St. Nicolaas-Cadeaux.
KWALITEIT SIGAREN.
No. 141
Dinsdag 5 December 1916.
lOe Jaargang
AALS
LS-GADIAU,
344. Boekhandel.
Bpisig.
1 uitmuntend
Uitgave van de Naamlooze
Vennootschap ,,ONS BLAD"
ALKMAAR.
DIT BLAD VERSCHIJNT DINSDAG,
DONDERDAG EN ZATERDAG.
R. K. N3EUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR NOORD-HOLLAND
Paul de vagebond.
bp-ter;
Zie étalage!
Firma H KRIJNS.
IAARDA.
in prijzen van i 1.50
3 MISBOEK, Uitgave
lijs f 1.10 en f 1.50.
KANARIES opvollen
en avond, in prima
lNZIJN, Fnidsen 68,
;s te vorderen heeft
.a aan, of borgtochten
tig heeft, geteekend
iRMANUS CORNE
ondeigenaar te Uit
rieden den 2 October
;ht daarvan betaling
ten kantore van den
NK te Uitgeest vóór
916.
Yenweg en Tweede
gemeente Gastricum,
93 Aren 60 Centiaren.
Melen en combinatiën,
er omschreven. Eigen
en VAN TIL.
igen worden verstrekt
genoemden Notaris
cadastrale kaarten en
age liggen -en schets-
aar zullen zijn.
Overdie onder de ge-
nabij het dorp Aker-
tt 7 Hectaren 32 Aren
veilen in 4 perceelen.
ier omschreven,
oerende goederen, be-
boedel van den Heer
E, zijn thans in huur
Akersloot tot Kerst-
rgen worden verstrekt
genoemden Notaris
kadastrale Extracten
izage liggen.
Erf aan den Midden-
daarachter gelegen
igenover de R. K.Kerk,
st, samen groot 6 Aren.
nweg, benevens daar
ikker tuingrond, uit-
m Middenweg te Uit*
ot 14 Aren.
Bur.: BREEDSTRAAT 12.
Telefoon No. 433.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per kwartaal franco huis. 90 ct.
Met getll. Zondagsblad 125 ct.
bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers:
van de courant 3 ct.
van het Zondagsblad 5 ct.
ADVERTENTIËN:
Van 15 regels 50 ct.
Elke regel meer10 ct.
Reclames per regel25 ct.
Kleine adv.: 30 woorden bij vooruitbet. 30 ct.
NAAR CANOSSA.
Gelijk wed eens een Hendrik IV, 'n Bis
marck, die „ijzeren Rijkskanselier", zoo kan
au ook van de geheele links ch-e zijde
[exclusief Br.- Lieftinck gezegd werden,
dat zij inzake de schoolquaestie naar Ca-
I nossa is gegaan.
Wie zich uit de dagen van voor Juni 1913
tan tóerlnnerön, waarmee 't linksch-e bloc
dd verkiezingsstrijd inzette; wie zich ook
voor den geest kan halen de pamfletten,
in die dagen door 't Consentraitie-verbond
verspreidt, waarin met schelle fanfares en
in lange betoogen de dood vam 't ministerie-
fteemskerk werd! aangekondigd!, maar waar
in ook vooral aan de bijzondere school het
levenslicht werd ontnomen, zal ook Iieb-
I ben ontwaard!, dat die geschriften door
desemd waren van haat en afkeer voor
at wat christelijk was, doidlr ook en niet
't minst hoe1 onze scholen werden ge-
I ïvegeerd) en gekarakteriseerd! als instellingen,
waar het onderwijs- nog beneden het vries
punt stond!. Zoo was de tendenz van hun
Rrkiezingsreclame.
En voor gelijkstelling? Geen man ter
I linkerzijde wijlen Dr. Bos altéén uilge-
sloten dacht er aan. Hoe durfde men
't vragen: algeheele gelijkstelling van de
.-bijzondere met de openbare school? Waai'
I diende eigenlijk 't bijzonder onderwijs voor?
[De openbare i's- immers de „school der
natte", <en waarom1 dlan- nog een andere?
De openbare was alleen de „heil-bién-
Ijende", de „volk'sverheffende" school, ien
I daarin alleen werd 't Jicht van inteiiectu-
Ialism-e ontstoken, enz. enz.Men stcor-
er zich niet aan, dat op die1 school
[met Godl en 'Zijne geboden geen rekening
werd gehoudenGodSdlienst is- immers bin-
waikamer-politiek en privé-zaak,
Intusschen zijn drie jaren-verloopen. Onze
I eischen voor de gelijkstelling bleven wij
[stellen, en zie wat pen verandering: voor-
[heen en thans? Een Staatscommissie, door
iCort van der Linden ingesteld; schiep een
[nieuw art. 192, en 't werd na lang ge-
[praat, nadat er eenige wijziging in is aan-
icht, door de Tweede Kamer, ver-
Leden week aangenomen niet 82 stemmen
[vóór en 1 zegge één stem tegen,
[Zoo zijn de linksche partijen op dit punt
[collectief naar Canossa gegaan.
Wat zit er achter, dat 'n Ötto, 'il Eerd-
I mans c.s. in een pogwenik van koers zijn
[veranderd? Wat beteelceint hun evolutie? Is
[hun haat e n afgunst voor 't bijzonder onder-
I wijs in een minimum van tijdl veranderd
[in liefde en vertrouwen?
Ik kan 't slecht gelooven. Veeleer g-e-
loof ik, dat m-en met dit lokaas de rechter-
zijde wil verleiden .en van haar goed ver-
trouwen misbruik makende, haar op een
[dwaalspoor wil brengen. We zullen daa-r-
lom ons kruit moeten d'roog houden
[en wacht houden en waken op elk ver-
I dacht geritselen wordt dan gecom-
taand-eerdi „voorwaarts", dan zal c'e lin-
[kerzijde zich verbazen en van ons kunn-en
IgetiMgen, dat wij niet hebben geslapen,
j doch gereed waren vc-or den aanval, en vol
1 geestdrift de burcht hernemen, waarvoor
I 'tcntousiasme in onze gelederen zoo-hoog
oplaait.
VOLKSWIL.
BINNENLAND.
NEDERLAND EN DE OORLOG.
VOORSCHOTTEN VOOR WONING
BOUW,.
De regeering heeft, naar ,,Het Volk"
FEUILLETON.
Naar het Engelsdi van BOW BELLS,
112.
„Geen bericht, geen nieuws herhaalde
zij droefgeestig, „Die Hemel helpe mij en
mijn arm kind!"
Zij boog zich voorover, legde naar hoofd
I op dé tafel en snikte luide, terwijl Beverley
nu eens zijne handen wreef, dan eens wijn
dronk en koek at en zooi gelulkkig scheen,
lis hij het bij mogelijkheid maar zijn kon.
Eindelijk richtte de vrouw zien weder
op, streek hare handen over haar voor-
hoofd! en wierp het schoone, golvende haar,
dat over haar gelaat hing, weder achteruit,
„Beverley!" zeide zij.
Toen zag zij een oogenblik op en zag
hem vragend aan.
„Welnu, Katharina?"
„Géd-uren-d-e dit stille, eenzame leven, zoo
zeer verschillend van het leven, waarin ik
ben opgeveegd,
„Zoo zeer verschillend van het leve»,
waarin gij zijt opgevoed?" zeid'e hij, en hij
zag de eenvoudige kamer rond en door de
glazen deur in den winkel. „Welnu?"
heb ik tijd gehadl om over vele zaken
"a te denken, daar ik vroeger niet aan
gedacht heb. Ik heb eens nagegaan-, wie
'k nu twaalf jaar gel-e(dlen was, toen ik
met Willem Vincent trouwde."
„Toen gij met mijnheer Vincent trouw
st?" zeide B'everley Bogg met wilden
k,»m op de laatste woorden.
„Ik kan mij nog goad voorstellen, hoe
'k toen was, een jong, dwaas, kinderachtig
verneemt, beslot-en, dat de rente van voor
schotten voor woningbouw iin den v ervolge
niet hi-eer zal worden berekend op een
vo-'et van- f/o, maar van 4(4 °/b.
Deze verlaging van rentevoet is- ge
schiedt, oim het bouwen van arbeiders-wonin
gen te bevorderen.
O-UDE ZILVER'BONS.
De Mi-nis-ter van- Financiën brengt in her
innering, dat de gelegenheid tot inwisse
ling van zilverbons a f 1 en- f 2.50 van
dien ouden vorm- (dus alléén die zilver
bons, waarop dei -hiandt-eekening. van den
Minister B-erling vooirkolmt) nog slechts
open staat tot 1 Januari- 1917.
Het -publiek wordt er derhalve met na
druk op -gewezen, dat het, t-er voorkoming
van geldelijk nadeel, noodig 'is die zoo-even
bedoelde zilverbons vóór of uiterlijk op
30 December "7916 in te wisselen.
Dit geldtGdluiS niet voor de zilverbons,
waarop de handteekemingen „Treub" of
„Abt. van Gijn" voorkomt.
■Deze blijven -gangbaar.
Dia vorenbedoelde inwisseling kan uit
sluitend -geschieden bij het agentschap- van
bet -Ministerie van Financiën te Amsterdam
(Korte Spinhuissteeg no. 3).
De bons kunnen ook per post aan boven
staand! adres worden gezonden, met dui
delijke op-gave van naam en adres van
dien inzender, („St.-Ct.")
DE DISTRI BUTIEWET.
Naar wij vernemen, is in den minister
raad' bes-loten, het 1/10- gedeelte der kos
ten, dat, ingevolge de Distributie wet 1916,
ten laste d er -gemeén-te -komt, onder ande
ren vortn wed-er ten Jaste van de begroe
ting van het Departement van Oorlog te
brengen, voorzoo-veel dat 1/10 gedeelte ge
acht -moet worden ten Jast-e dier gemeenten
cp de uitga-ven voor de aanschaffingen te»
behoeve van de landmacht en de inter,Tee
ring te zijn -besipaardl.
De gemeenten, di-e oip grond van deze
beslissing van den Ministerraad- aanspraak
tneenen te hiebben op een- tegemoetkoming
ten laste van h-et. Departement van Oorlog,
zulten tot stav-ing va-n di-e aanspraak dé
noodige gegevens móeten verstrekken, door
inzending van -gewaarmerkte op-gav-en, vco-r
het -eerst over 1916, van die ingevolge de
Disfributiewat 1916 beschikbaar gestelde ver-
ptegings'miidld-eleh, waarvan de aanschaffing
ten behoev-c van binnen die gemeente ver
blijf houdende militairen en geïnterneerden
heeft plaats gehadl.
UITVOER VAN EENDEN.
De Minister van Landbouw, Nijverheid
-en Handel -heeft bepaald, dat va-n 3 Decem
ber af geen consenten- meer worden uit
gereikt en dat de reedls- uitgereikte en
nog niet gebezigde consenten gel-dïg zijn
tot 9 December 1916,
MAIS.
De Minister van Landbouw, Nijverheid-
en Handel maa-kt bek-end, dla-t va-n- Maandag
4 December tot -en jn-at. Zaterdag 9 Dec.
idla.v. de prijs van mai-s, uitsluitend- -be
stemd om aan gemeentebesturen te wor
den verstrekt vcSof ruiling tegen rogge van
dien oogst 1916, bedraagt voor alle soor
ten f235 per last van 2000 K,GL of 8.22Va
p-er 70 K.G., zoowel! te Rotterdam als
te Amsterdam -te ontvangen.
UITVOER VAN APPELEN.
De Miniister van 'Landbo-uw, Nijverheid
en Handel heeft b-epaa-ldi, dat m-et 'ingang
van 3 Dec-ember geen- co-ns-anten tot uit
voer van appelen, va-n welke -soort ook,
m-eer worden uitgereikt,
schepsel,"
„Gij waart nauwelijks achttien -'a-ar oud;"
zei-die de procureur nadenkend!.
„Jong, dwaas en kinderachtig," ver-
volgdks d-e ongelukkige vrouw, .verkeerd
opgevoed! ont de rampen- van h-e-t leven
te verdragen, ongeschikt oim- de vrouw te
zijn van een «nan zooals hij, behalve in
opzicht,"
„En d'a-t was?" vroeg haar oneemdoo-
g-ende gast.
„Dat ik -hem beminde!" zeide Katharina,
„hem wezenlijk, waarachtig beminde, dal
ik liem eerde, ja hem vereerde, zoosls i-k
het niemand anders op deze wereld deed1."
Hare wangen bloosden, en hare oog-en
werdén heldérder en- liefelijker, terwijl zij
met zoo veel kracht sprak én h-are han-dën
tegen h aar hart drukte, alsof dé herinnering
aan de liefdie van bafe jeugd het nog op
nieuw deed kloppen.
Blevérley werd al bl-e-eker pn b-tee-ker -en
béat zich op de lippen.
„Maar ik was voor hem ni-et geschikt,"
vervolgde zij. „Hij was- zoo wijs en ernstig,
en -ik was si-echts -een hartstochtelijk, wis
pelturig kind', zonder de geringste sympa
thie voor zijne plichten en studliën, ni-ets
dan -een- -eigenzinnig schepsel, dat alterl-ei
genoegens najaagde."
Weder sn-ikte zij voor -een- oogenblik en
ging toein voort. „Dit bemerkte ik echter
niet dadelijk. Gij weet, hoe gelukkig wij
waren, totdat Piaul geboren werd-. Toen
biegon -hij te vera-n-dleren. Hij werd ernstig
en koel, vondl geen- genoegen meer in zijn
huis, dat 'hui-s, dat i-k voor hiem niet ge
lukkig had kunn-ein- maken."
„Ni-et gelukkig hadl kunnen- ma-ken!" lur-
haaldé Beverley.
„Het dleed mij veel verdriet, -dla-t te be-
De Minister van- Landboufw hieeft be
paald), dat gedurende -d-e week van- 3 tot 10
December voor 35 °/o dér boterproductie
oertifi-caten van- uitvoer zullen worden ver
leend! -en 65 °/o Voior het binn-enla-ndsch1
verbruik zat moeten wordlen beschikbaar
gesteld, alsmede dat -dé bewijzen van- toe
lating tot uitvoer van beter afgegeven door
-die Rijkscommissie van Toezicht o-p de B-o-
tervereeniging op gro-ndl van die certificaten
■zullen gelden tot Dinsdag 19 December
a.s., des voormiddag® 12 uur.
VOLVERSCHE KIPEIEREN.
Naar. -wij vern-ern-en, heeft die Minister van
Landbouw b-epaal-d; dat voor de dagen 3
tot -en -m-et 9 'December voo-r iedere hoe-
veelhei-d van 100 vo-lversdh-e kip ieren,
■waarvoor consent tot ui-tvo-er wordt ge
geven-, -een hoeveelheid van 100 volverscbe
kip-eieren beschikbaar'moet worden gestel-dL
Andere -eiersoort-en b-ehoevèn ni-et vco-r
binnenlandlsch verbruik bes-dhikibaar te wor
den gésteldL-
BPONEN.
Door dien Mini-ster van Landbouw, Nij
verheid -en Handel ia de volgende circu
laire tot de burgemeesters gericht:
In aansluiting aan- mijne circulaire va-n
12 October j.l. betreffen-de den aanko-o-p
van paarden-, w-ier-, schap-en-, duiven- en
Waalsch-e- of tuinboo-nen, u d'cor b-emid-
dëling van de Provinciale Brcodéonnmissi-e
toegezonden; heb ik de eer u m-ede te
deelen
lo. dat den landbouwers a-ls b-ewaa-rioon
d-i-ent te worden- vergoed) 5 cents p-e-r week
voor -iedere H.L., welke- afgeleverd wordt
na 1 Décemb-er Lil-, te reken-en van 1 De-
k-ember ai
2oi. dat den lan-dbouwers. voor 'net be
zaaien van de bij hen in gebruik zijnde
landerijen voor -elke- te b-ezaa-iën H.A. de
volgende hoeveelheden -kunnen wordlen ge
laten: Paardénboion-en 2i/3 H.L., wi-erboo-n-e-n
3Va H.L., schapenlboon-en 2i/a H.L., .d'uiv-en-
boon-en- 2 H,L., Waalsch-e- o-f tuinboon-en
4 H,Li;
3o, dat het vefbod van uitvoer uit de
gemeente, vo-or rogge, roggemeel, tarwe,
gerst-en haver, gegeven- in -mijne circulaire
van 9 Augustus j.l., wor-dlt uitgebreid tot
d-e in déze circulaire bedoelde boon-en;
4o. dat aan verbouwers- en handelaren
dé gelegen toei-dl wordt gegeven- die in dez-e
circulaire bedoelde bco-n-en, vcor zoover
zij voor den zaai geschikt zijn, te kcopen
of te verkc-o-pen, onder dezelfde voorgaar
den als voor ro-gge, tarwe, gerst en- hav-er
-is b-epa-ald in -mijpe circl-a-ira van 19 Septem
ber j.k
TEGEN HET SMOKKELEN.
In zijn besluit van ,15 October 1916 be
paalde dé rijkska-ns-eli-er, dat die D.uitscbe
grondeigenaren, dat de -op hunne 'in Ne
derland gelegen landerijen- gete-eklle pro-
dlucten -ni-et aa-n -d-e Zerotra-l Eiin-kaufs Gcs-ell-
schaft behoeven aan te geven en af te leve
ren. Deze bë-pal-img, zegt Jyet „Hb-1.", heeft
evenwel tot groo-ie -knioei-erijen aanleiding
gegeven, daar veel graan, meel, o-eul-vruch-
tan -en andere levensm-iddlelein in Nederla-rtd
opgekocht -en ond-er vcorw-en-dis-el -dat zij op
landerijen van Duits-ebers geteeld waren,
vrij -ingevoerd! warden, -ein zelfs inla-n-dsche
producten oip -d-ie manier aan het algemeen j
belang werden onttrokken.. Om deze re-den I
is thans bevolen-, -dat ook -d-eze grenspr-o-
dlucten voortaan aan den Central Ein-kaufs j
G-es-ellscfiafc afgeleverd moet-en word-en. Om
té voorköm-en, dat deze fiu wegens de
mierken. Maar in plaats vaan a-lles aan t-e
wenden Oml hem te behagen, li-et ;k mij
besturen door mijne tratsChheid en mijn
eig-enzin. Ik nam- zijne koelheid over, ver
meed zijn gezéls-obap -en w-erd- no-g wispel-
turigier len zocht no-g jnee-r naar genoegens,
dlan i-k ooit gedaan had; Eindelijk, Beverley,
verteldét g-ij -mij do oorzaak va-n die pro-ote
verandering. Hij had -een am-dler ontmoet,
dié beter b-ij h-e-m paste d-an zijne kindér-
eChtige, -kleine vrouw, en zij had zijn
hart gewonnen. Ik verdiende h-et, maar
to-oh ik werdl wo-edienid toein ik bemerkte,
dat ik hém' verloren hadi Maar had ik to-en
no-g m-aar verstandiger geweest, dan- zoude
ik n-u zijnie gelubki-ge. geëerde vro-uvv wezen
in plaats van -dé v-eriat-erae, ongelukkige
vrouw, di« ilk nu ben-. I-k luisterde- naar
mijntrotscb, jalo-ersch hard -en- ik verli-et
hém zondier -er aan te denken, dat ik ge
zworen ha-d! getro-uw en- goed) jegens hem
te zijn, zoo- lang jik zo-udla leven,"
„Het is te laat oim -er n-u aan- te den
ken. Katharina." zei-die Blev-erl-ey Bogg. „Wat
voorbij -is, kan- niet wordlen- teruggeroep-en."
„Kan niet worden teruggero-ep-en," -zeide
zij, „maar bet kan -hersteld wordlen, Gij zijt
altijd zijn vriend geweest, gijl zijt zijn mak
ker, gij k-ent zijn karakter heter dlan iemand
anders. Zieg mij, zou ik ni-et weder tot hem
kunnen gaan?"
„Waarom?" vroeg hij- haar «enigszins
bits.
„Ik zoude hem mijn geh-eel ongelukkig
leven vertellen, Ik zou -mij aan- zijne voeten
nedierwerpen; en- nooit weder opstaan, dan
nadat hij mij vergaven, had. O; Beverl-ey,
hij -is zoo- goed; zoo -edelmio-edligHiij zon
mij -n-i-et van zich stooten, indien hij alles
wist
„Gij zégt, dat bij goed! -en edelmoedig
daar bestede hoogpre prijzen in N-ed'erla-nd
blijven, is d-e Zl E. G. toegestaan daarvoor
hoogcre dan de vastgestelde maximumprij
zen te betalen,
DE DEPORTATIE DER BjELOEN.
Vragen van dén beer Duys betreffende
h-et wegvoeren van B-elgen -naar Duitsehland
(ingezonden 21 November 1916):
1, I-s h-et aan de Regeering békend;
dat sedert een-igen -tijdl idle Dnitsche ov-er-
heidl duizenden inwqners van h-et bezette
geb-iedl van België tegen hun wil naar
Duitschlan-dl laat wegvoeren?
2Is h«t juist, da-t betreffend den-
terugkeer van Biel-gische vlu-dhtc-ling-en, waar
van duizenden thans gedeporteerd wo-rdien
naar Duitsehland, destijds- overleg i-s ge
pleegd! tussch-en de Nederlands-che regeering
en het Du-itsche opperbestuur, -blijkens e-ene
publicati-e 'van dén heer Zimmerman, bur
gemeester van Rotterdam, die,dato- IJ Octo
ber 1914, -en luidende als vo-lgt;
„Da Burgemeester van Rotterdam aan
de Belgis die vludhtelin-gen.
Dé Burgemeester van Rotterdam m-aakt
b-ek-end; dat het overleg van de Ne-dler' and-
sch-e R-egeerin-g met het Dlui-tsche Opper
bestuur o-mtrent dien terugkeer dier Belgische
vluchtelingen tot een gunstig resultaat heeft
gel-eidi. De terugkeer is toegelaten niiet
all-e-en naar Antwerpen- -en omgeving, maar
naar geheel België," -etc.
3. I-s het juist, dafc bij dlit overleg de-
Duitsch-e regeering zich- tegenover dé Ne-
derlandsch-e regeering verbond-en heeft o.a,
de terugkeerende vluchtelingen niet naar
Duitsehland te v-ervo-eren?
4. Welke stappen he-eft de- Regeering
gedaan o-f denkt z'j te do-en naar aanlei
ding van diez-e zaak?
Antwoord van den heer London, 'Minis
ter van Buit-enlandsche Zaken, (i-ngezo-niën
4 Dieoember 1916)
Het antwoord op- dé -eerste dri-e vragen
kan -in algemeenen zin bevestigemd luid-en,
In antwoord op dé vierde vraag kan de
ondlërgeteekemde mede-d-eelen, -d-at Ji-ij naar
aanleiding van de bovenstaande feiten een
schriftelijk vertoog tot d'e Duitsch-e reg-e-e-
ring -heeft gericht, houdendé dat -de Nedter-
landSchie Regeering de wegvo-ering van d-e
bevolking van -een bezet gebied naar het
land van d-e bezettende macht i-n strijd acht
met de bepalingen- en don geest van het
volkenrecht, zooals d'it laatstelijk uitdruk
king heeft gevonden jin- d-e vierde Haags-die
Conventie van 1907, diat zij evenwel, ge
trouw aan de sedert het begin- van den
oorlog door haar gevolgde gedragslijn, zich
van bijzondere sta-ppen t-e die-z-er zake ont
houden zou hebben, ware het niet da-t, de
bovenomschreven feiten -een besliste Ver
antwoordelijkheid op de Neidlerlandsch-e Re
geering gel-egd hebben tegenover diegenen
onder d-e thans weggevoerde Belgen dii-e,
aanvankelijk naar Ned'erlainidsch- 7-ebied uit
geweken, later naar België teruggekeerd-
waren, vertrouwende op de waarborgen, o,a.
van niet-wegvoering naar Duitsehland, wel
ke hun dlo-or de hoo-gste Duitsch-e Overheid
te Antwerpen, met -medewerking -der .Né-
is!" ze-idé B-everley Bogg. „Ik weet ook,
dat hij trotscli en hardvochtig i-s-. Weet. gij
we-1 wat de wereld van u- zegt?"
„Van mij?"
„Dat gij uw man hebt v-erla-tien, omdat
gij bevonden heb-t, dat- er -ecra an-dér was,
dü-en gij m-eer bemi-ndiet dan- ham. Dat di-e
andtere uw metgezel- op- uwe vul-cht was,"
„O; Beverley, hoe ko-n men, hoe k-on
men zoo- spreken.?,, riep Ka-tharima in. wan
hoop uiit. „En waser n-i-emiandl om mij
togen zujk -een- vuilerr laster te verdédigen
Was -er niemandi, di-e voor een-e a-rtne, ver
latene vr.o-uiw sprak, -en dé wereld zeide,
dat zij Loog, va-lschelijk 3'oog?"
„Ja, er was -er één," zei-dé hij met een
glimlach, waardoor zij op dé ged-achte m-oest
worden gebracht, -dlat hij dli-e persoon- was,
„Er was er één, m-aar de vele last-er-
tongein wilden niet tot bedaren- gebracht
worden, -en de ménsohen hooiden hetge
rucht, on geloofden hef."
„En hij, mijn echtgenoot?"
„lik kan u n-i-et zeggen; wat hij -ér van
dacht. Ik verbeeld mij, dlat hij bet ook
geloofde. Maar in ieder geval ziet gij, ho-e
nutteloos het vo-o-r u zoude wezen eeme
pog-ing te wagen, Zijne jtrotschbeid' zou-d-e
er zich tedén -Verzetten, pene vrouw wed-er
in zijne armen- te ontvangen, -een-e vrouw
weder in zijn hu-is te n-emien, wier naam
géidnr-endé zoovele jaren o-p ieders tong
h-eiaft gezWeefdl."
„Baverley," zeide Katharina S-meeken-d;
gij weet het beter. Gij wee-t hoe zuiver ik
altijd gel-eefd heb, ho-e ik heb gewerkt
én gestreden, -en zijn naam- nooit door -eene
énkele dha-dl heb bezoedeld. Pleit voor mij,
verbal hem- mijn gdhiaelen- levensloop sedert
ik -hém- verliet. Beloof mij, dat gij het doen
zult, om der wille van uwe oudé vriend-
derland'sche Regeering, uitdrukkelijk waren
gegeven,
Op dézen grond heeft de Nederlandsch-e
Regeering ben slotte de verwachting uit
gesproken ,dat diegenen ondier de naar
Duitsehland weggevoerde Belgen, welke in
bet voormeld geval verkeeren, zoud-en wor
den teruggezonden naar hun- haardsteden.
VAN HET BINNENHOF.
Vergadering va-n Vrijdag 1 D-ec.
Het vlot flink -met die behandeling- d-er
voorgestelde Additio-neeie artikelen der
G rond wetsherziein ings vo orstelten.
Over d-e amendementen o-p dé voorge
stelde voorlc-o-pige kiesrechtregeling w-endl
ni-et a-1 te lang gepraat.
W-e vermelden alleen die voorstellen, waar
het ten slotte toéh hoofdzakelijk o-p aan
komt.
Da h-eer Hugenholtz (SI.D.A.P-.) vond
met dén heer Van .Twis-k (A.R.) de be
paling, dat -het kiesrecht voor milifai-ren
in werkelijken -d'ienst wordt gies-cho-rst, zoo
lang de dienstplichtigen- geheel- of ten d-e-elè
buitengewoon o-n-dér -die wapenen worden
gehouden, te ruiint -en te imperatief en
stelde daarom- voor de schorsing facultatief
te -stéllen, aan dé Kroon over te laten -en
ook m-ogejijk te maken voor een bepaald
gedeelte van -het land.
Niettegenstaande Minister Cort van
d'er Linden bet amendement ontraad-
dé, o-m-da-t hij -de regeling li-ever in de
wet wikl-e zien opgenomen dan haar aan
de Kroon over te Jat-en; wierd het aan
genomen -met 31 teg-en 25 stem-men.
Een am-endément-S cha-per (S.D.A.P,),
bedoelende voor te- schrijven, dat bij alge-
me-ene-n maatregel van bestuur een regeling
zou wolden vastgesteld! vo-or een schade-
lodssteiling van on- en minvermogende kie
zers, di-e niet zo-nber geldelijk nade-el. hun
stemplicht vervullen, werdl .mi-elt gehandhaafd.
Er kwamen zooveel, bezwaren tege-n, da-t
dé voorsteller w-el- zag, dat hij toch- -een
nederlaag zou lijdignl. H(ij! gaf den Minister
tos, dat de -moeilijkheden- nog wel op
andere mani-aren, o. a-. doo-r overdracht van
stemmen of de mogelijkheid van- stemmen
buit-en zijn woonplaats is te ondervangen
en verving zijn- a-ménde-m-ent door een mo
tie; waarin de Karnler de wensch-elijkbeid
zou uits-prek-en een-er wettelijke regeling
van de wijze, waarop de kiezer, die -op den
dag -dier stemming ini-et i-n zijn wo-onplaats
aanwezig kan zijn, aan zijn- stemplicht zal
kunnen voldo-en.
Welke motie zondier stemming werd aan
genomen, nadat Minister C r t va-n d-er
L i n -dl -e -n verklaard- hadl er ge-en bezwaar
fegen te h-eb-b-e-n.
Op dé -evenredige verie-genwo-ordlging ha-dl
betrekking een- amendem-ent-D r i o- n (V.L.),
i-ngedli-endl met dé bedlo-eSiing, d-en ki-ezers
m-eer in-vloed te geven p-p- de aanwijzing
o-o-k van dé p-erso-n-en- der afgevaardig
den (-ni-et alleen van hun richting des)
dan i-n bet stelsel dér Regeering het geval
is, waarin -na-ar da m-eening va-n dén voor-
s-chap;"»
Zij knielde voor hem n-edler en- legde
smeökendl hare han-den- over de zijne.
„H-et zal ni-ets baten," ze-idé hij, „Indien
gij hem- zijn zoon ko-ndlet wedergeven
„Da-t kain ik ni-at, gij w-eat, dlat ik het
ni-et kan," sn-ikte zij. „Toen ik i-n het gast
huis zi-eik lag, zoo- ziek, dat ik niet eens
wist, wat er met mij zelve gebeurde, werd
mijn -kin-dl van- mij weggenomen, W:at recht
hadl h-et bestuur otnl "mijn kind aan een
vreemdeling te gev-ên? -Gij w-e-et, wat ik
gedaan heb o-m -hem terug te vin-dén, zoo-
dra ik wiedér hersteld was, hoie de- per-
jpon, dli-e hem had aangenomen, verd'.venen
was- -en geen spoor achtergelaten hadl om
mijn kind teritg te .vi-nden."
„En toch, indien gij dén j-ongen kunt
terugbrengen-, dan zal hij u misschien om
het kind vergiffenis schenken. Er blijft u
geene andere kans over."
„Verloren, verloren! mijn man en- mijd
kindl!" riep zij radeloos-.
„Indfein- gij hem- vóór dien tijd «raat op-
zoék-en, zult gij alle kans o-p- verzoening
verliezen, Katharina-, vertrouw mij n-u weder
zooals gij altijd godaan hebt. Hebt nog
weder een jaar geduld;. Jk zal affla krachten
inspa-nnien om- uw kind te vinden en als ik
geslaagdl zal zijn, zult gij' hem- tot uwen
eahtgenoot vo-ereh- en hem vergiffenis vra
gen."
„En hij zal h-etmij! n-i-et weigeren. Hij
zal -barmhartig jegens mij zijto om d-er wille
van dien kleinen Paul. Beverley, ik zal u
gehoorzamen, -ik zal .wa-ebten n-o-g strij
den met geduld en hoop;"
(Wordt vervolgd.)
■NÉÉK
WÊiÊÊtm