TWEEDE BLAD
KINDERCOURAIF
Onderneming
ichting.
EIck wat wils
IN T PRIEEL.
ZATERDAG 17 MEI 1919.
Voor het zomerseizoen.
ILiJK
er ons.
er ons,
er ons
crijgbaar.
ditiën.
:offeerdei*lJ,
en van Pen*
Ter navolging aanbevolen.
't loT
De Lente is er weer.
SPROKKELINGEN i
GRAPJES-
5 WIE WIL RUILEN?
BRIEVENBUS
J
yn—r
i*"
r
ritte Kousen,
antischoeneii.
Solikea.
Pochets.
Het doel van Christus' komst op aarde
wordt door den H. Apostel Panlns zoo kers»
aéhtig uiteengezet aan zlin leerling Titns:
de genade van God, onzen Zaligmaker, is aan
alle menschen verschenen, om ons te loeren
de goddeloosheid en de wereldsche hegeerlijk
heden door den H. Apostel Joannes samenge
vat; begeerlijkheid der oogen of de hebzucht;
begeerlijkheid des vleesehes óf te ontucht en
de hoovaardij des levens.
Die verzaking der wereldscke begeerlijkhe
den eischt ook onze moeder de H. Kerk, de
Bruid van Christus, alvorens wij 'door den
H. Doop tot haar lidmaatschap worden toege
laten. Deze doopbeloften, deze heilige verbin
tenissen worden bevestigd, bekrachtigd en
Vernieuwd op clen dag der plechtige H. Com
munie. Zij bebooren de grondregels te zijn
van ons gedrag, geheel ons leven lang: „Weg
'jbet de ijdelheden, de valsche vermaken, de
Schijngoederen en de grondbeginselen der
.Wereld!"
Zijn wij getrouw gebleven aan onze Doop
beloften?
Hoe staat het met onze verzaking van de
Ijdelheden der wereld?
Hebt gij ze niet veeleer nagejaagd door
bijv. eene mode te volgen, die onhygiënisch
en onaesthetisch' en immoreel te gelijk is?
Waar is in onze dagen die heilige schroom
valligheid der vrouw, welke haar zoo aan
vallig en welgevallig -maakt hij God en hij de
jnenschen?
De H. Paulus wil, dat de vrouwen zich eer
baar en met ohrlsteliik schaamtegevoel zul
len kleeden. Wel weinig zëlfrespect toornen zij
te bezitten, die onzedig gekleed gaan, en be
wijzen bovendien het schoonste sieraad ver
loren te hebben, wat de goede God haar ge
schonken had: de heilige schroomvalligheid.
Gij kunt wel zeggen, zoo getuigt de H. Pki-
lippus Nerius, de geliefde volksheilige van
Rome, gij kunt wel zeggen, dat gij inwendig
kulsch en eerbaar zijt; maar niemand zal bet
gelooven: uwe kleederen weerspreken nwe
woorden. Die opzichtige kleederdraeht be
wijst, dat gij nwe deugd reeds verloren hebt.
En bleef bet daar maar bij; 't was waarlijk
reeds verschrikkelijk genoegl Maar die nu-
'dlteiten van bals en rug, het te kort aan
kleeding en de te korte kleeding, zijn voor de
planner), vooral voor onze jongemannen, een
Voortdurend gevaar van onreine gedachten,
dubbelzinnige woorden en ongepaste vrijhe
den.
Zij zijn, zoo getuigt de H. Kerkleeraar Ber-
nardus, zij zijn voor de mannen eene gesta
dige gelegenheid tot zonde, eene groote er
gernis en een lokaas des duivels.
Goede wijn behoeft geen krans! Gelijk men
de vrouw van deftige afkomst of van füne
educatie oogenblikkelijk aan haar eenvoudig
gewaad erkent, zoo ook de parvenüe aan hare'
ópzichtelijke kleeding.
Vergeef me, geachte 'dames, maar het
Schijnt werkelijkheid, dat zij, die dioor de na-
'tuur bet minst met schoonheid zijn begena
digd, zich' het meest opsmukken en opsieren.
Ach, mijne znstens hebt^toch medelijdfn
'met nwe broeders!
De strijd, om rein en kulsch' door dlt.aard-
sehe leven heen te gaan Is' toch al zoo zwaar
en zoo moelliik; komt dien strijd toch niet
nog aanmerkelijk vergrooten, door de booze
'neigingen en de hartstochten op te wekken.
Zie, in het jaar 1884 liet het geestelijk Op-
'perhoofd der Turken, in de straten van Con-
stantinopel afkondigen: "Het Is aan alle
Turksche vrouwen verboden laag uitgesne
den en andere lichtzinnige kleederen te dra
gen!" en allen gehoorzaamden.
Zouden dan onze Katholieke Dames niet
luisteren naar het hoogste Gazag in de Kerk,
naar den Pans en de Bisschoppen?
Weest toch niet langer trawanten van den
satan, om zielen in het eeuwig verderf te
storten!
Kinderen van Maria, laat veelêer uwe ze
digheid iu handel- en wandel aan alle men
schen bekend zijn!
De wijze koning Salomon roemt een kulsch
geslacht overschoon en overheerlijk; omdat
ziingedachtenis onsterfelijk is, want het is
bekend en bemind hij .God en bij de menschen!
Wilt toch' het doel van Christus' komst op
aarde niet verijdelen!
Alkmaar, 17 Mei 1919.
M. P. A. OOMS, D. P,
't Is waar en 't is .prettig, dib 't'e(
mogen constateeren r onze Roomsche man
nen zjjn goede organisatie-menschen!
Ook in de politiek.
De meeste andere politieke partijen be
wonderen ons om onzen orga'nisatie-zin,
en in eerlijke oogenblikken schromen zij
niet, ons tot voorbeeld te stellen.
Dat is heel vleiend, dat is heel aaijdigl
Als we maar oppassen, dat we ons daar
door niet al te voldaan gaan gevoelen.al's
we ons maar niet gaan verbeelden, dut onze
organisatie-zin geen verbetering, geen ver
steviging meer behoeft, als'we ons maar
niet wijs maken, dat1 we in dat opzicht het
toppunt bereikt hebben.
Anders kunnen we nog wel eens bedro
gen, uitkomen.
Om maar eens 'één ding te noemen:
Zal er niet met' .alle kracht en bij efc
verkiezing opnieuw op getamboureerd
ïnoeten worden, d"at! de Boomschen als
goede organis.atie-menschen behooren te
stemmen op nummer één van de Boams.chê
lijst?
Blijft, niet op Iéder uurvanverkiezing het
gevaar dreigen, dat meerdere kiezers te
gen het besluit hunner kiesvereeniging in
om een of andere gewestelijke, plaatselijke
of persoonlijke reden de voorkeur wen-
schen te geven aan stemming op 'n anderen,
candidaat dan juist op nummer één van
do lijst?
En kan hét daarom ,niet: dienstig zijn,
maatregelen" te namen,"" waardoor eventaëele
voorkeur-stemmen tóch niet van invloed kun-
men zijn tegen de 'bedoeling der ojjgMil-
eatie ïn?
Ons dunkt, dat dergelijke maatregelen ten
zeerste toe te juichen aouden wezen, en
't ls di&rom, dat wij op een goed,1, voorbeeld.1
alt de om geving hier even in 't bij zonder
ie aandacht willen vestigen:
In een te De Rijp 'gehouden' gecombi
neerde vergadering van het Bestuur der
R.E. Kiesvereeniging met de candidaten
voor den gemeenteraad is met algemeene
Stemtoon besloten, onder de kiezers dit ver
zoek en déze verklaring te verspreiden:
Onöergéteekenden verzoeken beleefd
doch dringend:
Stamt nummer één van de Katholieke
Ujst.
Mochtlen zij door voorkeursstemmen
worden gekozen, dan laten zij de be
slissing over al dan niet aanneming toch
aan de Kiesvereeniging.
(geteekend door de oandidat'en
voor den Raad', uitgezonderd
nummer één van de lijst.)
Ziehier een radicaal middel om het ge
vaar van voorkeurstemmen voor góed uit
de wereld te helpen; wordt- dit middel
Overal toegepast (en wat is er' eigenlijk
tegen?) dan zal geen enkele kiezer zich
Jneer do „vrijheid" veroorloven, 'te stem-
toen op een anderen candidaat dan op num
mer één van de lijst zijner partij'.
De kiezer weet dan immers, dat' 't hem
tóch niet baat, als bü op eigen gelegenheid
een „vriendje" stemt,-hij weet dan
immers, dat de wil der organisatie-in-haar-
geheol per slot van rekening tóch' geëer
biedigd en... gevolgd' wordt.
En zóó moet 't ook gaan!
Men mag een middel niet spoedig t'e „kras"
vinden, als het de bedoeling heeft', de kie
zers-organisatie als zoodanig volledig tot
haar recht t'e doen komen.
Moge de solidariteit tussclien verkiezings-
candidatcn en kiezers-organisatie's allerwe
gen zóó hecht wezen, dat het middel te
gen voorkeurstemmen, 't welk het Bestuur
der R.K. Kiesvereeniging te De Rijp be
dacht, met' succes ook in andere gemeen
ten kan worden toegepast.
De wettelijke moeilijkheden, welke van
een en ander het gevoig kunne'n' wezen, Wor
den gemakkelijk overwonnen, als de door
voorkeurstemmen gekozen candidaten zich
maar getrouw houden aan 't eenmaal ge
geven woord.
ONZE DOCHTERS.
Vele huismoeders zuchten tegenwoordig:
waar is die goede tijd gebleven, dat we onze
dochter tot liulp hadden.
Vroeger, als de meisjes van school thuis
kwamen, werden ze ons tot steun en nu wil
len ze allen een eigen werkkring. Waar moet
't heen met de toekomstige huishouding.
Toch [geloof ik, dat die toestand niet. zoo
verontrustend is, als sommigen zich voorstel
len Zonder nu juist de emancipatie toegedaan
tè'zijn, moeten we coch met onzen tijd mee,
en de meisjes die zooveel energie en wils-
I.
't Lof is uit
Door de wijdopens taande deuren der dorps
kerk, dribbelen de menschen 't kerkplein op en
gaan de meesten naar huis, of anderen loopen
„eindje om." Over de hoofden van de men
schen heen, kan je zien dat de koster de kaarsen
op 't altaar uitdooftde organist speelt nog
n oogenblikje naen dan' wordt 't stil in
Gods Huis. Door de hooge kerkramen vait ,t
schemerend daglicht spaarzaam binnen en hult
de kerk in 'n geheimnisvolle duisternis.
't Godslampje brandt voor aan 't altaar en
waarschuwt als 't ware, dat Jezus, de God van
liefde, in 't stille tabernakel woont. Jezus is
nu gansch alleen in de kerkalleen?
Neen toch niet!
Daar, achter in de kerk, versdiolen tegen 'n
pilaar zit nog 'n oud moedertje en bidt 'aan 'r
Rozenkrans. Rustig glijden de kralen tusschen
'r beenige vingers en 'n glimlach speelt.om 'r
mond't Is zoo zoet, te zijn bij Jezus. Ze
's al oud, ons moedertjehaar gelaat is ge
rimpeld door de vele zorgen, die 't dagelijksche
reven haar meebrengt. Maar daarvan niet alleen
ze lijdt ook verdriet, 't arme moedertje.
Jaren geleden is 'r man, 'n brave oppassende
huisvader gestorven. Hij was metselaar.... 'ii
bekwaam vakman. Bij 'n groot bouwwerk waar-
aan hij meewerkte, gleed hij boven van 'n hoo-
Se stelling uitnaar benedenen lag als
te, '°P den grond. Haastig snelden eenige
wertcireeen naar 'm toe en dachten dat-ie reeds
dood was. De opzichter liet 'm verbinden
nestelde mtusschen 'n- rijtuig en liet 'n bood
schap orengen bij de vrouw van den gekwetste,
oroot was de ontsteltenis der arme vrouw....
ztwLfu3 Terlamd van schrik- en moest
onffPn T i6""-1 200 duizelde 't voor haar
laar ndov wam '1 riitui£ en werd de metse-
zich er n- ''ünen gedragende vrouw kon
bezwiiminu H Yan Treilen..... ze lag in
je Kaa^Lvuigll. ^d''n Hef méis-
alle hoop opgegeven f de a 0kter had
rige toestand? 'n Priês'tèr werd n' *reu"
al 't mogelijke om de man dïf en deed
ging, voor té bereiden Mde SM'SterVen
naar de eeuwigheid>n Oolenbiu!1^)
kwam-ie- tot bewustzijnen tenten hem aS
genademiddelen der H. Kerk worden toegXnd
Toen nam-iie afscheid van z'n vrouw Ten Ti ef
Hem gebracht werd, gedragen op
de armen van 'a medelijdende buurvrouw die
lSr Verl!,ene!1' D?a'"na begon de korte!
vol a-den elY/nd do°dsstrijdbenauwdheden
toe? -irnif zond?r fusschenpoozen op
'a snik.,., en de
- 0 i,rave huisvader was hij O. L.,
Heer. Kort na den dood van 'r man stierf ook
't meisje.en nu bezit ze niets meer op de
wereldmaar 't vrouwtje blijft vertrouwen
op O. L. Heer en mort nietdoch verdraagt
al 't leed, al is 't zwaar, metgroot geduld en
lijdzaamheid. Eensdat weet ze zeker
ziet ze 'r dierbaren terug bij O. L. Heer in den
Hemel. Nu bidt ze voor hem en voor 'r Wel
doeners, die 'r zooveel mogelijk helpen om 't
leven nog 'n beetje op te frisschen.
Net is ze met 't laatste tientje van 'r rozen
krans klaaren komt de "koster met z'n ram
melende sleutelbos haar waarschuwen dat de
kerk gesloten moet worden. Dan gaat ze heen
oud moedertjenaar huiswaar ze
riemand vindtdan de siille eenzaamheid..
Wordt vervolgd).
Lente, lente, heerlijke lente,
Lieflijk© lente, je maakt' me zoo blij 1
Het Zonneko lacht nu,
Het weer is zoo zacht nu;
Weg nu, ver weg nu het wintergetij!
Vogels, vogels, aardige vogels,
Vroolijke vogels, ik heb- je zoo lief.
'Wat huppel en spring je.
Wat fluit en- wat zing je.
Hoor van die inusschen toch eens dat gesjief
Bloempjes, bloempjes,, kleurige bloempjes,
Snoeperige bloempjes, wat vind. ik je fijn!
Omhoog maar je kopjes;
Er vallen _geen dropjes;
't Zonneke zendt je haar heerlijken schijn!
Vlinders, vlinders, fladd'rende vlinders,
Dartele vlinders, zijn jullie daar. weer?
'k Heb heerlijke bloemen,
Waar bijtjes om1 zoemen.
Kom nu, en zet je daar even op- neeijli
Knapen en meisjes, nu allen haar buiten,
Allen naar 't frisohgroene weiland jgerend!
Daar vroolijk gesprongen
En lustig gezongen:
Lang leve de vreugde, lang leve de Lent!
Wel, hoe vinden jelui het zitie hier?...
Eijn hè?....
Ziet eens wat 'n prachtig uitzicht over
den hertenkamp, met z'n pracht van hoo
rnen en schat van dieren. Kijk, die eene
Pauw zet juist haar staart, in tro-tsch zelf
bewustzijn van hare pracht, omhoog-
mooi hè!... Nou!....
Maar achHield het beest z'n geluid nu
voor zich, 't klinkt afschuwelijk?
Wat heerlijk lüer toch in de schaduw
van de boomen en met het vrije uitzicht
in de schoone natuur.
20u Mui dezen keer alvast wat'
wedstrijd. 7°r Stand van ouzel1 teeken-
Maar, o wee! Ik durf het haast'
niet te bekennen de zaak is weer
mis geloopen. Nu was ik nog al zoo blij
dat die eene mijnheer die ook in de com
missie zat, weer beter was ennu op
eens stond de arbeid weer stil wegens de
drukte der verkiezingen.
En nu'zou ik wel al een gedeelte van den
uitslag kunnen medecleelen, voor zoover die
klaar is, maar ik dacht: „dat vinden mijn
neefjes en nichtjes heeleinaal niet goed;
die willen vast den uitslag ineens in zijinf
geheel hebben."
En dus hoezeer het mij ook spijt en hoe
onplezierig jelui het ook zullen vinden
wij zullen nog een keertje moeten wach
ten.
De verkiezingen gingen eenmaal voor; wat
het zwaarste is, moet ook het zwaarste
wegen!
Nu mogen jelui en daarmee wil ik het
weer goed maken een half uur extra
in den Hout „gaan spelen.
En dan naar bed!
En dus: wol te rusten!
OOM KOOR.
ONZE KEES.
Onze Kees leeft zonder zorgen,
Roept 't eerste; „goeden morgen'-
Is dan den geheelen dag blij;
Roept het laatst: „goeden nacht",
Slaapt dan in zijn bedje zacht
Net zooals wij.
Onze Kees heeft steeds plezier
En toch is Kees maar eendletr.
(Ingez. door Dieuw W., 't Woud.)
IN DEN HOUT,
Oom, uw nichtje Apolonia
Komt eens bij u kijken,
Want, wat zij van u hoorde, ja,
Dat zou haar ook wel lijken.
Te zitten in den Hout, zoo fijn,
Bij vogelenzang in 't groen,
En daar dan bij de hertjes zijn
Dat is wel om te doen.
(Ingez. door Apolonia N,, te Egmond-
Binnen.)
TUSSCHEN VRIENDINNEN.
'k Ileh 'n beste vriendin, V
'teeds naar mijn zin.
Wij hebben ook wel eens kijf
Maar 't heeft no'oit veel om 't lijf.
Wij gaan heel vroolijk door 't leven,
En kunnen elkaar alles vergeven,
Nu vraag ik aan mijn besten Oom Koos,
Of hij voor mij niet ook 'n poos
Een plaatsje in de krant wil lasselien
Om m'n vriendin Christien te -verrassen.
Want ik was jaloerseh om haar rijmen,
En-wil allo jaloersèhlieid doen verdwijnen.
(Ingez. door Marie v. E., te Uitgeest.)
kracht hebben om zich 'n zelfstandig "bestaan
te verschaffen, hebben wel degelijk recht op
onze waardeerlng, want 't is wel zoo gemak
kelijk bij moeder thiuis te zitten, en zeker min
der vermoeiend dan *n leven op kantoor, in
groote zaken ot een inspannende studie.
Nu hebben we hier hoofdzakelijk op 't oog
de degelijke Katholieke meisjes en niet de si
garetten rookende graag manadh'tig doende
savantes. O neen. We willen juist, nu de
vrouw op een ander standpunt staat dan
vroeger, trachten de sociale ontwikkeling met
't eenvoudige huiselijke te vereenigen.
Want niettegenstaande alle vrouwelijke ge
leerdheid in onzen tijd zouden we alle huis
moeders willen toeroepen: maakt toch van
uw dochters degelijke huishoudsters, want die
zijn er hard noodig.
Dat kan naar onze meening best samengaan
en daarna moeten We streven; we hooren im
mers niet graag van onze dochters: Bah de
huishouding, of: ajakkes, kopjes wasscheiï.
Er zijn heel veel families, waar de doch
ters een eigen werkkring hébben en des
avonds als de dagtaak is afgeloopen, scharen
zich' de meisjes in den familiekring en hiou-
den zich onder prettigen kout en vroelijken
lach bezig met reparaties aan de kleeren, ter
wijl eene voor die theetafel zorgt en met moe
der het menu van den volgenden dag be
spreekt. Als zé den gansch en dag in dikwijls
benauwde lokalen hebben doorgebracht is 't
gezellige huiselijke 'n aangename -verpoozing
voor velen. Zij beschouwen 't vaak als eeu
ontspanning, om thuis een extra schoteltje
klaar te maken, of een andere verrassing te
bereiden.
Als de meisjes zoo hun plicht begrijpen, ge-
loöveu we, dat we ons niet ongerust behoe
ven te maken; en als ze verstandig ontwik
keld zijn, hebben ze ook later plichtsbesef ge
noeg om hun huishouden te besturen.
Een meer verontrustend teeken vind ik het,
als we 's avonds in onze goede stad zoovele
jeugdige meisjesu^ien rondloopen;
En hiermede heb ik meer op 't oog, de min
der ontwikkelde, maar toch niet minder nut
tige klasse o-nzer burgerij. Meisjes, zoo onge
veer tussclien 14 en 17 jaar. die zich tot erger
nis vati velen zeer aanstellerig en onhetarae-
liik gedragen en den kostelijkeu tijd door niets
doen misbruiken. O, wie van n in dezen toe
stand tot verbetering kan meewerken, blijve
niet achter.
Heeft u soms een jeugdig dienstmeisje
spoort ze aan tot tijdig naar huis gaan. Of
een werkvrouw? Vraag haar, druk haar op
het hart, dat ze haar dochters thuis houdt.
Want nu zeggen we met recht: wat moet er
later van de huishioudratg terecht komen, als
de meisjes zoo opgroeien?..
Handel was korten tijd eigenaar van de
opera te Londen. Toch speelde hij in 't or
kest op concerten mee en wel harp. Dat deed
hij zeer prachtig en trok de aandacht soms
van solisten af. Een Italiaausche tenor met
versleten middelen voelde zich beleedigd en
hij dreigde Handel, dat hij z'n harp zon stuk
slaan als hij 't weer waagde zoo op den
vóórgrond te treden. Handel zei doodleuk:
„Ga gerust uw gang, want ik zal uw helden
daad vooruit bekend ma.ken en dan.komen er
veel menschen om u te hooren zingen. Dat
wordt een voordeelig zaakje!"
DE DOKTER. VAN
BISMARCK.
Rlsmarck had veel last van
pootje en van zenuwtrekkingen,
welke kwalen niet weinig bcvor»
derd werden door ziin gewoonte
om veel te arbeiden) goed en'
veel te eten en t© drinken en
ateik te rooken. Er was geen
geneesheer, die hem helpen kon,
Eindelük werd Dr. Schweninger
geraadpleegd, die zijn patiënt
duchtig uithoorde over de le
vensgewoonten, die liii tot dus
verre had gevolgd. Ziin vrager
duurde Bismarck wat lang eg
kii bedankte er voor .zich lange?
të laten uithooren.
,)Dan," hernam do dokter,
„had gii 'u tot een veearts moe'
ten wenden". Di© ziin niet ge
wend hun patiënten te ondervra
gen."
Bismarck was eerst boos over
dezen uival; maar kii zou Bis
marck niet ziin geweest, waa
neer hij later geen schik had
gehad in het antwoord. Dr,
Schweninger is zijn dokter ge
worden en 't altijd gebleven.
WAT BEROEMDHEDEN
ATEN.
Karei de Groote had nooit meer
dan vier schotels bij ziin middag
maal en bi&ld veel van eieren en
gebraden vleesch. vooral van
wild. Passo had een bijzonders
voorliefde voor geconfi.ite vruch
ten en allerlei soort van zoetig
heid. Hendrik IV at zich vaak
een indigestie aan oesters en me
loenen. Peter do Groote hield
het meest van Limburgsche kaas
en Karol KII was nog eenvou
diger: een stuk brood met boter
was een lekkernij voor hem en
hii verkoos liet boven alles. Vol
taire- Erederik de Groote en Na
poleon hielden bijzonder veel vai,
koffie. Lessing watertandde yan
linzen en Klopstock, die oen
smulpaap was, zag gaarne zalm,
champignons en gerookt vlecsek
op tafel. Kant had een .sterke
voorliefde voor varkensvl-eesch,
peulvruchten en gestoofd vleesch.
Schiller was bijzonder gesteld op
ham. Een oud aanteekening-
hoekje. dat aan een Stuttgarter
restaurant toebehoort, bevat
eenig© posten onder bet hoofd:
„Maaltiiden van Dr. Schiller
1792," waaruit blijkt, dat- met
een flesck wjjn ham Schiller?
hoofdgerecht was. Byron had
den meesten smaak voor Ches-
tersobe kaas met aio of bier..
Pope verkoos boven alles, wild,
Walter Scott gebraden gans en
Anna Maria Schuurman spinnc
koppen.
EEN STRAATJONGEN.
Oom: „Wel Jan, ik hoor dat je al school
gaat; wat bevalt je daar nu wel het-ébeste?"
Jantje: „Het naar-huis-gaan, oome!"
O, DIE JONGENS.
Mama (verschrikt): „Maar Jantje, wat
doen jullie daar met papa's nieuwen hoogen
hoed?"
Jantj.e: „Wij doen den goochelaar van gis
teren na en bakken er een omelet in!"
BIJ DEN iPOCTER.
Dokter: „Nu laat je tong eens zien, Piet
jeKom, flink voor den dag er mee! Eog
verder!
Pietje: „Ik kan niet dokter. Ze zit van ach
teren vast."
DAT ZAL UITKOMEN.
Vertoornd onderwijzer: „Als jullie denkt
mij achter mijn rug bii den neus te kunnen
nemen, heb je het mis!"
Om van ons ruil- en verzamelhoekie ge
bruik te maken, zendt men mij maar een brief
je„ waarin duidelijk staat geschreven wat.
men wenscht, met vermelding van volledigen
naam en adres. Dan zet ik dat in de Kinder
krant en de verzamelaartjes weten dan waai-
ze elkaar kunnen vinden.
De briefjes moeten in enveloppe gezonden
(worden. AAN DE REDACTIE VAN DE
KINDERKRANT. HOF 6, ALKMAAR.
Ik heb 15 plaatjes van Maizena (No. 4),
j 6 van de IJsol, 2 van. De Vecht en 9 Maizena-
plaatjes (No. 3); die wil ik ruilen tegen Ver-
kade's bons ('Cén tegen één.)
Madie Hof te 't Woudt, Gem. Egmond a/d
Hoef.
Ik heb 30 Verkade's-bons, die ik wil ruilen
voor 30 plaatjes van Honig's Maizena-plaatjes
of plaatjes van de IJsel of de Vecht, het geeft
niet welke. Cornelia Uitendaal, Nieuw-Ven-
nep 127, Haarlemmermeer.
Ik heb Kwatta-soldaatjes, die ik ruilen wil
voor postzegels; ik geef Kwatta-soldaatjes naar
gelang de postzegel waard is. Ik heb ook Indi
sche postzegels, die ik ruil voor vreemde zégels
(één voor één). Alphons Grijping, Zijlweg
na. 43, te Overveen.
Ik heb Kwatta-soldaatjes, die ik gaarne zou
willen ruilen voor Zwartjes. Bernardiene
Grijpink, Zijlweg 43, Overveen.
Ik heb 200 Hollandsche postzegels en 20
vreemde, die ik wil ruilen voor Kwatta-soldaat
jes. Ik geef 5 Hollandsche of 2 vreemde post
zegels voor 1 soldaatje. Jacobus A. A. Rus
man, Kosselaan 8, Hillegom. r
Clara v. R. te Haarlem. Boste Olara, Ie
laatste briefkaart had je verkeejd geadresseerd
en is daardoor eerst dezer dagen in mijn bezit
gekomen, 't Is waar, ik bad al lang mijn be
lofte moeten nako'meD en een Draatio moeten
ten nakomen, en een praatje
moeen bonden over je missie
werk, maar lieusch, ik had no^
^geen tijden voor plaatsing el
van geen ruimte. Trouwens, ja
schreef ook al dat je dit zelf we?
begreep. - Jé boekje zal ik 'nog
korten tijd in miin bezit houden,
want het koste wat 't kost: ik
zal miin belofte nakomen. Daarna
zal ik ie het boekje terugsturen
Als ie dan graag hebt. dat ik
eerst in het najaar het stukja
plaats, dan schrijf je dat nog
wel even en dan bewaar ik het
stukje nog wel zoo lang. DaSk
Olara!
Anna W. to Bergen. Danlt
je voor ie aardig briefje: nu
weet ik tenminste weer hoe da
zaken er bii staan. D© schoon.'
maak achter den rug en Marif
vereerd met een bloemversie
ring uit je eigen tuintje, 's jon
ge, jonge wat zal 't er bii jeluS
nu lief uitzien. Zal je broer voo:
mü felieiteeren met ziin plechti
ge H. Communie en moe me'
haar verjaardag? Wel, heb jö
het Catechismus-boekje geliee)
gekend, zoodat je met loffelijk
getuigschrift de Leering mocht
verlaten? Ik ben jaloersfch op j&
tuintjeik wou dat ik or ook eeu
bad. Nu ja„ik heb ook eigenlijk
genoeg aan ons heerlijke zitjo tei
genwoordig in den Hout. B\
jelui in het Bergerhout is 't ook
zoo mooi hè? Van den zomer g?
ik er vast weèr eens kijken. Dat
Anndo, de groeten ook aan d-*
familie.
Thee V. te Egmond-Binnen*
Ja. Theo-neef! Ik vond het ook
jammer dat die miinheer ziel
werd, want dat is voor 'n grog1
deel oorzaak er van, dat de uit
slag nu al eenige weken te laa)
is. Maar enfin, hij is nu gelukkig
beter en ik hoop nu gauw met 1
werkje gereed te komen. Wd
jongen, wat zal jii daar in Midi
delharnis fiin hebben kunnen
Spelen met die lieve konijntje^
Zeg Theo. heh je niet één vai
die 42 konijntjes opgesmikkeld
of lust jij geen konijntjes? Ik wq
■hoor. Weet je wat ik nu he
lief van je vind? Wel, dat
mjj alle weken een briefje
sturen, dat vind fk echt, wan
dan blijven wij vast goede maait
jee. Alleen moet .ie er trouw aai
denken, dat altijd ouder de brief?
jea de leeftijd en het adres ooj
moeten staan. Dag beste Thed
de groeten ook thuiiB. Zal je
vast doen?
- J