DERDE BLAD.
Zaterdag 16 Maart 1918. Me
32.
Uit d© P©rs,
ONS BLAD
Nederland en de geassocieerde
Mogendheden.
De berichten over onze verhouding' tot
de geallieerden en Amerika, luiden steeds
ernstiger; indien onze regeering niet toe
treedt tot de voorgestelde overeenkomst,
zouden, volgens de laatste berichten, onze
schepen worden jn beslag genomen.
Men schijnt deze handelwijze niet meer
dan natuurlijk te vinden, .schrijft „De Tijd",
Reuter zeli noemde het aanbod, door Mi
nister Loudon in zijn nota medegedeeld,
„rechtmatig en zelfs edelmoedig" en de
„Daily Telegraph", welke gisteren reeds
'het plan der geallieerden in uitzicht stelde,
meent, dat „de handeling, waartoe is be
sloten, natuurlijk haar grondslag vindt
in het volkenrecht! Het blad heeft daarbij
het oog op het „recht van pngarie", het
recht van een oorlogvoerenden staat, om on
zijdige scheepsruimten in gebruik te nemen
of deze zelfs te vernietigen tegen behoor
lijke schadeloosstelling.
Wil men van dit „recht", 'dat op on
recht steunt, gebruik maken onze re
geering zal er niet veel aan kunnen ver
anderen, Maar wel is het een der grootste
beleedigingen, welke men ons zal kunnen
aandoen,
Wij' zullen er in moeten berusten,
doch lang zal bij ons volk "de heugenis
blijven voortleven ,van dergelijk grof
machtsmisbruik door de beschermers der
kleine natiën,
Het is nauwelijks te verwachten, dat
Minister Loudon er nog jn slagen zai,
dezen harden slag voor onze natie af te
wenden, Bij zijn onderhandelingen zij hij
echter gesterkt door de overtuiging, dat
geheel ons volk in zijn beleid vertrouwen
heeft en voor de macht niet wijken wil
ten kosite van de eer,
VAN HET BINNENHOF.
Vergadering van Donderdag 14 Maart.
Minister P o s t h u m a heeft een tweede
dag volgepraat.
Over het geheel genomen is Z,Exc, er
ook vandaag in geslaagd zijn wankele posi
tie wei weer wat steviger te maken. Op
menig punt wist hij zich afdoende te ver
dedigen,
Spr, behandelde het eerst de vraag hoe
het staat met de levering der producten
van onzen bodem.
De cijfers; waarop de heer van Bere-
steyn zijn bewering grondde, dat groote
hoeveelheden voedingsgranen moeten zijn
terecht gekomen in de magen van vee en
meergegoeden, noemde de Minister beslist
onjuist. Na 1917, na het ontstaan dei
moeilijkheden met Amerika, is trouwens
geen rogge voor veevoeder meer beschik
baar gesteld,
De organisatie van en de controle op.
de levering van den oogst zijn voldoende,
betoogde Z.Exc. verder.
In verband met de vraag wat gedaan
is om met het ingeleverde graan zoo lang
mogelijk r.ond te komen, besprak de Mi
nister de geldigheidsduur der broodkaart.
In de Memorie van Toelichting werd ver
korting van dien geldigheidsduur in het
vooruitzicht gesteld met het oog op de on
derhandelingen met het buitenland. Men
mocht onze behoeften niet doen afmeten
naar het afgemeten rantsoen, daar dan
ieder uitzicht op vergrooting Van het te
kleine rantsoen zou zijn verdwenen. In-
tusschen is verkorting van den geldig
heidsduur thans nog niet mogelijk. Even
wel wil de Minister ook niet overgaan tot
verlenging van den duur. [Wel is er meer
malen over gesproken, doch men wil er
niet toe overgaan met het oog op vrees
voor ondervoeding.
Naar de quaestie van het gebruik Van
poeder van gedroogde aardappelen in
plaats van het minder voordeelige gebruik
van aardappelmeel is een omvangrijk on
derzoek ingesteld, waaromtrent 23 No
vember 'het eindrapport werd uitgebracht.
Wel werd millioen H.L. aardappelen
beschikbaar gesteld voor de aardappelmeel
fabrieken doch dat waren grootendeels aard
appelen, die anders spoedig zouden bedor
ven zijn; terwijl aardappelmeel bovendien
onmisbaar is voor verschillende industrieën.
Ten aanzien van de quaestie: graan
voor de alcoholindustrie, hield de Minis
ter vol, dat de beschikbaarstelling vain
graan .voor de alcoholindustrie zoo gering
is, als met het oog op de gistproductie
maar eenigszins mogelijk moet worden ge
acht.
Het voor de bereiding van koek, ban
ket, biscuits en dergelijke noodige meel
is slechts 2V2 pCt. van de totale ter be
schikking gestelde hoeveelheid. Bovendien
zou het ophouden met de meelverstrek-
king voor genoemd doel stopzetting van be
drijven tengevolge hebben.
Nog vernamen we, dat de nalevering
van hetgeen aan voedsel wordt gebruikt
door de uitgewisselde krijgsgevangenen,
waartoe de betrokken landen zich hebben
.verbonden, nog niet heeft plaats gehad.
Ten einde te doen uitkomen, welke
resultaten de bemoeiingen met de graan-
voorzieningen hebben gehad, wees de
Minister erop, dat, terwijl na Juni '1917
alleen de „Noorddam" eehig graan van
buiten het land aanvoerde, niettemin thans
de broodvoorziening op den tegenwoordi-
gen voet verzekerd is tot 1 juli a.s., vol
gens de Draancommissarissen zeifs tot
'Augustus a.s.
1. £«9 wijziging dec Bote*wet la gereed
gemaakt welke het moet moge lijk maken,
dat een mengsel van boter en margarine
wordt bereid en beschikbaar gesteld, Er
zullen worden beschikbaar gesteld margarine
voor 50 cent per pond, margarine-melange
(met 25 pCt. boter) voor 85 cent per
pond, botermelange (met 50 pCt. boter)
voor fl.25 per pond en boter voor fl.75
per pond. Het rantsoen zal worden vast
gesteld op 35 gram per dag.
De varkensvleeschvoorziening is vooral
door het gebrek aan krachtvoeder in de
war geioopen, Er zal verbetering: worden
gezocht in de richting van productie van
inlandsch krachtvoeder uit afval.
De regeling der beschikbaarstelling van
kleeding, schoeisel, sajet, klompen en brei-
wol is vertraagd door allerlei bezwaren
en moeilijkheden.
Een maximumprijls voor naaigaren was
tot dusver nog niet te stellen, Maximum
prijzen voor schoenen waren tot dus
ver evenmin te stellen, en wel om
dat er zooveel soorten van schoenen zijn,
Echter zullen binnenkort standaardschoenen
worden verkrijgbaar gesteld tegen begin
April vast te stellen maximumprijzen.
Minder sterk dan op de meeste der
hiervoor 'behandelde punten stond de
Minister tegenover het verwijt, dat hij
niet krachtig en niet spoedig genoeg heeft
ingegrepen jn de quaestie-De Jong.
De Minister maakte zich van de zaak af
met het betoog, dat voor hem de zaak
uit was, toen hij voor zich de overtuiging
had gekregen, dat de heer de Jong on
schuldig wais.
We zouden zoo meenen, dat toch ook
de Regeering niet onverschillig mag blij
ven, als een Kamerlid beschuldigd wordt
van verkeerdheden, welke hij zou bedre
ven Kebben in een publieke functie,
Den heer Engels werd medegedeeld, dal
het meer inroepen van de medewerking' der
Landbouworganisaties in de bedoeling ligt.
Voorts vernamen we nog, dat een wets-
ontwerp tot bestrijding van den ketting-
handel in voorbereiding is,
Avondvergadering van Donderdag 14 Mrt.
In de avondvergadering kwam de'Zuider
zee weder de Kamer binnenstroomen. Er
heerschte ook nu dezelfde jubelslemming,
als tijdens de beide voorgaande Avond
vergaderingen, waarin de drooglegging van
de „waschtobbe" aan de orde w.as. Wel
oefende de heer B o n g a e r t s openlijk tech
nische punten-critiek op de plannen des
Ministers, doch aan het slot zijner rede
bracht hij warme hulde aan Z.Exc. Waarna
de heer Sm e enge allen betoaslte, die
tot dusver aan de totstandkoming der plan
nen hebben medegewerkt en wees op de
verbeteringen in afwatering en verkeer, wel
ke het gevolg der droogmaking zullen zijn.
Ook de heer IJzerman bleek enthou
siast. En juist daarom wenscht hij de droog-
leggingswerken in zooverre los te maken
van de werken ter verzekering van de defen
sie belangen, dat in ieder geval op 1 Mei
1921 met de uitvoering van eerstgenoemde
werken zal kunnen worden begonnen, ook
al is dan de wet voor de vaststelling der
militaire werken nog niet tot stand ge
komen,
ALKMAAR.
EOöP. VEEKOEKENFABRIEK
TE UTRECHT,
Naar wij vernemen is in de Woensdag
in de „Harmonie" alhier gehouden verga
dering van aandeelhouders in de Coöp.
Veekoekenfabriek te Utrecht (president-com
missaris: de heer A. j. van Benthem) met
483 tegen 86 stemmen besloten tot liqui
datie-verkoop over te gaan.
(Reeds geplaatst in een deel onzer vorige
oplage.)
POLITIEKE REDE VAN BARON
v, wijnbergen.
Donderdagavond j.l. hield de Katholieke
afgevaardigde voor Bist daartoe uit-
genoodigd door de R. K. Centrale Kias-
vereeniging van het voormalig Tweede-
Kamerdistrict „Alkmaar" in de „Har
monie" een politieke rede.
Een groot aantal kiezers, waaronder, zeer
vele Vam buiten, waren opgekomen, om door
dezen meest Vooraanstaande onder de jon
gere Katholieke Kamerleden, de politieke
situatie te hooren uiteenzetten.
Na opening door den voorzitter, Mr.
Kraakman, die met een hartelijk woord
den spreker inleidde, begon deze zijn rede
met een bespreking van den toestand, waar
in zich de wereld de laatste tientallen jaren
bevond. De vervolmaking van de techniek
en het verkeerswezen, de internationalisee-
ring van het staats- en cultuurleven der vol
keren deden de materialistisch voelende we
reld gelooven, dat het ideaal van vooruit
gang en beschaving benaderd was. V reed
werd deze ilussie door den plotseling uit-
brekenden wereldoorlog verscheurd! Men
had gemeend zonder God gelukkig te kun
nen zijn: de slagvelden en de algemeene
wereldellende waren een welsprekende we
derlegging van dezen waan,
Zonder In te gaan op de vraag, of het
nu wel de juiste tijd was, om een verkie
zingsstrijd te doen ontbranden, verklaarde
spr. dezen toch met vertrouwen tegemoet te
zien: ons volk, mits goed voorgelicht, zal
.z'n lessen uit het vreeselijk wereldgebeuren
trekken en dezen zomer z'n plicht ten volle
vervullen.
Na een korte uiteenzetting van het stelsel
der E, waarbij vooral gewezen yerd
op "de noodzakelijkheid 'om sïeeds op No.
1 der lijSt te stemmen, behandelde spr.
de gevaren, die onze actie bedreigen.
Gevaren dreigen van buiten! Links, hoe
wel binnen de laatste 10 jaren tweemaal
onmachtig gebleken een eensgezinde re
geering te vormen, tracht opnieuw een recht-
sche regeering te voorkomen.
Zeker zal deze opzet mislukken, als wij
sommige fouten in eigen kring vermijden.
Een der meest ernstige hiervan gevolg
van het nieuwe kiesstelsel is de z.g.
standenvertegenwoordiging, niet te verwar
ren met de publiekrechterlijke organisatie
van onze beroepsstanden. Zóó ernstig dreig
de voor eenige maanden dit gevaar, dat een
vermaning van het gezamenlijk Nederlandsch
Episcopaat noodig was om velen de oogen
te openen.
Een niet minder groot gevaar dreigt ons
in de ontaarding van het democratische bij
de candidaatstelling. 't Is treurig, maar 'tmoet
gezegd: er wordt een onwaardig spel ge
speeld met 'slands hoogste belangen; er
wordt gehengeld naar Kamerzetelser wordt
gestreden tussehen individuen, groepen ën
groepjes, een strijd, die zich afspiegelt in
de groslijsten van sommige kieskringen. Het
werken en strijden der zittende Kamer
leden wordt doodgezwegen, of zoo dit niet
gaat, kleineerend afgebroken.
In verband hiermede zou spr. een advies,
zoo dit door de leiders vóór de definitieve
candidaatstelling mocht gegeven worden,
zeer toejuichen.
Als derde gevaar noemt spr. de munt,
die de S-D.A.P. bij' onze arbeiders: zal
trachten te slaan uit den huidigen nood
toestand. Zeker, er zijn fouten gemaakt,
maar hebben de socialisten die met hun
onuitvoerbare moties verbeterd? Eiken ar
beider, die met socialistische propaganda
wordt lastig gevallen raadt spr. aan dit
antwoord te geven„Indien de huidige om
standigheden een gevolg zijn van wat gij
noemt het kapitalistisch regeeringssysteem,
mist gij alle recht tot critiek. Oijl immers
hebt in 1913 in de regeering kunnen tre
den; gij hebt dit niet gewild; aan u dus
de verantwoording voor het verkeerde stel
sel."
Uitvoerig Betoogde spr. tenslotte, waarom
in de volgende periode een rechtsche regee
ring zoo gewenscht is. De publieke moia-
liteit is gedurende den oorlog schrikbarend
gedaald; alleen een cristelijke- regeering zai
tegen het voortwoekerend kwaad voldoende
kunnen optreden. De koloniën eischen ge
biedend een bestuur, dat meer oog heeft
voor de geestelijke goederen van den inlan
der. De monumentale verzekeringswetgeving
van Talma wacht ten spijt van duizenden
arbeiders nog steeds op uitvoering, terwijl
last not least de houding der linkerzijde
in de afgeloopen weken er niet op wijst,
dat van haar een loyale uitvoering der
onderwijs'gelijkstelling over de heele Jinie
te verwachten is,
Met een vurige opwekking aan de aan
wezige R. K. kiezers dezen zomer hun plicht
te doen en ook anderen daartoe op te
wekken, eindigde de spr. zijn meermalen
door applaus onderbroken rede.
Na een dankwoord van den Voorzitter,
werd de vergadering gesloten.
PLAATSELIJK NIEUWS.
'T ZAND.
Algemeene vergadering van de
Maatschappij „Electra" op Woensdag 13
Maart 1918, des avond te 71/2 uur, bij
den heer P. Ruis. Aanwezig waren 17
leden van de 64; 'n treurige opkomst!
Wegens afwezigheid van den heer G. P.
de Wit als voorzitter, werd de vergadering
geleid door den heer P. Doedenshij heette
allen hartelijk welkom en betreurde het,
dat er zoo Weinig belangstelling was onder
de leden. Men heeft zeker weer gedacht:
het bestuur zal het wel redden; doch dit
is geen belangstelling! Men moest het méér
waardeeren, dat wij dezen winter vol op
licht hebben mogen genieten.
Hierna las de secretaris, de heer W- J.
de Leeuw, de notulen der vorige verga
dering, welke onveranderd goedgekeurd wer-
den.
Punt 3 der agenda, verslag van de Com
missie met het nazien der boeken belast
over "1917, bij monde van den heer J.
Scholten; verklaard werd, dat alles in de
beste orde was bevonden.
De Voorz. brengt zijn dank voor deze
werkzaamheden aan de Commissie en aan
den penningm., den heer G, Blaauw.
Punt 4, benoeming van een Commissie
tot het nazien der boeken over 1918; de
heer Scholten bleef als commisielid kan.
Gekozen werden de heeren H- Doorn en
G. Zomerdijk Jz.
Punt 5, verkiezing van het bestuur, we
gens aftreding van de heeren P. Doedens
en P. Kraaien an; herkozen werd de heer
P. Kraakman, en gekozen de heer H.
Doorn; beide namen hunne benoeming aan.
Daar de heer Doorn 'nu als bestuurslid
was gekozen, moest een nieuwe verkiezing
plaats hebben voor een commissielid. Ge
kozen werd de heer Jc. Groot.
Rondvraag: de heer Jn. Scholten vraagt,
of het salaris van den Penningmeester niet
wat verhoogd kan worden; hij' meent, dat
deze te weinig ontvangt voor zoo'n uitge
breide administratie; voorgesteld werd dit
te brengen op f75; dit werd door de
vergadering goedgevonden.
Daarna kwam aan de orde de stand der
kas van de Maatschappij .„Electra".
De ontvangsten bedroegen f3242.10, de
uitgaven f2704.32, de winst over 1917
f537.78, saldo van *1916 f 463.40, totaal
bezit f 1001.18.
De heer P. Doedens bracht zijn dank voor
het vertrouwen hetwelk hij' heeft mogen
ondervinden, gedurende zijne zitting in het
bestuur; hij hoopt, dat de Maatschappij1
„Electra" zal mogen groeien en bloeien;
waarna de vergadering werd gesloten.
'T VELD.
„De Jonge Garde." Deze week
hield „De Jonge Garde" een ontwikke
lingsavond.
Aanwezig 27 leden, alsmede de A.
De Voorz, opende met gebed en een kort
"woord van Welkom, waarna1 3e noïulen wer
den gelezen en onveranderd goedgekeurd.
Hierna werd het woord verleend aan
den G. A.
Z.Eerw. had als onderwerp voor zijne
lezing gekozen: de Kerk en de Onverdraag
zaamheid.
Onze tegenstanders, zegt de eerw, spr..
maken de kerk er een yerwijt van, dat zij
onverdraagzaam is.
Dat de Kerk onverdraagzaam ia in haar
leer, zegt spr., strekt haar tot eer: de waar
heid, evenals elke wetenschap, is onverdraag
zaam, duit geen verandering.
Voor de menschen, ook voor haar tegen
standers, is zij verdraagzaam: zij bidt dage
lijks voor allen, ook voor haar vijanden.
Dat er in den loop der geschiedenis door
Katholieke vorsten of andere autoriteiten on-
verdragzaamheid heeft plaats gehad tegen
over andersdenkenden, komt niet op rekening
der Kerk, maar op rekening van deze per
sonen, soms ten gevolge van overdreven
ijver "of andere fouten.
Vervolgens ging Z.Ew. na hoe het met
de verdraagzaamheid van andere Godsdien
sten gesteld is.
Z.Ew. oogstte voor zijn mooie en dui
delijke lezing een daverend applaus.
Bij de rondvraag werden de leden aan
gespoord door Z.Ew. om a.s. Zondag mede
op te trekken tot den Stillen Omgang levens
spoorde Z.Ew. de leden aan om allen'lid
te worden van de op te richten vereeniging
voor „Eer en Deugd".
Verder kondigde Z.Ew. -aan, dat „as.
Zondag in onze parochie een groote pro-
pagandadag zal gehouden worden voor
drankbestrijding in vroege en in late Mis
predikatie en 's avonds een propaganda-
vergadering in het café van den lieer C.
Jong.
Hierna sluiting door den Voorz. met ge
bed en een kort woord van clank, in het
bijzonder aan den G. A.
CASTRICUM.
B e e d i g d. Voor het Kantongerecht
te Alkmaar werd tot makelaar in roerende
goederen beëedigd onze plaatsgenoot, de
heer J. Schuijt.
Stille Omgang. Deze week verga
derde de afd. Castricum van het Genoot
schap „De Stille Omgang",
De beide eerw. heeren Kapelaans Kok
kelkoren en Jansen, waren aanwezig; kape
laan Jansen schetste de geschiedenis van
het H. Mirakel te Amsterdam, terwijl kape
laan Kokkelkoren eenige schetsen gaf van
de toebereidingen voor het feest, zooals
het in vroeger eeuiwen elk jaar jn Amster
dam met veel luister gevierd werd.
Besloten werd, dat de Castricumscliei
beêvaartgangers zich bij' Krommenie zou
den aansluiten, des avonds om 9 uur in
de parochiekerk. Ongeveer 100 deelne
mers gaven zich op.
Bij de rondvraag werd vanaif de be
stuurstafel het plan geopperd, deel te ne
men aan den Stillen 'Omgang, die op 1
Mei evenals verleden jaar te Alk
maar wordt gehouden. Vóór dien tijd zal
tot verdere bespreking van dit plan nog
een vergadering belegd worden,
BERGEN.
Vaartverbetering. Het gemeente
bestuur van Bergen, dat op zoo door
tastende wijze eene vergadering bijeenriep
van belanghebbenden bij' een goede vaart-
verbetering tussehen Bergen en het N.-H.
Kanaal, kan op een voorloopig succes wij
zen de vergadering was druk bezocht
wèl een bewijs; dat vaartverbetering noo-
flig geacht .wordt en inderdaad ook noo
dig is.
Meerdere sprekers voerden hierover 'het
woord.
Na langdurige gëdachtenwisseling, waar
bijl bleek hoe dringend noodzakelijk een
betere vaartverbetering van Bergen met
het Kanaal was, werd besloten dat jn de
eerstvolgende r aadsvergadering door B. en
W. het voorstel zal worden gedaan een
commissie te benoemen, die een onderzoek
zal instellen naar de mogelijkheid en uit
voerbaarheid, met kostenberekening tot het
maken van een grootscheepsch vaarwater
naar het Kanaal en bovendien tot het ver
beteren der binnenwateren.
De vergadering werd ook bijgewoond
door den burgemeester en den secretaris
der gemeente Schoorl, door de besturen
van de Vereenigingen tot bevordering van
het Vreemdelingenverkeer te Bergen, Alk
maar en Schoorl, door den, voorzitter en
secretaris van de Alkmaarsche Exportvei
ling en 'door den heer P. A. de Lange
als secretaris van de Alkmaarsche com
missie inzake de plannen voor Handel en
Industrie.
De vergadering werd geleid door den
burgemeester den heer J, v. Reenen.
Deze betoogde uitvoerig, waarom een
goed vaarwater voor iedere gemeente van
vhel belang is.
Bergen en Schoorl zijn al aan het spoor
wegnet verbonden, maar er js meer noodig.
De bloei van de gemeente eischt met het
oog op het vervoer van bouwmaterialen en
de tuinbouwproducten, die door de Alk
maarsche Exportveiling, de prijs van den
wereldmarkt kunnen bekomen, een behoor
lijk vaarwater.
De Bergervaart Was tot nog toe het
eenige middel om goederen per water paar
de gemeente te krijgen.
KERKNIEUWS.
DE HOOGEERW. PATER GENE
RAAL THEISSLING BIJ DE
AARDBEVING TE GUATEMALA.
Weinig lezers zullen zich in dezen tijd van
snel opeenvolgende groote gebeurtenissen
misschien nog herinneren, dat de bladen
begin dezes jaars melding maakten van een
gewéldige aardbeving te Guatemala jn Mid-
den-Amerika.
Uit een hier te lande ontvangen schrijven
van den Hoogeerw. Pater Lud. Theissling;
Generaal der Dominicanerorder, die op een
visitatiereis zijner Orde de wereld rond is,
blijkt, dat onze hooge landgenoot deze ont
zettende catastrophe .te Guatemala heeft
medegemaakt en daar ternauwernood aan
een groot levensgevaar is ontsnapt.
Het ontvangen schrijven bestaat uit twee
brieven, waarvan er één gedateerd is uit
Guatemala op 2 Januari 1918 en de andere
uit San Salvador op 10 Januari j.l. Beide
zijn uit San Salvador verzonden.
De Hoogeerw. Pater Theissling was met
zijn reisgezelschap den 28sten October 1917
na een reis door China en Japan, en een
bezoek aan de Philippijnen uit Manilla
vertrokken en na een reis van zes weken
op den - 21siten December te Guatemala,
een stad van 120.000 inwoners, aangeko
men. Enkele dagen na zijn aankomst aldaar
op den vooravond van Kerstmis>, deden zich
eenige lichte aardschokken gevoelen, maar
daar zich dergelijke verschijnselen On deze
vulkanische landen meer voordoen, maakte
men er zich niet bijzonder ongerust over.
De plechtigheden van den Kerstnacht,
welke rondom middernacht aanvingen, gin
gen dan ook gewoon door, en ook Kerst
dag zelf bleef alles rustig. Maar in den
laten avond van den tweeden Kerstdag,
toen heel het convent, waar de Hoogeerw.
Pater Generaal logeerde, zich reeds te ruste
had begeven, had een ontzettende aardschok
plaats. Een dreunende slag weerklonk, alsof
heel de stad inviel, en de bodem golfde
als een zee. Ontzind van schrik vluchtten
alle inwoners ,de straat op.
De schokken hielden steeds aan, werden
steeds heriger, zoodat de merlschen zich
aan elkaar moesiten vastklampen om niet
tegen den grond geslagen te worden, 't Leek
of de grond ging openscheuren.
Onder oorverdoovend gekraak stortten
huizen en kerken in elkaar en tussehen dat
helseh lawaai klonk het gekerm en nood
geschrei der ongelukkige inwonersv
Deze verschrikking duurde zoo heel den
nacht door tot den anderen ochtend half
elf.
De aanblik was ontzettend, heel de stad
X in puin. 24 kerken in puin, alleen de
kerk der Dominicanen, waar de Hoogeerw.;
Pater Theissling vertoefde, is wonderbaar
gespaard gebleven.
De stad werd geheel verlaten, alle in
woners waren het vrije veld ingevlucht,
omdat ze vreesden dat onder de stad een
krater zou uitbarsten.
Van den tweeden Kerstdag af tot den
4den Januari, waarop Pater Theissling naar
San Salvator wilde reizen, heeft hij: met
zij'n gezelschap jn de open lucht doorge
bracht, daar het gouvernement verbood om
met het oog op gevaar nog binnenshuis te
slapen.
Maar nog was de verschrikking niet voor-
bij.
Uit den tweeden brief, gedateerd 10 Ja
nuari, uit San Salvador blijkt, dat op der|
vooravond van zijn voorgenomen vertrek uit
Guatemala op 3 Januari de ongelukkige
stad andermaal door 'n geweldige aard
beving, die in heftigheid de eerste nog
overtrof, werd geteisterd.
De rest van de stad viel in puin, geen
muur bleef meer overeind.
Over de puinhoopen bereikte de Hoog
eerw. Pater [Generaal den anderen dag
het station, waar werkelijk een trein gcretd
stond. Maar na een uur zwak sporens durFde
de machinist, die den trein bestuurde, niet
verder en keerde -Weer naar Guatemala
terug. Dien nacht heeft Pater Theissling
in een goederenwagen geslapen, om zeker
te zijn den anderen dag met den trein ver
der te kunnen reizen.
Na een moeilijken en zeer ongemakke-
tijken tocht ,was Pater Theissling nu vol
gens dit schrijven den loden januari in
San Salvador, hoofdstad van dezelfde repu
bliek van dien naam, aangekomen en hoopte
hij vandaar naar Costa Rica en Columbia
te komen. („Msb.")
INGEZONDEN STUKKEN.
ABSENTEÏSME.
Mr. Paiul v. Sonsbeeck schrijft over bo
vengenoemd onderwerp zijn stukje" ,PoIi-
tiek XIX" in „Ons Blad" van Dinsdag
12 Maart 1.1.
We lezen daar als volgt: „Het moet ons
allen getroffen hebben, hoe weinigen in
de Kamer aanwezig waren, toen het levens
middelenvraagstuk in behandeling kwam. En
het kon niet anders, of die geringe belang
stelling voor een onderwerp, dat zoo in
grijpt in onze tegenwoordige samenleving,
heeft onze verbazing gewekt."
En verder:
„De groote absentie bij de behandeling
van het distributievraagstuk moge tot voor-
heeld zijn: De tijden zijn moeilijk, de nood
bij velen is groot, en de belangstelling, die
dit onderwerp eischt, heeft recht op meer
aandacht, dan op die van een luttel aantal
volksvertegenwoordigers."
Wat dat eerste betreft: „Het heeft ons
allen getroffen," daarop maak ik beslist
een uitzondering, want eerlijk gezegd heeft
het mij juist getroffen, hoe velen er
in de Kamer aanwezig waren, toen het
le vensmiddelen vraagstuk in behandeling
kwam. De lezer oordeele zelf. Van 'de 100
Kamerleden waren er 26 Febr, bij den
aanvang van het levensmiddelenvraagstuk
zeven-en-tachtig, 87 aanwezig. Ik geloof
dus niet, dat deze „groote absentie" van
13 leden tot „voorbeeld" kan dienen, en
er hier van de 87 aanwezige leden moei
lijk van „een luttel aantal volksvertegen
woordigers" gesproken kan worden.
Ook in de volgende vergaderingen was
dat absenteïsme niet zoo sterk.
27 Febr. waren er 81 leden.
28
1 Maart
ft
S>
84
it
n
V
68
fli)
6i>
83
Si
li
71
li
9)
5)
78
i)
Dit was een
Vrijdag!
We hebben dus niet te klagen.
Misschien is Mr. v. Sonsbeeck in de
war met de avondvergaderingen, doch daarin
is het levensmiddelenvraagstuk heelemaal
niet behandeld, maar is eerst de Indische
Begrooting afgemaakt en het wetsontwerp
tot tijdelijke verhooging van het maximum
der vergoeding wegens kostwinnerschap van
dienstplichtigen, en zijn we nu aan de
afsluiting en droogmaking der Zuiderzeel
KOKKELKOREN, pa j