LFKOEffl,
is, I Maling,
srs
„GLORIA MIJN Dl",
ilhuis
slhuis
Ijk Bo eblis
11e Jaargang1
-HM0WA4BD,
COEIfiN',
P 1 DE UKQI,
te Blokhuizen
Niedorp).
MI Pil SIE62
ka E01IEBT
Heilo
No. 42
Dins^asr 10 April 1917.
Uitgave van de Naamlooze
Vennootschap „ONS BLAD"
ALKMAAR.
DIT BLAD VERSCHIJNT DINSDAG,
DONDERDAG EN ZATERDAG.
R. K. NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR NOORD-HOLLAND
Vreemde kinderen in
ons Land.
faul de vagebond.
4 CENT SIGAAR.
Vorstenlanden en Sumatra Havana-Melange
Firma H. KRIJNS.
10 APRIL 1917, des
uur, tea huize en ten
n heer K. DE BEURS,
rweg, nabij
in de Zijpe,
van
alid, 1 gereden Koe,
Biggen en 2 zonder
irammen, 16 Schapen
1 Paard, (moet 10 Mei
[veren, l-paarda Maai-
'oed als nieuw, Hooi-
nachine, Bakwagen met
Mewiel m@t Ierbak en
;oebehooren, Draaikara,
Melkvaten, 25 Melk-
nsen, Gaarvat, Emmers,
Ierpompen, waas van 1
angloopers en -beunen,
aad, groote Paptrog en
ken, Yarketszeunissen
)EMEST.
geen stalling, maar wel
Notaris VRIJBURG.
20 APRIL 1917, des
op de boerenplaats van
fAGER Jz., van:
)en of op kalven staan,
aarsen (Zomerkalvers),
acht wagen met zijpor-
Boereuwagen met toe
machine (Cormick) met
dikkebalk. alles zoo
2 driowielde karren,
boerenwagen, bakwagen
rsD, hakselmachine voor
fkracht, hooischudders
>y hooihark (Ransome),
ers, oud ijzer, diverse
jouwgereedschappen,
palen en wat verder
worden aangeboden,
feid van «Je plaats is
t stalling.
Notaris.
3CHAGEN,
dag ÏO April 1917,
ir, ten verzoeke en ten
de Wed. Jb. WATER-
inderen, te Blokhuizen
Niedorp, publiek ver-
■v
ikalfd hebben of op kal-
pinken, 5 kuikalveren,
mmel, aftands), 1 beste
driowielde kar, 1 wit-
we melkwagen (voor
>n harkmachine, zaad-
penenmachine, ketting-
mwe ploegslede, melk-
aelkkommen, roomvat,
eunis, nieuwe kalver-
3 koekenkisten, eenige
zereu koepennen, kluis-
imen, biggenkorf, kip
ken, hekken voor een
karstokken, schoppen,
-rken, 2 hortvorken,
ethakkers, modderbeu-
seis, kroosers, krossen,
ken, mestplaaken krui-
spatschutten, 2 gang-
.rkenshok, kalverenstal,
ve sleij, wagenwip, 2
teerbus, rol puntdraad,
irt mud, haam, kartuig,
h 50Ü0 KG. hooi.
HUISRAAD, als:
igea, iedikantje, kinder
aarzen, laarzenknecht,
net wringer, vuurpot
flets en hetgeen ver-
zal worden aangeboden.
ts is gelegenheid tot
heer W. PRUM aan
Woensdag 25 April
10 uur, om contant
s M. GOUVBRNE,
van:
Kil
ppen, 1 Bask
in, Gereedschappen
leren,
verkoopdag.
lOmjEWi Aflens
Bur.: BREEDSTRAAT 12.
Telefoon No. 433.
ABONNEMENTSPRIJS
Per kwartaal franco huis.
Met geïtl. Zondagsblad
bij vooruitbetaling.
Afzonderlijke nummers:
van de courant
van het Zondagsblad
90 ct.
125 ct.
3 ct.
5 ct.
ADVERTENTIËN:
Van 15 regels50 et.
Elke regel meer10 ct.
Reclames per regel25 ct.
Kleine adv.: 30 woorden bij vooruitbet. 30 ct.
Het vraagstuk der vreemde kinderen die
uit de oorlogvoerende landen tot ons komen
om herstel van krachten te zoeken, vraagt,
nu de levensomstandigheden van ons eigen
volk met den dag moeilijker worden, onzen
vollen aandacht. Steeds grooter wordt de
stroom die ons land binnenstroomt en enkele
plaatsen vooral de keerzijde van deze in vele
opzichten mooie medaille doet ondervinden.
Ons land behoort nog tot de gelukkigen
die niet direct bij den oorlog betrokken
zijn en het spreekt van zelf dat het een
plicht is hulp en steun te verleenen, waar
dat mogelijk is. Gaarne heeft Holland dan
ook reeds sedert geruimen tijd de schoone
taak op zich genomen huisvesting en ver
zorging te verleenen aan hen die buiten
hun schuld uit hun land zijn verjaagd en
aan kinderen uit het bezette gebied die
door ondervoeding lichamelijk waren ver
zwakt. Waar het kind in zich de toekomst
bevat en waar een krachtig toekomstig
geslacht meer dan ooit noodig zal zijn om
na den oorlog ten spoedigste het verleden
ongedaan te maken, daar heeft ons land
terecht het zijne er toe bijgebracht aan dat
belangrijke doel mede te werken. En vooral
de arme en minder met aardsche goederen
bedeelde kinderen gold deze onbaatzuchtige
bijstand.
Maar al mag ik spreken van onbaat
zuchtige hulp en al stond voorop het ver
langen anderen in nood verkeerenden te
helpen, hiermede ging toch gepaard de
wensch dat deze getoonde bereidwilligheid
er toe zou bijdragen, onze verhouding tot
de oorlogvoerende mogendheden zoo vriend
schappelijk mogelijk te maken. Het is
daarom ook zeer zeker dat onze Regeering
zoo gaarne zag dat de gevraagde hulp
werd verleend en zelf daadwerkelijk deze
pogingen ondersteunde. Maar de tijden zijn
veranderd, ondervonden wij in de eerste
oorlogsjaren slechts in geringe mate den,
druk der tijden, thans ondervindt bijna een
ieder aan den lijve de droeve gevolgen van
dien wereldstrijd. Het is dan ook niet te
verwonderen dat er, vooral in die plaatsen
waar het aantal vreemde kinderen ont-
zaggelijk groot is, en het aanwezig zijn van
verschillende nationaliteiten aanleiding tot
botsing geeft, stemmen opgaan om dien
toevloed uit het Buitenland te beperken.
Kan men zich nog vereenigen met hen die
inderdaad een hei stel van gezondheid noo
dig hebben en financieel niet in staat in
hun eigen land dat te zoeken, men kan
het niet met die kinderen, welke voor een
groot deel althans, geen blijk geven on
doorvoed of ziekelijk te zijn, en wier mid
delen zoodanig zijn dat van weldadigheid
geen sprake is en dan ook uit eigen beurs
hun verblijf ten onzent bekostigen.
Men mag het den een of anderen parti
culier niet euvel duiden, gelijk het gedaan
11 aKsarwrcn
EEUILLETON.
Naar het Eng-elscfa. van BOW. BELLS,
61.
„Gij zijt -een- te bedaard en koelbloedig
tnan vam die wereld om u zelf te bedrie
gen," vervolgde zijn vriend, ,,ik geloof
wel, idiat gij in alle zaken mijnie belangen
zult behartigen, alsof zij uwe eigene wa
ren."
„Doe ik het niet?" antwoordde die pro
cureur. „Willem, ilc maak nog!' pieer mijne
studie van uwe zaken, idlaln van idle mijne."
„Geef mij een paar dagen om na te
denken," zeidie idle recihiter, „ik mag in deze
zaak niet met overhaasting te werk gaan.
Indien jk 'na verloop van dien tij'dl niet
Van gedachten verander, idlan zal ik mijn
geheels fortuin in uwe hapden stellen,
wal overtuigd, -dlalt gij het niist te lidhit zult
Wagen."
„Uw vertrouwen overstelpt mij," zei-dia
iBev-eriey, -die veel moeite moest dloien om
die verrukking te verbergen, wqlke hij ge
voelde over het welslagen van zijne plan-
wen. „Om uwentwille -en oim der wille
van uw zoon, zal ik al mijne krachten
inspannen om n in idleze zaak vaim dienst
te wezen."
Weinige o-oigenblikken later hadden de
twee vrienden elkander verlallen..
Rechter'Vincent ging ibedlroiefdl naar huis.
Met vreesi, maar toch met vurig verlangen;
dadlit hij aan den. volgenden morgen, wan
neer hij zijn kind! zou g,a,ajn bedoeken. Jot
is, dat hij zich zeiven een financieel voor
deel uit de verzorging dier kinderen tracht
te verschaffen, maar wel dient er van Re-
geeringswege een maatregel getroffen te
worden opdat die toevloed van vreemde
kinderen, niet grooter wordt. Het is niet
twijfelachtig of, indien zulks niet geschiedt
zal het aantal kinderen sneller stijgen,
naarmate het gebrek bij onze naburen
grooter wordt. Het is dan ook niet uit
gebrek aan sympathie voor een der oorlog
voerenden dat het mij wenschelijk voor
komt in deze een regeling te treffen, maar
alleen uit een gevoel van plicht tegenover
onze eigen landgenooten. Velen die deel
uitmaken van comité's, maanden geleden
opgericht, om vreemde kinderen een ver
blijf in ons land te verschaffen, zouden
zeker geen deel daarvan hebben willen
maken, indien zij geweten hadden, dat de
toestand in ons eigen Vaderland zoo spoe
dig groote moeielijkheden zou opleveren
op het gebied der volksvoeding. Nog eens,
weldoen en hulp bieden is niet alleen een
schoone taak, maar zelfs een plicht, doch
wij moeten niet vergeten dat ook hieraan
grenzen zijn, vooral indien de eigen be- jj
volking daardoor te lijden heeft.
Waar wij overtuigd zijn dat een beper
king in deze geboden is, laten wij ons dan
beperken tot die kinderen, welke het aller
meest verzorging noodig hebben en wier
ouders financieel niet in staat zijn het
noodige te verschaffen.
Mr. PAUL VAN SONSBEECK.
BINNENLAND.
NEDERLAND EN DE OORLOG.
BROOD.
Uit goede bron verneemt het HaVgsch
Correspondentiebureau dat de prijsregeling
van het wittebrood een gevolg is van het feit,
dat den laatsten tijd de prijs van dat brood
volstrekt met meer in verhouding was tot
de prijzen van de grondstoffen en het nu
in verband met de schaarschte van de
grondstoffen van belang was een zoo zui
nig mogelijk verbruik te bevorderen. Het
stellen van een juisten prijs voor het brood
is hiertoe voorzeker aangewezen. Hieruit
behoeft echter niet te worden afgeleid dat
reeds binnen enkele weken geen brood
meer verkrijgbaar zou zijn. Mocht de toe
stand dat geen tarwe wordt aangevoerd
voortduren, dan wordt overwogen 15 a 20
pCt. van het tarwemeel door maismeel te
vervangen, waarmede thans proeven wor
den genomen.
In verband met den prijs van het brood
dient nog opgemerkt te worden, dat het
regeeringsbruinbrood nog altijd slechts 12
cent per 400 gram kost en dat naast het
witte tarwewaterbrood door de bakkers ver
krijgbaar moet worden gesteld tegen 14 ct.
per 400 gram.
BENZINENOOD.
In verband met den bestaanden benzine-
nood heett H. M. de Koningin besloten
zoo weinig mogelijk van automobielen ge
bruik te maken.
WITBOEK.
Thans zijn verschenen de aangekondigde
„Diplomatieke bescheiden betreffende de
toelating van oorlogsschepen en bewapende
diep in den nacht zat de procureur pv.er
zijne monsterachtige plannen na te den-
kern i,,
HOOPDSTUK XXXV.
In welke a ms Tan dig toedien die
rechter en zijne ecihtgneimpoit-e
weder met faun kind verte-
nigd worden.
Paul's cel werd slechts wedtijg door d'e
morgenzon verlicht, die door toelt kleine
venster op de ruwe, ste-ene» muren en de
•weinige meubels scheen.
De cipier opendie de deur -en kondigde
eene vrouw aan.
Zij' was deii man onmiddellijk gevolgd!
en 'toen Piaul zijn hoofd ophief, stond zij
reeds in toet vertrek.
Het was Katharina Vincent.
„Piau.1, mijn zoonriep zij tut, sprong
naar hem .tog en sloeg hare armen om
zijn hals.
De cipier sloot de deur en ging toe-em
Voor -de eerste maal sed-ert zijne -eerste
levensdagen, rustte Paul's h-oiofd op de
borst zijner moeder, terwijl hare tranen
en kussen, bij m-enigte op zijn-' voorhoofd
vielen.
Paiui zag op in dat gelaat, zoo bleek,
zoo- isdhio-on, zoo- vol verdriet, en. toch
zoo- vol liefde, toen zij op hem. nederzag".
Zoo- l-agen zij gedurende langen- tijd in
elka-n-der's armen ge-sloten.
-Eindelijk sprak Kathart® a.
„Goddank, dat gij mij! niets- verwijt
ze-ide zij".
„Ik u verwijten, moeder?" antwoordde
hij, „waarom zou ik 'dat doen? Ik ben, er
handelsvaartuigen der oorlogvoerenden bin
nen het Nederlandsch Rechtsgebied", welke
de Minister van Buitenlandsche Zaken aan
de Staten-Genéraal heelt doen toekomen,
onder mededeeling tevens, dat een mede-
deeling aan de Staten-Generaal betreffende
een met den Franschen gezant over de
zelfde aangelegenheid gevoerde briefwisse
ling binnen zeer korten tijd zal volgen.
Daarin worden achtereenvolgens behan
deld:
I. De aanhouding van een Duitsche on
derzeeboot in de Wielingen;
II. De quaestie der Duitsche torpedo
boot „V 69" te IJ muiden
III. De stranding van- de Duitsche duik
boot „U B 30" op de kust van Walcheren
IV. De binnenkomst van het 'Britsche
gewapende handelsschip „Princess Melita"
te Hoek van Holland
V. De stranding van de Duitsche onder
zeeboot „U B. 6" nabij Goeree.
DE GIFT VAN DE DUITSCHE
MARINE.
De gift van f xo.ooo, welke als erken
ning van de verleende hulp »aan de be
manning van den torpedojager „V 69"
door de Duitsche marine aan den burge
meester van Velsen werden toegezonden
voor weldadige doeleinden, heelt thans
eene bestemming gevonden.
In overeenstemming met den wensch der
plaatselijke gezondheidscommissie, is het
geld bestemd voor den bouw van een
ziekenhuis. Tot het tijdstip, waarop het
voor dit. doel kan worden besteed, is het
belegd.
DE „CYCLOOP".
De zeesleepboot „Cycloop" van den
sleejibootdienst Zurmühlen, dieteljmuiden
gestationeerd is en Zaterdagmorgen vroeg
uitvoer om het Belgische Relief-stoomschip
„Trevier", hetwelk volgens de rapporten
op 24 mijl magn. Noord van het Maas
vuurschip nog drijvende zou zijn gezien,
te bergen, keerde te IJmuiden terug.
De bemanning rapporteert dat haar schip
het voorwerp is geweest van een onver-
hoedschen duikbootaanval, niet ver van de
plaats waar het stoomschip „Trevier" voor
anker zou liggen. Juist op de 20-mijls-grens
kwam plotseling een granaat vlak bij de
„Cycloop" in het water terecht en werd
gevolgd door nog zeven andere granaten.
Het bleek dat deze afkomstig waren van
een Duitsche U-boot, die inmiddels in de
nabijheid van de sleepboot kwam. Deze
was gestopt en zette een scheepsboot uit
om naar de duikboot te roeien, teneinde
de papieren te laten inzien. Nadat de duik
bootcommandant deze documenten had
doorgelezen, deelde hij mede dat het schip
tot zinken zou worden gebracht, daar het
zich binnen het verboden gebied bevond.
Terwijl een officier en eenige matrozen
naar de „Gycloop" teruggezonden werden
om deze door brandbommen te doen zin
ken, werd kapitein De Graaf als gijzelaar
op de duikboot vastgehouden. Na aankomst
op de sleepboot werden tusschen den ver
tegenwoordiger. der reederij, die persoonlijk
was medegegaau om het bergingswerk te
leiden, en den-officier langdurige bespre
kingen gevoerd. De vertegenwoordiger
vroeg ot het schip, nu het toch als buit
moest vallen, niet naar Zeebrugge kon
worden opgebracht. De officier beweerde,
dat dit niet kon, omdat er te weinig tijd
was en de grootte van de sleepboot de
moeite niet loonde.
In verdere onderhandelingen kon men
toch aantoonen, dat het "schip niet op
Engeland voer en uitsluitend was gekomen
om de „Trevier" te redden. Dé «officier
van overtuigd, -dlat gij mij geen onrecht
zou-dlt kunnen aandoen."
„Hiet grootst mogelijke onrecht," riep
zij snikkende:, „ik in-ami u met mij mede-,
toien ,i-k uiw-e-n vadier verliet. Ik b-eiro-o-fdte u
v-an -die voordeelen uwer geboorte, va® -de
zongen eens vaders, en- -dlit is n-u idle- o-ng-e.
lu-kkige beloo-ning voor mij-roe dwlaasfaieid!"
„Gij -dienkt -immers niet, dlat ik schuldig
bien?" vroie-g hij met een angstig toiairt,
„Neen, .neen .al zo-u-die -die- gefaeele .wereld
u mist leen-e misdaad' branidm-erk-eto, ik zo-ude
fiat niet geloio-ven, ik zoude 'nog altijd
ongeschonden mijn vertrouwen op- uwe ge-
heiete onschuld! -behio-udien
i Piauil trok fa aar hoofd oip- zijn schouder
piddfer ein am-anmdie toaar t-eeidier.
„Indien wij" ton sliechts kora-d-en sterven,"
fluisterde 'hij, „en o-nvsnia-ppen aan de vree-
1 s-elijkie toekomst, diie nog vo-or ons li-gt!"
„Scheiden zeide zij, „zal, ik 'diaax wieder
I alleen op -dleze wereld- mo-et-en rotnidizwer-
ven? ,En gij gij acto, «ne-ew! ik kan
h-ct woordl niieit uifspine-kenAcfa, P-au-I, is
er -gie-en -middel om- e-r aan te- ontsnappen
„O-öen -enkel!" zeide- fa-ij toornig, „moeder,
wij moeten -dleze bittere- straf, -dii-e o-v-er ons
ko-mt vo-or idle misdaden van, een a-nidler,
zoo- go-edl mogelijk verdragen. Houd moed!
W-anneer dit voorbij' iis wapmieer ik ui-t
die gevangenis kom, zullen- wiij' weder te
zam-en zijn!"
Snikkende -drukte zij' hem, 'nog weder
aan haar borst.
„Ik zal voor u werken," vervolgde hij,
j om 'haar n-og -een-igsziin-s- m-oedl in te spreken,
j „in die eene o-f atadere plaats; waar ik
1 na-et bekend zal zijn, eau ondanks, al onze
tegenwoordlige ongelukken, zullen wij dan
vroeg' toen instructies aan den duikboot
commandant, met het gevolg dat hij met
zijn brandbommen vertrok en kapitein De
Graaf weer op de sleepboot terug kwam,
waarna de „Cycloop" naar IJmuiden kon
terugkeeren, tot niet geringe blijdschap van
de opvarenden. De niet-gezonken „Tre
vier" heeft naar alle waarschijnlijkheid dus
als lokaas gediend om andere schepen in
de val te lokken.
VOEDSELVERBOUW.
De commissie inzake voedselverbouw,
benoemd door het bestuur der Nederland-^
sche Heidemaatschappij, vestigt er de aan-'
dacht op, dat haar gebleken is, dat op
verschillende plaatsen wat te ver wordt ge
gaan met het verbouwen van allerlei ge
wassen. Zoo worden kleine stadstuintjes
tusschen hooge muren of schuttingen, zelfs
ouder boomen omgespit en beplant met
aardappels, boonen enz. Het behoeft geen
betoog, dat op zulke plaatsen de grond te
veel is beschaduwd ol doorworteld om
eenig succes te kunnen verwachten. Elders
worden andere, geheel ongeschikte terrei
nen voor het beoogde doel gebezigd.
Hoewel toegejuicht moet worden, dat
allerwege pogingen worden gedaan om
een mogelijken voedselnood te beperken,
is het jammer voor de thans zoo kostbare
en schaarsche meststoffen, zaaizaden en
pootaardappelen, dat deze niet nuttiger ge
bruikt worden.
Ook ziet men bloemperkjes met allerlei
bladgroenten beplanten. Daarvan echter
brengt ons land zooveel meer voort dan
het zelf kan gebruiken, dat dit geheel over
bodig geacht moet worden. Bovendien
wordt door dezen maatregel onnoodig
schade toegebracht aan tal van bloemisten
en kweekers.
Aan hen, die iets op het gebied van
voedselverbouw willen doen, wordt ernstig
aangeraden advies .in te winnen bij des
kundigen of zich in verbinding te stellen
met de thans op vele plaatsen ingestelde
commissies.
GESCHIL IN DEN KAASHANDEL.
A.s. Donderdag wordt in de. Sociëteit
„Ons Genoegen" te Gouda een openbare
vergadering gehouden, waarin een geschil,
dat tusschen de kaashandelaren en de kaas
producenten dreigt te ontstaan over een
door de eersten voorgestelde inkoopregeling,
door beide partijen beproken zal worden.
Als woordvoerder der producenten zal op
treden de heer A. van Wijnen van Stolwijk,
voorzitter van den Bond van Kaasprodu
centen.
PETROLEUMSCHAARSCHTE.
In verband met de petroleumschaarschte
zijn op de treinen der S.S. de twee lan
taarns, die voor op eiken trein staan, ver
vangen door een enkelen lantaarn, die ge
plaatst is tegen het midden van de voor
zijde der locomotief. Bovendien worden
alle overwegen, waarvan de verlichting
met petroleum geschiedt, thans slechts door
de handlantaarn van den wachter verlicht.
Overwogen wordt nog om lichten van die
seinpalen, welke zonder aan de veiligheid
te kort te doen kunnen worden gemist, niet
te ontsteken. De verlichting van wacht-
tochi nog gelukkig zijn!"
Zij trachtte t-e glimlachen, maar de tra
nen biiggeldle®, faaar over d'e wiaingen.
„Zev-en jaren zeven jar-ein!" zei-die zij,
„i.k kan Ihnet niet uitstaa-n!"
„Zij zullen spoedig voorbijgaan,a.nt-
woomdldle hij, „ik zal nog jong zijin-, als ik
er weder uiit kom, -en dan zal ik mijn- ge-
fa-eele lev-en aan u toewijden-! Zij1 zeggen-,
-dat, indien ik vlijtig- -ben; .ik zelfs- in- eene
gevangenis, toog geld kan verdienen. Indien
dat zoo is-, dan zal ik fan min-ste n-og
i-ets ihietob-en-, waarvoor ik kan werk-etm,
-de hoop; -am iets t-e verkrijgen, dat ons
zal kunnen voiorthclp-effi-, om. ons later het
leven aangenaam te mak-eind'
No|g geen -o-ogenibtik faad iliij er aan ge
dacht am op de ko-sfen van zijn-en' vad-er
te leven. Die gedachte was door zijn i-diee
van volstrekte onafhankelijkheid mi-et in
zijn geest opgekomen en -dlaar Karh-arina
dit wel bemerkte, zag zij mieit bewondle-
Tlllig1, "tl"O[i.1 S 'C-Il op- hem miedler.
„Hoie wenden wij gesdhiei-diem?" vroeg
hij. „Hoe vondt gij mij' weder?"
„To-en gij nog zeer kl-ei-n waart, was ik
ziiek -en, kwam i-n -het hospitaal; gij werd
naar toet werkhuis gebracht. Terwijl gij
da-ar waart, kwaim -een mam toef bestuur
vragen 01m u tot zich- te mogen, tn-emen
-en u als zijn eigen kind op te voeden.
Hij liet een -adres achter, waar ik later,
indien ilc verkoos, u zo-u kunnien- wed-er-
vinden. -Gij toegrijpt wel, Paiu.1, dat -ik arm
'en zoinder vrienden was en- die bestuurders
.tween-dlen mij -e-eto- groofen diiienst te toewijzen
wanneier zij u lieten gaan."
„I'k iden-k, dlat die «nan Jakob Ptow
W-ais," zeide; Pa<uL bij zich zelf,- „piaar ik
kamers, perrons en andere onderdeelen der
stations wordt mede tot het uiterste beperkt.
MR. KOLKMAN en DE AANSTAANDE
verkiezingen.
Blijken-s een schrijven van mr. Kolkman
aan -die Nijmeegsch-e R. K. Kiesvereenigiing
„Recht vo-or allen", kan de -o-uidjuninister
zich niet vereen-igem rn-et het voorstel; om
dit jaar de verkiezingen te dom aflo-open
bij enkele candidaatstelling.
„De Gelderlander" publiceert met toe
stemming van dein schrijver toet schrijven,
dat -aldlus luidt:
„Tegen toet -adivie-s„laat zitten,, wat zit",
toeto ik vier -bezwaren. (Ik Laat toet geheel
persoonlijke, wat er voor de Kamerleden
jn kaïn liggen, geheel buiten beschouwing.)
lo. Wiat zit er achter? Ik' weet faqt n-iiet,
tn'aar vertrouw toet n-iet. 'Het is- -uitgegaan
van -die .liberalen.: Z-ij namen: tot de be
spreking der toomden toet initiatief. W.at
be-dtoel-en zij daarmee? Zouden de liberalen
het ook hebben- voorgesteld, als die reclv
terzijde in de Tweedie Kam-er mie-endler-h-eid
was geweest? Dat "betwijfel ik sterk -en
dla-arom wantrouw ik -de geboete; geschie
de-nis.
2o. H-et is geihie-el -in strijd met den ge-est
-dier Grondwet. Er wordt in de Grondwet
eene ontbiinidling dier Kam-er voorgeschre
ven, wa-iitoieier -er eene wijziging i-n hare
bepalingen iis gebracht. H-e-t -dloial daarvan
is het lan-dl te laten uitspraak doen o-ver
die voorgenomen wijziging. „Laat
wat zit", gaa-t -dlaar lijnrecht tegen-
3o. Ik vimdl het in die -gegeven
dli'gtoédem-, om een zacht woordi te gebrui
ken, eenvoudig potsierlijk. Wiait. is- toet ge
val?
Wij maken e-en-e nieuwe Grondwetsbe
paling, waardoor allen matoinielijk-en- ingeze
tenen, behoudieras enkele uitzonderingen,
h-et stemrecht wcndlt verleend. M-aar daar
enboven wordt ook stemplicht ingevoerd.
Men wil -dlus, dat alle kiezers i-n to-et ver
volg, op- verbeurte van c-en b-o-et-e, zullen
gaan ste-mmen. Maar aam, idle ki-ezers van
tegenwoordig, die volgens de G-rondw-et
mo-eten uitspraak doen, of idfe- bepaling
in idle toekomst gelid,en zal, zegt men:
„Laat zitten, wat zit", m. a. w. bemoei 11
er maar ni-et mee -en blijf kalm thuis.
W-aar i-s hier de logica?
4o. W-ij' zijn e-en-e po-li-tiie-k-e partij. Het is
m, i. vo-or elke politieke1 partij! pli-cht, o-m
voortdurend! haar imvio-edl op- '-s-l-afadlsi zaken
te oefen-en.
Anders pleegt zij zelfmoord-, of bewijst
zij ministens overbodig- te zijd.
Maar vooral meet zij optreden, als haar
die omstandigheden- gutrosilfijg zijn. e11- nu zijin
voor „redhts" -diie o-mstanidiigiinedlein- eveïi
gun-sti-g, ,als zij bij! -die la-atste verkiezingen
in 1913 ongunstig watten.
Toen wa-s het „tarief" aanlhalngig en de
li-nkschiei gro-ep-en faaddtan -er die- moodig-e
leugens -om- toe-en gawe-veim
Thans: lo. leeft eene algem-eenie 'Over
tuiging, -dlat mien in- 1913- is -toee
Niet -alleen wordt het „tarief"
b-eo-orde-elldl, maar Idie linkscfae verki-ezings-
agenten ambtenaren, opienb-are onder
wijzers; -enz. en-z. zijn wo-e-st ontevreden,
karn niet begrijpen, wat hem 'er toe kon
brengien, zi-ch met mij te -belasten,"
„Toen i-k weder .gene-zen was, haastte ik
Mij u terug te halen. Zij vertelden, mij; het
geen ik u, g-eae-gd to-eb-, 'en- g-aven mij het
adires va-n -dien persoon-, die u tot zifch
genoimien h-ad. De rest -kunt gij 'gemak
kelijk raden. Hij was nergens te vinden,
en miet u verdwenen, zoinder h,et minste
spoor -achter te laten."
Terwijl zij1 to,are om-gelukki-g-e geschiedenis
verhaalde-, hing zij snikkende aan, zijn-en
h-als.
„Jaren lang heb ik naar u gezocht,"
vervolgde- zij, „ma-ar ik was arm- -en ik kon
h-et niiet doen, zoioals ik gia-arne wilde-,
Ik ben opip-asB'tier in h-et hospitaal," voegde
zij er -bij', terwijl zij li-em beteeken i-s vol
aanzag, „hoewel ik van gebo-orte e-en-e
groote dame 'b-en."
Hij drukte h-aar nog vasier aan zijn hart.
„Ik fa-adl -mijn-e -pogingen bijna in- wanhoop
voior go-ed o-pgegev-en," vervolgde zij, ter
wijl zij m-et eene -dunrae, bl-Seke hainidl over
zijn geacht streek, „en dacht, -dat i-k u
nooit wedier zoude zi-en."
„Ik wijdde mij a-an mijnen arh-eiidl onder
de zieken- en. ongelukkigen, -en- tr.aeh,tt-e
mijn geluk te .vinden in faet verri-oht-en
van liefdewerken, waardeer ik -die- wel
willendheid mijner oiverhiedem verwierf. On
der -dleze laatsten is -e-en oude -heelmeester,
dii-e mij -dikwijls eene courant bracht, wel
ke ,i.k -dlan g-eidiuren-die -die verveJienldle- urerii,
diie ik des- nachts- bij -d'e ziek-ein doorbracht,
ging lezen. In -ee|ne-, welke fa-ij mij -eeniiga
diagen geleden ga-f, wa9 «eni verh-aal van
den diefstal bij den jood! -öffl van -dien
-br,aini4" (Wiomdt 'vervolgd.), 1
n