DERDE BLAD. Zaterdag 16 Maart 1918. Me 32. Uit d© P©rs, ONS BLAD Nederland en de geassocieerde Mogendheden. De berichten over onze verhouding' tot de geallieerden en Amerika, luiden steeds ernstiger; indien onze regeering niet toe treedt tot de voorgestelde overeenkomst, zouden, volgens de laatste berichten, onze schepen worden jn beslag genomen. Men schijnt deze handelwijze niet meer dan natuurlijk te vinden, .schrijft „De Tijd", Reuter zeli noemde het aanbod, door Mi nister Loudon in zijn nota medegedeeld, „rechtmatig en zelfs edelmoedig" en de „Daily Telegraph", welke gisteren reeds 'het plan der geallieerden in uitzicht stelde, meent, dat „de handeling, waartoe is be sloten, natuurlijk haar grondslag vindt in het volkenrecht! Het blad heeft daarbij het oog op het „recht van pngarie", het recht van een oorlogvoerenden staat, om on zijdige scheepsruimten in gebruik te nemen of deze zelfs te vernietigen tegen behoor lijke schadeloosstelling. Wil men van dit „recht", 'dat op on recht steunt, gebruik maken onze re geering zal er niet veel aan kunnen ver anderen, Maar wel is het een der grootste beleedigingen, welke men ons zal kunnen aandoen, Wij' zullen er in moeten berusten, doch lang zal bij ons volk "de heugenis blijven voortleven ,van dergelijk grof machtsmisbruik door de beschermers der kleine natiën, Het is nauwelijks te verwachten, dat Minister Loudon er nog jn slagen zai, dezen harden slag voor onze natie af te wenden, Bij zijn onderhandelingen zij hij echter gesterkt door de overtuiging, dat geheel ons volk in zijn beleid vertrouwen heeft en voor de macht niet wijken wil ten kosite van de eer, VAN HET BINNENHOF. Vergadering van Donderdag 14 Maart. Minister P o s t h u m a heeft een tweede dag volgepraat. Over het geheel genomen is Z,Exc, er ook vandaag in geslaagd zijn wankele posi tie wei weer wat steviger te maken. Op menig punt wist hij zich afdoende te ver dedigen, Spr, behandelde het eerst de vraag hoe het staat met de levering der producten van onzen bodem. De cijfers; waarop de heer van Bere- steyn zijn bewering grondde, dat groote hoeveelheden voedingsgranen moeten zijn terecht gekomen in de magen van vee en meergegoeden, noemde de Minister beslist onjuist. Na 1917, na het ontstaan dei moeilijkheden met Amerika, is trouwens geen rogge voor veevoeder meer beschik baar gesteld, De organisatie van en de controle op. de levering van den oogst zijn voldoende, betoogde Z.Exc. verder. In verband met de vraag wat gedaan is om met het ingeleverde graan zoo lang mogelijk r.ond te komen, besprak de Mi nister de geldigheidsduur der broodkaart. In de Memorie van Toelichting werd ver korting van dien geldigheidsduur in het vooruitzicht gesteld met het oog op de on derhandelingen met het buitenland. Men mocht onze behoeften niet doen afmeten naar het afgemeten rantsoen, daar dan ieder uitzicht op vergrooting Van het te kleine rantsoen zou zijn verdwenen. In- tusschen is verkorting van den geldig heidsduur thans nog niet mogelijk. Even wel wil de Minister ook niet overgaan tot verlenging van den duur. [Wel is er meer malen over gesproken, doch men wil er niet toe overgaan met het oog op vrees voor ondervoeding. Naar de quaestie van het gebruik Van poeder van gedroogde aardappelen in plaats van het minder voordeelige gebruik van aardappelmeel is een omvangrijk on derzoek ingesteld, waaromtrent 23 No vember 'het eindrapport werd uitgebracht. Wel werd millioen H.L. aardappelen beschikbaar gesteld voor de aardappelmeel fabrieken doch dat waren grootendeels aard appelen, die anders spoedig zouden bedor ven zijn; terwijl aardappelmeel bovendien onmisbaar is voor verschillende industrieën. Ten aanzien van de quaestie: graan voor de alcoholindustrie, hield de Minis ter vol, dat de beschikbaarstelling vain graan .voor de alcoholindustrie zoo gering is, als met het oog op de gistproductie maar eenigszins mogelijk moet worden ge acht. Het voor de bereiding van koek, ban ket, biscuits en dergelijke noodige meel is slechts 2V2 pCt. van de totale ter be schikking gestelde hoeveelheid. Bovendien zou het ophouden met de meelverstrek- king voor genoemd doel stopzetting van be drijven tengevolge hebben. Nog vernamen we, dat de nalevering van hetgeen aan voedsel wordt gebruikt door de uitgewisselde krijgsgevangenen, waartoe de betrokken landen zich hebben .verbonden, nog niet heeft plaats gehad. Ten einde te doen uitkomen, welke resultaten de bemoeiingen met de graan- voorzieningen hebben gehad, wees de Minister erop, dat, terwijl na Juni '1917 alleen de „Noorddam" eehig graan van buiten het land aanvoerde, niettemin thans de broodvoorziening op den tegenwoordi- gen voet verzekerd is tot 1 juli a.s., vol gens de Draancommissarissen zeifs tot 'Augustus a.s. 1. £«9 wijziging dec Bote*wet la gereed gemaakt welke het moet moge lijk maken, dat een mengsel van boter en margarine wordt bereid en beschikbaar gesteld, Er zullen worden beschikbaar gesteld margarine voor 50 cent per pond, margarine-melange (met 25 pCt. boter) voor 85 cent per pond, botermelange (met 50 pCt. boter) voor fl.25 per pond en boter voor fl.75 per pond. Het rantsoen zal worden vast gesteld op 35 gram per dag. De varkensvleeschvoorziening is vooral door het gebrek aan krachtvoeder in de war geioopen, Er zal verbetering: worden gezocht in de richting van productie van inlandsch krachtvoeder uit afval. De regeling der beschikbaarstelling van kleeding, schoeisel, sajet, klompen en brei- wol is vertraagd door allerlei bezwaren en moeilijkheden. Een maximumprijls voor naaigaren was tot dusver nog niet te stellen, Maximum prijzen voor schoenen waren tot dus ver evenmin te stellen, en wel om dat er zooveel soorten van schoenen zijn, Echter zullen binnenkort standaardschoenen worden verkrijgbaar gesteld tegen begin April vast te stellen maximumprijzen. Minder sterk dan op de meeste der hiervoor 'behandelde punten stond de Minister tegenover het verwijt, dat hij niet krachtig en niet spoedig genoeg heeft ingegrepen jn de quaestie-De Jong. De Minister maakte zich van de zaak af met het betoog, dat voor hem de zaak uit was, toen hij voor zich de overtuiging had gekregen, dat de heer de Jong on schuldig wais. We zouden zoo meenen, dat toch ook de Regeering niet onverschillig mag blij ven, als een Kamerlid beschuldigd wordt van verkeerdheden, welke hij zou bedre ven Kebben in een publieke functie, Den heer Engels werd medegedeeld, dal het meer inroepen van de medewerking' der Landbouworganisaties in de bedoeling ligt. Voorts vernamen we nog, dat een wets- ontwerp tot bestrijding van den ketting- handel in voorbereiding is, Avondvergadering van Donderdag 14 Mrt. In de avondvergadering kwam de'Zuider zee weder de Kamer binnenstroomen. Er heerschte ook nu dezelfde jubelslemming, als tijdens de beide voorgaande Avond vergaderingen, waarin de drooglegging van de „waschtobbe" aan de orde w.as. Wel oefende de heer B o n g a e r t s openlijk tech nische punten-critiek op de plannen des Ministers, doch aan het slot zijner rede bracht hij warme hulde aan Z.Exc. Waarna de heer Sm e enge allen betoaslte, die tot dusver aan de totstandkoming der plan nen hebben medegewerkt en wees op de verbeteringen in afwatering en verkeer, wel ke het gevolg der droogmaking zullen zijn. Ook de heer IJzerman bleek enthou siast. En juist daarom wenscht hij de droog- leggingswerken in zooverre los te maken van de werken ter verzekering van de defen sie belangen, dat in ieder geval op 1 Mei 1921 met de uitvoering van eerstgenoemde werken zal kunnen worden begonnen, ook al is dan de wet voor de vaststelling der militaire werken nog niet tot stand ge komen, ALKMAAR. EOöP. VEEKOEKENFABRIEK TE UTRECHT, Naar wij vernemen is in de Woensdag in de „Harmonie" alhier gehouden verga dering van aandeelhouders in de Coöp. Veekoekenfabriek te Utrecht (president-com missaris: de heer A. j. van Benthem) met 483 tegen 86 stemmen besloten tot liqui datie-verkoop over te gaan. (Reeds geplaatst in een deel onzer vorige oplage.) POLITIEKE REDE VAN BARON v, wijnbergen. Donderdagavond j.l. hield de Katholieke afgevaardigde voor Bist daartoe uit- genoodigd door de R. K. Centrale Kias- vereeniging van het voormalig Tweede- Kamerdistrict „Alkmaar" in de „Har monie" een politieke rede. Een groot aantal kiezers, waaronder, zeer vele Vam buiten, waren opgekomen, om door dezen meest Vooraanstaande onder de jon gere Katholieke Kamerleden, de politieke situatie te hooren uiteenzetten. Na opening door den voorzitter, Mr. Kraakman, die met een hartelijk woord den spreker inleidde, begon deze zijn rede met een bespreking van den toestand, waar in zich de wereld de laatste tientallen jaren bevond. De vervolmaking van de techniek en het verkeerswezen, de internationalisee- ring van het staats- en cultuurleven der vol keren deden de materialistisch voelende we reld gelooven, dat het ideaal van vooruit gang en beschaving benaderd was. V reed werd deze ilussie door den plotseling uit- brekenden wereldoorlog verscheurd! Men had gemeend zonder God gelukkig te kun nen zijn: de slagvelden en de algemeene wereldellende waren een welsprekende we derlegging van dezen waan, Zonder In te gaan op de vraag, of het nu wel de juiste tijd was, om een verkie zingsstrijd te doen ontbranden, verklaarde spr. dezen toch met vertrouwen tegemoet te zien: ons volk, mits goed voorgelicht, zal .z'n lessen uit het vreeselijk wereldgebeuren trekken en dezen zomer z'n plicht ten volle vervullen. Na een korte uiteenzetting van het stelsel der E, waarbij vooral gewezen yerd op "de noodzakelijkheid 'om sïeeds op No. 1 der lijSt te stemmen, behandelde spr. de gevaren, die onze actie bedreigen. Gevaren dreigen van buiten! Links, hoe wel binnen de laatste 10 jaren tweemaal onmachtig gebleken een eensgezinde re geering te vormen, tracht opnieuw een recht- sche regeering te voorkomen. Zeker zal deze opzet mislukken, als wij sommige fouten in eigen kring vermijden. Een der meest ernstige hiervan gevolg van het nieuwe kiesstelsel is de z.g. standenvertegenwoordiging, niet te verwar ren met de publiekrechterlijke organisatie van onze beroepsstanden. Zóó ernstig dreig de voor eenige maanden dit gevaar, dat een vermaning van het gezamenlijk Nederlandsch Episcopaat noodig was om velen de oogen te openen. Een niet minder groot gevaar dreigt ons in de ontaarding van het democratische bij de candidaatstelling. 't Is treurig, maar 'tmoet gezegd: er wordt een onwaardig spel ge speeld met 'slands hoogste belangen; er wordt gehengeld naar Kamerzetelser wordt gestreden tussehen individuen, groepen ën groepjes, een strijd, die zich afspiegelt in de groslijsten van sommige kieskringen. Het werken en strijden der zittende Kamer leden wordt doodgezwegen, of zoo dit niet gaat, kleineerend afgebroken. In verband hiermede zou spr. een advies, zoo dit door de leiders vóór de definitieve candidaatstelling mocht gegeven worden, zeer toejuichen. Als derde gevaar noemt spr. de munt, die de S-D.A.P. bij' onze arbeiders: zal trachten te slaan uit den huidigen nood toestand. Zeker, er zijn fouten gemaakt, maar hebben de socialisten die met hun onuitvoerbare moties verbeterd? Eiken ar beider, die met socialistische propaganda wordt lastig gevallen raadt spr. aan dit antwoord te geven„Indien de huidige om standigheden een gevolg zijn van wat gij noemt het kapitalistisch regeeringssysteem, mist gij alle recht tot critiek. Oijl immers hebt in 1913 in de regeering kunnen tre den; gij hebt dit niet gewild; aan u dus de verantwoording voor het verkeerde stel sel." Uitvoerig Betoogde spr. tenslotte, waarom in de volgende periode een rechtsche regee ring zoo gewenscht is. De publieke moia- liteit is gedurende den oorlog schrikbarend gedaald; alleen een cristelijke- regeering zai tegen het voortwoekerend kwaad voldoende kunnen optreden. De koloniën eischen ge biedend een bestuur, dat meer oog heeft voor de geestelijke goederen van den inlan der. De monumentale verzekeringswetgeving van Talma wacht ten spijt van duizenden arbeiders nog steeds op uitvoering, terwijl last not least de houding der linkerzijde in de afgeloopen weken er niet op wijst, dat van haar een loyale uitvoering der onderwijs'gelijkstelling over de heele Jinie te verwachten is, Met een vurige opwekking aan de aan wezige R. K. kiezers dezen zomer hun plicht te doen en ook anderen daartoe op te wekken, eindigde de spr. zijn meermalen door applaus onderbroken rede. Na een dankwoord van den Voorzitter, werd de vergadering gesloten. PLAATSELIJK NIEUWS. 'T ZAND. Algemeene vergadering van de Maatschappij „Electra" op Woensdag 13 Maart 1918, des avond te 71/2 uur, bij den heer P. Ruis. Aanwezig waren 17 leden van de 64; 'n treurige opkomst! Wegens afwezigheid van den heer G. P. de Wit als voorzitter, werd de vergadering geleid door den heer P. Doedenshij heette allen hartelijk welkom en betreurde het, dat er zoo Weinig belangstelling was onder de leden. Men heeft zeker weer gedacht: het bestuur zal het wel redden; doch dit is geen belangstelling! Men moest het méér waardeeren, dat wij dezen winter vol op licht hebben mogen genieten. Hierna las de secretaris, de heer W- J. de Leeuw, de notulen der vorige verga dering, welke onveranderd goedgekeurd wer- den. Punt 3 der agenda, verslag van de Com missie met het nazien der boeken belast over "1917, bij monde van den heer J. Scholten; verklaard werd, dat alles in de beste orde was bevonden. De Voorz. brengt zijn dank voor deze werkzaamheden aan de Commissie en aan den penningm., den heer G, Blaauw. Punt 4, benoeming van een Commissie tot het nazien der boeken over 1918; de heer Scholten bleef als commisielid kan. Gekozen werden de heeren H- Doorn en G. Zomerdijk Jz. Punt 5, verkiezing van het bestuur, we gens aftreding van de heeren P. Doedens en P. Kraaien an; herkozen werd de heer P. Kraakman, en gekozen de heer H. Doorn; beide namen hunne benoeming aan. Daar de heer Doorn 'nu als bestuurslid was gekozen, moest een nieuwe verkiezing plaats hebben voor een commissielid. Ge kozen werd de heer Jc. Groot. Rondvraag: de heer Jn. Scholten vraagt, of het salaris van den Penningmeester niet wat verhoogd kan worden; hij' meent, dat deze te weinig ontvangt voor zoo'n uitge breide administratie; voorgesteld werd dit te brengen op f75; dit werd door de vergadering goedgevonden. Daarna kwam aan de orde de stand der kas van de Maatschappij .„Electra". De ontvangsten bedroegen f3242.10, de uitgaven f2704.32, de winst over 1917 f537.78, saldo van *1916 f 463.40, totaal bezit f 1001.18. De heer P. Doedens bracht zijn dank voor het vertrouwen hetwelk hij' heeft mogen ondervinden, gedurende zijne zitting in het bestuur; hij hoopt, dat de Maatschappij1 „Electra" zal mogen groeien en bloeien; waarna de vergadering werd gesloten. 'T VELD. „De Jonge Garde." Deze week hield „De Jonge Garde" een ontwikke lingsavond. Aanwezig 27 leden, alsmede de A. De Voorz, opende met gebed en een kort "woord van Welkom, waarna1 3e noïulen wer den gelezen en onveranderd goedgekeurd. Hierna werd het woord verleend aan den G. A. Z.Eerw. had als onderwerp voor zijne lezing gekozen: de Kerk en de Onverdraag zaamheid. Onze tegenstanders, zegt de eerw, spr.. maken de kerk er een yerwijt van, dat zij onverdraagzaam is. Dat de Kerk onverdraagzaam ia in haar leer, zegt spr., strekt haar tot eer: de waar heid, evenals elke wetenschap, is onverdraag zaam, duit geen verandering. Voor de menschen, ook voor haar tegen standers, is zij verdraagzaam: zij bidt dage lijks voor allen, ook voor haar vijanden. Dat er in den loop der geschiedenis door Katholieke vorsten of andere autoriteiten on- verdragzaamheid heeft plaats gehad tegen over andersdenkenden, komt niet op rekening der Kerk, maar op rekening van deze per sonen, soms ten gevolge van overdreven ijver "of andere fouten. Vervolgens ging Z.Ew. na hoe het met de verdraagzaamheid van andere Godsdien sten gesteld is. Z.Ew. oogstte voor zijn mooie en dui delijke lezing een daverend applaus. Bij de rondvraag werden de leden aan gespoord door Z.Ew. om a.s. Zondag mede op te trekken tot den Stillen Omgang levens spoorde Z.Ew. de leden aan om allen'lid te worden van de op te richten vereeniging voor „Eer en Deugd". Verder kondigde Z.Ew. -aan, dat „as. Zondag in onze parochie een groote pro- pagandadag zal gehouden worden voor drankbestrijding in vroege en in late Mis predikatie en 's avonds een propaganda- vergadering in het café van den lieer C. Jong. Hierna sluiting door den Voorz. met ge bed en een kort woord van clank, in het bijzonder aan den G. A. CASTRICUM. B e e d i g d. Voor het Kantongerecht te Alkmaar werd tot makelaar in roerende goederen beëedigd onze plaatsgenoot, de heer J. Schuijt. Stille Omgang. Deze week verga derde de afd. Castricum van het Genoot schap „De Stille Omgang", De beide eerw. heeren Kapelaans Kok kelkoren en Jansen, waren aanwezig; kape laan Jansen schetste de geschiedenis van het H. Mirakel te Amsterdam, terwijl kape laan Kokkelkoren eenige schetsen gaf van de toebereidingen voor het feest, zooals het in vroeger eeuiwen elk jaar jn Amster dam met veel luister gevierd werd. Besloten werd, dat de Castricumscliei beêvaartgangers zich bij' Krommenie zou den aansluiten, des avonds om 9 uur in de parochiekerk. Ongeveer 100 deelne mers gaven zich op. Bij de rondvraag werd vanaif de be stuurstafel het plan geopperd, deel te ne men aan den Stillen 'Omgang, die op 1 Mei evenals verleden jaar te Alk maar wordt gehouden. Vóór dien tijd zal tot verdere bespreking van dit plan nog een vergadering belegd worden, BERGEN. Vaartverbetering. Het gemeente bestuur van Bergen, dat op zoo door tastende wijze eene vergadering bijeenriep van belanghebbenden bij' een goede vaart- verbetering tussehen Bergen en het N.-H. Kanaal, kan op een voorloopig succes wij zen de vergadering was druk bezocht wèl een bewijs; dat vaartverbetering noo- flig geacht .wordt en inderdaad ook noo dig is. Meerdere sprekers voerden hierover 'het woord. Na langdurige gëdachtenwisseling, waar bijl bleek hoe dringend noodzakelijk een betere vaartverbetering van Bergen met het Kanaal was, werd besloten dat jn de eerstvolgende r aadsvergadering door B. en W. het voorstel zal worden gedaan een commissie te benoemen, die een onderzoek zal instellen naar de mogelijkheid en uit voerbaarheid, met kostenberekening tot het maken van een grootscheepsch vaarwater naar het Kanaal en bovendien tot het ver beteren der binnenwateren. De vergadering werd ook bijgewoond door den burgemeester en den secretaris der gemeente Schoorl, door de besturen van de Vereenigingen tot bevordering van het Vreemdelingenverkeer te Bergen, Alk maar en Schoorl, door den, voorzitter en secretaris van de Alkmaarsche Exportvei ling en 'door den heer P. A. de Lange als secretaris van de Alkmaarsche com missie inzake de plannen voor Handel en Industrie. De vergadering werd geleid door den burgemeester den heer J, v. Reenen. Deze betoogde uitvoerig, waarom een goed vaarwater voor iedere gemeente van vhel belang is. Bergen en Schoorl zijn al aan het spoor wegnet verbonden, maar er js meer noodig. De bloei van de gemeente eischt met het oog op het vervoer van bouwmaterialen en de tuinbouwproducten, die door de Alk maarsche Exportveiling, de prijs van den wereldmarkt kunnen bekomen, een behoor lijk vaarwater. De Bergervaart Was tot nog toe het eenige middel om goederen per water paar de gemeente te krijgen. KERKNIEUWS. DE HOOGEERW. PATER GENE RAAL THEISSLING BIJ DE AARDBEVING TE GUATEMALA. Weinig lezers zullen zich in dezen tijd van snel opeenvolgende groote gebeurtenissen misschien nog herinneren, dat de bladen begin dezes jaars melding maakten van een gewéldige aardbeving te Guatemala jn Mid- den-Amerika. Uit een hier te lande ontvangen schrijven van den Hoogeerw. Pater Lud. Theissling; Generaal der Dominicanerorder, die op een visitatiereis zijner Orde de wereld rond is, blijkt, dat onze hooge landgenoot deze ont zettende catastrophe .te Guatemala heeft medegemaakt en daar ternauwernood aan een groot levensgevaar is ontsnapt. Het ontvangen schrijven bestaat uit twee brieven, waarvan er één gedateerd is uit Guatemala op 2 Januari 1918 en de andere uit San Salvador op 10 Januari j.l. Beide zijn uit San Salvador verzonden. De Hoogeerw. Pater Theissling was met zijn reisgezelschap den 28sten October 1917 na een reis door China en Japan, en een bezoek aan de Philippijnen uit Manilla vertrokken en na een reis van zes weken op den - 21siten December te Guatemala, een stad van 120.000 inwoners, aangeko men. Enkele dagen na zijn aankomst aldaar op den vooravond van Kerstmis>, deden zich eenige lichte aardschokken gevoelen, maar daar zich dergelijke verschijnselen On deze vulkanische landen meer voordoen, maakte men er zich niet bijzonder ongerust over. De plechtigheden van den Kerstnacht, welke rondom middernacht aanvingen, gin gen dan ook gewoon door, en ook Kerst dag zelf bleef alles rustig. Maar in den laten avond van den tweeden Kerstdag, toen heel het convent, waar de Hoogeerw. Pater Generaal logeerde, zich reeds te ruste had begeven, had een ontzettende aardschok plaats. Een dreunende slag weerklonk, alsof heel de stad inviel, en de bodem golfde als een zee. Ontzind van schrik vluchtten alle inwoners ,de straat op. De schokken hielden steeds aan, werden steeds heriger, zoodat de merlschen zich aan elkaar moesiten vastklampen om niet tegen den grond geslagen te worden, 't Leek of de grond ging openscheuren. Onder oorverdoovend gekraak stortten huizen en kerken in elkaar en tussehen dat helseh lawaai klonk het gekerm en nood geschrei der ongelukkige inwonersv Deze verschrikking duurde zoo heel den nacht door tot den anderen ochtend half elf. De aanblik was ontzettend, heel de stad X in puin. 24 kerken in puin, alleen de kerk der Dominicanen, waar de Hoogeerw.; Pater Theissling vertoefde, is wonderbaar gespaard gebleven. De stad werd geheel verlaten, alle in woners waren het vrije veld ingevlucht, omdat ze vreesden dat onder de stad een krater zou uitbarsten. Van den tweeden Kerstdag af tot den 4den Januari, waarop Pater Theissling naar San Salvator wilde reizen, heeft hij: met zij'n gezelschap jn de open lucht doorge bracht, daar het gouvernement verbood om met het oog op gevaar nog binnenshuis te slapen. Maar nog was de verschrikking niet voor- bij. Uit den tweeden brief, gedateerd 10 Ja nuari, uit San Salvador blijkt, dat op der| vooravond van zijn voorgenomen vertrek uit Guatemala op 3 Januari de ongelukkige stad andermaal door 'n geweldige aard beving, die in heftigheid de eerste nog overtrof, werd geteisterd. De rest van de stad viel in puin, geen muur bleef meer overeind. Over de puinhoopen bereikte de Hoog eerw. Pater [Generaal den anderen dag het station, waar werkelijk een trein gcretd stond. Maar na een uur zwak sporens durFde de machinist, die den trein bestuurde, niet verder en keerde -Weer naar Guatemala terug. Dien nacht heeft Pater Theissling in een goederenwagen geslapen, om zeker te zijn den anderen dag met den trein ver der te kunnen reizen. Na een moeilijken en zeer ongemakke- tijken tocht ,was Pater Theissling nu vol gens dit schrijven den loden januari in San Salvador, hoofdstad van dezelfde repu bliek van dien naam, aangekomen en hoopte hij vandaar naar Costa Rica en Columbia te komen. („Msb.") INGEZONDEN STUKKEN. ABSENTEÏSME. Mr. Paiul v. Sonsbeeck schrijft over bo vengenoemd onderwerp zijn stukje" ,PoIi- tiek XIX" in „Ons Blad" van Dinsdag 12 Maart 1.1. We lezen daar als volgt: „Het moet ons allen getroffen hebben, hoe weinigen in de Kamer aanwezig waren, toen het levens middelenvraagstuk in behandeling kwam. En het kon niet anders, of die geringe belang stelling voor een onderwerp, dat zoo in grijpt in onze tegenwoordige samenleving, heeft onze verbazing gewekt." En verder: „De groote absentie bij de behandeling van het distributievraagstuk moge tot voor- heeld zijn: De tijden zijn moeilijk, de nood bij velen is groot, en de belangstelling, die dit onderwerp eischt, heeft recht op meer aandacht, dan op die van een luttel aantal volksvertegenwoordigers." Wat dat eerste betreft: „Het heeft ons allen getroffen," daarop maak ik beslist een uitzondering, want eerlijk gezegd heeft het mij juist getroffen, hoe velen er in de Kamer aanwezig waren, toen het le vensmiddelen vraagstuk in behandeling kwam. De lezer oordeele zelf. Van 'de 100 Kamerleden waren er 26 Febr, bij den aanvang van het levensmiddelenvraagstuk zeven-en-tachtig, 87 aanwezig. Ik geloof dus niet, dat deze „groote absentie" van 13 leden tot „voorbeeld" kan dienen, en er hier van de 87 aanwezige leden moei lijk van „een luttel aantal volksvertegen woordigers" gesproken kan worden. Ook in de volgende vergaderingen was dat absenteïsme niet zoo sterk. 27 Febr. waren er 81 leden. 28 1 Maart ft S> 84 it n V 68 fli) 6i> 83 Si li 71 li 9) 5) 78 i) Dit was een Vrijdag! We hebben dus niet te klagen. Misschien is Mr. v. Sonsbeeck in de war met de avondvergaderingen, doch daarin is het levensmiddelenvraagstuk heelemaal niet behandeld, maar is eerst de Indische Begrooting afgemaakt en het wetsontwerp tot tijdelijke verhooging van het maximum der vergoeding wegens kostwinnerschap van dienstplichtigen, en zijn we nu aan de afsluiting en droogmaking der Zuiderzeel KOKKELKOREN, pa j

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Ons Blad : katholiek nieuwsblad voor N-H | 1918 | | pagina 9