de bijzondere school regel, die openbare aanvulling en de op vatting, dat 'de openbare school de priori teit moet hebben met subsidiieering dér bij zondere school, evenwel zondler financieele gelijkstelling; en w-el door de prioriteit der openbare school voorop te stellen met financieele gelijkstelling voor de bijzondere school. Daarbij is het niet noodig^ dat er overal ©en openbare school- zal zijn. Echter is spr. 'bereid! mede te werken tolt een rege ling in dén geest van het amendement- Va n |R a al te, welke onedéle concurren tie tusschen beide soorten van onderwijs kan voorkomen. Evenwel iw.as bij in hooige mate ver baasd over bet alarm dait gemaakt wordt door hen, die doen alsof het bestaan der openbare school -op het spiel staat en dat allerlei politiék-onmondiigen achter den heer Ty die in a rt doet aanmiarcheeren. Het zal evenwel slechts een kort relletje zijn. Te meer daar .al die 'kunstmatig opgewekte geestdrift eerst te pas zou kunnen komen bij de behandeling der wet, waarin het Grondwetsartikel 192 zal wordlen uitgewerkt. De heer Otto waagde hier, onder al gemeen hoongelach der Kamer, de inter- nuipSiie. dat de agitatie niet op touw wordt gjetzet, -doch van zelf uit het volk op- kömt.\ Waarop die heer Troiélstra on middellijk antwoordde, dat van idiait vanzelf opkomen alleen sprake kan zijn hi het kleine clubje fanatiekere van de openbare school. Al wat die heeren zoo vreezen, betoogde spr. verder, kan ook gebeuren onder ide tegenwoordige Grondwet. Wélke school regel zal zijn, zal niet door idle wet, doch door de practijic worden uitgemaakt. En als de heer Tydeman ien de zijnen daar zoo bang voor zijn, moeten zij' geen uit redding zoeken in allerlei geknutsel met amendementen oj> het Grondwetsartikel. Of die openbare school zal "bloeien nangt .af Van de qualit-ert van het onderwijs en den geest dé? volksi. Haar opdringen helpt niet Slechts één leemte zag die heer Troei- stra in het voorgestelde art. 192. Hij zou namelijk gaarne de uitdrukkelijke uitspraak willen, dat het onderwijs .op beide soorten van scholen op gelijk peil behoort te staan, iets wat trouwens een stilzwijgende condi tie is en waar niemand iets tegen heeft. Niet bijzonder belangwekkend' was d'e rede van den heer D' e Meester (U.L.). Inzake Vrouwenkiesrecht betoogde de Heldersche af gelvaardigde, diat de conse- tranen. Zij sidderde als de gazelle; rnaiar j heur ziel was vast als de rots en zoo dikwijls de wilde 'menigte haar toeriep: I „Geloof, of sterf!", zoo vaak antwoordde zij: „Ik ben Christin!" „Zij .moest sterven"; reeds hebben de strijders van dén stam- hun messew ge trokken en zwaaien ze boven hiet hoofd- ■der martelares toen roerde mij hare. jeugd, haar tranen, stnlaar meer nog hiaiar smart, ile. mij aan Tebsima's leed herinnerde, toen hij als kind in de ha-nden van Almir's zonen was gevallen. Ik stort mij in d'e menigte; ik weer de zwaarden af met mijne han den; ik neem' de Christin im mijne armen en ze in mijnen mantel hullend, roep ik de woedende massa toe: „Zoo ge haar worgt, zuit gij mijl met h.aar d'ooden." I'k breng dé gevangene voor mijinien vader; i'k zink aam zijn' voeten neder; ik smeek era verkrijg eindelijk genade voor heit jonge meisje. „De zachtmoedigheid en bescheidenheid van Abigail, zóo heette de slavin, daden weldra vergeten, dat zij' Christin, was. Mijn vadler bewonderde hare onderwerping; hij werd1 getroffen door den 'klank h.arer zoete, reine kinderstem', -en haar voorkomendheid en beminnenswaardigheid wonnen zijn hart. Hij was tevreden, als zij' bij hém. was. Zij waschte hem de voeten en bereiddte zijn maal en zijn leger met dezelfde zorg vuldigheid; als Sarai het gewooni was te d'oeira. „Spoedig niadat we Abigail bij ons had; den opgenomen, ontvingen wij Uwén brief uiiit -Jerusalem:. „Nadat gé ons van de gevaren bad ver teld, diiie gij iin 't leeuwen'hol en dén on- gastvrijen stam hadl doorgestaan, Siohietsitet gij oins van de geheimen ite'en van idle liefdie van Jezus Christus. Ibralhiilm werd diiep 'getroffen door de. gevaren, die zijnen zoon bedreigd hadden en hij weende, toen Bij zag, dat Tébsiilma, dien hijl onbarmhartig verstooten: had', hem toidh nog bemindé. Abigail beefde van vreugde over diie chris telijke woorden; zij' verklaarde ons de plaatsen, die ons in den brief nog onver staanbaar waren en wij' werden niet moede altijd weer te leze» en daarover na te dénken. Die idmir w.as verrukt over de heiligheid van den Christel]j'kcn godbdlienst. Van nu af, vergunde hij zijlne slavin.,-haren God vrij te dii-ehen; vaak gebood hijl 'haar zelfs, roet luider stemme te hidldlen; en bet dééd hem- go-edl naar haar te luisteren. De gezangen dér gevangenen schenen ons veel schooner en liefelijker dan dliie van ons vaderland en spoedig! begon ik zé med'e te zingen. (Wordt vervolgd.)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1916 | | pagina 1